ARGENTINIË
Deze bladzijde is met opzet leeg gelaten
Auteur en uitgever hebben deze wereldwijzer met de grootst mogelijke zorgvuldigheid samengesteld. De informatie is echter aan veranderingen onderhevig. Wij zouden het zeer op prijs stellen veranderingen, correcties en suggesties te ontvangen zodat deze in een volgende druk verwerkt kunnen worden. Auteur en uitgever aanvaarden geen enkele aansprakelijkheid voor de gevolgen van foutieve of gewijzigde informatie. Voor informatie en opmerkingen wat betreft reisboeken is het adres: Elmar, afdeling Reishandboeken, Molslaan 131a, 2611 RL, Delft. E-mail:
[email protected] Internet: http://www.uitgeverijelmar.nl
e-book 2011 Colofon Wereldwijzer Argentinië is een uitgave van © Uitgeverij Elmar B.V., Rijswijk – 2008 Tekst: Patrick van der Doef Fotografie: Patrick van der Doef Vormgeving omslag: Wil Immink, Sittard Lay-out: Patrick van der Doef Kaarten: Grafisch Atelier Stenchlak, Tienhoven ISBN 978 90389 20504
INHOUD
Voorwoord Inleiding Het achtste continent ACHTERGRONDEN Landschap, dieren en klimaat De nationale parken Geschiedenis Voordat de Spanjaarden kwamen De Spaanse overheersing Resten van een oude indianencultuur Handelsmonopolie De stap naar de onafhankelijkheid De onafhankelijkheid Naar een moderne wereld Tijdperk Perón Instabiliteit en de guerrilla Het militaire bewind van 1976-1983 Vanaf 1983: ‘Nunca mas’ De jaren negentig; het tijdperk Menem Argentinië vandaag de dag Bevolking Een smeltkroes van verschillende culturen Een land rijk aan tradities De bekendste pelgrimsoorden Immigranten en hun tradities De gaucho’s Godsdienst Kunst en cultuur Tango Architectuur
9 11
13 23
26 26 27 29 30 31 33 35 37 38 39 41 42 48 48 51 52 54 54 55 56 56 59
Beeldhouw- en schilderkunst Literatuur Sport Film Eten en drinken
61 62 65 66 67
PRAKTISCHE INFORMATIE Voor de reis Tijdens de reis Het Argentijnse Spaans
71 71 74 83
BEZIENSWAARDIGHEDEN De 15 mooiste bestemmingen van Argentinië 1. Buenos Aires en omstreken De diva van Argentinië Geschiedenis van de stad Wandeling 1: Rondom Plaza de Mayo Wandeling 2: Avenida Corenties naar de Obelisk Wandeling 3: Calle Flórida dé voetgangersstraat Wandeling 4: Van Plaza San Martín naar Recoleta Wandeling 5: Rondom Plaza de la Recoleta Wandeling 6: San Telmo Wandeling 7: La Boca Wandeling 8: Wandelen over de Avenida 9 de Julio Wandeling 9: Puerto Madero en Reserva Ecologica Wandeling 10: Palermo, de groene wijk van de stad Alles over de tango
84 85 88 88 90 92 99 101 104 107 111 119 122 125 128 153
ARG EN TI N I Ë
6
Richting Tigre Delta Isla Martín Garcia De bedevaartstad Luján De gauchostad San Antonio de Areco La Plata 2. Salta en omstreken De stad Salta El Tren a las Nubes Van Salta naar Cafayate Cafayate De omgeving van Cafayate Molinos Van Salta naar Cachi Cachi Van Salta naar Tolar Grande Jujuy Naar Purmamarca Purmamarca Van Purmamarca naar Iruya Tilcara Humahuaca Iruya 3. Tucumán en omstreken De stad Tucumán Naar Tafí del Valle Tafí del Valle Naar de ruïnes van Quilmes Quilmes Naar Santaiago del Estero Río Hondo Santiago del Estero 4. De grand cañons van Argentinië La Rioja Rondom La Rioja Chilecito Nationaal park Talampaya Parque Provincial Ischigualasto
156 160 161 163 168 174 176 191 192 193 197 198 198 199 200 203 209 211 212 213 216 217 218 220 228 229 231 231 233 233 233 236 238 242 242 244 246
San Juan Rondom San Juan San Luis Nationaal park La Sierra de las Quijadas 5. Posadas en omstreken De stad Posadas Naar de ruïnes van San Ignacio San Ignacio Mini Naar de watervallen van Iguazú Puerto Iguazú Nationaal park Iguazú Rondom Posadas Oberá
249 253 255 259 260 262 265 266 268 269 273 279 279
6. Corrientes en omstreken De stad Corrientes Resistencia Rondom Resistencia Los Esteros del Iberá Mercedes Colonia Carlos Pellegrini
284 286 291 295 297 297 298
7. Mendoza en omstreken De stad Mendoza Rondom Mendoza Puente del Inca Naar San Rafael Las Leñas
302 304 315 319 323 326
8. Córdoba en omstreken De stad Córdoba Camino de la Punilla Villa Carlos Paz Cosquin La Falda La Cumbre Capilla del Monte Camino de la Historia Traslasierra vallei Mina Clavero
328 330 341 341 343 344 346 347 349 352 352
I N HO U D
Ten zuiden van Córdoba Alta Gracia Villa General Belgrano La Cumbrecita 9. Mar del Plata en omstreken Mar del Plata Laguna de los Padres en Museo Fangio Langs de kust naar Pinamar Villa Gesell Pinamar Ostende 10. Het noordelijk merengebied San Martín de los Andes Rondom San Martín de los Andes Junin de los Andes en omstreken La Ruta de los Siete Lagos Villa la Angostura Naar Caviahue Neuquén Caviahue Copahue
354 354 357 358 360 362 375 376 376 379 381 382 384 391
13. De Patagonische kust Comodoro Rivadavia Rondom Comodoro Rivadavia Sarmiento Puerto Deseado Puerto San Julián Het nationale park Monte León Río Gallegos Cabo Virgenes 14. El Calafate en omstreken El Calafate Rondom El Calafate Naar het dorp El Chaltén El Chaltén De Ruta 40 naar Cueva de las Manos Perito Moreno
7
474 476 479 479 481 485 487 488 493 494 496 502 508 508 513 517
392 397 400 403 403 405 407
11. Het zuidelijk merengebied Bariloche Excursies rondom Bariloche Excursies met de boot El Bolsón Epuyén Cholila Esquel Trevelin
412 414 428 435 440 443 444 445 450
12. Puerto Madryn en omstreken Puerto Madryn Naar Peninsula Valdés Trelew en omstreken Rondom Trelew
454 456 462 468 471
15. Vuurland Ushuaia Rondom Ushuaia Naar Río Grande Río Grande Rondom Río Grande
518 520 528 532 535 536
Opgenomen kaarten
540
Literatuurlijst en bronvermedling
540
Register
542
8
ARG EN TI N I Ë
KADERS Overzicht van de nationale en provinciale parken in Argentinië 24 Dinosaurussen van Argentinië 25 Resten van oude indianenculturen 27 Wapen en vlag van Argentinië 30 Generaal José de San Martín 31 Evita Perón 36 De belangrijkste feiten in de Argentijnse geschiedenis 45 Carlos Gardel 58 Vrouwen in de Argentijnse literatuur 64 Typisch Argentijnse gerechten 70 Las Casas Chorizos 113 Boca Juniors 122 Tren de la Costa 157 Roeien in Tigre 158 Gaucho’s 166 Carlos Thays 173 Regionale gerechten 188 Een bezoek aan een bodega 196 Apunamiento (hoogteziekte) 211 De Cuzqueño school 215 Lola Mora 223 Het feest van Tinkunako 239 De langste kabelbaan ter wereld: La Mejicana 242 Domingo Sarmiento 251 De jezuïeten-missieposten 267 De flora en fauna van het nationale park Iguazú 279 Mate 281 Een bezoek aan El Fogon de los Arrieros 292
De legende van Gauchito Gil Los Esteros del Iberá La Fiesta Nacional de la Vendimia De Argentijnse wijn Parque Provincial Aconagua Alive! Hotel Edén Specialiteiten uit de regio Wat is de Normandische stijl De wijk Divino Rostro en Villa Victoría Juan manuel Fangio Estilo Tronco Nationaal park Lanín De puhuén of araucariaboom Naar de vallei van de dinosaurussen De koning van Patagonië Alejandro Bustillo Francisco ‘perito’ Moreno Nationaal park Nahuel Huapi Nationaal park Los Alerces De Patagonië Express De drie belangrijkste bewoners van Peninsula Valdés Los Boérs in Chubut Bosque Petrificado Sarmiento Reserva Natural Ría Deseado Flora en fauna rondom El Calafate Nationaal park Perito Moreno Vogels op Vuurland De indianen van Vuurland
298 300 313 318 321 326 344 358 365 370 375 385 395 406 409 410 418 427 437 449 452
466 479 480 483 512 515 534 538
VO O RWO O RD
Voorwoord Een jongensdroom Toen ik een jaar of dertien was zag ik op de televisie (in zwart-wit nog wel) prachtige beelden van Vuurland en Kaap Hoorn. Die ruige natuur en vooral die grote albatrossen maakten op mij als jonge jongen grote indruk. En al gauw had ik allerlei fantasieën over dit onbekende gebied. Ik zocht naar meer informatie, die bleek echter nergens te vinden. Ik besefte dat dit land nog ‘ontdekt’ moest worden. Via National Geographic en de bibliotheek kwam ik mondjesmaat meer te weten over Argentinië en Vuurland. Eind jaren tachtig was het zover! Voor het eerst ging ik naar Argentinië om mijn droom werkelijkheid te laten worden. Met de weinige informatie die ik bezat was het toch een heel avontuur. Het werd niet wat ik verwacht had. Argentinië (en ook Vuurland) is een gewoon modern land, maar wat me wel erg imponeerde was de schitterende natuur, de hartelijkheid van de mensen en het bruisende leven in Buenos Aires. Ruim twintig jaar verblijf ik er elk jaar verscheidene weken. Niet alleen aan Patagonië heb ik mijn hart verpand, maar ook aan de gigantische cañons en maanlandschappen in het noordwesten. Elk jaar ga ik steeds een ander gebied verkennen, want ik vind het leuk om op plekken te komen waar geen toerist te zien is. Zo heb ik in de loop van al die jaren de Argentijnen goed leren kennen en ook hun leefwijze. Daarom werd dit land zo’n beetje mijn tweede vaderland en Buenos Aires ken ik beter dan mijn woonplaats Amsterdam. Vandaar dat ik dit boek heb opgedragen aan dit wonderschone land met zijn hartelijke mensen. Met deze gids wil ik je helpen om je plan te trekken, zowel thuis als onderweg door Argentinië. Dat elke dag een verrassing mag zijn, want zoals ik iemand hoorde zeggen: vertrek nooit zonder een koffer vol dromen! Welkom, en een hele goede reis door dit prachtige land!
Patrick van der Doef ‘Heb je tips of nieuwe informatie, maar ook op- en aanmerkingen over mijn boek, dan stel ik het op prijs als je mij dat meldt. Want met jouw informatie kan het volgende boek nog beter worden. Hartelijk dank!’
9
ARG EN TI N I Ë
10
BOLIVIA JUJUY
PARAGUAY
CHILI San Salvador ● SALTA de Jujuy ● CATAMARCA Salta
FORMOSA Asunción ●
● Formosa ● Puerto Iguazú CHACO Posadas Resistencia ● ● LA RIOJA ● ● Santiago Corrientes San Fernando de Valle del Estero ● SANTIAGO SANTA de Catamarca DEL ESTERO FÉ ● La Rioja BRAZILIË SAN Santa JUAN Córdoba Fé San ● ● Paraná ● Juan● San Mendoza Rosario URUGUAY Luis ● ● ● ● CÓRDOBA Santiago ● San Rafaël SAN ● ● Montevideo ● Buenos Aires LUIS MENDOZA La Plata TUCUMÁN
CHILI
San Miguel de Tucumán ●
Santa ● Rosa LA PAMPA
NEUQUÉN
BUENOS AIRES ● Pinamar ● Mar del Plata
Bahía Blanca ●
Neuquen ● San Martin de los Andes ●
RIO NEGRO ● Viedma
● San Carlos de Bariloche ● Esquel
Trelew ●
● Puerto Madryn
CHUBUT
AT L A N T I S C H E OCEAAN
● Comodoro Rivadavia
SANTA CRUZ ● Calafate
● Rio Gallegos
N ▲
CHILI TIERRA DEL FUEGO ● Ushuaia 0
ARGENTINIË, OVERZICHTSKAART
250
500 km
11
Inleiding Het achste continent Argentinië is qua grootte het achtste land in de wereld, met een oppervlakte van 2.791.810 km2. Ruim 3700 km lang, te vergelijken met de afstand van Denemarken tot Tanger en 1423 km breed. Door zijn gunstige ligging heeft het een grote variatie aan landschappen en klimaten. Zo kun je de ene dag in het noorden de gigantische watervallen van Iguazú bewonderen omringd door subtropische bossen, en de andere dag met een dik windjack en een trui de geweldige gletsjers rondom Perito Moreno, in het zuiden van Patagonië aanschouwen. Of je kunt in het westen bij de provincies La Rioja en San Juan miljoenen jaren terug in de tijd gaan bij de nationale parken ‘El valle de la Luna’ (de maanvallei) en Talampaya, dat tevens een van de droogste plekken van de wereld is. Of de volgende dag in een bootje vriendelijk begroet worden door enorme walvissen bij het schiereiland Península Valdés aan de Patagonische kust. Of neem de hoofdstad Buenos Aires, een mix van het leven uit Parijs, Madrid en Londen. Een bruisende stad! En de volgende dag poncho’s bekijken op een kleine plaatselijke indianenmarkt in een dorpje nabij Jujuy in het noordwesten. Zo verrassend is Argentinië! De bevolking is een mengeling van allerlei Europese culturen. Vanaf 1870 tot 1910 zijn miljoenen Europeanen naar Argentinië getrokken. Het waren over het algemeen Spanjaarden en Italianen, maar in Patagonië vind je nog dorpen met een Welshcultuur en Engelse invloeden. Onder de stad Córdoba en rondom Bariloche is het Alpengevoel nog steeds merkbaar, en kijk niet verbaasd als je Sauerkraut of kaasfondue op de menukaart ziet staan. Meer naar het oosten bij Mesopotamia en Misiones merk je de Zwitserse mentaliteit: efficiëntie, properheid en de zuivelindustrie. Maar in het noordwesten richting Bolivia is de bevolking nog grotendeels indiaans, zo ook in het Chacogebied bij Paraguay. Het land heeft een bewogen geschiedenis met zijn inheemse bevolking, want er is niet één land in Zuid-Amerika dat zijn eigenlijke bevolking zo heeft uitgeroeid als hier. Van de totale bevolking, ruim 38 miljoen, is ruim 1% puur indiaans (400.000). Zo’n 14 miljoen Argentijnen wonen rondom de hoofdstad Buenos Aires, maar er zijn ook gebieden waar nauwelijks iemand woont, zoals in Patagonië en in het noordwesten. Het merendeel woont in het midden van het land, waar ook alle grote steden liggen, zoals: Buenos Aires, Rosario, Córdoba en La Plata. Hier ligt ook het grootste deel van het pampagebied, hét economisch hart van Argentinië. Met miljoenen koeien en immense graanvelden. In Patagonië en Vuurland grazen meer schapen dan dat er mensen wonen. Er zijn daar estancia’s (grote herenboerderijen) met grond zo uitgestrekt als de Noordoostpolder. Daarom denk ik dat je terecht van Argentinië kunt zeggen, dat het een van de meest betoverende landen van Zuid-Amerika is. De Argentijnen zijn een trots en hartelijk volk, je zult je er meteen thuis voelen. Op het platteland zijn ze zeer gastvrij en behulpzaam, en de grote
ARG EN TI N I Ë
12
steden zijn veilig. Argentinië is het grootste toeristenland van ZuidAmerika, want sinds 2002 toen de peso devalueerde is het land voor de Europeanen en Noord-Amerikanen goedkoop geworden. Ook veel Zuid- Amerikanen komen hier op bezoek, mede omdat de infrastructuur prima is. Naar alle steden zijn goede vlieg- of busverbindingen. Treinen rijden er niet veel, alleen rondom Buenos Aires en naar de kust. Maar naar de kleinste gehuchtjes gaat altijd een bus, zodat je met het openbaar vervoer overal kunt komen. In elk stadje of gehucht zijn hotels, en het lijkt wel of eten het belangrijkste in het leven van een Argentijn is. Want zoveel restaurants als in Argentinië heb ik nog nooit gezien. Het is een van de rijkste en modernste landen van Zuid-Amerika en sinds enkele jaren weer met een stabiele economie en een democratische regering. De laatste jaren wordt het land steeds populairder, denk maar eens aan het staatsbezoek van onze koninging en prinses Máxima, of de populaire televisieserie 'Julia's Tango', en alle aandacht in vele (reis) tijdschriften. Met dit boek nodig ik je uit voor een kennismaking, maar wel een uitgebreide, want ik zou graag willen dat je je net zo thuis voelt op je reis als ik dat ook altijd heb ervaren.
Opzet van deze gids Deze gids bestaat uit drie delen om het zoveel mogelijk overzichtelijk te houden. Deel 1: Achtergronden: De belangrijkste informaties over het land en de cultuur. Zoals klimaat, het landschap, de verschillende bevolkingsgroepen en historische achtergronden. Zeker interessant voor een eerste kennismaking. Deel 2: Praktische informatie: Nuttig voor alles wat je nodig hebt vooraf en tijdens je verblijf in Argentinië, met een Spaanse woordenlijst gericht op de reiziger. Deel 3: Bezienswaardigheden: In dit deel krijg je alle informatie over de 15 mooiste bezienswaardigheden van het land, wat betreft overnachten, eten, verbindingen, wandel- en fietstochten, activiteiten etc. Met extra informatie in kaders. De laatste gegevens heb ik begin 2005 nog in Argentinië voor dit boek verzameld. Deze reisgids is zo samengesteld dat hij zowel voor de individuele reiziger, als voor hen die in groepsverband of zakelijk reizen, geschikt is. Patrick van der Doef
13
ACHTERGRONDEN LANDSCHAP, DIEREN EN KLIMAAT De geografische samenstelling van dit immens grote driehoekige land strekt zich uit van het subtropische noorden tot aan een subantarctisch klimaat in het zuiden bij Vuurland, met gevarieerde klimaten en landschappen. Zo komt het machtige Andesgebergte vanuit het noorden bij Bolivia en Chili het land binnen en verdwijnt duizenden kilometers zuidelijker de zee in. De Andes heeft hier de hoogste toppen van Zuid-Amerika, zoals de Aconcagua met 6960 m en meer naar het zuiden de grootste gletsjers, waaronder de Perito Moreno. Daar niet ver vandaan liggen de dorre laagvlaktes van Patagonië. Maar in het noordoostelijke deel bij de Braziliaanse grens zijn juist weer enorme subtropische regenwouden en dondert de río Iguazú met enorm geweld het land binnen. waardoor de indrukwekkende watervallen van Iguazú zijn ontstaan. Juist door deze grote verscheidenheid aan klimaten is het ook mogelijk om in elk gewenst seizoen de genoemde bezienswaardigheden van het landschap te kunnen bewonderen. Argentinië heeft een uitgebreide flora en fauna, mede door de grote variatie aan klimaten en landschappen. Maar toch is zijn flora en fauna niet zo exotisch als in andere delen van dit continent. Er zijn bijvoorbeeld weinig grote roofdieren of angstwekkende reptielen. Maar het kan gebeuren, wanneer je voor de kust in Patagonië walvissen spelend en springend in het water ziet, dat er plotseling in het stoffige zand voor je voeten een gordeldier wegrent. En is het niet heerlijk begroet te worden bij de watervallen van Iguazú door honderden gele vlindertjes? Of dat grote leguanen je aankijken? Zo’n fauna heeft toch ook zijn charme! Argentinië kun je gobaal in acht regio’s verdelen. ❶ Het noordwesten, langs de grens van Chili en Bolivia. ❷ Daar ten oosten van het Chacogebied dat doorloopt naar Paraguay. ❸ Daarnaast krijgt je Mesopotamia, een gebied onder Paraguay en aan de andere kant Brazilië. ❹ Daaronder vind je het gebied van de pampa’s, dat vrijwel het midden van Argentinië omvat. Van de Atlantische kust landinwaarts tot aan Córdoba. ➎ Daarnaast het Cuyo-gebied, dat bij Mendoza begint en naar boven doorloopt langs het Andesgebergte naar de provincies San Juan en San Luis. ➏ Daaronder het merengebied rondom de stad Bariloche aan de rand van het Andesgebergte. ➐ Met daarnaast en eronder Patagonië, dat heel Zuid-Argentinië omvat, van de Atlantische kust tot aan het Andesgebergte bij Chili. ➑ Als laatste onder Patagonië, Vuurland.
14
ACHTERG RO N DEN
❶ Het noordwesten Het noordwesten is een warm droog berggebied dat langs de Chileense en Boliviaanse grens loopt. Met het Andesgebergte aan de Chileense zijde en de Altiplano (wat hooggebergte betekent) aan de Boliviaanse kant. Hier liggen de provincies Jujuy, Salta, Catamarca, Tucumán. In dit noordwesten heb je bergtoppen tussen de 4000 en 6500 m met enorme valleien en grote zoutmeren. De Cerro Bonete (6872 m) en de vulkaan Llullaillaco (6723 m) zijn de hoogste bergen. In het hoge droge noordwesten zie je bij de lagunes veel flamingo’s. Van deze vogels is de flamingo andino (Photnicoparrus andinus) de meest bekende die opvalt om zijn roze kleur en gele poten en snavel. Op het Altiplano zul je regelmatig vicuña’s zien. Het zijn sierlijke, over het algemeen, schuwe dieren. Zij leven vaak op een hoogte tussen de 2000 en 4000 m in groepjes van niet meer dan 8 dieren. Er is vroeger veel gejaagd op deze dieren, want de wol van de vicuña’s is van zeer hoge kwaliteit. Het Altiplano gaat langzaam over in de Precordillera, een kleurrijke bergketen met grote ravijnen. In de groene valleien vind je de belangrijkste steden, zoals Jujuy, Salta en Tucumán. Geologisch gezien is het zuidelijke deel van dit gebied een van de oudste van het land. Op wat struiken na is er geen vegetatie, maar wat wel het landschap siert zijn de cactussen. Deze plant voelt zich hier prima thuis, zo zelfs dat er ten zuidwesten van Salta een mooi natuurpark is met duizenden van deze cactussen: Parque Nacional Los Cardones. Van de cactussen is de cardones (Trychocereus pasacana) wel de meest voorkomende. De planten groeien langzaam en kunnen zeer oud worden. In de valleien en steden zul je vaak de algarroboboom en de lapachoboom tegenkomen. De eerste is een middelgrote boom maar met een spanwijdte van ruim 12 m. De vruchten van deze boom, die net op peulvruchtjes lij-
De Altiplano in het noordwesten
LANDSCHAP, DIEREN EN KLIMAAT
ken zijn zeer voedzaam. De lapachobomen, die zeker 20 m hoog kunnen worden groeien voornamelijk in de vochtige groene valleien. In de lente krijgen deze bomen prachtige roze en crèmeachtige bloemen. Meer naar het oosten wordt de vegetatie groener, want het gebergte wordt lager en er komen veel rivieren tezamen. Hierdoor zijn er prachtige subtropische bossen ontstaan, die nu twee nationale parken vormen: Parque Nacional Baritú en Calilegua. De zomers in het noordwesten zijn zeer warm, maar wel een droge warmte. Temperaturen boven de De cactus, cardones 35 °C zijn heel gewoon, maar het is ook het regenseizoen en het kan er zo hard regenen dat zelfs straten blank staan. Veel wegen zijn dan onberijdbaar, maar gelukkig zijn het buien van enkele uren. De winters zijn fris met overdag rond de 15 °C en ’s nachts vaak rondom het vriespunt. De beste tijd om het noordwesten te bezoeken is in het voorjaar (november, december) of in het najaar (maart tot mei).
❷ Het Chacogebied Meer naar het noordoosten krijgen we de Chacovlaktes. Dit Chacogebied ligt tussen het noordwesten en Mesopotamië (het land van de rivieren). Het zijn de provincies Chaco, Formosa en een deel van Santiago del Estero. Je ziet er oneindige savannevlaktes met vaak ondoordringbaar struikgewas. Dit gebied loopt door naar Paraguay. De temperaturen zijn vaak tropisch en rond de rivieren en moerassen is het erg benauwd. Het landschap is saai, je ziet er veel katoenplantages en de bekendste bomen van het land, de quebrachobomen. Het zijn geen mooie bomen, maar ijzersterk en dat moet wel in dit tropische savanneklimaat. Ze worden 20 tot 25 m hoog en het hout is zeer sterk. Ze bevatten veel looizuur, dat gebruikt wordt voor de bewerking van leer. In dit moeilijke klimaat kom je weinig interessante dieren tegen, behalve een reuzengordeldier, de tatú carreta (Priodonte maximus), met platte achterpoten en grote kromme voorpoten. De beste tijd om dit gebied te bezoeken is in de Argentijnse winter of voor- of najaar. De temperaturen zijn dan aangenaam en het is niet zo vochtig. Want ‘s zomers kan het klam en tropisch warm zijn met veel muskieten en muggen.
❸ Mesopotamia Meer oostwaarts richting Brazilië veranderen de flora en fauna compleet. Mesopotamia, tweestromenland, wordt dit gebied genoemd. Hier komen twee grote rivieren de Paraná en Uruguay het land binnen en monden honderden kilometers zuidelijker uit in de Río de la Plata, een enorme
15
16
ACHTERG RO N DEN
De watervallen van Iquazú
delta boven Buenos Aires. Mesopotamia omvat de provincies Misiones, Corrientes en Entre Rios. In het noordelijke deel, dat grenst aan Brazilië, is het vochtig en de temperaturen zijn er tropisch. Tientallen rivieren en watervallen sieren het landschap, waarvan de watervallen van Iguazú, bij de Braziliaanse grens, de beroemdste zijn. Deze watervallen, de breedste en een van de mooiste ter wereld, zijn omringd door een vrijwel ondoordringbaar subtropisch regenwoud. In deze bossen vind je een andere fauna, er leven toekans, kolibries, apen (mono cai), prachtige kikkers en het is het paradijs van de vlinders. Rondom de watervallen zie je de grappige cuati, net kleine wasbeertjes met wat spitse neuzen. Het kan ook gebeuren dat je plotseling grote leguanen voor je ziet van zo’n twee meter lang. In deze streek groeit ook de yerba mate-struik, waarvan een kruidenthee wordt getrokken die de nationale drank van Argentinië is. Naar het zuiden verandert het landschap in een groot moeras- en watergebied, Los Esteros del Iberá, een gebied bijna eenderde zo groot als Nederland. Het is een waar paradijs voor watervogels. Maar de wateren worden beheerst door kaaimannen (Yacaré overo), herten, slangen en capibara’s (dit zijn enorme knaagdieren). Het symbool van dit watergebied is de grote groene irupé (Victoria cruziana), de waterlelie. De meeste hebben een doorsnee van 1 tot 2 m. De twee grote rivieren de Paraná en Uruguay zijn zeer visrijk, waaronder veel dorado en surubí. De provincie eronder, Entre Rios, is vrij vlak, vochtig met veel grasland. Te midden van dit grasland is een beschermd gebied, met duizenden palmbomen, het nationale park El Palmar. Deze soort palmbomen, de yatay, groeit maar op enkele plekken in de wereld. Mesopotamia kun je het beste bezoeken van april tot december. De zomermaanden zijn niet alleen vochtig warm, maar het is ook regenseizoen, en in het noordelijke deel bij de watervallen kan het flink tropisch regenen. De provincie Entre Rios heeft de aangenaamste temperaturen, zowel ’s zomers als ’s winters.
LANDSCHAP, DIEREN EN KLIMAAT
❹ De Pampa Dit is het hart van Argentinië, zowel geografisch als economisch. De trots van het land. Maar qua landschap heeft het niet zoveel te bieden. De Pampa is zo groot als Frankrijk en omvat de provincies Buenos Aires, La Pampa, het zuidelijke deel van Córdoba en Santa Fe. Het noorden en het midden noemen ze Pampa Húmeda (vochtig). Het zuiden en westen worden Pampa Seca (droog) genoemd. Pampa Húmeda is redelijk heuvelachtig met veel vegetatie, omdat het er behoorlijk regent. Je ziet grote lange, uitgestrekte weidevelden maar ook veel zonnebloemen en sojaplanten. Rond de estancia’s groeien veel ombú’s, een boom die een reikwijdte heeft van zo’n 30 m. In de Guaraní indianentaal betekent dit ‘schaduw’. Daarom werden ze speciaal hiervoor geplant op deze boomloze vlaktes en zijn het nu goede schuilplaatsen voor de koeien tegen de zon. Ook de eucalyptusboom komt veel voor, een loofboom die met de Australische immigranten is meegekomen. Doordat ze zo hoog worden zijn ze een goede beschutting bij de estancia’s tegen de harde wind. Buiten de bekende guanaco’s komen in de bosgebieden herten voor, zoals ciervo de los Pantanos en de ciervo de la Pampa (Ozotoceros bezoaricus). Dit laatste hert noemen ze een stinkend hert, want hij heeft klieren bij zijn hoeven die een geurstof afscheiden die je op verre afstand al kunt ruiken. Beide lijken veel op onze Europese herten. De Pampa Seca is vlakker en droger en het regent er niet veel. Op de droge vlaktes leeft een klein gordeldier (Chaetophractus villisus), een agressief diertje, dat gaucho’s met hun paarden veel last bezorgt. Meer naar het westen in de cañongebieden leeft de jakhalsvos, dit beest ‘verstijft’ als hij verrast wordt. Maar de Pampa is het land van de koeien en deze zijn met de Spanjaarden rond 1740 meegekomen. Later, na de Engelse invasie in 1807, hadden rijke Engelse boeren door dat met dit grasland van de Pampa geld verdiend kon worden. Ze lieten de beste Engelse koeienrassen overkomen. Voor de melk kwam onze Friese zwartbontkoe naar Argentinië. Ze wordt ook wel ‘Vaca Holandesa’ (de Hollandse koe) genoemd. De Atlantische kust kun je vergelijken qua landschap met onze Nederlandse en Belgische kust, veel duinen en brede stranden. Gedurende de zomermaanden (januari-maart) is dit gebied een geliefd vakantieoord voor de Argentijnen. De Pampa kun je het hele jaar door bezoeken, maar de zomers zijn vrij warm en droog en De Pampa is het land van de de winters mild. koeien
17
ACHTERG RO N DEN
18
De Aconcagua met 6960 meter de hoogste berg van Zuid-Amerika
➎ Cuyo Cuyo betekent in de Huarpe indianentaal land van zand. Gedeeltelijk is dit waar, want Cuyo omvat de volgende provincies: Mendoza, San Juan, San Luis en een deel van La Rioja: het midden westen van Argentinië. Hiervan is het grootste deel bergachtig met de uitlopers van de Altiplano in het noorden. Dan gaat het over in grote droge cañons waar drie imposante nationale parken liggen, Ischigualasto (El Valle de la Luna), Talampaya en Las Sierras de las Quijadas, waar het wel lijkt of daar de tijd stil heeft gestaan en je miljoenen jaren teruggaat. Het zijn ook de droogste en warmste plekken van het land. Temperaturen boven de 40 °C zijn normaal. Tot zo ver zou je kunnen zeggen dat de Huarpes-indianen gelijk hadden, maar Cuyo heeft meer te bieden. Het heeft als ruggengraat het indrukwekkende Andesgebergte, met de hoogste toppen van Zuid-Amerika. Hiervan is de Aconcagua met 6960 m de meest imposante. Tientallen bergen boven de 6000 m vind je in dit gebied. In de valleien ligt Mendoza, de hoofdstad van de wijnen met rondom de stad grote wijngaarden, zo ook bij de steden San Juan en San Rafael. De temperaturen hier zijn aangenamer dan in het noordelijke deel. Ten zuiden van Mendoza wordt het landschap ruiger, cañonachtig met een groot kunstmatig meer en vulkanen. Landinwaarts wordt het landschap vlakker, zoals in de provincie San Luis. In deze provincie ligt het nationale park Las Sierras de las Quijadas, een enorm roodgekleurd cañongebied. Over het algemeen kun je Cuyo het hele jaar door bezoeken, want het heeft aangename temperaturen. Dus ook ideaal voor de wintersport. Alleen in het noordelijk deel vanaf San Juan en San Luis is het ’s zomers zeer warm en daarom kun je beter de nationale parken tussen april en november bezoeken.
LANDSCHAP, DIEREN EN KLIMAAT
➏ Het merengebied Dit is een van de mooiste gebieden van Argentinië, met donkerblauwe meren, een prachtig berglandschap, grotendeels bedekt met uitgestrekte bossen, besneeuwde toppen en gletsjers. Dit tezamen maakt het een van de meest favoriete streken om te bezoeken. Zowel ’s zomers als ’s winters worden de steden Bariloche, San Martín de los Andes en Esquel drukbezocht. Totaal telt het merengebied meer dan 40 meren, waarvan lago Nahuel Huapi het bekendste is. In het noordelijk deel van het merengebied zie je een grappige en unieke boom, de araucariaboom. In Nederland wordt hij apenverdrietboom genoemd, afgeleid van de Engelse naam monkey puzzle tree. De stam lijkt op die van een palmboom en de takken hebben een patroon van bladschubben. Ze groeien rondom vulkanen en op dezelfde hoogte in Chili. Bij Bariloche is een klein bos bij lago Nahuel Huapi met een andere zeldzame boomsoort, de arrayanboom. De schors is kaneelkleurig met witte stippen, ook wel bambibomen genoemd. In het zuidelijke deel van het merengebied groeien de oudste bomen van de wereld: de alerceboom, verwant aan de sequoiabomen in Californië. Vele van deze bomen zijn duizenden jaren oud en het gebied is dan ook een nationaal park. De hoogste bergen zijn de vulkaan Lanín (3776 m) en de Cerro Tronador (3554 m). Wel begint hier het gebergte meer vulkanisch te worden, vooral aan de Chileense zijde (zoals de beroemde vulkaan Villarica). In de bossen bevinden zich geen grote roofdieren, maar wel enkele hertensoorten, die zich vrijwel (helaas) niet laten zien, zoals de huemel (Hippocamelus bisulcus), niet zo groot van postuur (ongeveer één meter hoog) met een klein gewei. De andere, de pudú, is vrij zeldzaam. Dit beestje is niet hoger dan 40 cm en heeft twee hoorntjes. Ze leven meestal boven de 1000 m en voeden zich met struiken en fruit. Vergeleken met de subtropische bossen zijn hier niet veel zangvogels. De opvallendste zijn de spechten, carpintero cabeza roja (Campephilus majellanicus), met hun geklop op boomstammen. Het mannetje
19
ACHTERG RO N DEN
20
heeft een felrode kop en zwarte veren waarvan enkele witte vleugels hebben. De andere is de Patagonische lijster (Turdus falcklandii), die hier geel is met donkerbruine vleugels. Dan de picaflor austral, een kolibrie, die vooral in de vochtige streken vertoeft. Het is een prachtig vogeltje met een lange rode snavel en mooie gekleurde veren. De rivieren en meren zitten vol met zalm en forel. Van de forel zijn er drie soorten, waarvan de trucha marrón (Salmo fario, de Europese forel) de grootste is. De temperaturen zijn er ’s zomers zoals bij ons en in de winter valt er behoorlijk wat sneeuw. Niet voor niets is het merengebied een van de bekendste wintersportgebieden van het land.
❼ Patagonië Het zuiden van Argentinië vanaf río Negro tot aan de Straat van Magallanes wordt Patagonië genoemd. Je kunt dit enorme gebied in tweeën delen: allereerst het vlakke monotone steppelandschap vanaf de Atlantische kust landinwaarts tot de Andes. Het andere deel ligt rond de Andes en wordt het Patagonische bergland genoemd. Dit laatste gebied verschilt alweer qua landschap met het hiervoor beschreven merengebied. Logisch, want je gaat steeds zuidelijker en het wordt kouder, de wind strakker en een groot deel is nog steeds bedekt met een enorme ijskap: Campos de Hielos, de grootste ijsmassa op het vasteland na Antarctica. Tot aan het zuiden van Patagonië heb je een fascinerend schouwspel van enorme gletsjers, bergtoppen die als naalden uit de aarde komen, smaragdblauwe meren, grote loofbossen en onvoorspelbaar weer. Want ’s zomers kan het prachtig weer zijn maar ook binnen enkele uren omslaan in hagel- of regenbuien. De temperaturen zijn aangenaam, rond de 20 oC. Vaak is er een harde strakke wind, maar toch zijn de zomermaanden (november tot april) de beste tijden voor een bezoek. Je ziet op de vlaktes de guanaco (Lama guanicoe) die vaak in groepjes van 10 tot 20 families leven. Ze zijn net als de vicuña’s verwant aan de lama. In de lucht heerst de condor (Vultur gryphus), de grootste roofvogel van Zuid-
LANDSCHAP, DIEREN EN KLIMAAT
Amerika. Je herkent ze aan de witte donskraag om hun nek en ze hebben een spanwijdte van meer dan 3 m. Twee nationale parken zorgen ervoor dat dit landschap beschermd blijft: Parque Nacional Perito Moreno en Los Glaciares. De laatste heeft de mooiste en de grootste gletsjers van het land waaronder de gletsjer De gletsjer Perito Moreno Perito Moreno. Landinwaarts tot aan de Atlantische kust gaat het landschap over in een enorm steppegebied. Het Patagonië dat de meesten wel kennen: vlak, monotoon, af en toe onderbroken door grote rotspartijen of tafelbergen en er is weinig vegetatie. De vlaktes zijn grotendeels begroeid met steppegras (Coiron dulce) en lage struiken. Je ziet er bijna geen bomen. Door de harde wind, bodemerosie, droogte en de zeer dunne ozonlaag is Patagonië langzaam in een woestijn aan het veranderen. In grote delen regent er niet meer dan 150 tot 300 mm per jaar en er grazen miljoenen schapen op een gebied dat bijna twee keer zo groot is als Frankrijk. Op de vlaktes leven veel kleine dieren, zoals de knaag- en gordeldieren. De armadillo, het bekendste gordeldier, is een klein en grappig snel beestje. De mara (Dolichotis patagonum) is het bekendste knaagdier. Deze laatste is een mix tussen een konijn en een hond en heeft de kop van een paard. Een vreemd beestje. Maar er is ook het Europese konijn, een ware plaag voor de flora. Het grootste dier is de ñandu, een Zuid-Amerikaanse struisvogel, die leeft op de Patagonische laagvlaktes. Deze struisvogel is met zijn 1,5 m groter dan zijn familie in Afrika. Zij zijn zeer sociaal en leven in groepsverband, zo’n 10 of 12 bij elkaar. Het bekendste roofdier is de Patagonische vos (Zorro patagonica). In de lagunes bevinden zich veel flamingo’s, vooral de flamenco chilena en de zwartnekzwaan (Cygnus melancoryphus). De schapen zijn meegekomen met de Spanjaarden. Het eerste ras, de merino, kwam rond 1794 uit Spanje in Argentinië. Halverwege de 19de eeuw kwamen in Zuid-Patagonië vanuit de Falklandeilanden met de Engelse en Schotse immigranten duizenden schapen naar Patagonië. De stranden langs de kust zijn lang niet zo breed als noordelijker in de Pampa. Spectaculair zijn wel de kustranden, die vaak tientallen meters hoger zijn dan de stranden. Tot op de hoogte van de stad Comodoro Rivadavia hebben de zomers aangename temperaturen. Zuidelijker, richting de Straat Magellaen pinquïn
21
ACHTERG RO N DEN
22
Een zuidkaper voor de Patagonische kust
van Magallanes, zijn de zomers kort en fris. Ook hier is de beste tijd vanaf november tot april voor een bezoek. De Patagonische kust kent een heel andere fauna, uniek in Zuid-Amerika. De stranden zijn het domein van de zeehonden en pinguïns. Van de zeehonden komen drie soorten het meeste voor: de zeeolifant (Elefante marino) is met zijn 4 ton aan gewicht de grootste, dan de lobo de un pelo, de zeeleeuw (Otaria flavescens), is ook zo’n gigant. De mannetjes hebben manen, vandaar de naam zeeleeuw. Wat kleiner zijn de lobos de dos pelos, de zuidelijke zeehond en de gewone zeerob. Van de pinguïns is het de Magellaen pinguïn die je overal ziet. Langs de gehele kust tot aan Vuurland toe zie je deze beestjes. Er zijn gebieden waar honderdduizenden pinguïns leven zoals bij Punta Tombo en Cabo Virgenes, het zuidelijkste puntje van Patagonië. Fascinerend is het om bij het schiereiland Península Valdés de walvissen te zien. Tussen juni en oktober komen honderden walvissen langs deze kust, om te jongen, want de oceaan is hier rijk aan plankton. Het zijn de zuidkapers (Eubalaena australis), die enorm groot zijn met een lengte tot 18 m. Je kunt ze in al die maanden bewonderen, want langs de kust zijn ze goed waarneembaar met hun sprongen en vinnen. Rond maart en april komen langs de stranden de orka’s op jacht naar jonge zeehonden. Vogels zijn er volop vooral bij Península Valdés. De bekendste zijn de aalscholvers, waaronder de mooie cormorán imperial, de koningsaalscholver. Verder zie je de witte plevier (Chorlito blanco) en de Magellaen scholekster (Ostrero austral). Als je geluk hebt kun je er ook de malmokalbatros (Diomedea melanophris) boven je hoofd zien zweven, een prachtige grote vogel, met een vleugelwijdte van meer dan 2 m.
➑ Vuurland Vuurland, Tierra del Fuego, wordt ook wel de ‘teen van Argentinië’ genoemd. Het noordelijke deel is vlak met veengrond, een voortzetting van de Patagonische vlaktes met veel schapen. Maar hoe zuidelijker je komt des te
LANDSCHAP, DIEREN EN KLIMAAT
bosrijker en bergachtiger het wordt. Helaas is al veel ontbost, maar een groot deel van de lengabossen zijn beschermd in een nationaal park: Parque Nacional Tierra del Fuego. Vuurland heeft prachtige meren en langs het Beagle-kanaal, richting Chili lijkt het landschap op de fjorden van Noorwegen. Nu ben je op het zuidelijkste bewoonbare puntje van de wereld voor Antarctica, want na Isla Navarino en Kaap Hoorn is het echt ‘Finis Terrae’, de eindhalte van het Amerikaanse continent. Door de stromingen van de oceaan en de uitlopers van het Andesgebergte is het weer niet echt aangenaam. Vaak regent het er ’s zomers en waait er een harde straffe wind. De temperaturen liggen niet boven de 15 °C. De zomernachten zijn kort, zoals in Noord-Europa, de winternachten lang, maar de temperaturen zijn ‘s winters mild. Langs en boven het Beagle-kanaal kun je de reuzenstormvogel (Macroneectes giganteus) een wat grijs gekleurde vogel waarnemen, maar ook de reuzenalbatros met een vleugelwijdte van ruim 3 m! De wateren rond Vuurland zijn rijk aan centolla, een grote krab, die zeker 1,5 m breed kan worden.
De nationale parken Argentinië was het eerste land in Zuid-Amerika, dat nationale parken heeft ingesteld, ter bescherming van de flora en fauna in eigen land. Begin 1900 was het Francisco P. Moreno, natuurkundige en natuurbeschermer, die 75 km2 rondom Bariloche, dat in het merengebied ligt, als beschermd gebied aan de staat schonk. Hij stelde wel als voorwaarde dat deze grond toegankelijk moest zijn voor alle Argentijnen. Het Yellowstone Park in Noord-Amerika was in 1872 het eerste nationale park op het Amerikaanse continent en gold toen als voorbeeld voor de Argentijnse regering om als tweede land ook een nationaal park op te zetten. Dat werd in 1903 het gebied dat Moreno toen had geschonken en kreeg de naam Parque Nacional Nahuel Huapi. Nu is het 7580 km2 groot en een van de meest bezochte parken van het land. Tegenwoordig telt Argentinië 27 nationale parken en minstens 10 provinciale parken. In totaal is 140.000
Nationaal park Talampaya
Nationaal park Tierra del Fuego
23
ACHTERG RO N DEN
24
km2 beschermd gebied. Er zijn in Argentinië 3 categorieën om de natuur te beschermen. Allereerst de nationale parken, dan nationale reservaten en daarna de natuurmonumenten. In de nationale parken is alle economische exploitatie verboden, in nationale reservaten zijn economische activiteiten onder strikte voorschriften toegestaan en ten slotte natuurmonumenten, die gedeeltelijk in particuliere handen zijn en deels erfgoed van de staat. Alle nationale parken en reservaten hebben parkwachters. En in de grote parken staan ontvangsthallen waar de bezoekers duidelijk het ecosysteem binnen het park wordt uitgelegd. Argentinië begint zijn grond eindelijk eens goed te beschermen. Gelukkig, want er is al heel veel in de loop van minder dan 150 jaar aan natuur verdwenen. Toen rond 1860 de Europeanen naar Argentinië kwamen zag iedereen hier het ‘oneindige’ land en eiste men alles op. De inheemse dieren werden een plaag voor de koeien, paarden en schapen beschouwd. Langs de kust werden de walvissen, zeehonden en pinguïns afgeslacht voor hun huid, vlees en vet. Bossen werden gekapt voor landbouwgrond en van het hout werden huizen gebouwd. Veel is er al verdwenen, maar met deze nationale parken kunnen we allemaal nog genieten van het mooie dat de natuur ons biedt in dit land. Het hoofdkantoor van de nationale parken is in Buenos Aires op Av. Santa Fe 690. Open maandag t/m vrijdag van 10 -17 uur. www.parquesnacionales.gov.ar
Nationale parken 2
6 7
8
9 12 11 10
1
3
NN
5
4
2
1
3
16
14
13
17
18
15
19 20 21 22 23
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13.
4 5
14.
24 6
25
26
27
15. 16. 17. 18. 19. 20. 21.
Iguazú Río Pilcomayo Mburucuyá Chaco Baritú El Rey Calilegua Los Cardones San Guillermo Talampaya EL Leoncito Los Alisos Sierra de las Quijadas Quebrada del Condorito Laguna Blanca El Palmar La Azotea Lihué Calel Lanin Los Arrayanes Nahuel Huapi
22. 23. 24. 25. 26. 27.
Lago Puelo Los Alerces Perito Moreno Monte León Los Glaciares Tierra del Fuego
De bekendste provinciale parken 1. Parque Provincial Ischigualasto 2. Laguna de los Pozuelos 3. Parque Provincial Aconcagua 4. Parque Provincial Península Valdés 5. Reserve Provincial Punta Tombo 6. Bosque Petrificado
LANDSCHAP, DIEREN EN KLIMAAT
De dinosaurussen van Argentinië Niet alleen in Noord-Amerika hebben de grootste en oudste dinosaurussen van het continent geleefd. Sinds de jaren negentig van de vorige eeuw is men tot de ontdekking gekomen dat in Argentinië nog oudere en primitieve roofdieren waren. Tijdens het Trias (225 miljoen jaar terug) en Jura-tijdperk (150 miljoen jaar terug) leefden op de Patagonische vlaktes en het noordwesten van Argentinië al gigantische reptielen en later enorme dinosaurussen. Bij het dorpje Plaza Huincul, 125 km ten westen van de stad Neuquén in de gelijknamige provincie, is in 1989 de grootste plantenetende dinosaurus ter wereld gevonden, de Argentinosaurus Huincuiensis. Deze leefde 95 miljoen jaar geleden. En in 1993 vond men bij het stadje Villa el Chocón de resten van de grootste vleesetende dinosaurus ter wereld, de Gigantosaurus Carolini die zo’n 160 miljoen geleden leefde. Bij het nationale park Ischigualasto (el Valle de la Luna) zijn resten gevonden van een van de oudste dinosaurussen in de wereld, de Titanosaurus. Dit heerschap leefde meer dan 110 miljoen jaar terug. Vanuit de stad San Luis worden excursies georganiseerd die de ‘dino- In Villa Chocón word je allervriendelijkst saurusroute’ heet. Deze begroet begint bij het nationaal park Sierras de los Quijados tot aan het nationaal park Talampaya. (Lees ook het hoofdstuk 4 in deel 3, waar ik uitgebreid over deze parken vertel.) Maar je kunt ook mee helpen (tegen betaling) met opgravingen ten noorden van het stadje Villa Chocón (zie ook pagina 409) in de provincie Neuquén. Men noemt dit gebied ‘el parque Crétacico’. Je kunt daar ook in de grond voetafdrukken van een Andesaurus kunt zien (zo’n 108 miljoen jaar oud!). Omdat er in Argentinië zo veel verschillende soorten dinosaurussen zijn gevonden worden ze ook wel ‘los perros del desierto’ (de honden van de woestijn) genoemd. De meeste reptielen zijn in het gebied rondom de stad Neuquén gevonden, maar ook in de provincie Chubut zijn veel prehistorische vondsten gedaan met een interessant museum in Telew. Op pagina 409 en 471 lees je waar de musea zijn en wat je daar kunt bewonderen.
25
ACHTERG RO N DEN
26
GESCHIEDENIS Voordat de Spanjaarden kwamen (de precolumbiaanse tijd) Er zijn bij opgravingen in Ayampitín (in de provincie Córdoba) en in Inti Huasi (het bergland van de provincie San Luis) voorwerpen gevonden die erop duiden dat er ongeveer 8000 jaar geleden mensen in Argentinië hebben geleefd. Zeker is dat zo’n 6000 jaar geleden de eerste woongemeenschappen en culturen ontstonden. Want rond de río Paraná zijn aanwijzingen dat 6000 jaar geleden al een eenvoudige agricultuur bestond. Het waren nomadenvolken, die van de jacht leefden. Want het klimaat is hier vochtiger en daardoor rijk aan een planten- en dierenleven. De eerste bewoners van het land jaagden met eenvoudige speren, harpoenen en stenen projectielen. Dat is te zien aan de rotstekeningen in Tilcara (provincie Jujuy) en in Cañadón de los Manos Pintadas (provincie Chubut). De echte aanwijzingen van woongemeenschappen en waarschijnlijk volkeren zijn pas van 2500 jaar terug. In de provincie Tucumán bij Tafí en in de valleien van de Calchaquíes aldaar zijn keramiek, menhirs en stenen voorwerpen gevonden. Langzaam ontwikkelden zich in het noorden en oosten van het land ook agrarische (woon)gemeenschappen, die leefden van maïs, zoete aardappelen en bonen. De bewoners in het noordwesten fokten lama’s en wisten hun wol te gebruiken. In het noorden en midden ontwikkelde de cultuur zich snel, maar in het zuiden in Patagonië en Vuurland bleven de mensen jagers en ontwikkelde hun cultuur, mede door het barre klimaat(?), zich heel langzaam. Men denkt ook dat groepen indianen in het noorden, die niet mee konden komen of zich niet aanpasten, verdreven werden naar het zuiden. In de eerste eeuwen van onze jaartelling waren er al woongemeenschappen gebouwd met klei en strodaken en gebruikte men voorwerpen van brons en koper. Maar ook was er voor de landbouw al een vernuftig irrigatiesysteem bedacht. Rond het jaar 1000 waren de belangrijkste indianenvolken in Argentinië de Diaguitas in het noordoosten, in het midden de Huarpes, langs de kust en Pampa, de Querandies en Puelches. Rond het Chacogebied leefden de Tobas-indianen. Het merengebied was in handen van de Araucaniërs en in Patagonië leefden de Tehuelches. Vuurland telde vier indianenvolken: de Onas, de Yaghanes, Selknam en Haush. Tot 1480 was Argentinië zo verdeeld en toen kwam via het noordoosten de eerste invasie. Het waren de Inca’s op zoek naar goud en zilver. Zij zijn tot in de provincie Mendoza gekomen, want veel goud of zilver werd er niet gevonden. Wel hebben zij hun (culturele) stempel achtergelaten. In 1536 kwam de tweede invasie, nu vanuit Europa.
De Spaanse overheersing De Spaanse kolonisatie begon in 1536 toen de Spaanse edelman Pedro de Mendoza aan de oevers van de RÍo de la Plata met zijn manschappen een nederzetting stichtte. Ze noemden haar Santa Maria de los Buenos Aires. De indianen verwoestten enkele jaren later dit gehuchtje. Pedro
G ESCHI EDEN I S
Resten van oude indianenculturen In grote delen van het land kun je nog overblijfselen zien van verschillende indianenculturen. Sommige zijn 7000 jaar oud, voornamelijk rotstekeningen die zelfs zeer goed bewaard zijn gebleven. Hieronder een overzicht van de meest interessante en (goed) bereikbare plaatsen. ❶ Allereerst Pucará de Tilcara in de provincie Jujuy. De ruïnes liggen 84 km ten noorden van de hoofdstad Jujuy. Pucará is een indianenfort gebouwd rond het jaar 1000 van onze jaartelling, in een periode die toen de Tilcara-cultuur heette. Buiten de ruïnes zie je niet veel meer terug van deze periode. Wel in het museum te Tilcara. Het fort heeft standgehouden tot 1470, toen het werd veroverd door de Inca’s. ❷ Santa Rosa de Tastil, 70 km ten westen van de stad Salta. Hier liggen ruïnes van een stadje, waar eens 3.000 woningen stonden. Het dateert uit het jaar 1300. Hier was toen een bloeiende handelsplaats, want het lag langs een belangrijke weg tussen de Altiplano en de zuidelijke valleien. Rond 1480 werd het ingenomen door de Inca’s. De ruïnes zijn pas in 1903 ontdekt en de meeste voorwerpen liggen in het museum van La Plata. ❸ De ruïnes van Quilmes in de provincie Tucumán zijn een van de bekendste overblijfselen van een standvastig volk. Vanaf het jaar 800 woonden hier de Calchaque-indianen. De ruïnes die je ziet, zijn een onderdeel van een toen belangrijke stad, waar zeker 10.000 mensen hebben gewoond. De indianen hadden een goed georganiseerde gemeenschap, totdat de Spanjaarden in twee oorlogen de stad Quilmes inrekenden. Het waren bloedige oorlogen en ten slotte bleven er N maar 260 families over. Zij werden 1 in 1667 ingerekend en verplaatst 2 naar de andere kant van het land. 3 4 ❹ Ten zuiden van de stad Tucumán 5 niet ver van Tafí del Valle ligt 6 Parque de los Menhires. Tiental8 len menhirs liggen hier en veel zijn er bewerkt, met menselijke en sierlijke afbeeldingen, allemaal geometrisch. Bij sommige kun je nog zien dat ze beschilderd zijn. 1. Pucará de Tilcara Ze dateren uit een periode van de 9 2. Santa Rosa de Tastil Tafí-cultuur, die haar hoogtepunt 3. Quilmes had tussen 650 en 800 n. Chr. 4. Parque de los De volgende plaatsen staan bekend Menhires 7 5. Talampaya om hun rotstekeningen. 6. Cerro Colorado ❺ De eerste is in het cañongebied 7 La Maria Talampaya in de provincie La Rioja 8. Inti Huasí 9. Cueva de las Manos waar je rotstekeningen in de openlucht aantreft.
27
28
ACHTERG RO N DEN
❻ Imponerender zijn de rotstekeningen van de Cerro Colorado. Deze vind je in de provincie Córdoba. Het zijn duidelijke afbeeldingen van voor en tijdens de eerste Spaanse ontmoetingen. Ongeveer 30.000 motieven zijn er geteld in allerlei kleuren en vormen. Simpel maar mooi van vorm, een juweeltje deze vindplaats. Waarschijnlijk uit een periode van 1100 tot halverwege de 16de eeuw. ❼ Helemaal in het zuiden bij Puerto San Julian aan de Patagonische kust zijn bij estancia La Maria in een grot tekeningen te zien die zeker 7000 jaar oud zijn. ❽ In de grot van Inti Huasi, die zo’n 150 km ten noorden van de stad San Luis ligt zijn voorwerpen en rotstekeningen gevonden van meer dan 6000 jaar oud. Waarschijnlijk werd deze grot bewoond door indianen van de Ayampitin-cultuur. ➒ Als laatste in de provincie Santa Cruz kun je de Argentijnse versie van de grotten van Lascaux zien: Cueva de las Manos, de grot van de handen, 165 km ten zuiden van het stadje Perito Moreno. Er zijn tientallen handen afgebeeld in zwart-wit of rood in één grot beneden in de vallei van de Río Pinturas. De afbeeldingen zijn gemaakt tussen de 3000 en 9000 jaar geleden en het is zeker dat verschillende culturen in deze grot de muurschilderingen hebben aangebracht. Dat is te zien aan de kleuren en manieren waarop de handen op de rotsen zijn geschilderd. De Argentijnen noemen het de Sixtijnse kapel onder de rotstekeningen!
de Mendoza en zijn mannen vertrokken zwak en ziek naar het warme noorden. Pas 40 jaar later stichtte Juan de Garay definitief Puerto Santa Maria de los Buenos Aires, het tweede Buenos Aires. De naam ‘Argentinië, is afgeleid van het Latijnse woord ‘argentum’, dat (land van) zilver betekent. In 1526 zeilde al de Venetiaan Sebastiaan Cabot langs de oevers van een brede riviermond, die hij RÍo de la Plata noemde. Hij dacht ten onrechte dat er zilver in de grond zat; de Spaanse veroveraars waren hoofdzakelijk geïnteresseerd in goud en zilver. Daarom toonden de Spanjaarden weinig belangstelling voor de Pampa, want de woorden van Hernan Cortés, toen deze Mexico innam, lagen nog vers in het geheugen: ‘Ik ben gekomen voor goud, niet om land om te ploegen voor de boeren’. De indianen, die op de uitgestrekte vlaktes woonden, hadden ook niet die hoge ontwikkeling zoals de Spanjaarden die waren tegengekomen in Mexico, Guatemala en Peru. Daar woonden de Azteken, de Maya’s en de Inca’s. De indianen hier waren oorlogszuchtig en wreed, want de avonturier Juan Solís die al in 1516 bij Río de la Plata aanmeerde, werd daar ruw vermoord en opgegeten. Vanuit Bolivia was een andere groep Spanjaarden Noord-Argentinië binnengekomen en met meer succes. Binnen tientallen jaren was het noorden gekoloniseerd. Tussen 1553 en 1573 ontstonden de volgende steden: Santiago del Estero (1553), Mendoza (1561), San Juan (1562), Tucumán (1565) en Córdoba (1573). Het veroverde deel werd geregeerd vanuit Lima, dat tot 1776 niet erg geïnteresseerd was in dit gebied. Hierdoor konden de missieposten
G ESCHI EDEN I S
(reducciónes), die vooral door de jezuïeten werden opgezet, tot grote bloei komen. De provincie Misiones is een goed voorbeeld van de samenwerking tussen de jezuïeten en indianen. Ook waren deze missieposten een bescherming voor de indianen tegen de grootgrondbezitters, die veel slaven nodig hadden. De eerste posten werden in 1609 gesticht en weldra waren het economische eenheden die volledig zelfvoorzienend waren. Ook in het noordwesten werden deze posten opgezet. Daar heetten ze encomienda’s. Het waren voornamelijk de plaatselijke overheden die deze posten opzetten. Het grote verschil was wel dat een encomienda meer een verkapte vorm van slavenhandel was dan de reducciónes in het noordoosten. Vele indianen die leefden in de encomienda’s stierven aan westerse ziektes. Bijvoorbeeld in de encomienda van Tucumán leefden rond 1609 24.000 indianen, in 1671 nog maar 2200. Dit maakte op een gegeven moment de encomienda’s overbodig en zo ontstonden er langzaam maar zeker de haciënda’s. Dit waren boerengemeenschappen die grotendeels zelfstandig hun grond bewerkten. Het waren vaak de criollo’s, Spanjaarden die in Zuid-Amerika geboren waren en mestiezen (half Spanjaard, half indiaans) die deze vorm van landbewerking uitoefenden en tabak, suikerriet, katoen en maïs verbouwden. Later, met de estancia’s (grote veeboerderijen) in de Pampa zouden zij een belangrijke rol in de geschiedenis van Argentinië spelen. In 1767 en 1777 werden twee belangrijke besluiten in Spanje genomen. Allereerst veranderde in 1767 de situatie voor de missieposten in Misiones. Volgens de Spaanse koning Karel III ondermijnden de jezuïeten het gezag en moesten zij onmiddellijk terug naar Spanje. Maar het was in werkelijkheid een strijd tussen de machtige grootgrondbezitters en de kerk. De grootgrondbezitters vonden de jezuïeten (kerk) te machtig en te rijk. Duizenden jezuïeten vertrokken, ook uit het noordwesten waar zij scholen en universiteiten (die van Córdoba was beroemd) hadden. De reducciones raakten in verval en ten slotte werden ze verwoest. Tien jaar later in 1777 werd de Río de la Plata (gebied rondom Buenos Aires) tot onderkoninkrijk verheven en losgemaakt uit het onderkoninkrijk Perú.
Handelsmonopolie Sinds de kolonisatie van het noorden van Argentinië, onder leiding van de onderkoning van Peru, werden twee steden steeds belangrijker. Tucumán ontwikkelde zich als hét handelscentrum voor tabak, katoen, vee en tarwe naar de naburige landen. Zo ook Córdoba, maar het werd ook het intellectuele centrum van het noorden door zijn twee universiteiten en hogescholen. Buenos Aires, dat eigenlijk pas in 1580 definitief werd gesticht, bleef lange tijd een onbeduidend (haven)stadje. Logisch, want van Spanje mocht alleen Cadiz officieel direct handel met Europa drijven en alle andere handel moest via Lima of Panama gaan. Dit omdat Spanje alle aanvoer naar en van de koloniën wilde controleren. Vooral op goud en zilver. Zo werden ook de ontwikkelingsmogelijkheden van Argentinië tegengehouden. Daardoor ontstond er wel een bloeiende smokkelhandel, waarvan Buenos Aires dé smokkelhaven werd. Tot 1777 was het hele gebied rondom de stad en de Pampa totaal niet ontwikkeld.
29
30
ACHTERG RO N DEN
Wapen en vlag van Argentinië De Argentijnse vlag is een ontwerp van generaal Manuel Belgrano. Hij ontwierp die in 1812, maar werd pas bij het uitroepen van de onafhankelijkheid in 1816 officieel gepresenteerd. De blauw-witte strepen vinden hun oorsprong in de hemden van de Argentijnen die vochten tegen de Engelse bezetting van Buenos Aires in 1806. De zon in het midden is de mei-zon van 25 mei, toen de eerste regering in 1810 zich bekendmaakte. Het wapen toont twee handen ineen van vriendschap met daartussen de rode vrijheidsmuts die toen gedragen werd. Alles omringd door een lauwerkrans met daarboven een opkomende zon. De achtergrondkleur is blauw-wit, zoals de vlag.
De stad Buenos Aires groeide wel, want door de smokkel kwamen er mensen van allerlei nationaliteiten onder wie Hollanders, Afrikanen en Engelsen naar deze stad. Met de beslissing in 1777 van de Spaanse koning Carlos III dat RÍo de la Plata een eigen bevoegdheid kreeg en dat op Buenos Aires een vrije handel mogelijk was naar alle Spaanse havens, ging de situatie in Argentinië veranderen.
De stap naar de onafhankelijkheid Van nu af werd Buenos Aires de belangrijkste handelsstad, want alles wat uit Spanje werd geïmporteerd naar Bolivia en Peru ging nu via deze stad. Maar ook het zilver uit Bolivia, huiden en (gezouten) vlees voor export naar Europa werd nu via Buenos Aires verhandeld. In het begin van de 19de eeuw begon er in Europa ook van alles te bewegen. Tijdens het tijdperk van Napoleon (1804-1815) verloor Spanje zijn bindingen met Argentinië en ook zijn vloot. In Engeland was een industriële revolutie begonnen en dat land had een groot deel van de handel naar Zuid-Amerika van de Spanjaarden overgenomen. De Engelsen wilden zelfs Argentinië veroveren. In 1806 bezetten ze Buenos Aires en nog geen jaar later werden ze al verdreven door een heldhaftig leger ondersteund door de bevolking. Een Engelse commandant noemde de straten in Buenos Aires ‘paden van de dood’, zo vurig verjoegen de bewoners de Engelsen. Het begon te borrelen in Argentinië, de criollo’s pikten de overheersing niet meer van Spanje, dat trouwens door Napoleon was ingerekend. Manuel Belgrano, Bernardino Rivadavia en Mariano Moreno waren drie intellectuelen en criollo’s, die het initiatief namen voor een nieuwe staat. Zij waren sterk beïnvloed door de Franse verlichting en revolutie (1789). Op 25 mei 1810 riepen 251 burgers een voorlopige junta van de provincie RÍo de la Plata uit. Deze junta zou het bestuur van de onderkoning
G ESCHI EDEN I S
van Spanje overnemen. De estanciero’s, de landeigenaren in de provincies, wilden zich niet onderwerpen aan het gezag van Buenos Aires. Zo ontstonden in Argentinië twee machtige groepen: de Unitario’s, die een sterk centraal gezag van Buenos Aires wilden en de Federalisten, leiders van de provincies en landeigenaren die zich niet wilden onderwerpen aan het gezag van Buenos Aires. De chaos in het land nam toe, want de Federalisten wilden geen tolheffing van Buenos Aires accepteren en zij eisten ook toegang tot de wereldmarkt voor hun produkten.
De onafhankelijkheid Uiteindelijk kwam er een groot congres in Tucumán om een grondwet op te stellen en 9 juli 1816 was het zo ver. Door alle afgevaardigden van de provincies werd de grondwet aangenomen en de onafhankelijkheid uitgeroepen. Maar de Spanjaarden moesten nog verslagen worden. Onder Generaal José de San Martín Waar je ook komt in Argentinië er zal altijd wel een straat of een plein naar generaal José de San Martín genoemd zijn, de bevrijder van Argentinië. Hij is geboren in 1778 in een dorpje in de provincie Corrientes als José Francisco de San Martín. Hij kreeg zijn schoolopleiding in Spanje en ging daar ook in dienst. In 1811 keerde hij terug naar zijn vaderland. Daar sloot hij zich aan bij de bevrijdingsbeweging. Eerst werd hij gelegerd in het noorden nabij Salta om daar de Spanjaarden te verdrijven samen met generaal Guëmes. Rond 1814 werd José de San Martín overgeplaatst naar Mendoza. Daar, met de hulp van de plaatselijke indianen, ging hij met ruim 3000 soldaten en 10.000 paarden en ezels een gewaagd plan realiseren. Zijn idee was om zo de Andes over te steken en met deze verrassingszet de Spanjaarden in Chili te kunnen verslaan. Na een barre tocht van 21 dagen lukt het om de Spanjaarden in Chacabuco en later in Santiago te verslaan. De triomftocht kon beginnen. Zelfverzekerd trok hij met zijn leger naar het noorden en kwam zegevierend in 1820 in Lima aan. Het zuidelijke deel van Zuid-Amerika was bevrijd door José de San Martín en het noordelijke deel door Simon Bolivar. Deze twee helden hebben elkaar in 1822 in Guayaquil in Ecuador ontmoet en niemand weet wat zij samen hebben besproken. Want José de San Martín keerde terug naar Mendoza en verliet zelfs in 1824 Argentinië, bedroefd over wat er gerealiseerd was. Want ruzies, een instabiele regering en verdeeldheid had hij in het land aangetroffen. José de San Martín vertrok naar Frankrijk waar hij in 1850 stierf. Pas nadat in 1880 zijn lichaam in Buenos Aires in de kathedraal werd opgebaard kreeg deze man de erkenning waar hij zo’n recht op had: El Libertador (de bevrijder).
31
32
ACHTERG RO N DEN
leiding van de generaals San Martín, Belgrano en Güemes waren de Argentijnen al begonnen het Spaanse leger te verdrijven. Spectaculair was de overtocht van generaal San Martín bij Mendoza naar Chili. Met duizenden ging men de Andes over naar Chacabuco en in 1817 versloeg hij opnieuw de Spanjaarden. Daarna bevrijdde San Martín Chili en vervolgens trok hij door naar het noorden om Peru te bevrijdden. Toen hij in 1823 terugkeerde naar Argentinië kreeg hij niet de erkenning voor wat hij gedaan had. Hij was ook teleurgesteld in de grote verdeeldheid waarin het land verkeerde. Een jaar later vertrok San Martín naar Frankrijk en stierf in 1850 te Boulogne sur Mer in de anonimiteit. Nu zul je vrijwel geen stads- of dorpsplein in het land tegenkomen of het is genoemd naar San Martín. Erkenning heeft hij dus later wel gekregen. Het verzet tegen Buenos Aires bleef en werd geleid door caudillo’s. Dat waren de plaatselijke leiders van een provincie of regio. Het waren machtige leiders, die vaak grote stukken grond bezaten en een eigen legertje hadden. Hun legertjes waren vaak samengesteld uit gaucho’s, de Argentijnse cowboys (zie ook pagina 166). De meeste gaucho’s waren criollo’s of Spanjaarden die het avontuur hadden gekozen. Zij leefden op het platteland, zowel op de Pampa als in het noorden. In deze anarchie kwam de caudillo en grootgrondbezitter Juan Manuel de Rosas in 1829 met hulp van de federalisten aan de macht. Het werd 20 jaar tirannie en een van de bloedigste periodes uit de geschiedenis van Argentinië. Eerst werden de Unitario’s, de voorstanders van centraal bestuur, bloedig afgezet en verklaarde hij in Buenos Aires een alleenheerschappij van landeigenaren. Het was het platteland tegen het intellect, want Rosas wilde het mes (= Facón zie pagina 54 van de gaucho tot cultuurgoed van de stad maken en vernietigde alle boekwerken over civilisatie, recht en vrijheden. Hij schafJan Manuel de Rosas te alle openbare scholen af. Daarna zette hij zijn trouwe kameraden af of liet ze ombrengen. Ook zijn vrouw leverde een bijdrage door een geheime politie in te stellen, de Mazorca. Deze naam werd al gauw verbasterd tot más hoca (meer galgen). Domingo Faustino Sarmiento (schrijver, denker en de latere president, zie ook pagina 251) berichtte vanuit Chili, dat ‘de terreur werd verheven tot regeringsstijl’. De beroemde naturalist W. Hudson schreef over de methode van de geheime politie: ‘De liefde om iemand niet met een kogel te doden, maar op een manier dat zij echt voelden dat ze gedood werden’, geeft al aan hoe gruwelijk de praktijken waren. Charles Darwin sprak nog vol lof over deze man toen hij in 1833 gastvrij door Rosas werd ontvangen. De oppositie, onder leiding van de intellectuelen Mitre, Alberdi en Sarmiento, nam toe en door samen te werken met de (caudillo) generaal José Urquiza en zijn (vrijwilligers) leger kon Rosas leger in 1852 eindelijk verslagen worden.
G ESCHI EDEN I S
Naar een moderne wereld Na de omverwerping in 1852 werd er in 1853 een nieuwe grondwet aangenomen, die veel weg had van de Noord-Amerikaanse federatie. Urquiza werd waarnemend president en men kon aan de opbouw van het land beginnen, wat lukte. Het werd wel opnieuw financieel onder druk gezet door een bloedige oorlog samen met Brazilië en Uruguay tegen de Paraguaanse dictator Francisco López (1865-1870). Na de oorlog in 1870 kreeg het land de provincies Formosa, Chaco en Misiones erbij. President Sarmiento (1868-74) zette de ingezette weg van modernisering voort. Er kwamen treinen, hij stelde een nationale bank in en moderniseerde het onderwijssysteem. De rijkdommen van de Pampa werden eindelijk ontdekt, want de landbouw en veeteelt kregen een enorme impuls. Er waren mondiaal twee belangrijke technische uitvindingen gedaan: het prikkeldraad en het koelschip. In 1845 kreeg men met de invoering van prikkeldraad georganiseerde veeteelt. De duizenden koeien en stieren werden gescheiden, de voortplanting kon nu gecontroleerd worden om het ras te veredelen. De particuliere eigendommen werden beschermd. Toen in 1877 het eerste koelschip in Buenos Aires arriveerde met twee ton geconserveerd vlees, betekende dit een nieuw economisch hoofdstuk in de Argentijnse geschiedenis. De Engelse fokstieren Shorton en Hereford werden naar Argentinië gebracht, koelinstallaties kwamen over uit Engeland. Spoorlijnen om het vleesvervoer te versnellen werden door de Britten aangelegd en gefinancierd. Argentinië was klaar voor de export, Europa zat te wachten op de sappige biefstukken. Ook de textielindustrie bloeide in Europa en Argentinië leverde met zijn miljoenen schapen de wol. Het bracht twee belangrijke effecten met zich mee. Door de exploitatie van weilanden begon de jacht op indianen en de vraag naar arbeid. Argentinië was een dunbevolkt land en nu was er een schreeuwend tekort aan arbeidskrachten. En een beroep doen op de ontwetende en lusteloze bevolking, die alleen maar vlees at, kon de opwaartse economie niet in stand houden. Europese arbeiders moesten worden aangetrokken voor nieuwe landbouwtechnieken en industriële vaardigheden, zo meende president Sarmiento. De immigrantenstroom kwam op gang. Op de Pampa moesten de indianen verdreven worden, want de grond (wei- Generaal Julio Roca landen) werd opgeëist door de regering en de veebaronnen. Eerst bedacht minister Alsina om een brede gleuf rond het hele Pampagebied te graven, zodat de indianen er niet meer door konden. Maar door zijn plotselinge dood mocht generaal Julio Roca in 1879 met het leger zoals hij het noemde, een verovering van de woestijn (conquista del desierto), beginnen. In nog geen jaar tijd liquideerde of onderwierp hij alle indianen op zijn pad en leverde de generaal bijna 500.000 km2 nieuwe Pampagrond aan de grootgrondbezitters.
33
34
ACHTERG RO N DEN
In 1851 telde het land 800.000 inwoners, in 1895 ruim 4 miljoen en rond 1910 waren het er al 8 miljoen. Driekwart was niet-Argentijn, in Buenos Aires één op de twee. Voornamelijk Italianen, Spanjaarden, Engelsen, Duitsers en Welshmen. Zij werden arbeiders in de haven, op estancia’s, of kregen aan de rand van de Pampa grond aangeboden. Boeren uit Frankrijk en Zwitserland werden tewerkgesteld in Mesopotamia. Schotten, Ieren en Basken werden naar het zuiden van Patagonië naar de schapen-estancia’s gestuurd. De Welshmen kregen moeilijk te bewerken grond toegewezen aan de rand van de Pampa bij Trevelin, en Duitsers werden naar het ondoordringbare bos van de Misiones gezonden. De macht in Argentinië werd uitgevoerd door grootgrondbezitters, machtige vee- en graanboeren, de financiële elite en de exporteurs van vlees, wol en granen. Door al die rijkdom schoot het land meteen door in de moderne tijd. Want met behulp van Engels kapitaal en ingenieurs werd de infrastructuur snel verbeterd. 30.000 km spoorlijnen werden aangelegd, gasverlichting in de steden, telefoon, overal elektriciteit, het kon niet op. Argentinië behoorde tot de tien rijkste landen van de wereld. Buenos Aires, Rosario en Córdoba werden de belangrijkste culturele centra van Zuid-Amerika. Het grootste operagebouw ter wereld, Teatro Colón, werd in 1889 in Buenos Aires geopend. Beroemde architecten uit Frankrijk en Italië kwamen tussen 1880 en 1910 over en veranderden Buenos Aires, Rosario en La Plata in kopieën van Europese steden. Toen de Eerste Wereldoorlog uitbrak, volgde er ook een financiële crisis in Argentinië. Het land kon zijn schulden niet meer betalen, daar de afzetmarkt Europa door de oorlog was weggevallen. Er kwam een enorme onvrede bij de groeiende middenklasse, die geen toegang kreeg tot de politieke macht. Zij eisten vrije verkiezingen en openheid, want het was een kleine conservatieve groep die de politieke macht had. De middenklasse werd grotendeels vertegenwoordigd door immigranten, die uit Europa socialistische en anarchistische ideeën hadden meegebracht. Onder leiding van advocaat Leandro Alem werd de Unión Cívica Radical opgericht, de Radicale Burgerunie. Het werd een van de belangrijkste partijen en in 1894 werd ook de Socialistische Partij opgericht. In 1916 wonnen de radicalen de eerste algemene vrije verkiezingen en werd Hipólito Yrigoyen tot president gekozen. Na de Eerste Wereldoorlog begon de economie weer aan te trekken, omdat er in de wereld een groot tekort aan vlees en graan was ontstaan. Yrigoyen beloofde het land hervormingen, verdeling van welvaart en een sociale wetgeving. De president kreeg als bijnaam ‘de vader van de armen’. De radicalen bleven tot vrijwel eind jaren twintig aan de macht. 14 jaar hervormingen, voorspoed, expansie en economische groei veranderden toen in 1930 een internationale economische crisis uitbrak. Er volgde een staatsgreep, want de conservatieve macht zag nu weer haar kans. Fascistische en nationalistische ideeën staken net zoals in Duitsland en Italië de kop op. Vooral omdat het spoorwegnet, het openbaar vervoer, de vleesindustrieën en koelhuizen nog in handen waren van de Engelsen.
G ESCHI EDEN I S
Tijdperk Perón De Tweede Wereldoorlog brak uit en Argentinië verklaarde zich officieel neutraal, maar de toenmalige militaire leiders hadden veel oog voor de ideeën van Hitler, Mussolini en Franco. Juan Perón was een van de officieren die lid was van een geheime groepering binnen het leger die politieke sympathieën had voor Duitsland en Italië. Hij werd in 1939 op de ambassade in Italië tewerkgesteld waar hij voor de Argentijnse militairen het fascisme moest analyseren. Hij zag hoe Mussolini een grote aantrekkingskracht had op alle lagen van de bevolking. Hoe hij sociale maatregelen nam voor de laagstbetaalden en de economie vanuit de staat werd geregeld. Mussolini legde ook de vakbonden aan banden, zodat de arbeidersklasse strak van boven geleid kon worden. Dit stond Perón ook voor ogen in Argentinië. Bij terugkomst werd hij onderminister van het ministerie van Arbeid. In 1943 propageerde hij zijn ideeën via zijn ministerie. Hij wist waar hij zijn aanhangers moest vinden: onder de nieuwe generatie van Spaanse en Italiaanse immigranten, de havenarbeiders en op het platteland onder de landarbeiders. Perón drong zich steeds meer op de voorgrond als leider van de natie en werd in 1944 zelfs vice-president. De militaire top voelde zich bedreigd door zijn populariteit, maar ook internationaal groeide het verzet tegen Perón. Op 9 oktober werd hij ontheven van zijn functie en gearresteerd. Dit hoorde een jonge radio-omroepster, Eva Duarte (zie kader, volgende pagina), die een vurige Perón-aanhanger was. Via haar radio-uitzendingen riep ze het volk op om te protesteren tegen deze arrestatie. Honderdduizenden mensen verzamelden zich in Buenos Aires op Plaza de Mayo, op 17 oktober 1945 voor het presidentiële gebouw, Casa Rosada. Onder bedreiging van laagvliegende straaljagers van de militaire junta riepen zij Perón terug. De vakbond CGT kondigde meteen een grote staking af en onder deze machtige druk werd hij vrijgelaten. Perón werd in 1946 president en trouwde met deze radioomroepster, die van nu af als Evita Perón de machtigste vrouw van Evita en Juan Perón het land werd. Een jaar later richt hij de Partido Justicialista op, de peronistische partij. De ideologie van deze partij is gebaseerd op justicialismo (rechtvaardigheid), wat globaal inhield: gerechtigheid, nationalisme, welvaart en vooruitgang. Tot op heden nog heeft het peronisme een enorme invloed op het politieke en economische leven van Argentinië gehad.
35
ACHTERG RO N DEN
36
Evita Perón Als Eva Duarte wordt Evita Perón geboren in 1919, in de provincie Buenos Aires. Zij was het vijfde buitenechtelijke kind in de familie. Als vijftienjarige vertrok ze naar de stad Buenos Aires om een carrière als actrice op te bouwen. Zij kreeg succes als hoorspelactrice. En na haar oproep in 1945 om Juan Perón uit de gevangenis te krijgen, kwamen honderdduizenden arbeiders uit de armenwijken naar het centrum van Buenos Aires. Waarschijnlijk had ze goede contacten en heimelijk al een relatie met Perón om zo snel een massale demonstratie te organiseren. Een maand na zijn vrijlating trouwde Evita met hem. Vanaf 1946 werd ze minister van Welzijn en ontving ze elke dag honderden mensen, die een beroep wilden doen op haar hulp. Het geld was geen probleem, want dat stroomde binnen, vanwege het vlees en graan dat aan Europa werd verkocht. Evita verhief liefdadigheid tot regeersysteem en dat deed ze zowel uit overtuiging als ambitie. Per slot van rekening kwam ze zelf uit een arm gezin. Maar ze vond het ook zelf heerlijk om als weldoenster rond te gaan. ‘De beschermvrouwe van de ontheemden’ kreeg ze als bijnaam, toen ze in 1948 de Eva Perón Stichting oprichtte. Met deze instelling, Fundación Ayuda Social Eva Perón, kwamen er kinderziekenhuizen, opvangcentra voor alleenstaande moeders en bejaardenopvang. Ze werd steeds populairder, het was ook een onderdeel van de peronistische propaganda. Want Evita zorgde dat in 1947 de vrouwen kiesrecht kregen. Ze werd een tweede Maria voor de Argentijnen en bij haar dood op 26 juli 1952 werd ze door het volk ‘heilig’ verklaard. Twee miljoen mensen hebben in 16 dagen de kist gekust en paus Pius de XII ontving 26.000 verzoeken tot heiligverklaring van Evita Perón. Tevergeefs. Evita werd gebalsemd, want ze zou in een speciaal monument worden bijgezet. Helaas moest Juan Perón in 1955 het land ontvluchten en verdwenen ook de stoffelijke resten van Evita. Jaren later met behulp van het Vaticaan, wordt zij heimelijk in Italië begraven. Pas in 1972 wordt het graf ontdekt en wanneer Juan Perón in 1973 terugkeert naar Argentinië wordt Evita herbegraven in het familiegraf Duarte op het Recoleta-kerkhof in Buenos Aires. Daar zul je haar vinden, weggedrukt door enorm grote andere graven. Op 26 juli 2002, 50 jaar na haar sterfdag, kreeg ze eindelijk waar veel Argentijnen op hadden gehoopt: haar eigen museum in Buenos Aires. Museo Evita is te vinden op de hoek van calle Lafinur en Guttierrez. Open van di. t/m zo. van 14-19.30 uur.
G ESCHI EDEN I S
De aanhangers van Perón werden descamisado’s (de hemdlozen) genoemd en zouden zijn steunpilaren worden, maar ook de sociale instellingen (voor de armen, wezen, weduwen en invaliden) die door Evita Perón werden geleid. Na de oorlog ging het Argentinië voor de wind en Perón stelde naar het voorbeeld van Italië goede sociale wetten voor de arbeiders op. Hij willigde de beloftes van de vakbonden in en nationaliseerde alle grote belangrijke internationale bedrijven. Zijn ambitieuze plan tot hervorming van de verouderde industrie werd een succes. Binnen enkele jaren vervijfvoudigde de productie (de lonen waren zelfs met 60% gestegen!). Oppositie dulde Perón vrijwel niet, want onafhankelijke kranten zoals La Nacion en La Prensa werden onder staatstoezicht gesteld, zo ook internationale persbureaus en enkele Amerikaanse banken. Er kwam een nieuwe grondwet, die de regering de mogelijkheid bood makkelijk te kunnen optreden tegen de oppositie. Ook de katholieke kerk moest het ontgelden, godsdienstonderwijs op de openbare scholen werd afgeschaft, kerk en staat werden officieel gescheiden en echtscheiding werd gelegaliseerd. Maar het hogtepunt van het conflict was, dat de bordelen weer open mochten! In 1951 werd Perón met 67% van de stemmen opnieuw herkozen. Toch waren de eerste donkere wolken boven het Argentijnse paradijs al verschenen, maar zolang iedere familie twee keer per dag een goede biefstuk kon eten, waren er openlijk geen problemen. Door droogte en ook doordat de internationale graanprijzen 50% daalden, verloor Argentinië veel inkomsten (hierdoor waren de lonen met 25% gedaald). Daarbij kwam ook de dood van Evita, de madonna van Amerika, in 1952 als een grote slag. Het ging snel bergafwaarts met de economie en de oppositie tegen Perón werd heftiger. Stakingen en protesten volgden elkaar snel op en in 1955 besloot Perón af te treden. De vakbeweging drong aan op zijn aanblijven, maar de druk van het leger, de kerk en de machtige elite dwong hem te vluchten naar Paraguay. Van daaruit ging hij als banneling naar Spanje.
Instabiliteit en de guerrilla Vanaf 1955 tot 1973 kreeg Argentinië een rumoerige tijd van militaire staatsgrepen tot burgerpresidenten. Vooral de militairen probeerden het peronisme uit het politieke leven te bannen. Toch kon niemand het tegenhouden, ook niet toen een van de vele peronistische bewegingen een gewapende strijd begon tegen het militaire bewind. Ze noemden zich Montonero’s. Het was een linkse stroming die ondergronds ging werken. Economisch ging het ook op en neer en het IMF wilde steeds bij grote leningen dat de overheid de zwaar belaste industrie ging saneren. Want alle grote bedrijven, zoals de olie-, gas- en de staalindustrie en ook het gigantische spoorwegennet waren in handen van de staat en werden zwaar gesubsidieerd. Maar al die organisaties werkten ook inefficiënt. In 1969 kwam vanuit de stad Córdoba massaal verzet: studenten, arbeiders, zakenmensen, iedereen ging de straat op. Bloedig werd dit protest door de militairen onderdrukt. Het protest was niet meer tegen te houden, de eerste grote politieke daad van de Montonero’s was in 1970 toen zij een
37
38
ACHTERG RO N DEN
generaal doodschoten. De roep om Perón werd steeds heviger. De toenmalige militaire leider, Lanusse, zag dit ook in en stelde presidentsverkiezingen in het vooruitzicht. Perón (inmiddels 77 jaar) mocht terugkeren naar Argentinië. Op 20 juni 1973 landde hij met zijn inmiddels derde vrouw Isabel op het vliegveld van Buenos Aires. Twee miljoen aanhangers waren daar aanwezig, de emoties braken los. Er werd ‘Vamos a hacer la patria perónista’ (We gaan een peronistisch vaderland bouwen) gezongen. Maar er braken vechtpartijen tussen de verschillende peronistische kampen en de geheime politie uit. Wat een feest moest worden werd een drama: honderden doden vielen er. Het decreet dat Perón niet aan de verkiezingen mee mocht doen werd ingetrokken en op 23 september werd hij opnieuw gekozen. Zijn vrouw Isabel werd vice-president. De oude bijna seniele Perón kon het land ook niet meer in de hand houGE SCHI den. Rechtse moordbrigades kregen het voor het zeggen en linkse guerrillabewegingen vermoordden en ontvoerden grote zakenmensen. In 1974 stierf Perón en zijn vrouw Isabel werd president. Een vrouw die niet veel van regeren snapte. Het was eigenlijk de minister van Welzijn, Lopez Rega, die de macht had. Hij richtte de AAA, de Argentijnse Anti- communistische Alliantie op. Hiermee gaf hij carte blanche aan de onderwereld om de strijd aan te binden tegen alles wat links was. Van 1973 tot 1976 verloren duizenden mensen het leven in de strijd van de AAA tegen de linkse guerrilla. De guerrilla was op haar hoogtepunt. Tegelijkertijd vloog de inflatie met 500% omhoog, het IMF gaf geen kredieten meer, de regering was corrupt en onmachtig. Weer werd er ingegrepen door de militairen, de vijfde keer in 40 jaar.
Het militaire bewind van 1976-1983 Nu brak met deze nieuwe staatsgreep weer een van de donkerste periodes in de Argentijnse geschiedenis aan. Er kwam een junta van drie commandanten uit het leger, van wie Jorge Rafael Videla de president werd. Het Videla (in het midden), de belangrijkste man van zou een ‘regering worde militaire junta den van nationale wederopbouw’. En zij zou de strijd tegen het ‘terrorisme’ aangaan, maar niemand kon vermoeden dat het ongekende barbaarse vormen zou gaan aannemen. Iedereen die maar een beetje linkse, progressieve sympathieën had werd opgepakt zonder vorm van proces. Vakbondsleden, studenten, progressieve intellectuelen, journalisten, advocaten en schrijvers waren hun leven niet meer zeker. ‘Een oorlog tegen de subversie’, noemden de militairen deze acties. Tussen de 10.000 en 30.000 mensen zijn verdwenen. Voornamelijk jonge mensen, niet ouder
G ESCHI EDEN I S
dan 30 jaar. Ook baby’s werden weggehaald en bij andere ‘goede’ ouders weer ondergebracht. In 1978 waren de Montonero’s verslagen en het gewapende verzet was gebroken. De militairen claimden de overwinning in deze ‘vuile oorlog’ tegen de subversie. Er verschenen plotseling op zaterdagochtend in april 1977 op Plaza de Mayo in Buenos Aires bij het presidentiële gebouw enkele moeders, die opheldering wilden over het lot van hun vermiste kinderen of familieleden. De militaire leiders zagen daarna elke week deze moeders voor hun paleis (Casa Rosada) op Plaza de Mayo rondlopen en zeiden minachtend: las loca’s, de dwazen. Maar wat niemand durfde, de straat op om opheldering te vragen, dat deden deze dappere vrouwen wel. De dwaze moeders kregen met de week meer internationale bekendheid, ook in eigen land. I ED ENWant IS tijdens het wereldkampioenschap voetbal in 1978 verschenen in de gehele wereldpers voor het eerst foto’s van deze vrouwen met hun witte hoofddoeken. Internationaal kwamen hevige protesten tegen het regime, ook in Nederland, niet alleen tegen deelname bij het wereldkampioenschap voetbal, maar ook tegen de grove schendingen van de mensenrechten. De militairen liberaliseerden de economie, invoerrechten werden verlaagd, de peso daalde ten opzichte van de dollar en multinationale ondernemingen kregen voordelen. Maar de peso raakte in een vrije val en de inflatie werd groter, doordat de regering op grote schaal leningen had aangetrokken. De buitenlandse schuld was zo hoog geworden, dat die niet meer afbetaald kon worden. Honderdduizenden Argentijnen probeerden hun (spaar)geld om te zetten in dollars, Videla moest het veld ruimen om plaats te maken voor generaal Viola. De internationale economie zakte in en de druk op het bewind nam toe, zowel internationaal als in het land zelf. Ook bij de militairen was onenigheid over de te varen koers. Acht maanden later werd generaal Viola afgezet en Galtieri volgde hem op, een man van de harde lijn. Hij verklaarde eind maart 1982 Engeland de oorlog over de Falklandeilanden. Deze kleine archipel was sinds 1833 veroverd door de Engelsen op de Argentijnen. En al jaren werd er tussen deze twee landen gebakkeleid over de Malvina’s, zoals de Argentijnen deze eilandengroep noemt. Met deze zet dacht Galtieri het Argentijnse volk weer achter de militairen te krijgen. Het werd een drama, er vielen ruim 1000 doden aan Argentijnse zijde en twee maanden later veroverden de Engelsen de Falklandeilanden. Eén maand later moest president Galtieri aftreden, het einde van de dictatuur. In december 1983 werd de macht van het gedemoraliseerde regime overgedragen aan de nieuwe rechtstreeks gekozen president Raúl Alfonsín, lid van de UCR, de Union Cívica Radical.
Vanaf 1983: Nunca más (nooit meer) Het zouden moeilijke tijden worden voor deze humane president. Het volk was in een euforie, zevenenhalf jaar onderdrukking hadden bij de Argentijnen diepe sporen achtergelaten en nu wilden ze alles: berechting, wel-
39
40
ACHTERG RO N DEN
De moeders van Plaza de Mayo
vaart, sociale gerechtigheid en vrede. Alfonsín verwoordde het, en in zijn benoemingsrede zei hij dat hij Argentinië honderd jaar vrede en welvaart zou beloven. Het was voor hem een bijna onmogelijke taak: het land was bankroet en hij moest het ordelijk maken na bijna vijftig jaar geweld. In 1984 werd een commissie ingesteld aangaande de verdwenen personen: Comisión nacional sobre la Desaparición de las Personas (CONADEP). Onder leiding van de schrijver Ernesto Sábato kwam er een indrukwekkend rapport. 10.000 gevallen van onderzochte vermiste personen waren genoteerd en 1400 verantwoordelijke militairen werden er in genoemd. Het rapport heette Nunca más. Anonieme massagraven werden ontdekt, getuigen vertelden gruwelijke verhalen en de berechting van de militaire top begon. Videla, Galtieri en andere generaals werden veroordeeld. Maar voor velen was het niet genoeg omdat niet iedereen werd opgepakt en veroordeeld. Maar Alfonsín moest schipperen, want de militairen wilden geen massale veroordelingen en een coup stond zo weer voor de deur. Economisch ging het ook niet goed, de inflatie nam met honderden procenten per jaar toe en wat een euforie was veranderde in een teleurstelling. Alfonsín kwam onder druk, aan de ene kant de militairen die niet meer veroordeeld wilden worden, aan de andere kant de Argentijnen die brood op de plank wilden. En de Wereldbank eisde geld, want de torenhoge schuld, door de militairen, moest afbetaald worden. Maar het reusachtige bureaucratische overheidsapparaat slokte bijna al het geld op. Alfonsín kondigde in 1985 zware bezuinigingen aan en een prijzenstop, want de inflatie was al tegen de 1100% per jaar. De peso, de Argentijnse munt, werd vervangen door de austral. Met deze nieuwe munt wilde de regering de Argentijnen een nieuwe impuls geven. Het mocht slechts even baten, de kritiek op zijn economisch en sociaal beleid bleef. Het waren voornamelijk de peronistische vakbonden en de militairen. Want verschillende legerkampen waren in opstand gekomen en er braken opstandjes uit. Tijdens die onderdrukking vielen tientallen doden, daar-
G ESCHI EDEN I S
bij kwamen nog enorme stakingen die vrijwel het hele land platlegde. Toen ook nog de austral devalueerde en de financiële wereld in paniek raakte kondigde Alfonsín aan zich terug te trekken en presidentsverkiezingen uit te schrijven. Een populist, advocaat, charmeur en ex-gouverneur uit de provincie La Rioja won de verkiezingen. Hij was lid van de Partido Justicialista, de peronistische partij. Een man die het peronisme anno jaren negentig een nieuw gezicht zou geven: Carlos Menem.
De jaren negentig: het tijdperk Menem De eerste tweeënhalf jaar hebben Menem en zijn regering flink moeten saneren en bedwongen zij de hyperinflatie. Langzaam kroop Argentinië uit het economische dal. Met de militaire pressie rekende Menem ook af, door tegen de wil van velen, amnestie te verlenen aan de militairen. Begin jaren negentig werd het iedereen duidelijk dat de regering brak met de peronistische traditie. Onder Menem gebeurde van alles wat Perón had verboden. Domingo Cavallo, minister van Economie en geschoold op de Harvard Universiteit was een voorstander van de vrijemarkteconomie. De nationale munt, de austral, werd in 1992 gekoppeld aan de dollar om de burger en het bedrijfsleven vertrouwen te geven, en kreeg weer de naam van peso. Grote staatsbedrijven werden in snel tempo geprivatiseerd. Bijvoorbeeld de vliegtuigmaatschappij Aerolineas Argentinas, de nationale trots, werd verkocht aan Iberiá. De oliemaatschappij YPF, Telecom, allemaal kwamen ze onder de hamer. Onrendabele spoorlijnen werden opgeheven. De protectiepolitiek van Perón bestond niet meer en de importbeperkingen werden verminderd. Vanaf 1994 zat de economie van Argentinië in de lift. Maar in sociaal opzicht veranderde er niet veel. Het was nu wel een stabiel land geworden en het werd steeds rijker, maar daarvan profiteerden niet de laagste bevolkingsgroepen en de zwakkeren in de samenleving. Ook was de regering-Menem verwikkeld in allerlei corruptieschandalen en familiedrama’s. Jarenlang werd de ruzie na de echtscheiding tussen zijn exvrouw, Fatima Zulema en Menem in het openbaar uitgevochten. Door grote druk op zijn partij veranderde het parlement in 1994 de kieswet, zodat een president toch aan een tweede ambtsperiode kon beginnen. Nu niet meer voor zes jaar maar voor vier jaar. Menem stelde zich verkiesbaar en won in 1995 opnieuw de verkiezingen. Het volk gaf hem het voordeel van de twijfel. Hij zou Argentinië regeren tot 1999. Tot aan de verkiezingen in 1999 kon Menem de werkloosheid, de economische crisis en de corruptie niet onder controle krijgen. De peso was door de koppeling met de dollar erg duur geworden en daardoor stagneerde de export. Brazilië had nl. zijn munt met 40% gedevalueerd en de dollar was wereldwijd in waarde gestegen. Argentinië prees zichzelf uit de markt: het land werd te duur. In oktober 1999 waren er nieuwe presidentsverkiezingen en zij werden gewonnen door de oppositie. Fernando De la Rúa, lid van de UCR (de partij van Alfonsín) werd president.
41
42
ACHTERG RO N DEN
Argentinië vandaag de dag Maar de regering van De la Rúa erfde een enorme buitenlandse schuld en een zwaar corrupt ambtenarenapparaat. President De la Rúa kon het tij niet keren, ook al beloofde hij de aanpak van corruptie en een sociaal beleid. Onder de druk van het IMF presenteerde hij een ‘herstelplan’: grote bezuinigingen, de lonen werden bevroren en de belasting ging omhoog. Dit bracht grote protesten teweeg en enorme stakingen die het land maandenlang lam zouden legden. De president werd zelfs gedwongen om de liberale minister Cavallo uit de vorige regering terug te roepen, hij werd benoemd tot superminister! Het hielp allemaal niet, de kapitaalvlucht nam toe en het land raakte steeds meer financieel verlamd door het onvermogen van de regering. De druk om de peso los te koppelen van de dollar nam steeds mee toe. De regering durfde geen maatregelen te nemen, men was bang metGE de SCHI ontkoppeling dat de hyperinflatie uit de jaren tachtig daardoor weer de kop zou opsteken met nog meer sociale onrust. Argentinië had inmiddels een torenhoge staatsschuld van ruim US$ 140 miljard en kon de rente niet eens meer betalen. Toen ook nog het IMF daarop besloot om de leningen op te schorten, brak er sociale onrust uit en nam de kapitaalvlucht explosief toe. De regering wilde dit voorkomen door het instellen van beperkingen van het bankverkeer, de zogenaamde ‘corralito’. Gevolg was dat er elke dag lange rijen mensen voor de banken stonden, want men mocht niet meer dan 1000 dollar maximaal per maand van de rekening halen. Voor velen was de maat vol, deze regering had de Argentijnen alleen maar ‘offers’ opgelegd. Het land was nagenoeg failliet! De middenklasse trok massaal de straat op en eiste het vertrek van de ‘superminister’, maar het geweld en de prostesten raakten in een spiraal. Plunderingen van supermarkten en winkels volgden en de manifestaties
Ook de middenklasse werd getroffen tijdens de pesos-crisis in 2002
G ESCHI EDEN I S
werden steeds gewelddadiger. Vooral de banken moesten het ontgelden, vitrines werden ingegooid, ramen en muren werden beklad met ‘ladrones’ (dieven) en pinautomaten werden opengebroken en geplunderd. De regering stelde een staat van beleg af en alle banktegoeden werden bevroren. De volkwoede breiddde zich over het hele land uit. 18 en 19 december 2001 werden de zwartste dagen van deze crisis. Op Plaza de Mayo hadden zich in die dagen honderdduizenden mensen verzameld om weer te protesteren tegen de regering en er braken rellen uit. De oproerpolitie had de situatie niet meer in de hand en er vielen 5 doden en tientallen gewonden! De trieste balans in het land was 23 doden en president De la Rúa werd gedwongen af te treden en vluchtte per helikopter uit het presidentiële paleis. Ook ‘superminister’ Cavallo moest aftreden, maar het hielp allemaal niets. I ED ENWant IS er volgde een zeer onrustige en onstabiele periode, binnen 12 dagen kreeg Argentinië 3 verschillende presidenten totdat de senaat ingreep. Zij benoemde tijdelijk de peronist Eduart Duhalde (eens de rechterhand van Menem, maar brak met hem definitief na 2 jaar) om de ambstermijn van De la Rúa tot aan 2003 vol te maken. In zijn inauguratierede zei hij boos: ‘het liberale economische beleid heeft alles verwoest, onze industrieën, de middenklasse, het levenswerk van vele Argentijnen’. De Argentijnen verkeerden in een collectieve depressie. En om het nog erger te maken, Duhalde kondigde de ontkoppeling van de peso met de dollar aan. De run op dollars begon en werd zo groot dat de regering alle spaartegoeden blokkeerde om te voorkomen dat alles in dollars zou worden omgezet. De onvrede groeide nog meer en nu zelfs in de gegoede wijken van Buenos Aires, Córdoba en andere grote steden. Zij schaarden zich ook achter de dagelijkse protesten van de cacerolazos (zo werden deze manifestanten genoemd omdat ze luidruchtig met potten en pannen rammelden). Want de nieuwe regering had besloten om de spaartegoeden in dollars, zouden worden uitgekeerd in pesos! Maanden heerste er chaos, politici werden openlijk op straat bejegend en aangevallen, Palacio de Congreso, waar de volksvertegenwoordiging zetelt, werd maanden omsingeld door woedende demonstranten. ‘Het leek wel of de macht nu op straat lag’, vertelde toentertijd mij iemand. Het jaar 2002 was voor de Argentijnen ook een rampjaar, 50% van de mensen leefde rond of onder de armoedegrens en de aangrijpende beelden op de televisie van ondervoede kinderen in de provincies schokten velen. De financiële crisis hield nog maanden aan. Maar door deze crisis ontstond er wel een enorme solidariteit en saamhorigheid onder het volk. Er werden in de grote steden ‘solidariteitmarkten’ georganiseerd en kwamen in alle wijken buurtcomités. Men ging failliete fabrieken bezetten om deze te heropenen wat nog lukte ook, er kwamen grote ruilbeurzen, buurtbewoners begonnen gaarkeukens voor de armen en ouderen in de wijk. Huisartsen, juristen, professoren etc. boden hun kennis aan en voor eventueel een tegenruil. Maar het wekelijkse protest van de cacerolazos langs de banken bleef, zo ook van de piqueteros (de kansarmen van het land) die door wegblokkades probeerden de gemeentes onder druk te zetten voor een uitkering of werk. Het waren twee ver-
43
44
ACHTERG RO N DEN
schillende soorten van protest, de eerste van de clasa media (de middenklasse) die werk heeft maar geen spaarcenten en de laatste, de werklozen, die werk eisen want spaarcenten hebben ze niet. Duhalde hield het met moeite vol tot aan de presidentsverkiezingen van mei 2003. Deze werden een nek-aan-nekrace tussen Carlos Menem en de onbekende presidentskandidaat uit de zuidelijkste provincie van het land in Patagonië, Néstor Kirchner. Hij lag zelfs voor in de eerste ronde met 24%, nummer twee, Kirchner, had 22%, maar toen schrokken toch de Argentijnen: zou hij het toch weer worden? In een krantenartikel las ik: De oppositie tegen een derde mandaat barstte los en Menem koos eieren voor zijn geld en trok zich terug. Er kwam geen tweede ronde en nummer twee werd gekozen tot president: Néstor Kirchner. Een peronist, populist en sinds jaren een succesvol gouverneur van de provincie Santa Cruz. Een saaie man om te zien, maar voortvarend in zijn besluiten. Kirchner wilde het militaire verleden met een schoon geweten afsluiten en nam in 2003 het besluit om de amnestiewet af te schaffen. Dit werd in juni 2005 door het hooggerechtshof bekrachtigd, zodat iedereen die “fout” was destijds nu vervolgd kan worden! Langzaam maar zeker klimt het land uit het economische en depressieve dal. Door de lage Argentijnse peso in combinatie met gunstige wereldmarktprijzen beleeft de export de laatste jaren hoogtijdagen. In 2004 en 2005 zijn er recordopbrengsten aan o.a. graan, soja en vlees. Op binnenlands vlak heeft de economische groei geleid tot een flinke stijging van salarissen en pensioenen. Zijn ongekende populariteit bij de Argentijnen, grotendeels veroorzaakt door zijn onbuigbare houding naar o.a. het IMF en de Wereldbank (Argentijnen eerst), maar ook zijn onverbiddelijke houding jegens een ieder die tariefverhogingen wil aankondigen, heeft het investeringsklimaat geen goed gedaan. Ondanks een groei van 8% in 2006 en naar verwachting in 2007 van ruim 7% gaat de armoedebestrijding langzamer dan gedacht. Leefden er in 2002 tijdens de crisis nog 52% van de bevolking rond de armoedegrens, in 2007 is het gedaald tot 27 % waarvan 9 % in extreme armoede. En de laatste jaren vertoond Kirchner zich steeds meer als een populist, en wie het niet met hem eens is heeft het niet altijd makkelijk. Veel gehoorde kritiek is het uitblijven van (impopulaire) economische maatregelen, zoals de verhoging van nutstarieven, dat kan leiden tot een tekort aan investeringen, zoals in de infrastructuur. En de aanhoudende hoge inflatie is een doorn in het oog van velen (rond de 10%). Maar Kirchner en zijn regering geven de voorkeur aan een “desarrollista” model, dat gericht is op economische ontwikkeling, boven een vrijemarktmodel. Op 28 oktober 2007 zijn er nieuwe presidentsverkiezingen en Kirchner heeft te kennen gegeven om niet mee te doen. Wel heeft hij zijn vrouw, Cristina, naar voren geschoven. Zij wordt ook wel de Argentijnse Hillary Clinton genoemd en de oppositie verdenkt nu Kirchner ervan, dat hij 'stuivertje verwisselt' met zijn vrouw. In ieder geval krijgt Argentinië een eerste vrouwelijke president.
G ESCHI EDEN I S
De belangrijkste feiten in de Argentijnse geschiedenis 1516 Juan Diaz de Solis komt bij de monding van de Río Paraná aan. Wordt door de indianen gevangengenomen en opgegeten. 1520 Magelhaen bereikt in januari de RÍo de la Plata en zeilt vervolgens langs de Patagonische kust op zoek naar een nieuwe doorvaart voor Indië. Deze vindt hij tussen Vuurland en Patagonië. 1536 De eerste nederzetting van Buenos Aires door de Spaanse edelman Pedro de Mendoza. Wordt door de indianen verwoest. 1551 Santiago del Estero is de eerste stad in Argentinië. 1580 Buenos Aires wordt opnieuw gesticht nu definitief door Juan de Garay. 1607 De eerste missieposten van de jezuïeten worden in Misiones gebouwd. 1613 De eerste universiteit van Argentinië wordt in Córdoba gesticht. 1617 RÍo de la Plata krijgt van de koning van Spanje, Phillip III, een eigen bestuursapparaat. 1776 Liberalisering van de handel tussen RÍo de la Plata en Spanje. 1806 Buenos Aires wordt door de Engelsen ingenomen. 1810 Op 25 mei wordt er in Buenos Aires een eigen regering gevormd, onder leiding van Cornelio Saavedra. 1816 Op 9 juli wordt in de stad Tucumán de onafhankelijkheid uitgeroepen (zie foto). 1817 Generaal San Martín trekt met duizenden soldaten over de Andes om in Chili bij Chacabuco de Spanjaarden definitief te verslaan. 1826-27 Bernadino Rivadavia wordt de eerste president van Argentinië. 1833 De Falklandeilanden worden door de Engelsen ingenomen. 1829-52 Juan Manuel de Rosas wordt alleenheerser over het land, de eerste dictatuur. 1852 Generaal Urquiza verslaat Rosas leger. Einde van de dictatuur. 1853 Argentinië krijgt een nieuwe grondwet en wordt een federale republiek naar Amerikaans voorbeeld. 1853 De stad Paraná wordt hoofdstad van het land tot 1861. 1857 De eerste trein rijdt van station Plaza Lavalle naar Floresta. 1862 Buenos Aires wordt officieel hoofdstad van het land. 1864-67 Oorlog tussen Argentinië, Uruguay en Brazilië tegen Paraguay. 1868-74 Domingo Sarmiento wordt president en hervormt naar Europees model het onderwijssysteem. 1879 Generaal Roca verovert de Pampa op de indianen, duizenden worden verdreven of koelbloedig gedood. 1882 De stad La Plata wordt ontworpen voor de provincie Buenos Aires, omdat de stad Buenos Aires in 1880 een federale stad is worden. 1912 Argentijnen krijgen algemeen stemrecht.
45
46
ACHTERG RO N DEN
1913 De eerste metrolijn in Zuid-Amerika wordt in Buenos Aires geopend. 1916 President Irigoyen, de eerste democratisch gekozen president. 1930 Het einde van de eerste democratische regeringen door een push van generaal Uriburu. 1946 Juan Perón wordt president. 1952 Evita Perón sterft aan kanker, ze werd 33 jaar oud. 1955 Perón wordt afgezet en vlucht via Paraguay naar Spanje. 1973 Perón keert terug vanuit Spanje naar Argentinië. 1974 Perón sterft en zijn derde vrouw Isabel wordt president. 1976 Isabel Perón wordt door een militaire coup afgezet. Generaal Videla neemt de macht over. 1977 De Dwaze Moeders verschijnen voor het eerst op Plaza de Mayo. 1978 Argentinië organiseert het wereldkampioenschap voetbal en verslaat Nederland in de finale. 1980 Beeldhouwer Adolfo Esquivel krijgt de Nobelprijs voor de vrede. 1981 Generaal Viola neemt de macht over, acht maanden later moet hij al plaatsmaken voor generaal Galtieri. 1982 Twee april bezetten de Argentijnse militairen de Falkland-eilanden. Drie maanden later wordt het Argentijnse leger verslagen en trekt het zich terug. Een maand later valt president Galtieri. 1983 30 oktober wordt Raúl Alfonsín bij vrije verkiezingen (na 10 jaar) als nieuwe president geïnstalleerd. 1986 De beroemdste Argentijnse dichter Jorge Luis Borges sterft, 87 jaar oud. 1989 Op 8 juli wordt Alfonsín bij presidentsverkiezingen verslagen door de peronist Carlos Menem. 1992 De peso wordt de nieuwe munt en vastgekoppeld aan de dollar. 1992 Op 17 maart verwoest een bom de Israëlische ambassade. Er vallen 18 doden. 1994 Op 18 juli wordt een terroristische aanslag gepleegd en verwoest een joodse liefdadigheidsinstelling. 84 doden en honderden gewonden. 1995 Menem wordt voor een tweede periode gekozen tot president. 1999 In oktober zijn presidentsverkiezingen gehouden en gewonnen door Fernando de la Rúa. 2001 Grote protesten, manifestaties tegen de bezuinigingen van de regering. Ster-econoom Domingo Cavallo uit de regering van Menem wordt gevraagd om het land financieel te redden. 2001 18-19 december grote manifestaties en rellen, waarbij tientallen doden vallen. Op 20 december treedt president De la Rúa af. 23 december wordt door de oppositie de peronist Roderiguez Saá als interim-president aangesteld. Deze schort meteen de betaling van de schuldenlast (140 miljard dollar) op. 30 decenber Saá treedt af, wegens gebrek aan politieke steun. Ook door de enorme volkswoede, want het hooggerechtshof had bepaald dat de Argentijnen niet vrijelijk over hun banktegoeden mochten beschikken.
G ESCHI EDEN I S
2002 2 januari wordt de peronist Eduart Duhalde als opvolger aangewezen en zal aanblijven tot aan de officiële verkiezingen in mei 2003. Duhalde kondigt meteen de loskoppeling van de peso aan de dollar aan. Grote onrust en paniek onder de beleggers, de dollarkoers vliegt omhoog. 2002 In januari wordt ex-president Menem aangeklaagd wegens verduistering van vele miljoenen dollars en komt onder huisarrest. 2003 Bij de presidentsverkiezingen in de maand mei krijgt Menem 24% en Kirchner 22%. Bij de beslissende volgende ronde trekt Menem zich terug. Op 25 mei 2003 wordt Néstor Kirchner officieel president van Argentinië. 2004 Kirchner gaat voortvarend te werk en bereikt een succes bij het IMF wat betreft de betaling van de rente van de torenhoge schuld, die hij meegekregen heeft van zijn voorganger. 2005 De regering betaalt een kwart terug van de staatschuld tot een 'betaalbare' schuld van 140 miljard dollar. 2007 Presidentsverkiezingen in oktober. Cristina Kirchner, de vrouw van de voormalige president heeft zich kandidaat gesteld en zal naar verwachting de verkiezingen gaan winnen.
Het congres gebouw waar het parlement zetelt
47
ACHTERG RO N DEN
48
BEVOLKING Een smeltkroes van verschillende culturen Als je door Buenos Aires of een andere grote stad in Argentinië wandelt, zul je zeker aan deze volgende anekdote moeten denken. De mensen spreken er Spaans maar ze lijken wel Italianen, kleden zich keurig zoals Engelsen en gedragen zich alsof ze Fransen zijn. Een typerende anekdote over de Argentijnen met een grote kern van waarheid, want de Argentijnen willen graag op Europeanen lijken, terwijl ze Zuid-Amerikanen zijn. Toch verschilt hun culturele achtergrond met die van de andere omringende landen. Want een andere anekdote vertelt dat de Mexicanen van de Azteken afstammen, de bevolking van Centraal-Amerika van de Maya’s, de Peruanen van de Inca’s en de Argentijnen van de boten, vanwege de grote immigrantenstroom begin 20ste eeuw. Vanaf het eerste moment dat de grote immigrantenstroom op gang kwam bleef de nostalgie naar Europa. Je ziet het aan alles: de architectuur, het eten, de kunst, de opleidingen en de ‘blonde’ mensen. Het dagelijks leven is een mengeling van verschillende Europese culturen. Een verenigd Europa dat bij ons moeilijk op gang komt, bestaat hier al meer dan honderddertig jaar! Het begon in de 16de eeuw toen de eerste Spanjaarden in het noordwesten het land binnenkwamen. Er woonden in die tijd naar alle waarschijnlijkheid zo’n driehonderdduizend indianen. Eeuwenlang is het vrij rustig gebleven, want er was ruimte genoeg en het land was niet zo interessant voor de Spanjaarden. Tot rond 1777, want toen werd Buenos Aires een vrije haven, waarmee in alle Spaanse gebiedsdelen handel gedreven kon worden. Nu begon de handel te bloeien en werden de rijkdommen van het land ontdekt. Juan Alberdi, een politicus, zei in die tijd: ‘Regeren is bevolken’, want het land had snel arbeiders, ingenieurs en agrariërs nodig. En ze kwamen naar een land waarover het verhaal in Europa ging, dat als je in de Pampa een vinger een paar minuten in de grond stak, hij al wortel schoot. Dat klonk als muziek in de oren voor de arme Europese immigranten. Met honderdduizenden per jaar kwamen ze, voornamelijk Italianen en Spanjaarden, maar ook joden, Duitsers, Oost-Europeanen, Fransen, Libanezen en Syriërs. Omdat Engeland veel kapitaal in Argentinië had geïnvesteerd, kwamen hele dorpen over per boot uit Ierland en Wales. Zelfs negers uit Afrika werden als slaaf tewerkgesteld. Voor iedereen werd het een deceptie, want de macht, het geld en de rijkdom bleven in handen van honderden Argentijnse families. Deze families hadden ook besloten om zo snel mogelijk het probleem indianen op te lossen, want die rijke Pampagrond kon beter onder hen worden verdeeld. De beruchte ‘Conquista del Desierto’ (de verovering van de woestijn) volgde en tienduizenden indianen werden vermoord of verjaagd. De immigranten werden op estancia’s tewerkgesteld of werden pachter, maar ook (haven)arbeider of ze moesten de duizenden kilometerslange spoorweglijnen aanleggen. Rond 1930 was bijna 30% niet-Argentijn en 50% van de bevolking van Buenos Aires sprak geen Spaans. Veelal klon-
BEVO LKI N G
Je ziet de smeltkroes van culturen in Argentinië
terden ze samen. Bijvoorbeeld La Boca een wijk in Buenos Aires is daar nog een bewijs van. In deze Italiaanse havenwijk leven gezinnen nog steeds in felgekleurde golfplatenhuizen op palen van toen. In de wijk Belgrano sprak in die tijd de bakker nog Frans. In Villa Ballester net buiten Buenos Aires waren Duitse zangkoren en protestantse kerkgemeenschappen. De immigranten hadden weinig feeling met dit land en slechts 5% van hen wilde de Argentijnse nationaliteit aannemen. Nu ruim honderd jaar later zijn de kleinkinderen van deze immigranten trotse Argentijnen, bestaat de macht niet meer uit enkele honderden families en zijn de grootgrondbezitters grotendeels verdwenen. Het is een modern land geworden, maar waar de culturele indentiteit van al die verschillende volkeren nog steeds bestaat. Zo zijn er honderden clubs en organisaties voor Argentijnen met hetzelfde land van herkomst. Zoals in de provincie Chubut waar een grote Welshe gemeenschap neerstreek en elk jaar in oktober het traditionele Eisteddfod-festival wordt gehouden. Je vindt er steden met de prachtige namen als Trelew, Gaiman, Dolovan en Trevelin. Of onder Córdoba waar het dorpje Villa Belgrano ligt en jaarlijks het Beierse ‘Oktoberfest’ in ere wordt gehouden. In de provincie Misiones ligt de stad Eldorado, waar Duitsers en Zwitsers in het begin van de vorige eeuw van een ondoordringbaar bos een welvarende gemeenschap hebben opgebouwd. De stad Sáenz Peña, in de provincie Chaco, is begin 1900 gebouwd door Joegoslaven en Bulgaren. Tussen Deán Funes en La Falda in het heuvelgebied boven de stad Córdoba zie je de mooiste golfbanen zoals je die alleen in Engeland nog tegenkomt. Er zijn Engelse tuinen en uit sommige kostscholen hoor je nog luid en duidelijk Engelse liederen. Kijk niet verbaasd als je in Los Cocos in de enige pub die ze nog hebben de Engelse aristocratie aantreft. De hechte Engelse gemeenschap was in de 19de eeuw zeer belangrijk. Het waren de Engelsen die het spoorwegnet hebben aangelegd, toentertijd een van de grootste van Zuid-Amerika, maar ook in het bankwezen waren ze zeer actief. De beroemde rundvee-industrie was van Britse afkomst. Zij kochten stukken grond in Patagonië, de Argentijnen waren toch niet geïnteresseerd in dit deel van het land, waar ze de schapenteelt opzetten. De Anglo-Argentijnse trots is er nog steeds, want rijke kinde-
49
50
ACHTERG RO N DEN
ren worden naar de exclusieve Engelse scholen met het Engelse systeem gestuurd. In de weekends komen ze elkaar allemaal tegen in exclusieve clubs, zoals de Hurlinghamclub net buiten Buenos Aires, waar ook wijlen prinses Diana op bezoek is geweest. De Engelsen waren het die de populairste sporten in het land introduceerden zoals de paardensport, polo, tennis en voetbal. Juist in deze sporten blinken de Argentijnen uit. Kijk eens naar de clubnamen van de competitie: Newell’s Old Boys, Boca Juniors, River Plate en Banfield. De Italianen hebben voornamelijk in Buenos Aires, Córdoba en Rosario hun stempel op het openbare leven gedrukt. En in vrijwel alle steden staat een Casa Cultural Italiana. In welk land buiten Italië kun je de lekkerste pasta’s eten, de geurigste espresso drinken, de beste worsten en kazen ruiken en is corruptie een onderdeel van het politieke leven? Ik denk alleen maar in Argentinië. Maar er is meer, de Italianen hebben de Spaanse taal zangerig en zachter van klank gemaakt. De Argentijnen spreken een ander Spaans dan de Spanjaarden, te vergelijken met het Vlaams en het Nederlands. Rond de steden Córdoba en San Francisco lijkt het wel of alle families van origine uit Turijn en omstreken komen, ze kennen elkaar allemaal. Niet voor niets is Córdoba dé autostad van het land, net zoals Turijn. Argentinië wordt ook wel het meest ‘Italiaanse’ land van Zuid-Amerika genoemd. Van de Spanjaarden zijn het voornamelijk de Basken en Galiciërs die grote invloed hebben op het politieke leven en de aristocratie. De vader van Máxima bijvoorbeeld is voorzitter van de Baskische Argentijnse vereniging. Veel presidenten zijn afkomstig van Baskische families. Ook in alle grote steden vind je een Casa Cultural Español en natuurlijk op vrijwel elke menukaart staat wel iets uit de Spaanse keuken. In Argentinië woont een van de grootste joodse gemeenschappen buiten Israël en 10% van de inwoners van de stad Buenos Aires is joods. Veel Libanezen en Syriërs zijn naar de provincies San Juan, Rioja en Salta getrokken. Je ziet het nog aan de restaurants en bakkerijen. In het noordwesten hebben ‘Turcos’ (zoals de Libanezen en Syriërs worden genoemd) veel politieke invloed. De vader van ex-president Menem was een Syriër en hij zelf was jarenlang gouverneur van de provincie La Rioja. De laatste tientallen jaren zijn veel immigranten uit Zuid-Korea en Japan in het land komen werken. Maar ook door de economische bloei in de jaren negentig zijn uit de omringende landen, Chilenen, Bolivianen en Paraguanen naar Argentinië getrokken. Deze laatste groepen doen nu het vuile werk dat de immigranten honderd jaar geleden moesten doen. Ze worden daarbij slecht betaald en hebben weinig rechten. Vooral de laatste jaren zijn zij de zondebokken voor het grote werkloosheidsprobleem. Het aantal indianen in Argentinië wordt geschat op zo’n 400.000 (ruim 1% van de totale bevolking). Zij wonen voornamelijk in het noordwesten, het merengebied, het Chacogebied en in Misiones. De Quechua- en Coyasindianen wonen in het noordoosten, in de provincies Jujuy en Salta. In het Chacogebied, de provincies Formosa en Chaco, wonen de Matacos- en Tobas-indianen. In de provincie Misiones leven de Guaraní-indianen en
BEVO LKI N G
rondom het merengebied, de Mapuche-indianen. Buiten het noordwesten wonen de meeste indianen in eigen gebieden of dorpen. De meeste indianen leven van landbouw en veeteelt of ze verkopen handgemaakte voorwerpen (keramiek, geweven doeken en truien en zilveren voorwerpen). In het noordwesten werken er veel in de mijnbouw. Nog steeds worden de indianen door veel Argentijnen niet als volwaardig burger gezien, ook al wordt dat niet openlijk gezegd. Velen behoren dan ook tot de armste bevolkingsgroepen van het land. Sinds 1975 bestaat de Asociación Indígena de la República Argentina, de AIRA, waarbij de grootste indianenorganisaties zijn aangesloten. Sinds de jaren negentig is wel (langzaam) de interesse in hun cultuur en geschiedenis toegenomen. Dat resulteerde in 1995 in nieuwe wetten, die de grond, taal en cultuur van de indianen beschermen. Zo kunnen de Mapuche-indianen in hun taal onderwijs krijgen. De AIRA heeft een eigen website en hun hoofdkantoor is: Buenos Aires, Balbastro 1790. www.fortalecer.org.ar/sobre.asp
Een land rijk aan tradities Door de mengeling van verschillende volkeren is Argentinië rijk aan tradities. Het hele jaar door zijn er festiviteiten, van indianenprocessies tot gauchofeesten. De bekendste en beroemdste vind je hieronder. In de provincies Jujuy en Salta zijn nog volop indianentradities. De verering van de Pachamama, moeder aarde, is het belangrijkste feest. Alle oude indiaanse tradities zijn in de loop van de geschiedenis vermengd met het katholieke geloof, maar dit 3000 jaar oude Pachamama-feest hebben de missionarissen nooit helemaal kunnen bedwingen. Pachamama is de godin van de aarde en vruchtbaarheid, zij verwacht van de indianen een goede oogst en dat beloont ze met welzijn en een goede gezondheid. Maar deze godin is soms nukkig, want zij verlangt offers en bestraft bij nalatigheid met ziektes en misoogsten. Op 1 augustus hangen in de huizen op het land bij het vuur (het is volop winter in Argentinië) twee potten, één is vol met een feestmaaltijd en in de andere zit de maaltijd voor Pachamama. Op deze dag wordt van alle pasgeboren geiten en schapen de staart afgesneden, maar eerst wordt om toestemming gevraagd. Vóór het huis wordt daarna het gat geopend van vorig voorjaar, waar men nu tevreden kan vaststellen dat Pachamama de aangeboden maaltijd heeft opgegeten. Daarna worden de staarten en de maaltijd voor Pachamama erin gelegd. Voordat de mannen zich helemaal volgieten met alcohol wordt eerst het gat besprenkeld, wat kippen worden geofferd, dan wordt alles met wierook gezegend, evenals de familieleden en de verzoening met Pachamama is weer bezegeld. Want de komende twaalf maanden zal zij deze grond beschermen. Een ander prachtig feest is op Palmzondag, een mengeling van indiaanse mystiek en katholicisme. In de buurt van Purmamarca in de provincie Jujuy, gaat een indrukwekkende processie met het beeld van de maagd Maria, met zang en dans gepaard, naar het kerkhof bij Puerto Azul. Bij de indianen is namelijk de dood belangrijker dan de geboorte.
51
52
ACHTERG RO N DEN
La Candelaria in Humahuaca
Dit kerkhof ligt op de helling van het gebergte bij de Río Grande. Als er iemand overleden is richten familie en vrienden negen dagen lang elke avond de smeekbeden tot Pachamama en de Maagd Maria. Want men wil hiermee de ziel begeleiden tot het hiernamaals. Op de negende dag worden de kleren van de overledene eerst in de rivier gewassen en met zijn gedode hond in het graf gelegd. De indianen geloven namelijk dat de ziel een groot meer moet oversteken om het hiernamaals te kunnen bereiken. En de ziel kan niet zwemmen, maar de hond wel. Dat is de reden waarom de hond gedood wordt om de ziel van zijn baas te kunnen begeleiden. Carnaval is ook zo’n feest vol met indiaanse folklore en mystieken van het katholieke geloof en ieder die dat wil kan een ander zijn. Op 2 februari wordt in Humahuaca waar Candelaria (Maria-Lichtmis), het grootste indianenfeest uit de regio gevierd. Urenlang wordt er gedanst in folkloristische kleding met veren als hoofdtooi en op het geluid van ritmisch getrommel en fluiten. Doodleuk speelt er ook een fanfare mee.
De bekendste pelgrimsoorden Ook enkele katholieke processies in het land zijn net zo adembenemend en rijk aan historie als de hierboven beschreven indianenprocessies. De belangrijkste zijn in Difunta Correa, Itatí en Luján. Niet ver van de stad San Juan ligt het stadje Vallecito. Hier zijn boven op een heuvel de relikwieën van de (onofficiële) heilige Deolinda Correa in een kapelletje te zien. In 1840 liepen Deolinda en haar zieke man door de woestijn van San Juan. Toen ze na lang lopen onder de uitputtende zon en hitte allebei van honger en dorst bezweken, vonden herders hen dood, maar de baby die ze bij zich droeg was nog in leven, doordat het aan de borst nog voldoende melk had gekregen. In de loop van de jaren kreeg deze vrouw en het verhaal nog meer ‘miraculeuze’ toevoegingen en zo had Deolinda Correa een aparte plaats binnen het katholieke geloof gekregen.
BEVO LKI N G
Zij is geen officiële heilige en de kerk staat zeer sceptisch tegenover het verhaal en de vorm die het gekregen heeft. Maar elk jaar komen wel honderdduizenden pelgrims tijdens de paasweek naar deze heuvel. Difunta Correa is daardoor wel een van de grootste bedevaartsoorden van Argentinië geworden. Voor de heuvel, waar zij is overleden, is rond 1940 een dorpje ontstaan en op en rondom de heuvel zijn inmiddels 17 kapelletjes en huisjes neergezet, want uit alle delen van het land kwam men voorwerpen brengen die het symbool moesten zijn van de ‘bescherming’. Vrachtwagenchauffeurs brachten onderdelen van hun wagen. Mensen die hun huis wilden beschermen, brachten maquettes van hun huis met voorwerpen erin. Zo ontstond er een cultus van de meest uiteenlopende voorwerpen (zie pagina 254). Itatí ligt ruim 70 km ten oosten van Corrientes. Op 16 juli wordt elk jaar een imposante processie gehouden ter ere van de H. Maagd van Itatí. De legende vertelt, dat zij rond 1589 bij de indianen kwam om te waarschuwen niet tegen de Spanjaarden te vechten. Zo’n driehonderd jaar geleden begon men met deze processie, die start in San Luis del Palmar, 53 km ten zuiden van Itatí. Honderdduizenden pelgrims lopen, staan stil en bidden, lopen en staan dan weer stil en bidden, en dat doen ze 53 km lang! Tot aan Itatí. Het beeld van de H. Maagd dat wordt meegedragen is een van de mooiste van Argentinië. Elk jaar op 8 mei en 8 december worden de belangrijkste processies van het land gehouden, 65 km ten westen van Buenos Aires in de stad Luján. In de kathedraal aldaar staat het beeld van de Maagd Maria, beschermvrouw van het transport. In elk station, een autobus of vrachtwagen zul je de afbeelding van Maria van Luján zien. De legende vertelt ons, dat rond 1630 een ossenwagen op weg was naar Brazilië met de afbeelding van de Maagd Maria. Deze ossenwagen ging kapot vlak bij de plek waar nu Luján is gebouwd. Met man en macht probeerde men de wagen weer vooruit te helpen, maar de eigenaar voelde dat de H. Maagd hem hiermee wilde vertellen dat zij op deze plek wilde blijven. Daarom besloot men een kapelletje te bouwen en deze afbeelding daar te plaatsen. Nu is ze te zien in een grote ruimte in deze enorme kathedraal. Op 8 mei (Dia del Virgén), de belangrijkste processiedag, proberen beroemdheden uit het land kracht te verwerven voor hun daden. Zo liep het nationale voetbalelftal mee voor de wereldkampioenschappen, de nationale helden generaal San Martín en Belgrano kwamen na de gewonnen veldslag speciaal op die dag terug, zelfs de paus De kathedraal van Luján
53
54
ACHTERG RO N DEN
is in 1987 op 8 mei gekomen. Het eerste weekend van oktober is er een pelgrimstocht van Buenos Aires naar de kathedraal, dan wordt er 65 km gelopen en gebeden, (18 uur! lang) waar honderdduizenden gelovigen aan deelnemen.
De immigranten en hun tradities Andere (prachtige) tradities kent het land ook, bijvoorbeeld die door de immigranten uit Europa zijn meegekomen, zoals in Patagonië. Daar viert de Welshe gemeenschap rond Trelew nog steeds begin oktober zijn Eisteddfodfestival. Het is een eeuwenoude competitie van dans, zang en dichtkunst uit Wales. Zangkoren en dansgroepen van de Welshe gemeenschap uit de omstreken strijden elk jaar om de eerste prijs. Het zijn liederen die voortkomen uit een lange traditie in Wales. Op het festival lopen de meeste deelnemers nog in oude klederdracht, worden oude ambachten gedemonstreerd en zijn er Welshe handwerkproducten te koop (zie pagina 468). Villa General Belgrano een dorpje onder Córdoba, dat gesticht is door enkele Duitsers rond 1920, kent nog zeer levendige Duitse tradities. De eerste week van oktober komen veel Argentijnen van Duitse origine in korte leren broeken hier het ‘Oktoberfest’ vieren, compleet met Beierse muziek en drumbands, volksdans en Weisswurst met zuurkool. En in de winter is er in juli het ‘Chocolade Alpen-festival’, met veel volksdansen en zelfgemaakte hete chocolade en chocoladetaarten. (zie pagina 357). Tussen 10 en 13 september organiseert elk jaar de stad Oberá in de provincie Misiones een groot feest van de immigranten (la Fiesta Nacional del Inmigrantes). Je kunt dan kennismaken met de culturen van 17 verschillende nationaliteiten, er wordt gedanst, gegeten en voorgedragen.
De gaucho’s: ‘De koningen van het zadel’ Maar dé nationale traditie waar elke Argentijn trots op is, is die van de gauchocultuur. Wat de cowboys in Noord-Amerika zijn, zijn de gaucho’s in Argentinië. Het woord gaucho komt van de Quechua-indianentaal ‘Huacho’, wat ‘wees’ betekent. De gaucho’s staan symbool voor het leven op de Pampa, het leven in de vrije natuur, en ze hebben het imago van pionier en volksheld. Lange tijd hadden de gaucho’s een slechte naam, want het waren vaak mannen die wat op hun kerfstok hadden. Mannen die zich ook niet wilden binden aan familie of vrouw en aan het maatschappelijke patroon. Dat veranderde rond 1800 toen de Argentijnen zich los wilden maken van Spanje en de gaucho’s zich aansloten bij de Argentijnse generaals José San Martín en Miguel de Güemes. Door hun kameraadschap, groot uithoudingsvermogen en meedogenloze strijdwijze kregen ze meer aanzien. Halverwege de 19de eeuw zagen de grote landeigenaren dat het Pampaland en de koeien veel geld opbrachten. Zo verdeelden zij onderling dit enorme gebied door hun landerijen af te bakenen met prikkeldraad. De gaucho werd gedwongen om voor deze heren te gaan werken. En langzaam verdween zo de echte gaucho, want de landeigenaren wilden op een gegeven moment liever arbeiders, die de machines bedienden dan een man op
BEVO LKI N G
een paard. Door de literatuur, halverwege de 19de eeuw, werd de mythe rond de gaucho versterkt. José Hernández schreef in 1872 het beroemdste boek over de gaucho: de held Martín Fierro. Het is een spannend verhaal over de gaucho Martín Fierro, die door een moordpartij en verlies van zijn huis op de Pampa ‘matrero’ (vagebond) wordt. Hij vlucht de wijde vlaktes in. Leeft tussen de indianen en op een gegeven moment doodt hij een indiaan om een christenmens te redden en vlucht weer. Hij krijgt te maken met corrupte politie en hebzuchtige landeigenaren. Je moet dit boek zien in een tijd dat Argentinië aan het vereuropesen was en de gaucho’s gedwongen werden in dienst te treden bij de grootgrondbezitters. Het was in feite een eerherstel. Het andere beroemde boek is Don Segundo Sombra van Ricardo Güiral- Een gaucho in vol ornaat des. Hierin beschrijft hij het verhaal van een wees die opgevoed wordt op de Pampa, door een gaucho. Zijn mentor heeft prachtige idealen en zonder deze opvoeding zou de jongen hopeloos verloren zijn geweest op de Pampa. Als dank wordt de gaucho erfgenaam van de rijke landeigenaar. Hiermee wilde de schrijver laten weten dat landeigenaren niet zonder deze gaucho’s konden. Tijdens het weekend rond 11 november is in Argentinië de dag van de traditie (Dia de la Tradición). In alle steden komen de gaucho’s in klederdracht en laten hun kunsten op hun paarden zien. Het paard waar ze op rijden heet caballo criollo. Het is een mix van verschillende rassen uit Spanje en Engeland, maar sinds 1918 een volwaardig ras. Typerend voor de gaucho is zijn kleding, zoals prachtige leren riemen en sjerpen, (zilveren) dolken, laarzen van koeienhuid en (zilveren) sporen. Maar ook zijn broek (bombacha) met zilveren knopen, die als een soort sjerp om zijn benen is gewikkeld, is een typerend kledingsstuk.
Godsdienst De grootste kerk in Argentinië is de katholieke kerk en zoals in veel ZuidAmerikaanse landen heeft deze kerk ook hier grote invloed op de samenleving. Ruim 90% van de bevolking is katholiek. Sinds de koloniale tijd speelde de kerk ook een grote rol in het onderwijssysteem. Het waren vooral de jezuïeten, die tot halverwege de 18de eeuw de scholen en universiteiten beheerden. Sinds de grondwet van 1853 zijn er ook openbare scholen. De leiding van de kerk steunde lange tijd de aristocratie en later de vele militaire junta’s. In de grondwet van 1816 en van 1853 stond vermeld dat de katholieke kerk onder controle van de staat was. Zo stond er
55
56
ACHTERG RO N DEN
bijvoorbeeld dat bij benoemingen van een bisschop de regering mee kan oordelen en dat het staatshoofd van het land altijd een katholiek moest zijn. De controle van de staat werd in 1966 afgeschaft door een militair regime en ook Perón moest niet zoveel van de katholieke kerk hebben. Hij legaliseerde o.a. de prostitutie en echtscheiding. Maar toch bleef de leiding van de kerk nauwe banden houden met de machthebbers. Ook tijdens de laatste militaire dictatuur heeft de kerk zich niet gedistantieerd van het geweld. Later pas tegen het einde van de junta, liet de kerk weten dat er een olvido y perdón (een verzoening) moest komen tussen de strijdende partijen. Door deze opstelling heeft zij veel van haar populariteit verloren. In de grondwetswijziging van 1994 werd o.a. bepaald dat de president niet meer katholiek hoefde te zijn. Door de immigratiestroom begin 20ste eeuw zijn er andere belangrijke godsdiensten bijgekomen. De Engelsen en Duitsers brachten verschillende stromingen van het protestantisme mee en honderdduizenden joden zijn begin vorige eeuw naar Argentinië gekomen. Deze joodse gemeenschap is een van de grootste buiten Israël. Maar er zijn ook met de immigratiestroom duizenden moslims vanuit Libanon en Syrië naar Argentinië gekomen. De vader van ex-president, Menem, was een Syriër.
KUNST EN CULTUUR Tango: tussen melancholie en passie Rond 1870 waren veel porteño’s (bewoners van Buenos Aires) uitgekeken op de wals, polka of mazurka. Het waren statige dansen waar geen vreemde variatie in de bestaande figuren of passen aangebracht mochten worden. Het was de bewoners in de stad wel opgevallen dat immigranten met eigen muziekinstrumenten in de buitenwijken prachtige nieuwe choreografische feesten hadden. De fatsoensnormen waren door deze mengeling van immigranten ook aan het veranderen. Want de porteño’s zagen dat hier gedanst werd met alle zintuigen, de dansen waren inniger, vuriger en overtuigender. Op een tweekwartsmaat zagen zij dansparen in een soort omhelzing een ocho of een molinete maken zonder de omhelzing te verbreken, die juist bij andere dansen met de lichamen van elkaar gescheiden werden uitgevoerd. Het leek wel een spel van uitlokken en beantwoorden. Elke avond werden er nieuwe passen ‘uitgelokt’, of verzonnen en andere verdwenen weer. Er werd vooral gedanst met de meisjes uit de bordelen, dat maakte het voor de porteño’s allemaal nog spannender. Dit is een fragment uit het boek over de Tango van Horacio Ferrer. (Meulenhof) Op een gegeven moment overtrof de tango alle dansen in populariteit. Hij werd gedanst op binnenplaatsen, op pleinen bij de bordelen en op straat, maar vooral rondom de conventillo’s, dat waren grote huurkazernes waar de arme bevolking woonde. Voor handwerkslieden, dienstmeisjes, dagloners en krantenjongens, was de tango de lust van hun leven, maar ook intellectuelen en theatermensen raakten in de ban van deze dans. De instrumenten die voor de tango gebruikt werden waren viool, contrabas, piano en twee bandoneóns. Die laatste waren kleine accordeons die mee waren gebracht door de Duitse immigranten. Rijke Argentijnse grootgrondbezitters maakten in Parijs met deze dans goede sier en daar, van-
K U N ST EN CU LTU U R
uit luxueuze bordelen, werd de tango in Frankrijk een succes. Toen kon de elite in Argentinië niet achterblijven, hoewel het voor hen een vulgair volksvermaak was. De jonge zanger, Carlos Gardel verrijkte de tango met een nieuwe zangtechniek, de rubato. En samen met violist Julio de Caro vernieuwde en verfijnde hij de tango. Tussen 1920 en 1930 bereikte de tango zijn hoogtepunt: teksten kregen een poëtisch karakter, vele tangoscholen ontstonden en het ene tango-orkest na het andere trad op. De tango weerspiegelde de werkelijkheid van het zware dagelijks leven. Daarover schreef Horacio Ferrer: ‘De tango heeft de nei- De tango is volop aanwezig ging alles zwart te zien, maar heeft tegelijkertijd een humoristische kwaliteit, die het pessimisme relativeert.’ Gardel zelf kwam uit de sloppenwijken van Buenos Aires, meegekomen op driejarige leeftijd met zijn moeder uit Frankrijk. Hij verloochende, net zoals Evita Perón, nimmer zijn armoedige achtergrond. Dat maakte hem zo populair, ook omdat hij al op 45-jarige leeftijd stierf bij een vliegtuigongeluk in Colombia. Sindsdien is Gardel steeds populairder geworden, een ware mythe! Met zijn dood in 1935, de economische malaise en de heersende dictatuur, raakten de dans en zang in de vergetelheid. Doch eind jaren veertig leefde de tango weer helemaal op. In de Broadway-straat van Buenos Aires, Av. Corrientes, stond het verkeer zelfs ’s avonds stil wanneer zij Pugliese of Gobbi hoorden spelen. Vooral met zijn compositie ‘La Yumba’ in 1946 werd Pugliese wereldberoemd. Met zijn orkest en zijn composities was hij niet alleen toonaangevend, maar ook van groot belang voor de tangogeschiedenis van Argentinië. Door het aantrekken van zangers kregen de orkesten in de jaren veertig en vijftig van de vorige eeuw een grotere aantrekkingskracht op het publiek. Tekstdichters overtroffen zich door het schrijven van tango’s van zeer hoge kwaliteit. Ook experimenteerde men met de dans. Er werden nieuwe passen en figuren verzonnen, zo ontstonden in die jaren de ocho, gancho,media luna en de sandwich. Met de nieuwe dictatuur in 1955 raakte de tango weer in verval, want de tango was ‘peronistisch’ dus subversief. Veel tangoscholen sloten en orkesten verdwenen; de tango was in Europa populairder dan in eigen land.
57
58
ACHTERG RO N DEN
Astor Piazolla bracht met zijn orkest Quintento Nuevo Tango halverwege de jaren zestig een omwenteling in de tangomuziek teweeg. In samenwerking met schrijvers als Jorge Luis Borges en Ernesto Sábato gaf Piazolla de tango een andere dimensie. Maar als basis hield hij de authentieke muziek. Toch zou het lang duren voordat Piazolla door het grote publiek in Argentinië werd geaccepteerd. Hij leefde lange tijd in Parijs, ook mede door zijn politieke overtuiging. Pas na de laatste dictatuur werd Piazolla en daardoor ook de tango wereldberoemd. In de jaren negentig ontstond er een spectaculaire tangorevival, vooral in Europa, mede door het beroemde orkest Sexto Mayor. Zij waren de tango-ambassadeurs van de traditionele tango. En heel Nederland raakte in 2002 door de tango in ontroerd toen Carel Kraayenhof een compositie speelde van Piazolla, Adiós Nonino, op het huwelijk van kroonprins Willem Alexander met Máxima. Carlos Gardel ’Van straatzanger tot een mythe’ Hij werd geboren als Charles Romualdo Gardés in 1890 in Frankrijk. Hij viel al meteen op bij het begin van zijn carrière, niet alleen door zijn zwaarlijvigheid, maar vooral door zijn prachtig stemgeluid. Daarbij was hij een perfecte tangodanser en goed op de hoogte van de muziekontwikkelingen in de stad. De meeste mensen in Buenos Aires spraken een soort boeventaaltje, waarmee men de politie of buitenstaanders kon misleiden. Dat dialect werd lunfardo genoemd. In het lunfardo worden woorden omgedraaid, letters verwisseld of nieuwe woorden verzonnen. Gardel ging lunfardo in zijn teksten gebruiken en dat werd een succes. Daarbij bleef hij gebruikmaken van gitaren als eenvoudige begeleiding. Het tangolied ’Mi noche triste’ (uit 1917) werd zijn grootste succes en was de eerste gezongen tango. Het werd trouwens in lunfardo geschreven. Hij ging naar Parijs en veroverde Europa en speelde in Amerika in allerlei speelfilms. Gardel werd net zo’n held als Evita Perón, want hij was de held van het gewone volk. Door een tragisch vliegtuigongeluk boven Colombia verloor Gardel in 1935 het leven. Hij kreeg de mooie bijnaam ‘El Zorzal Criollo’ (de zanglijster). De zanger ligt begraven op de begraafplaats Chacarita in Buenos Aires. Daar zul je een levensgroot standbeeld van hem zien, met altijd verse bloemen rondom het graf. Vaak wordt er een brandende sigaret tussen zijn vingers gestopt, daar hij een fervent roker was.
K U N ST EN CU LTU U R
Veel Europeanen komen nu naar Buenos Aires om in deze stad, ‘de roots van de tango,’ de dans te leren (zie onder Buenos Aires pagina 153). www.muziekweb.nl/thema/tango/inleiding.asp is een leuke en een informatieve website over de geschiedenis van de tango. Waar je ook stukjes muziek te horen krijgt.
Architectuur De koloniale architectuur in Argentinië heeft vrijwel altijd dezelfde basis. Zo bestaan de muren uit adobe. Dat wil zeggen grote brokken steen vervaardigd uit klei en stro. De daken bestonden eerst uit stro en riet en later kwamen uit steden als Lima en Quito de houten geraamtes met dakpannen. De huizen hadden geen etages en waren strak van vorm, vaak rechthoekig. De meest opvallende architectuur uit de begintijd zijn de kerken. Door invloed van de jezuïeten bleven ze in het begin simpel van vorm met weinig versierselen. De oudste kerken die je kunt bewonderen zijn in de provincie Jujuy. Zoals in Tilcara, Casabindo en Susques. In de grote steden, Tucumán en Buenos Aires, bestonden de koloniale huizen uit lemen muren, ruime binnenplaatsen (patio) en tuinen. In het algemeen was de eerste koloniale architectuur niet erg spectaculair. Ook het stadsplan was simpel van opzet. De huizenblokken waren als een vierkant afgebakend. Met een centraal plein, waar altijd de kerk en de cabildo (stadhuis) stonden. De cabildo’s hebben, zoals je zult zien als je door Argentinië reist, allemaal dezelfde bouw. De voorkant bestaat uit een overdekt voorportaal, met daarachter een grote zaal en een patio. In de dorpjes Een adobe kerk in Noord-Argentinië Molinos en Cachi zie je nog prachtige exemplaren, maar ook in de grote steden als Salta, Jujuy en Luján. Daar zijn de cabildo’s meer verfraaid met mooie boogwerken in het voorportaal en grote bloemrijke patio’s. Een huizenblok wordt ‘cuadra’ (vierkant) genoemd en is ongeveer honderd meter lang en breed. Een huizenblok tussen twee straten heeft altijd 100 huisnummers. De Argentijnen zeggen, je zult zoveel cuadra’s moeten lopen om bij die straat te kunnen komen. Je kunt dan altijd uitrekenen hoeveel meter je moet lopen om op je adres te komen. Ben je bijvoorbeeld bij huisnummer 0 en je moet naar 500, dan zul je een halve kilometer moeten lopen. Pas halverwege de 18de eeuw begon onder invloed van de Spaanse onderkoning de architectuur te veranderen. Dat gebeurde eerst in Córdoba, op dat moment de belangrijkste stad van het land. De weelderige barokstijl, beïnvloed door stijlen uit Lima, kreeg grote invloed. Schitterende gebou-
59
60
ACHTERG RO N DEN
wen, zoals de kathedraal, Monasterio Santa Teresa en de cabildo verrezen. Maar ook het huis van de onderkoning Sobremonte is een prachtig voorbeeld. Het is simpel en strak, maar de hekwerken zijn mooi versierd zo ook rondom de deuren en ramen. Maar wat zeer belangrijk is, het huis heeft een etage erboven gekregen. Zo kwamen steeds meer Het nieuwe Buenos Aires mooie gebouwen in barokstijl in de handelssteden als Salta, Santa Fe en Tucumán. Pas halverwege de 19de eeuw onder invloed van de immigranten kreeg de architectuur in de grote steden een nieuw gezicht. Om de grote stroom immigranten onder te brengen werden de zogenaamde conventillo’s gebouwd. Dat zijn gebouwen waar veel gezinnen kunnen wonen met in het midden een grote binnenplaats (patio), waar de appartementen op uitkomen. De hoofdingang heeft meestal een fraaie poort van ijzerwerk en ondanks het feit dat het lange tijd kazernes voor arme gezinnen waren, wordt de laatste jaren gelukkig ingezien dat deze gebouwen een historische waarde hebben. Zo ook casas chorizos (worstenhuizen), die je ook nog steeds in grote steden kunt zien. Het zijn huizenblokken waar centraal een lange onoverdekte gang (chorizo) loopt die meestal uitkomt op een patio. Bijna alle appartementen komen uit op deze lange gang, die meer weg heeft van een steeg. Want niet alleen huisdeuren komen erop uit, maar ook kleine balkons en er staan vaak planten om de boel wat op te vrolijken. Je ziet deze huizen nog in de oude wijken van Buenos Aires en zijn zeker de moeite waard om even naar binnen te lopen (zie ook pagina 113). In de 19de en begin 20ste eeuw werden bekende Franse en Italiaanse stadsarchitecten (o.a de Fransman Le Corbusier) naar Argentinië gehaald om belangrijke steden een Europees aanzicht te geven. Het ‘Haussmann effect’ (brede avenues) werd ook hier ingevoerd. Buenos Aires veranderde in het Parijs van Zuid-Amerika. De Italianen ontwierpen voornamelijk kathedralen, zoals die van Salta, Cartamarca en Tucumán, waar duidelijk de Corinthische stijl (veel zuilen) en zachte kleuren terug te zien zijn. De Fransen bouwden de belangrijkste overheidsgebouwen in de neoclassicistische stijl, vaak zeer pompeus (Casas de Gobierno in Tucumán en Jujuy zijn goede voorbeelden). Begin 20ste eeuw werden zelfs gigantische kerken, zoals die van Luján en La Plata, in neogotische stijl gebouwd. Dit resulteerde in Salta in een tegenreactie. Daar wilde het stadsbestuur terug naar de koloniale architectuur. Men noemde het ‘terugkeer naar de traditie’. De stroming was anti-Europees. Het resultaat van deze stadsvernieuwing was twijfelachtig, want privéhuizen en bouwplannen werden
K U N ST EN CU LTU U R
bekroond als ze in neokoloniale stijl werden gerenoveerd of gebouwd. Wat gebeurde er: overal kwamen die smeedijzeren versieringen, houten vensterramen en balkons en witte muren weer terug. Het werd een fantasieloze renovatie. Tussen 1920 en 1940 kwam er veel invloed uit Noord-Amerika van strakke hoge kubusachtige gebouwen (het mooiste voorbeeld is de wolkenkrabber Kavanagh in Buenos Aires en Casa de la Bandera in Rosario), terwijl in het merengebied de architect Bustillo de ‘Alpenstijl’ uit MiddenEuropa als basis nam (Centro Cívico in Bariloche is een goed voorbeeld). Pas de laatste jaren wordt er weer verrassend gebouwd. Langs de Av. Leandro Alem en achter Puerto Madero (waar ook de Nederlandse ambassade is) zie je goed de nieuwe architec- Casa de la Bandera tuur, met veel glaswerk en aluminium als basisvorm. Mooie voorbeelden zijn ook het IBM hoofdkantoor en in het 2001 gebouwde Malba museum in Palermo Chico allebei in Buenos Aires. Maar ook worden weer in veel steden oude gebouwen en wijken gerenoveerd, zodat het koloniale verleden gelukkig niet verloren gaat.
Beeldhouw- en schilderkunst Zowel de beeldhouwkunst als de schilderkunst is sterk onder invloed geweest van de Europese cultuur, eerst lange tijd door de Spanjaarden en daarna halverwege de 19de eeuw door Franse en Italiaanse stromingen. Zo zul je bijvoorbeeld in elke stad een standbeeld van San Martín zien, de grote nationale held. Maar je zult wel zien dat ze allemaal hetzelfde zijn, want de beeldhouwkunst in Argentinië kent weinig pluriformiteit. Grote beeldhouwwerken zijn vaak gemaakt door Europeanen, of door Argentijnen die hun opleiding in Europa hebben genoten. Zoals Lola Mora, een van de beroemdste Argentijnse beeldhouwsters. Zij werd eind 19de eeuw sterk beïnvloed door Italië en maakte voor Argentinië revolutionaire ontwerpen. De vormen waren wel klassiek (uit de school van Florence) maar de afbeeldingen (naakte vrouwen en mannen) waren voor dit land erg nieuw. Je kunt haar werken bewonderen in Tucumán, waar zij vandaan komt en in Buenos Aires bij de Costanera Sur. Een andere bekende beeldhouwer, Rogelio Yrurtia, werd sterk beïnvloed in Frankrijk door o.a. Rodin. Een van zijn beroemde werken, Canto al Trabajo, maakte hij in 1907 in Parijs. Je kunt het grote beeldhouwwerk bewonderen in San Telmo. Een replica van de Denker (le Penseur) van Rodin staat in Buenos Aires.
61
ACHTERG RO N DEN
62
De stad Resistencia wordt ook wel de ‘stad van de beeldhouwkunst’ genoemd. Het is een groot openluchtmuseum, waar tientallen beelden het stadsgezicht verfraaien. De schilderkunst is pas goed tot ontwikkeling gekomen halverwege de 19de eeuw. Mede onder invloed van de Franse en Engelse cultuur, maar dat heeft niet geleid tot een eigen stroming. Pas rond 1920 door toedoen van Europese avant-gardisten, die graag naar Argentinië wilden komen, ontwikkelden zich in het land verschillende kunststromingen. Belangrijker waren de sociaal-reaDe Denker van Rodin listen, zoals Reinaldo Guìdici en Benito Quinquela Martín. Op een klassieke manier schilderen ze het leven in de armenwijken en de tangotaferelen. De schilder Quinquela Martín is beroemd geworden met zijn straatje Caminito in de wijk La Boca waar plaatselijke kunstenaars hun werken buiten konden exposeren. Maar ook het expressionisme en impressionisme kregen in de jaren twintig en dertig van de vorige eeuw een eigen vorm. Lino Spilimbergo (1896-1964) en Xul Solar (1888-1963) waren dé bekendste schilders van deze stromingen. Je kunt een muurschildering van Spilimbergo in de grote winkelgalerij Pacifico op calle Florida in Buenos Aires bewonderen. Het werk van Solar is te zien in een eigen museum in Buenos Aires. Werken van de moderne sociaal-realisten als Antonio Berni (1905-1981), Eduardo Sívori (1847-1918) zitten vol expressie over het dagelijkse leven. Sívori heeft een eigen museum in Buenos Aires. Molina Campos (1891-1957), een zondagsschilder die de laatste tien jaar zeer populair geworden is, laat ons op een bijna kinderlijke wijze meegenieten hoe het leven was op het platteland en van de gaucho’s. Sinds de jaren zestig is er een nieuwe stroming gekomen met een moderne expressieve uitstraling, waarvan Luis Felipe Noé (1933) en Jorge de la Vega (1930-1971) de bekendste zijn. Galería Benzacar en Rubbers in Buenos Aires vertegenwoordigen deze stroming. Veel werk van bovengenoemde schilders zijn te zien in Museo Malba en Museo Bellas Artes in Buenos Aires.
Literatuur De Argentijnse literatuur kreeg al vroeg een eigen indentiteit. Want eind 18de eeuw, toen het eerste theater in het land werd gebouwd, ging de dichtkunst zich als eerste ontwikkelen. Het kwam van de gaucho’s, want zij hadden zo hun eigen verhalen en deze werden op dichterlijke wijze vertolkt door de payadores. Dat waren rondreizende muzikanten. José Her-
K U N ST EN CU LTU U R
nandez (1834-1886), een dichter, schreef het beroemdste verhaal met als titel: Martín Fierro. Een gaucho, die deserteerde, iemand doodde, tussen de indianen leefde, moest vluchten met zijn vriend Cruz naar de Pampa en ten slotte weer terugkeerde naar het geciviliseerde Buenos Aires. De schrijver Esteban Echeverria, begon halverwege de 19de eeuw, onder invloed van de Franse en Engelse cultuur een schrijversbeweging, Asociación de Mayo (de mei-beweging). El Matadero (het slachthuis) was zijn beroemdste boek. Pas na de dictatuur van Rosas (1852) kwam de literatuur (onder invloed van Europese stromingen) goed op gang. De aanzet werd gegeven door Sarmiento en Alberdi, twee belangrijke politieke figuren. Vooral Sarmiento heeft een beroemd boek geschreven: Facundo. Eind 19e eeuw introduceert Leopoldo Lugano uit Córdoba het sociale proza. Zijn proza heeft veel overeenkomst met die van de Franse schrijver Baudelaire. Zijn bekendste roman werd La Guerra Gaucha, waarin de gevechten van de gaucho’s samen met generaal Güemes in het noorden werden beschreven. In 1926 komt Ricardo Güilaldes met zijn boek Don Segundo Sombra, die op een moderne schrijfstijl het leven van een jonge gaucho beschrijft die als wees opgroeit op een grote estancia. Dit boek kreeg internationaal grote bekendheid. Met de laatste twee schrijvers wordt duidelijk welke literaire stroming het land opgaat. Een eigen gezicht over het dagelijkse leven. Rond die tijd, 1920, werd er een belangrijk literair tijdschrift opgericht: Martín Fierro en de jonge hoofdredacteur was Jorge Luis Borges. Hij propageerde de dichtkunst weer in haar pure vormen. Zijn rijmen zijn gewoon en voor de hand liggend. Borges zou later de belangrijkste schrijver van Argentinië worden. Tot zijn eenentwintigste leefde hij in Genève en bij terugkomst in Buenos Aires raakte hij verliefd op deze stad. Het wordt zijn stad, waar hij prachtige boeken over zal schrijven. Fervor de Buenos Aires is een van zijn bekendste boeken over de stad. Hij wordt de meester in beknopte zinnen, want Jorge Luis Borges in enkele woorden kan hij zo veel expressiviteit brengen waar andere schrijvers enkele regels voor nodig hebben. Ondanks de vele internationale prijzen heeft Borges nooit de Nobelprijs voor literatuur gekregen. Men denkt doordat hij nooit openlijk zijn afkeer tegen de militaire dictatuur kenbaar heeft gemaakt. Op zevenentachtigjarige leeftijd stierf hij in 1986, en was toen al jaren blind. Hij werd begraven in Genève, zoals hij dat wilde. Zijn boek ‘De verzamelde gedichten’ noemde hij zijn meest persoonlijke boek. Meerdere Argentijnse schrijvers kregen internationale bekendheid, zoals Julio Cortazár, geboren in 1914 te Brussel uit Argentijnse ouders. Met zijn eerste boek in 1951, Bestiario, werd hij al meteen beroemd. Zijn verhalen zijn vaak een mengeling van fantasie en realiteit. Zo werd hij een van de belangrijkste schrijvers uit de jaren zestig. De boeken Rayuela en 62/
63
64
ACHTERG RO N DEN
Modelo para armar zijn zijn bekendste werken. De dictatuur dreef hem naar Parijs en daar stierf hij in 1984. Cortazár zei daarover: ‘Ser Argentino es estar triste, ser Argentino es estar lejos’ (Argentijn zijn betekent verdrietig zijn, Argentijn zijn betekent ver weg zijn). Een andere belangrijke schrijver was Adolfo Bioy Casares. Hij werd geboren in 1914 en publiceerde al op 14-jarige leefdtijd. Hij kwam op zijn 18de in contact met Borges met wie hij zijn hele leven bevriend is gebleven. Deze twee schreven gezamenlijk enkele bekende boeken onder het pseudoniem, H. Bustos Domecq. Hij werd beroemd met zijn politieke novellen die een ironische observatie over het dagelijkse leven van de Argentijnen waren. Zijn bekendste boek was La Invención de Morel, een klassieker in de moderne Argentijnse literatuur. Casares stierf in 1999 in Buenos Aires. Een andere bekende schrijver is Ernesto Sábato, geboren in 1911 nabij Buenos Aires. Hij kreeg een opleiding als fysicus en ging in Parijs werken. In 1945 wilde hij schrijver worden en drie jaar later publiceerde hij zijn eerste boek, el Túnel. Een verhaal van een jonge schilder die zo in zijn werk opgaat dat hij al zijn menselijke relaties verbreekt. Hij werd ook in Frankrijk een succesvol schilder en (voorlopig) vanwege de dictatuur wilde hij niet naar zijn geboorteland terugkeren. Sábato brak in de jaren zestig door met zijn psychologische bestseller Sobre Héroes y Tumbas (Over helden en graftombes). Het werd voor de Argentijnse jongeren een cultboek. In 1976 kreeg hij in Frankrijk de hoogste prijs voor de beste buitenlandse roman. Pas met de democratisch gekozen president Alfonsín keerde hij terug naar Argentinië. Sábato werd de voorzitter van de commissie die de gruwelijkheden tijdens de vuile oorlog moest onderzoeken. Met het eindrapport Nunca más (nooit meer) baarde hij veel opzien. Sábato verklaarde, dat een schrijver altijd de waarheid moet zeggen, het Vrouwen in de Argentijnse literatuur De vrouwen hebben altijd een grote rol gespeeld in de Argentijnse literatuur. Mariquita Sánchez de Thompson had in de 19de eeuw in haar huis de belangrijkste literaire salon. Hier werd ook voor het eerst het nationale volkslied ten gehore gebracht. De belangrijkste vrouwelijke schrijfster in de vorige eeuw was Emma de la Barra, die Stella schreef onder het pseudoniem van César Duayen. In het begin van de 20ste eeuw was Alfonsina Storni een van de eerste vrouwen die wilde leven van haar boeken en in haar boeken opkwam voor de onafhankelijkheid van de vrouw. Nora Lange was de eerste avant-gardistische schrijfster en schreef een prachtige autobiografie, Cuandernos de Infancia (het dagboek van de kindertijd). Ook Victoria Ocampo (zie foto) deed dat, die een autobiografie over het traditionele leven schreef. Zij startte het literaire tijdschrift Sur en had goede contacten met vele internationale schrijvers. Haar boeken Testimonios (bekentenis) en Autobiografia zijn het legaat van een onafhankelijke vrouw en haar cultuur en een weerkaatsing van haar tijdperk.
K U N ST EN CU LTU U R
is zijn plicht. Manuel Puig werd internationaal beroemd toen zijn boek, El beso de la mujer araña (de kus van de Spinnenvrouw) in 1985 werd verfilmd. Het was in de jaren zeventig een verboden boek, want het speelde zich af in de gevangenis tussen twee mannen; een peronist en een homoseksueel. Door hun openhartigheid over het leven en gevoelens ontstond er een hechte band tussen die twee. Puig woonde vrijwel zijn hele leven in het buitenland, want door zijn onconventionele levensstijl werd hij moeilijk begrepen in zijn eigen land. Hij stierf in 1990 in Mexico. Voor verdere informatie zie: www.literatura.org Van de Argentijnse schrijvers kun je in het Nederlands krijgen: De werken van Borges, zo zijn vrijwel al zijn boeken vertaald in het Nederlands (waaronder Verzameld Werk deel I en 2). Van Cortázar: De mooiste verhalen en Rayuela. Van Eduardo Mallea: Al het groen zal vergaan. Manuel Puig met het toen verboden boek: De kus van de Spinnenvrouw. En van Ernesto Sábato: Over helden en graven. En zeker de moeite waard is: 'Het verleden' van Alan Pauls.
Sport: een Britse traditie in Zuid-Amerika De bekendste sporten waarin Argentinië uitblinkt zijn de Angelsaksische sporten. Zij zijn meegekomen halverwege de 19de eeuw met de Engelse immigranten en seizoenarbeiders, zoals voetbal, tennis, polo, autoracen en hockey. Daarvan zijn de eerste drie de meest populaire sporten. Misschien kun je je nog de voetbalfinale in 1978 herinneren tussen Argentinië en Nederland. In de verlenging werd Nederland toen in Buenos Aires verslagen. Of de zinderende kwartfinale in Frankrijk in1998, die door Nederland werd gewonnen. De Argentijnse voetballer Maradonna is nog steeds een ware legende. Voetballen is dé populairste sport en belangrijke wedstrijden zijn ware feesten met vlaggen, vuurwerk en zangkoren, maar ook met emotionele taferelen bij de verliezende club. Enkele voetbalclubs hebben nog steeds prachtige Engelse namen zoals Newell’s Old Boys, Banfield en Boca Juniors. In 1931 had de Argentijnse voetbalbond al een betaalde competitie. Alfredo di Stéfano, een van de beste Argentijnse voetballers aller tijden, zei eens: ‘’Er is veel aan te merken op Argentinië, maar de liefde voor het voetbal is nergens groter dan daar. Een Argentijn wordt geboren met een bal naast zich in de wieg en ik was geen uitzondering.’’ Als de twee beroemdste clubs Boca Juniors en River Plate tegen elkaar moeten spelen is het niet alleen een waar feest in het stadion, maar heel Argentinië ligt plat. Want elke Argentijn leeft dan mee. Een groot probleem zijn de supportersrellen, de Argentijnse hooligans worden barras bravas (dappere bendes) genoemd. Deze hooligans proberen elkaar het leven zuur te maken, wat tot zeer tragische toestanden heeft geleid. Door strengere wetten en keihard optreden hoopt men dat de barras bravas zich meer concentreren op het voetbal dan elkaar het leven zuur te maken. Maar ook tennis wordt steeds populairder, want niet alleen Sabatini en Vilas zijn twee bekende internationale tennissers, maar sinds enkele jaren behoren ook Gaston Gaudio en Guillermo Coria tot de wereldtop. Deze laatste won in 2004 te Parijs het toernooi van Roland Garros en in 2006 de Us Open.
65
ACHTERG RO N DEN
66
Polo is vooral bij de rijke en de gegoede middenklasse populair. Elk jaar eind november zijn de belangrijkste finaledagen in het polostadion te Palermo in Buenos Aires. Dan zie je polo op het hoogste niveau, want Argentinië behoort tot de beste pololanden ter wereld. Argentijnse spelers en trainers zijn erg gewild in de polowereld. Tijdens die wedstrijden is het ook een ontmoeting met belangrijke mensen uit de politiek, het bedrijfsleven en de Polo is erg populair in Argentinië media. Ga maar een kijken als je er in november bent! Eén sport die niets met de Engelse traditie te maken heeft en typisch Argentijns is, is pato. Het is een mengeling tussen polo en basketbal en werd indertijd door de gaucho’s gespeeld met een eend (een pato) die als bal diende en tussen een soort basket moest komen. Dit spel werd in 1822 verboden, pas sinds 1938 wordt het met aangepaste regels weer gespeeld. Nu spelen twee teams van ieder vier man elk op een paard met een (in leren gekorfde) bal, die men in een grote basket moet gooien. Het is een spel waar de spelers zeer behendig, zowel met de bal als met het paard mee omgaan. Elk jaar zijn rond half december de nationale kampioenschappen in Buenos Aires. www.fedpato.com.ar
Film De gebroeders Lumière, de uitvinders van de film, waren al in 1896 in Buenos Aires om hun eerste korte producties te tonen. De eerste Argentijnse film, la Bandera Argentina (de Argentijnse vlag), volgde het jaar daarop maar werd gerealiseerd door een Franse emigrant. Dat gaf echter wel de aanzet voor een groot aantal belangrijke films, want tot eind jaren veertig van de vorige eeuw beleefde de Argentijnse cinema een ‘gouden tijd’. Daarna, door de economische malaise, raakte de filmindustrie in een diep dal. Eind jaren vijftig werd de film ‘Het huis van de Engel’ van de cineast Leopoldo Torre Nilsson op het festival van Cannes een enorm succes. Men zei zelfs, ‘dit is de beste Zuid-Amerikaanse film sinds het begin van de cinema’. In de jaren zestig begon een groep jonge cineasten (met Solanas en Getino) de ‘Nueva Cine’. Een roep naar sociaal-maatschappelijke films. Maar dat duurde niet lang, want in de jaren zeventig met de oude Perón en daarna de militaire dictatuur werd de filmindustrie meer een goedkoop amusementsbedrijf en verlieten tal van cineasten het land. Met de terugkeer van de democratie in 1983 herleefde de filmindustrie weer. In de laatste tiental jaren kwamen Fernando Solanas, Maria Luisa Bemberg en Luis Puenzo in de internationale belangstelling met hun films. Denk maar eens aan El Exilio de Gardel (1987) van Solanas of aan La Historia
K U N ST EN CU LTU U R
Oficial van Luis Puenzo. Deze laatste kreeg een Oscar in 1986 voor de beste buitenlandse film. De bekende actrice Norma Aleandro (1936) heeft al vele internationale prijzen gewonnen. Sinds een tiental jaren gaat het erg goed met de Argentijnse filmindustrie, mede door de economische vooruitgang in de jaren negentig. Alleen al in Buenos Aires zijn meer dan 30 filmscholen! Op internationale filmfestivals in Amerika en Europa staat de Argentijnse film hoog genoteerd. In 1998 oogstte het sociaaldrama Pizza, Birra, Faso internationaal veel succes van de regisseur Adrian Caetano. Maar ook Valentin (2002) van Agresti en El Hijo de la Novia (2001) van Juan Campanella hadden veel succes. Vooral regisseur Alejandro Agresti, die lange tijd in Nederland heeft gewoond, staat internationaal hoog aangeschreven. Met Boda Secreta (Secret Wedding) kreeg hij 1989 een Gouden Kalf. Op het prestigieuze filmfestival van Mar del Plata won in 2007 de Argentijnse film M van Nicolás Prividera de eerste prijs. Het was voor deze jonge regiseur (1970) zijn eerste film en is het verhaal van zijn zoektocht naar zijn moeder, die in 1976 tijdens de dictatuur op het departement van de vader van Máxima werkte en plotseling verdween.
Eten en drinken: vleesgenot in gaucholand Eten en drinken is in Argentinië heel belangrijk, een sociaal gebeuren. De keuken is vooral beïnvloed door Spaanse en Italiaanse gerechten, hoewel in het noorden de indiaanse invloeden merkbaar zijn. De Argentijnen zijn kampioen vlees eten, begrijpelijk met een veestapel van meer dan 50 miljoen runderen en 30 miljoen schapen! Als alternatief zijn er in veel steden zeer goede vegetarische restaurants. Op het eerste gezicht verschilt de Argentijnse keuken niet zoveel van onze Europese keuken, maar als je de menukaarten goed bestudeert dan zie je toch gerechten die typisch Argentijns zijn. Zo hebben veel streken hun eigen lokale specialiteiten. In deel 3 bij de beschrijvingen van de steden of streken vertel ik meestal wat meer over de lokale gerechten. Het ontbijt (desayuno) bestaat meestal uit tostadas (toast) of media lunas, dat zijn kleine croissants. Vaak geglazuurd of in roomboter gebakken samen met jam en boter, daarbij drinken ze een café con leche (= koffie verkeerd). Overdag wordt er veel koffie gedronken, zo heb je café solo (espresso), café cortado (met ietsjes melk), café con crema (cappuccino) of café corto (zeer sterke koffie). En altijd krijg je er een glaasje water bij. Tot diep in de nacht wordt in cafés of restaurants koffie gedronken. De lunch (almuerzo) begint rond 12.00 uur, maar je ziet ook veel mensen pas na tweeën eten. Dat kan variëren van een broodje (sandwich) tot een uitgebreide warme maaltijd. Vrijwel alle confitería’s hebben sandwiches en salades. Vaak zie je de Argentijnen eind van de middag nog een tussendoortje nemen, want dineren gebeurt nooit voor negen uur ’s avonds, liefst nóg later. Argentijnen zijn zoetekauwen, ze gebruiken veel suiker en eten veel zoete gerechten en ijs. In elke stad of ieder dorp zijn heladería’s (ijssalons)
67
68
ACHTERG RO N DEN
Een asado (een soort barbecue) zie je overal in het land
met de meest uiteenlopende combinaties en vaak op natuurlijke wijze gemaakt. Zie hier de Italiaanse traditie. Het diner (cena) heeft als hoofdgerecht een groot stuk vlees; de meest voorkomende biefstukken zijn: bife de chorizo (rumpsteak), bife de lomo (filetvlees) en bife de costilla (T-bone steak). Je ziet ze ook een parrilla nemen, dat zijn vier, vijf verschillende soorten vlees die je op een oventje met houtskool naast je tafel moet grillen. Deze vleessoorten zijn niet waar we in de lage landen nou echt van houden, want darmen van een jong kalf (chinchulines), niertjes (riñones), lever (higado), bloedworst (morcilla) of een stuk uier (ubre) behoren bij de parrilla. Als je een hoofdgerecht bestelt krijgt je geen garnituur, dat moet je apart bestellen. Vaak worden er frietjes (papas fritas), of een salade (ensalada mixta) erbij gegeten. De ensalade mixta bestaat uit sla, tomaten en ui. Patagonië staat bekend om zijn heerlijke lams(cordero), wild zwijn (jabali) en hertenvlees (ciervo). In visrijke gebieden, zoals langs de kust, het noordoosten en in het merengebied, staat de vis cenrtraal op de menukaart. Forel (trucha), zalm (salmón), dorado, zeebaars (corvina) en pejerrey (koningsvis) zijn de meest voorkomende vissoorten. Fruta del mar (fruits de mer) kun je overal langs de kust krijgen en is heerlijk, maar ook mosselen (mejillón) die vaak veel groter zijn dan de Hollandse. Zowel vlees als vis wordt vaak gegrild. Nagerechten (postres) zijn vaak zoet. Typische Argentijnse nagerechten zijn: flan, crême caramel, of een dulce de membrillo, een plakje zeer zoete kleverige jam met jonge kaas eronder, of dulce de leche, dat is een zoete dikke vanillestroop met vers fruit erover. Heb je nog trek? Maar heerlijke verse dunne bladerdeegtaarten met ijs of seizoenvruchten zijn er ook of alleen ijs en fruit. Wil je na dat vele vlees of vis wat anders, dan zijn er prima vegetarische restaurants, modern van opzet met grote saladebars en uitgebalanceerde gerechten.
K U N ST EN CU LTU U R
In alle grote steden is buiten de traditionele restaurants een nieuwe gedurfde keuken ontstaan, La cocina Mediteranea genaamd, die steeds populairder wordt. Ook hier merk je de sterke Italiaanse invloed, want vaak wordt vers voor je neus tientallen soorten pasta’s op een geraffineerde wijze bereid met verse groente. Zo ook visgerechten. Pizzeria’s, met de heerlijkste knapperige pizza’s die je vaak in verschillende porties kunt krijgen, worden drukbezocht en zijn goedkoop (de Argentijnse pizza wordt algemeen tot de lekkerste gerekend). Door de economische neergang van de laatste jaren zijn de ‘tendor libre’ restaurants als paddestoelen uit de grond gerezen. Dit zijn restaurants waar je voor één prijs (tussen de vier en zes euro!) net zoveel kunt eten als je wilt en prima zelfs met enorme saladebars en vlees en vis zo van de grill. Drank De Argentijnen houden van een goed glas wijn en dat kan het land hun bieden. Uit de gebieden rondom Mendoza en Cafayate komen de beste wijnen. Druivensoorten als een cabernet sauvignon, merlot, chardonnay of een riesling zijn hier net zo algemeen als bij ons in Europa. De wijn is prima tot zelfs zeer goed (uitgebreider ga ik onder het hoofdstuk Mendoza en Cafayate verder in op de wijn). In de zomermaanden wordt volop witte wijn gedronken, zelfs bij vleesgerechten. Kijk niet verrast op als de Argentijnen bij een fles wijn ijsklontjes vragen en die dan in hun wijnglas doen. Tijdens het eten wordt, evenals in Zuid-Europa, veel mineraalwater gedronken, maar ook zie je in restaurants dat men Cola, Fanta of Sprite bij het eten bestelt. Bier wordt redelijk gedronken, maar meer als tussendoortje. Een getapt pilsje noemen ze ‘chopp’ (spreek uit als tsjop). Cervecería is een café waar je vaak getapt bier kunt krijgen, want een pilsje is niet zo algemeen als bij ons en je krijgt altijd bij je pils een schaaltje pinda’s of chips. Het merk Quilmes is zoals Heineken in Nederland of Maes pils in België. Rondom Santa Fe komt het lekkerste bier voor (Bieckert en Schneider). In Patagonië en in het midden van het land zie je steeds meer cerveza artesanal, bier dat op ambachtelijke wijze is gebrouwen en heerlijk smaakt! Overdag op het werk, in de bus, op excursie en natuurlijk thuis drinken de Argentijnen alleen maar mate (eigenlijk heet het yerba mate). Een (bittere) kruidenthee die werkelijk een nationale drank is. Je drinkt het samen en daarbij wordt er gezellig gekeuveld. In een kalebas doet men de kruidenthee, yerba mate, dan wordt er warm water ingegoten en met een zilveren pijpje (bombilla), met aan het uiteinde een filter, zuig je het water op (zie pagina 281). Een confitería is niet alleen een café, maar je kunt er ook iets warms eten, zoals een hamburguesa (een hamburger), een croque monsieur (tostada) of empanada’s. Dat laatste is typisch Zuid-Amerikaans. Heerlijk als tussendoortje of als voorgerecht. Het is een soort pasteitje van bladerdeeg gevuld met gehakt, ei, olijven of kaas. Veel streken hebben zo hun eigen empanada’s. Zondagmiddag komen familie of vrienden op bezoek en wordt er een asado georganiseerd. In feite hetzelfde als een parrilla in het restaurant,
69
70
ACHTERG RO N DEN
maar dan uitgebreider met grotere stukken vlees en salades. Zo’n asado vindt plaats in de tuin, waar iedereen een soort houtskoolplateau heeft staan (wordt standaard bij het huis geleverd). Tafels en stoelen worden buiten gezet en dan wordt er de hele middag gezellig met de nodige flessen wijn en mineraalwater gepraat, gelachen én vooral gegeten. Iedereen doet mee van kleine kinderen tot grootouders. Families die geen tuin hebben organiseren een asado in parken of op open plekken langs de weg buiten de stad. Zo ruiken zondagmiddag alle parken naar houtskool en gegrild vlees. Typisch Argentijnse gerechten ● Locro uit het noordwesten van het land, van origine een indiaans gerecht. Het is een soep met (getrokken) vlees, bonen, aardappelen, uien en paprika. ● Of in het noordoosten waar ze chipa eten, een soort cake, gemaakt van de maniokplant (uit die streek), eieren en kaas. ● Een sopa is ook zo’n indiaans gerecht: een pasteitje gemaakt van maïs, kaas en eieren. ● Matambre is gemarineerd vlees met worteltjes, erwten, een gebakken ei erover met aji molino. Dat laatste is een zeer scherp kruid. ● Humita en chala zijn gekruide gestoomde maïskolven omwikkeld met maïsbladeren. ● Lekker zoet is een quesillo con miel de caña: zoete kaas waar overheen stroop van suikerriet. ● Cazuela de cabrito is een ragoût van geitenvlees dat men lang laat sudderen. ● In Patagonië eten ze estofado: een ragout van schapenvlees, gekookte aardappels en uien. ● Je zult peper bijna nooit op tafel zien staan, daarvoor in de plaats is er een potje chimichurri. Een soort mosterd gemaakt van ruim 20 verschillende kruiden die je over je vlees uitsmeert; het is redelijk pittig. ● Een ander typisch Argentijns gerecht is puchero, dat bijna een hele maaltijd is. Het bestaat uit vlees, maïs, wortelen, aardappelen, kalebas, knoflook en wat bonen. Dit alles wordt goed gekookt en dan tot een soep gemaakt. ● Of picadas dat je bij de borrel eet, maar dat zeer uitgebreid is. Je krijgt zeker een tiental schaaltjes met verschillende worsten en kaassoorten, pinda’s, olijven, zeevisjes etc. ● Een echt wintergerecht is polenta met kaas of gevogelte. Het bestaat grotendeels uit gepofte maïs, tomaten, bloem en vlees. ● Een ander wintergerecht is curanto, dat gegeten wordt in het merengebied. Het bestaat uit verschillende soorten vlees, gekookt met groente, witte wijn en aardappelen allemaal in een grote pan.
71
PRAKTISCHE INFORMATIE
VOOR DE REIS Ambassades Argentijnse ambassade in Nederland Javastraat 20, 2585 AN, Den Haag
070-3654836 Consulaire afdeling:
070-3118411, 7 070-3118410
[email protected] www.embassyargentina.nl
België Louiselaan 225, 1050 Brussel
(02) 6477812, 7 (02) 6479319 www.embargentina.be Argentinië heeft in Nederland en België geen verkeersbureau.
Argentinië De Nederlandse ambassade is in Edificio Porteño II, Olga Cossenttini 831, 3de etage in Buenos Aires. Open van ma. t/m vrij. van 9-12.30 uur.
(11) 43380050
[email protected] www.embajadaholanda.int.ar De Belgische ambassade is in Defensa 113, 8e etage in Buenos Aires. Open van ma. t/m vrij. van 8-13 uur.
(11) 43310066 / 69
[email protected] www.diplobel.org/argentina
Reisdocumenten Een paspoort is voldoende, dat minstens nog 6 maanden geldig is. Bij aankomst krijg je een stempel in je paspoort waardoor je als toerist 3 maanden in het land mag verblijven.
In het vliegtuig wordt een inreiskaart verstrekt, deze moet je volledig ingevuld bij de douane inleveren. Een duplicaat hou je altijd bij je paspoort en dit moet je inleveren als je het land verlaat.
Vliegen / airpass Alle grote Europese vliegtuigmaatschappijen vliegen direct of indirect naar de hoofdstad Buenos Aires. Vrijwel alle maatschappijen vertrekken ’s avonds en komen vroeg in de ochtend aan. Als je een vast omlijnd plan hebt dan is een Airpass Visit Argentina misschien aan te raden. Deze kun je in combinatie met een ticket van Aerolineas Argentinas naar Argentinië kopen. Er is een keuze uit ruim 20 bestemmingen binnen Argentinië. Minimum één coupon, maximum geen. Niet langer geldig dan je internationale ticket en routewijziging is niet toegestaan. Prijs per coupon vanaf E 80,- in combinatie met je Aerolineas ticket. Maar het is niet altijd de goedkoopste optie!
De beste reistijd Argentinië ligt op het zuidelijk halfrond en dat betekent dat de seizoenen omgekeerd zijn. Het toeristenseizoen is daar tussen december en maart. Dat zijn de zomermaanden en voor de bezoeker de beste tijd. Want dan is het aangenaam reizen door Patagonië en Vuurland, niet alleen qua temperatuur, maar je hebt dan alle faciliteiten zoals: excursies, bustransport en de hotels zijn dan open. In het noorden en oosten is het zeer warm en regenseizoen. De beste tijd is begin van de zomer (oktober-november) of in de
P R A K TI SCHE I N FO RM ATI E
72
nazomer (april-mei). In Buenos Aires is het onaangenaam warm en vochtig in de maanden januari en februari (er zijn dagen bij van bijna 100% vochtigheid). Ook zijn er weinig activiteiten, omdat het de vakantiemaanden zijn en iedereen vertrokken is. Rondom het Andesgebergte is het in de zomermaanden prima reizen, goede temperatuur en er zijn volop excursies. Het midden van Argentinië, de provincies Córdoba, Mendoza en San Luis, zijn ’s zomers zeer warm en ook daar raad ik je begin van de zomer of de nazomer aan. Juli en augustus zijn de beste skimaanden, want wintersport wordt steeds populairder in Argentinië.
Gemiddelde dag zomertemperatuur Nov. Dec. Jan. Feb. Mrt. Apr.
Buenos Aires Salta Iquazú Bariloche Mar del Plata Pto. Madryn Ushuaia
20 21 24 13 16 16 7
22 22 25 14 18 19 9
25 22 26 15 20 22 10
24 21 26 15 20 22 10
22 20 24 13 18 19 9
20 16 20 10 15 16 7
veel muggen en ander ongedierte, die voor veel overlast kunnen zorgen. Antimuggenspray of crème is aan te raden. En armen en benen goed bedekt houden, vooral als je in de bossen gaat wandelen. In het gehele land zijn de sanitaire voorzieningen goed.
Reisorganisaties De laatste jaren hebben steeds meer reisbureaus Argentinië in hun pakket opgenomen. Het varieert van een totaal pakket tot individuele reizen. Hieronder geef ik een globaal overzicht van de organisaties met de interessantste reizen. Thika Travel heeft een uitgebreid programma op maat. 0346-242526 in België: 03-4511400. www.thika travel.com Southbound-travel heeft zowel groepsals individuele reizen, die op maat en exclusief zijn. 020-7736648. www. southbound.nu Koning Aap heeft een rondreis door Patagonië. 020-7887733. www. koningaap.nl
Gezondheid Argentinië is een land zonder hygiënische problemen. Neem toch voor de zekerheid contact op met de plaatselijke gezondheidsdienst voor de laatste informatie. Inentingen zijn nl. niet verplicht. Voor de noordelijke provincies is het wel noodzakelijk om de hygiëne goed in acht in de. Zoals: drink gekookt water of mineraalwater. In het hooggebergte bij Bolivia en Chili kun je de hoogteziekte soroche krijgen. (zie pagina 211). Pas zeker op voor de zon, want niet alleen in het noorden, maar ook langs de Atlantische kust en in Patagonië is deze zeer sterk! In het noordoosten richting de watervallen van Iguazú zijn in de zomermaanden
Vámonos heeft rondreizen door Argentinië. Van fly-drive tot een rondreis.
020-6735353. www.vamonos.nl SNP organiseert niet alleen wandelreizen door Patagonië, maar ook Argentinië compleet van 20 dagen. 024 - 3277000. www.snp.nl Baobad heeft een grote rondreis door Chili en Argentinië. 020 - 6275129. www.baobab.nl Mondi-reizen heeft verschillende programma’s door Argentinië. 0402982266. www.mondireizen.nl
VO O R DE REI S
Djoser heeft een rondreis door Argentinië en Chili. 070-5126400. www. djoser.nl ARO Travel (België) heeft een afwisselend programma door Argentinië. Hebben ook een kantoor in Scheveningen.
03-4818169. www.argentinie.net Terra Mundo heeft een gevarieerd aanbod van rondom Buenos Aires tot een fly-drive in verschillende regio's. 0204201122. www.terramundo.nl Terra Mundo heeft zowel verschillende rondreizen als reizen op maat. 0207887777. www.toco.nl
Welkom in Buenos Aires!
Websites over toerisme www.turismo.gov.ar Is een interessante site over Argentinië van het Nationaal bureau voor Toerisme. www.startpagina.nl Nederlandse site over Argentinië. www.interpatagonia.com Goede site over Patagonië. www.invertir.com Speciaal voor zaken doen met Argentinië. www.buenosaires.gov.ar Alles over de stad Buenos Aires.
73
74
P R A K TI SCHE I N FO RM ATI E
TIJDENS DE REIS
Alle vluchten vanuit Europa komen bij het vliegveld Ministro Pistarini (men zegt Ezeiza) te Buenos Aires aan. Dit vliegveld ligt 35 km ten zuidwesten van de hoofdstad en er zijn goede verbindingen met het centrum. Elk halfuur vertrekt er nl. een bus van Manuel Tienda León of Transfer Express naar het centrum. De reis duurt ongeveer 45 min. Vandaar kun je een taxi nemen naar je bestemming. Je kunt ook op het vliegveld een remise bestellen (auto met chauffeur) die voor een vast bedrag je naar je plek brengt. Dit is betrouwbaarder dan een taxi. Men raadt ook af om vanuit het vliegveld een taxi te nemen, want je wordt zo bedonderd!
Plata en de chique wijk Palermo. Vanuit Ezeiza naar aeroparque is een busverbinding van Manuel Tienda León (zie pagina 149). Gelukkig zijn er sinds enkele jaren voor de binnenlandse vluchten enkele goedkopere en goede maatschappijen bij gekomen dan alleen maar Aerolineas Argentina. Want deze maatschappij hanteert twee prijzen, één voor de buitenlanders en één voor de Argentijnen. Het kan soms het dubbele zijn van wat je betaalt en dat is niet altijd even leuk! De andere zijn (deze hebben gelukkig niet een prijsverschil): Andes www. andesonline.com en Lan Argentina www.lanargentina.com Dan heb je LADE, een goedkope maatschappij van de Argentijnse luchtmacht. Deze vliegt voornamelijk op Patagonië. Maar is niet altijd betrouwbaar met zijn vertrektijden. www.lade.com.ar
Reizen met het vliegtuig
Reizen met de bus
Moet je verder vliegen met een binnenlandse vlucht dan vertrek je aan de andere kant van de stad bij aeroparque Jorge Newbery. Maar iedereen zegt, aeroparque. Het ligt tussen Rio de la
Het beste vervoermiddel om te reizen is de bus. Alleen als je snel zeer grote afstanden wilt afleggen is vliegen beter. Het busvervoer en vooral de langeafstandbussen zijn perfect. Deze bussen
Vervoer door Argentinië Aankomst in Buenos Aires
TI JDEN S DE REI S
zijn van alle gemakken voorzien. Toiletten, airco, video en koffie aan boord. Buiten de gewone bus, zijn er ook expres- en luxebussen, waar je ook meer voor betaalt, maar met alle comfort. Zo heb je meer beenruimte, een steward aan boord en slaapstoelen. Dit noemen ze Leto, ofwel Super Cama, en Cama Ejucutiro. Het is verplicht voor de busonderneming op de lange afstand twee chauffeurs mee te nemen. En de bussen mogen niet harder dan 90 km p/uur rijden. Vaak worden lunches of versnaperingen bij lange afstanden aangeboden. Sommige bieden ’s avonds een diner in een wegrestaurant aan. In Patagonië bij lange ritten stopt de bus meestal bij wegrestaurants. Alle bussen vertrekken op tijd in Argentinië en je bagage wordt keurig met een bewaarticket onder in de bagageruimte van de bus gezet. De busterminals hebben een snackbar, toilletten en een wachtruimte. Elke busmaatschappij heeft daar haar eigen loket waar duidelijk alle richtingen opstaan, zodat je precies weet wie waar naartoe gaat.
Reizen met de trein Vrijwel alle treintrajecten zijn sinds de jaren negentig afgeschaft. Rondom Buenos Aires rijden nog veel (forensen) treinen. Zo gaan er wel treinen naar Mar del Plata aan de kust. Naar Tucumán, Posadas in het noorden en Carmen de Patagones (in het zuidoosten). Voor de ware treinliefhebbers zijn er zeker mooie treinen en treintrajecten (zoals oude stoomtreinen), die door privé-ondernemingen worden gerund. Deze trajecten beschrijf ik uitvoerig onder de hoofdstukken. Zoals de Patagoniëexpres (la Trochita), in Bariloche ‘el Tren a Vapor’ (een authentieke stoomtrein) en in Salta ‘el Tren a las Nubes’ (trein naar de wolken).
Autohuur Een auto huren is zeer praktisch, want je kunt je eigen plan trekken. En met de lage pesokoers is huren aantrekkelijk. De agentschappen vragen een internationaal rijbewijs en eventueel een creditcard of een geldsom als garantiedeposito. Het contract dat je afsluit is vrijwel hetzelfde als in Europa. Je vindt in alle grote steden en op vliegvelden de bekende internationale merken, zoals Avis, Rent a Car en Hertz. Voor adressen van verhuurbedrijven verwijs ik je naar de praktische informatie bij de steden.
Afstanden Voordat je je reis gaat uitzetten is het goed te weten wat de afstanden zijn tussen de grote steden, want Argentinië is op één na het grootste land van ZuidAmerika met soms enorme afstanden. VAN BUENOS AIRES NAAR Córdoba 713 km Salta 1616 km Humahuaca 1782 km Iquazú 1332 km Mendoza 1099 km Bariloche 1683 km Mar del Plata 410 km Puerto Madryn 1360 km Trelew 1420 km RÍo Gallegos 2799 km Calafate 2648 km Ushuaia 3580 km
Benzine Net zoals in Europa heb je gelode (= 83) en ongelode benzine (= 97,5 sin plomp), maar ook super en gas. Nafta betekent benzine en diesel = gasoil. In Patagonië betaal je zeker 1/3 minder aan benzine dan in de rest van het land. Er wordt daar geen belasting geheven.
75
P R A K TI SCHE I N FO RM ATI E
76
Wegenwacht
Pinnen
In juni 1904 werd de Automóvil Club Argentina (ACA) opgericht, een serviceclub voor de automobilisten. Deze Argentijnse ANWB heeft eigen reparatiediensten, wegrestaurants, hotels, campings en een documentatieservice. Ze zijn over het hele land verspreid, soms ook in de meest kleine provincieplaatsjes. Ga je lang toeren dan zou ik je aanraden om een lidmaatschap van minstens een maand te nemen. Ben je lid van de ANWB neem dan zeker je pasje en andere formulieren mee, of informeer naar eventuele faciliteiten. Het hoofdkantoor van de ACA is in Av. del Libertador 1850. Het is open van 10-18 uur. Je krijgt met een ACA-pasje reductie op bijna alle ACA-faciliteiten. www.aca.com.ar
Je kunt met je pincode van je creditcard, Europas of Giromaat vrijwel in elke stad geld uit de muur halen. Dit wordt aangeduid met LINK of BANELCO (wel met Cirrusteken!).
Geld
Accommodatie
Munteenheid
Voor elk budget en smaak heeft het land accommodaties van eenvoudige hotelletjes tot uitstekende vijfsterrenhotels.
De Argentijnse munteenheid is de peso. In de grote hotels kun je ook met dollars betalen. Er zijn bankbiljetten van: 2, 5, 10, 20, 50 en 100 peso’s. De muntstukken heten centavo’s, zij zijn onder te verdelen in: 5, 10, 25 en 50 centavo’s en 1 peso muntstuk. In Nederland zijn geen peso’s te koop. De peso wordt zo $ aangegeven, de dollar US$.
Banken Bij de Banco de la Nación kun je dollars en euro’s inwisselen tegen de officiële koers. Eind 2007 was de dollar rond de 3,10 peso en de euro zo’n 4,10 peso. Maar je kunt ook bij andere grote banken vaak wisselen. Over het algemeen zijn de banken open van 10-15. uur. Zaterdags en zondags gesloten. Veel banken hebben een geldautomaat (Cajero automático) en dat wordt aangeduid met: LINK of BANELCO.
Creditcards Zonder problemen kun je in allerlei winkels, supermarkten, hotels en restaurants met je creditcard betalen. In Argentinië noemen ze het Argencard. Deze werkt samen met Mastercard, maar Visa en American Express zijn net zo welkom, zo ook Diner’s Club. • American Express vind je op Arenales 707, tegenover Plaza San Martin. • Mastercard Argentina 08005550507. • Visa 0800-32222.
Hotels Het aanbod van hotels in Argentinië is zeer groot en goed. De classificatie en hun sterren komen vrijwel overeen met de Europese normen. De sterindeling staat onder controle van het Nationaal Bureau voor Toerisme. Hieronder is een prijsindicatie van hotels met hun sterren, gebaseerd op een tweepersoonskamer. Hotels met ★ van $60 tot $100 Hotels met ★★ van $100 tot $140 Hotels met ★★★ van $140 tot 200 Hotels met ★★★★ van $200 tot $320 Hotels met ★★★★★ boven de US$250 Bij de ingang van de hotels zie je een bord met de sterindeling. De normen in de grote steden (vooral in Buenos Aires en in Patagonië) liggen hoger. Nieuw zijn de hotel boutiques, die je in de bekende toeristische steden kunt vinden, zoals in Buenos Aires, Salta, Cafaya-
TI JDEN S DE REI S
te en Calafate. Het zijn kleine hotels met een vijfsterrenservice en goedkoper dan de grote vijfsterrenhotels.
Hospedajes / Residenciales Buiten de hotels zijn er volop hospedajes en residenciales. Er zit geen groot verschil tussen die twee. Over het algemeen zijn hospedajes iets beter qua accommodatie en residenciales hebben meer een familiesfeer. Beide zijn betaalbaar, meestal rond de $40 tot $60 voor een tweepersoonskamer. De duurdere hebben een douche op de kamer en anders deel je de douche op de gang.
spotten. Maar er zijn ook estancia’s waar je een dagje mee kunt kijken. In Buenos Aires zijn speciale reisbureaus die reserveringen regelen. Maar onder vrijwel elk hoofdstuk heb ik kaders met informaties over de (beste) estancia’s.
Cabañas Een cabaña (soort bungalow) is erg populair bij de Argentijnen en relatief goedkoper kan een hotel, want je kunt er met meerderen slapen voor één prijs. Met een cabaña heb je een keuken en soms een (kleine) living extra. Het nadeel is dat ze meestal rondom de stad liggen.
Casa de Familia In het hoogseizoen kun je in de provincies vaak in toeristische plaatsen bij families slapen. Casa de Familia, of Bed and Breakfast worden ze genoemd (b.v. in Buenos Aires, Ushuaia en Mendoza). Maar zijn niet altijd goedkoper.
Jongerenhotels Albergue de la Juventud worden ze genoemd en je vindt ze in alle steden in de toeristische gebieden. Maar ze zijn vaak vol in het hoogseizoen (zie onder praktische informatie bij de steden). RAAJ of Hostelling International is het overkoepelende orgaan en je vindt ze in Buenos Aires in Florida 835, 3e etage.
(54-11) 45118712 www.hostels. org.ar
Kamperen Kamperen is vrij populair en niet duur. In alle steden en in toeristische streken vind je campings. Het kunnen gemeente(camping municipal) of privécampings (camping privado) zijn, voor de service maakt het niet veel uit. De campings zijn over het algemeen goed en betaalbaar. Ze liggen niet al te ver van het centrum of strand. De gemeentecampings beschikken meestal over warm water, toiletten, washokken, elektriciteit en vaak stookplaatsen waar de Argentijnen een ‘asado’ kunnen maken (een barbecue). Camping agreste zijn vrij eenvoudige campings met weinig voorzieningen. Onder algemene informatie bij de steden beschrijf ik de meeste campings.
Estancia’s Logeren op een estancia (een grote herenboerderij) is een nieuwe vorm van vakantie houden in Argentinië, maar wel een duurdere. Want vaak is het vol pension en dan moet je rekenen tussen de 100 en 250 dollar per persoon per dag. Sommige estancia’s zijn net exclusieve hotels met een golfbaan, zwembad of met een eigen stek voor de sportvisserij. De meeste hebben een heel programma aan excursies, van paardrijden tot vogel-
Algemeen Boeken Om een beetje de sfeer te proeven van het land en de mensen, heb ik een aantal goede reisverhalen van bekende auteurs uitgezocht. Allereerst het bekende boek van Bruce Chatwin ‘In Patagonia’ waarin hij heel mooi het leven en de geschiedenis over Patagonië beschrijft. Dan ‘The Old
77
P R A K TI SCHE I N FO RM ATI E
78
Patagonia Express’ van Paul Theroux, waar hij per trein van Boston afreist naar Patagonië en daar de zuidelijkste trein ter wereld neemt. Nog een echte onvervalste gauchotrein (zie pagina 452)! William Henry Hudson schreef in de 19de eeuw een mooi geromantiseerd boek over Patagonië: ’Idle days in Patagonia’. In ‘Voyage of the Beagle’ van Charles Darwin, kun je zijn reis volgen langs de Patagonische kust en kennismaken met de indianen op Vuurland. Al deze bovenstaande boeken zijn vertaald in het Nederlands. Een boek van deze tijd is: ‘Roerige tijden in Buenos Aires’, geschreven door Miranda France. Een Engelse vrouw die in de jaren negentig van de vorige eeuw in Buenos Aires heeft gewoond en er heel realistisch over schrijft.
Criminaliteit Argentinië is een redelijk veilig land vergeleken bij andere Zuid-Amerikaanse landen, wat niet wegneemt om vooral in Buenos Aires en andere grote steden goed op je spullen te passen. Loop bijvoorbeeld niet met je camera(‘s) open en bloot over straat. Een bekende truc is de ‘mosterd-truc’. Ze morsen stiekem van achteren op je kleding en een charmante vrouw biedt haar hulp aan om het schoon te vegen. Maar je moet wel even je (foto)tas op de grond zetten en dan... let je even niet op, want die charmante vrouw vraagt al je aandacht en... weg is je (foto) tas! ’s Avonds uitgaan hoeft geen probleem te zijn, maar doe het in de bekende uitgaanswijken en in de provincie is het helemaal veilig. Internationaal staat Argentinië met Chili laag op de lijst van criminaliteit tegen toeristen.
Drinkwater Over het algemeen is het drinkwater safe. Het kan zijn, zoals in Buenos Aires, dat het water hard en wat naar chloor
smaakt. In het noorden is het beter om mineraalwater te drinken i.v.m. de hygiene. Overal, zelfs in de kleinste supermarkten in het land, is volop mineraalwater te krijgen.
Elektriciteit Het voltage over het hele land is 220. Over het algemeen gebruikt men stekkers met twee of drie (geaarde) platte polen en van stekkers met twee dunne ronde polen. Nederlandse stekkers met dikke polen zijn niet direct bruikbaar.
Feestdagen De meeste christelijke feestdagen komen overeen met onze dagen. Hieronder vind je een overzicht van alle vrije dagen. • 1 januari: Nieuwjaarsdag. • Goede Vrijdag is een vrije dag. Wordt tot paaszondag La Semana Santa genoemd. • 24 maart: Dia de Golpe de Estado. De dag dat in 1976 een staatsgreep werd gepleegd. • 2 april: De la gesta de Malvinas (de heldendaden tijdens de Falklandoorlog). • 1 mei: Día del Trabajador (dag van de Arbeid). • 25 mei: Revolución de Mayo. De dag van de meirevolutie in 1810. • 10 juni: DÍa de las Malvinas. Herinnering aan de soevereiniteit van de Falklandeilanden. • 20 juni: Día de la Bandera. De dag van de nationale vlag. • 9 juli: Día de la Independencia. De onafhankelijkheidsdag. • 17 augustus: Día de San Martín. De sterfdag van generaal San Martín. • 12 oktober: Día de la Raza. De dag dat Columbus Amerika ontdekte. • 8 december: Inmaculada Concepción. Maria-Onbevlekte-Ontvangenis • 25 december: Navidad. Eerste kerstdag.
TI JDEN S DE REI S
Insecten en ongedierte Ook al heeft Argentinië een subtropisch klimaat, veel last van insecten en ongedierte zul je niet echt hebben. In het vochtige noordoosten bij de watervallen van Iguazú zijn veel muggen en muskieten en ik raad je aan daar ter plekke bij de apotheker een crème te kopen. Ook in de provincies Formosa en Chaco zijn ’s zomers veel insecten én die kunnen behoorlijk steken. Kakkerlakken (cucarachas) zul je in de steden niet veel aantreffen. Waar je wel vervelende huidklachten van kunt krijgen is van zwemmen in kleine meren, die niet geregeld doorstromen, vooral waar het warm weer is. De plaatselijke overheid waarschuwt niet altijd zoals bij ons in Europa met borden.
Kranten Vanuit 800 kiosken en via honderden straatverkopers worden per dag meer dan 2 miljoen kranten alleen al in Buenos Aires verkocht. De grootste krant van Argentinië is Clarin. Een ochtendblad met een oplage van ruim 600.000 exemplaren, met extra bijlagen (ook over toerisme). Elke dag telt deze krant zo’n kleine honderd pagina’s! En vaart een middenkoers met goede rubrieken en bijlagen. Andere belangrijke kranten zijn. La Nación en La Prensa zijn wat behoudender en voor een beter publiek bestemd. La Nación met een oplage van 200.000 mikt op een intellectuele bovenlaag. Heeft zondags uitstekende bijlagen, ook over toerisme in eigen land. La Prensa is een van de oudste kranten van Zuid-Amerika (uit 1869) en nu een krant van notoire rechtse polemisten. Página 12, die een oplage heeft van ruim 60.000 is pas in 1987 opgezet. Het is een progressieve, moderne krant. Qua opmaak, formaat en idee regelrecht overgenomen van de Franse krant Libé-
ration. Ambito Financiero, een financieel dagblad, dat de laatste jaren erg populair is geworden. Met een goede culturele editie. Er is ook een Engelstalige krant de Buenos Aires Herald met veel buitenlands nieuws. Maar ook wekelijks een bijlage over toerisme en cultuur. Perfil is een zondagskrant, die kritisch tegenover de huidige regeringskoers (Kirchner) staat. Je zult in de provincies of in Buenos Aires wel eens het Argentinisches Tagesblatt tegenkomen, dat nog geheel opgemaakt is in gotische letters. Deze krant is voor de Duitstaligen en is een goede informatieve krant met een liberale koers. In de provincie heb je ook enkele belangrijke kranten, zoals in Córdoba: La Foz del Interior. In Rosario: La Capital en in Mendoza: Los Andes. Je kunt o.a. op calle Florida en av. Corrientes in Buenos Aires bij de meeste kiosken internationale kranten kopen. Een Nederlandse krant heb ik er nog nooit gezien.
Landkaarten Het beste is in Argentinië zelf de kaarten te kopen want het is vaker goedkoper. Maar met een B&B map Argentina (schaal 1.3,8 miljoen) heb je al een hele goede kaart met achterop plattegronden van steden. Deze is vrijwel in alle Nederlandse reiswinkels te koop. In Argentinië zijn de Rutas de la Argentina met een schaal van 1:2,5 miljoen en ruim 20 stadsplattegrondjes de beste. Deze kaarten komen van de serie Automapa, die ook per streek verkrijgbaar zijn op een schaal van 1:100.000. Mooie kaarten zijn de Ecomapa, uitgegeven door World’s End. Goede kaarten voor wandeltochten zijn moeilijk te krijgen, maar World’s End geeft steeds meer van bekende gebieden (wandel) kaarten uit, vooral in Patagonië. Uitgever DeDios heeft informatieve kaarten over
79
P R A K TI SCHE I N FO RM ATI E
80
Buenos Aires. Zo zijn er al tango-, restaurants- en shoppingskaarten te koop. 4www.patagoniashop.net De ACA (Automóvil Club Argentina), de Argentijnse ANWB, heeft duidelijke wegenkaarten van elke provincie. Deze zijn te koop bij de meeste kiosken.
Restaurants In Buenos Aires en alle andere steden eet men niet vóór 21 uur; liefst nog later! Je kunt wel in vrijwel alle restaurants rond 20 uur al terecht. De meeste pizzeria’s, vegetarische restaurants en selfservice (tenedor libre) zijn al vanaf 20 uur open. Rondom de busterminals vind je volop kleine restaurants en bars waar je een snelle hap (hamburguesa, milanesa of empenadas) de hele dag door kunt eten.
Souvenirs
Openingstijden In veel steden gaan de winkels open tussen 9 en 9.30 uur (uitgezonderd de levensmiddelenzaken, deze zijn vroeger open) tot 19.30 uur. Alleen in Buenos Aires gaan ze tussen de middag niet dicht. In de rest van het land sluiten de winkels van 13-16 uur en blijven dan open tot 20.30 uur. De supermarkten sluiten pas om 22 uur. In veel steden en dorpen in de provincie zijn zaterdags de winkels tot 13 uur open. Grote winkelcentra zijn het hele weekend open. Kantoren zijn zaterdags gesloten. De kantooruren zijn van 9-18 uur.
Post Het postkantoor wordt ‘Correo Argentino’ genoemd. Meestal zijn ze open van 8-20 uur. En zaterdags van 9-13 uur. In de grote steden vind je bij veel locoturios (telefooncabines) een klein postkantoor.
Argentinië is hét land van leer en zilver, maar kijk eerst goed in de verschillende winkels als je iets wilt kopen. Want in toeristische wijken betaal je zeker het dubbele en de kwaliteit hoeft niet beter te zijn. Het noordwesten en in de provincie Misiones staan bekend om hun prachtige edelstenen waarvan de Rodocrosita (Rosa del Inca) de bekendste is. Ze zijn vaak verwerkt tot fraaie bijous. Het noorden richting Bolivië heeft mooie truien en poncho’s van vicuñawol en veel indiaanse keramiek. Door de grote gaucho-cultuur zijn er overal fraaie attributen te koop, zoals hoeden, riemen met zilveren ornamenten, fraai bewerkte dolken, zilveren sporen en laarzen. Ook Mate heeft zo zijn eigen cultuur. Wat je zeker moet kopen: zilveren pijpjes met mondstukken en mooi bewerkte kalebassen. Elke stad heeft z’n eigen ‘Fería de Artesania’, dat zijn markten met veel handwerk en ambachtelijke producten uit de regio. Altijd een bezoekje waard!
TI JDEN S DE REI S
Tijdverschil In Argentinië is het in onze winter vier uur vroeger. In onze zomer wordt het vijf uur. Het land kent geen zomer- of wintertijd.
Tijdschriften Vooral opinie- en humorbladen worden veel gelezen door de Argentijnen. Noticias, Somos en Ventitres zijn opiniebladen. Weekend, Tiempo de Adventura en Lugares zijn de goede reismagazines. De laatste is een uitstekend glossy reisblad met een Engelstalige bijlage. Gente is het grootste gossip magazine. En El Gráfico het beste sportblad. Bij alle kiosken in Florida en Av. Santa Fe in Buenos Aires, maar ook in andere grote steden, kun je de bekendste internationale tijdschriften kopen.
In Argentinië een fiets vervoeren, per bus of vliegtuig, is geen probleem. Mountainbiken is erg populair en ‘s zomers worden in Patagonië (vooral het merengebied) en in de provincies Mendoza en Córdoba veel fietstochten georganiseerd. Je kunt in de meeste steden aldaar mountainbikes huren. www.welcomeargentina.com/turis moaventura
Golfen
Actieve vakanties
Golf wordt gespeeld rondom en ten zuiden van Buenos Aires, bij de kustplaatsen en in de provincie Córdoba. Vooral in deze provincie stralen ze nog de oude Engelse traditie uit en de grote verenigingen hebben schitterende clubhuizen. In 2000 mocht Argentinië de wereldkampioenschappen organiseren, maar het blijft toch voor de Argentijnen een vrij elitaire sport.
Fietsen / Mountainbiken
Rafting
Argentinië is een redelijk goed fietsland, want de meeste hoofdwegen zijn geasfalteerd. Wil je naar Patagonië dan wordt het moeilijker, niet alleen dat daar elke dag een zeer straffe wind staat, maar de meeste wegen zijn van grind, grove stenen of verhard zand (camino de ripio). In het noorden van het land is het vooral de hitte en de zon die tegenwerken. Rondom het merengebied in het Andesgebergte zijn de wegen goed, maar het is wel klimmen geblazen. Wil je toch gaan, realiseer je dan dat dit een land is met enorme afstanden. Goede kleding is zeer belangrijk én een gedegen voorbereiding, want in Patagonië kan het flink stormen met fikse buien. Neem altijd wat extra materiaal mee, maar vaak is in elke stad of dorp wel een fietsenmaker (zie onder praktische informatie bij de steden). Ook heb ik bij enkele steden fietsroutes uitgezet (zie Bariloche, San Martin de los Andes en Mendoza etc).
Voor rafting ga je naar de stad Mendoza, aan de rand van het Andesgebergte. Met zijn snelstromende rivieren is het er goed raften. In Mendoza zijn agentschappen die je allerlei tochten kunnen aanbieden (zie pagina 319), maar ook rondom Bariloche kun je je hart ophalen (zie pagina 419).
Sportvisserij Het is een van de meest populaire sporten. Het seizoen is tussen november en april. Met zijn Atlantische Oceaankust, grote rivieren en vele bergmeren is Argentinië een waar visparadijs. Er worden vaak festiviteiten en wedstrijden georganiseerd. In het noordoosten zit veel dorado (brasem) en surubí. Bij de meren in het Andesgebergte vooral forel, baars en zalm.
Wandelen Gebieden waar je goed en heerlijk kunt wandelen zijn op Vuurland, bij Barilo-
81
P R A K TI SCHE I N FO RM ATI E
82
che rondom het Nahuel Huapi meer of bij San Martin de Los Andes, maar ook in en rondom de heuvels van de provincie Córdoba. Daar zijn vaak goede trails uitgezet. Ook zie je bij reisbureaus excursies met de mededeling ‘Trekking’. Dat lijkt stoerder dan het is, want het zijn vaak tochten van enkele kilometers.
Internet / E-mailen
Wintersport
Prijspeil
In de maanden juli en augustus gaan steeds meer Argentijnen op wintersport, maar ook veel Europeanen hebben het ontdekt. De bekendste wintersportsteden zijn: Bariloche, San Martin de los Andes en Las Leñas, maar ook Ushuaia, Los Penitentes (bij Mendoza) en Caviahue worden steeds meer bezocht (zie onder praktische informatie bij de steden).
Na de devaluatie in 2002 van de peso is Argentinië voor ons goedkoop geworden. Hieronder geef ik je een indicatie wat je zoal kwijt bent in euro’s.
Communicatie Telefoneren Het landennummer van Argentinië is 54. Sinds enkele jaren is de telefoon geprivatiseerd en de belangrijkste aanbieders zijn Telecom en Telefónica Argentina. Nu kun je vrijwel in elke stad of dorpje rechtstreeks bellen naar een stad ergens in de wereld. Het telefoonverkeer is sinds de privatisering zeer goed geregeld. Je ziet overal op straat telefooncabines. Deze worden Cabinas Telefónicas (locutorio) of Centros de Llamadas genoemd, waar je kunt bellen tegen de normale tarieven, zonder een kaart of munt. Voor Nederland draai je eerst 00 dan 31 en vervolgens het netnummer zonder nul van de stad, daarna het abonneenummer. Voor België 00 32 en dan hetzelfde als hierboven. Met je mobiel kun je ook bellen naar het thuisland, maar er is niet overal een goede dekking. In de steden zeker. Denk eraan dat je flink moet betalen.
Je kunt vrijwel bij alle Cabinas Telefónicas internetten en e-mailen. Ook wordt buiten aangegeven of ze ADSL of Velocidad rapida (snelle verbinding) hebben. Het kost bijna niets, je betaalt altijd voor minstens 15 min. (± E 0.25!). Ook kun je er faxen en printen.
Kopje koffie (espresso): Cappuccino: Glas verse jus: Pilsje (met nootjes) Fiets huren p/dag E-mailen (1uur) Goede fles wijn Busrit van Buenos Aires naar de kust (400 km) Diner (2 gangen met wijn) per persoon Middenklashotel 2-persoonskamer
E 0,80 E 1,40 E 1,50 E 1,20 E 6,00 E 0,70 E 3,50 E 17,00 E 12,00 E 60,00
H E T A RG EN TI JN S SPAAN S
83
HET ARGENTIJNS SPAANS In Argentinië wordt anders Spaans gesproken dan in het moederland Spanje en de omringende landen. Het klinkt ons Europeanen wat zangerig in de oren en waarschijnlijk heeft dat te maken met de Italiaanse invloed van de immigranten. Hieronder geef ik de belangrijkste verschillen in uitspraak, maar ook woorden die alleen in Argentinië gebruikt worden. Allereerst wordt de ‘y’ niet uitgesproken zoals in het Spaans als yo, (jo) of ayer (ajer), maar als zzj, dus yo wordt zzjo en ayer wordt azzjer. Dan de ’ll’ zoals bij calle of caballo. In het Spaans zeg je kaje of kabajo. In Argentinië zeg je voor ’ll’, zzje iets zachter dan de y. Dus kázzje. Voor jij zeggen ze niet tu, maar vos. De tweede persoon enkelvoud vervoegen ze anders. Bijvoorbeeld jij komt is in het Spaans tu vienes in het Argentijns is het vos venís. Of tu quieres wordt vos querés. In werkwoorden wordt de tweede persoon enkelvoud beklemtoond. Dus niet vos cantas (jij zingt), maar vos cantás. En jij bent is niet tu eres, maar vos sos! In plaats van het Spaanse vosotros (jullie) zeggen zij ustedes. Belangrijker zijn eigenlijk de verschillende woorden in de Argentijnse taal, maar met het ‘gewone’ Spaans kun je natuurlijk altijd terecht. Spaans Aguacate Albaricoque Andén Autocar Beber Billete Cacahuete Cafetería Camiseta Camarero Carretera Cocido Chuleta/Bistec Dinero Fresa Gasolina Servicios Mantequilla Melocotón Metro Patatas Pimiento Piña Piscina Plátano Soroche Tortilla Tu Vosotros Zumo
Argentijns palta damasco plataforma micro/colectivo/omnibus tomar boleto maní confitería remera mozo ruta puchero bife plata frutilla nafta baño manteca durazno subte papas ají ananá pileta banana apunamiento omelet vos ustedes jugo
Nederlands avocado abrikoos perron autobus drinken biljet pinda’s lunchroom/café T-shirt ober rijksweg gekookt biefstuk geld aardbeien benzine toilet boter perzik metro aardappelen peper ananas zwembad banaan bergziekte omelet jij jullie sapje
84
BEZIENSWAARDIGHEDEN BOLIVIA
N ▲
PARAGUAY
2 JUJUY San Salvador ● SALTA de Jujuy ● Salta CATAMARCA CHILI
FORMOSA Asunción
●
5 ● Formosa ● Puerto Iguazú CHACO TUCUMÁN Posadas Resistencia ● ● LA RIOJA ● ● Santiago Corrientes San Fernando de Valle del Estero ● SANTIAGO SANTA de Catamarca DEL ESTERO FÉ 6 ● La Rioja BRAZILIË SAN 4 Santa JUAN Córdoba Fé San ● ● Paraná ● Juan● 8 San Mendoza 7 Rosario URUGUAY Luis ● ● ● ● CÓRDOBA Santiago ● San Rafaël Montevideo SAN Buenos Aires ● ●1 ● LUIS MENDOZA La Plata San Miguel de Tucumán ● 3
CHILI
BUENOS AIRES
Santa ● Rosa LA PAMPA
10 NEUQUÉN Neuquen ●
9 Bahía Blanca ●
San Martin de los Andes ●
RIO NEGRO ● Viedma
● San Carlos de Bariloche ● Esquel
● Pinamar ● Mar del Plata
Trelew ●
11
12 ● Puerto Madryn
CHUBUT
OCEAAN
13 ● Comodoro Rivadavia
SANTA CRUZ
14
● Calafate
● Rio Gallegos
CHILI
TIERRA DEL FUEGO ● Ushuaia
15
0
250
500 km
85
DE 15 MOOISTE BESTEMMINGEN VAN ARGENTINIË 1. Buenos Aires (pag. 88) Een kennismaking met het ‘Parijs’ van Zuid-Amerika, Buenos Aires. Maar ook met de omgeving, zoals het gauchostadje San Antonio de Areco. 2. Salta (pag. 174) De stad Salta is het vertrekpunt naar spectaculaire landschappen, zoals de Quebrada de Humahuaca in het noorden, of de Quebrada de las Flechas in het zuiden bij de wijnstad Cafayate. 3. Tucumán (pag. 218) Een historische beschrijving van de stad, waar de onafhankelijkheid in 1816 werd gesloten. Met een verrassende omgeving vol met historie, zoals de ruïnes van Quilmes. 4. De Grand Canyons (pag. 236) Vanuit de stad La Rioja gaat de reis langs de indrukwekkende nationale parken van Talampaya, Ischigualasto (el valle de la luna) en Las Quijadas. Terug in de tijd op zoek waar de dinosaurussen geleefd hebben. 5. Posadas (pag. 260) Deze stad is een goed vertrekpunt naar de spectaculaire watervallen van Iguazú, de ruïnes van San Ignacio en nog meer junglegeheimen. 6. Corrientes (pag. 284) Hiervandaan is de start naar het grote nog onbekende moerasgebied, Los Esteros del Iberá. 7. Mendoza (pag. 302) De hoofdstad van de wijnen met zijn wijnbodega’s en een bezoek rondom de hoogste berg van ZuidAmerika, Acongagua en de canons van Río Atuel. 8. Córdoba (pag. 328) De tweede stad van Argentinië met een rijke historie. En een omgeving die op de Franse Auvergne lijkt vol met oude jezuïetenkloosters en
sfeervolle dorpjes. Of een bezoek aan de Quebrada del Condorito (vallei van de condors). 9. Mar del Plata (pag. 360) Een bezoek aan Mar del Plata, dat eens ‘de parel onder de badplaatsen’ was. Maar ook aan het mooie Pinamar en het ‘Belgische’ dorpje Ostende. 10. Noordelijk merengebied (pag. 382) Met het vredelievende ‘Alpenstadje’ San Martín de los Andes en de grappigste bomen van ‘t land, de araucaria. Maar ook een ontdekkingstocht naar de dinosaurussen. 11. Zuidelijk merengebied (pag. 412) Een van de mooiste natuurgebieden van Argentinië. Allemaal rondom de ‘Alpenstad’ Bariloche. Waar ook de beroemde stoomtrein, de Patagonië Express, rondrijdt. 12. Puerto Madryn (pag. 454) Deze stad is het vertrekpunt naar het schiereiland Península Valdéz, waar je verwelkomd wordt door duizenden pinguïns, nieuwsgierige walvissen en argwanende zeeleeuwen. 13. Patagonische kust (pag. 474) Op zoek naar wat Magellanes, Drake en ander avonturiers langs deze kust te zoeken hadden. 14. Calafate (pag. 496) Niet ver van dit dorpje, aan de rand van het Andesgebergte liggen de mooiste en grootste gletsjers van het land, waaronder de beroemde gletsjer Perito Moreno. 15. Vuurland (pag. 518) Het zuidelijkste puntje van de wereld met de stad Ushuaia. Van daaruit zijn excursies en boottochten door het Beagle-kanaal en naar de binnenlanden van Vuurland.
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Ge
ral
En
tre
Sa n Jo S sé de ant l E iag st o er o
ne
Ho
rno
s
Ce
Sa
en
zP
Sa n Ju Hu an m b C. er to Ca I. lvo
LINEA C Tacuari
Moussy Pe
ru
Pe
7■
% ●
o
r
De
uc
ru
lív a
fe
fo n La
nr .1
6
er
●
Plaza
h de Mayo ■3
Pu
lca as eo rce Co
$ Azo pa lón rd o #
e
Di qu
a Sur e
Dársen
en o
endoza
P. de M
elo
SAN nsa TELMOP Ba CENTRUM
hu
Ve ne exic zu o ela
Bo
e
Parque Lezama
ri
Ch il
e Bro wn
ua
ra s
Almirant
J. de G
Avenida
ac ab
ed
$
ac
Ante Puerto
ida
lao V illafa ñe
Ri
0
Ave n
Wen ces
chea
ara
y
BOCA
Ta c
Pi
Ch
M
ea
Es ta do sU nid os
erluc
Neco
S de ant l E iag st o er o
●
to
del V alle Ib
M
ssy
LINEA E
a
S ● alta
Mou
os
eñ
Constitución
Camini
Rí
So lis va llo s
or
86
to
M
ad
er
o
∏ Parq ue Na c i ona l
Río de la Plata
Buenos Aires 1. Congreso Nacional 2. Obelisk 3. Casa Rosada 4. Secretaría de Turismo 5. Teatro Colón 6. Cementerio de la Recoleta 7. Plaza Dorrego
8. 9. 10. 11. 12. 13. 14.
Costanera S u r ∏
Nationale bibliotheek Catedral Metropolitana Cultureel centrum San Martín Cultureel centrum van Recoleta Boot naar Uruguay Aerolineas Argentinas • • • Metrolijn (Subte)
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
87
●
C.
Ca
lvo
Ri va da via
●
N ▲
● ●
s
e nt
Pa
os
1
●
P Co laza ng d e re l so
Sa llo en zP s eñ a
Pe
ró n
Riv ad av M ia i tr e
●
2
●■
$
CENTRUM
" # c h a
ipa
Es m
a
ay
Pa ra gu
ip ac h
a
rtad
Libe
Su
id Aven
u Ma ip
V. Lopez
ald
n
er
6
■ 11
8■
Callao
Tu cu m
án
Su
25
RECOLETA
ao
Ta lc Lib ahu er an ta o d
nc al
●
■ 14
Ca ll
M Sa aip u Fl Re n M or ar co 4 ida tín nq ■ uis de ta M ● L. ay N. o Al Ma em de Plaza ro San Martín Av e . Ed uard 12 oM ■ $ ade ro ● "r tida A rg Retiro Dársena ent ina Norte
●
■
●
Ju
●
●
ch a a Peñ
●
5 "
●
Sa r mien " ! to
ba
Juní
9
S.
ipa
LINEA D
am
Pa ra Al gua ve y ar Sa nt Ar en a F é ale s
. R.
ch o
Ri ob
Sa rm ie nto " !
na ye n
Al si
igo
Yr
yo H . Ma de Av e.
●
n
n
Su
●
ní
a
ó red
●
ru
Ju cu
ob
rd
Có
yr Pu
●
●
Ay a
Ca lla R. o Pe ña on te v Pa i de ra o ná Ur ug ua y 10 ■ ●
M
Ur ib u
Có rd ob a
Rí
va
● LINEA B
La va lle Tu cu m Vi án am on te
re
Riv ad av ia
Be
En t
lis Ce
Pres
LINEA A ●
ón ed yrr Pu
So
Co
●
o
lg r an o
sc
e rr i
a d el
Libe
r
rtado
h
ı deTerminal Omnibus h
A n t e P u ert o
6
6
oN Puert
uevo Río de la Plata
Santa Fé
88
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
1. Buenos Aires en omstreken Tigre, La Plata, Luján, Isla Matin Garcia en San Antonio de Areco
DE DIVA VAN ARGENTINIË Wat maakt Buenos Aires nou zo aantrekkelijk? We weten dat het de stad is waar onze prinses Máxima is geboren , dat de ‘dwaze moeders van Plaza de Mayo’ er vandaan komen, dat de voetballer Maradonna hier in de sloppenwijken opgroeide, dat door Evita Perón de musical Don’t cry for my Argentina beroemd werd, en het de stad van de tango is! Maar het is ook een stad met vele specifieke wijken (barrio’s) die een eigen verhaal en een eigen geschiedenis hebben. Zoals bijvoorbeeld de Italiaanse havenwijk La Boca waar de tango is geboren en een mengelmoes was van anarchisten, bordelen en arbeiders. Of San Telmo, een van de oudste en pittoreske wijken in de stad, vergelijkbaar met de Marais van Parijs. En een barrio Norte, die ook wel Villa Freud wordt genoemd, waar per hoofd van de stad meer psychoanalytici wonen dan in New York! Dit zijn enkele van de zevenenveertig barrio’s die Buenos Aires telt. Maar het is ook de meest Europese hoofdstad van Zuid-Amerika. Ergens las ik in een Argentijns geschiedenis boek: ‘Waar in Europa vind je een stad, met een Europese cultuur? Nergens. Wij verenigden, wat in Europa gescheiden is’. Parijs, Rome, Madrid, Milaan zij waren de inspiratiebronnen voor deze Latijns-Amerikaanse versie van Europa. Flaneer je over de Avenida de Mayo, dan lijkt het alsof je over de Gran Via in Madrid loopt.
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
Sta je voor het operagebouw Teatro Colón dan zie je grote gelijkenis met La Scala in Milaan. De belangrijkste straat in de stad, Avenida 9 de Julio moest het ChampsElyséesgevoel begin van de vorige eeuw aan de stad toevoegen. En de obelisk die op dezelfde Avenida staat is een regelrechte imitatie van Place de la Concorde in Parijs. Hierdoor heeft de stad wel een keizerlijke uitstraling met al zijn barok, rococo en art deco. Alleen... niets is ouder dan een goede honderd jaar! Het is een stad waar men Castillano spreekt, Spaans met Italiaanse invloeden, vriendelijker om te horen dan de hardere klanken uit het moederland Spanje. Want de porteño’s (zo worden de bewoners van Buenos Aires genoemd) gedragen zich ook als Italianen. Dit alles en nog veel meer maakt Buenos Aires zo aantrekkelijk. In de volgende hoofdstukken neem ik je niet alleen mee naar de mooiste en bekendste plekken van de stad, maar ik laat je ook delen zien waar geen toerist komt. Ik bespreek alle beroemde gebouwen en straten, de leukste cafés en beste restaurants. ‘Mi Buenos Aires Querido’, ik hou van je Buenos Aires, zong eens de beroemdste tangozanger van Argentinië Carlos Gardel over zijn stad. Kortom, ik laat je deelgenoot worden van dit lied en van deze bruisende en imposante stad. Welkom in... Buenos Aires. WAT JE ZEKER NIET MAG MISSEN IN BUENOS AIRES! 1. Wandelen van Plaza de Mayo over de Avenida de Mayo. Het hart van de stad, het plein van de ‘dwaze moeders’ en als je over de Avenida de Mayo wandelt, waan je je in Parijs of Madrid. Met een stop in het beroemdste café van de stad, Tortoni. Pagina 92. 2. ‘s Avonds naar een Tangoshow of wat drinken in een Tangobar in de oudste wijk, San Telmo. Dan nagenieten in een vele restaurantjes in deze buurt. Pagina 111. 3. Een wandeling rondom Plaza de la Recoleta. De ‘groene’ wijk van Buenos Aires en waar Máxima opgroeide. Pagina 107. 4. Uitgaan in de hipste wijk van de stad: Palermo Viejo. Je vindt er de nieuwste restaurants, trendy cafés en modieuze winkels. Pagina 133. 5. Zondagochtend wandelen door Calle Defensa met zijn tientallen antiquairs naar de Plaza Dorrego. Daar in een café brunchen en genieten van de tango op straat met de leukste antiekmarkt . Pagina 116.
89
90
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
GESCHIEDENIS VAN DE STAD De eerste keer dat Buenos Aires werd gesticht was in 1536 toen de Spaanse edelman Pedro de Mendoza, aan de oevers van de Rio de la Plata met zijn manschappen aanmeerde. Het waren 16 schepen en 1600 zeelieden. Ze noemden hun nederzetting Santa Maria de los Buenos Aires (Heilige Maria van de schone lucht). De indianen verwoestten enkele jaren later het gehuchtje. Pedro de Mendoza en zijn mannen vertrokken zwak en ziek naar het warme noorden. Ruim 40 jaar later stichtte Juan de Garay definitief Puerto Santa Maria de los Buenos Aires, het tweede Buenos Aires. Lange tijd bleef het een onbeduidende (haven)stad. Van Spanje mocht de handel alleen via Lima of Panama gaan. Dit omdat zij dan alle aanvoer naar en van de koloniën konden controleren, vooral goud en zilver. Daardoor ontstond er wel een bloeiende smokkelhandel, waarvan Buenos Aires dé smokkelhaven werd. Tot 1777 was het gebied rondom Buenos Aires vrijwel niet ontwikkeld. De stad groeide wel, want door de smokkel kwamen er mensen van allerlei nationaliteiten onder wie Hollanders, Afrikanen en Engelsen naartoe. Met de beslissing in 1777 van Spanje dat Río de la Plata een eigen bevoegdheid kreeg en dat op Buenos Aires een vrije handel mogelijk was naar alle Spaanse havens, ging de situatie in Argentinië én in Buenos Aires veranderen. Van nu af werd het dé belangrijkste handelsstad van het land. De eerste barrio’s (wijken) ontstonden met hun eigen burgemeesters, straten werden grotendeels geplaveid en de eerste kranten verschenen. Doordat de Pampa steeds belangrijker werd voor de economie van het land werd ook de stad steeds groter en (politiek) machtiger. Vooral toen president Sarmiento vond dat Europese arbeiders moesten worden aangetrokken voor de nieuwe landbouwtechnieken en industriële vaardigheden. Vanaf 1880 kwamen meer dan tienduizenden immigranten per jaar in de haven van Buenos Aires aan. Ook kreeg het in datzelfde jaar de status van federale stad binnen de bestaande pro-
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
vincie. Zo kreeg je toen de provincie Buenos Aires met als hoofdstad La Plata en de stad Buenos Aires met een eigen bestuur. De stad groeide van 90.000 inwoners in 1854 naar 670.000 in 1895 en tot 1 miljoen inwoners rond 1900. Het was de grootste stad van Zuid-Amerika. Door de invloed van immigranten en de enorme economische groei veranderde de stad in snel tempo tot een elegante moderne ‘Europese’ stad. Eén op de twee was geen Argentijn en meer dan de helft sprak geen Spaans. In snel tempo herbouwden Franse en Italiaanse architecten het aanzien van de stad. Brede boulevards (zoals de Av. de Mayo) werden aangelegd omringd door imposante gebouwen, zoals het Teatro Colón en het Palacio de Congreso (het congresgebouw). Rond 1920 telde de stad meer dan 2 miljoen inwoners en was het op cultureel gebied een van de toonaangevende steden in de wereld. Alle grote kunstenaars, artiesten, maar ook regeringsleiders en zakenlieden kwamen naar Buenos Aires. Vanaf 1930 werd de stad beïnvloed door de architectuur van hoogbouw. Prachtige wolkenkrabbers werden er gebouwd, zoals het el Kavanaghgebouw of Pasaje Barolo. Maar ook hele wijken, zoals Barrio Norte werden ontworpen met de laatste architectonische snufjes. Door een grote bevolkingsgroei in de jaren zestig kreeg Buenos Aires een nieuwe facelift met enorme flats, grote autowegen (autopista’s) in en rondom de stad en ontstonden de villas miseria’s (sloppenwijken) aan de rand. Nu zijn er nog tientallen, waar zeker honderdduizenden mensen onder slechte omstandigheden leven. De bekendste is bij het treinstation Retiro. Hier wonen honderden families in hutten van golfplaten of leem. Dit staat in groot contrast met de vernieuwingen in de stad zelf. Want de laatste tien jaren is Buenos Aires aan een nieuwe facelift begonnen. Historische panden werden gerenoveerd en oude wijken ‘herontdekt’. Dat trok hippe winkels, theater-cafés en nieuwe restaurantjes aan. Zo zijn San Telmo en Monserrat, een van de oudste wijken, een en al levendigheid. Langs de haven bij Puerto Madero werden vervallen loodsen omgetoverd tot prachtige woningen, galeries en restaurants. De nieuwe architectuur in de stad heeft weer durf, want vooral grote multinationals geven architecten een kans. Je merkt dat net zoals rond 1910 en 1930 Buenos Aires weer allure heeft gekregen. Gran Buenos Aires (met zijn voorsteden) telt nu in de nieuwe eeuw ruim 14 miljoen inwoners (9de plaats op de ranglijst in de wereld), zo’n 35% van de totale bevolking. Gekscherend wordt de stad ook wel het waterhoofd van Argentinië genoemd.
91
92
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
DE STAD VERKENNEN MET DE MOOISTE STADSWANDELINGEN Om de stad goed te leren kennen heb ik 10 wandeltochten uitgezet. Allemaal zijn ze in en rondom het centrum. De wandelingen heb ik zelf uitgezet en soms neem ik je mee in andere straten dan gebruikelijk. Ik wijs je op veel gebouwen en hun historische achtergrond, zodat je met een ander oog deze stad kunt gaan bekijken. 1. Rondom Playa de Mayo - Het bekendste plein in het hart van de stad. De wandeling gaat via dit plein over Avenida de Mayo naar Plaza Congreso. Pagina 92. 2. Abvenida Corrientes naar de obelisk - Een wandeling naar het uitgaangsleven van theater en musicals in en rondom Avenida Corrientes. Pagina 99. 3. Calle Florida - Een kennismaking met dé voetgangersstraat van Buenos Aires. Pagina 101. 4. Plaza San Martín naar Recoleta - Een wandeling door Barrio Norte vol met herenhuizen en stadspaleizen. De wijk waar Máxima opgroeide. Pagina 104.
5. Rondom Plaza Recoleta Waar niet alleen een beroemd kerkhof ligt, maar de mooiste musea over kunst en cultuur te vinden zijn. Pagina 107. 6. San Telmo - De oudste wijk van de stad, met tangobars. leuke pittoreske restaurantjes en waar het heerlijk flaneren is langs de antiekwinkels en kunstgaleries. Pagina 111. 7. La Boca - De ‘Italiaanse‘ havenwijk en het beroemde straatje ‘Caminito’ met zijn felgekleurde huizen. Pagina 119. 8. Rondom de breedste avenida van de wereld: 9 de Julio. Pagina 122. 9. Een wandeling in en rondom Puerto Madero, waar pakhuizen zijn omgetoverd tot chique restaurants, grandcafés en kantoren. Pagina 125. 10. Palermo de ‘groene wijk’ waar de welgestelden wonen en naar Palermo Viejo, de uitgaanswijk van hip en modern Buenos Aires. Pagina 128.
WANDELING 1: RONDOM PLAZA DE MAYO Het beroemdste plein van de stad is Plaza de Mayo, de start van de eerste wandeling. Dit is het hart van de stad en sinds Evita Perón, hét plein van het volksverzet. Hier heeft het volk presidenten en militaire machthebbers naar huis gestuurd. En midden op dit plein komen meer dan vijfentwintig jaar nog elke donderdagmiddag de ‘moeders van Plaza de Mayo’ bijeen, met witte hoofddoekjes en fotootjes van vermiste personen. Het plein heeft zijn naam gekregen op 25 mei 1810 (Mayo = mei), de dag dat de eerste voorlopige regering werd uitgeroepen. Het is een mooi groot plein met palmbomen, grasperken en prachtige vergulde lantaarnpalen. Doordeweeks heerst hier altijd een grote drukte van auto’s en duizenden voetgangers. Want vlak achter Plaza de Mayo ligt de ‘City’ zoals de porteño’s het noemen, het ‘Wallstreet’ van Buenos Aires.
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
Plaza de Mayo
In het midden staat trots de Pirámide de Mayo, een kleine obelisk met daarbovenop het standbeeld van de god van de oorlog ‘Belona’. Een monument ter herinnering aan de revolutie van 25 mei 1810 toen een verlopige regering de macht van de Spanjaarden overnam. Het beroemdste en opvallendste gebouw is Casa Rosada (roze huis, vanwege zijn zalmkleurige muren) het presidentieel paleis. Het werd gebouwd in 1884, zodat de president en de regering samen konden vergaderen. Het waren eigenlijk twee gebouwen, de andere was het hoofdkantoor van de posterijen, dat al in 1876 was neergezet. Maar de Italiaanse architect Tamburini heeft toen in opdracht van president Julio Roca van die twee gebouwen een mooie eenheid gemaakt. Hij ontwierp de sierlijke façade met de huidige entree als centraal punt. President Sarmiento verkoos halverwege de 19de eeuw de roze kleur om een compromis te sluiten tussen de roodhemden, de Federalisten, en de withemden, de Unitarios. Het presidentieel balkon, links voor je, daar heeft bijvoorbeeld Evita Perón eind jaren veertig staan zwaaien naar honderdduizenden uitbundige Argentijnen. Een gedeelte van het presidentieel paleis kun je bezoeken. Museo de los Casa Rosada heeft rondleidingen van ma. t/m vrij. tussen 10 en 18 uur en zondag om 14 en 18 uur. Ingang is op calle Balcarce 50. Precies tegenover Casa Rosada begint de belangrijkste straat van de stad: Avenida de Mayo. Daar staat aan je linkerkant El Cabildo een Spaans koloniaal gebouw waar eens de gemeenteraad zetelde, gebouwd tussen 1725 en 1765. Hier werd in mei 1810 de voorlopige regering (junta) geïnstalleerd. Toen in 1888 Avenida de Mayo werd aangelegd is er zelfs eenderde van de Cabildo aan de straatzijde gesloopt voor deze avenida! Loop ook over de binnenplaats, want het gebouw is eenvoudig en staat in schril contrast met de pompeuze overheidsgebouwen op het plein. Binnen krijg je een goed overzicht via prenten en maquettes over de geschiedenis van dit gebouw. Open woe. t/m vr. van 11-17 uur. Zat. en zon. van 11-18 uur. Donderdag en vrijdag is er op de patio een ambachtsmarkt (Feria de los Artesanos).
93
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
94
Schuin aan de overkant staat de kathedraal Metropolitana, een neoclassicistische tempel, gebouwd in 1821 en in 1836 ingewijd. Het is een imitatie van paleis Bourbon te Parijs. Ga zeker naar binnen, want het heeft een heel mooi interieur. Met rechts in de zijkapel het graf van de bevrijder en held van Argentinië: generaal José San Martín (zie ook kader op pagina 31). Hij ligt begraven in een enorme marmeren mausoleum (Napoleon zou er jaloers op zijn) en wordt bewaakt door twee granaderos. Imponerend is ook het hoofdaltaar, met de heilige Maagd Maria, helemaal in renaissancestijl en gemaakt in 1789. Kijk ook eens naar de vloer, afkomstig uit Engeland van Venetiaans mozaïek. Aan dezelfde kant van de kathedraal tussen de straten Reconquista en 25 de Mayo zie het meest pompeuze gebouw van het plein; Banco de la Nación. Ontworpen door een van de bekendste architecten van Argentinië, Alejandro Bustillo (zie ook kader op pagina 418) en gebouwd tussen 1944 en 1955. Als je naar binnen loopt word je al meteen geïmponeerd door de 40 m hoge hal van marmer en granito en de koepel boven je is zeker 50 m breed. Voor muntenliefhebbers is er in dit gebouw een muntenmuseum, de ingang is op de hoek van Mitre en 25 de Mayo (eerste verdieping). Museo Histórico y Numismatico is open van ma. t/m vr. van 10-15 uur.
Wandelen over de Avenida de Mayo
Avenida Rivadavia
Avenida de Mayo *%#(.!
%'
*#.
&+%
!&&!#*%% !*%#(.!
%!*,
*#.
*
(,!-% !(
Avenida Rivadavia
&$(
*,(&('/%,*!
!
Avenida Callao
N
!**%,(
Vanaf Plaza de Mayo loopt een van de beroemdste straten van de stad, Avenida de Mayo. Eind 19de eeuw kwam deze avenida gereed en moest de droom verwezenlijken van de toenmalige burgermeester om van Buenos Aires, dat toen nog smalend ‘Aldea Grande’ (groot dorp) werd genoemd, een wereldstad te maken. Deze avenida, ontworpen naar het idee van de Franse stadsontwerper baron Haussmann werd aangelegd door Europese (voornamelijk Italiaanse) immigranten, en wat een ‘Franse’ avenue moest worden, werd vooral bewoond door Spanjaarden. Er kwamen brede trottoirs met Spaanse restaurants en chocolade- en churrowinkels. De gebouwen waren groot met veel uit ijzer gesmede balkons en koperen koepels op de daken. Met deze eigen interpretatie moest het
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
95
een van de ‘grand boulevards’, zoals in Parijs, van Zuid-Amerika worden. Met zijn vele bars, winkels, imposante hotels en drie grote Zarzuela theaters (een Spaanse versie op opera’s) lag hier hét culturele en sociale leven tot rond 1940. Maar ook werd hier in 1913 tussen Plaza de Mayo en de Av. de Mayo de eerste Zuid-Amerikaanse metrolijn aangelegd. De halte Perú op de hoek van de straat Perú is nog een origineel station uit die tijd. Met al die tegels en tochtdeuren proef je meteen de Parijse metrosfeer . Nu is Avenida de Mayo een drukke verkeersader geworden, maar doordat vele gebouwen worden gerestaureerd of opgeknapt en er enkele nieuwe grandcafés zijn bijgekomen, krijgt het zijn allure weer terug. De wandeling over de avenida begint bij Plaza de Mayo. Kijk, én geniet vooral van de mooie façades en gebouwen. Aan je rechterhand bij het eerste blok staan al prachtige gebouwen. Bijvoorbeeld daar waar de krant La Prensa werd gemaakt op nr. 575 en gebouwd in 1902 onder leiding van een Franse architect in opdracht van een van de oudste kranten van het land, La Prensa. Nu is er het cultureel centrum van de stad (Casa de la Cultura) gehuisvest. Kijk eens omhoog naar die façade vol met ornamenten met boven de klok een bronzen vrouwenbeeld van meer dan 3000 kilo (die 's avonds mooi verlicht is)! Loop gerust even naar binnen, want het heeft een enorme hal met rechts van die prachtige ouderwetse liften, omringd door fraai afgewerkt ijzerwerk. In de zomermaanden (dec.-feb.) zijn er tussen 9-18 uur rondleidingen. Iets verder op nr. 651 moet je eens kijken naar de gevel, net een Frans paleis met die pilaren en verschillende balkons. Ook de hal en de entree zijn de moeite waard om even naar binnen te lopen. Op de volgende hoek begint Calle Florida, dé voetgangersstraat van Buenos Aires. Maar net ervoor heb je een gebouw in libertystijl met een beroemd café, London City. Het was het café van de bekende Argentijnse schrijver Julio Cortázar. In zijn boek Los Premios speelt een deel hier af. Nu zie je er snelle zakenmensen. Schuin naar links aan de overkant is Pasaje Roverano (nr.
.S
ae nz
25 de Mayo
aR
Recongu ista
Avenida Rivadavia
nid
Florida
Maipú
Esmeralda
Av e
San Martín
artolomé Mitre
Pla za de Ma yo
Avenida de Mayo
Pla za de Ma yo
ca Ro
A. ni da Av e
Ave. Paseo Colón
Balcare
Defensa
Perú
Chacabuco
Piedras
Tacuarí
A. Alsina
S. Bolívar
H. Yrigoyen
96
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Confitería Tortoni een van de oudste cafés van Buenos Aires
560), waar vlak bij de ingang (rechts) nog de oudste kapperszaak van de stad te bezichtigen is. Kijk eens naar het interieur en de stoelen en durf jij het aan voor een behandeling? Iets verder aan de overkant op nr. 767 zie je een van de mooiste huizen van deze straat, Palacio Vera. Gebouwd in 1910 in art-nouveaustijl door een Duitse architect met voor de ramen sierlijke balkons van ijzerwerk. En bewonder binnen de prachtige hal. Kijk ook even naar het verschil op nr. 761 en 757. Deze twee façades zijn uit de tijd van het neoclassicisme van eind 19de eeuw. Op nr. 829 heb je café Tortoni. Het is een van de oudste en meest prestigieuze cafés (dateert al uit 1856) in de stad. Hier voel en zie je nog de glorie van weleer. Want in dit café kwamen dé schrijvers en intellectuelen uit heel de wereld. Josephine Baker, Eric Satie, Carlos Gardel speelden en zongen hier. De schilder Quinquela Martín, de filosoof Ortéga en Gasset hadden Tortoni als hun tweede huis. Met z’n marmeren tafeltjes, rood beklede stoelen en een art-nouveau-interieur straalt het nog steeds dezelfde glorie uit. Als je binnenkomt is het negende tafeltje rechts, waar de schrijver Jorge Borges zijn vaste tafel had. Vanaf zondagmiddag zijn er achterin jazz- en tangosessies. Op de eerste verdieping (nr. 833) is de Academie van de Tango gevestigd, tevens Museo del Tango. Open van ma. t/m vr. van 14.30-19.30 uur. Dan steek je een van de breedste straten ter wereld over, Avenida 9 de Julio, wat op zich al een onderneming is. Want je moet wel snel lopen wil je het het in een keer kunnen halen! Doe het daarom in etappes en kijk om je heen naar al die enorme gebouwen. Verderop zal ik uitvoerig over deze avenida schrijven (zie pagina 122). Voordat je uitkomt op Plaza del Congreso, het volgende grote plein, kom je nog langs enkele belangrijke gebouwen. Allereerst aan de linkerkant hotel Castelar (nr. 1152), een hotel met een rijke historie, want in de jaren twintig en dertig van de vorige eeuw slie-
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
pen hier grootheden als Le Corbusier, Einstein en Stravinsky. Als je naar binnen loopt proef je nog steeds die sfeer van weleer. Vrijwel op de volgende hoek met Salta is Teatro Avenida. Gebouwd in 1908 en sindsdien het belangrijkste Zarzuela-theater in de stad. In 1979 werd het door brand verwoest, maar gelukkig weer helemaal opgeknapt en nu worden er weer elke avond grote uitvoeringen gehouden. Schuin aan de overkant heb je café Los 36 Billares, een van de grootste en oudste biljartlokalen (uit 1894) van de stad. Sinds enkele jaren gerestaureerd en tangocafé geworden, waar achterin nog volop gebiljart kan worden. Iets verder op de hoek met Talcahuano staat een mooi art-nouveaugebouw; Hotel Chile. Gebouwd in 1907 en ontworpen door een Franse architect. Vooral het ijzerwerk van de balkons en raamkozijnen getuigen van grote klasse. Bij het volgende blok op de hoek van Uruguay staan drie interessante huizen, waar de eerste een prachtige hal heeft met veel marmer, glas in lood en een enorme trap. Gebouwd in 1911 als hotel Majestic was het een van de meest prestigieuze hotels van deze straat. Hier werden belangrijke buitenlandse gasten ondergebracht, die door de regering waren uitgenodigd. Nu is het een overheidsgebouw. Daarnaast op nr. 1333 was in de jaren dertig van de vorige eeuw de krant ‘Critica’ gehuisvest, deze had een grote naam in de krantenwereld. Ook hier moet je eens kijken naar de façade in art-decostijl, die zie je duidelijk aan het beeld op de eerste etage en helemaal boven bij het dak. Wat verder aan de overkant, op nr. 1370, krijg je het mooiste gebouw van de avenida, Palacio Barolo. Een rijke Italiaanse textielmagnaat, Luis Barolo, liet dit gebouw rond 1922 hier neerzetten. Ga naar de overkant en bewonder de mooi afgewerkte gevel en de toren (103 m hoog). De draken en waterspuwers die je ziet, zijn uit het verhaal van Dante’s Divina Comedia. Vandaar de verdeling in Hel, Vagevuur en Paradijs. Loop daarna de galerij binnen en kijk in het midden naar boven. Of bewonder die geweldige liftdeuren met die grote wijzers die aangeven op welke verdieping de lift staat (totaal 22 verdiepingen). En al dat bewerkte granito en brons om je heen! Of neem de trap naar boven want de mooie bewerkte ijzeren trap- Palacio Barolo
97
98
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Plaza del Congreso
leuningen, kroonluchters en glas-in-loodramen geven je een indruk dat je een paleistoren beklimt. Rondleidingen zijn er 3x in de week, met een schitterend uitzicht boven in de koepel (inlichtingen aan de balie bij de liften). Als laatste voor het plein bijna op de hoek, staat het Edificio Inmobiliaria. Het is een gebouw dat niet meteen opvalt, maar als je aan de overkant staat zie je een fraaie overdekte galerij en al die mooi bewerkte raamkozijnen met op beide hoeken de torens en hun beeldhouwwerken. Het is in 1910 door een Italiaan ontworpen voor de verzekeringsmaatschappij Inmobiliaria. Kijk ook hier eens naar boven naar de fraaie koepel en de vele beelden rondom de galerijen. Av. de Mayo komt uit op een enorm plein met fonteinen en pompeuze beelden, Plaza del Congreso. Dit plein werd ontworpen ter ere van het 100-jarige feest van de Meirevolutie van 1810. Aan de Av. de Mayo kant staat een replica van de Denker van Rodin (uit 1907), zonder schroom wordt aan toeristen verteld dat men niet moet denken dat hier een replica staat en in Parijs het origineel! Iets verder bij de fonteinen staat het pompeuze Monumento a los Dos Congresos. Een hulde aan de twee onafhankelijkheidcongressen in 1813 en 1816. De beelden vertegenwoordigen alles wat Argentinië is, bijvoorbeeld de vrouw in het midden symboliseert de republiek, de condors het Andesgebergte, de fonteinen beneden de Atlantische Oceaan. De beelden zijn ontworpen door de Belgische beeldhouwer Jules Lagae en gebouwd in Brussel. Aan de Calle Rivadavia zijde op nr. 1745 staat weer zo'n prachtig gebouw vol met ornamenten en strak afgewerkte balkons. Dit was eens het 'Instituto Biologico Argentino' gebouwd in 1928. Opvallend is boven de enorme klok geflankeerd door twee figuren, die als klokkenluiders dienen. Aan de overkant van het plein staat het parlementsgebouw, Congreso Nacional. De Italiaanse architect heeft zich duidelijk laten inspireren door het symbool van vrijheid en democratie, het Capitol
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
Avenida Callao
Rodriguez Peña
■ Montevideo
■
Paraná
WANDELING 2: OVER AVENIDA CORRIENTES NAAR DE OBELISK Sarmiento
Uruguay
➤
Talcahuano
★
Libertad
Avenida 9 de Julio
Av e Sá nida en R z P oqu eñ e a
Carabelas
Suipacha Lavalle
Tacuari
Esmeralda
Sarmiento
Met deze wandeling breng ik je naar het ‘Brooklyn’ van Buenos Aires, Avenida Corrientes en de breedste boulevard ter wereld, Avenida 9 de Julio. Een bruisende straat zowel dag als nacht! Want hier vind je theaters, bioscopen en muziekhallen. De meeste cafés, boekwinkels, kiosken en platenzaken blijven vrijwel de gehele nacht open. ‘La calle que nunca duerme’, de straat die nooit slaapt noemen de porteños Avenida Corrientes. Rond 1930 werd het pas een brede avenue, toen het de stadjes Flores en Belgrano met het centrum moest verbinden. Mede door de toenemende auto’s kwamen hier de beste theaters en bars. De boekwinkels, die toen al de hele nacht open waren, gaven de porteño’s de sleutel tot het culturele leven. Het was op deze avenida rond 1930, dat Carlos Gardel beroemd werd in het theater Nacional. Cafés als La Paz (hoek Montevideo) en Giralda (nr. 1453) waren dertig jaar geleden de ontmoetingsplaatsen. Hier werden tot diep in de nacht revoluties bedacht en gesmoord, raadsels over het leven opgelost en de verloedering besproken. In één nacht werden alle geheimen ontrafeld. Maar cafés als Gandhi (nr. 1747) en Losada (nr. 1559) zijn van deze tijd en worden ook wel ‘Liberias-bars’ (boekwinkel/café) genoemd.
in Washington en het katholieke symbool de Sint-Pieter te Rome. Het werd in 1906 geopend. Hier zetelt de Senaat en de Tweede Kamer. Alles is van binnen in stijl, van de vestibule tot de leeskamers. Vooral Salón Azul (de blauwe kamer met de mooiste kroonluchter van het land) is zeer imposant, maar ook de bibliotheek en de zaal van Eva Perón. Rondleidingen zijn er op ma., di., do. en vr. om 10-12-16 en 18 uur (± 45 min.), ingang in Calle Rivadavia.
99
Maipú
Florida
100
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Het zijn moderne etablissementen, waar tijdschriften, kranten en boeken ter inzage liggen. Affiches van literaire samenkomsten hangen aan de muur en in de kelders worden boekpresentaties en voordrachten gehouden onder het genot van een drankje. Voor verzamelaars van oude boeken, manuscripten en oude tijdschriften is deze straat één groot paradijs. Want je kunt er best voor een schappelijk prijsje iets op de kop tikken. De wandeling begint bij de kruising met Av. Callao en gaat richting de Obelisk, die je al in de verte trots boven alles uit ziet steken. Halverwege de straat hangen al links en rechts de grote billboards van musical- en theaterproducties. De muziekhal El Opera Want ’s avonds rond negen uur wordt de straat in beslag genomen door het uitgaanspubliek voor de grote theaters en muziekhallen. Daarna wordt er laat en uitgebreid gedineerd in de tientallen restaurants rondom deze avenida. Tussen Roderiguez Peña en Montevideo aan je rechterhand (nr. 1660) ligt het sfeervolle Paseo La Plaza. Het is een centrum met minitheaters, leuke winkeltjes, cafés en terrasjes. Het is er heerlijk vertoeven en een aangename rustplaats in deze hectische stad. Hier moet je zeker even doorheen lopen! Een andere leuke stop is aan de overkant bij café El Gato Negro op nr. 1669. Hier serveren ze goede koffie en thee in een prachtig interieur van art nouveau, uit 1927, met volop Thonet-meubels. Het lijkt wel alsof hier de tijd heeft stilgestaan. Naast Paseo La Plaza bevindt zich Teatro General San Martín en aan de achterkant (in Sarmiento hoek Parana) Centro Cultural San Martín. Dit is hét culturele centrum van de stad met allerlei activiteiten als exposities, film, theater en dans. Je kunt er zo naar binnen lopen en beneden is een permanente kunstgalerie. Het centrum heeft drie theaters waarvan Casacuberta onder de grond de mooiste is. Het is gebouwd als een amfitheater met in de hal een grote muurschildering van de theaterpioniers van Argentinië. Aan de overkant op nr. 1453 is Café la Giralda, ook zo'n etablissement met een rijke historie en waar intellectueel Buenos Aires dertig jaar geleden kwam, maar het heeft nog altijd zijn charme behouden en is beroemd om zijn heerlijke chocolate con churros (chocolade met gefrituurde deegstengels).
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
Plaza San Martín
$ ")
N
#%
$(
"
")
##&
")
$
Dan steek je Av. 9 de Julio over (hierover lees je uitgebreid op pag. 122) en vervolg je de wandeling door Av. Corrientes. Want op de eerste hoek rechts met Suipacha op nr. 384 is een van de mooiste confiterías van Buenos Aires: Ideal. Hier moet je zeker even naar binnen lopen. Het werd geopend in 1920 en volgens mij is er sindsdien niets aan het interieur veranderd ook niet aan de clientèle! Veel marmer, art nouveau en prachtige kroonluchters. Neem een kopje koffie met vers gebak en geniet van de sfeer. ‘s Middags en ‘s avonds kun je op de eerste etage tango dansen. Een aparte belevenis, want er komen nog veel ouderen, prachtig uitgedost, hier dansen. Aan de overkant op Av. Corrientes is Gran Rex, een mooi stuk architectuur uit eind jaren twintig van de vorige eeuw. Vooral binnen in de zaal is het geheel geïnspireerd op het Radio City gebouw in New York. Aan de overkant de muziekhal, El Opera, uit 1935. De façade en zeker binnen is alles in artdecostijl. Het ontwerp is van de Belgische architect Bourbon, die de zaal als eerste in het land aan de voorkant open ontworpen heeft, zodat je vanuit de hal direct in de zaal kunt kijken. De wandeling eindigt bij de kruising van dé voetgangersstraat van de stad, Calle Florida.
101
$ "!
"
WANDELING 3: CALLE FLÓRIDA DÉ VOETGANGERSSTRAAT ")
(
"
$
$ $$
Avenida de
Mayo
")
Calle Flórida was tot 1940 een van de meest chique straten van Buenos Aires. Dat kun je nog merken aan de grote winkelgalerijen die doorlopen naar het volgende huizenblok. Sommige zijn goed onderhouden en je proeft er nog steeds de sfeer van vroeger. Maar ook zie je het aan enkele opvallende gebouwen. Want op het eerste gezicht lijkt Flórida een gewone drukke voetgangersstraat waar je oog steeds naar al die volle etalages wordt getrokken en je vergeet te kijken naar de mooie façades erboven en het interieur van de winkelgalerijen. In het
%
102
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
eerste gedeelte van deze winkelstraat tot aan Av. Córdoba tref je ook de bekende internationale modehuizen, maar daarna worden de winkels exclusiever, vooral rondom Av. Santa Fe. De wandeling begint op het pleintje van Av. Roque Sáenz Peña en Flórida bij het toeristen-informatiecentrum. Aan de overkant is al het eerste opvallende gebouw, Banco de Boston. Ontworpen in de Verenigde Staten en halverwege 1920 (kalk)steen voor steen verstuurd naar deze plek en daar ter plekke opgetrokken. Het was een gezamenlijk ontwerp van Amerikaanse en Argentijnse architecten. Loop zeker even naar binnen en bewonder het plafond, vooral hoe het in detail is afgewerkt. In de hele buurt staan trouwens veel imposante bankgebouwen die bijna allemaal rond de glorietijd van 1920 tot 1930 hier zijn neergezet. Op nr. 165 bevindt zich de eerste winkelgalerij: Galería Güemes, geopend in 1915. Waar je zeker even naar binnen moet lopen, vooral vanwege die prachtige afgewerkte ingangen en liften naar de kantoren, zoals entrada Mitre en Cangallo. De galerij heeft een grote verscheidenheid aan winkeltjes van bijous en parfum tot goede boekwinkels. Op nr. 336 aan je linkerhand bevindt zich een van de mooiste boekwinkels van de stad, Ateneo. Het interieur is nog heerlijk ouderwets en ze hebben de beste boeken. Daartegenover zie je de façade van Galería Mitre, helemaal in neokoloniale stijl, die je veel in de stad Salta ziet (zie pagina 176). Nu zit er het warenhuis Falabella met een grote interieurafdeling. Op de hoek met Gral. J. D. Perón staat een van de mooiste gebouwen van de straat: Banco Francés. Grotendeels in Jugendstil en een genot om naar te kijken, vooral het ijzerwerk. Het bouwwerk dateert uit 1926 Voorbij Av. Corrientes op nr. 460 zetelt een van de belangrijkste en exclusieve verenigingen van het land, Sociedad Rural Argentina, de Argentijnse plattelandsvereniging. Het gebouw zegt al voldoende en daarnaast gingen waarschijnlijk de bestuurders naar de chique confitería Richmond, gebouwd in Engelse stijl. Ook even binnen kijken! Eén blok verder na Viamonte ligt de mooiste winkelgalerij van de stad: Galería Pacifico. Het getuigt van klasse en kijk eens naar het prachtige plafond, een soort Sixtijnse kapel! De winkelgalerij Vittorio Emmanuelle in Milaan en Bon Marché in Parijs hebben als voorbeeld gediend. De bekendste frescoschilders van Argentinië hebben aan dit plafond gewerkt (o.a. Spilimbergo, Berni en Castagnino), want al sinds 1940 was hier een winkelgalerij, alleen is vijftien jaar geleden alles gerenoveerd. Meer dan 160 winkels, boetiekjes en confitería’s zijn er, een genot om hier te shoppen! Halverwege de jaren negentig hebben ze de Design Award gekregen van de International Council of Shopping Centers. Elke dag open van 10-21 uur. ‘s Zondags van 12-19 uur. Rondleidingen zijn er om 11.30 en 16.30. Zondags om 13.00 en 16.30 uur. Op de eerste etage bevindt zich een interessant cultureel centrum, Centro Cultural Borges. Elke dag open van 10-20 uur met exposities en uitvoeringen. Je bent nu bij Av. Córdoba gekomen, het chique deel van het centrum. Dat zie je aan de winkels en de hele uitstraling. Op de hoek aan de overkant met Flórida staat weer zo’n opvallend gebouw, Centro Naval, ontworpen door Franse architecten in 1914. Vooral de deuropening en de hal zijn in het oog springend, maar ook al de versierselen rondom de ramen. In dit
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
gedeelte van Flórida kun je in verschillende galerijen sierlijk bewerkte (edel)stenen kopen, die uit het noorden en het oosten van het land komen. Aan de overkant was voor enkele jaren terug Harrod’s gevestigd, een wat ‘stoffig’ Engels warenhuis. Nu zijn er op de begane grond permanente exposities van industriele ontwerpers. Flórida komt uit op Plaza San Martín. Net ervoor op nr. 1000 is Ruth Benzaca, een beroemde kunstgalerij met werk van bekende en jonge veelbelovende kunstenaars. Rond de jaren zestig, zeventig was deze buurt vol culturele activiteiten en nu nog vind je er veel (kunst)galeries en cafés waar toentertijd de kunstenaars bijeen kwamen. Zo heb je Bar Dada (San Martín 943), Bar Baro (Tres Sargentos 315) en Flórida Garden op de hoek met Paraguay, die herinneren aan deze bloeitijd. Nu volg je iets naar rechts, langs Plaza San Martín, nog steeds Flórida. Voor je Het Kavanagh-gebouw staat een van de duurste hotels van de stad, Hotel Plaza. Dit gebouw werd in opdracht van een van de rijkste mannen van het land, Ernesto Tornquist in 1908 gebouwd en ontworpen door de Pruisische architect Zucker. Hij introduceerde de zgn. 'bow windows' (gebogen ramen), in een ijzeren frame, wat nog steeds goed te zien is. Het is beter om aan de overkant te gaan staan, niet alleen de façade goed te bekijken maar ook daarnaast want daar staat iets totaal anders, het Kavanagh-gebouw. Het is een van de meest markante gebouwen van de stad. Gebouwd in 1935 voor Corina Kavanagh, een ontwerp uit de beroemde architectenschool van Chicago met zijn platte, strakke simpele trapsgewijze vormen. In die tijd was het het hoogste gebouw (110 m) van Zuid-Amerika en het had als eerste airconditioning. Nu zijn het allemaal appartementen met alle comfort, zoals een gemeenschappelijk zwembad en een eigen wasserette. De entree is van binnen een en al art deco. Helaas kun je dit gebouw niet bezoeken. Als laatste van deze wandeling loop je bij Plaza Hotel Calle Alvear in en zie je op de volgende hoek Basilica Santisimo Sacramento. Het is een enorme neoclassicistische kerk gebouwd in 1936. Deze kerk staat bekend om zijn traditionele manier van huwelijksinzegeningen bij rijke families. Vooral het interieur is imposant, kijk maar eens naar het altaar. Veel marmer en in neogotische stijl uitgevoerd.
103
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
104
WANDELING 4: VAN PLAZA SAN MARTÍN NAAR RECOLETA Met deze wandeling ga je door een van de mooiste wijken van de stad nl. Barrio Norte. Een wijk die ook wel Villa Freud wordt genoemd, want hier wonen veel psychoanalytici, maar ook de betere middenklasse. Het is de wijk waar prinses Máxima is opgegroeid en haar ouders wonen er nog steeds. De huizen zijn ruim opgezet met grote balkons en veel groen, de meeste straten hebben grote bomen en het is allemaal wat minder hectisch, kortom het wordt een aangename wandeling. Je eindigt bij het beroemdste en mooiste kerkhof van het land, Cementerio de la Recoleta ofwel de ‘Père Lachaise’ van Buenos Aires. Plaza San Martín ligt wat hoger zodat je rechts een goed uitzicht naar beneden hebt over de Av. del Libertador, een drukke verkeersader met grote moderne wolkenkrabbers. Recht voor je zie je een toren die op de Big Ben van Londen lijkt. Een cadeau van de Engelse gemeenschap in de stad ter gelegenheid van het 100-jarige feest in 1916 van de onafhankelijkheid. Deze 59 m hoge toren wordt La Torre Monumental genoemd, maar tot 1982 toen de Falkland-oorlog uitbrak heette het nog La Torre los Ingleses. Aan de andere kant tegenover het pompeuze standbeeld van generaal San Martín is Av. Santa Fe waar de wandeling begint. Plaza San Martín is een ontwerp van de Franse tuinarchitect Carlos Thays (zie ook pagina 173). Er staan hier volop palmbomen en andere exotische bomen en het is er heerlijk rustig in deze lawaaierige stad. Links van het standbeeld San Martín aan de Santa Fe zijde zie je Palacio Paz op de hoek met Maipú. Het is een van de mooiste gebouwen in deze buurt, dat gedeeltelijk is geïnspireerd op het Louvre te Parijs. Gebouwd in 1909 door een Franse architect voor de familie Paz, de oprichter van de krant
ug Ur y o an
u ah
chec
Aven ida
Guido
Pte.
Avenida Alve
l
Quin
tana
eras
Padre Carlos Muiica
o
alla
ez Peña
ida C Ave n
dor
Estación Retiro
Rodriígu
Libertad
Plaza Avenida de E. Aérea Arg. l Liberta
deo
ar
Cementerio de la Recoleta ho
Aven ida
Ayacu c
ni
Avenida Maipú
ri eg
a nc
z
Melo
o
s ale en Ar
Ju
V.Lóp e
o de
Las H
rrit
an
aS
nid
ell sP rlo
t
e aF
Monte vi
Ca
d .T.
Plaza Ave San Martín
J.a.P a
Ce
ar
lve
eA
M
Plaza V. Lopez
tad
y ua
ag
r Pa
ua
lc Ta er Lib
a
ch ipa Su
Plaza Libertad
Posadas
Plaza Alvear
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
Plaza San Martín
La Prensa. Dat grote gebouw op Av. de Mayo vlak bij het plein. Nu is het voor een deel Museo de Armas de la Nación. Open van di. t/m vr. van 1318.30 uur. Ingang Av. Santa Fe 702. Het andere deel is het hoofdkantoor van de nationale parken. Met zijn 12.000 m2 was dit het grootste privéhuis in Argentinië. Iets wat we ons tegenwoordig niet meer kunnen voorstellen. Av. Santa Fe is een statige avenida met in de omgeving veel kunstgaleries, kantoren van grote internationale vliegtuigmaatschappijen en het hoofdbureau voor toerisme. Aan de overkant ga je rechts Calle Esmeralda in. Op de volgende hoek staat Palacio San Martín. Dit paleis uit 1909 was bestemd voor de rijke familie Anchorena. In dit gebouw zijn drie verschillende woningen die verbonden worden door een centrale hal. In 1936 werd het eigendom van het ministerie van Buitenlandse Zaken. Nu worden hier de belangrijke buitenlandse gasten ontvangen. Rondleidingen elke do. en vrij. om 14-15 en 16 uur. Als je doorloopt via Calle Arroyo kom je in Barrio Norte. Qua architectuur is deze wijk moderner, soms verrassender, want wat je op de hoek van Esmeralda en Arroyo (edificio Minner) ziet is typerend voor deze wijk. De meeste huizen zijn gebouwd rond de jaren dertig en veertig van de vorige eeuw. Men wilde een vooruitstrevende architectuur, Casa de Renta genoemd, die vanuit Amerika kwam overwaaien. Het zijn namelijk appartementen en niet meer van die grote neoclassicistische (Franse) herenhuizen. Wat helemaal afwijkt qua bouwstijl is in Suipacha op nr. 1422, een van de mooiste huizen van deze wandeling: Palacio Noel, nu Museo de Arte
105
106
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Palacio Noel in Barrio Norte
Hispanoamericano Isaac Fernández Blanco. Wandel door de prachtige tuinen en bekijk de façade en het schitterende ijzerwerk bij de ramen, maar ook het (houten) balkon en al die ornamenten rond de deuren en ramen. Gebouwd in 1923 door architect Martín Noel, die de neokoloniale architectuur in Argentinië weer terugbracht. Het is een omstreden stroming die je vooral in Salta ziet (onder dat hoofdstuk vertel ik er meer over). Open van di. t/m zo. van 14-19 uur. Zaterdags en zondags zijn er om 16 uur rondleidingen. Als je Arroyo verder volgt kom je aan het eind van Av. 9 de Julio, die steek je over en links is de Franse ambassade (een gebouw uit 1912). Nu ben je in een buurt waar het vol staat met imposante gebouwen, die allemaal rond 1900-1920 als enorme herenhuizen (palacio’s) gebouwd werden, zo ook deze Franse ambassade, door Fransen architecten en geïnspireerd op kastelen uit Frankrijk. Want in die tijd lieten de rijke vee- en graanbaronnen uit de Pampa hier hun ‘pied-à-terre’ bouwen. Het wordt ook wel de ‘Parijse hoek’ genoemd. Kijk ook eens naar de Braziliaanse ambassade op Arroyo 1130 en loop daarna naar een van de mooiste gebouwen van de Parijse hoek, Mansión Alzaga Unzué. Het staat rechts van de Franse ambassade voor het 4 Seasons hotel in Cerrito 1455. Het lijkt meer op een kasteeltje en werd gebouwd voor de familie Felix Alzaga Unzué in 1919. Helaas niet te bezoeken, want het hoort bij het hotel maar het interieur is werkelijk een museum. Een en al pracht en praal. Hier verblijven vaak bekende artiesten, zoals Madonna, Robbie Williams en Sarah Furgeson. Ik heb het geluk gehad om even binnen te mogen kijken in dit museumhotel. Zo’n suite aldaar kost een kleine 3500 dollar!
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
Dan vervolg je Arroyo naar Plaza Pellegrini, daar ga je rechts Posadas in want op de hoek links aan de overkant kun je prima winkelen in het bekende winkelcentrum Patio Bullrich. In dit centrum komen de bekende mensen shoppen. Als je daarna links via Montevideo weer rechts Av. Alvear inslaat zie je nog meer van die indrukwekkende palacio’s. Maar eerst wil ik je nog wijzen op De Franse ambassade een gebouw in typische Barrio Norte stijl, nl. iets terug op de hoek van Parera en Av. Alvear. Beïnvloed, evenals het Kavanagh-gebouw, door de Chicagoschool uit 1932. Dan zijn er tussen Montevideo en Rodriguez Peña de belangrijkste palacio’s van deze straat. Drie bombastische herenhuizen die gebouwd zijn aan het begin van de vorige eeuw. Het eerste gebouw op de hoek met Montevideo moest een ‘pied-à-terre’ worden voor een rijke Argentijn die in Europa woonde, maar gaf het cadeau aan de toenmalige president van Argentinië. Nu is het eigendom van het Vaticaan. Daarnaast was van de broers Duhau, een aristocratische familie en het werd gebouwd in 1932. De laatste op de hoek met Rodriguez Peña, Palacio Duhau, werd gebouwd voor een ingenieur die voor de spoorwegen werkte. Allebei totaal verschillend qua uitstraling, de eerste in neoclassicistische en de laatste in art-nouveaustijl. Zoals je nu ziet is er het Park Hyatt Hotel in gevestigd. Een blok verder na Av. Callao krijg je rechts een van de chique hotels van de stad: Alvear Palace Hotel. Het werd geopend in 1928 voor het organiseren van grote feesten. Vooral een feest op het dak was toen helemaal het einde, want je had een spectaculair uitzicht over de stad en de Rio de la Plata. Al het materiaal voor de bouw is uit Frankrijk overgekomen. Pas in 1987 werd het een hotel en van binnen helemaal gerenoveerd tot het meest exclusieve hotel van de stad. Prijzen variëren van 450 dollar voor een ‘Palace’ kamer tot 3000 dollar voor de Royal suite! Boven zijn twee grote salons waar je zondagochtend uitgebreid kunt brunchen. Maar loop zeker even de lobby binnen, dan krijg je al meteen een goede indruk van het hotel. Je slaat nu linksaf Ayacucho in en dan vervolgens weer rechts Av. Quintana en een blok verder ben je in het hart van Recoleta: Plaza de la Recolata.
WANDELING 5: RONDOM PLAZA DE LA RECOLETA In deze wijk, Recoleta, stonden begin 1700 wat hutten en het was een verzamelplaats voor veel gespuis uit de stad, dat zich hier in greppels en holen verscholen hield. Rond 1716 werd er een klooster gebouwd met een kapel waar ook de naam Recoleta vandaan komt. Want deze kloos-
107
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
108
terlingen werden recoleta’s genoemd. Pas halverwege de 19de eeuw werd dit deel bij de stad getrokken. Toen in 1871 de gele koorts en cholera in verschillende wijken uitbraken vertrokken de rijken naar dit nog redelijk open stadsdeel. Toen er onder leiding van burgermeester Alvear grote herenhuizen werden gebouwd, werd Recoleta een echte wijk voor de welgestelden. De meest exclusieve modehuizen, de mooiste interieurwinkels en de chicste restaurants zijn er nu te vinden. Maar het is hier ook heerlijk wandelen en rustiger dan het hectische centrum. De wandeling begint bij Plaza de la Recoleta. Dit plein behoort tot de gezelligste van de stad. Links van Av. Quintana is Paseo Ortiz, een sfeervolle promenade met restaurants, cafés en terrassen. Recht voor je op het plein staat de Basilica Nuestra Señora del Pilar, een kerk gebouwd in 1822, waar eerst de kapel uit 1716 stond van het klooster. Daarnaast (links) heb je het beroemdste kerkhof van de stad, Cementerio de la Recoleta. En rechts van de kerk bevindt zich een groot gerenoveerd huizencomplex waar het cultureel centrum van de stad is en een groot winkelcentrum (Buenos Aires Design). Daarnaast en beneden veel groen en bomen (sommige hebben een enorme reikwijdte) met pompeuze standbeelden en enkele prachtige palacio’s. Kortom, heerlijk wandelplezier, vooral als je er zaterdag- of zondagmiddag naartoe gaat, want dan is er een grote gezellige Feria de Artesanos, een markt met veel ambachtelijke en zelfgemaakte voorwerpen. Het eerste café links op de hoek, La Biela, vanaf Av. Quintana is het meest bekende café niet alleen van deze wijk, maar van de hele stad. Binnen is alles gewijd aan raceauto’s en wedstrijden uit de gloriejaren vijftig, want
Plaza Urquiza Av e nid ad el L ib
Dr.
Francia
do
rre
id en Av Plaza Teniente Gen. Mitre
dó
n
rre
Pr
es
ide
N ▲ nte
Fig
ure
P
Plaza Intendente Alvear
h
a
ico érn
ey
ida
n dó
oa
Alc
ort
a
★
ag
p Co
u aP
Av
en
ida
Pu
ey
en
dor
en
ui
erta
Plaza
cu
G
Az
leo Gali
Av
Av
ho
Lag
ote
en
id
uc
P
ro üe Ag
ac
Plaza Mitre
a
Ay
Plaza R. Dario
Av et a ol ec
ve
id
ar
a
R
en Q
o la al Av
en
id
a
a
C
an
Pa
nt
do
as
ui
er
G
H
se
o
ui
as
ez
.L
óp
en
★
Av
G
L V.
e.
★
Al
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
Plaza de la Recoleta met Centro Cultural Recoleta
toen was dit het verzamelpunt van bekende autocoureurs. Het terras is als een soort tuin en altijd gezellig druk. Zo ook de promenade, Paseo Ortiz, waar de hele avond tot diep in de nacht geflaneerd, gegeten en gedronken wordt. Achter het terras van La Biela staat Gran Gomero, een enorme boom (Ficus macrophylla) afkomstig uit Australië die een reikwijdte heeft van 50 m! Daarom moeten vele takken zelfs ondersteund worden. Cementerio de la Recoleta aan de overkant van het plein is te vergelijken met de begraafplaats Père Lachaise in Parijs. Halverwege de 19de eeuw werd het aangelegd en toen in 1881 de toenmalige burgermeester Alvear vond dat het meer een stadsplan moest hebben met lanen en zijwegen, werd de begraafplaats het symbool voor politieke leiders en beroemdheden. Hier staan graftombes en kapelletjes die soms een omvang hebben van enkele woonkamers. Veel pracht en praal en de meest bekende staatslieden liggen hier begraven, zoals Mitre, Sarmiento, Rivadavia en generaal Roca, maar ook in een eenvoudig familiegraf (Duarte) Evita Perón. Alle bekende mensen kun je vinden op een groot bord bij de ingang. Nu liggen er meer dan 25.000 mensen begraven in 6400 graftombes! Elke zondag om 16.30 uur is er een rondleiding. Een bezoekje aan de kerk, Basílica Nuestro Senora del Pilar, is niet erg indrukwekkend, behalve het altaar dat geheel in barokstijl is gemaakt met een mooi beeld van de heilige vrouw van Pilar. Daarentegen is een bezoek aan het cultureel centrum ernaast interessanter. Het is geheel gerenoveerd, want delen ervan zijn nog van het oude franciscanenklooster uit 1716. Je vindt er tentoonstellingen, een museum van plastische
109
110
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
kunst, audiovisuele ruimtes en een mooie art-winkel. Open van di. t/m vr. van 14-21 uur en in het weekend van 10-21uur. Je loopt nu iets naar beneden en daar heb je op de hoek, links, een groot winkelcentrum, Buenos Aires Design. Als je van lifestyle en interieurdesign houdt moet je zeker naar binnen, maar je kunt ook even pauzeren in een van de vele trendy cafés en restaurants op het terras aan de rand van het winkelcentrum. Of wandelen langs de marktstalletjes, Feria de Recoleta, met in het weekend tangodansers, pantomimespelers en sneltekenaars die het plein erg levendig maken. Rechts beneden zie je op het kruispunt met Av. Alvear en Av. del Libertador wat verscholen achter de bomen het Palais de Glace, ontworpen als een schaatspaleis in 1911 door de beroemde architect Bustillo (zie ook pag. 418). Vergeleken bij al die grote zware palacio’s is dit gebouw met zijn strakke rechte vormen een verademing. Tegenwoordig is het een expositieruimte. Je loopt nu naar beneden naar het plantsoen en ga je naar links richting Av. Pueyrredón naar Plaza Een van de vele terrassen bij Buenos Aires Francia. Het is een mooi Design plantsoen met prachtige bomen en heerlijk om door te wandelen. Het beeld voor je is in 1910 door de Franse regering geschonken bij gelegenheid van het honderdjarige bestaan van de eerste onafhankelijkheid. Aan de overkant van Av. del Libertador zie je Museo Nacional de Bellas Artes (museum van schone kunsten). Verschillende bekende architecten, onder wie Bustillo, hebben vorm aan dit gebouw gegeven (rond 1930). Het is zeker de moeite waard om te bezoeken, want er hangt niet alleen werk van beroemde Europese schilders zoals Rembrandt, Gauguin, Goya en Picasso, maar ook van alle bekende moderne Argentijnse schilders. Openingstijden zijn van di. t/m vr. 12.30-19.30 uur en in het weekend van 9.30-19.30 uur. Bij het volgende plein, Plaza Mitre, loop je naar boven langs het standbeeld naar Calle Agüero. Daar zie je links voor je een groot modern log gebouw, meer een moderne paddenstoel: Biblioteca National, de nationale bibliotheek. Het is o.a. ontworpen door Francesco Bullrich, een van de bekendste moderne Argentijnse architecten. Meer dan 20 jaar heeft men met veel pijn en moeite aan dit gebouw gewerkt (vooral financiële problemen) en in 1992 was het voltooid. Het moest toentertijd een prestigeobject worden van de militaire junta, want op deze plek stond eens Palacio Quinta Unzué, een presidentieel paleis, waar ook Juan en Evita Perón hadden gewoond. De militairen wilden geen herinneringen meer over Perón, dus moest dit paleis afgebroken worden en kwam er de nati-
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
onale bibliotheek voor in de plaats. Expresident Menem heeft in 1999 nog ter ere aan Evita hier een beeld onthuld dat je kunt zien in het parkje ervoor aan de Av. del Libertador zijde. De bibliotheek herbergt meer dan 5 miljoen boeken, er is een constante temperatuur en vochtigheidsgraad. Ook de zon kan niet zomaar overal binnen schijnen. De bibliotheek bevat zeer kostbare en zeldzame boeken, zoals het eerste exemplaar van Don Quichot, maar ook de originele bijbel van Gutenberg uit 1450 en het werk van generaal Belgrano. Het is de moeite waard, om naar de leeszaal op de bovenste verdieping te gaan.Vandaar heb je een fantastisch zicht over de Río de la Plata en de stad. Open van ma. t/m vr. van 9-21 uur en in het weekend van 12-19 uur. Eke dag is om 16.00 uur een interessante rondleiding (wel in het Spaans). Als je Calle Agüero naar boven loopt kruis je Av. Gral Las Heras. Hier ga je Volop levendigheid rondom linksaf en loop je deze avenida af tot Av. Plaza de la Recoleta Pueyrredon. Je merkt wel dat het hier goed winkelen is. Daar ga je links in en de eerstvolgende rechts, je bent nu in Calle Vicente Lopez. Enkele blokken verder tussen Uriburi en Junin kom je bij een groot modern shoppingcentrum, Village Recoleta, met goede winkels, cinema’s, grand cafés en terrassen. Een genot om door te lopen. Op de hoek van Junin links is weer Paseo Ortiz met al die terrassen en restaurants. Keuze genoeg om even uit te rusten van deze wandeling. Of even door te lopen naar de voortreffelijke ijswinkel Freddo, op de hoek van Ayacucho en Av. Quitana.
WANDELING 6: SAN TELMO De geschiedkundigen zijn het er nog niet over eens, waar de Spaanse aristocraat Pedro de Mendoza in februari 1536 het eerst voet aan wal zette en officieel de stad Buenos Aires stichtte. De een zegt in de wijk San Telmo, de ander zegt de zuidelijker gelegen wijk La Boca. In ieder geval ben je in een van de oudste wijken van de stad. De eerste straat in San Telmo, dat vroeger een pad was is nu Calle Defensa. Deze straat ging naar de haven waar timmerlui en dokwerkers zich hadden gevestigd. Door het handelsverkeer met het centrum werd dit een belangrijke straat en kreeg het de naam Alto de San Pedro (alto betekent een stop). Aan een plein werd zoals dat hoorde bij snelgroei-
111
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
112
Defensa
Plaza de Mayo Avenida A. Roca
Alsina
S. Bolívar
Moreno
Defensa Avenida
Balcarce
N ▲
Belgrano
Venezuela
Balcarce
S. Bolívar México
Defensa
Chile
Chile
Independencia
Avenida
Unidos
Estados
■
Defensa
S. Bolívar C. Calvo
Balcarce
Plaza Dorrego
Humberto
Humberto Defensa
Avenida San Juan
ende wijken door de jezuïeten in 1714 een kerk gebouwd, Nuesta Señora de Belén, die nu nog te zien is op de hoek van Balcarce en Humberto I. Dit was een belangrijke zet, want met deze kerk en het klooster kreeg de wijk een onafhankelijke parochie én een officiële naam nl. San Telmo. Het dorpje groeide snel en weldra lag het centrum rond Plaza de la Residencia, dat we nu kennen als Plaza Dorrego. De bewoners waren halverwege de 19de eeuw voornamelijk vissers, dokwerkers en zwarte slaven. Deze slaven vormden zelfs eenderde van de plaatselijke bevolking. Het eigenaardige is dat ze allen na de afschaffing van de slavernij zijn weggetrokken. Ook rijke kooplieden en landeigenaren woonden hier, en wel in prachtige herenhuizen. De arme bevolking leefde in eenvoudige huisjes en in lemen hutten. Begin 1800 kwam in San Telmo zelfs het eerste ziekenhuis van Buenos Aires met een medische faculteit. En paradoxaal genoeg brak hier in 1871 een grote epidemie uit van cholera en de gele koorts. Tienduizenden verloren het leven en na 200 jaar werd eindelijk de wijk eens grondig gereinigd, werden de straten geplaveid en werd een beter systeem aangelegd voor de aan- en afvoer van het water. De rijken waren inmiddels vertrokken naar de wijk Recoleta en aan het eind van de 19de eeuw kwamen de nieuwe bewoners: Europeanen. Het waren voornamelijk Italianen uit Genua en Spanjaarden uit Baskenland. De grote herenhuizen verdeelden zij onder in kleine woningen de zgn. ’conventillos’, die nu nog bestaan. Vanaf de jaren zeventig van de vorige eeuw is San Telmo een beschermde historische wijk. Daardoor heeft het grote veranderingen ondergaan. Antiquairs, tangobars, art galeries en restaurants kwamen zich hier vestigen. Huizen werden gerenoveerd en vervallen 19eeeuwse herenhuizen werden opgekocht
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
door de gegoede middenklassers. San Telmo werd weer aantrekkelijk om te wonen en uit te gaan. Een wandeling door San Telmo is wandelen door de geschiedenis. Het is één groot geschiedkundig openluchtmuseum met als centrale punten Plaza Dorrego en de straat Defensa. Maar de wandeltocht begint bij Plaza de Mayo en Defensa. Deze straat loopt helemaal tot Parque Lezama. Op de eerste hoek met Alsina staat een van de mooiste kerken van Buenos Aires, Basilica de San Francisco, gebouwd in 1730 in barrocostijl (een mengeling van Duitse barok en rococo). Het achterstuk is er later aangebouwd. Binnen is het hoofdaltaar helaas in de jaren vijftig verbrand en nu hangt er een enorm tapijt, maar de preekstoel is wel uit die tijd. Voor de bouw van deze kerk stond hier het eerste kapelletje van Buenos Aires uit 1584. Aan de overkant heb je Farmacia de la Estrella met een prachtig interieur. Deze apotheek was de eerste in de stad en dateert uit 1834 . Kijk eens naar al die houten kastjes en het plafond. Hier krijg je het gevoel dat zelfs het simpelste hoestdrankje je meteen beter maakt. Boven de apotheek is een museum, Museo de la Cuidad. De ingang is op Alsina 412 op de 1ste etage. Niet echt spectaculair dit museum. Open ma. t/m vr. van 11-19 uur. En zo. van 15-19 uur. Je volgt Alsina tot aan het volgende blok met Bolivar. Daar staat op de hoek de oudste kerk van de stad, San Ignacio. Gebouwd in 1675, helemaal in barokstijl. Hier stond eens een complex van deze kerk met een universiteit, bibliotheek en een hogeschool, dat Manzana de las Luces Las Casas Chorizos (de worstenhuizen) In de oude wijken van Buenos Aires, zoals San Telmo en Palermo Viejo kom je een type huizen tegen die men Casas de Chorizos noemt (letterlijk vertaald worstenhuizen). Het zijn huizenblokken waar centraal een lange (on)overdekte gang (een zgn. chorizo) loopt die meestal uitkomt op een patio. De voorkant is vrij smal, met een ingang. Alle appartementen komen uit op deze lange gang, die meer weg heeft van een steeg. Want niet alleen huisdeuren komen erop uit, maar ook kleine balkons en er staan vaak planten om de boel wat op te vrolijken. Zij werden gebouwd tussen 1870 en 1930 en waren bestemd voor de middenklassefamilies. Tegenwoordig worden de huizen ‘Viviendas Colectivas’ (gemeenschappelijke wooneenheden) genoemd. De meeste zijn niet de moeite waard om naar binnen te gaan, maar de mooiste en interessantste zijn helaas gesloten voor publiek met een hek bij de ingang. Toch kun je nog een goede indruk krijgen tussen de spijlen door.
113
114
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
(het blok van de ‘verlichting’) werd genoemd. Dit hele complex was opgezet vanaf 1616 door de jezuïeten en was het intellectuele hart van de stad, vandaar de bijnaam verlichting. Van hieruit werden de jezuïeten uit Europa bijgeschoold en onderwezen op het zware werk in het land. Veel is er helaas niet meer overgebleven van het complex. Aan de andere kant op Calle Perú 272 is de ingang waar elke dag een rondleiding is. Het interessantste zijn de ondergrondse tunnels van dit complex waarvan je een deel kunt bezoeken. Elke werkdag open van 10-16 uur en in het weekend van 14.30-18 uur. En elke middag om 15.30 uur zijn er rondleidingen door de tunnels. Als je vanaf Alsina links Perú doorloopt kruis je Av. Belgrano. Op de hoek staat een imposant gebouw uit 1914, naar een ontwerp van de Deense architect, Ronnow, met op de tweede etage van die stoere Atlantis-figuren uit strakke, hoekige vormen, zo ook de condors onder de torens. Vooral de twee torens zijn imposant met daar bovenop een bronzen wimpel, die de windrichting aangeeft. Nu ga je naar links richting Defensa. Bij Defensa staat de volgende kerk: Basilica del Santisimo Rosario. Deze is niet echt interessant, een deel werd in 1751 gebouwd maar de façade dateert uit 1851. Op dit kruispunt werd de Engelse invasie in 1806 tegengehouden door generaal Liniers, wat je ook in afbeeldingen terugziet in deze kerk. Maar interessanter is de graftombe ervoor van generaal Belgrano, de ontwerper van de Argentijnse vlag en medebevrijder met generaal San Martín van Argentinië. Op de hoek rechts met México zie je La Casa de Moneda. Hier werden de eerste geldstukken geslagen van de Argentijnse republiek. Ook al ziet dit gebouw er koloniaal uit, toch was het pas in 1880 gereed. Want nu kom je meer en meer in het oude gedeelte van San Telmo en het hart van de tango. De meeste huizen in deze buurt zijn tussen 1870 en 1920 gebouwd met nog een hang naar het koloniale verleden (enorme hoge deuren en ramen en vaak niet meer dan één verdieping). Als je Defensa verder doorloopt naar Calle Chile en daar linksaf gaat, kom je bij alle grote tangotheaters. Want ga je links Balcarce in dan vind je daar o.a. Casa Blanca, Michelangelo en La Ventana. Het zijn de beroemdste tangotheaters van de stad. Overdag is het er heerlijk rustig, maar ’s avonds laat hoor je uit alle hoeken muziek en applaus, dan proef je de sfeer van de melancholie en de passie. Maar Calle Chile is ook een aangename relaxte straat met terrassen en cafés, zoals Molière op de hoek van Balcarce. Waarom ga je daar niet op het terras zitten en genieten van dit dorpspleingevoel? Meer informatie over deze en andere tangotheaters en restaurants zie pagina 144. Als je Balcarce rechts vanaf Chile doorloopt richting Av. Independencia zie je daar op de hoek rechts een klein sympathiek neokoloniaal huis, El Viejo Almacén. Het is een van de bekendste tangotheaters van de stad, opgericht in 1968 door de beroemde Argentijnse tangozanger Edmundo Rivero. Schuin aan de overkant op Av. Colón staat nog een bombastisch beeldhouwwerk, el Canto al Trabajo (het lied van de werker). Ontworpen door een leerling van Rodin, Rogelio de Yrurtia, in 1907 als hommage aan de vrijheid van werk. 14 bronzen figuren trekken een grote granito-
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
Een van de vele stalletjes op Plaza Dorrego
steen. Dan wandel je weer terug naar Pasaje San Lorenzo waar je links afslaat. Het is een pittoresk straatje, heerlijk rustig met antiquairs en een werkplaats voor ambachtslieden en schilders op nr. 317, maar wel erg commercieel! Hier vind je ook het smalste huisje van de stad, Casa Minima op nr. 380, ruim 2 meter breed. Nu loop je door naar Defensa en daar op de hoek staat een huis vol met ateliers van kunstenaars, het Montmartre van Buenos Aires! Als je Av. Independencia bent overgestoken kom je in het mooiste en leukste gedeelte van San Telmo. Hier bevinden zich de meeste antiquairs en kunstgaleries, maar ook gezellige restaurants, trendy cafés en kleine theaters. Kijk eerst even naar rechts op nr. 829 naar een van de mooiste façades van de straat, helemaal in Franse stijl. Dan ga je naar links, Calle José Giuffra in. Dit leuke straatje heeft mooie gerestaureerde huizen die dateren uit de 19de eeuw, zoals op nr. 339 met een aparte gevel. Bekijk vooral links het venster met dat balkonnetje. En kijk eens naar de straatstenen, die de vorm hebben van een gebakken brood en van origine uit België komen. Je ziet ze overal in deze buurt. Nu loop je door naar Balcarce en kom je in een gezellige buurt met trendy restaurants en cafés. Bijvoorbeeld op de volgende hoek met Estados Unidos is Bar Sur. Het is een heel mooi tangocafé en als het open is moet je even naar binnen gaan voor het nostalgische interieur. Daarna loop je naar boven richting Defensa, daar sla je linksaf en ga je door naar de volgende straat, Carlos Calvo. Op de hoek met Defensa staat het huis van Esteban de Luca, tegenwoordig een restaurant (met een prachtig interieur). Deze man was dichter en schrijver van het eerste Argentijnse volkslied. Het huis is zeker 200 jaar oud. Carlos Calvo is ook een interessant straatje waar je naar links gaat.
115
116
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Mime en dans in Calle Defensa
Halverwege op nr. 319 is Antiqua Casa de Cuchilleros (het oude huis van de messen). Thans is het een restaurant met een mooie binnenplaats en je kunt de geschiedenis binnen op oude foto’s aan de muur goed volgen. Vergelijk eens het huis er naast op nr. 311 qua bouwstijl. Naar beneden lopend zie je na Balcarce aan je linkerhand een eigenaardig kerkje, Iglesia Danesa (Deense kerk) uit 1931. Qua architectuur valt deze kerk totaal uit de toon in deze buurt. Aan de overkant op nr. 240 en 242 staan prachtige gerenoveerde huisjes uit 1783. Als je naar de straatstenen kijkt zie je af en toe wat rails liggen, want eens reed in San Telmo een tram. Nu loop je terug naar Balcarce alwaar je naar links gaat. Op nr. 1016 staat Casa de Castagnino. Deze Argentijnse schilder (1908-1972) woonde hier en het is nu een museum en kunstgalerie. Iets verder op nr. 1053 El Viejo Hotel, eens een Conventillo, nu een kunstenaarscentrum met een expositiehal, een bistro en een mooie patio. Daarna ga je bij Humberto I rechtsaf en dit stuk tot aan Defensa is verrassend. Want halverwege de straat staat de Iglesia de Nuestra Señora de Belén. Een grote opvallende kerk met zo’n bombastische barokke uitstraling die dateert uit 1750. Naast de kerk bevindt zich Museo Penitencario. Dit gebouw uit 1760 was eens een oudemannenrusthuis tot 1767, daarna was het tot 1978 een vrouwengevangenis, sinds die tijd is het een museum over het gevangeniswezen. Open van wo. t/m vr. van 14-18 uur. In het weekend van 15-19 uur. De volgende stop is Plaza Dorrego recht voor je op de hoek met Defensa. In het weekend is dit een van de gezelligste pleinen van Buenos Aires, want elke zondag (10-17 uur) is er een grote antiek- en rommelmarkt (Feria de Antigüedades de San Telmo). Er staan een kleine 250 exposanten die antiek en tweedehandsspullen verkopen, maar ook kunst en (soms) kitsch. Er is altijd een uitstekende sfeer en op de hoek met Humberto I nodigt het echtpaar Pochi en Osvaldo Boó het publiek uit voor een tangodans. Zij zijn hét gezicht ‘s zondags van het plein en na al die jaren hebben ze er
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
nog steeds plezier in. Maar de concurrentie is groot geworden, want ook de tangodanser ‘el Chino’ op het plein is een attractie. Je kunt rondom dit plein uren genieten en flaneren, maar ook wat drinken of eten in een van de gezellige cafés. Zoals op de hoek met Humberto I, daar heb je nog een echt porteño-café, Plaza Dorrego bar, met zo’n ouderwetse zinken bar. Geniet van het interieur waar nog een nostalgische sfeer hangt van affiches en foto’s uit een bewogen (tango)tijd! Want dit café heeft een rijke geschiedenis; het was de ontmoetingsplaats van bekende schrijvers en kunstenaars. Zo kwamen Jorge Borgés en Ernesto Sábato hier regelmatig koffie drinken. Iets verder aan dezelfde kant van het café is de passage ‘El Solar de French’ (nr.1066), met leuke boetiekjes en Patio Cervecero, een gezellige bistro met een apart interieur en ambachtelijk bier: Tango Porteño! Zaterdag in de namiddag en ‘s avonds is het plein één groot terras, er is muziek tot laat in de nacht en het lijkt net een sfeervol feest! Alles over het uitgaansleven rondom Plaza Dorrego zie onder Praktische informatie op pagina 144). Je bent in het kloppend hart van San Telmo en tot aan Carlos Calvo en links in die straat tot aan Bolivar zijn volop antiekwinkels, winkeltjes met tweedehandsspullen en pasajes die op rommelmarkten lijken. Zowel door de weeks als op zondag is het een genot om hier te flaneren. Maar de wandeling gaat door over Defensa richting Av. San Juan. DE LEUKSTE EN INTERESSANTSTE (ANTIEK)WINKELS IN CALLE DEFENSA Hieronder vind je een kleine keuze uit de vele antiquairs in deze straat. Ik heb niet de grote en dure winkels genoteerd, maar juist wat aparte en leuke kleine winkels. Overigens vind je in de wandelroute hierboven nog meer adressen die de moeite waard zijn. 722 vind je een restaurateur en antiquair met mooie voorwerpen. 763 Galerie Biazzi Arte. Een moderne kunstgalerie met eigentijdse exposities. 771 Galerie EdeA. Ook moderne kunstgalerie met veelal exposities. 812 Old Dream. Grote sortering van antiek speelgoed, auto's en treinen. 819 Remate San Telmo, een antiekhal met veel meubels en lampen. 900 Paseo 900. Zeker een bezoekje waard met veel affiches, oude kranten, en veel kleine hebbedingetjes. 845 Galeria Cecil is een grote antiekhal met een leuk cafeetje. 908 Lucas Masini is beroemd om zijn antieke speelgoed uit begin 20e eeuw en de jaren vijftig. Portobelo op de hoek met Humberto heeft veel kleine leuke en mooie antieke voorwerpen. Maar ook oude platenspelers, scharen en zakmessen. 1177 Estilograficas heeft de meest mooie en aparte (vul)pennen. 1170 Galería de Arte ‘Candelaria’. Heeft een grote collectie mooie kleine antieke voorwerpen.
117
118
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Zondags in San Telmo komt Carlos Gardel weer tot leven
Rechts op nr. 1179 staat een mooi gerenoveerd huizencomplex, Pasaje la Defensa. Het is gebouwd in 1880 voor een rijke familie en nu een kunstgalerie met drie grote patio’s (binnenplaatsen). Alles is gerenoveerd dus ga zeker even naar binnen. Dit huis is een goed voorbeeld van wat ze ‘Casa Chorizo’ noemen. Want nadat de familie was vertrokken hebben hier tot 1982 32 families gewoond! Aan de overkant van Av. San Juan op nr. 350 heb je Museo de Arte Moderno. Het gebouw valt op door zijn rode stenen en vorm, want het was oorspronkelijk een tabaksfabriek. Naast de vaste collectie zijn er regelmatig experimentele exposities en videokunst te zien, die de moeite waard zijn. Open van di. t/m vr. van 10-18 uur. In het weekend van 11-20 uur. Nu wandel je via Defensa naar het park Lezama. Als je op de hoek van Av. Brasil bent zie je al meteen het enorme pompeuze standbeeld van Pedro de Mendoza, de stichter van de stad. Men denkt dat hij en de bemanning in 1536 zich hier hebben gevestigd. Begin 19de eeuw was dit nog een plein en in Engelse handen, die vooral hier zwarte slaven verhandelden. Tot 1857, toen kwam het in handen van een rijke salteño Lezama (inwoner uit Salta) die liet een prachtig huis neerzetten en kocht de grond eromheen op voor zijn tuin. Alles moest in Italiaanse stijl. Het huis is nog steeds te bewonderen, want het is nu Museo Histórico Nacional (Defensa 1600). Na zijn dood in 1884 werd alles aan de gemeente geschonken en werd het een museum. De beroemde Franse tuinarchitect Carlos Thays toverde daarna zijn tuin om tot dit park. Wil je meer weten over de (turbulente) geschiedenis van Argentinië tussen de 16de en 19de eeuw, dan is een bezoek aan dit museum aan te raden. Open van di. t/m zo. van 13-18 uur.
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
119
Als je bij Brasil naar links in gaat, dan zie je tegenover het amfitheater van het park de Russisch-orthodoxe kerk. In 1898 gebouwd door een bekende architect uit Moskou in een typische 17e-eeuwse bouwstijl. Het is een mooie kerk met vijf koepels van mozaïek, waar de kruizen allemaal naar het oosten wijzen en binnen bevinden zich prachtige iconen. Maar kijk ook eens naar de afbeeldingen buiten op de muur. Om de wandeling af te sluiten kun je op de hoek van Defensa en Brasil in zo’n typisch porteñocafé nog wat nagenieten, want Bar Británico heeft een roemrijk verleden. Begin 2006 wilde de nieuwe eigenaar de tent sluiten en na een enorm protest uit de buurt (20.000 handtekeningen werden verzameld!) heeft hij toch weer morrend de deuren geopend. Informatie over dit café en nog meer historische cafés zie pagina 142. Zondags is er een grote en gezellige rommelmarkt rondom het park langs Calle Brasil bij Parque Lezama.
WANDELING 7: LA BOCA La Boca is een van de oudste en bekendste volkswijken van Buenos Aires. Doordat het in een bocht van de rivier Riachuelo ligt kreeg het de bijnaam La Boca, wat mond betekent. De eerste bewoners die hier kwamen waren arme immigranten uit Genua en Bari. Tot eind van de 19de eeuw was La Boca een belangrijke haven en veel (arme) immigranten vonden er wat werk en een onderkomen. Begin 20ste eeuw gedurende de grote immigrantenstroom woonden er niet alleen Italianen, maar ook Grieken, Japanners, Turken en Joegoslaven. Door deze mengeling van nationalitei-
rin
Puente Transbordador
elo
on ta ña
chu
M
AVELLANEDA La
Ria
le
J.
en
G
s s
Ri
ra
He
al
za
s A. V al
ria lF
a er
er en s va
l
do lva Sa
●
G
end o
o bot Ca
da
ni
e Av
ldi
riba
Ga
e ron Co
eM
res
e
oB
lo Ma
ot
od
istr
a
n
# !
o
edr
P on
Avenida D
edr
Gr
Botes para Puente Nicolás cruce de Avellaneda Riachuelo
Ay
Do
Min
che
row
"
F. ! " artin
za
do
en
M de
s ola
in it o
nP
uela M Quing Benito
te B
'
!*
! Museo de Bellas Artes de la Boca
s
llane Maga
! Teatro de la Rivera
! %!
Cam
ran
'
co Ne
i Alm
LA BOCA *!
$
Irala
Plaza Matheu
ida
"
!
áre
Su
en Av
z
N ▲
'(
ue drig
Club Atletico Boca Juniors
Plaza Solis
z
Ro
los Pa
Piscina (Zwembad)
r tin
($ !"#
Ma
120
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
ten werd het het centrum van het nachtleven. De wijk werd ook wel het Sjanghai van het Westen genoemd. Maar het kon net zo goed het New Orleans van Zuid-Amerika genoemd worden, want wat de jazz voor New Orleans betekende was de tango voor La Boca. Het was ook hier waar de eerste danssalons werden geopend, want de straten Suarez en Necochea stonden bekend om hun cantina’s. Cantina is de naam voor een typische Italiaanse herberg waar gegeten, gezongen en vooral gedanst wordt. In het begin van de 20ste eeuw had de tango, toen een nieuwe dans, al iets betoverends, want met deze dans mocht men elkaar stevig vastpakken en in het openbaar omhelzen. Men kon dansen met al zijn zintuigen, het was een dans met een ziel. Zo werd de tango een groot choreografisch feest. Maar in de jaren twintig van de vorige eeuw raakte de haven in verval, de tango verdween dansend naar San Telmo en het centrum. De gegoede middenklasse vertrok naar elders en de spoorwegen staakten hun verbinding met La Boca. Daardoor sloeg de verloedering in de wijk toe. Het was een bekende Argentijnse schilder, Quinquela Martín, die rond 1920 vlak bij Caminito, een klein straatje dat uitkomt op de haven, woonde en zich erg inzette voor deze arme buurt. Hij schilderde kleurrijke figuren en voorwerpen op de dokken in de haven. Totdat hij het idee kreeg om de huizen in Caminito (letterlijk weggetje of pad) eens goed op te knappen en de buurt wat op te vrolijken. Alle huizen langs dit weggetje waren van golvend plaatijzer of van hout. En met Toscaans geel, terracotta rood en een blauw zo uit de Middellandse Zee veranderde hij dit grauwe straatje in een van de meest kleurrijke straten van Argentinië. Toen er nog wat beeldhouwwerken en reliëfs bijkwamen van andere kunstenaars was zijn opdracht voltooid. Deze ‘sociale’ kunstenaar heeft daadwerkelijk de buurt meer kleur gegeven. Tot aan zijn dood in 1977 heeft Quinquela Martín in La Boca gewoond. In 1959 werd Caminito officieel een voetgangersstraat en er kwam een kunstmarkt van voornamelijk artiesten uit de wijk. Niet voor niets wordt het ‘Place du Tertre’ van Buenos Aires genoemd. Nu is het een van de grote trekpleisters van de stad, maar het is wel erg toeristisch geworden. Hier begint ook de wandeling bij het pleintje La Vuelta de Rocha, daar komen de de straten Magallanes en Caminito op uit. Kijk maar eens naar al die kleurige huizen, de beeldhouwwerken langs de muren en de muurschilderingen. Het is gewoon een openluchtmuseum. Bij General De Lamadrid ga je links de spoorlijn over tot aan Carlos Melo. Daar sla je linksaf en je wandelt nog steeds langs vrijwel alleen maar beschilderde golfplaten huisjes. Bij Magallanes ga je links naar Garibaldi. Deze straat met treinrails is wel de meest typerende straat van La Boca. Bij de volgende straat Rocha ga je weer links richting haven. Je loopt nu terug naar het pleintje en iets ervoor het gebouw Fundación Proa. Wat eens een vervallen pakhuis was, is nu een cultureel centrum voor video, film en theater. Het is modern van opzet en zeker een bezoek waard. Op het dak zijn in de zomermaanden (muziek)uitvoeringen en op het terras heb je een mooi uitzicht over het water en de wijk. Open van di. t/m zo. van 11-17.30 uur. www.proa.org Terug bij het gezellige plein La Vuelta de Rocha dat eerst ‘Plazoleta de los Suspiros’ heette, wat ‘plein van de smacht’ betekent. Want langs deze
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
De wijk La Boca met de kleurrijkste huizen
kade stonden de jonge vrouwen naar de matrozen te zwaaien en te flirten. Rechts is Calle Del Valle Iberlucea met leuke (antiek)winkeltjes, een wassenbeeldenmuseum (Museo de Cera de la Boca op nr. 1261 en niet de moeite waard om te bezoeken). Maar de wandeling gaat rechts over de Av. Pedro de Mendoza naar enkele beschilderde gebouwen, waarvan één belangrijk is nl. Museo de Bellas Artes de la Boca. Dit was het atelier en het huis van de schilder Quinquela Martín. Er hangt niet alleen zijn werk, maar ook van enkele bekende moderne Argentijnse schilders, zoals Policastro en Spilimbergo. Open van di. t/m zo. van 10 -17.30 uur. Voor je zie je over het water niet alleen verroeste schepen en wrakken, maar ook twee enorme stalen bruggen, de eerste en de kleinste is Puente Transbordador die in 1908 de verbinding maakte met de stadswijk aan de overkant (er reed zelfs een tram overheen). Over de grootste ligt nu de snelweg naar de kust. In de jaren zeventig en tachtig van de vorige eeuw waren in La Boca de cantina’s erg populair, vooral Spadavecchia was de bekendste, maar jammer genoeg is deze Italiaanse volksherberg en vele andere gesloten. In deze buurt bruiste tot de jaren dertig van de vorige eeuw het leven, hier werd feest gevierd en gedanst in de cantina’s, hier is de tango geboren in de cafés rondom Suarez en Necochea. Maar je kunt dit ook nog een beetje meemaken op de hoek met Del Valle Iberlucea in het café ‘La Perla’ (bij het plein). Want dit café is een van de bekendste en oudste van La Boca. Sinds 1899 bestaat het en was in de beginjaren ook nog een bordeel. Neem plaats op een van de Thonet stoeltjes en geniet van al die foto’s en affiches aan de muur en je proeft de nostalgie naar die vervlogen jaren! Alle informatie over goede en trendy cafés en restaurants over La Boca vind je op pagina 142.
121
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
122
Boca Juniors De wijk La Boca is niet alleen tango en nostalgie, maar ook voetbal en zijn club is Boca Juniors. In Calle Brandsen 805 staat een enorm stadion (60.000 toeschouwers) met als bijnaam La Bombonera (de bonbondoos), vanwege zijn aparte vorm. Het stadion werd in 1940 geopend en is de thuishaven van Boca Juniors. Als je voetballiefhebber bent, moet je gewoon dit stadion bezoeken. Beneden bevindt zich een schitterend high-tech museum, Museo de la Pasión Boquense. Met o.a veel foto’s en een doorlopende 360 º videoshow over zijn rijke historie. Elke dag zijn er rondleidingen door het stadion (open van 10-19 uur, behalve als de club die dag thuis speelt). Boca Juniors is in 1905 opgericht door jonge Italiaanse immigranten en behoort met de aartsrivaal River Plate, ook uit Buenos Aires, tot de twee beste clubs van Argentinië. Op een gegeven moment moest men een kleur voor de shirts kiezen en men besloot de eerstkomende boot die voorbij kwam met een vlag te kiezen, het was een Zweedse boot met de vlag blauw en geel. Het is een echte volksclub en ook de club van Diego Maradonna, die zelf uit de sloppenwijken kwam. Hij speelde er in 1981 en in 1995. De club werd in 1931 professioneel en won vanaf 2000 driemaal de Copa de Libertador, die je kunt vergelijken met de Champions League. Grote Argentijnse voetballers komen van La Boca, zoals Angel Clemente, Di Stefano, Hugo Gatti, Gabriel Batistuda en nu 'el loco' Martín Palermo. www.bocajuniors.com.ar
WANDELING 8: WANDELEN OVER DE AVENIDA 9 DE JULIO Deze wandeling gaat over de Avenida 9 de Julio naar men zegt de breedste straat ter wereld. Het is indrukwekkend door al die duizenden auto’s, enorme billboards, grote gebouwen en zijn 140 m breedte (12 banen telt het)! Het is een sport om deze avenida in een keer over te steken, als het verkeer in rijen dik bij het rode stoplicht naast je staat te wachten. Het kan als je snel doorloopt. Desondanks is het best gezellig wandelen over deze imposante weg met zijn enorme gebouwen, terrassen en brede trottoirs. Ook ‘s avonds als het uitgaansleven op gang komt, de terrassen vol zitten, de grote billboards aan en uit flitsen, de restaurants vollopen en de theaters uitgaan. Dan heeft deze avenida een wereldse uitstraling en een enorme aantrekkingskracht! De wandeling begint bij de 67 m hoge Obelisk, die in 1936 hier werd neergezet vanwege het 400-jarig bestaan van Buenos Aires. Een lelijk monument, maar wel opvallend. Het is een regelrechte kopie van de Obelisk van Place de la Concorde in Parijs. Tot 1931 stond hier de kerk San Nicolas de Bari, die afgebroken en verplaatst werd naar Av. Santa
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
123
i
Có rd ob a
da ni gu ay ra Pa
ar ve Al
Coliseo Ce rri to
Fé a nt es
te
lio
in
Sa
Ju
al
ay
gu ra Pa
le gr
de
en
Có
9
el
a
a rd
.P
id a
da
C
ob
te al
Av en
er
on
m
m
pu
Vi a
ai
da
Ar
án um Tu c Es
M
Plaza Libertad
ni
ni d
le va l
Av e
■
ha
.T .d e
ac
La
■ Fl or id a
on
!
ip
o
M
es nt
★
Su
d
Ta lca ch ua n
Av e
ay
Vi am
o
Co rri e
da
ni
Av e
gu
Li be rta
Teatro Colón Ce rri to
nt rm ie Sa
■
ru
le
O bel i sc o
N ▲
um
U
i
Tt
e. Ge n. J
ná
La
.D
gr
in
ra
to
le
Opera ■
Pa
va l
.P
el
Ce rri
Av e
Sa
rm
ón er
.P
Tu c
ie n
itr M B.
C
án
Palacio de Tribunales
to
e
Fe voor dit prestigeobject. Nu is de Obelisk het visuele symbool van de stad. Je bent ook op een van de drukste kruispunten van de stad, hier komen 4 grote verkeersaders bijeen. Het is een chaos van auto’s, wandelende en overstekende mensen. Rond 1911 werd begonnen met de aanleg van deze avenida en in 1937 was deze ‘Champs-Elysées’ van Buenos Aires vrijwel gereed. Dat is niet zonder moeilijkheden gegaan, prachtige herenhuizen werden gesloopt en bijna was de ambassade van Frankrijk er ook aan gegaan. Je vertrekt vanaf Corrientes aan de noordkant richting Av. Córdoba, want enkele huizenblokken verder breng ik je naar een van de grootste operagebouwen van de wereld, Teatro Colón. Al in 1829 werd de Italiaanse architect Francisco Tamburini aangetrokken voor de bouw, maar door allerlei ruzies was het pas in 1908 gereed. Elke dag zijn er rondleidingen, want dan zie je pas wat een rijkdom dit theater heeft en sta je versteld van de bedrijvigheid. Er werken hier namelijk 1300 mensen en de kelders zijn grote werkplaatsen waar de decors worden gemaakt. Maar ook vind je er houtzagerijen, ateliers voor kostuums, pruiken en schoenen die tot in de puntjes worden verzorgd. Van binnen is dit gebouw een en al marmer, brons en bladgoud, alles is geïnspireerd op de klassieke operagebouwen uit Frankrijke en Italië. De grote zaal is indrukwekkend met een fantastische akoestiek en plaats voor ruim 3100 gasten! Op dit podium hebben alle grote artiesten, zoals Maria Callas, Luciano Pavarotti, Igor Stravinsky, Herbert von Karajan, Rudolf Nureijev en vele anderen gestaan. Daar bevindt zich ook de presidentiële suite, voorzien van allerlei voorzieningen zoals een eigen toilet en een vluchtgang toe. Kijk eens naar boven in de koepel met een kroonluchter van 700 lampen! Aanschouw ook de grote entreehal vol met Italiaans marmer uit Verona. Wil je het allemaal met eigen ogen aanschouwen, wat ik je aanraad, dan is de ingang voor de
124
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Teatro Colón aan de Av. 9 de Julio
rondleidingen op de hoek van Libertad en Toscanini 1180. Tot mei 2008 is het theater gesloten vanwege een grote renovatie en op 25 mei is de feestelijke opening (dan is het 100-jarige bestaan van dit Teatro Colón!). Vanaf 26 mei 2008 zijn er weer elke dag rondleidingen. www.teatrocolon.org.ar Achter het theatergebouw bij Calle Libertad is een mooi plein, Plaza Lavalle. Het heeft een rijke historie, want hier stroomde nog in de 19de eeuw een riviertje. De Engelsman Wilde bouwde in 1827 op dit plein een Vauxhall-fabriek met zijn huis en een grote tuin vol met veel exotische planten. Vanaf 1875 heeft het de vormen gekregen zoals je vandaag de dag ziet. Rond 1889 begon men met de bouw van het Paleis van Justitie (Palacio de Justicia) op de hoek van Lavalle, dat pas in 1942 klaar was. Het standbeeld in het midden is van generaal Juan Lavalle, die meevocht als jongeman met generaal San Martín tegen de Spanjaarden en in 1828 werd gefusilleerd. Er kwamen theaters, een kleine dierentuin, de eerste kermis en vanaf hier vertrok, waar nu theater Colón staat, de eerste trein in 1857. Men plantte op dit plein prachtige exotische bomen en deze groeien er nog steeds, zoals op de hoek met Av. Córdoba en Libertad, daar staat een ‘Agathis robusta’, een soort cederboom die 120 jaar oud is. In december is hij in volle bloei. Op de andere hoek met Viamonte staat ook een gigantische boom met een reikwijdte van 80 m (Ficus macrophyllía) tegenover theater Colón en allebei komen ze uit Australië. Aan de andere kant bij Talcahuano staat een ceiboboom, die in het noordwesten van Argentinië groeit en geplant werd in 1878. Al deze bomen zijn de enige in hun soort in de hele stad. Trouwens, achter deze laatste boom, op de hoek van Talcahuano en Tucumán staat nog een prachtige façade van art nouveau. Dit gebouw, Mirador Massue werd in 1909 gerealiseerd en kijk eens naar de toren en zijn koepel.
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
Elke dag (behalve het weekend) is er een goede tweedehands boekenmarkt op dit plein aan de kant van Calle Lavalle. Bijna op de hoek van Libertad en Av. Córdoba staat de eerste synagoge van Argentinië gebouwd in 1897. Aan de overkant van Av. Córdoba staat een prachtig gebouw, Teatro Cervantes. Het werd ontworpen en Av. 9 de Julio met de Obelisk gebouwd in Spanje en steen voor steen verscheept naar Buenos Aires, als een cadeau van de Spaanse gemeenschap voor de Argentijnen in 1921. De façade is een mengeling van verschillende Spaanse stijlen en vol met uitbundige ornamenten. Het is nu een van de belangrijkste theaters voor grote dramastukken. Het is tevens een museum, Museo Nacional del Teatro. Open van ma. t/m vr. van 13.00-18.30 uur. Av. Córdoba waar je nu bent doet me erg aan de Parijse avenues denken, een heerlijke straat om te winkelen. Libertad is ook een prima winkelstraat met moderne boetiekjes, hippe bars en restaurants. Via Av. Córdoba loop je richting Av. 9 de Julio en die steek je over en loop je terug richting Av. Corrientes. Je komt dan langs Hotel Panamericano, waar op de 23ste etage Pub Celtic zit. Wees brutaal, trek een strak gezicht en loop de lobby door naar de liften. Ga naar deze pub en profiteer daar van het fantastische uitzicht over de stad! De volgende straat is Calle Lavalle, een populaire voetgangersstraat, met veel winkels, cinema’s, restaurants en cd-zaken, want overal galmt de muziek om je oren. Het heeft duidelijk minder klasse dan de voetgangersstraat Florida.
WANDELING 9: PUERTO MADERO EN RESERVA ECOLOGICA Je gaat met deze wandeling naar de Puerto Madero, een nieuwe moderne wijk rond een havengebied dat na tientallen jaren verval weer tot bloei is gekomen. Hier worden enorme kantoren gebouwd volgens de laatste architectonische snufjes, oude opslagplaatsen zijn al gerenoveerd voor trendy cafés, chique restaurants en dure kantoorappartementen. Kortom, je gaat naar het nieuwe, moderne Buenos Aires, maar er niet ver vandaan ligt ook een beschermd natuurgebied, Costanera Sur y Reserva Ecologica, een grote verzamel- en broedplaats voor vogels, maar waar je ook heerlijk kunt wandelen, fietsen, joggen en er zijn rondleidingen.
125
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
126
In 1880 gaf men het sein voor de bouw van een nieuwe moderne haven die de aanvoer van en uit Europa kon verwerken. Ingenieur Gustavo Madero ontwierp vier grote dokken, zoals in Londen, er kwamen enorme kranen en grote pakhuizen (ontworpen naar Engels model) om alles snel te verwerken met behulp van een spoorlijn. Maar in 1910, de haven was nauwelijks open, zag men al in dat door de grote economische expansie (vooral door vlees en wol) deze haven te klein was en besloot men boven Retiro een nieuwe haven (puerto nuevo) aan te leggen, die nu nog steeds funcioneert. Rond 1925 toen deze haven werd geopend raakte daardoor Puerto Madero in verval. Eind jaren tachtig sloegen de gemeente van Buenos Aires en twee ministeries de handen ineen voor een toekomstplan voor Puerto Madero. Daarbij stelde men vast dat de sfeer en de docks (pakhuizen) rondom de oude haven, net zoals in Londen en Baltimore, gerespecteerd moesten blijven en aan de andere kant een nieuw complex van kantoren, hotels, culturele instellingen en appartementen gebouwd moesten worden. Het resultaat is er naar, daar kun je nu doorheen wandelen. Als je Av. Corrientes uitloopt, richting de haven, kom je bij een zeer drukke verkeersader, Av. L. N. Alem. Aan de overkant links staat een typisch jaren dertig gebouw, Luna Park. Nog zo’n ouderwets overdekt (sport)stadion uit 1937 waar je ‘s winters kon schaatsen en de rest van het jaar werden er grote wieler- en bokswedstrijden gehouden. Tegenwoordig is het vooral open voor grote popconcerten. En kijk eens naar links langs de Av. L.N. Alem waar je al de nieuwe architectuur ziet staan, enorme glazen skyscrapers strak van vorm, vooral het hoge smalle gebouw van Telefónica is van grote klasse. Aan de overkant zie je de rode bakstenen pakhuizen van Puerto Madero. Een dikke vijftien jaar geleden waren deze percelen leeg en vervallen en was het hier een trieste bedoening. Deze wijk is verdeeld in vier Diques (dokken)
N
∏
Toegang tot het park
aval
h T. Ac
Dique 4
ws
Dique 2
on
Br
as il
Dique 1 Moreau de Justo
J. de Garay
San Juan
Plaza Colón
Independencia
h Plaza de Mayo
Belgrano
Cordoba
L. N. Alem
Ra
Ing. Huergo
Ing. Huergo
J. D. Peron
E. Madero
Dique 3
E.
h Vera Peñaloza
Aven
N. Guemes
ida C
guez
Rodri Azucena Villaflor
era ostan
h
h h
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
Puente de la Mujer in Puerto Madero
en de pakhuizen worden Docks genoemd. Als je oversteekt kom je bij Dique 4 aan. Je kunt aan de achterkant heerlijk over de kade flaneren langs deze dokken, er is een overvloed aan restaurants, grand cafés, ijssalons en terrassen. Bij Dique 3 ligt in de binnenhaven een fraai zeiljacht, Fragata Museo Sarmiento, dat open is voor het publiek. Het is in 1897 in Liverpool gebouwd en heeft tot 1938 als opleidingsschip voor de marine gefunctioneerd. Elke dag open van 9-22 uur voor een bezoek (gratis). Of ga op een zonnige namiddag naar Divino Buenos Aires, dat op het stadhuis van Sydney lijkt en naast het hoge strakke Telecom gebouw ligt. Op het terras kan je uitgebreid van een five o’clock tea genieten en ‘s avonds kun je er dineren en nog later op de avond is er een discotheek. Bij Diques 3 kun je naar de overkant over een moderne elegante brug (El Puente de la Mujer), ontworpen in 2001 door een Spaanse architect. Er wordt aan de overkant niet alleen ijverig gebouwd, maar de panden die al klaar zijn hebben niet alleen strakke, ruime vormen met veel glas, maar stralen ook allure uit. De beste architectenbureaus en ontwerpers (o.a. Philip Starck) zijn hiervoor aangetrokken. Rechts van het Hilton hotel bevindt zich trouwens de Nederlandse ambassade. Achter deze nieuwe wijk ligt een beschermd gebied, Reserva Ecológica Costanera Sur. Het is 350 ha groot en bestaat uit moerassen, duingebied en waterplassen en is een geschikt woongebied voor de vogels (zo’n 200 soorten verblijven er). Een heerlijk rustpunt in deze drukke stad. De ingang is aan de andere kant bij Av. Costanera Tristan Achaval Rodríg-uez en Vera Peñaloza. Daar is een grote fontein met een potsierlijk beeldhouwwerk, Fuente de las Nereidas (fontein van de zeenimfen), van de bekende Argentijnse beeldhouwster Lola Mora (zie pagina 223). Dit werk werd in 1902 gemaakt en bracht toentertijd een groot schandaal teweeg vanwege de naakte beelden en werd daarom ver het centrum hier geplaatst. Vanuit Puerto Madero loop je over de brug tussen Dique 3 en
127
128
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
2 richting het park. Dit is de Av. A.Villaflor en na enkele blokken kruis je links Av. de Los Italianos, hier sla je linksaf om naar het opvallendste gebouw van de wijk te lopen, Centro de Museos de Buenos Aires. Het is gebouwd in 1930 en ontworpen door de progressieve Hongaarse architect Andres Kalnay voor een grand café genaamd CerPuerto Madero vecería Munich! Kun je je voorstellen dat dit ‘paleis’ een café is geweest? Loop er omheen of ga naar binnen en kijk eens naar al die balkonnetjes en de glas-in-loodramen. Elke werkdag open van 14-18 uur en zondag van 12-18 uur. Nu loop je terug en bij het kruispunt ga je naar links richting het water en daar wandel je richting ingang het park. Rond de jaren twintig van de vorige eeuw tot de jaren vijftig was dit de Rambla van Buenos Aires (zoals in Barcelona) en dat kun je nog zien aan de gebouwen, beeldhouwwerken, de ‘Griekse’ pilaren en een grote pergola. Op oude foto’s is te zien hoe in het weekend de Porteños met parasols hier flaneerden. Ook nu nog bij warm weer is het vol met zonnebadende en wandelende mensen. Vlak bij de fonteinen rechts op de hoek is een apart museum, Museo de Calcos. Het is geopend in 1928 waar alleen replica’s staan van de beroemdste beeldhouwwerken uit de kunstgeschiedenis (b.v. de Venus van Milo, David van Michelangelo of Egyptische reliëfs etc.), zodat de Argentijnen in eigen land mee kunnen genieten van de wereldkunst. Open van ma. t/m vr. van 10-12.30 uur en in het weekend van 11-17uur. Bij de ingang van Reserva Ecológica is een bezoekerscentrum. Sinds 1986 is dit een beschermd gebied, waar niet alleen vele vogels komen, maar er leven ook reptielen en bevers. Hier kun je genieten van de rust en de natuur met op de achtergrond de wolkenkrabbers van modern Buenos Aires. Een prima wandelgebied met op de paden miradors (uitkijkposten). Open van 8-19 uur in de zomermaanden, daarna tot 18 uur. Er zijn speciale ‘wandelingen onder de volle maan’ door het park, die om 20 uur beginnen, alleen bij volle maan. Inlichtingen bij het bezoekerscentrum.
WANDELING 10: PALERMO, DE GROENE WIJK VAN DE STAD Palermo is een aangename wandelwijk met grote parken, brede avenida’s, ruime (hoge) moderne flats en een goed uitgaansleven. Het ligt in het verlengde van de wijk Recoleta rondom Av. del Libertador en Av. Pte Figueroa Alcorta. Palermo is de meest ‘groene’ wijk van de stad en je
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
129
kunt het verdelen in Palermo Chico (Klein-Palermo), het groene Palermo en Palermo Viejo (het oude Palermo) dat net een dorp is. In de 17de eeuw kocht de Siciliaanse immigrant Juan Dominguez Palermo hier een groot stuk land, dat toen bestond uit weiland en moeras. Hij cultiveerde het en noemde zijn grond Los Campos de Palermo (de grond van Palermo). Begin 19de eeuw kocht generaal Rosas een groot stuk van dit land en bouwde er een zomerverblijf voor zijn buitenlandse gasten met exotische dieren en vogels. President Sarmiento liet in 1872 het grote park, 3 de Febrero, aanleggen met meren, een botanische tuin en een dierentuin. De Franse tuinarchitect Carlos Thays (zie pagina 173) verfraaide dit gehele park eind 19de eeuw, zoals je dat nu ziet. De eerste wandeling is door Palermo Chico. Het is een korte wandeling door een van de meest exclusieve wijken van de stad. Het is grotendeels ontworpen in het begin van de 20ste eeuw door de Franse tuinarchitect Carlos Thays. Je vertrekt op Av. F. Pte Figueroa Alcorta bij een bar die echt bij deze wijk hoort, Rond Point (hoek Tagle en tegenover een bekend tv-station Canal 7). Je ziet het al meteen, dit is chic Parijs, een buurt van ambassades in enorme herenhuizen, paleizen en villa’s. Je loopt richting Castilla, deze ga je links in en je ziet vanzelf Plaza Gran Bourg met een replica van het huis van generaal San Martín waar hij na de bevrijding van Argentinië in Frankrijk heeft gewoond. Aan de achterkant van dit huis is de Belgische ambassade op nr. 2830 en links zie je in R. de Elizalde op nr. 2831 (Fondo Nacional de las Artes) het huis van de schrijfster Victoria Ocampo (zie pagina 64). Beide huizen zijn een ontwerp van de beroemde Argentijnse architect Bustillo (zie pagina 418). Het eerste
po m
Ca
San Martín de Tours
ch
e
.d
.O Av
A.
Ave.
ador
ibert
tt on .M Pte
h
■
Berro
h
rta
eroa Alco
Planetario
h
Cavia
Salguero
le
Tag
Est. Saldias
Station
Monumento al el General J.J. de Urquiza Isab ta fan Aveni da In
Figu Avenida
Station
del L
ida en Av
llri
r Libe
n Ave
Gelly
lair Sinc
del
A Ira ve. ola
r tado
Plaza Castex Alemania
●
ueyra
ida
uí Seg
ida
Mezquita
viño aria Dem
n Ave
Monumento de los Españoles
#
■
eg Darr
#&
ieri
Ocampo
ugg io R Silv
iño
Cerv
Cer
miento
ur
India
Lafin
■ Soc.Rural Argentina
de la
Plaza Las Heras
■
blica
J.M
Beruti
Bu
ni
Monumento a G. Garibaldi
Sar Avenida
da
)
z ■ Plaza de la Republica de Chile
r He as .L Jardín l ra Zoológico G
e Av Gutierrez .
Pagano
Plaza
Italia as
l
Jun
l Día
t ghurs
Billin
one Cor
cal
●
Jardín Botánico
"%
Julián Alvarez
Arenales Beruti
nta Fé
ida
Avenida Sa
en Av
PALERMO
Choniño
Casares
N ▲
130
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
huis werd gebouwd voor een rijke Argentijnse familie in 1930 in neoclassicistische stijl. Het tweede huis is totaal anders, Victoria was een groot bewonderaar van Le Corbusier en zo moest haar huis ook worden. Maar toen het klaar was vond ze het maar niks en de ruzie liep zelfs zo hoog op, dat Le Corbusier uit Zwitserland werd gehaald om te oordelen dat dit toch een ontwerp was naar zijn idee en hij beaamde het. Eén ding is zeker, het huis valt op! Iets verder op de hoek met Av. del Libertador, bevindt zich de Spaanse ambassade, ook helemaal in neoclassicistische stijl, Prachtige huizen in Palermo Chico zoals bijna alle herenhuizen in deze buurt. Maar interessanter is het paleis aan de overkant op Av. del Libertador nr. 1902, Museo de Arte Decorativo. In 1911 ontworpen in Frankrijk en als voorbeeld werden o.a. de paleizen rondom Place de la Concorde in Parijs en het Petit Trianon in Versailles gekozen. Het rijke echtpaar Errázuriz (een Chileense diplomaat en zijn vrouw) dat dit liet bouwen had elkaar in Parijs leren kennen, en deze herinnering moest vereeuwigd worden. Ja zo ging dat in die tijd! Imposant zijn de zalen, el Gran Hall helemaal in renaissancestijl met wel de grootste open haard van Zuid-Amerika, Salon de Baile (de danszaal) in rococostijl met metershoge spiegels en el Comedor (de eetkamer) geheel in Lodewijk XVde-stijl, zo uit Versailles overgenomen. Vierduizend decoratieve voorwerpen van de middeleeuwen tot de 20ste eeuw kun je er zien! Er is ook een tearoom met terras in de tuin. Open van 14-19 uur, 's maandags gesloten. Op de hoek van Av. del Libertador en Pereyra Lucena. Je loopt nu weer terug richting Palermo over de Av. del Libertador en op nr. 2373 aan de overkant is Museo Hernandéz, het heet eigenlijk Museo de Motivos Argentinos. Het is een eerbetoon aan de schrijver, José Hernandéz die in 1872 het beroemde gauchoboek Martín Fierro heeft geschreven. In het museum bevindt zich een grote collectie aan gauchoen plattelandsvoorwerpen, zelfs een hele plattelandswinkel (pulperia) is nagebouwd, maar er zijn ook voorwerpen van de indianenculturen. Open van wo. t/m vr. van 13-19 uur. In het weekend van 15-19 uur. Nu ga je iets terug naar San Martín de Tours die je links in gaat en loop je door tot Av. F. Pte Figueroa Alcorta. Deze steek je over want schuin aan de overkant op de hoek met San Martín de Tours is Museo Renault dat is ondergebracht in Palacio Alcorta, een groot pompeus gebouw uit 1927. Museo Renault kun je zo binnenlopen, het is een moderne ruimte voor design, mode en nieuwe technologie maar ook een trendy café en een goede sushibar.
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
Aan de andere kant staat de trots van Palermo, Museo de Arte Latinoamericano de Buenos Aires kortweg Malba genoemd. In dit moderne gebouw, dat geopend werd in 2001, wordt een privécollectie van Zuid-Amerikaanse kunst van de 20ste eeuw tentoongesteld. Van Frida Kohla en Fernando Botero tot moderne Argentijnse schilders zoals Antonio Berni en Xul Solar. Deze mooie collectie (meer dan 200 objecten) is van een steenrijke Argentijnse ondernemer en kunstliefhebber, Eduardo Costanini, die dit museum liet bouwen voor ruim 25 miljoen dollar. Het is zeker de moeite waard om te bezoeken, niet alleen vanwege de exposities maar ook voor de architectuur. Open van wo. t/m ma. van 12-20 uur. Woensdag tot 21 uur. Ook achter museum Malba is het mooi wandelen door de straten Ombú en Juez Tendin. In de topjaren van de Argentijnse filmindustrie tussen de jaren dertig en vijftig van de vorige eeuw woonden hier de bekendste Argentijnse filmsterren en werd ook wel Beverly Hills van Buenos Aires genoemd. De tweede wandeling gaat door Palermo, het groene hart van de stad. Het vertrekpunt is Plaza Italia een druk plein waar Av. Santa Fe, Av. Sarmiento en Av. Las Heras samenkomen. Met rondom een dierentuin, een botanische tuin (Jardin Botánico) en links Sociedad Rural Argentina. Op dit terrein worden jaarlijks, begin augustus, de grootste en mooiste koeien, paarden en schapen tentoongesteld op een groot binnenterrein, omringd door statige gebouwen die dateren van 1866. De dierentuin uit 1890 heeft een vreemde architectonische uitstraling. Ga maar eens naar de olifanten. Hun gebouw (Palacio de los Elefantes) is een replica van een beroemde tempel uit Bombay, alsof de dieren zich dan meer thuis zouden voelen. Zo staan er nog meer van die ‘prachtige‘ gebouwen (zoals een Japanse pagode, een Egyptische tempel en er is een tropisch oerwoud). Want de toenmalige directeur Eduardo Holmberg vond bij de bouw van de dierentuin dat beesten in gevangenschap het beste in een omgeving (kooi) konden leven dat leek op het land waar ze vandaan kwamen! Toch is het niet echt een bezoek waard! Ingang op Plaza Italia. Open van 10-18 uur, maandags gesloten. Maar wel van belang is Jardin Botánico, een ontwerp van de beroemde Franse tuinarchitect Calos Thays in 1892. Hij haalde duizenden planten en bomen uit heel de wereld naar deze tuin en na ruim 10 jaar inventariseren was de opening. Het is 7,5 ha groot en onderverdeeld in verschillende tuinen, zoals een Romeinse of een Franse tuin en de Invernadero, een enorm glazen gebouw in art-nouveaustijl, waar het binnen tropisch warm is. Toegang gratis en de ingang is op de hoek van Av. Santa Fe en Plaza Italia. Open van 8-18 uur. Aan de andere kant op de hoek van Lafinur en Guttierrez is het Museo Evita, gehuisvest in een mooi neokoloniaal gebouw. Het is perfect onderhouden met veel mozaïek. In 1948 kwam hier haar stichting voor hulp aan o.a. ongehuwde moeders en opvang voor kinderen. Op 26 juli 2002 werd dit museum geopend, omdat het toen 50 jaar geleden was dat ze was overleden. Je kunt duidelijk haar leven volgen van haar jeugd tot beginnend actrice en daarna La Primera Dama (first lady) van Argentinië. Er staan ook
131
132
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Palermo Viejo heeft een dorpse uitstraling
veel overbodige voorwerpen zoals kleding, schoenen en haar juwelen. Er is wel een leuk winkeltje met souvenirs van Evita en een café helemaal in de sfeer van de jaren veertig. Open van di. t/m zo. van 14-19.30 uur. Als je terugloopt richting dierentuin kruis je Calle Republica de la India, deze ga je rechts in richting Av. del Libertador. Je ziet dan links op het grote kruispunt een verschrikkelijk bombastisch standbeeld, Monumento de los Españoles. Het is in 1910 geschonken door de Spaanse regering, ter gelegenheid van het feit dat honderd jaar geleden de eerste regering werd geïnstalleerd. Links en rechts ligt het grootste en mooste park van de stad, Parque 3 de Febrero ook wel Bosques de Palermo (de bossen van Palermo) genoemd. Je kunt er wandelen, joggen, fietsen, skaten en genieten op een terras, maar het is te groot om alles te zien daarom geef ik de belangrijkste wandeling. Je steekt bij Av. Sarmiento en Av. del Libertador over en je gaat via Av. Iraola richting Lago de Palermo. Als eerste kom je bij Patio Andaluz, een plein met veel mozaïek en tegelwerk uit Sevilla. Wandel dan links over de mooie Paseo del Rosendal, een enorme rozentuin waar meer dan 1000 verschillende rozen bloeien en prachtige priëlen staan, naar de mooiste brug van Buenos Aires, Puente Blanco! Vooral in het weekend is het hier gezellig druk rondom de brug en het meer met fietsbootjes, families die picknicken, joggende Porteños en spelende kinderen. Aan de overkant is Museo Eduardo Sívori. Dit museum is genoemd naar een Argentijnse schilder en heeft een mooie collectie moderne kunst uit de 20ste eeuw. Adres: Av. de la Infanta 555 open van di. t/m vr. van 12-19 uur. In het weekend van 10-19 uur. Als je op Av. de la Infanta naar links loopt kom je bij Paseo de la Infanta. Onder dit treinviaduct vind je terrasjes, restaurants, art galeries en cafés, een goede gelegenheid om deze wandeling hier te eindigen. De laatste wandeling door Palermo Viejo, het oude Palermo, is totaal verschillend van de bovenstaande wandeling. Dit is dé uitgaanswijk voor modieus Buenos Aires, hier zijn de meest hippe en trendy restaurants en
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
133
cafés van de stad, maar minder blasé dan in Palermo of Recoleta. Hier komen genieters, hier exprimenteren jonge talentvolle mensen met nieuwe restaurants of exposeren in art galeries, aankomende (top)designers krijgen er een kans in de vele interieurwinkels. Ook de boetieks zijn vaak van jonge veelbelovende ontwerpers of stylistes, want de grote merken, zoals in elders in de stad zul je hier niet vinden. Ook tref je er kleine (experimentele) theaters en werkplaatsen van ambachtslieden aan. Tijdens de immigrantenstroom eind 19de eeuw kwamen hier veel Armeniers, Grieken en Oost-Europeanen. Dat zie je aan de Casas Culturales, de restaurants en de kerken. In 1920 verhuisde de jonge schrijver J. L. Borges met zijn ouders naar Calle Serrano 2135, nu is deze straat omgedoopt in Calle Borges. Palermo Viejo ligt tussen vier grote avenida’s, in het noorden Av. J. B. Justo en Santa Fe, in het zuiden Av. R. Scalabrini Ortiz en Av. Cordoba. Het heeft een levendig dorpskarakter dat zijn charme heeft. Plaza Cortázar is het centrale plein voor het begin van de wandeling. Sinds 1999 heeft het deze naam, want daarvoor was het Plaza Serrano. De taxichauffeur die mij hier naartoe bracht kende alleen de laatste naam van dit plein, dus dat was wel even zoeken. Je merkt al meteen het dorpse karakter, volop cafeetjes, intieme terrasjes en veel laagbouw. In zijn boek, Hopscoth, schreef de schrijver Julio Cortázar over deze wijk, die hij regelmatig bezocht als hij uit Parijs naar Buenos Aires overkwam. Vandaar dat het plein zijn naam heeft gekregen. Het wordt geen specifieke wandeling, ik geef alleen de belangrijkste winkelstraten, want al wandelend kun je dan je eigen (winkel)keuze maken. Over de beste restaurants en cafés in deze wijk, kijk op pagina 141 en 145.
!!(#&)
!##% $
!
&%
#$
' ) &!
!##!
#&(
,
%
$
!# &$!#$
##%
#
#& #! #$ !
)
& ##
*$
' #
#$
##
##
#! # % ( %!$ &
#&(
! "
!#
&$ #(
##&
&!%
%)!(
!# '
!$%
!#
'
#'!
!##% #$
! &
#! ' !#
##
##
' & &$%!
' # #%)
'
#!
! '
' &$ #"!$
134
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Rondom Plaza Cortázar en Plaza Palermo Viejo zijn de belangrijkste winkelstraten, zoals Honduras richting het station tot aan Godoy Cruz en de andere kant op tot aan Malabia. Dan parallel zijn het Gorriti en Costa Rica. Daartussen zijn Thames, Borges, El Salvador en Armenia aan te raden. Je kunt je wandeling beëindigen op een van de twee pleinen, bij Plaza Cortázar is café Bar el Taller een aanrader, de eigenaar heeft zich erg ingezet voor de wijk. Op Plaza Palermo Viejo is Cafe de la Seda een leuke tent waar aan de overkant elk weekend een gezellige en sfeervolle kunstmarkt is. Naar dit laatste plein kun je vanuit Plaza Italia (zie vorige wandeling) makkelijk lopen, je steekt Av. Santa Fe over en je neemt Calle J. L. Borges of Thames en dan is het een blok of zes lopen en je bent in ... Palermo Viejo! WAT IS ER NOG MEER TE ZIEN IN BUENOS AIRES • Rondom het shoppingcentrum Abasto. Een enorm gebouw uit 1930 in art-decostijl. Was eigenlijk een overdekte voedselmarkt (zoals de Hallen in Parijs). Een aparte architectuur, nu van binnen een modern groot shoppingcentrum. Om de hoek is de straat waar de beroemde tangozanger Carlos Gardel in zijn jeugd heeft gewoond. Nu een verzamelpunt voor muzieken dansliefhebbers met allerlei leuke winkeltjes en restaurants. Zeker aan te raden op een zaterdag- of zondagmiddag. Av. Corrientes 3200 bij Calle Agüero of Anchorena. Het Gardel museum (zijn woonhuis) is in Calle Jean Jaures 735. Open van wo. t/m ma. van 1018 uur.
• Begraafplaats Chacarita, waar de bekendste tangozanger van Argentinië, Carlos Gardel begraven ligt, maar ook vele andere beroemdheden. Zo vind je er Juan Perón, eens ‘s lands meest aanbeden president in een familiegraf. Maar ook de dichteres Alfonsina Storni, de tangopianist Osvaldo Pugliese en de schilder Quinquela Martín, die het straatje Caminito beroemd maakte. Ingang is in Av. Guzmán bij Calle Jorge Newbery. Metrohalte Lacroza bij het gelijknamige treinstation.
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
Praktische informatie Buenos Aires (011) Toeristeninformatie • Op het internationale vliegveld Ezeiza en bij het vliegveld Aeroparque Jorge Newbery (voor de binnenlandse vluchten) zijn informatiecentra in de hal. Je kunt er inlichtingen krijgen over hotels, busverbindingen, taxi’s etc. • In de stad vind je toeristeninformatie bij de volgende punten: Calle Florida en Av. Roq. Sáenz Peña. Bij Puerto Madero in Alicia Moreau De Justo 200 bij Dique 4. Of bij de Terminal de Omnibus, lokaal 83. • Het nationale verkeersbureau (Centros de Información Turística), is te vinden aan de Av. Santa Fe 883. Daar krijg je ook inlichtingen over de stad. Ze zijn open van ma. t/m vr. van 9-17 uur. 0800-555-0016. www.turismo. buenosaires.gov.ar
135
i
behoort tot de top. www.buenosaires. crowneplaza.com • Alvear Palace (4804-4031) is de beste in de stad. Op de hoek van Av. Alvear en Ayacucho. Met twee voortreffelijke restaurants in de mooie wijk Recoleta. Je krijgt een koninklijke ontvangst. www.alvearpalace.com • Hilton (4891-0000) Macacha Guemes 351 in Puerto Madero, ligt mooi aan de rand van de haven. In het nieuwe uitgaansleven van de stad. Modern met restaurant en een businesscentrum dat van alle gemakken is voorzien. www.hilton.com
Hotels Hotels in Buenos Aires zijn van goede kwaliteit en hebben een sterrensysteem. Grote internationale hotels hanteren een dollartarief. Dat betekent internationale prijzen. De meeste hotels vanaf vier sterren hebben een pesostarief.
Topklassehotels (Vijfsterrenhotels zijn tussen E 240-450 voor een 2-pers.kamer) • Marriot Plaza (4318-3000) op de hoek van Florida en M.T. de Alvear. Tegenover Plaza San Martín. Met een uitstekend restaurant, comfortabele kamers en een schitterende bar. www.marriottplaza.com.ar • Panamericano (4326-6310) in C. Pellegrini 525. Vlak bij de Obelisk en tegenover theater Colón. Met alle comfort en een zwembad. Het restaurant
• Feana Hotel+Universe Martha Salotti 445 bij Dique 2, Puerto Madero (4021-5555). Een groot pakhuis is helemaal omgetoverd naar de filosofie van Feane (een bekende modeontwerper), met design van Philip Starck. Het heeft alle luxe van deze tijd, zoals een personal manager. www.faena hotelanduniverse.com • 725 Buenos Aires Hotel (43314878) Av. Roque Saenz Peña 725, hoek Maipú. Een nieuw hotel in een mooi statig gebouw (uit 1927). Het interieur is ontworpen door een bekend designbureau met alle comfort. www.725buenosaireshotel.com • Sofitel Buenos Aires (4131-0000) Arroyo 841, tussen Esmeralda en
136
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Suipacha in Barrio Norte. Misschien wel met een van de mooiste entrees. Gehuisvest in een prachtig art-deco gebouw (uit 1924). De bovenste kamers hebben een schitterend uitzicht over Río de la Plata. Ook heeft het een van de beste restaurants, Le Sud. www.sofitelbuenosaires.com
Eersteklashotels (Een 2-pers.kamer E 80-100) • Crillón (4310-2040), Santa Fe 796, vlak bij Plaza San Martín. Ruime kamers, restaurant en centraal gelegen. Behoort bij de NH hotel groep. www. hotelcrillon.com.ar • Castelar (4383-5000/9), Av. de Mayo 1152. Heeft een rijke historie en is zeker aan te bevelen. De kamers zijn wat ouderwets, maar met alle comfort. www.castelarhotel.com.ar • El Conquistador (4328-3012), Suipache 948. Moderne kamers, fitnesscentrum en een restaurant op de 10e etage. Inclusief mooi uitzicht! www.elconquistador.com.ar • Bisonte Palace (4816-5770) op de hoek van Av. Alvear en Suipacha. Zeer goed voor die prijs, comfortabel en in een mooie buurt, Barrio Norte. • Art Hotel (4821-4744), Azcuénaga 1268 in hartje Barrio Norte. Een hotel met werkelijk prachtige kamers en (exclusieve) kunst aan de muur. Goede service, zodat je je helemaal thuis voelt. www.arthotel.com.ar
een statig herenhuis. Slaap wel aan de achterkant vanwege het drukke buitenleven! Met een prima ontbijt. www. orho-hoteles.com.ar • Gran Hotel Sarmiento (49533404) in Sarmiento 1953, niet ver van Av. Callao. Goed en redelijk van prijs in een mooie buurt. Voor iets meer geld krijg je zelfs een jacuzzi. www.hotel sarmiento.com.ar • Hyde Park Hotel (43266076) in Maipú 572 niet ver van Lavalle, Av. Corrientes en Florida. Grote kamers en een goed ontbijtbuffet. www.hyde -park.com.ar
Voordelige klasse hotels (E 40-60 voor een 2-pers.kamer) • Hotel de los Congreso in Rivadavia 1777, hoek Av. Callao (4372-0466). Heeft ruime kamers voor een schappelijke prijs en centraal gelegen. • Waldorf (4312-2071) in Paraguay 450 met ruime maar wat oubollige kamers, goede service en ontbijt. www.waldorf-hotel.com.ar • Marbella (4383-8566) aan de Av. de Mayo 1261. Is een aanrader voor zijn prijs. De kamers zijn ruim maar erg eenvoudig. Met ontbijt. • Gran Hotel Ailén (4345-4980), Suipacha 18. Een goede middenklasser met ruime kamers. Centraal gelegen, maar wel in een drukke straat. www.granhotelailen.com.ar
Trendy middenklas hotels Middenklassehotels (E 60-80 voor een 2-pers.kamer) • Ibis Buenos Aires Congreso (53005555) in Hipolito Irigoyen 1592 aan Plaza de Congreso. Moderne kamers, zeer betaalbaar met een prima restaurant. www.accorhotels.com • Regis (4327-2605) in Lavalle 813, hoek Esmeralda midden in het uitgaansleven. Heeft grote kamers in
(E 60-80 voor een 2-pers.kamer) • Mansion Dandy Royal (43077623) in Piedras 922. In een prachtig pand van ruim 100 jaar oud. Alleen die entree al doet je beslissen om te blijven! Alles staat in het teken van de tango, tot in de kleine details. Goede kamers en service. Speciale arrangementen met tangolessen. Doen! www. hotelmansiondandyroyal.com
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
• The Cocker (4362-8451), Av. Juan de Garay 458 in San Telmo. Gehuisvest in een mooi herenhuis en elke kamer heeft zijn eigen stijl. Sommige zelfs met een terras. Een genot om hier te slapen en de Engelse eigenaars zijn zeer hulpvaardig! www.thecocker.com • Posada Historica Gotan (49123807) Sánchez de Loria 1618. Wordt ook wel een hotel de encanto (bekoring) genoemd. Ruime kamers en een grote patio waar je kunt ontbijten. De eigenaars zijn hulpvaardig en alles is goed verzorgd. Een aanrader! Het ligt buiten het centrum in de historische wijk Boeda. www.posadogotan.com
Budgethotels (E 20-35 voor een 2-pers.kamer) • Gran Hotel Hispano (4345-2020) aan de Av. de Mayo 861, vlak bij Av. 9 de Julio. Een heerlijk ouderwets familiehotel, met een tuin en ontbijt. www. hhispano.com.ar • Suipacha Inn (4322-0099) in Suipacha 515 is in hartje centrum met eenvoudige kamers. Voor iets meer geld krijg je een ruime kamer met kitchenette. www.hotelsuipacha.com.ar • Che Lulu (4772-0289) in Emilio Zola 5185. Het leukste en beste budgethotel, en je kunt ook voor wat meer geld een eigen ruime kamer krijgen. Alle kamers hebben een eigen uitstraling en kleur. Gelegen in Palermo Viejo. www.luluguesthouse.com • España (4343-5541) in Tacuari 80 om de hoek van Av. de Mayo. In een prachtig oud huis. Wordt gerund door een sympathiek echtpaar op leefdtijd. • Residencial Lion d’Or (48038992), Pacheco de Melo 2019. Is een aardig hotelletje met een marmeren hal en pilaren. Terug in de tijd, maar de kamers zijn wel Spartaans en de badkamers wat ouderwets. Maar je zit in een mooie buurt, Recoleta.
Hostels De jongerenhotels vragen ± E 10 tot E 15 per persoon inclusief ontbijt. De meeste hebben ook kook- en wasgelegenheid en internet. • Hostel Km0 (5032-2947), Rivadavia 1587, tegenover Plaza del Congreso. Gehuisvest in een mooi statig gebouw en helemaal gerenoveerd met een mooi dakterras. Er is kookgelegenheid. www.hostelkm0.com.ar • Casa Buenos Aires (4831-7480) in Charcas 3912 in Palermo. Leuke sfeer en buurt! Moderne maar eenvoudige kamers. www.casabuenos aires.com.ar • Buenos Aires Hostel Clan op de hoek van Alsina en Tacuarí in hartje centrum. Organiseert Spaanse les en tangocursussen. Er zijn fietsen beschikbaar, kortom veel activiteiten. www. hostelclan.com.ar • Hostel Inn (4300-5764) in Piedras 680 in San Telmo. Gezellige sfeer met pool, bar en internet. Een van de grote hostels in de buurt. www.hostel-inn. com • Hostel Sandanzas (4300-7375) in Balcarce 1351 is een gezellig hotelletje. Er is kook- en wasgelegenheid en er zijn fietsen tot je beschikking. www. sandanzas.com.ar • Via Via (4300-7259) in Chile 324. De eigenaresse is Belgische en heeft hier een prima ontmoetingsplaats gemaakt. Met een gezellig café en waar je ook lekker kunt eten. www.viaviacafe.com
Bed & Breakfast (E 25-50 voor een 2-pers.kamer) • Luba Tango Guest House op Gascón 1700. In een prima buurt, Palermo Viejo. Goede kamers en zij regelen ook tangolessen en cursussen Spaans. www.ba-h.com.ar • Recoleta Guest House (48035474). Een prachtig huis (in belle-
137
138
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
époquestijl) van de familie Cossovich, die je hartelijk ontvangt. Op Laprida 1821 en is aan de rand van Recoleta. www.recoletaguesthouse.com • Crimson (4554-0445) op Roseti 302 in Palermo is in een neokoloniaal huis. Zij organiseren stadstouren en cursussen Spaans. Er is kookgelegenheid en een dakterras. www.crimson house.com.ar • Como en Casa (4831-0517) is een van de bekendste in Palermo Viejo. In een sfeervol neokoloniaal huis hebben ze ruime kamers en een aardige patio. Inclusief ontbijt betaal je niets te veel. Gurruchaga 2155. • Bernarda House ligt in Palermo Viejo op Uriarte 1942. Je zult je er zeker thuis voelen, want de kamers zijn prima, er is een tuin met zelfs een klein zwembad. En niet duur! 47748997 www.bernardahouse.com.ar • Malabie House op Malabia 1555 (4833-2410) is het meest exclusieve B&B, meer een klein privéhotel. Daar betaal je ook voor, zo’n E 90 voor een 2-pers. kamer. Maar je krijgt een prima service in een prachtig neokoloniaal huis in hartje Palermo Viejo. www. malabiahouse.com.ar • Bien al Sur (4307-5926), Chile 484 in hartje San Telmo. Een klein, maar uitstekende B&B. Moderne kamers en een dakterras met barbecuefaciliteiten. Een aanrader! Rond de E 80 voor een 2 pers. kamer. www.hotelbien alsur.com.ar
Hotels Boutique Sinds enkele jaren is er een nieuwe vorm van hotels bij gekomen: hotel boutique. Het zijn kleine hotels vaak gehuisvest in prachtige oude herenhuizen of juist in sfeervolle moderne percelen. De kamers (meestal sfeervol en modern gestyld) en service kun je vergelijken met een vijfsterren hotel,
maar de prijzen liggen tussen de E120 en 180 voor een 2-pers. kamer. Hieronder enkele aanraders: • Krista (4771-4697), Bonpland 1665 in Palermo Viejo. Eens het huis van de dokter van Evita nu een schitterend hotel. De 7 kamers zijn zeer stijlvol en Cristina, de eigenaresse, is een prima gastvrouw. www.kristahotel.com.ar • Home (4778-1008), Honduras 5860 ook in Palermo Viejo. Dit hotel is helemaal trendy, met de allernieuwste snufjes op je kamer. Er is een (klein) zwembad en een prachtige tuin. De hele dag door worden er heerlijke hapjes geserveerd. www.homebuenos aires.com • Casa Monserrat (4304-8798) in Salta 1074 op enkele blokken van het centrum. Helemaal nog in prachtige koloniale stijl, en een sfeervolle patio. Zo ook de kamers alsof je terug in de tijd gaat. Grote leeskamer en een prachtige eetzaal. www.casa-monser rat.com. • Design Suites Boutique Hotel (4814-8700) Marcelo T. de Alvear 1683. Een van de meest moderne hotels van de stad gelegen in Barrio Norte. Ruime zeer moderne (woon) kamers, met de laatste audiofoefjes. Hypermodern zwembad, kortom je verblijft in een space-wereld! www. designsuites.com • Reino del Plata (5272-4000) H. Yrigoyen 647, vlak bij Plaza de Mayo. Grote kamers en prima service in een wat klassieke uitstraling. Op het dak een jacuzzi en bar, waar je kunt wegdromen van het drukke stadsleven. www.hotelreinodelplata.com.ar
Restaurants Eten is heel belangrijk voor de Argentijn, zowel tussen de middag als ’s avonds. Over het algemeen wordt er laat gegeten, zeker niet voor 21uur. Er
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
zijn zoveel restaurants (zo’n 1800!) in de stad dat ik maar een kleine keuze kan maken. Wel heb ik gekeken naar de traditionele of moderne keuken en ook de sfeer. Reken voor een 2gangenmenu met wijn en koffie tussen de E 10 tot E 15 per persoon.
• Campo dei Fiori is aan de overkant. Een van mijn favoriete restaurants. Er is altijd een gezellige sfeer en je kunt kiezen tussen een geraffineerde Italiaanse of een wat klassieke Argentijnse keuken. Zeker proberen.
Centrum (traditionele keuken) • Estancia een bekend restaurant waar het estancia-gevoel goed wordt weergegeven. Iets te toeristisch, maar niet slecht. Je vindt het in Lavalle 941. Vooral bife (biefstuk) of brochettes zijn aan te raden. • Prosciutto zit op verschillende locaties, met een heerlijke Italiaanse keuken (de pasta’s zijn aan te bevelen!) en de traditionele keuken. Betaalbaar en aan te raden. Je vindt ze op de hoek Mitre en Rodiguez Peña (mooi interieur) en Venezuela 1212 (sfeervol). • Plaza Asturias op de hoek van Av. de Mayo en Libertad. Is een voortreffelijk Spaans/Argentijns restaurant. Met een traditionele keuken, maar je wordt als een vorst bediend. En een leuke sfeer! • Los Inmortales in Corrientes 1369. en Lavalle 746. Daar ga je terug in de tangotijd naar 1930 met veel foto’s aan de muur van o.a. de zanger Carlos Gardel. Goede pizza’s, maar verder niets bijzonders. • Chiquilin op de hoek van Montevideo en Sarmiento is een van mijn favoriete restaurants. Wel druk, je eet er niet spectaculair maar heel gezellig. • Diablada op de hoek van Venezuela en San José. Heeft een prima kaart met goede (vlees)gerechten en gevarieerd. Aan de overkant • Plaza Mayor in Venezuela 1399 is een goed Argentijns restaurant met verrukkelijke vlees- en visschotels. Het interieur is sfeervol en in de weekenden is het er zeer druk.
• Almacén Suipacha heeft een leuke atmosfeer met veel foto's en curiositeiten over de tango. Je komt helemaal in de sfeer! En elke avond na elven een tangoshow. In Suipacha 425 niet ver van Av. Corrientes. • Cubano is voor een vrolijke avond, want je krijgt dansles tijdens het eten. Geen tango, maar salsa door Cubanen. Op de hoek van Venezuela en Salta. • Güerrin in Av. Corrientes 1368, is een begrip in de stad voor een goede pizza. Want men zegt dat je hier de lekkerste pizza's eet, dus probeer het! Altijd gezellig druk in een leuk interieur.
In San Telmo Rondom Plaza Dorrego zijn enkele goede restaurantjes zoals: • Poseidon, Bethlem 419, is een leuk intiem restaurantje, met een prachtig decor, waar je ook gerechten uit de provincie kunt krijgen. • Papa Deus, Bethlem, 499 heeft een aardige menukaart en is niet duur. Met in het weekend live-muziek. Zeker probreren. • La Pergola, Aieta 1075, met een felgekleurde façade en een klein terras op de 1e etage. Geen slechte keuze en een goede menukaart. Aan Plaza de Dorrego.
139
140
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
• Casa de Esteban de Luca op de hoek van Defensa en C. Calvo. Prachtig interieur in het huis van deze dichter. De keuken is zonder pretentie.
geen grote (hoofd) gerechten. En er is heerlijke wijn uit het noorden van Patagonië. • Cantina Don Corleone een Siciliaan in een pure volkswijk, het kan niet beter. Hier eet je een perfecte 'risotto con frutos de mar' (risotto met fruits de mer) of malse lam met verse kruiden. Je vindt het in Brasil 43. • Cafe San Juan in Av. San Juan 450. Is een restaurant met een traditionele keuken, maar populair bij jonge mensen. Konijn, minnestronesoep en bavarois zijn aan te raden.
In Recolata en Barrio Norte • La Brigada is erg populair en staat bekend om zijn verrukkelijke vleesgerechten. Altijd druk en niet goedkoop, maar wel proberen! Te vinden in Estados Unidaos 465. • Antigua Tasca de Cuchilleros is een gezellig sfeervol restaurant in een historisch pand. Ze hebben goede vleesgerechten (parrilla al carbon) en een mooie patio waar je kunt eten. Een aanrader, Carlos Calvo 311. • Quimerico in San Lorenzo 379 is een leuk, itiem restaurantje. In de weekenden kun je genieten van tango-optredens. Er is ook een bar voor alleen een drankje. • 1880 vind je in Defensa 1665 bij Parque Lezama. Hier eet je in een gezellige sfeer de beste puchero (stoofpot op z’n Argentijns). Irma, de eigenaresse, ontvangt je hartelijk! • Brasserie Petanque, Parijs in San Telmo! Een aanrader niet alleen voor het Franse sfeertje, maar ook voor de keuken van de eigenaar Pascal Meyer. Zeker doen! Op de hoek van Defensa en México. • MItica Sur in San Lorenzo 389 een klein, maar sfeervol restaurant. De menukaart bestaat grotendeels uit hapjes (tapas) uit Patagonië. Dus
• Piola is dé swingende pizzeria van de stad. Met een dj, goede muziek en mooie mensen. Als je van dansen en eten houdt een aanrader. Libertad 1078. En je kunt zo een mooi Piolamagazine meenemen! • El Living is een trendy restaurant en discotheek. Veel jonge (mooie) mensen komen hier eten en dansen. Prijzen vallen best mee en het eten ook. Pas vanaf 22 uur kun je dineren. De bar is al eerder open. Te vinden in M.T. de Alvear 1540. • Ultra Lounge valt onder dezelfde noemer, hip trendy en veel jonge mensen. De muziek is bossa nova en soul en het interieur jaren 60. Ook hier eet je goed voor niet veel geld. Geen discotheek. Arenales 1687. • Filo in San Martín 975 is erg in en je eet er prima (moderne Italiaanse keuken). Er is een expositieruimte beneden, een grote bar en het interieur is zeer decoratief. Hier komt hip Buenos Aires. Altijd druk., maar je kunt er wel genieten! • Sirop heeft een modern, strak decor met eigengemaakte pasta’s, verse kruiden, verrukkelijk (lams)vlees en exclusieve toetjes. Wel prijzig, in Vicente Lopéz 1661 lokaal 11.
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
• El Sanjuanino is een restaurant waar je regionale gerechten kunt eten, dat is wat anders dan alleen maar een biefstuk. Hier eet je de beste empanadas, maar ook humitas en tamale (allebei maïsgerechten) uit het noordwesten van het land. Posadas 1515.
In Palermo Viejo Deze buurt is erg trendy, niet alleen vanwege zijn dorpse karakter, maar ook omdat hier veel nieuwe gedurfde restaurantjes komen. De traditionele keuken is vrijwel passé en met hippe cafés is het een genot om hier uit te gaan. Hieronder volgt een kleine keuze. • Bar 6, Armenia 1676, bij Honduras. Is een modern, met fluwelen banken en een ongedwongen sfeer, restaurant. Er is een dj die in het weekend muziek draait en de keuken is fusion. • Lomo in Costa Rica 4661 bij Gurruchaga heeft een modern strak interieur. Met een loungehoek en een goede menukaart (goede bife de lomo!). Ze hebben een klein dakterras. • Olsen in Gorriti 5870 bij Carranza heeft een Scandinavisch-Argentijnse keuken. Alleen al deze combinatie is het proberen waard. Er is een kleine tuin en ze hebben 50 verschillende wodka’s! • La Baita op de hoek van Thames en Honduras is een goede (klassieke) Italiaan met voortreffelijke gerechten. Het menu is aan te bevelen. Een van mijn favorieten. • El Manto is het beste Armeense restaurant van de stad, in Costa Rica 5801. Je eet in een Byzantijnse sfeer met een koninklijk gevoel. Natuurlijk is de kebad de cordero (lamsvlees) een aanrader. • Thymus is op de hoek van Lerma en Malabia (vlak bij Av. Córdoba). De chef-kok heeft uit Frankrijk la nouvelle
cuisine meegenomen. Een heerlijke combinatie met de eigen keuken. Je wordt omringd door beeldhouwwerk (van Martín Vegara) en er is een open haard en sfeervolle patio. • Cabernet op de hoek van Borges en Pje Russel heeft ook een vinobar. Bij mooi weer natuurlijk op het terras eten, en er is een goede menukaart. • Central Costa Rica 5644 bij Fiz Roy, is een loungerestaurant (je kunt er lezen, cd’s luisteren en keukengerei kopen). Met het mooiste interieur van de wijk. En het eten is er absoluut niet minder door. Gelukkig, want met sfeer en verfijnde keuken is het hier genieten. • Social Paraiso in Honduras 5182 heeft een echte Parijse bistro-uitstraling. Voor niet veel geld eet je er heerlijk, want de sauzen zijn onovertreffelijk. Helaas is de mediterrane menukaart bescheiden.
In Puerto Madero In deze wijk komt chic Buenos Aires dineren. Want hier vind je toprestaurants, maar gelukkig zijn er ook die betaalbaar zijn. De meeste liggen aan de Av. Alicia Moreau de Justo in de gerenoveerde pakhuizen. Dat is 1,5 km culinair genot (ik telde 35 restaurants!). De betaalbaarste (en goed) zijn: • Aires de Patagonia op nr. 1798 helemaal in Patagonië chalet-stijl (met o.a. voorwerpen van de Mapucheindianen aan de muur). De gerechten komen uit Patagonië, zo ook de wijnen en het bier, wat wil je nog meer! Een aanrader. • Ría op nr.1740 is vrij nieuw en staat onder leiding van een bekende tv-kok. Hij is een liefhebber van de nieuwe Spaanse keuken, zo heb je een Cazuela de pescados y mariscos (stoofgerecht met schelpdieren) of een Gazpacho de langostinos (bepaalde soep met grote garnalen).
141
142
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
• La Bistecca op nr. 1080 heeft een zeer goede tenedor libre (voor één prijs zoveel eten als je wilt). Reken op E 10 p.p. en je eet voortreffelijk! • La Parolaccia op nr. 1052 is een Italiaan die de nuova cuccina Meditereanea (de nieuwe Italiaanse keuken) serveert. Zeker proberen! • Sorrento op nr. 410 heeft heerlijke visgerechten, zoals abadejo (stokvis) of mero (soort baars) en een uitgebreide mediterrane menukaart! • Justo op nr. 380 heeft een traditionele keuken, maar op een geraffineerde manier bereid . Het interieur is helemaal uit de gloriejaren van Argentinië rond de jaren dertig en veertig van de vorige eeuw.
• Happening op nr. 310. Deze heeft een aantrekkelijke menukaart (tenminste kleine vleesporties), goede koude schotels en het mooiste terras aan de havenkant.
In La Boca • Patagonia Sur is van Francis Mallmann, dé chef-kok van Argentinië en dat is zeker een bezoek waard! Want alles is zeer goed klaargemaakt met verse ingrediënten en vernuftige combinaties. En betaalbaar. Rocha 803, op de hoek met Pedro de Mendoza. • Don Carlos op de hoek van Brandsen en Del Valle Ibarlucea. Met ‘La Mama’ in de keuken krijg je goed te eten. Van verse pasta’s tot heerlijke visgerechten. Tegenover het voetbalstadion. • Obrero in Augustin Caffarena 64 niet ver van de autopista. Een eenvoudig uitziende cantina vol met foto's en voorwerpen van de voetbal club La Boca en de geschiedenis van deze wijk. Iets te populair geworden, helaas, want elke internationale artiest wil hier eten. En is nog steeds goed, ook de bediening. • Banchero, is al meer dan 70 jaar een begrip in La Boca. Deze familie van origine uit Genua was de eerste met een pizzeria. Nog steeds kun je volgens het oude recept hier de lekkerste pizza's eten. Av. Suarez hoek Alte Brown
Vegetarische restaurants • Een van de beste is Katrine op nr. 138, deze vrouw heeft een internationale naam en dat proef je, vooral haar visgerechten zijn een genot! Alleen niet goedkoop! • The Coffee Store op nr. 292 is goed voor een (koffie)pauze, want ze hebben uitstekende koffie. Ook voor een lunch is het aan te raden, lekkere salades en sandwiches.
Het is niet makkelijk om in vleesetend Buenos Aires een vegetarisch restaurant te vinden. Maar de stad telt tientallen Tenedor libres, waar je voor één prijs net zoveel kunt eten als je wilt. Deze gelegenheden hebben allemaal een uitgebreide saladbar en pasta’s. Ook de moderne Argentijnse keuken (la cocina Mediterranea) biedt voor de vegetariër mogelijkheden.
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
• La Esquina de las Flores aan de Av. Córdoba 1587 bij Montevideo is een van de bekendste en grootste. Er is ook een winkel en een cultureel centrum bij. • Lotos aan de Av. Córdoba 1577 is een moderne versie van vegetarische restaurants. Met heerlijk ambachtelijk brood en pasta’s. • Bio in Humboldt 2199 en Guatamala 3880 (allebei in Palermo Viejo). Is een van de betere macrobiotische restaurants. Grote salades en verse fruitdrankjes.
Cafés, bars en confitería’s Ook hier heeft Buenos Aires een enorme keuze. Ik geef je alleen wat suggesties. Confitería’s kun je vergelijken met de grote Parijse bistro's. Alleen de grootste en bekendste heb ik genoteerd. Van de cafés heb ik een gevarieerde keuze gemaakt van traditioneel tot modern. En van de bars waar het ‘s avonds gezellig vertoeven is en natuurlijk de meest trendy bars van de stad. Een café of confitería is voor een porteño een sociale ontmoetingsplaats. Waar je met je vrienden of familie afspreekt of voor zakelijke afspraken. Soms is er geen sluitingstijd, zodat je tot diep in de nacht nog ergens wat kunt drinken of eten.
• Café Filo in San Martín 950 heeft een echt bruincafé-sfeer. Maar met een kleurrijk modern interieur. Altijd zeer druk en met mooie mensen (zie onder restaurants). ‘The place to be!’ • Dadá in San Martín 941 is terug naar de sixties (qua interieur). Er worden goede cocktails geserveerd en je kunt er lunchen. Niet erg groot maar elke avond is er een relaxte sfeer, waar vaak artiesten komen. • Clásica y Moderna aan de Av. Callao 982, net voorbij Av. Córdoba. Een literair café met allure. Je kunt er lunchen, drinken of wat lezen in een relaxte sfeer. Op wo. en zon. zijn er litteraire voordrachten en muziek. Zeker even langs gaan! • La Cigale is heel wat anders, van origine een Frans café (de rode en blauwe muren zeggen al genoeg), maar nu een tof café met thema-avonden: modeshows en kunstexposities (vanaf 22 uur). Open tot 6 uur in de ochtend. Je vindt het in 25 de Mayo 722 bij Av. Córdoba.
In het centrum • Tortoni, Av. de Mayo 829, is een van de beroemdste en oudste cafés (uit 1858). Je kunt er lunchen en in het weekend is er live jazz- of tangomuziek (achterin in een mooie zaal). Er is een prachtig interieur met foto’s en tekeningen van bekende Argentijnse artiesten aan de muur. Je moet zeker even naar binnen lopen of geniet onder het genot van een drankje van dit mooie café.
• La Clac op Av. de Mayo 1156 vrijwel naast hotel Castelar is een café/restaurant/theater. Het heeft een prachtig interieur met werkelijk van alles aan de muur (posters, foto's etc.) en leuke curiositeiten als decoratie, net een museum. Elk weekend zijn er in het souterrain optredens (zang tot tangodans). Je kunt er ook goed eten.
143
144
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
• Ideal is sinds de opening in 1918 niets veranderd, het interieur is fantastisch alles in art-nouveaustijl. Daarom zeker een bezoek waard. De obers zijn er denk ik al vanaf de opening, maar gelukkig zijn de koffie en het gebak vers! Suipacha 384. Op de 1e etage is ‘s middags tangoles en dansen. • The Brighton Bar in Sarmiento 645 is alleen al de moeite waard voor het interieur. Want kijk eens naar die bar met zijn prachtige gebrandschilderde ramen (old English style). Je zult bijna vergeten dat je iets moet bestellen, zo word je door de omgeving af geleid. Ook prima voor een lunch. • Bellagamba in Rivadavia 2138 is een gezellige Argentijnse pub met veel ambiance. Daarom geschikt om de avond af te sluiten. • La Morada in H. Yrigoyen 778 is een leuk café om te lunchen. Het staat vol met curiositeiten: wat een mens al niet kan bewaren! Heerlijke empanadas hebben ze en helaas 's avonds gesloten. • Las Violetas is misschien wel de mooiste confitería in de stad. Helaas wel een eind uit het centrum op de hoek van Rivadavia (nr. 3899) en Medrano. Met schitterende gebrandschilderde ramen en veel art deco. Een genot om er een drankje te drinken of te lunchen.
In Recolata en Barrio Norte • La Biela op de hoek van Av. Quintana en Recoleta heeft het beroemdste terras waar mensen komen die gezien willen worden. De atmosfeer heeft iets van een grote tuin, zo rustig. Het interieur is helemaal de gloriejaren van de Formule I uit de jaren vijftig, toen Argentinië nog wereldkampioenen had. • Vanuit Av. Quintana gezien is links van La Biela een kleine voetgangers-
straat, Peatonal R. M. Ortiz, waar Recoleta ‘s avonds uitgaat. Tientallen restaurants, bars en hippe discotheken vind je hier. Waaronder Buller Pub met 6 verschillende soorten ambachtelijk bier (chopp!) of Café Victoria waar keurige dames ‘s middags thee komen drinken in een prachtig ouderwets interieur. • Bij Buenos Aires Design (zie pagina 110) zijn volop bars, terrassen en restaurants waar het relaxed vertoeven is (waaronder het Hard Rock café). • Milión is een van de beste cafés/ bars in de stad. Een prachtig herenhuis met een tuin waar je kunt dineren en op de 2e etage allemaal grote zalen vol met fauteuils om lekker te praten en te relaxen. Helaas altijd druk, maar ga er wel naar toe! In Paraná 1048 bij Av. Quintana. • Gran Bar Danzón in Libertad 1160 is een moderne hippe (wijn)bar, waar je ook kunt eten. Op wo. en vr. jazzavond, dan is het erg druk.
In San Telmo • Plaza Dorrego, het hart van San Telmo, is 's avonds een groot terras, waar veel jongeren komen. In de weekenden is het ‘s avonds zeer druk met vaak (live) muziek. Een gezellig café is Toto Mundo op de hoek met Humberto I. Aan de Defensa zijde is Café Plaza Dorrego het bekendste café van de wijk, maar ook een echt buurtcafé waar je je meteen thuisvoelt. • Nacional op de hoek van Balcarce en Estados Unidos is een sfeervolle jaren dertig balroomtent. Elke avond livemuziek van bossa nova tot salsa. Je kunt er ook voor niet veel geld eten. • Café Moliere op de hoek van Chile en Balcarce is een echt grand café, waar je ‘s avonds ook kunt eten. Vlak bij de grote tangotheaters.
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
• 647 is de club voor het hippe uitgaanspubliek. Het interieur is een mix van het decadente jaren dertig en jaren veertig in Shanghai. Werkelijk je kijkt je ogen uit! Niet alleen voor een drankje, maar je kunt er goed eten en loungen. Tacuari 647. • El Federal in Carlos Calvo hoek Perú. Is niet alleen een van de oudste cafés van de wijk (1864), maar ook wel de mooiste. Kijk eens naar die bar en neem daar plaats op een van die Thonet stoeltjes en geniet.
In Palermo Viejo • Bar el Taller is een begrip in deze buurt, maar stelt verder niet veel voor. Wel een leuk interieur en een aardige atmosfeer. De eigenaar zet zich erg in voor activiteiten. Aan Plaza Cortazar hoek Honduras. Rondom het plein zijn meerdere leuke cafés zoals: • Malasartes, Utoria Bar en Spirit (tapasbar). • Jazz Shoho in Armenia 1744 is helemaal hip en modern. Een enorme ruimte waar je niet alleen kunt drinken, maar ook eten. • Mundo Bizarro is een geweldige cocktail/loungebar. Alleen het interieur al, een mengeling tussen jaren 50 en mooie graphics. In de weekenden is er muziek met een dj. In Guatamala 4802. • Mark’s Deli op de hoek van El Salvador en Armenia is een modern café, waar je komt om gezien te worden. Iets voor een lunch of een tussendoortje, want ze hebben goede sandwiches en lekkere koffie. • Omm is niet groot, maar een rustig gedistingeerde (wijn)bar waar je geniet van je drankje met aardige bediening. Honduras 5656. • El Ultimo Beso is een leuke vrolijke bar met een Italiaanse uitstraling. Alles is relaxed en verzorgd en zeker aan te
raden voor een lunch of diner, maar ook voor een drankje. Nigaragua 4880 niet ver van Thames. • Soho Vain in Armenia 1784 ziet er van buiten klein uit, maar ga even naar binnen en ik weet zeker met al die aparte ruimtes (zodat je rustig kunt praten en drinken) en het leuke interieur, dat je er wat wilt gaan drinken.
In Las Cañitas In deze wijk is maar één straat belangrijk en daar gaat in het weekend, lijkt het wel, de hele stad uit. Deze straat, Calle Baez, loopt parallel met Av. del Libertador en komt uit op Av. Dorrego in de wijk Palermo. Het begint bij Clay en eindigt 2 blokken verder bij Av. I. Chenaut. Hier vind je alleen maar trendy cafés, bars en restaurants! Enkele zijn: • Van Koning op nr. 325, jawel een Hollandse bar. • Kandi op nr. 340 is een cocktailbar die helemaal in is. Zo ook • Super Soul op nr. 252! • Baez op nr. 240 is een trendy restaurant! • Eh, Santino is een enorm restaurant met veel spiegels, een groot videoscherm en (verse) pasta’s.
145
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
146
Discotheken De discotheken beginnen niet voor 1 of 2 uur ’s nachts en zijn open tot 5, 6 uur in de ochtend. Vaak zijn ze zeer druk, vooral langs de Costanera Norte. • Buenos Aires News bij Paseo de la Infanta Arco 17 in Parque Palermo. Een van de grootste en bekendste discotheken en altijd heel druk! www.buenos airesnews.com • Sahara heeft lasershows, video’s, verschillende niveaus waar je kunt dansen en je waant je al in de toekomst. MTV in het groot. Junin 1733, bij Plaza Recoleta. • Mint aan de Costanera Norte is helemaal het einde met een groot terras langs de waterkant. Veel shows en allemaal mooie jonge mensen. Av. Rafael Obligado hoek Av. Sarmiento. • La Morocha heeft de laatste tijd de beste dj’s uit de wereld. Dorrego 3307. Jong hip publiek met 3 enorme dansvloeren. • Opera Bay, Cecilia Grierson 225, in Puerto Madero is een moderne discotheek waar blijkbaar alleen maar mooie mensen komen. Een goede vakantiesfeer en je kunt er dineren. • Palacio Alsina is een van de grootste gay disco’s in de stad vooral op vrijdag. Gehuisvest in een oud paleisachtig gebouw. Alsina 940 in het centrum.
Informatie over de provincies (casa de provincia) Elke provincie heeft in Buenos Aires een VVV-kantoor waar je informatie kunt krijgen. Makkelijk voor je trip door Argentinië. De meeste informatie is wel in het Spaans. De provincie Buenos Aires Av. Callao 237. Catamarca Av. Córdoba 2080. Chaco Av. Callao 322. Chubut Sarmiento 1172. Córdoba Av. Callao 332. Corrientes San Martín 333. Entre Rios Suipacha 844. Formosa
H. Yrigoyen 1429. Jujuy Av. Santa Fe 967. La Pampa Suipacha 346. La Rioja Callao 745. Mendoza Av. Callao 445. Misiones Av. Santa Fe 989. Neuquén Maipú 48. Río Negro Tucumán 1916. Salta Roque Sáenz Peña 933. San Juan Sarmiento 1251. San Luis Agcuénaga1083. Santa Cruz Suipacha 1120. Santa Fe 25 de Mayo 178 Santiago del Estero Florida 274. Tierra del Fuego Maipú 505. Tucumán Suipacha 140. De openingstijden zijn tussen 917 uur.
(Rommel)markten De bekendste antiek- en rommelmarkt is op Plaza Dorrego waar zo’n 250 kraampjes staan, omlijst met tangooptredens. Elk zondag van 9-17 uur. Feria Plaza Francia niet ver van Plaza Recoleta. Veel handwerk en bijous op ambachtelijke wijze gemaakt. Het is er gezellig vertoeven. Elk weekend in de middag. Zo ook bij Parque Lezama in San Telmo. Hoek Av. Paseo Colón en Brasil niet ver van de Russisch-orthodoxe kerk.
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
Mercado de las Pulgas (= vlooi) op de hoek van Av. Dorrego en Niceto Vega. In een groot oud huis elke dag een grote vlooienmarkt van 10-19 uur. Feria de Mataderos aan de Av. Lisandro de la Torre 2315 tegenover De los Corrales is een interessante folkloristische markt met optredens en workshops. Wel ver buiten het centrum. Open elke zondag van 11-21 uur.
Musea Buenos Aires telt meer dan 70 musea, waarvan ik de belangrijkste al vermeld heb tijdens de wandelingen door de stad. Hieronder voeg ik er nog enkele belangrijke aan toe. • Museo de Ciencias Naturales Bernardino Rivadavia is een interessant maar wel ‘stoffig’ museum over de geologie, botanie en de dierenwereld. Er is ook veel te zien over de dinosaurussen in Argentinië. Aan de Av. Angel Gallardo 470, bij Parque Centenario. Alle dagen open van 14-19 uur. • Museo Enrique Larreta is in een mooi koloniaal gebouw. Deze Argentijnse schrijver woonde hier. Er worden ook concerten en theateruitvoeringen gegeven. Bij Plaza Belgrano op Juramento 2291. Open op werkdagen van 14-20 uur (di. gesloten). In het weekend 15-20 uur. • Museo Etnográfico Ambrosetti in Moreno 350. In een prachtig herenhuis uit 1880 is een goed antropologisch overzicht van de eigenlijke bevolking van Argentinië te zien. Open van wo. t/m zo. van 14.30-18.30 uur. • Museo de Cine Pablo Ducrós Hicken, Defensa 1220. Hier is alles over de Argentijnse film en zijn historie te zien. Films, affiches, kleding, projectoren etc. Voor de filmliefhebber interessant, alleen wel allemaal over de Argentijnse films.
Open van di. t/m vr. 11-19 uur. In het weekend van 11.30-18.30 uur. • Meer informatie over musea: www. museos.buenosaires.gov.ar
Post Het hoofdpostkantoor is op de hoek van Sarmiento en Av. L. N. Alem. Open van 8-20 uur en zaterdags van 10-13 uur. De postkantoren in de stad (Correos Argentinos) zijn open van 9-19 uur. Zaterdag tot 13 uur. Je vindt ze vrijwel overal, zoals in (kleine) kiosken of kantoorboekhandels, want duidelijk hangt buiten op een bord aan de muur Correos Argentinos.
Reisbureaus • Ecoledelsur (438-31026) is een Nederlandse reisagent die je zeker kan helpen om een geslaagde reis door Argentinë te maken. Je vindt ze in Rivadavia 1497 op de 1e etage, tegenover Plaza del Congreso. www.ecoldelsur. com • Peke Yrbas Daneri (15-6-350-2833) is een zelfstandige Argentijnse reisadviseur, die op maat reizen kan samenstellen. Ze spreekt perfekt Engels. yrbas
[email protected] • ATI viajes heeft een uitgebreid pakket reisaanbiedingen. Werkt efficiënt en je vindt ze in Esmeralda 561. www. ativiajes.com
Stadstours • Heel interessant is Eternautas (4384-7874), deze organiseert tochten over literatuur, architectuur, en historie in de stad. Ze brengen je naar de meest exclusieve plekken. Zeker doen! Av. R. Sáenz Peña 1124 4e etage B. www.eternautas.com • Buenos Aires Tur (BAT) is een goede touroperator voor een citytour of een dagje naar Tigre en de delta. Het
147
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
148
bureau is in Lavalle 1444. Je kunt ook via je hotel reserveren. www.buenos airestur.com • Urban Biking (4568-4321), in Moliere 2801 (is in Villa Devoto). Vertrekpunt is bij el Torres de los Ingleses tegenover het station Retiro. Er zijn verschillende stadstours met Engelssprekende gidsen. De meeste tours zijn door de bekende wijken. Vertrek om 09.30 en 14 uur.Je kunt ook fietsen huren. www.urbanbiking.com • Bike Tours, Florida 868, organiseren fietstochten door de stad onder begeleiding van Engelssprekende gidsen. Je krijgt een helm, kaart en water. Elk dag vertrek om 09.30 en 14 uur bij Plaza San Martín bij Av. Santa Fe. www.bike tours.com.ar • Wandeltochten door bekende en onbekende wijken onder leiding van een ervaren gids, worden door de gemeente elke maand georganiseerd. Vraag bij de vaste toeristeninformatiecentra naar de brochure. www.bue. gov.ar/home • Patagonia Chopper heeft helikoptervluchten boven de stad en naar Tigre. Spectaculair en reken voor 15 min. zo'n 100. www.patagoniachopper. com.ar
Veiligheid Je kunt als toerist zonder grote problemen in de stad vertoeven. Loop alleen niet opvallend met je camera of een dure tas door de volkswijken San Telmo en La Boca. Neem ‘s avonds (via je hotel) een taxiradio of een remise als je wilt uitgaan in La Boca of San Telmo. Er is bij de centrale politie een afdeling die hulp biedt aan toeristen die problemen hebben (er wordt Engels gesproken). • Comisaría del Turista aan de Av. Corrientes 436 (bij een Calle San Martín).
4346-5748 of 0800-999-5000.
Vervoer Taxi’s Je ziet ze met duizenden door de stad rijden: een zwarte auto met gele strepen en het bordje ‘taxi’ op het dak (zo’n 36.000 rijden er!). De taxiritjes zijn goedkoper dan in de Benelux. Ze moeten een meter hebben en het persoonsbewijs moet duidelijk in de wagen zichtbaar zijn. Radiotaxi’s zijn erg populair en safe, zo ook een remise. Deze laatste hebben vastgestelde prijzen en zijn goed onderhouden auto's. Vrijwel alle hotels werken met een remise.
Metro (subte) In Buenos Aires wordt de metro subte genoemd. Er zijn vijf lijnen die het grootste deel van de stad bereiken. Ze zijn onderverdeeld in Linea A t/ m E. Linea C verbindt alle lijnen met elkaar. Linea A is de oudste metrolijn van Zuid-Amerika en werd al in 1913 opengesteld. Dat kun je nog goed zien aan het metrostation Perú. Een prachtig station uit de ‘belle époque’ tijd. Je kunt een subtepass (elektronisch pasje) kopen voor een of meer ritten. Wel makkelijk. De metro’s rijden van 523 uur en ‘s zondags van 8-22 uur.
Stadsbussen De stadsbussen worden colectivo’s genoemd. Met deze stadsbussen kun je werkelijk overal komen in de stad. Want er rijden zo’n 15.000 bussen! Langzaam maar zeker komen in alle bussen automaten waarmee je met een (gepast) muntstuk je kaartje kunt kopen. Anders kun je bij de chauffeur un boleto (kaartje) kopen. De meeste bussen rijden dag en nacht. Er is een busrouteboekje ‘Guia T’ waar alle bussen in staan. Te koop bij de kiosken.
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
Vliegen
Autohuur Alle bekende internationale autoverhuurbedrijven vind je in Buenos Aires. Maar je moet wel stevig in je schoenen staan om in het chaotische verkeer je hoofd koel te houden! Voor Argentinië moet je 21 jaar zijn, een internationaal rijbewijs hebben en vaak een creditcard met garantie wil je een auto huren. • Avis is in Cerrito 1527 (4326-5542). www.avis.com • Localiza (4312-3999) in Paraguay 1122. www.localiza.com.ar • Hertz (4816-8001), Paraguay 1138. www.milletrentacar.com.ar • Al deze agentschappen vind je ook op beide vliegvelden.
Bussen De busterminal ligt niet ver van het station Retiro aan de Av. Antártida Argentina. Het is een enorm complex van drie verdiepingen waar meer dan 90 vertrekpunten (plataformas) zijn. Op de eerste verdieping heb je de informatiestand en alle ondernemingen waar je je kaartje kunt kopen. Je kijkt eerst naar welke stad je wilt en dan pas de busonderneming, want er zijn prijs- en tijdverschillen. Het comfort is bij de meeste grote busondernemingen hetzelfde. Bij de plataforma (aan de achterkant waar de bussen vertrekken) zijn cafés, toiletten, kiosken en snackbars.
Buenos Aires heeft twee vliegvelden: Ezeiza (officieel Ministro Pistarini) en Aeroparque Jorge Newbery (men zegt alleen Aeroparque). Het eerste is het internationale vliegveld en het tweede is voor de binnenlandse vluchten. • Ezeiza ligt 35 km buiten de stad. Het is een modern middelgroot vliegveld met een toeristeninformatiedesk, een bank, internet en een pinautomaat. In de aankomsthal na de douane is busonderneming Manuel Tienda León gevestigd die je naar het centrum van de stad brengt bij Terminal Madero (Av. Madero hoek San Martín naast het Sheraton hotel). De bus vertrekt elk halfuur vanaf de aankomsthal. De rit van of naar de stad duurt 40 minuten. Je kunt ook betalen in euro's. • Transfer Express staat ook bij de aankomsthal en brengt je rechtstreeks naar je hotel in een minibusje of remis, maar daarvoor betaal je wel wat meer. • Aeroparque Jorge Newbery ligt in de wijk Palermo midden in de stad. Hiervandaan vertrekken alle vluchten naar het binnenland. Dit vliegveld telt vele restaurants, cafés, duty freeshops, pinautomaten en een goede toeristeninformatiebalie. De incheckbalie is grotendeels van Aerolineas Argentinas, Austral. Rechts op de hoek zitten de kleine maatschappijen, zoals PLUMA voor Montevideo en LADE. De busonderneming Manuel Tienda León gaat ook naar Aeroparque. Tussen Aeroparque en Ezeiza hebben zij een rechtstreekse busverbinding. Vliegtuigondernemingen: • Aerolineas Argentinas en Austral in Perú hoek Av. Rivadavia. www.aero lineas.com • LADE in Perú 710. www.lade.com.ar • Lan Argentina is in Cerrito 866. www.lanargentina.com
149
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
150
• Andes Av. Córdoba 755. www.andes online.com • Iberia, C. Pellegrini 1163, en British Airways in Av. del Libertador 498 (13e etage). Varig is in Av. Córdoba 972. Lufthansa M. T. de Alvear 590 (6e etage). en Alitalia aan de Av. Santa Fe 887. Air France-KLM, San Martín 344, 23e verdieping. 4317-4700.
Treinen Buenos Aires telt vier grote stations, Retiro, Constitución, Once en FredericoLacroza. Neem je de langeafstandstrein dan zijn er drie klassen: turista (eenvoudige banken), primera (betere banken) en pullman (goede banken, airco en buffetservice). Voor ons is een treinkaartje, zelfs pullman, goedkoop. • Vanaf het station Constitución vertrekken treinen naar Bahia Blanca, via Sierra de la Ventana (5x per week). Naar Mar del Plata (4x per dag), Pinamar (zomers 1x per dag, anders 1 x per week) en La Plata (elke 45 minuten en reken op een uur treinreis). • Vanaf Retiro vertrekken treinen naar Tucumán, via Rosario en Santiago del Estero (stopt in La Banda, vlak bij Santiago). Vertrek ma. en vrij. in de ochtend • Elke vrijdagavond een trein naar Rosario en Santa Fe. Modern, maar stopt erg veel. • Naar Córdoba ma. en vr. 's avonds met een moderne trein, maar deze stopt ook veel • Naar Tigre (via station Mitre met de Tren de la Costa). • Vanaf het station Once vertrekken treinen naar Luján (vrijwel elk uur, overstappen in Moreno) en Mercedes. • Vanuit Puerto Madero gaat elke dag een trein naar de voorstad Castelar (twee ‘s ochtends en drie ‘s middags).
Boten Vanuit Buenos Aires kun je snel naar Montevideo, Punta del Este (dé badplaats in Uruguay) en Colonia de Sacramento. Er gaan met bootonderneming Buquebus 4 supersnelle ferry’s per dag (het zijn ultramoderne boten) naar de overkant. De gemiddelde vaartijd is ongeveer 3 uur. De boten vertrekken bij Dársena Norte, niet ver van Puerto Madero, naast Dique 4. Reken voor een retour naar Montevideo op ± E 95 (voor een snelle boot, anders de helft van de prijs). Tickets kun je kopen op het einde van Av. Córdoba op Antártida Argentina 821, bij Pto. Madero. Daar is ook het vertrekpunt van de boten. Een ander kantoor is in Av. Córdoba 879, Posadas 1452. www.buquebus.com
Winkelen Winkelen in Buenos Aires is een genot, alle grote bekende en beroemde merken zijn er. De shoppingcentra zijn in enorme gebouwen met alle faciliteiten en alleen daar al kun je uren rondlopen. De voetgangersstraten Florida en Lavalle zijn de bekendste en leukste winkelstraten, maar ook in de chique Av. Santa Fe en Libertad kun je je hart ophalen. Palermo Viejo is voor modieuze kopers een waar paradijs!
Shoppingcentra Ik geef je alleen de grote shoppingcentra in en rondom het centrum. • Patio Bullrich in Posadas 750 tussen Libertad en Montevideo. De meest luxueuze en oudste van de stad. Elke dag open van 10-21 uur. • Galeria Pacífico, Florida 737 hoek Av. Córdoba. Elke dag open van 10-21 uur. Zondag 12-21 uur. Drie etages winkelplezier met de bekendste merken en modehuizen.
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
• Alto Palermo op de hoek van Av. Cnel. Diaz en Av. Santa Fe. Een enorm winkelcentrum van vier verdiepingen met bioscopen, restaurants en boetiekjes. Alles in een modern gebouw. Elke dag open van 10-22 uur. • Village Recoleta op de hoek van Junín en Vicente Lopez is een modern shoppingcentrum met bioscopen, terrassen, cafés, restaurants en winkels. Niet ver van Plaza Recoleta.
rientes 935 en 1225 en aan de Av. de Mayo 615. Havanna cafetaría is een goede koffiecorner bij de winkel. • Tikai Chocolates in Honduras 4890 in Palermo Viejo is een van de beste chocoladewinkels. Alles wordt nog op ambachtelijke wijze gemaakt. • Al Queso Queso is een fantastische delicatessenwinkel. De heerlijkste kazen en worsten uit het land zijn hier verkrijgbaar. Av. Pres. Quintana 185. Zo ook bij het warenhuis Falabella in Calle Florida in Galeria Mitre. • Ligier is een voortreffelijke wijnwinkel, die zelfs de wijn in je hotel aflevert. Zij hebben een grote keuze aan Argentijnse wijnen. In Montevideo 218, Av. Santa Fe hoek Esmeralda, Callao 1111 en Gral. J. Perón 1621. • Winery in Corrientes hoek 25 de Mayo heeft niet alleen een grote goede collectie wijnen, maar is tevens een wijnbar en heeft een wijnclub. Ze zijn aan de Av. del Libertador 500 en Av. L.N. Alem 880.
Supermarkten • Abasto is in een groot gerenoveerd markthalgebouw. Eén winkelparadijs met op de bovenste verdieping een groot kinderpretpark. Av. Corrientes 3247, tussen Agüero en Anchorena. Open van 10-22 uur. • Buenos Aires Design naast Centro Cultural Recoleta heeft mooie woonen designwinkels en een prachtig terras met veel cafés en restaurants. Open van 11-21 uur en zondag van 12-21 uur.
Voedsel en drank • Havanna is de grootste en lekkerste winkelketen voor dulce de leche, alfajores en chocolade. Typisch Argentijns deze heerlijke tussendoortjes en allemaal zo mooi verpakt. Ze zijn o.a. te vinden in Florida 151 en 525. Av. Cor-
• Norte op de hoek van Rivadavia en C. Pellegrini (bij Av. de Mayo), en in Av. Santa Fé 1954. • Disco in Talcahuano 1055, Pte. J. D. Perón 1661, Av. Callao 35 en Av. Quintana 366. • Coto in Viamonte 1571 en Mitre 1560. • De grootste is Carrefour (is een hypermarché) in Patio Alcorta. Deze is in Salguero net voorbij Av. Figueroa Alcorta bij Palermo Chico. Allemaal zijn ze open van 8-22 uur en zondagochtend van 9-13 uur.
Boekwinkels Buenos Aires telt honderden boekwinkels, hieronder een kleine keuze. Ik geef je wel de belangrijkste maar ook de gespecialiseerde boekwinkels.
151
152
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
• El Ateneo, Florida 340, is een van de beste in Buenos Aires. Beneden hebben ze een goede selectie (internationale) boeken over Argentinië en (stads)kaarten. • ABC aan de Av. Córdoba 685 heeft internationale boeken en reisgidsen over Argentinië. • Discal Libros vind je op verschillende plaatsen in de stad. Heeft ook een goede selectie boeken over Argentinië. Florida 738 en 528 of aan de Av. Corrientes 913. • Rodriquez in Sarmiento 835 is niet alleen goed, maar heeft ook veel internationale boeken. • La Libreria de Avila heeft een grote sortering tango- en gauchoboeken, maar ook over de historie van de stad en de Argentijnse folklore. Te vinden op de hoek Alsina en Bolivar. • Av. Corrientes staat bekend om zijn vele boekwinkels, waarvan er vele tweedehands boeken hebben. Een kleine keuze: Fausto op nr. 1314, Libería Fernandez op nr. 1436, Liber Arte op nr. 1555 en Ghandi op nr. 1747. Al deze boekwinkels hebben een uitgebreide collectie en zijn internationaal georiënteerd. Goede tweedehands boekwinkels zijn: • El Tunel, Av. de Mayo 767, in een souterrain. • Liberías Antiguas op Mitre 1592 (echt voor collectors items). • The Antique bookshop in Libertas 1236. En Alberto Casares, Suipacha 521, heeft een grote verzameling van prachtige oude boeken.
Ziekenhuizen Internationale en privéziekenhuizen zijn goed. De bekendste zijn: • Hospital Alemán (4827-7000) aan de Av. Pueyrredon 1640, in de wijk Recoleta. Men spreekt er Engels en Duits.
• Hospital Británico (4309-6400), Perdriel 74. Niet ver van Av. Caseros en Parque España. Vraag wel om een Engelssprekende arts.
Gay-toerisme Er zijn meerdere reisbureaus in Buenos Aires die gespecialiseerd zijn in gaytoerisme. Aan te bevelen is The Royal Family (Nederlands managment), die o.a. reizen en korte tours aanbiedt. Hun kantoor is in Buenos Aires. www. theroyalfamily.com.ar Goede gay-restaurants zijn: • Inside, Bme. Mitre 1571, • La Farmacia, Bolivar 898 en Av. Directorio 2400. • Chueca, Honduras 5255. Gay-Pubs: • Bulnes Class, Bulness 1250. • Transformation, Aquero 726. • Sitges, Av. Cordoba 4119. • The Titanic Club, Av. Santa Fe 2518. Aan te bevelen disco's: • Amerika, Gascon 1040. • Alsina, Alsina 934 (vrij. en zat.). • Glam,, Cabrera 3046. • Marlena, Columbres 770 (vrouwen). Zo ook • Verona, Hip. Irigoyen 968. Enkele gay vriendelijke hotels: • Axel, Gay hostel, Venezuela 649. Een vijfsterrengay-hotel is: • Art Deco Hotel, Libertad 446
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
ALLES OVER DE TANGO Hieronder heb ik allerlei tips voor de tangoliefhebber. Musea, cafés, winkels, festiviteiten en voor ‘s avonds een heerlijk (tango)avondje uit!
Tangobars • A Media Luz (4331-6146) een niet zo bekende tangobar in Chile 316. Waar laat op de avond de tangodansers uit de grote shows nog wel eens ‘vrij’ willen dansen. Er heerst meer een familiesfeertje waar tangonummers op verzoek worden gespeeld. Pas om 22.30 uur open. • La Cumparsita (4361-6880) is nog niet zo’n toeristische tangobar waar het gemoedelijk toegaat. Je betaalt een entreeprijs inclusief één drankje. En als het druk is dan blijven ze zeker open tot vijf uur ’s ochtends! Hoek Chile en Balcarce. Zeker proberen. • Tangobar Sur (4362-6086) op de hoek van Estados Unidos en Balcarce. Een gemoedelijke bar waar op sfeervolle wijze de tango wordt gezongen en gedanst. Je kunt er ook een hapje eten in een decor dat nog uit 1930 dateert. • Club del Vino (4833-0048) in J. Cabrera 4737 in Palermo Viejo is een aanrader. Café, restaurant, wijnkelder, theater en met goede tangomuziek en zang in het weekend! Je krijgt waar voor je geld in een gemoedelijke sfeer. • Bar el Chino (4911-0215) ligt in de volkswijk Nueva Pompeya. Een echt buurt- (tango)café, waar geen toerist komt en hier wordt nog puur gedanst en gezongen. Elke vrij. en zat. vanaf 22 uur en je kunt er eten met een menu van de dag. Beazley 3566, wel ver van het centrum.
Tangoshows (Tanguerías) Ik raad je zeker naar een tangoshow te gaan, want dát is Argentinië, ook al zijn de meeste (erg) toeristisch. Bijna alle hotels kunnen een plaats reserveren en dan word je gehaald en gebracht door het agentschap.
153
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
154
• CasaBlanca (43311-4621) heeft een perfecte show voor een betaalbare prijs. Internationale sterren gaan vaak hier op bezoek. In het weekend is er om 20.30 en 22.30 uur een show. Je betaalt één prijs voor de hele avond, drank inbegrepen. Balcarce 668. • El Viejo Almacén (4307-7388) is misschien wel de bekendste. Op de hoek van Balcarce en Av. Independencia. In een prachtig gerestaureerd huis. Het werd bekend door de optredens van een van de beroemdste tangozangers van Argentinië: Edmundo Rivero. Hij speelde hier in de jaren vijftig en zestig van de vorige eeuw. Diner begint om 20 uur (het restaurant aan de overkant), het spektakel om 22 uur. Ze halen je op en brengen je naar je hotel. • La Ventana in Balcarce 425 (4331-0217) heeft diner-spektakel. Hier komen veel touroperators. Toch is het goed. Het diner begint om 20 uur en de show om 22 uur (het eten kun je best overslaan). Ernaast is: • Michelangelo (4328-2646), Balcarce 433. Biedt hetzelfde, alleen een mooier interieur. Diner om 21 uur, de show om 22.15 uur. • Café Homero (4775-6763) is gemoedelijker en ligt in Palermo Viejo, Calle J. Cabrera 4946. Het is minder toeristisch, hier komt vooral publiek dat van kunst houdt. Je kunt er ook wat eten en vaak wordt er gezongen en tangomuziek gespeeld door kleine ensembles, dus geen grote shows. Aanvang: 21.30 uur.
Zelf de tango dansen Pure tangosalons (milongas) waar alleen porteño’s komen zijn er (helaas) niet veel. Kleed je wel voor zo’n avond en geniet, want het zijn onvergetelijke avonden. De bekendste zijn: • Nueva Salón La Argentina in Bartolomé Mitre 1754 is een mooi danspaleis vlak bij Av. Callao. Vrij. en zat. vanaf 22 uur en zond. om 20 uur. • Bij confitería Ideal in Suipacha 384 kun je op vrijdagmiddag van 14 tot 20.30 uur dansen. In een prachtig art-decodecor tussen de porteños. • Sunderland club in Lugones 3161 niet ver van Av. Congreso. Hier komen zaterdagavond, in een grote basketbalzaal jong en oud, allemaal mooi gekleed, dansen. Erg populair! • La Catedral, Sarmiento 4006. In een hele mooie danszaal (net een circustent) hoef je niet alleen te dansen, maar je kunt er ook van genieten met een drankje. Open vanaf 20.30 uur, dansen vanaf 23 uur. Er komen veel jonge mensen. • La Trastienda op Balcare 460 is een vrolijk danspaleis, waar niet alleen de tango wordt gedanst, maar het is ook een theater. Je kunt er ook wat eten voor de voorstelling.
Tangolessen • Academia Nacional de Tango aan de Av. de Mayo 833 (1e etage). • Confitería Ideal heeft van ma. t/m vrij. tussen12-15 uur tangoles. Suipacha 384. • El Club Almagro, Medrano 522, geeft elke avond tangoles, maar kijk eerst naar het rooster. • Niño Bien in Humberto 1º 1462, daar geeft ‘el Indio’ de topdanser van
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
Plaza Dorrego elke donderdagavond tangoles. Van 20-23 uur, daarna Milonga. • La Escuela del Tango in San José 364, 3º etage. Elke maandag van 20-21 uur.
Musea • Tangomuseum, Av. Rivadavia 830, is open van ma. t/m vrij. van 15-20 uur. • Casa Museo de Carlos Gardel vind je in zijn huis waar hij met zijn moeder als kind woonde. Jean Jaurés 735. Open van wo. t/m ma. van 10-18 uur.
Festiviteiten • Wereld Tango Festival is een groots dans- en muziekfestijn op verschillende locaties in de stad. Het begint rond het 2de weekend van oktober en duurt een week. El Dia Nacional del Tango op 11 december. Ook hier gedurende een week allerlei festiviteiten door de gehele stad. Vooral in Teatro Alvear (Corrientes 1659) en op Avenida Corrientes. Allebei zeker de moeite waard! Festival Buenos Aires Tango is meestal eind februari en begin maart. Dan geven de meeste dansscholen gratis dansles en alle tangobars hebben ‘s avonds groot spektakel. Het is heerlijk weer dus wordt er veel buiten gedanst.
Tangowinkels • Kiosko del Tango heeft een grote selectie tijdschriften, cd’s en boeken over de tango. Av. Corrientes hoek Paraná. Almacén de Tango generales heeft een goede collectie boeken, oude lp’s, affiches en posters over de goede ‘ouwe tangotijd’. Defensa 1067. Centro Artesenal del Tango, Suipacha 256, verkoopt niet alleen (tango) kleding, maar ook schoenen voor de tango, zo ook Zapatos Flabella in Suipacha 263 (levert ze bij je thuis).
Websites over tango • www.buenosairestango.com • www.gardelweb.com • www.letstango.com.ar • www.tangodata.com.ar www. • todotango.com.ar
155
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
156
VIJF MOOIE (DAG)TRIPS VANUIT BUENOS AIRES De vijf meest interessantste uitstapjes heb ik voor je uitgezocht. Ze zijn makkelijk in een dag te doen, maar ik heb ook gekeken naar de diversiteit, zodat je makkelijker je plan kunt trekken. ❶ Tigre, ten noorden van Buenos Aires, is een stadje aan een enorme delta, waar het heerlijk vertoeven is. ❷ Isla Martín García een eilandje in de monding van de Río de la Plata niet ver van Uruguay, is een natuurreservaat. ❸ Luján is een van de belangrijkste bedevaartoorden van het land, met een enorme kathedraal. ❹ San Antonio de Areco, ten westen van Buenos Aires, wordt wel de hoofdstad van de gaucho’s genoemd. ❺ La Plata de hoofdstad van de provincie Buenos Aires heeft een imposante architectuur, gebouwd in 1880, met een beroemd museum.
9
41
Zárate
4
Capilla del Señor
8
41 San Andrés de Giles
Tigre
Pilar
3
Morón
R
de ío Avellaneda Matanza la Pla Lanús Quilmes ta Lomas de Zamora Berazategui 3 F . Varela Mte. Grande
Gral. Navarro
Colonia del Sacramento
BUENOS AIRES
7 Moreno
Marcos Paz
41
UA Y
1
San Isidro Martínez San Martín
Olivera Mercedes
UG
2
San Miguel
Luján
5
UR
Agote
Isla Martin Garcià
Belén de Escobar
6
N ▲
Delta van
ar an á d Río Paraná . l. Pa lm as
Campana
San Antonio de Areco
Carmelo
Rí oP
Las Heras
Alte Brown
210
Cañuelas
San Vicente
Ensenada
2
Berisso
La Plata 5
❶ RICHTING TIGRE DELTA Een leuk uitstapje is naar het stadje Tigre, dat aan de rand van een immens grote delta van de Río de la Plata ligt. Vanuit dit stadje starten de excursies met de boot (catamarans of boottaxi’s) door de delta die variëren van enkele uren tot een halve dag. De bereikbaarheid naar Tigre is perfect. Er gaan elke dag excursies vanuit Buenos Aires, maar je kunt ook de trein (Tren de la Costa, zie kader) nemen, wat ik je aanraad. Deze trein komt langs de buitenwijken Vicente Lopéz, Los Olivos en San Isidro. Het is hier prachtig wonen met veel groen, mooie grote huizen, villa’s en brede lanen. Aan de zeezijde zijn jachthavens en brede boule-
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
vards. De eerste stop is het stadje San Isidro, dat heeft een lange historie, want al in 1580 had Juan de Garay, de stichter van de stad Buenos Aires, hier een nederzetting. Maar pas halverwege de 19de eeuw kwam het tot ontwikkeling. Het is zeker de moeite waard om even te stoppen, want tegenover het station is een groot plein, Plaza Mitre. In het weekend is er een gezellige rommelmarkt, met vaak aangename livemuziek. Rondom het stationnetje is een groot gezellig shoppingcentrum met veel terrassen. Kortom, een zonnige zondagmiddag is hier wel besteed. Als je bij Plaza Mitre naar boven loopt zie je vanzelf links een enorme kathedraal in neogotische stijl (uit 1875), nu kun je een aardige korte wandeling maken door het oude San Isidro. Je gaat links Av. del Libertador in, ja de brede Avenida die uit Buenos Aires komt, is hier een smalle straat geworden met veel bomen kleine oude huisjes en mooie villa’s (kijk eens naar de huisnummers 16.000 en nog wat!). Bij Belgrano sla je linksaf en kom je al vrij snel bij een soort pleintje, Mirador Los 3 Ombués. Hiervandaan heb je een prachtig uitzicht over de Río de la Plata en je bent omringd door oude mooi intact gebleven herenhuizen. Nu volg je de weg, Via Varelo, en kom je achter de kathedraal bij een andere mirador uit. Nu kun je hier naar beneden lopen of aan de andere kant van het plein. Maar je kunt ook links van de kathedraal een verrukkelijk ijsje halen bij heladería Gaudi. Het station waar je weer opstapt is uit eind 19de eeuw en geheel in Engelse stijl gebouwd.
Tigre De laatste stop is het gezellig stadje Tigre, 29 km ten noordwesten van Buenos Aires, aan de monding van de Río de la Plata en zijn delta. Het was al rond 1770 een kleine havenplaats, maar pas begin 1800 kreeg het Tren de la Costa (De trein langs de kust) Vanuit het station Maipú in de voorstad Olivos net buiten Buenos Aires vertrekt een moderne trein langs de kust naar Tigre. Deze trein stopt bij verschillende kleine authentieke stationnetjes, zoals Borges, Barrancas en San Isidro. Je kunt met een ticket gewoon uitstappen bij een van de stations en wanneer je wilt de volgende trein weer richting Tigre nemen, zo ook terug. Een hele plezierige manier om een dagje Tigre te doen. Want rondom het station van San Isidro is een groot shoppingcentrum. Maar er zijn ook op zondag leuke rommelmarkten in San Isidro en Barrancas, allebei vlak bij het station. De trein stopt ten slotte in Tigre niet ver van een grote fruitmarkt en een soort Disneypark: Parque de la Costa. Vanuit Buenos Aires neem je bij het station Retiro de trein naar station Mitre daar ga je via een groot shoppingcentrum naar station Maipú waar de trein Tren de la Costa om de 10 minuten vertrekt.
157
158
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
een dorpskern en vanaf 1880 bouwden de rijke porteño’s (bewoners van Buenos Aires) hier hun weekendhuisjes. Rond 1920 was Tigre, mede doordat er een treinverbinding met Buenos Aires was aangelegd, hét vakantieoord samen met Mar del Plata voor het mondaine Buenos Aires. Je kunt het nog zien aan de gebouwen, zoals bijvoorbeeld de Tigre Club, waar toentertijd een casino en een hotel was gehuisvest of aan de overkant de Club de Regatas. Statig en pompeus, maar nog steeds met een vleugje allure. Wandel over de Paseo Victoria, de Costanera van Tigre, en je zult weer helemaal de sfeer proeven uit deze gloriejaren. Deze Costanera begint aan de overkant van het oude station, Estación Fluvial, nu het (toeristen)informatiepunt voor excursies en watertaxi’s. Als je aankomt met de Tren de la Costa loop je vanzelf via Calle Vivanco naar het water, daar sla je linksaf en al meteen zie je in deze straat, Mitre, de (roei)glorie van de 19de eeuw. Club Canottierie (helemaal gebouwd in Italië en steen voor steen verscheept naar hier) en iets verder ‘Buenos Aires Rowling Club’ zijn de opvallendste (club)huizen. Allebei sierlijke kasteeltjes uit eind 19de eeuw. Dan krijg je rechts Estación Fluvial waar je alle inlichtingen kunt krijgen voor je excursie. Iets verder bij de rotonde bevindt zich een ander treinstation, vanwaar de trein naar Buenos Aires vertrekt, en links de hoofdstraat Av. Cazón. Als je de brug over bent ga je naar rechts Lavalle in en tot het einde van deze straat zie je links weer enkele grote gebouwen uit die gloriejaren van roeiverenigingen (zoals op de hoek met Pelligrini). Nu ben je bij het open water, de Río Luján. Daar om de hoek kom je vanzelf op de Paseo Victoria, een brede gezellige laan met terrassen, restaurants, flanerende mensen en muziek. Een en al vakantiesfeer. Aan de overkant zie je een van de mooiste en grootste clubhuizen van Tigre, La Marina. Dit prachtige gebouw werd in 1879 gebouwd en is nog steeds een clubhuis van de grootste roeivereniging. Op een gegeven moment heb je links enkele opvallende percelen, zoals de Rowing Club Argentino en Museo Naval de la Armada en aan de overRoeien in Tigre In 1870 vertrokken enkele roeiers vanuit de haven van Buenos Aires naar Tigre en 3 uur later bij aankomst wisten ze het: Tigre is een idele plek voor roeiwedstrijden. Terug in Buenos Aires onder het genot van een goed glas bier was de eerste roeivereniging geboren: Buenos Aires Rowing Club. En weldra werden de eerste regatta’s georganiseerd en kwamen clubs met prachtige namen als Tigre Boat Club of Club Canottieri Italiani. Tot 1952 was Argentinië nog op de Olympische Spelen een sterk roeiland, daarna heeft het alleen op de pan-Amerikaanse Spelen nog meegeteld. Uiterlijk vertoon en traditie zijn belangrijk bij de Argentijnse roeisport. Want rond 15 december tijdens de grote nationale regatta’s in Tigre zijn er in en rondom alle kasteelachtige clubhuizen (14 totaal!) volop ceremoniën in clubtenue en met (strijd)liederen.
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
In Tigre Club kwam mondain Buenos Aires
kant van het water een prachtig huis, bijna een paleis, dat een buitenhuis was van Bullrich, een belangrijke politieke figuur uit die tijd. Al deze percelen dateren uit eind van de 19de eeuw. Het meest opmerkelijke gebouw is wel de Tigre Club, nu een cultureel centrum, aan het einde van de Costanera (Paseo Victoria). Helemaal in de stijl van la belle époque en in 1902 ontworpen door een Franse architect. Hij was ook de ontwerper van de Franse ambassade in Buenos Aires. Er is een overbrugging met terras naar de waterkant. Alleen door de week kun je het van binnen bezoeken. De entreehal vol marmer is prachtig, zo ook de Salon de Fiesta (de feestzaal) waar een gigantische kroonluchter hangt van brons en kristal. Tot de jaren veertig was Tigre Club dé sociëteit van mondain Buenos Aires. Zaterdag en zondag zijn de drukste dagen in Tigre, met allemaal dagjesmensen. Volle restaurants en terrassen, honderden bootjes die rustig voortdobberen, watertaxi’s die af en aan varen naar de eilandjes en stranden. En het belangrijkste, de excursies met de catamarans, want dat is toch uiteindelijk het doel van het bezoek aan Tigre. De Tigre-delta is zo’n 26.000 km2 groot (de helft van Nederland!) waar de Río Paraná en Rio Luján samenkomen. De delta zelf bestaat uit een honderdtal kleine riviertjes met daartussen vele eilanden en waar deze niet te drassig zijn, hebben de porteño’s vakantiehuisjes gebouwd, met een aanlegsteiger of op palen. Met een excursie krijg je een goede indruk en als je tijd hebt waarom niet op een van de eilandjes een (culinaire) stop? De watertaxi staat klaar! Achter de haven ligt Mercado de Frutos, een grote fruitmarkt, waar ook veel planten en tuinaccessoires verkocht worden. Je kunt er eten en er heerst een gezellige drukte. Je vindt deze markt achter het station van El Tren de la Costa op Sarmiento (je ziet vanzelf de borden). Een andere bezienswaardigheid is speciaal voor kinderen, Parque de la Costa. Een enorm pretpark dat ook tegenover het station ligt en de grootste in zijn
159
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
160
soort in Zuid-Amerika is. 150 km2 kinder plezier, maar ouders komen ook aan hun trekken.
Praktische informatie Tigre (011) Boottochten • Alle boottochten vertrekken rondom Estación Fluvial. Hiervandaan vertrekt ook een catamaran (Catamaranes Interisleña) voor een excursie van ± 2 uur. Twee boten per middag. Vanaf Puerto de Frutas vertrekt de andere catamaran (Río Tur Catamaranes). De afvaart is om het uur, vanaf 11 uur, en heeft dezelfde route. • Er zijn ook watertaxi’s (lanchas colectivos), want op de eilanden zijn restaurants, hotels en campings. Bij Estación Fluvial vind je stands waar je een watertaxi kunt regelen. Toeristische informatie kun je krijgen, tussen 9-17 uur, bij Estación Fluvial. www.tigre.gov.ar
Hotels/Restaurants Hostería Bora Bora aan de Arroya Santa Rosa (4728-0060) www.tigre. gov.ar en Alpenhaus aan de Arroyo Rama Negra (4005-0422) www. alpenhaus.com.ar zijn aan te bevelen. Er is alle comfort met een zwembad, kano’s en een goed restaurant. Voor een
i
2-pers.kamer betaal je E 40. • Casona La Ruchi (4749-2499) is goede B&B in prachtig, sfeervol herenhuis uit 1892. Alles heeft nog een uitstraling van die tijd aangepast aan de comfort van deze tijd. De prijs: ± E 35 voor een kamer! Lavalle 557, tegenover 't haventje. • Villa Julia in Paseo Victorica 800 is het mooiste hotel van Tigre. Gehuisvest in een schitterend stadspaleis. Heeft alle luxe en een goed restaurant voor E120 per nacht. • Voor een luxe weekend raad ik je La Pascuala Delta Lodge (4728-1253) aan. Geheel verzorgd met alle comfort en eten betaal je ± E 150 voor een weekend. www.lapascuala.com.ar • Een goed restaurant langs het water is María Luján in Paseo Victorica 611.
Vervoer naar Tigre Om naar Tigre te komen ga je naar het station Retiro in Buenos Aires. Daar gaat om de 20 minuten een trein, de FC Mitre (50 minuten reizen). Dit is een alternatief voor de Tren de la Costa.
❷ ISLA MARTÍN GARCÍA Het eiland Martín García ligt in de monding van de Río de la Plata niet ver van Uruguay, 45 km verwijderd van Buenos Aires. Het is altijd een fort geweest en eeuwenlang was het touwtrekken om het bezit van dit eiland. Eerst tussen de Spanjaarden en Portugezen, later tussen de Argentijnen en Brazilianen. Halverwege de 19de eeuw werd het een gevangenkamp voor politieke leiders tot 1958. Presidenten als Hipólito Yrigoyen, Marcelo de Alvear en Juan Perón hebben hier vastgezeten. Tijdens de laatste wereldoorlog zonk in 1939 voor Montevideo het Duitse slagschip Graf Spee. Toen werd de bemanning hier ook gevangengehouden.
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
161
Nu is het eiland een Reserva Natural Provincial, een beschermd natuurgebied. Want het grootste deel van het 186 ha grote eiland is begroeid met bos. Historisch gezien is dit eiland interessant, want de dorpskern bestaat nog uit mooie oude huizen en wat antieke kanonnen. Kijk eens naar de façade van de bakkerij, Panadería Rocio, uit 1913. Hier zat rond 1930 de toenmalige president Yrigoyen gevangen. Ertegenover zie je nog de poort van de oude gevangenis. Voor mij is het Cine-Teatro Urquiza het meest opvallende. Gebouwd in 1922 door de architect Salamone, die ook in de provincie Buenos Aires in afgelegen Pampastadjes rond 1920 de meest mooie gemeentehuizen (geïnspireerd door de Stijl) heeft ontworpen. Dit gebouw is weer totaal iets anders, de gevel bestaat uit bijna twee ronde muren met in het midden een soort totempaal. Er is een (klein) interessant museum, Museo Histórico, in een oude kruidenierszaak (pulpería) met foto’s en documenten over de geschiedenis van Isla Martín García.
Praktische informatie Isla Martín García • Empresa Cacciola vertrekt om 9 uur ‘s ochtends vanuit Tigre naar het eiland Martín García en komt om 20 uur terug. Het agentschap, Cacciola, is in Buenos Aires in Florida 520 (43936100) en in Tigre in Lavalle 520. De afvaart is op di. en do. Je vertrekt vroeg vanuit Buenos Aires met de bus (door
i
Cacciola geregeld) naar Tigre, die je ook terugbrengt. • Er is een hostería, Martín García, op het eiland waar je voor rond de E 50 voor een 2-pers.kamer met pension kunt overnachten. En er is een camping.
❸ DE BEDEVAARTSTAD LUJÁN Luján is een aangenaam stadje, 75 km ten westen van Buenos Aires, dat niet alleen de belangrijkste bedevaartplaats van het land is, maar ook een zeer interessant historisch museum heeft. In het centrum staat een gigantische kathedraal in neogotische stijl, Nuestra Señora de Luján, een regelrechte kopie van de kathedralen van Frankrijk. In deze kerk staat het beeld van de Maagd Maria, de beschermvrouwe voor alle mensen die reizen. Want in elk station, iedere autobus, vrachtwagen of auto in Argentinië zie je de afbeelding van deze Maagd Maria. De legende vertelt ons, dat rond 1630 een ossenwagen op weg was naar Brazilië met het beeld van deze Maagd Maria. De ossenwagen raakte kapot op de plek vlak bij waar nu Luján is gebouwd. Met man en macht probeerde men de wagen weer vooruit te helpen, maar de eigenaar voelde dat de H. Maagd hem hiermee wilde vertellen dat zij op deze plek wilde blijven.
162
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Daarom besloot men een kapelletje te bouwen en deze afbeelding daar te plaatsen. Nu is ze te zien in een grote ruimte in de kerk, achter het hoofdaltaar. Met de bouw van deze kathedraal begon men pas in 1887 en hij duurde tot 1937. Een Franse architect moest zich laten inspireren door de beroemdste kerken in zijn land en dat resulteerde in een mengeling van de Notre Dame in Parijs en die van Chartres. 97 m lang en 30 m hoog is de kerk, met twee enorme torens die elk 106 m hoog zijn. 8 Mei is dé feestdag en dan komen honderdduizenden Argentijnen naar Luján. Een indrukwekkende belevenis, want vaak knielend schuiven de mensen naar het altaar, rijen dik, honderden meters lang. Zo ook het eerste weekend in oktober dan lopen honderdduizenden mensen van Buenos Aires naar Luján: 64 km! Men vertrekt op zaterdagmiddag en komt biddend, zingend en kruipend zondagochtend aan. Voor de kerk is een enorm plein, noodzakelijk als al die pelgrims komen. Dan heb je rechts van de kathedraal de Cabildo (het oude stadhuis), waar tientallen stalletjes staan met duizenden afbeeldingen van o.a. de Maagd Maria, in allerlei kleuren en vormen. Het is een prachtig gezicht, maar het is eigenlijk één grote kitschmarkt en dat heeft ook weer zijn charme. Naast de kerk staat Museo Devocional, waar je alle giften kunt bewonderen die in de loop der tijd zijn geschonken (inmiddels zo’n 5000!). Van veel zilveren voorwerpen, muziekinstrumenten tot iconen, uit de hele wereld. Open van di. t/m zon. van 10-17 uur. Links van de kerk is een interessant museum, Museo Enrique Udaondo. Het is een groot complex van oude koloniale huizen met patio’s en grote tuinen. Hier zijn verschillende musea gehuisvest, zoals Museo Histórico. Daar krijg je een goed overzicht hoe het was tijdens de Spaanse overheersing, met meubels, klederdrachten, documenten en militaire voorwerpen. In de oude, mooi gerenoveerde, Cabildo (dit stadhuis is uit 1772) en ernaast het huis van de Spaanse onderkoning, Sobremonte, krijg je een overzicht van wat er zich tijdens de Engelse invasie in 1806 afspeelde. Zo zaten er twee grote Engelse generaals, Beresford en Pack hier gevangen en later tijdens burgeroorlogen bekende Argentijnse generaals zoals, Bartelomé Mitre en José Maria Paz. Achter de patio is een zaal over het leven van de gaucho’s op de Pampa met veel voorwerpen, maar ook over de gaucho-literatuur. In het Museo de Transporte zie je de eerste Argentijnse stoomlocomotief (uit 1857), La Porteño. Ook diligences en open rijtuigen, vaak mooi beschilderd. In andere zalen is een overzichtstentoonstelling van indianenculturen in Argentinië met (keramische) voorwerpen of de klederdrachten uit de 19de eeuw. Dit historisch museum is zeker een bezoek waard. Open woe. t/m vrij. van 12-18 uur. In het weekend van 10-18 uur. Een leuke wandeling is door de hoofdstraat van Luján, Av. San Martín, naar Plaza Colón. Je ziet er veel van die religieuze winkeltjes met de mooiste beelden, iets wat we nog uit grootmoederstijd kennen. Veel restaurants zijn er, waar om de beurt luidkeels op straat het menu van de dag wordt aangekondigd. In de weekends en ’s avonds is er een gezellige drukte. Plaza Colón is een aangenaam plein, want het komt wat dorps over, met veel groen, suptropische bomen en zithoekjes. Plaza Belgrano, daarentegen, het grote plein voor de kathedraal is meer voor de dagtoerist.
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
Praktische informatie Luján (02323) Toeristeninformatie vind je in Casa de Cúpula aan de rivierzijde achter Plaza Belgrano tussen San Martín en Lavalle. • De busterminal ligt aan de Av. Nuestra Señora de Luján niet ver van de kathedraal. Vrijwel elke 20 minuten gaat er een bus naar Buenos Aires (station Once). • Het station ligt bij Av. España zeker 1,5 km buiten het centrum. Er gaan 8 treinen per dag naar Buenos Aires (station Once) via Moreno. Daar kun je overstappen naar Buenos Aires (elk uur een trein).
163
i
• Wil je (goed) uitgebreid lunchen of dineren dan is L’Eau Vive de Argent (02323-421774) in Constitición 2112 zeker aan te bevelen. De nonnen hebben een goede (Franse) keuken, maar je eet ‘s avonds vroeg (na 22 uur is de keuken dicht). Op zondagmiddag is het vaak druk. Neem wel een taxi, want het ligt buiten het centrum. • In Av. San Martín, de hoofstraat, zijn voldoende goede restaurants en confitería's.
❹ DE GAUCHOSTAD SAN ANTONIO DE ARECO San Antonio de Areco is een goed voorbeeld van een traditioneel gauchostadje op het platteland in de provincie Buenos Aires. Het ligt 113 km ten westen van de stad Buenos Aires aan de RN 8 en telt bijna 20.000 inwoners. In 1714 werden rond de Río Areco de eerste estancia’s (boerderijen) gebouwd, daarna een kapelletje, een militair fort tegen de aanvallen van de indianen en zo ontstond er langzaamaan een agrarisch dorpje. Ricardo Güiraldes (1886–1927), een belangrijke Argentijnse schrijver, leefde hier vanaf 1912 op estancia La Poreña, en een deel van zijn werk werd geïnspireerd door het gaucholeven rondom dit stadje. Zijn beroemdste boek is Don Segundo Sombra (uit 1926) en speelt zich grotendeels af in en rondom San Antonio de Areco. Plaza Ruiz de Arellano is het centrale plein en zo vind je in Calle Laplacette en Lavalle nog wat historische huizen. De kerk, Iglesia Parroquial, op het plein dateert uit 1869 en heeft een mooi altaar, maar is verder niet echt bijzonder. Naast de Municipalidad op de hoek van Alsina, zie je nog zo’n oud koloniaal huis: Casa de los Martinez. Het is gebouwd in 1720 en was met een extra etage en het lange balkon een van de eerste in de provincie. Aan de andere kant op Zapiola en Segundo Sombra, heb je een van de oudste kruideniers van het stadje, Boliche de Bessonart. Iets verder op Mitre bij Moreno bevindt zich ook zo’n prachtige antieke kruidenierszaak, Boliche ‘Los Principios’. Hier ben je echt 150 jaar terug in de tijd en je moet zeker even naar binnen lopen. Als je Alsina in gaat richting het park is bij de eerste straat links Centro Cultural Usina Vieja. Een cultureel centrum met een vaste tentoonstelling
164
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Een gaucho in vol ornaat
die niet echt interessant is, of je moet van oude radio’s, telefoons, platenspelers en (model)vliegtuigen houden. Op het eind van de Calle Alsina ga je naar links en wat verder de brug over (puente viejo). Nu kom je vanzelf bij Museo Ricardo Güiraldes en Parque Criollo. Het museum bevat veel werk van deze schrijver maar ook voorwerpen uit de 19de eeuw, die door de mensen op het platteland werden gebruikt. Het is zeker interessant om te bezoeken, want je krijgt een goede indruk hoe het plattelandsleven was. Zo is er ook een echte oude kruidenierszaak annex kroeg, Pulpería la Blanqueada. Het huis waarin dit museum is gehuisvest, is een replica van de estancia’s op de Pampa en werd geopend in 1938. Een jaar later introduceerde men el Dia de la Tradición op 10 november (de geboortedag van Ricardo Güiraldes). Open alle dagen van 11-17 uur. Dinsdags gesloten. Je zult wel merken dat San Antonio de Areco het oude plattelandsleven nog goed in ere houdt. Vooral rond de tweede week van november is in heel Argentinië, el Día de la Tradición (de dag van de traditie, een dag waar oude gewoontes in ere worden hersteld). Met het weekend als afsluiting (meestal rond 10-11 november); dan is er één groot gauchofeest! Duizenden gaucho’s uit heel het land komen naar Parque Criollo. In de mooiste klederdracht, want elke provincie heeft haar eigen symbolen. Allen zijn te paard, zowel mannen als vrouwen, in vol ornaat en ook de paarden paraderen ze vol trots langs het duizendkoppige publiek dat hen met een warm applaus begroet. Er zijn parades, rodeo’s, folkloristische dansen en zang, maar vooral asado’s (de Argentijnse barbecues, maar dan wat groter). Als je rond die tijd (10-11 november) kunt plannen om naar dit spektakel te gaan, dan zie je een ander Argentinië, traditioneel, maar wel waar men trots op is. Als je dit dorpje een andere keer wilt bezoeken doe het in het weekend, dan is er sfeer, want door de week is het vrijwel uitgestorven.
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
Praktische informatie San Antonio de Areco (02326) Het toeristenbureau vind je op de hoek van Calle Zerboni y Arellano aan de waterkant. www.sanantoniodeareco. com.ar
Hotels • Hotel de Areco (456-118), Zapiola 25, is een aanrader met ruime kamers, centraal gelegen en je betaalt E 35 voor een 2-pers.kamer. • Hotel San Carlos (453-106 ) op de hoek van Zerboni en Zapiola, heeft een zwembad, eenvoudige kamers en een gezellige sfeer. E 40 voor een 2pers.kamer. • Antigua Casona is een goede B&B in 't centrum van 't stadje. Secundo Sombra 495 (456-600), daar slaap je in een van de oudste huizen.
165
i
oud koloniaal huis waar je teruggaat in de gauchotijd kun je prima eten. • In Bolivar 70 heb je La Posada del Café de las Artes een restaurant met zelfgemaakte pasta’s, kazen en salami. In het weekend is er folkloristische muziek tijdens het eten.
Vervoer De bus uit Buenos Aires stopt aan de rand van de autoweg (RN 8). Vrijwel elk uur is er een bus naar Buenos Aires. Vertrek en aankomst bij het station Retiro in Buenos Aires.
Zilversmeden Enkele goede zijn: • Gustavo Stagnaro in Gral. Paz 441, • Juan Draghi is in Alvear 340 en een familielid • Raúl Draghi op Guido hoek Arellano.
Restaurants • Almacén de Ramos Generales, Zapiola 143, is zeker aan te bevelen. In een
Gaucho's op het traditionele feest in San Antonio de Areco
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
166
Gaucho’s De wezens van Argentinië Wat de cowboys in Noord-Amerika zijn, zijn de gaucho’s in Argentinië. Het woord gaucho komt van de Quechua indianentaal ‘Huacho’, dat wees betekent. De gaucho’s staan symbool voor het leven op de Pampa, het leven in de vrije natuur en ze hebben het imago van pionier en volksheld. Rond 1600 zwierven over de Pampa wat groepjes vagebonden (Spanjaarden, Portugezen) en zij vermengden zich met de indianen. De halfbloeden werden ware meesters in het temmen van de wilde paarden, die door de Spanjaarden tientallen jaren daarvoor waren achtergelaten. Ook koeien liepen toen overal vrij rond en vermengden zich snel in dit immense Pampagebied. Zij vingen de koeien niet zoals de cowboys met een lasso maar met de boleadoras. Dat is een touw met aan de uiteinden twee of drie lange riemen waar een leren bal aan vast zit. Deze boleadoras werd rond de poten van de koe geslingerd. Dit hadden ze geleerd van de indianen, die dat staand deden, want zij hadden nooit paarden gekend. Met deze boleadoras vingen de indianen guanaco’s en struisvogels. Lange tijd hadden de gaucho’s een slechte naam, want het waren vaak mannen die wat op hun kerfstok hadden. Mannen die zich ook niet wilden binden aan familie of vrouw of aan het maatschappelijke patroon. Dat veranderde rond 1800 toen de Argentijnen zich los wilden maken van Spanje en de gaucho’s zich aansloten bij de Argentijnse generaals José San Martín en Miguel de Güemes. Door hun kameraadschap, groot uithoudingsvermogen en meedogenloze strijdwijze kregen ze meer aanzien. Deze mannen waren erg moedig, want vaak vochten ze alleen maar met een paard en mes. Na de onafhankelijkheidsoorlog werden ze tot helden van de natie uitgeroepen en begonnen schrijvers en dichters prachtige, ook vaak geromantiseerde verhalen over de gaucho’s te schrijven. Hilario Ascasubi, een Argentijnse dichter, schreef toen over hen: ‘Hij (de gaucho) munt uit op het paard en in het gevecht. Is over het algemeen arm en stelt weinig eisen. Hij biedt gastvrijheid op zijn rancho (verblijfplaats), is listig, intelligent en zwijgzaam.'
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
Zij werden gedwongen ook mee te vechten met het leger op de Pampa tegen de indianen, want halverwege de 19de eeuw merkten de grote herenboeren dat met al die vele koeien en schapen, groot geld viel te verdienen. Zo verdeelden zij onderling dit enorme gebied (met behulp van de regering) en werd de gaucho gedwongen voor deze heren te gaan werken. In de andere provincies hadden de caudillo’s (grootgrondbezitters) het te vertellen en namen gaucho’s in dienst om hun territorium te verdedigen of hun enorme kudden vee bijeen te houden. Toen rond 1880 de grote immigrantenstroom uit Europa op gang kwam veranderde het beeld van de gaucho. Want onder de immigranten waren veel avonturiers die ook gaucho wilden worden maar ze werden knecht van een rijke herenboer. Niet meer dé patriot, die vocht voor zijn vrijheid en het land. Als je vraagt wat heilig is voor een gaucho is het zijn paard, zijn zadel (recado) en zijn facón. Een facón is een lang (zilveren) mes, dat op de rug wordt gedragen en aan beide kanten vlijmscherp is geslepen, zo ontworpen, dat je pijlsnel een lichaam kunt openrijten. Vaak zijn deze messen heel mooi bewerkt. Het zadel was tevens zijn bed, want de recado bestond o.a. uit een schapenvacht en enkele dekens. Tegenwoordig is de gaucho niet meer zo in aanzien, maar het blijven vrije mannen met hun eigen manieren, klederdracht en taal. De meesten zijn in dienst van een estancia waar ze verantwoordelijk zijn voor het vee en de boerderij. Tijdens grote traditionele festiviteiten kan de gaucho zijn pracht en praal vertonen. Zo wordt jaar in jaar uit de mythe in ere gehouden van een man die leeft van brood en vlees, zijn mate drinkt en een vrouw heeft die alleen met kinderen op de estancia woont. Waar zij droomt van een huisje in een dorp, maar hem toch zal volgen door het immens grote Pampagebied. Precies zoals José Hernandez in 1872 schreef in zijn boek over de held Martín Fierro, opgedragen aan alle gaucho’s (zie ook pagina 54 over de literatuur).
Een leuk boekje over de geschiedenis van de gaucho is el Gaucho, van de uitgeverij Maizal (ook in het Engels), en je kunt het bijna overal in de goede boekwinkels in Buenos Aires en in de grote steden in het land kopen.
167
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
168
OVERNACHTEN OP EEN ESTANCIA RONDOM SAN ANTONIO DE ARECO Niet ver van San Antonio de Areco liggen enkele estancia’s waar je kunt overnachten. Hier kun je de sfeer proeven van het leven op het platteland, smullen van een asado (grote barbecue) en kijken hoe gaucho’s te werk gaan. Kortom, even de avonturen van Don Segundo Sombra, uit het beroemde gauchoboek van Ricardo Güiraldes, in werkelijkheid meemaken. • Estancia La Bamba (02326-492-080), is een mooie oude koloniale estancia (gebouwd in 1830) met een zwembad, waar je paard kunt rijden en aan allerlei tochten kunt deelnemen. De kamers zijn ruim en er is een sfeervolle living. Er is ook een mogelijkheid om een dag op de estancia mee te maken, inclusief een grote asado (kost je rond de E 30 p.p.). Het ligt ongeveer 13 km ten noorden van San Antonio de Areco aan de (grind)weg naar Zaparate. Reken voor een 2-pers.kamer E 180 met alles inbegrepen (eten en drank en activiteiten op de estancia). www.la-bamba.com.ar • La Porteña (02326-453770). Gebouwd in 1860 voor de vader van de Argentijnse schrijver Ricardo Güiraldes, die een spoorwegmagnaat was. Hij gaf zijn estancia de naam naar de eerste Argentijnse locomotief, La Porteña. Het is meer een hotel dan een estancia, prachtig gelegen in een park, ontworpen door de bekende Franse tuinarchitect Carlos Thays. Er is alle comfort en het interieur heeft nog helemaal de uitstraling van 150 jaar geleden. De estancia ligt 4 km ten noordoosten van San Antonio de Areco. • El Ombú (02326-492080) werd in 1880 gebouwd voor een Argentijnse generaal. Het heeft een mooie entree en een galerij en ligt zo’n 18 km ten noorden van San Antonio de Areco. De eigenaresse Eva Buelcke ontvangt je hartelijk. Hier kun je helpen op het land (er is een grote veestapel), je kunt er vlakbij golfen, er zijn fietsen tot je beschiking en er is een zwembad. Wat wil je nog meer voor een 2-pers.kamer van E 100 p.p. (alles inbegrepen). www.estanciaelombu.com
❺ LA PLATA La Plata is de hoofdstad van de provincie Buenos Aires, 60 km ten zuidoosten van de hoofdstad Buenos Aires. Een stad gesticht in 1882, nadat Buenos Aires zich had uitgeroepen als een zelfstandige federatie. Daardoor moest er een hoofdstad van de provincie komen. Gouverneur Darda Rocha wilde een stad met een grootse monumentale uitstraling. Daardoor werd La Plata een van de weinige steden in het land die planmatig is aangelegd. De Argentijnse (stads)ontwerper, Pedro Benoit, nam het idee van de brede Parijse avenues en van de stad Washington om grote publieke werken te verbinden met diagonale straten en pleinen over. Hij gaf de straten geen namen, maar allemaal nummers.
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
In het centrum is goed te zien dat de stad gebouwd is in de rijke gloriejaren van Argentinië. Daarom neem ik je mee over de brede avenida’s langs de belangrijkste gebouwen. La Plata had, als eerste stad van het zuidelijk halfrond, in 1884 in zijn geheel elektriciteit. Het heeft een van de grootste universiteiten van het land en het Museo de Ciencias Naturales (museum van archeologie en antropologie) is een van de belangrijkste van Zuid-Amerika. Het is een gezellige stad met veel culturele activiteiten, een uitstekend uitgaansleven met goede restaurants en leuke cafés.
Wandelen langs de gloriejaren uit de 19de eeuw De wandeling begint bij Plaza Italia, makkelijk te bereiken vanaf de busterminal (je volgt Diagonal 74). In het weekend is er een gezellige markt met optredens van plaatselijke sterren. Nu ga je Avenida 7 in, een belangrijke avenida uit de beginjaren van de stad. Er staan volop bombastische bankgebouwen, die begin 20ste eeuw zijn gebouwd. Het mooiste gebouw is wel de De kathedraal van La Plata Banco de la Nación op de hoek van Calle 48. Vooral de entree en de decoraties rondom de ramen zijn opvallend. Het is gebouwd in 1916. Daarnaast staat de Jockeyclub dat zeker ook een bezoek waard is. Kijk maar eens binnen in de hal naar boven, daar zie je een van de mooiste gebrandschilderde ramen die ik gezien heb! Maar ook de entree met die fraai bewerkte lamp bewijst weer eens wat een aandacht men toentertijd gaf aan details! Daarna kom je vanzelf op Plaza San Martín uit. Het is een mooi plein vol met palmbomen. Net om de hoek bij Calle 50 is Pasaje Dardo Rocha. Het was eerst een station, nu een belangrijk cultureel centrum en dateert uit 1887. Ontworpen door een Italiaanse architect in een wat strakke neoclassicistische stijl. Ga zeker na binnen, want het is zeker de moeite waard, en het lijkt alsof je in een van de Parijse of Brusselse passages naar binnen loopt. Je vindt boven concert- en filmzalen en beneden zijn art galeries, twee musea, een goed restaurant en enkele cafés zoals, Café de las Artes. Links van Pasaje Dardo Rocha bevindt zich Casa de Gobierno, ontworpen door de Belgische architect, Julio Doral. De bouw begon in 1895 en was pas in 1911 klaar. Je kunt er naar binnen, er is een overdadige rijkdom aan beeldhouwwerken en marmer; vooral de brede marmeren trap naar de eerste etage is imposant. Daar zie je muurschilderingen in neorococostijl, zo ook de beeldhouwwerken, allemaal pracht en praal. Net
169
170
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Museo de Ciencias Naturales in la Plata
‘Versailles in Argentinië’ hoorde ik een Franse toerist zuchten. Aan de andere kant van het plein staat Palacio de la Legislatura (de wetgevende macht), in Duits neoclassicistische stijl, want de architecten waren Duitsers. Opvallend is dat in La Plata veel Duitse architecten het stadsbeeld hebben bepaald. Nu loop je verder via Calle 51 richting Plaza Moreno, een gezellige straat met terrasjes en rechts Calle 8 de Peatonal. Dan kom je tussen Calle 9 en 10 een opmerkelijk modern gebouw tegen, Centro de las Artes Teatro Argentino. Dit theater voor klassieke concerten en opera’s is voorzien van de allerlaatste technische snufjes aan akoestiek en geluid. Het heeft verschillende zalen die elk ruim 2000 toeschouwers kunnen ontvangen. Het is ook de moeite waard om naar binnen te lopen. Rond deze buurt in Calle 10 en 11 bruist het trouwens van de culturele activiteiten. Op nr. 774 in Calle 51 nog zo’n opvallend imitatieneogotisch herenhuis, nu is het een ministerie. Dan kom je bij het grootste plein van het land uit: Plaza Moreno. Links is de Municipalidad, ontworpen in 1886 door Huberto Stier, een Duitse architect. Ook hier kun je naar binnen lopen en aanschouw weer die pracht en praal. Vooral op de eerste etage is Salón Dorado (de gouden zaal), indrukwekkend. Aan de overkant van het enorme Plaza Moreno, staat een bombastische neogotische kathedraal, ontworpen door de stadsarchitect Benoit in 1885 en pas in 1936 was het vrijwel klaar. Het is de grootste kerk in Zuid Amerika en er kunnen 14.000 mensen in! De gebrandschilderde ramen zijn in 1938 in München gemaakt naar voorbeeld van de kathedraal van Chartres in Frankrijk. De kathedralen van Amiens en Keulen hebben als voorbeeld gediend, wat goed te zien is. Een aardige wandeling terug is via Diagonal 74 naar Calle 10 waar links tussen 47 en 46, Teatro Coliseo Podesta is. Van buiten heeft het niet een echt opvallende façade, maar van binnen een prachtig interieur helemaal in Italiaanse neoclassicistische stijl. Het is geopend in 1886 en lange tijd was het een opera en circustheater. Het is nu nog steeds een theater met een klein museum. Dan ga je rechts via Calle 10 naar Calle 49 waar je links ingaat. Dit is dé
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
171
winkelstraat van La Plata: je hebt er leuke, moderne winkeltjes en goede restaurants tot aan Avenida 7. Misschien is het wel even leuk om op de hoek van Avenida 7 bij confitería Paris even te stoppen. Deze confitería is qua interieur nog helemaal uit de jaren zestig! Dan ga je weer richting Plaza San Martín en via Calle 53 naar het park Paseo del Bosque. Niet alleen dat het een mooi park is met prachtige exotische bomen en planten, maar er is ook een dierentuin (Jardin Zoólogico) en bij het meer een Amfiteatro del Lago. In dit park tref je ook een van de belangrijkste musea van het land, Museo de Ciencias Naturales, opgericht door o.a. Francisco P. Moreno, een groot natuurkenner en wetenschapper (zie kader pagina 427).
Praktische informatie La Plata (0221) Het informatiebureau vind je op Calle 51 bij Pje Dardo Rocha tussen Calle 5 en 6. Open van ma. t/m vrij. van 10-17 uur. Hotels • Hotel Argentino (423-4111) in Calle 46 nr. 536 is een goed, modern middenklassehotel. Centraal gelegen. Voor een kamer betaal je E 30. • Hotel Corregidor (425-6800) een 4-sterrenhotel ligt centraal in Calle 6 nr. 1026. Het heeft een fitnesscentrum en een restaurant. Je betaalt rond de E 40 voor een kamer. • Hotel La Plata (422-9090) is een prima 3-sterrenhotel, met een restaurant. Centraal gelegen in Calle 51 nr. 783. Restaurants • Don Quijote is een van de beste. Te vinden aan de Plaza Paso nr. 146. La Trattoría is een goede Italiaan, gezellig met een mooi decor. Ze hebben lekkere pasta’s. Calle 47 hoek Calle 10. • La Banda bij Calle 54 hoek Calle 8 is een hip restaurant waar je ook zeer goed eet.
i
• Een leuk café is La Modelo op de hoek van Calle 5 en 54. Gezellig is het hier vooral ’s avonds in een sfeervol interieur. Je kunt er ook eten en er is chopp. • Confitería Paris is ook een aanrader met een jaren zestig interieur en goede koffie. Av. 7 hoek Calle 49. • Abaco in Calle 49 serveert de nieuwe keuken in een modern interieur. In Calle 49 nr. 718. Erg populair! Vervoer De busterminal is in Calle 4 en 42. Het is een modern busstation met alle faciliteiten en safe. • Elk halfuur gaat er een bus naar Buenos Aires (naar het station Retiro). Empresa Costera Metropolitana stopt langs de Av. 9 de Julio. • De (stop) treinen vertrekken naar Buenos Aires (naar Constitución) om de 30 minuten (1,5 uur). De sneltrein gaat 6x per dag (1 uur). Het station is bij Av. 1 bij Calle 44. Het is een prachtig gebouw uit het begin van de 20e eeuw.
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
172
Het natuurhistorisch museum heeft een enorme collectie aan voorwerpen (meer dan 2, 5 miljoen!). Zo zijn er overzichten van de Argentijnse indianenculturen, van historische beesten, insecten, botanica en archeologie. Vooral in de zalen ‘Paleontología’ ga je miljoenen jaren terug in de tijd met enorme geraamtes van dinosaurussen en reptielen, er staat er zelfs een van 25 m lang! Alles is goed en duidelijk onderverdeeld in verschillende zalen. Zeker aan te bevelen voor een bezoek! Elke dag open van 10.00-18.00 uur. Je vindt het links op Av. Iraola in Paseo del Bosque. www. fcnym.unlp.edu.ar/museo
▲
Avenida122 A venida121
Paseo del Bosque
Avenida 120
A venida 119
A venida 117
D ia
A venida 116
na
go
Plaza Matheu
al 74
A venida 6
on
Teatro
ag Di
■ Argentino
al 76
A venida 11
l7 ia
77 al
Teatro Coliseo Podestá ★ ■ 9
on
A venida 10
Plaza España ag
A venida 9
Plaza Rocha
Plaza San Martín
Di
A venida 8
■
Plaza Italia
Plaza Olazábal
Avenida 7
3
■ %
on
A venida 5
na
Terminal
ag
A venida 4
del Lago
Palacio Correo Campodonico
de Omnibus
Di
A venida 3
■ Palaco Municipal
A venida 14 A venida 15
y
l7 na
A venida 17
Plaza Güemes
Plaza Azcuénaga
A venida 20
Plaza Sarmiento
Plaza Irigo yen
6
A venida 18
■
Di
o ag Di
A venida 16
Parque Saavedra
Plaza Paz
Plaza Moreno Tribunales Catedral
na l7 5
Plaza Plaza Belgrano Paso
Avenida 13
ag o
A venida 12
4
go
Plaza Alsian
A venida 2
d8
D
Avenida 1
ule var
■ Anfiteatro
Zoológico
0
l8
A venida 115
Avenida 19
Hipódromo de La Plata
A venida 118
Bo
Museo de Ciencias Naturales
Plaza Islas Malvinas
A venida 21 A venida 22
A venida 71
A venida 69
A venida 70
A venida 68
A venida 65
A venida 67
A venida 64
A venida 63
A venida 62
Avenida 60
A venida 59
A venida 61
Avenida 66
Plaza Castelli A venida 58
Avenida 51
A venida 54 A venida 55 A venida 56 A venida 57
A venida 52
Avenida 53
A venida 47
A venida 46
Plaza Brandsen
Parque J. Vucetich A venida 48 A venida 49 A venida 50
A venida 45
Plaza 19 de Noviembre
Avenida 44
A venida 41
A venida 29 A venida 30
A venida 39
A venida 28
A venida 40
A venida27
Avenida 38
A venida26
Parque Alberti
A venida 43
A venida 24
Avenida 25
A venida 42
A venida 23
La Plata 1. Hotel Argentino 2. Hotel Corregidor 3. Hotel La Plata 4. Restaurant Don Quijote 5. Café Bukowski 6. Confitería Paris 7. La Modelo 8. Het treinstation 9. La Trattoria Toeristeninformatie
B U EN O S AI RES EN O M STREKEN
La República de los Niños (het land voor de kinderen) Een andere attractie ligt 8 km ten westen van de stad: La República de los Niños. Een mengeling van Madurodam en Disneyland. Alle gebouwen zijn op schaal nagebouwd. Opgezet in 1949 en in 1951 werd het geopend onder de bezielende leiding van Evita Perón. Het doel was een droomwereld en een educatieve functie voor het kind te verwezelijken. Kinderen kunnen bijvoorbeeld in Palacio de la Cultura zien hoe andere culturen zijn. Maar er zijn ook (middeleeuwse) kastelen, een Moors paleis en sprookjes van Grimm en Andersen te zien. Er is een stationnetje met een minitrein waarmee je een ritje door het park kunt maken. Er kan zelfs een kind één dag president van dit park worden. En ‘Radio República’ wordt voor en door kinderen gemaakt! Toen Walt Disney op bezoek was liet hij zich hier inspireren voor zijn Disneylandia in Californië. Je vindt het aan de Camino Gral. Belgrano hoek Calle 501. Elke dag open van 10-18 uur. Je kunt er met de trein komen. Vanuit Buenos Aires ga je naar La Plata en bij Estancion Gonnet stap je uit, dan wijst het vanzelf. www.republica.laplata.gov.ar Carlos Thays (1849-1934) De architect en landschapsontwerper, Carlos Thays, werd in 1849 te Parijs geboren. Hij was leerling van de beroemde tuinontwerper Eduard André en door zijn invloed raakte hij geïnteresseerd in de florawereld. In 1889 vertrok hij naar Argentinië en raakte al meteen verliefd op het land. Na enkele jaren werd Thays directeur van de parken en wandelwegen van de stad Buenos Aires. Onder zijn leiding werden duizenden bomen geplant, parken omgetoverd en ontwierp hij vele (groene) wandelwegen. Hij woonde vele jaren met zijn familie in de botanische tuinen te Buenos Aires, waar hij uit heel de wereld de mooiste bomen en planten naar toe haalde Palermo Chico, Parque Tres de Febrero en vooral de botanische tuinen zijn goede voorbeelden. Maar ook in Mendoza (Parque San Martín), Tucumán, Córdoba en vele andere steden is zijn groene handtekening te zien. Maar zijn grootste project was wel het ontwerp van het nationale park van Iquazú. Ongetwijfeld zul je wel ergens in Argentinië door een park of over een promenade van Thays hebben gewandeld.
173
174
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
2. Salta en omstreken Cafayate, Jujuy, Quebrada Humuahuaca en Purmamarca In het noordwesten van Argentinië, dat grenst aan Bolivia en Chili, liggen de provincies Jujuy en Salta. Hier kwamen in 1542 de eerste Spanjaarden vanuit Bolivia Argentinië binnen op zoek naar zilver. Men vond er geen zilver, maar wel enorme hoogvlaktes (Altiplano), bergen, zoutmeren en groene valleien. De indianen, de Calchaqui, die er woonden hadden in Tilcara en Tastil al een grote woongemeenschap. Maar de Spanjaarden introduceerden een vast stadspatroon en zo werden Salta en Jujuy de eerste steden van het land, zij werden gebouwd tussen 1560 en 1590. In de bergen vind je nog volop indianendorpjes en hun cultuur, die verweven is met het katholicisme. Dit uit zich vooral rondom carnaval en Pasen met indrukwekkende processies, muziek en dans. Maar ook de wekelijkse markten in de dorpen brengen je in een andere wereld. De Altiplano (ze noemen het ook wel het dak van Zuid-Amerika) is een gigantische hoogvlakte, want grote delen van de provincies hebben een hoogte boven de 4000 m. Het is er dor, winderig en er zijn grote zoutmeren. De zon staat vrijwel de hele dag pal boven je hoofd, maar de valleien geven afkoeling en zijn zeer kleurrijk. Vooral de Quebrada de Humahuaca in de provincie Jujuy is het kroonjuweel van dit gebied. De provincie Salta heeft vergeleken met de provincie Jujuy meer een Spaans koloniaal verleden. Want al vroeg was Salta een belangrijke handelsstad en tussenstop tussen Peru en het Argentijnse achterland. Ten zuiden van de stad Salta zijn indrukwekkende cañonformaties, zoals de Quebrada de Cafayate en daar ligt ook Cafayate, de hoofdstad van de witte wijn. Vanuit Salta richting Chili loopt over de Altiplano een van de hoogste spoorlijnen ter wereld, die el Tren a las Nubes (de trein naar de wolken) wordt genoemd. Alles tezamen is het noordwesten een prachtige samensmelting van indianencultuur, Spaanse kolonisatie en een eigen identiteit. Waar je ’s avonds met een goed glas koele witte wijn op een terras, onder de duizenden fel fonkelende sterren, heerlijk kunt mijmeren over wat je morgen zult gaan bezoeken.
S A LTA EN O M STREKEN
● Santa Catalina
BOLIVIA
La Quiaca ● 9
jo
S A LTA
●
34
● Tilcara ● Purmamarca
Paso de Sico
50
Orán ●
9
40
Susques
me
Iruya ●
Humahuaca ●
Cerro Toronao ▲ 5010 m
CHILI
Parque Nacional Baritú Aguas ● 13 Blancas
Abra Pampa ●
JUJUY
Cerro Zapaleri 5643 m
Ber
▲ N ▲
BOLIVIA
Cerro Fundición ▲ 5050 m
7
Lag. de Vilama
▲
o
5525 m ▲
● Yavi
Rí
▲
Cerro Negro 5029 m ● Rinconada
Cerro Negro 5029 m
175
5
Parque Nacional Calilegua ● General San Martín
9 34 San Salvador San Antonio 5594 m Olacapato ● de los Cobres de Jujuy ● Grande 51 ● 124 ● San Pedro Santa Rosa Nevada de Acay Santa Rosa √ de Tastil de los 5950 m ▲ ● 42 Los Lapachos Pastos Grandes ● ● R ●Puerta Tastil Parque Nacional Co. San Miguel ▲ ío 27 Pampa Blanca ● Gral. 5850 m h El Rey 9 51 ● Güemes Cbre. del Libertador ● Ea Poma
Cerro Rincón ▲ Cerro Salin 6022 m
▲ ▲Vn. Socompa
rio
sa
Ro
6031 m Paso Socompa
27
√
● 5 40 Campo Quijano Salta 34 ● Las 3360 m ● Rosario de Lerma Víboras ▲ ● ● Pulares ● El Carril Cachi ● Lumbrera ● Cnel. Moldes Seclántas Co. Apacheta ● ● ▲ 3870 m La Viña 34 ● ● ● Metán Molinos Parque Nacional ● Guachipas Los Cardones S A LTA ● Yatasto El Naranjo ● 68 ● Angastaco Rosario Pampa ● de la Frontera ● Grande ▲Co. Galán San Carlos 6600 m ● 6 9 Animaná ● ●
Gral. San Martín 6380 m ▲
S A LTA
Payogasta ●
de Sie r Ag ra ua s
N ▲ 50
100 km
Cafayate
➤
0
i gu ha alc Río C
C ATA M A R C A
Ca
lie
nt
es
R Pa ío sa je
● Mina La Casualidad
SANTIAGO
40 naar San Miguel de Tucumán D E L E S T E R O
WAT JE ZEKER NIET MAG MISSEN IN EN RONDOM SALTA! 1. Enkele dagen verblijven in de stad Salta. De (oude) binnenstad verkennen en dineren in de uitgaangswijk Balcarce. Pagina 185. 2. De weg naar Cafayate met de bus of auto. Je rijdt door het imponerende Quebrada de Cafayate, wat je niet snel zult vergeten. Pagina 192. 3. Vanuit Cafayate, de wijnstad van het noorden, naar de Quebrada de Flecha een van de mooiste gebieden van de provincie. Pagina 197. 4. Vanuit de stad Jujuy een bezoek brengen aan de Quebrada de Humahuaca en het dorpje Tilcara. Ook hier kan de natuur zo mooi zijn! Pagina 212. 5. De trein naar de wolken, el Tren a las Nubes, een van de hoogste spoorlijnen in de wereld. Een fasinerende ervaring. Pagina 191.
176
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
DE STAD SALTA De stad van de (neo)koloniale architectuur Salta is de hoofdstad van de gelijknamige provincie en het vertrekpunt voor mooie en spannende excursies. Een stad met een rijk verleden, een verrassende architectuur en een relaxte uitstraling, waardoor het de meest bezochte stad van het noordwesten is en terecht! ‘Salta la Linda’ (het mooie Salta) wordt het door de Argentijnen genoemd en die zeker tot een van mijn favorieten behoort. Je moet er minstens drie, vier dagen vertoeven. Profiteer van de mooiste excursies, maar geniet ook van de stad zelf. Vooral om zijn koloniale architectuur, maar ook nog om zijn provinciaalse karakter, ondanks de bijna 400.000 inwoners. Door zijn soms warme, bijna tropische temperaturen is de stad één groot terras. Niet voor niets betekende de naam Salta bij de indianen: ‘plaats om tot rust te komen’. Salta ligt 1600 km ten noordwesten van Buenos Aires en 132 km ten zuiden van Jujuy. De stad werd in 1582 gesticht door de gouverneur van Tucumán, Hernando de Lerma, op terugreis van Peru naar Tucumán. Het was al lange tijd een stopplaats voor reizigers en handelaren op weg naar Bolivia en Peru. Daarna ontwikkelde de stad zich tot een belangrijke (handels)stop tussen Buenos Aires en Peru. Halverwege de 17de eeuw was Salta na Córdoba de belangrijkste stad van Argentinië. Tijdens de onafhankelijkheidsoorlog tegen de Spanjaarden had Salta zijn eigen held: generaal Martín Miguel de Güemes. Hij vocht lange tijd met de gaucho’s voor de bevrijding (1814). Zijn leger bestond uit een stel ongeregelde en slecht getrainde gaucho’s, die Los Infernales (de duivels) werden genoemd, maar wel zeer heldhaftig waren. Elk jaar wordt 17 juni op feestelijke wijze met grote gaucho-optochten zijn dood herdacht rondom zijn standbeeld.
Wandelen rondom Plaza 9 de Julio Plaza 9 de Julio is het hart van de stad en vormt een mooi vertrekpunt voor een stadswandeling. Deze buurt werd zo’n zeventig jaar geleden door de Argentijnse architect Angel Guido met zijn plannen tot terugkeer naar de traditie geheel gerenoveerd. In 1936 nam het stadsbestuur zijn verbouwingsplan aan. Het ging om een nationalistische restauratie. De stroming was anti-Europees en Salta moest koloniaal Spaans in zijn architectuur worden. Het resultaat van deze stadsvernieuwing was twijfelachtig, want privéhuizen en bouwplannen konden bekroond worden als ze in neokoloniale stijl werden gerenoveerd of gebouwd. Wat gebeurde was dat er overal smeedijzeren versieringen, houten vensterramen en balkons en witte muren terugkwamen. Het werd een fantasieloze renovatie. Maar goed, het resultaat was wel dat echte oude gebouwen goed opgeknapt werden en daar neem ik je mee naartoe. Maar eerst de kathedraal. Deze werd gebouwd van 1858 tot 1882. Speciaal voor het 300-jarig feest van de stad ontworpen door drie Italiaanse architecten. De façade was toch te Italiaans, vond men, maar door deze marmerkleurig te verven zou het toch meer een Spaansachtige kerk wor-
S A LTA EN O M STREKEN
De Cabildo in Salta
den. Ga zeker even naar binnen, want dat is de moeite waard. Veel goud en rood, maar vooral het barokke altaar is schitterend. De twee belangrijkste beelden zijn van el Señor del Milagro en la Virgen del Milagro, de patroonheiligen van de stad. In deze kerk ligt ook de as van generaal Martín Miguel de Güemes, maar ook van andere belangrijke generaals, zoals Alvarado en Alvarez de Arenales. Links van de kerk, in een fraai gebouw, bevindt zich El Arzobispado (het aartsbisdom) van Salta. Precies tegenover de kathedraal, aan de overkant van het plein, zie je de Cabildo (stadhuis) dat tussen 1789 en 1807 werd gebouwd. Nu is het Museo Histórico del Norte Open van di. t/m zat. van 9.30-20.30 uur, tussen de middag gesloten. Zondagochtend van 9.30-13 uur. Toen in de meidagen van 1817 de revolutie een feit werd, accepteerden de hoofdzakelijk Spaanse leden van de Cabildo dit niet en hielden de patriotten gevangen. Een gemeenteraadslid kon ontsnappen en na een spannende tocht van snel paarden wisselen en weinig eten, kwam deze man acht dagen later en 1600 km verder in Buenos Aires aan om het nieuws aan de Primera Junta (de eerste staatsraad) te vertellen. De Cabildo is eenvoudig en solide van bouw, zoals dat gebruikelijk was in de koloniale tijd. De bovenbouw en toren zijn meer in Toscaanse stijl. Er zijn drie patio’s (binnenplaatsen), waar je de eerste meteen bij de hoofdingang kunt zien. Het is zeker de moeite waard dit museum te bezoeken. Je krijgt een goede indruk over de historische ontwikkeling van de stad en de regio. En op het balkon met zijn mooie ijzeren balustrade heb je een fraai uitzicht over het plein. Met de Cabildo in de rug ga je links aan de overkant de galerij door, waar je een groot imposant gebouw ziet, Centro de Cultura América (nr 23). De gevel is geheel in neoclassicistische stijl. Het is gebouwd in 1913 ter gelegenheid van het feit dat 100 jaar geleden de beslissende slag bij Salta tegen de Spanjaarden werd gewonnen. Ga naar boven en loop de grote
177
178
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
El Convento San Bernardo in de stad Salta
hal binnen, die helemaal van marmer is. Als het kan moet je even in de mooie oude kamers kijken. Je krijgt dan een goede indruk hoe belangrijk Salta in la belle époque rond de voorlaatste eeuwwisseling was. Het hele plein is de laatste jaren goed opgeknapt, er staan veel jonge sinaasappelbomen, er is een autovrije zijde en alle grote koloniale gebouwen zijn gerenoveerd en hebben een frisse verflaag gekregen. Om wat tot rust te komen na al dit culturele geweld, kun je genieten op een bankje aan de overkant op een van de mooiste pleinen van NoordArgentinië, Plaza 9 de Julio. Palmbomen, bloemperken, fonteinen, en een muziektheater sieren dit plein. Of genieten op een van de terrassen aan de kant van Mitre. Alsof je ergens in Toscane op vakantie bent.
Wandelen langs de koloniale renaissance Deze wandeling begint op de hoek van Caseros en Buenos Aires bij Hotel Salta, dat is nu zo’n gebouw uit de koloniale renaissance, gebouwd eind 1930. Ontworpen door het beroemde architectenduo José Aslán en Héctor Ezcurra, die de ontwerpwedstrijd hadden gewonnen. Je loopt Caseros in en op nr. 417 is Casa Uriburu een echt koloniaal huis uit eind 1700. Hier woonde José Evaristo Uriburu, die tussen 1895-98 president van Argentinië was. Het huis heeft een andere bouw- en grondstructuur, want de kamers lopen bijvoorbeeld door van de eerste patio naar de tweede. Bij de tweede patio zie je rechts weer typisch een klassiek balkon uit die tijd. De familie Uriburu behoorde in die tijd tot de meest invloedrijke families in de stad. Je krijgt binnen een goed overzicht hoe deze familie in die tijd leefde. Open van di. t/m za. van 10-20.30 uur, tussen de middag gesloten. Zondag van 9.30-13 uur.
S A LTA EN O M STREKEN
Iets verder op de hoek van Calle Córdoba zie je de mooiste kerk van Noord-Argentinië, de Iglesia de San Francisco. Ga er eind van de middag naartoe, want dan geeft de laagstaande zon met zijn goudgele gloed de fraaiste belichting om een foto te maken van deze in rode tinten geverfde kerk. Kijk eens naar de drie voorportalen, grotere kitsch kun je je niet voorstellen, want de pompeuze gordijnen in Lodewijk de Veertiende-stijl die er hangen zijn... geschilderd! De toren in Toscaanse stijl van 53 m hoog, wordt tot de smaakvolste van Zuid-Amerika gerekend. Het carillon is gegoten uit de kanonnen, die generaal Belgrano veroverd had op de Spanjaarden. De eerste kerk is in 1674 gebouwd, maar door vuur verwoest en de huidige dateert uit 1796. Binnen is de kerk geheel in barokstijl ontworpen door de Italiaanse architect, Luis Giorgi. Rechts van de kerk is een grote zaal met aardige regionale voorwerpen, die je kunt kopen. Als je Caseros vervolgt kom je na enkele blokken bij Calle Santa Fe, hier op de hoek heb je El Convento San Bernardo. Het is een prachtig gerestaureerd klooster in de adobestijl, met een indrukwekkende deur van cederhout, die de indianen in 1762 geheel in hun stijl uitgesneden hebben. Het is pas sinds 1864 een klooster, daarvoor was het het eerste hospitaal van de stad en oorspronkelijk een hermitage, gebouwd tussen 1586 en 1726. Het klooster is niet te bezoeken, maar de kapel wel. Je loopt iets terug naar Calle Pueyrredón en sla dan rechtsaf, waar je het oudste huisje van de stad, uit 1732, op nr. 112 vindt. Salta heeft nl. twee zware aardbevingen gehad, die de stad grotendeels verwoest hebben. De eerste was in 1692 en de tweede in 1884, zodat er helaas weinig van het oude Salta over is. Nu ga je via España, links richting Plaza 9 de Julio en op de eerste hoek van Deán Funes zie je een groot gebouw, Oficinas Nacionales. Vooral de façade valt op (dateert uit 1935) en binnen in de hal het vele mozaïek. Dit gebouw is een van de mooiste voorbeelden uit de koloniale renaissance. Nu loop je naar Av. Belgrano dan rechts richting Paseo Güemes naar het laatste gedeelte van de wandeling. Deze (villa)wijk staat vol met de mooiste voorbeelden van de koloniale renaissance. Meteen na Av. H.Yrigoyen zie je al de fraaiste huizen in deze stijl. Het doet zelfs wat Moors of Andalusisch aan. Zoals rechts op nr. 54 Club 20 de Febrero maar wel gebouwd in...1948! Een ander mooi voorbeeld is aan de overkant op nr. 55, Casa Paz Chain, geïnspireerd op het Alhambra uit Granada in Spanje met al zijn bogen en zijn torens. Links op Pje. del Milagro zie je op nr. 278 en 270 ook nog van die opvallende huizen. Als je Paseo Güemes uitloopt kom je uit bij een plein waar een Mooie villa's bij Paseo Güemes
179
180
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
bombastisch monument staat, de held van de stad, generaal Güemes. Voor de Salteño’s een dierbaar persoon, want op 16 juni (zijn sterfdag) is er ’s avonds een grote gaucho-optocht naar dit plein met de 14 Fogones de la Noche (14 vreugdevuren). Om 12 uur ’s nachts is het een minuut stil ter nagedachtenis van het overlijden van de generaal, daarna blijven de gehele nacht gaucho’s de nachtwake houden. Achter dit plein op Ejécito del Norte is Museo Antropológico waar een goed overzicht is over de indianencultuur van deze provincie. Open van ma. t/m vr. van 8-18.30 uur en zaterdag van 9-19.00 uur. Zondags gesloten.
De uitgaanswijk Balcarce Deze wandeling is het leukst op zondag, want dan is er een gezellige antiek- en rommelmarkt in Calle Balcarce waar deze wandeling eindigt. Vertrekpunt is Calle Balcarce bij Plaza Belgrano en Av. Belgrano. Je loopt richting Santiago del Estero en links van je is een markant bouwwerk waar de Jefatura de Policia is gehuisvest. Een soort Spaanse burcht moet het voorstellen, maar waar men totaal de plank heeft misgeslagen. Ik heb dat ook in de stad Neuquén gezien, een merkwaardige manier om hoofdbureaus van politie onder te brengen in dit soort kastelen. Enkele blokken verder is Plaza Güemes, waar zaterdagmiddag een kleine rommelmarkt is en op zondag begint hier vanaf 10 uur de grote antiek- en curiosamarkt tot aan het stationsplein. Aan de andere kant van het plein heb je Palacio Legisstativo, ook wel La Casa de Los Leones genoemd, vanwege de twee grote bronzen leeuwen voor de ingang. Het werd in 1892 gebouwd als Casa de Gobierno (regeringsgebouw).
De kathedraal van de stad Salta
S A LTA EN O M STREKEN
Je komt nu in het gedeelte van Balcarce waar de straat bekend om staat: van restaurants, cafés, pubs en discotheken. Hier speelt zich dan ook het uitgaansleven van Salta af. Balcarce en Necochea zijn de hipste straten van de stad. Daarom is het heerlijk wandelen tot aan het station, je ziet ook veel huizen uit de koloniale en de koloniale renaissancetijd. Een leuke mix met het hippe uitgaansleven. Het mooiste gebouw van de straat is Sociedad Español ook zo’n namaakkasteel en gebouwd in 1882! Neem bijvoorbeeld een stop bij Gervasio op nr. 892, het is een sfeervol modern café en art galerie. Bij het station kun je terugwandelen via 20 de Febrero, een straat met veel authentieke huizen. Bij dit station vertrekt de beroemde Tren a las Nubes ofwel de ‘trein naar de wolken’ (zie ook pagina 191). Ga zeker een avond en vooral in het weekend in Balcarce uit. Voor restaurants, pubs en cafés zie pagina 185.
Wandelen door het oude gedeelte van de stad Het vertrekpunt is op de hoek van Caseros en Alberdi, bij Plazoleta IV Siglos. Het is een leuk pleintje waar eind van de middag de jongeren van Salta elkaar ontmoeten. Je loopt langs de galerij (Mitre) naar Calle España. Halverwege kom je langs ‘La Continental’ een enorme overdekte winkelgalerij, bij España ga je linksaf. Schuin aan de overkant op nr. 674 heb je Casa Moderna een wat ‘stoffige’ delicatessenwinkel waar je de heerlijkste worsten, broden, vleeswaren en drank kunt kopen. Achterin staan wat tafels waar je kunt lunchen of wat drinken omringd door oude affiches en vele voorwerpen. Bij het volgende blok op nr. 730 is Casa de Güemes, een huis uit 1784, waar deze generaal heeft gewoond. Nu is het een klein museum met een mooie patio, ‘s avonds is er een restaurant met muziek en dans. Je kunt het museum bezoeken van ma. t/m vr. van 9-19 uur. Je gaat bij de volgende straat, 20 de Febrero naar links en bij Caseros ook weer naar links waar op de volgende hoek Casa de Leguizamón staat. Het werd gebouwd in 1810, maar ziet er vanwege het voorportaal en het ijzerwerk van het balkon uit als een koloniaal gebouw. Vaak waren deze huizen beneden winkel en boven woning. Rechts in Florida op nr. 20 heb je Casa de Arias Rengel, nu Museo de Bellas Artes. Gebouwd halverweg de 18de eeuw. Het is heel symmetrisch en bij de eerste patio kun je van buiten af op de galerij van de eerste verdieping komen. Dit huis was voor die tijd een van de toonaangevende bouwwerken. Het museum is zeker de moeite waard, want je kunt er prachtige schilderijen en houtsnijwerk uit de koloniale tijd zien. Open van 9-13 en van 16-20 uur. Op de hoek met Alvarado staat Casa Hernandez, een fraai koloniaal huis uit 1780. Het balkon op de hoek valt al meteen op en ook de dikke adobemuren. Het huis heeft drie mooie patio’s en met dat grote balkon op de hoek liet men zien hoe belangrijk men was in die tijd. Nu Mueseo de la Ciudad. Open van 9-13 en van 16-20.30 uur. Zaterdag van 9-13 uur. Deze straat Florida en parallel Alberdi zijn de twee peatonals, voetgangersstraten, van Salta waar het altijd gezellig vertoeven is tot ‘s avonds laat. Als je via Alvarado naar Alberdi loop kom je op nr. 625 langs het smaakvol gerenoveerde huis van generaal Alvarado. Deze generaal heeft met generaal San Martín meegevochten voor de onafhankelijkheid van het land.
181
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
182
De teleférico (gondellift) Een andere aangename wandeling is naar Parque San Martín waar een teleférico (gondellift) je naar de Cerro San Bernardo brengt. Op ruim 1400 m heb je daar een mooi uitzicht over alle rode daken van de stad. Er is ook een aardig café met een terras. Elke dag vanaf 10 tot 19.30 uur kun je met de kabelbaan naar boven. Als afwisseling kun je daarna naar beneden lopen en kom je uit bij Paseo de Güemes en het standbeeld van generaal Güemes (zie wandeling op pagina 179).
Los Paraisos
Los Paraisos
h
Par que
N ▲
12 de Octubre
12 de Octubre
20 de Febr er o
Hernandez O 'Higgins T. Tedin
➤
Lerma
Juramento
Avenida San Martín
Parque San Martín
h
Mendoza
ias To b
J.
Lavalle
➤
V. Lopez
Pueyrredon
D. Funes
Córdoba
Catamarca
Buenos Aires
Alberdi
Las Heras
Mitre
F. de Zuviria
20 de Febrero
Balcarce Florida
Dr .M .B
J. Saravia
h
A. Chiclana San Juan
e l os An des
Klein
J. d
Gomez
E.
A. Saravia
chaga Gurru
Avenida San Martín
11 ★
España
Alvarado
10 ★
Urquiza
☎
Dr. G. Pul o
en
★ ★7 ★1 ★ 9 6
el N orte
San Lorenzo
y Yri go
Ituzaingo
➤
25 de Mayo
➤
➤
B. Zorrilla
8 ★ Caseros
Ave .d
üemes Paseo G
F. del
%
Rep. de Israel
a H.
Plaza 5 ★ 9 de Julio
Uriburu
id Aven
General M. M. de Güem es Plaza Belgrano Avenida Belgrano
M. Sola
ola
14★
➤
S n. Ge
Dr. Linares
J. M. Leguizamón
Santa Fé
Pellegrini
e. Av
Rivadavia
➤
Avenida Sarmiento
A. F. Cornejo
Santiago del Estero
Avenida Belgrano
Jujuy
o
★ 3
★2
rn ard
Plaza Güemes
n Be
13 ★
a Sa
➤
Avenida Entre Rios
Avenida Entre Rios
nid Ave
Alsina
N. Rold an
ay
V. Toledo
★12
Urugu
E. Frias
Necochea
4★
~
F. Ameghino
Avenida
Avenida
Station
oe do
Cornejo
Salta 1. Hotel Salta 2. Hotel del Virrey 3. Hotel Solar de la Plaza 4. Hotel El Lagar 5. Hotel Victoria Plaza 6. Hotel Posada del Sol 7. Hotel Regidor 8. Villa Vicuña 9. Hotel del Antiguo Convento 10. Hotel Marillian 11. Residencial Elena 12. Hostel Salta 13. Casa real 14. Bloomers . . . Wandelroute beschreven in de tekst.
S A LTA EN O M STREKEN
183
Naar San Lorenzo Een aardig uitstapje is naar Villa San Lorenzo zo’n 11 km ten noordwesten van Salta, waar je heerlijk kunt wandelen, want de omgeving is mooi, bergachtig met veel groen. Het dorpje heeft een Toscaanse en plezierige sfeer, met mooie villa’s en enkele goede restaurants. Zoals Lo de Andrés op de hoek van Juan Carlos Dávalos en Gorriti of El Castillo in dezelfde straat op nr. 1985. Deze laatste is ook een hotel. Av. San Martín en Juan Carlos Dávalos zijn de belangrijkste (winkel)straten. De bus (no. 15) vertrekt elk halfuur uit Salta vanaf de busterminal. www.sanlorenzosalta.org.ar
Praktische informatie Salta (0387)
i
Toeristeninformatie Alle informatie over de provincie en de stad kun je krijgen in Calle Buenos Aires 93. Open op werkdagen van 821 uur. Zat. en zon. vanaf 9 uur. Aan Av. San Martín bij Buenos Aires is het officiële informatiecentrum over de stad. Dezelfde openingsuren. www.turismo salta.gov.ar, www.turismoensalta.com
Hotels In de zomermaanden december tot maart, maar ook half juli tot half september en rond Pasen zijn de hotels vaak al vol en de prijzen hoger!
Eersteklashotels (2-pers.kamer tussen de E 60-80) • Hotel Salta (431-0740) op de hoek van Buenos Aires en Caseros is prima. Met grote kamers, een goed restaurant en een zwembad. De koloniale sfeer straalt overal van af. www.hotelsalta. com • Hotel El Lagar (431-9439) is een boutiquehotel. Een privéhuis omgetoverd tot een (klein) comfortabel hotel. De eigenaar, de wijngigant Etchard, heeft voor de gasten een wijn uit eigen kelder. Zijn kunstcollectie is in dit hotel te bewonderen. Adres: 20 de Febrero 877.
[email protected]
• Hotel del Virrey (422-8000) is een prima hotel in de koloniale stijl. Het ligt net buiten het centrum aan de 20 de Febrero 420. Met alle comfort en een klein zwembad. Aan te raden. www. hoteldelvirrey.com.ar • Hotel Solar de la Plaza ( 431-5111), J.M. Leguizamón 669, is een zeer goed hotel helemaal in een koloniale stijl, met alle comfort en een uitstekend restaurant. www.solardelaplaza.com.ar • Casa Real (4314212200) in B. Mitre 669 ligt niet ver van Plaza Mitre en is zeker aan te bevelen. Ruime moderne kamers, fitness en zwembad. www. casarealsalta.com
Middenklassehotels (2-pers.kamer tussen de E 35-55) • Altos de Balcarce (431-5454) in Balcarce 747. Een prima hotel met
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
184
zwembad en ruime kamers, gelegen in de leukste straat van de stad. www. altodebalcarce.com.ar • Posada del Marqués (431-7741) ligt centraal in Córdoba 195 en is voor zijn prijs aan te raden. Met een leuke patio, goede kamers incl. ontbijt. www. posadadelmarques.com.ar • Hotel Regidor (431-1305). Voor deze prijsklasse niet gek. Rustig en eenvoudige kamers. Geen ontbijt, maar er is een confitería beneden. In Buenos Aires 8 bij het plein. • Hotel del Antiguo Convento (4311882), Caseros 113. Een leuke plek voor die prijs, ruime kamers in een mooi neokoloniaal huis met een zwembad. Centraal gelegen. www.hoteldel convento.com.ar • Marilian (421-6700) is een modern hotel in hartje centrum. Buenos Aires 176. De kamers zijn goed, maar wat klein. www.hotelmarillian.com.ar
• Backpackers (423-5910) is een gezellig jongerenhotel, met kook- en wasgelegenheid. Gebruik van internet en leuke bar. Wel buiten het centrum. Buenos Aires 930. www.backpacker ssalta.com
Boutiquehotels (2-pers.kamer tussen de E 40-55) • Bloomers (422-7449) in Vicente Lopez 129 heeft ruime mooie kamers en je krijgt een fantastisch ontbijt. Je dag kan al niet meer stuk. Een relaxte sfeer met een heerlijke lounge en patio. www.bloomers-salta.com.ar
Budgethotels (2-pers.kamer tussen de E 15-30) • Residencial Elena (421-1529) een prima hotel. Een ouder echtpaar runt deze tent en je hebt hier een heerlijke rust bij twee patio’s vol met planten. De kamers met douche zijn eenvoudig. Buenos Aires 256. • Hostel Marilian (437-0531) vind je in Buenos Aires 160. Modern en net tussen budget en middenklasse in. Een rustige patio en een grote living. • Hostel Balcarce (431-8135) in Balcarce 460 ligt in de uitgaansstraat van de stad. Een leuk, vriendelijk hotel voor een goede prijs. www.hostelsal ta.com • Las Rejas B&B/Hostel (421-5971) in Gral. Güemes 569 is een aardige, sympathieke hostel en een gedeelte is B&B. Heeft een iets ouderwetse uitstraling. Er is kookgelegenheid. www. lasrejashostel.com.ar
• Villa Vicuña (421-7816) in Caseros 266 is niet alleen centraal gelegen, maar is een en al rust. Mooie gestylde ruime kamers en een prima service. www.villavicuna.com.ar
Camping • Camping Municipal Carlos Xamena is een grote camping van de gemeente. Heeft alle faciliteiten, douches en wasgelegenheid. Het ligt vlak bij het zwembad en de rivier. Je kunt de camping met bus 13 (Balneario) bereiken. Net over de brug van de rivier naar links aan de Av. del Libano.
Restaurants Ik geef je maar een kleine keuze, want restaurants, pizzeria’s en cafés zijn er in overvloed. In Calle Caseros vind je de volgende goede restaurants: Op nr. 440.
S A LTA EN O M STREKEN
• El Solar de Convento in een neokoloniaal huis met heerlijke gerechten. Wel altijd druk. Op nr. 117: • El Corredor de las Empanadas. Hier eet je de beste empanadas en heerlijke regionale gerechten. • Charrüa op 215 heeft een goede parrilla en is een gezellig familierestaurant. • La Terazza de la Posta heeft een aardige kaart, en een gezellige sfeer. Je krijgt als welkom een amuse queule aangeboden. España 456. • Peña Boliche Balderrama aan de Av. San Martín 1126 heeft in het weekend tijdens het eten folkloristische muziek. Met veel regionale gerechten. • Doña Salta heeft regionale gerechten, gezellige ambiance en de (gaucho) obers ontvangen je hartelijk. Córdoba 46.
• Color Maïs is een klein maar uitstekend vegetarisch restaurant in Pasaje Zorrilla 244. Elke dag een ander verrassend dagmenu. Zeker proberen! • José Balcarce is een van de beste restaurants in de stad. Je vindt het op de hoek van Mitre en Necochea. Pure gerechten uit de regio, zoals lama biefstuk of quinoa (een soort rijst). • Cava de Piedra in Mitre 81, aan het plein, is een leuke sfeervolle wijnbar en tevens restaurant.
Cafés en bars • Grote terrassen vind je aan de Mitre zijde bij Plaza de 9 de Julio. Café van Gogh op de hoek van España en Zuviria is een gezellig café ook voor de lunch. New Time op de hoek van Mitre en Caseros is ‘s avonds erg populair, vooral in het weekend dan is er livemuziek. Je kunt er ook lunchen. Aan de overkant op de hoek bij Alberdi is Quatro Siglos. Een grote lunch/ confitería, waar het goed vertoeven is. Met een grote saladebar. • Vinoteca ‘Cavas de Salta’ is een wijnproeverij, waar je ook wat kunt eten. Je vindt het op de hoek van Gral. Güemes en Juramento. • Goblin is een gezellige pub met chopp in diverse maten. Ze hebben een terras en echt iets om de avond mee te beginnen of te eindigen. In Balcarce 445. • Capricho mag je niet overslaan! In een prachtig interieur kun je niet alleen heerlijke koffie of thee drinken, maar ook uitstekend lunchen. Je kunt er zelfs overnachten, want er zijn 2 exclusieve kamers. Deán Funes 26. • In Balcarce heb je: Café del Tiempo (aanrader, op de hoek met Necochea). Don Blas op de hoek met Sgo del Estero (leuke kroeg). Gervasio op nr. 892 is ook artgalerie en een aardige ambiance. Lala, Casa de té op de hoek van Alsina is een gemoedelijk theehuis. Estobar op nr. 813 heeft een terras en een relaxte sfeer. Als laatste, Casa de Gervasi op 892. Heeft een interieur vol met curiositeiten en gezellig druk.
Vervoer Bussen De busterminal is vlak bij Parque San Martín aan Av. H. Yrigoyen. Een goede terminal met toiletten, confitería, telefooncabines en een informatiebureau.
185
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
186
• Naar Buenos Aires gaan verschillende ondernemingen zoals Chevallier, Flechabus en Panamericano (20 uur). Alle bussen zijn semicama of zelfs super cama (Leto). • Naar Tucumán gaat elke 2 uur een bus. Een rit van 4 uur en de maatschappij Veloz del Norte is aan te bevelen. • Elk uur gaat er een bus naar Jujuy. Je bent er binnen 2 uur Flechabus en Balut zijn goed. • Naar Córdoba 5 bussen per dag. • Naar Cafayate 3 bussen per dag met El Indio (3,5 uur). • Naar Cachi 2 bussen per dag met Empresa M. Rueda (ruim 4 uur). • Naar San Antonio de los Cobres. Elke dag een bus met Empresa El Quebradeño (6 uur reistijd). • Naar San Pedro de Atacama 3x per week (vertrek begin van de avond). Een rit van 10 uur incl. eten.
Vliegen • Aerolineas heeft 4 vluchten per dag naar Buenos Aires. • Andes één vlucht per dag naar Buenos Aires. Er gaat vanaf het vliegveld een busje naar het centrum. • Aerolineas in Caseros 475. • Andes vindt je in España 478.
Treinen • Voor de Tren a las Nubes zie pagina 191. Met uitgebreide beschrijving.
Autohuur In Calle Buenos Aires en Caseros, vanaf Plaza 9 de Julio, vind je verscheidene autoverhuurbedrijven zoals: • Rent a Car Noa in Buenos Aires 1 lokaal 3 of Localiza op nr. 189. Semisa Rent a Car in Caseros 489 en Avis, Caseros 374.
Fietstochten/verhuur • Salta Bike organiseert goede fietstochten door de stad en de omgeving. Ook fietsenverhuur. In Balcarce 304. www.aventuraensalta.com.ar • Bici Norte verhuurt fietsen, maar heeft ook fietstours. Op de hoek van Buenos Aires en Caseros (bij hotel Salta). www.bicinorte.com.ar
Folkloristische muziek • Casa Güemes in España 730 en • La Casona del Molino in Casero 2600, hoek Luis Burela. Ze hebben folkloristische muziek en dans tijdens het eten. De Salteños voelen zich hier erg thuis. Een aanrader.
Festivals • 6-15 september: Cristo del Milagro. Met op de 15de een enorme kleurrijke processie. De legende vertelt dat de beelden van Christus en de maagd van Milagro, Salta hebben beschermd tegen de aardbevingen. • 16-17 juni: De dood van generaal Güemes met een grote gauchoparade en veel folkloristische zang en dans.
Museum • MAAM is een zeer interessant museum over de archeologische vondsten van Noord-Argentinië. Modern en duidelijk van opzet, kun je de geschiedenis via allerlei voorwerpen volgen. Van een mummiekind uit de Inca tijd tot de schilderkunst van de Cuzqueño school. Allemaal zeer informatief. In Mitre 77 aan het plein. Open van di. t/m zon. van 9-13 uur en van 16-21 uur.
Reisbureaus • Saltur (421-2012) naast de Cabildo in Caseros 485 heeft goede excursies in de omtrek. Ze werken efficiënt en is aan te bevelen.
S A LTA EN O M STREKEN
• Clarck Expediciones (421-5390), Caseros 121, biedt goede tochten aan door de bergen. Te paard of te voet met birdwatching. Er is een Engelstalige gids. Zij hebben ook perfecte ecotrips van enkele dagen. www.clark expediciones.com • Movitrack Safaris (431-6749) heeft tochten door het binnenland van 1 tot 3 dagen. Goed georganiseerd en met een grote (open) truck reis je door de provincie met Engelstalige gidsen. Heeft een grote verscheidenheid van excursies. Te vinden in Buenos Aires 28. www.movitrack.com.ar • Norte Trekking (436-1844) aan de Av. del Libertador 1151 organiseert spectaculaire safaritochten door het hooggebergte, die enkele dagen duren. Ook naar het nat. park El Rey. Aanrader. www.nortetrekking.com • Socompa heeft o.a. een goede excursie naar Tolar Grande (zie pag. 200). Maar ook andere gebieden. Je vindt ze in Balcarce 998 (1e etage). Fabricio de eigenaar kent de regio zeer goed en werkt met Engelstalige gidsen. www.socompa.com
Winkelen • Mercado Artesanal aan de Av. San Martín 2555 is in een mooi gerestaureerd gebouw dat El Alto Molino (het huis van de oude molen) heet. Gebouwd eind 1700. Je moet het zeker bezoeken, niet alleen voor de vele regionale artikelen die je er kunt kopen, maar ook om te zien hoe vroeger de rijken van Salta hebben geleefd.
Het ligt wel buiten het centrum, maar met bus 5A op Av. San Martín kom je er zeker. Stap nadat je de spoorlijn bent overgestoken uit. Open van 8-20 uur. • Goede boekwinkels zijn: Librería Rayuela in Alvarado 570 en La Fería del Libro met internationale boeken in Buenos Aires 83. • Mercado Municipal is een bezoek waard. Op de hoek van San Martín en Florida. Tussen 12-17 uur gesloten, zondag gesloten. • Op Plaza Mitre en Balcarce richting het station is er elk weekend een aardige ambachtsmarkt. • Paseo de Compras vrijwel aan het eind van Balcarce bij het station. Een bonte verzameling van winkeltjes, cafés en een restaurant. Leuk voor het weekend. • Wasserette Sol de Mayo (4319718) is in 25 de Mayo 755. • Supermarkten zijn: Vea, Florida 50, de Peatonal en in Mitre 433 (groot). Norte in 20 de Febrero net om de hoek van Caseros. Allebei ook open op zondag. • Een groot modern shoppingcentrum is Alto NOA. Je vindt het op de hoek van Av. Virrey Toledo en Av. Entre Rios. Elke dag open.
Wijnwinkels • La Cordobesa heeft een grote sortering wijnen uit de provincie, met proeverijen. Leguizamón 1500. • La Estacion op Balcarce 983 is een grote wijnsupermarkt.
187
188
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Regionale gerechten • Empanadas zijn gevulde pasteitjes, die je zeker moet proberen, elke regio heeft zo zijn specialiteiten. Buiten de basisingrediënten zitten hier i.p.v. olijven of erwten vaak gedroogd en gekruid vlees in (wordt 3 weken in de zon gedroogd en heet charquí). • Humita is een mild gekruid gerecht van verse maïskolven. Bereid met speciale kaas uit de regio en aardappels. • Locro is een stevige soep met o.a. aardappelen, tomaten, gekruid vlees en bonen. • Chanfaina is een ragout van lamsvlees en lever gekookt in water en het bloed van het dier. • Tamales bestaat uit: maïsmeel, ei, vlees (charquí) en groene uien. Dit alles wordt gekookt.
EEN VERBLIJF OP EEN ESTANCIA RONDOM SALTA Een verblijf op een estancia, deze worden in Salta fincas genoemd, is genieten van de natuur en de rust in een luxe omgeving. Maar ook zijn er finca's die allerlei activiteiten organiseren, zoals paardrijden, birdwatching (vogels bestuderen) en excursies in de omtrek. 1. Finca Santa Anita (490-5050) in Coronel Moldes 60 km ten zuiden van Salta (aan de RN 68) is een nog echt koloniaal huis in het dorp. Je kunt meedoen aan activiteiten op de boerderij, want er is een bakkerij en er wordt geitenkaas gemaakt. De kamers zijn eenvoudig, maar er is een goede familiesfeer en je eet er prima. De kamers zijn ± E 60 voor volpension. www.santaanita.com.ar 2. Finca El Manantial (439-5506) ligt zo’n 25 km ten westen van Salta in een bosrijke vallei. Het is nog zo’n echt mooi koloniaal gebouw met grote slaapkamers en alle comfort. Voor E 80 volpension kun je hier heerlijk wegdromen! Er is een zwembad en ze organiseren paardrij- en wandeltochten. Vanuit Salta neem je de RP 51 richting Campo Quijano en is niet ver van het gehucht La Sillata. Je kunt ook op het vliegveld worden opgehaald. www.hotelmanantial.com.ar 3. Selva Montaña (492-1184) is niet ver van Salta gelegen in het dorpje San Lorenzo. Een heerlijk rustige (groene) omgeving tussen de heuvels, waar je kunt tennissen, zwemmen en ‘s avonds wordt er een uitgebreide asado (Argentijnse barbecue) georganiseerd. De kamers zijn ruim en er is een goed restaurant. In Alfonsina Storni 2315 (een zijstraat van Camino de la Quebrada), het is zo’n 15 minuten van de stad Salta. Een 2-pers.kamer kost ± E 50. www.hostal-selvamontana.com.ar 4. Los Los (0387 431-7258) is een sfeervolle finca gelegen aan het begin van de mooie route naar Cachi. Omringd door enorme tuinen en een zwembad. De slaapkamers zijn helemaal nog in de oude koloniale stijl, maar met alle comfort. Voor een kamer met halfpension betaal je ± E 60. Het ligt 40 km ten zuiden van Salta niet ver van El Carril aan de RN 68 richting Cafayate. www.redsalta.com/loslos
S A LTA EN O M STREKEN
Een van de mooiste kerken in Salta, Iglesia de San Francisco
189
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
190
✭✭✭ DE VIER MOOISTE ROUTES VANUIT SALTA ✭✭✭ (én een spectaculaire treinreis) Ik heb voor je vier mooie trips uitgezocht, waarmee je de omgeving goed leert kennen. De meeste zijn in een dag te doen, behalve naar Tolar Grande, reken daar zeker 3 dagen voor. ❶ El Tren a las Nubes (de trein naar de wolken). Deze treinreis is een van de hoogste ter wereld met prachtige vergezichten en een spectaculaire rit over de viaduct Polvorilla op 4220 m hoogte. Zie pagina hiernaast. ❷ Naar Cafayate de hoofdstad van de witte wijn, 184 km zuidelijker en je rijdt door een imponerend berglandschap. Pagina 193. ❸ Van Salta naar Cachi en het nationaal park Los Cardones. Een mooie tocht door een ruig gebergte naar het dorpje Cachi, alwaar je terugkeert naar het koloniale verleden. Pagina 199. ❹ Naar Tolar Grande via San Antonio de los Cobres. Je gaat naar een van de meest afgelegen gebieden van Argentinië op een hoogte van 5000 m! Een onvergetelijke rit van drie dagen over de Altiplano. Zie pagina 200.
San Antonio ● de los Cobres
➤
naar Tolar Grande
San Salvador de Jujuy ●
51
Nevada de Acay
▲
34
Santa Rosa de Tastil
● 5950 m ● Puerta Tastil Co. San Miguel Rí ▲ o 5850 m
●
●
51
▲
Campo Quijano
● Rosario de Lerma
6380 m
● Pampa Blanca
9
● Gral Güomez ● Cabeza de Buey
rio
● Ea Poma Cbre. del Libertador Gral. San Martín
Salta
34
● 68 Cuesta del Obispo Payogasta ● ▲ Pulares El Carril ● 3360 m ● ●
Cachi ●
Las Víboras ●
Chicoana
Lumbrera ●
Pa Río sa je
Co. Apacheta Cnel. Moldes ● ▲
Seclántas ●
N ▲
42 Los Lapachos
sa Ro
● Santa Rosa de los Pastos Grandes
San Pedro ●
124
6600 m
Angastaco ●
68
ui ag
▲
● Metán
● Guachipas
34
● Yatasto
lch
Co. Galán
La Viña ● 40
a Río C
Ag Si ua err s a Ca de lie nt es
3870 m
Molinos ●
San Carlos ●
● Animaná
Cafayate ●
6
● Pampa Grande
El Naranjo ●
●
Rosario de la Frontera 9
S A LTA EN O M STREKEN
❶ EL TREN A LAS NUBES (TREIN NAAR DE WOLKEN) De spectaculairste treinreis van Argentinië, misschien wel van heel ZuidAmerika is El Tren a las Nubes, de trein naar de wolken. Heen en terug 434 km, een project waar in 1921 aan werd begonnen en dat pas klaar kwam in 1948 met 21 tunnels en het hoogste punt 4220 m is! Eigenlijk was het bestemd voor goederenvervoer naar Socompo in Chili. Maar sinds 1978 rijdt er ook een passagierstrein en elk jaar nemen tienduizenden passagiers deze trein. Je vertrekt vanuit Salta en het hoogste punt wordt bereikt na het stadje San Antonio de los Cobres dat al op 3774 m hoogte ligt. Want dan gaat de trein naar viaduct La Polvorilla en dat is een adembenemende afsluiting van de reis en tevens het hoogste punt! Maar voordat je hier bent heb je al ruim 8 uur een prachtige rit achter de rug. Om de steile bergen in het begin te kunnen overbruggen krijg je eerst twee zogenaamde ‘zigzaggen’. Een systeem dat ze later in Zwitserland hebben overgenomen. De trein gaat dan zigzaggend naar boven om de steile bergen te kunnen overbruggen. Het eerste stationnetje waar je dan even stopt is Ingeniero Maury, genoemd naar de Amerikaanse ingenieur die de leiding had over dit treintraject. Het volgende station is Puerta de Tastil. Je bent dan al op een hoogte van 3000 m. Hier leefde rond de 14de eeuw een grote indianengemeenschap (zie ook trip ❺). Hoe hoger je komt hoe ruiger en mooier het landschap wordt. De Altiplano van Argentinië pur sang! Je ziet cañons, prachtige rotsformaties, duizenden cactussen en lama’s. Honderden kilometers is geen gehucht of dorpje te bekennen, alleen natuur. Er is weinig vegetatie, maar de rotsformaties zijn stuk voor stuk een schilderij. De trein rijdt af en toe door tunnels van meer dan 150 m lengte! Na het station van San Antonio de los Cobres kom je op het hoogste gedeelte, maar ook het saaiste, want je bent op het ‘dak’ van de Altiplano. In de verte zie je nog de imposante vulkaan Nevado de Acay van 6550 m hoogte, maar om je heen is het kaal. Nu gaat het spektakel beginnen, langzaam klimt de trein naar het hoogste punt van de reis. Dat is bij La Polvorilla, een 224 m lang viaduct en je bent op 4220 m. De viaduct maakt een flauwe bocht over de vallei en is 64 m hoog! Bij dit spektakel kun je of uit je raam hangen en steil naar beneden kijken én fotograferen, of stil in je stoel zitten en hopen dat je maag zich niet gaat omdraaien, want de trein helt ook ietsjes in de bocht! Bedenk eens dat dit project begin jaren dertig van de vorige eeuw is uitgevoerd onder zeer eenvoudige omstandigheden! Duizende arbeiders hebben met eenvoudige voorwerpen en onder slechte omstandigheden en zware kou dit project gerealiseerd. Al het staal (1600 ton stalen staven) komt uit Triëst in Europa en werd eerst in een gelijkwaardige kloof daar in de buurt uitgeprobeerd. Toen werd alles per boot versleept naar Buenos Aires en kwam het hier naartoe! Voor de viaduct stopt de trein even en dan kun je uitstappen. Tientallen indianen uit San Antonio de los Cobres wachten je op om te proberen poncho’s, truien of andere geweven kleden te verkopen. De kwaliteit is zeer goed en van lamawol!
191
192
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Daarna stop je nogmaals in San Antonio de los Cobres voor een nationale ceremonie. Dan gaat de terugreis beginnen, deels in het donker, maar je wordt in de trein opgevrolijkt door veel folkloristische muziek. Rond 10 uur ’s avonds kom je moe maar voldaan in Salta aan. • Nog even wat tips. Je rijdt in een moderne goed voorziene trein, waar alles aanwezig is, zoals een restauratie- en een ambulancewagon, want de bergziekte (Apunamiento) kan toeslaan. Er zijn dokters en verplegers aanwezig (zie pagina 211 wat je er tegen kunt doen). Tijdens de reis is er een goede uitleg in het Engels en Frans, kortom alles is goed geregeld! Reserveer tijdig, want deze trein rijdt alleen van april tot half november, soms maar tweemaal in de week anders alleen op zaterdag. In juli en augustus bijna elke dag. Reserveren kun je bij La Veloz Turismo in Salta, Buenos Aires 44, lokaal 1. (0387) 401-2000. www. El Tren a las Nubes op 4220 m hoogte lavelozturismo.com.ar Of bij Dinar Turismo in Salta op de hoek van Mitre en España. (0387) 432-2600. Je betaalt voor een ticket ongeveer E 90. Vertrek is om 7.10 uur en je bent rond 22 uur weer terug. Het station vind je in 20 de Febrero in Salta aan het einde van Balcarce.
❷ VAN SALTA NAAR CAFAYATE Je neemt RN 68 richting Coronel Moldes, zo’n 60 km ten zuiden van Salta, dat een leuk pittoresk dorpje is. Het is vrijwel even oud als Salta en best leuk voor een eerste stop. Een bezienswaardigheid is de kerk, maar ook iets verder het dorpsplein. Van hieruit kun je naar het grootste kunstmatige meer van Argentinië rijden, Cabra Corral. Het is 115 km2 groot en de weg voert naar de dam. Deze is ruim 90 m hoog. Je hebt bij de afslag (RP 47) hostería Cabra Corral met een goed restaurant, waar je heerlijke pejerrey (koningsvis) uit het meer kunt eten. Net over de dam is ook een uitstekend viersterrenhotel, Hotel del Dique met een prima restaurant en terras en een zwembad. Je betaalt rond de E 60 voor een 2-pers.kamer. www.hoteldeldique. com
S A LTA EN O M STREKEN
Na Alemania, een klein gehuchtje, aan de RN 68 lijkt het alsof je in een andere wereld komt. Je ziet vreemd gevormde cañons met de meest uiteenlopende kleuren van grijsgroen tot oranjerood. Hier zijn geen dorpen, geen huizen, er zijn geen auto’s, bomen noch struiken. Alleen grotesk gevormde rotsformaties onder een strak azuurblauwe hemel. Je bent in het rivierdal van de Río de la Conchas. Hier hebben de rotsformaties tot de verbeelding sprekende namen zoals Garganta del Diablo (keel van de duivel), El Anfiteatro (het amfitheater), El Fraile (de monnik), El Obelisco (de obelisk) en Los Castillos (de kastelen). 80 km lang een soort maanlandschap met indrukwekkende kleuren, vormen en cañons, waar zelfs de maan jaloers op zou kunnen zijn. Wat mij het meest imponeerde waren twee diepe rotsinhammen (El Anfiteatro). Het lijkt wel alsof je in een gigantische spiraal terecht bent gekomen. Garganta del Diablo bij Cafayate Kijk niet te lang omhoog, want je voelt je al zo nietig als je dit indrukwekkende theater betreedt. Wanneer je in het midden staat moet je eens hallo roepen; dat woord wordt akoestisch versterkt en dat is juist de verrassing. Als je met de auto gaat staan deze rotsformaties langs de weg aangegeven. Reis je met de bus van Salta naar Cafayate ga dan links zitten, want dan heb je het mooiste uitzicht! Vanuit Cafayate kun je ook met de fiets dit gedeelte doen (zie pagina 195). Na dit spektakel kom je nu in een vlak gebied met veel druivenplantages, het Bourgondië van Noord-Argentinië.
CAFAYATE Met zijn 10.000 inwoners, is Cafayate na Salta, de belangrijkste stad van de provincie en ligt 184 km ten zuidwesten van Salta. Hier komt de beste witte wijn van Argentinië vandaan. Het hele jaar is het hier kurkdroog en warm, daarom duren de siësta’s hier het langst, maar toch is het de moeite waard om de hoofdstad van de lekkerste witte wijnen te bezoeken
193
194
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Plaza Principal in Cafayate
én die te proeven. Het stadje op zich is niet echt interessant en er is weinig te doen, maar de omgeving is zeer de moeite waard, daarom raad ik je toch aan om enkele dagen te blijven. Het hele leven speelt zich zoals gewoonlijk af rondom Plaza Principal. Hier heb je de kerk, de Municipalidad en vele terrassen en restaurants. De bomen op het plein hebben prachtige witte bloemen en er staan leuke lantaarns. Pas zo na vijven wordt Cafayate levendig en gezellig en waar alle mensen dan vandaan komen is mij een raadsel. Het stadje is niet ouder dan 150 jaar en is een oase van rust en groen en de bewoners zijn trots op hun mooie Spaanse neokoloniale huizen. In de maanden januari en februari is het moeilijk een hotel te vinden, want veel Argentijnen komen hier vakantie vieren. Av. Güemes (N) is de belangrijkste straat, met leuke winkeltjes, die allerlei regionale (artisanale) spullen verkopen. Er zijn twee musea, allereerst El Museo de la Vid y del Vino, dat je kunt vinden op Av. Güemes (S) vlak bij Chacabuco in een oude bodega. Waar je de geschiedenis van de wijn kunt volgen met allerlei oude wijnattributen en foto’s. Het andere museum is Museo Arqueológico een paar blokken verder op M. Hurtado en Calchaqui. Hier is een verzameling van oude urnen (uit de Incatijd) en veel ceramiek. Beide zijn elke dag open van 11-20 uur. Als je geïnteresseerd bent in ceramiek dan is de werkplaats van de familie Cristófani een begrip. Deze van origine Italiaanse familie kwam hier in 1850, en in hun werkplaats wordt nog steeds op ambachtelijke wijze grote tot kleine ceramische potten, schalen en schotels gemaakt. Je vindt ze aan de Ruta 40 net over de brug tegenover de Bodega La Rosa.
S A LTA EN O M STREKEN
Praktische informatie Cafayate (03868) Toeristeninformatie vind je op Plaza Principal waar een kiosk staat aan de San Martín en Güemes (N) zijde. Open van 8-22 uur. Hotels • Killa (422-254) beveel ik je aan. Mooi gelegen in een koloniaal huis en met alle service. Grote kamers, relaxte sfeer en een prachtige tuin. In Colón 47. www.killacafayate.com.ar • Villa Vicuña (422-145) in Belgrano 76 is een boutiquehotel. De kamers zijn mooi ingericht met alle comfort. Een grote patio en een heerlijke leeszaal. www.villavicuna.com.ar Je betaalt voor beide hotels rond de E 40 voor een 2-pers.kamer. • Los Sauces in Calchaqui 62 (421158) ligt achter de kathedraal. Met grote kamers en voor de prijs een aanrader. • Hotel Asturias (421-328) in Güemes (S) 154 is prima, maar er kunnen ook grote reisgezelschappen komen. Er is een zwembad. en een restaurant. Je betaalt voor al deze hotels rond de E 40 voor een 2-pers.kamer. • Hostal de Valle (421-039) is een prima familiehotelletje, een aanrader voor de prijs ± E 20 voor een 2-pers. kamer. San Martín 243. • Camping Municipal ligt aan de Ruta 40 niet ver van het centrum bij Bodega La Banda. Met kampwinkel, warm water, douches en een zwembad. Restaurants Op de hoek met V. Toscano en Güemes aan het plein heb je • El Rancho, hier eet je niet slecht. Het is een traditionele keuken.
195
i
• La Carreta de don Olegario, deze heeft goede regionale gerechten. Op de hoek van Güemes en San Martín. • Baco op de hoek van Güemes en Rivadavia is niet duur met eenvoudige gerechten. Gezellig sfeertje. Als laatste. • Ruperta in Güemes 2 aan het plein. Daar heb je ook verschillende confitería’s met grote terrassen. Vervoer De bus (Empresa El Indio) naar Salta vertrekt op Belgrano net om de hoek van Güemes (S), 3 x per dag (vier uur). Naar Tucumán (6,5 uur) 2 x per dag. Je gaat via Santa Maria met Empresa Aconquija. Deze vind je in Mitre 77 vlak voor Rivadavia. Naar Angastaco 1 x per dag, San Carlos 3 x per dag. Nuttige adressen • Het postkantoor is op de hoek van Güemes en Córdoba. • Supermarkt San Carlos is vlak voor de overdekte markt (mercado de frutas y verduras). Zo ook is er een op de hoek van V. Toscano en N.S. de Rosario. • Een wasserette is op Mitre 189. • Een goede wijnwinkel is: La Escalera op San Martín 63 aan het plein. Voor een overnachting op een bodega rondom Cafayate, zie kader volgende pagina. Zo ook in hetzelfde kader, wijnproeverijen bij verschillende bodega's. Fietsenhuur/reisbureau Turismo Cordilllerano, C. Quintana de Niño 59 vlak bij het plein. Heeft verschillende excursies o.a naar Molinos en Cachi. Zo ook met de fiets door het mooie Quebrada de Cafayate. Voor fietsliefhebbers een prachtige tocht! www.turismocordillerano.com.ar
196
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Een bezoek aan een bodega Mendoza staat bekend om zijn wijnen, maar Cafayate met zijn droge klimaat (altijd zon), en op 1700 m hoogte gelegen heeft voortreffelijke (witte) wijnen. Kenners zeggen dat Cafayate en Mendoza zijn zoals in Frankrijk Bourgondië en Bordeaux. Je kunt verschillende bodega’s bezoeken: Bodega Etchart, La Rosa en La Banda (zie foto) zijn wel de meest bekende. Deze laatste is de oudste, maar La Rosa is het wijnhuis Michel Torino, een wijn die je niet in Nederland kunt kopen. Dus interessant voor een proeverij, ook omdat deze bodega gehuisvest is in een mooi neokoloniaal gebouw (zie foto), waar je ook kunt overnachten (zie hier onder). Elk jaar winnen ze hoge prijzen voor hun wijnen. Bodega Etchart heeft een van de beste witte wijnen van het land, dus ook interessant voor een proeverij. In deze streek groeit de druif torrontés, die mee is gekomen met de Spanjaarden (deze wijn is wel verkrijgbaar in Nederland o.a bij de grootste supermarkt). Bodega Etchart kun je vinden aan de Ruta 40 richting Tucumán (± 2 km van het centrum). Voor een bezoek bij Etchart telefoneer eerst even: 421-310. La Banda heeft als openingstijden 9-13 en van 15-18 uur. La Rosa van 9-12 en van 14-16 uur. In het weekend 9-13 uur. Allebei vind je ze aan de Ruta 40 richting Cachi, enkele kilometers van het centrum. De kleine bodega San Pedro de Yacochuya is ook de moeite waard voor een bezoek. Deze ligt 8 km ten noorden van Cafayate aan de rand van de heuvels. Ook hier eerst even bellen voor een bezoek (421-233). • Je kunt in bodega El Esteco luxueus overnachten. Je betaalt rond de E 240 per nacht. De kamers zijn fantastisch en je kunt er voortreffelijk eten in een bloemrijke patio. Er is een vinotherapie die allemaal is afgeleid is van druiven en bronwater, de enige in Argentinië! Proberen? Kijk op www.luxurycollection.com/cafayate • Vinas de Cafayate is een nieuw hotel helemaal in koloniale stijl, gebouwd enkele kilometers ten noorden van Cafayate. Mooi gelegen rondom de wijngaarden en waar je je helemaal in een andere wereld waant. Grote kamers, prima service en een goed restaurant. Je betaalt E 60 voor een 2-pers.kamer. Voor zo'n prijs, zeker aan te raden! www. cafayatewineresort.com
S A LTA EN O M STREKEN
❸ DE OMGEVING VAN CAFAYATE Een uitstapje die je zeker niet mag missen is naar het dorpje Molinos. Je komt dan door de Quebrada de las Flechas (de kloof van de pijlen). Dit is misschien wel de mooiste route van de hele provincie. Heen en terug 236 km over een slechte grotendeels grind- of zandweg. Je neemt de RP 40 richting het noorden, waar je na 24 km bij San Carlos aankomt. Dit dorpje van 2000 inwoners is in 1648 gesticht en heeft nog zijn pure koloniale stijl behouden. De mooie witte kerk op het plein dateert uit 1854 met daarnaast de cabildo. Daaromheen vind je leuke handwerkwinkeltjes en eind van de middag is er een Mercado Artesanal.
Quebrada de las Flechas Na dit dorpje volg je weer de RP 40 en rijd je langs de Cerros Colorados, mooie rood gevormde rotspartijen. Langzaam maar zeker verandert het landschap naar wat de Quebrada de las Flechas wordt genoemd, een zeer droog en dor, maar schitterend gebied. Het zandstenen gebergte, waar je nu doorheen rijdt is door eeuwenlange erosie van hevige regenval en wind zo geplooid en gespitst, dat het lijkt alsof je door een ‘bos’ van zandpijlen en gerimpelde bergen rijdt. Begrijpelijk dat de indianen deze streek de naam Quebrada de las Flechas (kloof van de pijlen, waarvan sommige meer dan 20 m hoog zijn) hebben gegeven. Wat het ook zo mooi maakt is dat de zon op het einde van de dag deze zandsteenformaties een speciale rode gloed geeft, waardoor het nog een extra dimensie krijgt.
Quebrada de las Flechas
197
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
198
Stop onderweg en ga op een van die hoge punten staan, zo krijg je een fantastisch vergezicht over het hele gebied (zie foto vorige pagina). Na 70 km kom je bij Angastaco aan, een gehuchtje waar niet veel te doen is. De lokale wijn vino Patero is bekend in de hele provincie en deze kun je proeven in de bodega vlak bij de rivier (de witte is heerlijk, maar wat zoetig). In het tweede weekend van december is hier La Fiesta Patronal Virgen del Valle, met processies, dans en parades van gaucho’s. Maar bij la Semana Santa (de dagen voor Pasen) is er een indrukwekkende processie en een spectaculaire kruisweg, waar heel de omgeving naartoe komt. Midden in het dorp is Hosteria de Angastaco (03868-15-639-016), een goed hotel waar je voor een kamer rond de E 20 betaalt! Als je de weg weer vervolgt, de RP 40, ga je nog steeds door een prachtig ruig gebied. Je bent op een hoogte van ruim 2000 m, waar je op een gegeven moment bij het dorpje Molinos aankomt.
MOLINOS Molinos een leuk klein koloniaal dorpje gesticht in 1659. Het ligt 118 km ten noorden van Cafayate aan de RP 40 en 210 km ten zuidwesten van Salta. De kerk dateert uit halverwege 1700 en herbergt het gebalsemde lichaam van de laatste Spaanse gouverneur, Don Nicolás Severo Isasmendi, van Salta, waarvoor deze kerk werd gebouwd. Neem de tijd voor een wandeling door het dorp met zijn eenvoudige koloniale huisjes. Je kunt er ook prima overnachten, want Hostal Provincial de Molinos (03868494002) is in een mooi gerenoveerd historisch gebouw gehuisvest met een binnenplaats en een klein museum. Hier resideerde de laatste Spaanse gouverneur begin 19de eeuw. Je betaalt voor een 2-pers.kamer E 40, inclusief ontbijt en zwembad. Er is een restaurant. • Bodega/Estancia Colomé (03868-494-044) ligt zo’n 20 km ten zuidwesten van Molinos (aan de RP 53). Een schitterend gelegen bodega aan de rand van het gebergte. Het is de oudste bodega van Noord Argentinië, gebouwd in 1831. De estancia is nu een luxehotel, waar in september 2004 Willem Alexander en Máxima enkele dagen hebben vertoefd. Het is niet goedkoop, maar je krijgt alle comfort en met een stevig glas wijn van de bodega is het er heerlijk vertoeven. Voor deze luxe betaal je ruim E 160 met ontbijt. De kamers zijn ruim en je kunt er heerlijk eten, paardrijden, fietsen en tot rust komen (o.a. yogalessen).Er is ook een aardig museum voor moderne kunst. www.bodegacolome.com
❹ VAN SALTA NAAR CACHI Deze mooie trip van Salta naar Cachi van bijna 160 km is totaal verschillend van de vorige. Je rijdt door het nationale park Los Cardones, waar duizenden cardón cactussen groeien. Deze lijnrechte cactussen hebben een lengte van 6 tot 8 m. Maar voor je hier bent heb je al een hele mooie tocht achter de rug. Vanuit Salta neem je weer de RN 68 richting Cafayate, maar bij el Carril ga je rechts richting Pulares, alwaar de weg slingerend kilometerslang door een adembenemende, kleurrijke vallei gaat. Gedecoreerd door mosgroene
S A LTA EN O M STREKEN
en roestrode grijze bergwanden, waar grote, dikke, lange cactussen langs de weg groeien. Je bent hier in de Quebrada de Escoipe en El valle Encantado. Een indrukwekkende rit naar het hoogste punt op ruim 3700 m, Cuesta del Obispo (de helling van de bisschop). Hiervandaan heb je een schitterend uitzicht over de vallei, waardoor je net gereden hebt. Maar het kan ook gebeuren dat er hier een wolkendek tussen de bergen over de vallei hangt, want op dit hoogste punt zit je net als in een vliegtuig boven de wolken en zie je een puur wit tapijt tussen de bergtoppen. Je krijgt een gevoel alsof je in een enorm bad met alleen maar badschuim terecht bent gekomen. Dan daal je af en kom je langzaam maar zeker in het nationaal park Los Het nationale park Los Cardones Cardones. Het landschap verandert in vlaktes met duizenden enorme cactussen. De cardón pasacana heten ze en deze vrijwel rechte cactus kan honderden jaren oud worden. Ze groeien op een hoogte van 2000 tot 5000 m. De zaadjes, pasacana, kun je eten en hebben een wat zoete smaak. Voor de indianen die hier woonden stond dit vast op hun menu. De schors van deze cactus werd veelvuldig door de Spanjaarden gebruikt voor vloeren en daken van hun kerken en balkons. Na het plaatsje Payogasta is het nog een kleine 10 km naar Cachi, de eindhalte van deze etappe.
CACHI Cachi is een rustig, vredig dorpje met een groot plein, Plaza 9 de Julio, waar het dagelijkse leven zich in alle facetten afspeelt. Het ligt in een groene vallei aan de rand van de imposante berg Nevado de Cachi, die 6380 m hoog is. Dit dorpje dateert uit 1694, maar was daarvoor al een indianennederzetting. Je ziet, vooral rondom het plein, dat de meeste huizen in adobestijl zijn gebouwd. De façade van de kerk is vrij eenvoudig, de vloer en het dak zijn van de cardón cactus-schors, zoals je dat veelvuldig ziet in de noordelijke provincies. Hij is gebouwd in de 18de eeuw en als de kerk open is moet je zeker even naar binnen lopen, want het altaar met de prachtige decoratie er omheen is zeker de moeite waard om te zien. Plaza 9 de Julio is een rechthoekig plein, dat afwijkt van alle andere plaza’s in het land, die alle vierkant zijn, en omringd worden door dennenbomen. Aan de andere kant is het Museo Arqueológico in een mooi gebouw uit 1920. Daar krijg je een goed overzicht van de precolumbiaanse tijd en de Inca-periode. Geopend van 9-19.30 uur. In het weekend van 10.00-13.00 uur.
199
200
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Praktische informatie Cachi (3868) Toeristeninformatie vind je bij Plaza 9 de Julio. Open van 9-12 en van 15-20 uur. • Een goed hotel is ACA hostería (491105) met een grote patio, waar een kamer rond de E 40 kost. Ze hebben een restaurant. www.soldelvalle.com. ar • Hostal El Cortijo is net zo goed (491034) tegenover de ACA in Autómovil Club s/n. E 40 voor een kamer (allemaal ingericht in stijl van de streek). www.hostalelcortijo.com.ar • Hostería Llaq’ta Mawka (49-1016) is in een van de oudste huizen van Cachi, maar de kamers zijn perfect. Er is een zwembad en de familie is zeer hulpvaardig.
i
• Hostería Casa el Molino de Cachi (03868-491094) ligt 9 km ten noorden van 't stadje, maar is een aanrader. Een boutiquehotel met grote kamers, een uitstekend restaurant met regionale gerechten en een eigen wijn. E 80 voor een kamer. www.norte virtual.com • Restaurant El Aguilla in Ruiz de los Llanos bij het centrale plein heeft regionale gerechten of ernaast Oliver Café met verse jus, sandwiches en pizza's. • Empresa Marcos Rueda op de hoek van het plein en Calle Tavella gaat elke dag naar Salta. Een rit van 5 uur, maar zeker aan te bevelen.
❺ VAN SALTA NAAR TOLAR GRANDE (VIA SAN ANTONIO DE LOS COBRES)
Niet alleen met de trein naar San Antonio de los Cobres is spectaculair, ook met de auto is aan te raden. Het voordeel is dat je meer van de omgeving te zien krijgt dan met de trein. En dat is nog maar het begin, want na Antonio de los Cobres richting het dorpje Tolar Grande krijg je een totaal ander landschap te zien. Want Tolar Grande ligt zo'n 350 km ten westen van Salta op een hoogte van bijna 5000 m! Tot voor kort was het vrijwel niet mogelijk om deze tocht te maken (er is daar naartoe geen openbaar vervoer), maar nu zijn er enkele gespecialiseerde reisbureaus die dit aanbieden. Drie dagen lang rij je grotendeels over zandwegen, door immense lege vlaktes, langs grote zoutmeren en door adembenemende gebergten. Soms lijkt het wel of het landschap van de planeet Mars hier een 'broertje' heeft. Alleen maar roodbruine golvende gebergten. Het is een lange rit vanuit Salta, want soms kun je niet harder dan 40 km per uur over de zandwegen, maar de omgeving vergoedt alles! Het landschap tot San Antonio de los Cobres is afwisselend van enorme cactusvelden tot grimmig gerimpelde rotswanden. Je rijdt soms door diepe dalen met veel groen en dan weer hoge kale spitse rotswanden om je heen. Na ruim 100 km kom in Santa Rosa de Tastil, een gehuchtje aan de RN 51, waar wat huisjes staan en een klein museum. Daar zijn voor-
S A LTA EN O M STREKEN
werpen uit een bloeiende periode te zien, toen hier nog duizenden indianen woonden. Want verderop liggen de ruïnes van een pre-Incagemeenschap die leefde tussen de 14de en 15de eeuw. Hier stonden meer dan 400 wooneenheden en Tastil moet een belangrijk commercieel handelsstadje geweest zijn tussen het Altiplano-gebied en Salta. De naam Tastil komt van ‘Ta’, dat in de indianentaal ‘kloppen op’ en ‘il’ plek betekende. Het was een gebruik, dat als de indianen over de bergen aankwamen, zij dit aankondigden door met stenen op de bergwanden ‘te kloppen’. De ruïnes zijn niet echt de moeite waard om te bezoeken. Daarna ga je naar een hoogte van 4100 m waarbij je een goed uitzicht over de immense Altiplano-vlaktes hebt. Nu ben je op het hoogste punt van het eerste deel van de rit, daarna ga je langzaam naar een vrij vlak monotoon gebied en bereik je in de vallei het dorp San Antonio de los Cobres. Dit is een saai mijnwerkersdorpje op 3775 m hoogte met niet meer dan 3000 inwoners. Het ligt 136 km ten westen van Salta en er wonen grotendeels indianen, die voornamelijk werken voor de koper- en zinkmijnen. Het dorpje is altijd een belangrijke stopplaats geweest voor reizigers naar en van de Atacamawoestijn en Antofagasta in Chili. Veel mensen krijgen hier last van hoogteziekte, ik heb het zelf ook gehad. Neem rustig de tijd en wandel langzaam, drink cocathee of water (zie kader op pag. 211). Er is een prima hotel, Hostería de las Nubes (0387-490-9059) modern met ruime kamers en een goed restaurant. Je betaalt rond de E 40 voor een 2-pers.kamer. www. maresur.com Vanaf de busterminal in Salta vertrekt elke dag Empresa El Quebradeño voor een ruim zes uur durende rit naar San Antonio de los Cobres. En er zijn verschillende reisorganisaties in Salta die alleen dit traject ook aandoen (zie pagina 186 ). Als je met de auto bent kun je doorrijden naar de beroemde viaduct La Polvorilla, waar de ‘trein naar de wolken’ overheen rijdt en tevens zijn eindpunt is. Een indrukwekkend gezicht als je daar beneden staat en als je de trein daarboven ziet verschijnen (dan moet je wel op de dag vertrekken als de trein, wat de meeste excursies ook doen)! Vanaf nu laat je de bewoonde wereld achter je en ga je richting zoutmeren en verlaten dorpen en stationnetjes naar Tolar Grande. Want zo'n twintig jaar geleden reed tot Socompa (de grens met Chili) nog een trein en waren de dorpen rondom de zoutmeren nog bewoond. Nu zijn het net 'ghost towns' met klapperende deuren, kapotte ramen, alles is in verval! Indrukwekkend is de weg door Solar de Pocitos (een groot zoutmeer), door de weerkaatsing van het felle zonlicht lijkt het alsof je door een sneeuwgebied rijdt. Je gaat nu naar een hoogte van bijna 5000 m en dat merk je! Niet alleen lichamelijk, maar er is ook geen vegetatie wel af en toe een vicuña-familie (is een sierlijke lama), die je verbaasd aankijkt van wat kom je in godsnaam hier doen. Je rijdt slingerend door een van de mooiste gebergten van Noord-Argentinië naar het dorpje Tolar Grande. Alles is roestbruin en heeft door de erosie (het waait er behoorlijk) de mooiste vormen gekregen. Het is genieten, en verbaasd vraag je je af of deze vormen wel door de natuur zijn gevormd, zo mooi en in harmonie! Als je begin van de avond daar rijdt dan worden de kleuren door de ondergaande zon, die fel oranje is, nog eens heftiger.
201
202
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
In Tolar Grande werkte men voorheen voor de zout- en fosfaatindustrie, nu is er niets meer. De meeste mannen werken in Salta of ergens anders. Er is een hostería (waar een mannen- en een vrouwenzaal is) en je eet bij familie thuis, want er is geen restaurant. De enige bezoekers zijn geologen, vrachtwagenchauffeurs en enkele toeristen. De volgende dag breng je een bezoek aan een verlaten fosfaatmijn en 'la Duna' (de duin), en deze is op ruim 5000 m hoogte. En ook het hoogtepunt (letterlijk en figuurlijk), want na een wandeling naar de top, heb je het gevoel over het 'dak van ZuidAmerika' te kunnen kijken. De lucht is zo helder, zodat je alle toppen van de vulkanen in de verre omtrek makkelijk kunt zien (zie foto hieronder). Deze driedaagse tocht kun je maken via de reisbureaus Socompa en Norte trekking (zie pag.186 onder praktische informatie bij Salta).
De omgeving van Tolar Grande en de zoutmeren
S A LTA EN O M STREKEN
JUJUY Het vertrekpunt naar het verleden De hoofdstad van de provincie Jujuy heet eigenlijk San Salvador de Jujuy. Maar men zegt gewoon Jujuy (spreek uit: goe-goej). De stad ligt 1654 km van Buenos Aires, 124 km ten noorden van Salta en 290 km van La Quiaca, waar de Boliviaanse grens begint. Jujuy werd gesticht in 1561, maar al in 1565 verwoest door de indianen. Toen weer opgebouwd en in 1575 opnieuw verwoest. Eindelijk in 1593 definitief gesticht door Don Francisco de Argañaraz y Murgia. De stad telt ruim 200.000 inwoners, maar straalt nog steeds iets provinciaals uit. De binnenstad heeft redelijk wat koloniale gebouwen, maar door aardbevingen en oorlogen zijn helaas veel historische huizen verloren gegaan. Vooral tijdens de onafhankelijkheidsoorlog in 1812 heeft Jujuy veel te lijden gehad. Bijna iedereen vluchtte de stad uit, hetgeen El Exodo Jujeño (de Jujuy-exodus) werd genoemd. Generaal Belgrano had de opdracht gegeven, dat indien het Spaanse leger de stad zou aanvallen, zij (de onafhankelijkheidstroepen van Belgrano) de stad gingen verwoesten, zodat de Spanjaarden haar niet konden innemen. Daardoor zijn veel oude en historische gebouwen verloren gegaan. Elk jaar op 23 en 24 augustus wordt dit herdacht met grote (gaucho)parades. Het oudste en meest interessante gedeelte van de stad ligt tussen de tweesprong van de rivieren de Río Grande en de Río Xibi Xibi. Rondom Plaza Belgrano vind je het oudste gedeelte met mooie gebouwen, straten met koloniale huisjes en een gezellige voetgangersstraat. Daarom ga ik wat uitgebreider de binnenstad bespreken. Je merkt wel bij aankomst, dat er een groot verschil is met Salta. Salta is helemaal op het toerisme ingesteld, hier is het allemaal wat armer en rommeliger. Maar de mensen zijn allerhartelijkst, zowel in de provincie als in de stad.
Een wandeling door het oudste gedeelte van de stad Je begint bij Plaza Belgrano, dit plein is niet zo gezellig als van Salta of Tucumán en het is er net zo rustig als de stad zelf. Het standbeeld van generaal Belgrano staat in het midden. Rondom heb je de kathedraal, de Cabildo (het gemeentehuis) en aan de andere kant Casa de Gobierno. De kathedraal is zeker de moeite waard om te bezichtigen. Ze dateert uit 1750 en heeft de mooiste preekstoel van Argentinië, die geheel uit hout gesneden is met veel bladgoud, door de indianen onder leiding van jezuieten volgens hun cultuur bewerkt. Werkelijk een pronkstuk. Maar ook de schilderijen aan de muur zijn museumstukken. En kijk eens naar het plafond, en links naar het beeld van de Virgen del Rosario, een prachtig stuk barok. Ook de patio naast de kathedraal is de moeite waard. De kathedraal is niet groot van binnen, terwijl de buitenkant anders oogt. Dat komt omdat in 1900 de buitenkant grotendeels verbouwd is. De Cabildo aan de overkant werd tussen 1863 en1867 opnieuw gebouwd, nadat deze door een aardbeving verwoest werd. Tegenwoordig zit er het hoofdkwartier van de politie en het Museo Policial, dat niet echt de moeite waard is. In Calle Gorriti 259 aan de linkerzijde van de Cabildo
203
204
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
staat een prachtig neokoloniaal gebouw. Nu is het van de federale politie en als de deur openstaat moet je toch even naar binnen kijken. Er is een prachtige hal en patio. Aan de andere kant op de hoek van Sarmiento en San Martín staat een totaal ander gebouw, Casa de Gobierno. Pompeus, in Franse barokstijl, omgeven door palmbomen in de tuin en gebouwd in 1920. Een enorme trap leidt je naar een grote hal op de eerste etage. Hier bevindt zich de Salón de la Bandera, een zaal waar de eerste vlag van Argentinië te zien is. Deze prachtige kamer, met kroonluchters en grote spiegels, is een soort heiligdom voor de Argentijnen, want generaal Belgrano gaf in 1813 deze vlag cadeau aan de stad Jujuy voor hun heldhaftig verzet tegen de Spanjaarden. Open van ma. t/m vr. van 9-12 en van 16-20 uur. Zat. en zon. van 15-19 uur. Op de binnenplaats en in de tuin eromheen zie je beeldhouwwerk van de beroemde Argentijnse beeldhouwster Lola Mora (zie pag. 223). Dan ga je Calle Belgrano in die ‘s avonds en in de weekends een peatonal (voetgangersstraat) wordt. Het is er gezellig met veel winkels, restaurants, cafés en reisbureaus, maar ook oude huisjes en een prachtige kerk. Want al op de volgende hoek van Lavalle staat, Iglesia San Francisco. Het is een mooie kerk oorspronkelijk uit 1599, maar steeds aangepast en verbouwd tot aan 1927 toe! De façade doet Italiaans aan en binnen staat een in het oog springende houten preekstoel uit de 18de eeuw. Binnen kun je naar Museo de Arte Sacro. In enkele kamers zie je fraaie schilderjen van de Cuzqueño-school (zie pag. 215) en religieuze voorwerpen uit de koloniale tijd. In de namiddag (het leven komt pas na 16.30 uur op gang) is Belgrano tussen Lavalle en Necochea een drukke voetgangersstraat. Als je doorloopt kruis je Calle Lamadrid. Hier sla je linksaf. Er staan enkele mooie neokoloniale huizen met fraaie balkons (zie nrs. 278, 262 en 254) en Capilla Santa Barbara, een kerkje uit 1777 met dikke adobemuren van zeven meter hoog en een houten dak. Binnen zijn ook nog enkele schilderijen van de Cuzqueño school. Bij San Martín sla je rechtsaf en loop je door naar Av. Senador Perez, een drukke verkeersstraat. Nu loop je weer richting Belgrano en daar zie je op de hoek aan de overkant Sociedad Española, misschien wel het opvallendste gebouw van de stad. Schuin aan de overkant zie je zo’n gebouw uit de koloniale renaissance waar Salta mee is overspoeld. Nu loop je door tot aan Alvear en daar sla je rechtsaf, bij de volgende straat Lamadrid is Teatro Mitre. Een fraai gebouw met een bogenfaçade en galerij, gebouwd in 1891. Als het open is ga dan even naar binnen, want het lijkt een beetje op het beroemde Teatro Colón van Buenos Aires, maar dan in het klein. Het is een van de oudste theatergebouwen in het land en binnen is een gezellige confitería. Iets verder op nr. 927 zie je een mooie façade in Franse stijl van een huis gebouwd in 1915, Casa Tezanos Pinto. Nu wandel je door naar Lavalle, waar je rechts ingaat. Het is een gezellige drukke straat met koloniale huizen, winkels en twee musea. Op nr. 434 is Museo Arqueologico Provincial. Je ziet er voorwerpen van de eerste woongemeenschappen uit de provincie, zoals een ceramiek van een godin van 2500 jaar geleden. Open van 8-21uur en zat. van 9-13 en 15-19 uur.
S A LTA EN O M STREKEN
205
Op nr. 256, staat het Museo Histórico Provincial, het huis waar generaal Juan Lavalle in 1848 werd doodgeschoten. Hij was een belangrijk persoon in de strijd tegen de dictator generaal Rosas. Het is zeker een bezoek waard, want niet alleen de historie van de provincie kun je er volgen, maar het is ook een van de smaakvolste koloniale gebouwen van de stad met twee patio’s en galerijen. Open van ma. t/m vr. van 8-20 en in het weekend van 9-13 en van 15-20 uur.
Praktische informatie Jujuy (0388) Toeristeninformatie Te vinden op Belgrano hoek Gorriti, aan Plaza Belgrano. Elke dag open van 8-21 uur. In het weekend van 920 uur. Zo ook bij de busterminal en het treinstation. Geven prima informatie over hotels en wat je allemaal kunt ondernemen in de stad en regio. www.jujuy.gov.ar
Hotels Eersteklashotels (2-pers.kamer rond de E 50-60) • Hotel Panorama (423-2533) in Belgrano 1295 heeft ruime kamers en er is een restaurant. Je hebt vanuit de bovenste kamers een prachtig uitzicht over de stad. • Jujuy Palace (423-0186) Belgrano 1060, ligt centraal, de kamers zijn goed en er is een restaurant. • Altos de la Viña (426-2626) ligt buiten de stad in de wijk La Viña aan de Av. Pasquini López 50. Ruime kamers, mooi gelegen en een goed restaurant. • Ohasis (424-1017) is het beste hotel, centraal gelegen, moderne kamers met alle comfort. Er is fitness, een zwembad en een restaurant. Ramirez de Velazco 244. www. ohasishoteljujuy.com
Middenklassehotels (2-pers.kamer rond de E 20 en E 35)
i
• Hotel Internacional (423-1599) op de hoek van Sarmiento en Plaza Belgrano ligt centraal, maar de kamers zijn een beetje ouderwets. Er is een goede confitería. www.hinternacionaljujuy. com.ar • Augustus (423-0203) in Belgrano 715, ligt vlak bij Lavalle in het drukke gedeelte. Dus vraag een kamer achter! Maar is verder prima. • Fenicia (423-1800), 19 de Abril 427, aan de rivier Xibi, Xibi. Mooi gelegen en goed, misschien wel een eersteklashotel. De kamers zijn wel erg oubollig. • Hotel Sumay (423-5065) één blok van het centrale plein in Otero 232. De kamers, met ontbijt, zijn vrij sober, zo ook de badkamer.
Budgethotels (De kamers hieronder zijn ± E 20) • Residencial San Antonio (4225998) tegenover de busterminal op Lisandro de la Torre is aan te bevelen, ze hebben keurige kamers. • Club Hostel (423-7565) in San Martín 155. Een leuk, aardig hostel niet ver van centrum en met zwembad. Rond de 5 p. p. • Hostal Yok Wahi (422-9608) is een eenvoudig maar goed jongerenhotel. In Lamadrid 168. Met allerlei activiteiten. Je betaalt rond E 5 per persoon. www.yokwahi.com.ar
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
206
Restaurants
• Manos Jujeños aan de Av. Sdor. Perez 379 is voor regionale gerechten een aanrader. Decoratief interieur en een goede sfeer. • Peña Savoy is een populaire tent met in het weekend livemuziek. Het is dan erg druk, maar zeker proberen voor een plaats. Zondags gesloten. Op de hoek van Alvear en Urquiza.
• Ruta 9. In de hoofdstraat, Belgrano 750. Je eet er prima beneden in de souterrain. Zo ook bij • Krysys, Balcarce 272. Heeft een gezellige sfeer en goede kaart (o.a. parrilla). • Reggina heeft heerlijke pizza's en een eenvoudige kaart. Je kunt er knus buiten eten in de patio. Belgrano 638. • Miralejos in Sarmiento 268 aan het plein is een leuk restaurant met een aardige kaart. Je kunt er ook goed lunchen. Een aanrader! • La Madre Tierra in Belgrano 619 is vegetarisch. Met een uitstekende bakkerij. Alleen open tijdens lunchtijd.
• Het beste café van de stad is Zorba, modern, leuke sfeer en je kunt er goed lunchen. Helaas is de bediening erg traag. Op de hoek van Belgrano en Necochea.
Urq
uiz a
%
➤
★
9★
2
Station Gorriti
Balcarce
Lamadrid
Alvear
Belgrano
y
Sarmiento
Otero
Teatro Mitre
1
N ▲
Güemes Mercado Municipal
Lavalle
naar hotel Panorama
Güemes
Cafés en bars
3★
Plaza Belgrano
y
San Martín Necochea
San Martín
8★
6★
Ë
Ziekenhuis
Independencia
Independencia
5 4
h
ro ste del E S.
Dorrego
h
y
★★
19 de Abril
Avenida
Junín
h
Río
h
Avenida H. Yrigoyen
7
h
Chico
Jorge Newbery
★
★
Jujuy 1. Hotel Panorama 2. Hotel Jujuy Palace 3. Hotel Internacional 4. Hotel Fenicia 5. Hotel Avenida 6. Hotel Sumay 7. Residencial San Antonio 8. Residencial Yok Wahi 9. Hotel Augustus Toeristeninformatie
S A LTA EN O M STREKEN
• Bij Carena in dezelfde straat op de hoek van Balcarce kun je relaxed zitten. Er is chopp en erg populair. Interieur is wat oubollig. • Le Petit Bar is een aardig café/ lunchroom. Op de hoek van Alvear en Lavalle. • Pingüino is de beste heladería (ijssalon) in de stad. Belgrano 718 en Lavalle 455. Hier wordt het ijs nog op een ambachtelijke wijze gemaakt.
Vervoer Bussen • De busterminal ligt aan de andere kant van de Río Xibi Xibi op de hoek van Dorrego en Av. Iguazú. • Naar Buenos Aires, via Tucumán en Rosario gaan verschillende bussen per dag. Reken wel op een rit van ruim 22 uur! • Naar Salta, bijna elk uur gaat een bus. Veloz del Norte is de beste. Reken op 2 uur reistijd. • Naar La Quiaca gaat ook vrijwel elk uur een bus, ruim vijf uur rijden. • Naar Tilcara, Purmamarca en Humahuaca gaat om de 2 uur een bus. Met Empresa Corta Norte. • Naar Susques gaat Empresa Purmamarca op wo., vrij., zat. en zondag. • Naar Tucumán zeker 8 bussen per dag (ruim 4 uur).
Vliegen • Dagelijks een vlucht naar Buenos Aires met Austral. Het kantoor is te vinden in San Martín 735. Er is een bus vanaf het vliegveld die je naar je hotel brengt.
Autohuur • Avis Rent a Car • Hertz Annie Milet allebei op het vliegveld. • ACA service vind je op de hoek van Sdor Perez en Alvear. • Hertz zit in Av. Belgrano715.
Festiviteiten • 19 april de stichting van de stad. • 23 en 24 augustus: Exodo Jujeño. Dan wordt de uittocht van de stad herdacht in 1812. Met een grote gauchoparade en vele festiviteiten.
Regionale artikelen • Patio Bertres op de hoek van Belgrano en Otero is een kleine, moderne, goede winkelpassage. Met leuke kleine winkels en een goede (wijn)bar • Net voorbij het station is een grote Paseo de Artesanos. Altijd leuk om te bezoeken! Je kunt er echt van alles uit de regio kopen. Av. Urquiza (zie foto).
• Paseo de Artesania vind je ook in Sarmiento aan het plein naast de Obispado. Niet echt interessant. • Monarca verkoopt heerlijke regionale producten en sandwiches. Op de hoek van Alvear en Lavalle. Zeker even naar binnen lopen!
Reisbureaus Wil je de omgeving van Jujuy bezoeken, zoals de Quebrada de Humahuaca en Purmamarca, dan is een excursie aan te bevelen. Bijna alle bureaus organiseren dezelfde tour en de prijzen verschillen nauwelijks. Enkele goede bureaus zijn: • Grafitti Tours op Belgrano hoek Otero. • Be-Dor Turismo, Lavalle 295. • Reet Viajes in Belgrano 1179. en
207
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
208
• TEA Turismo heeft uitstekende excursies van een paar dagen. Bijvoorbeeld naar het nat. park Calilegua, via Tilcara. Belgrano 775.
• Comodin vind je in Necolchea 415.
Wasserette • Laverap is in Belgrano 1214.
Supermarkt
Postkantoor
• Supermarkt Norte is op de hoek van Necochea en 19 de Abril en in Belgrano 825.
Het postkantoor bevindt zich in Belgrano 755. Open 8.30-13 en van 17-20 uur. Zaterdag 9-13 uur.
Plaza Belgrano
S A LTA EN O M STREKEN
209
✭✭✭ TWEE MOOIE TOCHTEN VANUIT JUJUY ✭✭✭ 7 Cochinoca ores
Río
● Abra Pampa
●
irafl R. M
● Iruya
9
Agua
N ▲
Iruy
a
Tres Cruces ●
● Caliente El Aguilar
● Humahuaca
● Rí
o
raite
naar Susques
León ● Terma Yala ●
de Gran
➤
6200 m ▲
Tumbaya ● Volcán ●
Río
de Reyes ●
ra
Maimara ● Tres Morros 52 ● ● Purmamarca
Quebrad a
Valle Grande Co. Morado ● ● ▲ 5130 m Tilcara ●
ra d e T il ca
40
● Uquía
Yac o
S ie r
de
Río
Ik heb voor je twee mooie (dag)trips uitgezocht, die je een goed beeld geven van de koloniale en traditionele cultuur van de provincie Jujuy. En dat alles omgeven door een fantastisch landschap. ❶ Via de thermale baden van Termas de Reyes en zijn bosrijke omgeving naar de fascinerende Quebrada (de kloof) de Humahuaca ten noorden van de stad Jujuy met als eindbestemming het dorpje Purmamarca. ❷ Vanuit Purmamarca via Tilcara naar het pittoreske dorpje Humahuaca en als einddoel het gehuchtje Iruya. Ondanks dat alles in één dag te doen is zou ik je aanraden om te overnachten in Purmamarca of Tilcara en daarvandaan verder te gaan naar Humahuaca en Iruya.
Río d e Le de
sma
o Negro
Rí 124
● Reyes
San Salvador de Jujuy ●
56
42
❶ NAAR PURMAMARCA (VIA TERMAS DE REYES) Als je de weg (RP 4) vanuit Jujuy neemt naar Termas de Reyes en je kunt deze daarna vervolgen door de bossen naar Yala waar je aldaar de RN 9 kunt nemen naar Purmamarca dan is deze dagtrip al heel goed begonnen. Termas de Reyes is een thermale badplaats en een hotel op 19 km ten noorden van Jujuy, in de vallei van de Río Reyes in een prachtig berggebied. Alleen al de omgeving is het bezoek waard. Achter het hotel is het gemeentelijke badhuis (Termas publico), waar je een bad kunt nemen in het krachtige bronwater. Het water bevat een hoog zwavelgehalte, soda en medicinale zuiveringszouten. Ik moet je wel zeggen dat de badkamers erg eenvoudig zijn. Ondanks dat alles schoon is, zijn de baden behoorlijk aan vervanging toe, het ziet het er allemaal wat onverzorgd uit. Het hotel daarentegen heeft 14 privébaden voor de hotelgasten, deze zijn modern, goed en van alle faciliteiten voorzien. Het zwembad aan de voorkant van het hotel is open voor publiek, maar is klein. Eens was dit El Gran Hotel Casino gebouwd rond de jaren dertig van de vorige eeuw. Na tientallen jaren van groot succes, raakte het in verval en stond jaren leeg. In 1999 werd het opgekocht door een steenrijke inwoner van Jujuy en hij renoveerde het zoals je het nu ziet. In 2002 ging dit spahotel weer open.
210
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
In Hotel Termas de Reyes (0388-492-2522) kost een kamer rond de E 70. Er is een restaurant. Vanuit Jujuy elk uur een bus. De gemeentelijke baden zijn open van 8-17 uur, er zijn handdoeken aanwezig. www.termasde reyes.com Daarna volg je de weg, die in slechte staat is, naar de Lagunas de la Yala op ruim 2000 m hoogte (er rijdt geen bus). Drie meren, die omringd worden door gigantische bergen Hotel Termas de Reyes (waarvan de Los Nevados de Chañi met zijn 5893 m de hoogste is) en subtropische bossen (veel berken, laurier en varens). Je bent in een beschermd gebied, Parque Provincial Portrero de Yala. In de maanden november en december is hier alles wit en roze, want dan staan de bomen in bloei. Het is er heerlijk wandelen en je kunt volop genieten van de rust en de wonderschone natuur. Na hevige regenval wordt deze weg afgesloten, dus informeer eerst bij het hotel of je door kunt rijden. Langzaam rijd je slingerend naar beneden en kom je langs fraaie en grote (weekend)huizen. Want in de weekenden is het hier gezellig druk met dagjesmensen en zijn er volop terrassen en confitería’s langs de weg. Bij Yala ga je naar links de RN 9 op richting Purmamarca. Dit is de mooiste route van de provincie, ze noemen deze weg ook wel de ‘vallei van de schilders’, want hier zul je de meest gekleurde bergen van Argentinië zien. Dit is ook het begin van de zogenaamde kapellenroute, want richting Bolivia staan rondom deze route prachtige authentieke kapelletjes van pure eenvoud, maar met mooie interieurs. Op een goede 50 km bij Tumbaya heb je al de eerste historische kapel. Een kerkje uit 1873, maar toen opnieuw opgebouwd, want de eerste werd er neergezet in 1792 en stortte in 1863 in. De fundering van het achterbalkon in de kerk is geheel van hout. Het interieur is eenvoudig met enkele mooie schilderijen aan de muur. Rond Semana Santa (de dagen voor Pasen) is er een grote processie vanwege de patrones La Virgen de Copacabana. Het is de belangrijkste gebeurtenis van de provincie, tienduizenden mensen uit de omgeving komen op 4000 m hoogte naar haar heilige plaats en dalen 24 km verder naar Tumbaya af. Begeleid door honderden drums en fluitisten lopen ze over smalle paden en langs diepe afgronden met het beeld naar beneden. Als je in de buurt bent zeker er naartoe gaan! Een goede 10 km verder sla je linksaf de RP 52 in naar Purmamarca.
S A LTA EN O M STREKEN
PURMAMARCA Dit gehuchtje met nog geen 200 inwoners ligt aan de rand van de Cerro de los Siete Colores (de berg met de zeven kleuren). Een berg van 2100 m hoogte met zeven horizontale verschillende kleurlagen. Alsof een groep schilders een toeristische attractie van deze berg wilde maken, want het zijn prachtige harmoniërende kleuren. De kleuren geven de ouderdom van de bergen aan. De groene kleuren zijn 570 miljoen jaar oud, terwijl de goud- en okerkleurige lagen niet ouder zijn dan 67 miljoen jaar. De lagen bestaan grotendeels uit mergel, kalk en leem. Purma betekent in de Quechua indianentaal ‘woestijn’ en marca ‘regio’. Het dorpje heeft een oud kerkje, La Santa Rosa de Lima, uit 1648. Al het hout in de kerk komt van cactussen, wat je duidelijk ziet aan de honderden gaatjes van de naalden in het hout. Voor het kerkje staat een indrukwekkende algarrobo-boom, die 500 jaar oud is. Op het plein heb je een Mercado Artesanal, waar een levendige handel is in allerlei voorwerpen, zoals poncho’s, hoeden, sieraden etc. Je kunt er ook in kleine glazen potjes de kleuren van Cerro de los Siete Colores kopen. De RP 52, waar Purmamarca aan ligt, gaat door naar Susques, een nietszeggend (mijn)dorpje dat 140 km verderop ligt. Deze RP 52, een gravelweg, leidt je eerst langs enorme gekleurde bergkloven en over de berg Abra Potrerillos (4175 m). Daarna kom je op de Altiplano hoogvlaktes bij de Salinas Grandes. Dit zijn oneindige zoutvlaktes en pure woestijn. Je krijgt het gevoel alsof het lijkt of hier de aarde helemaal is uitgedroogd. De bewoners noemen deze zoutvlaktes ook wel ‘océanos blancos’, de witte oceanen. Het is een van de meest afgelegen gebieden in Argentinië en wonderschoon. Vanuit Purmamarca vertrekt op de Plaza een busje speciaal naar Salinas Grandes. Twee uur heen, aldaar krijg je 20 min. de tijd voor een wandeling en dan weer terug. Afspreken voor vertrek op het plein (± 110 pesos). Susques is een dorpje van een paar honderd inwoners, met nog een van de oudste kerkjes van Noord-Argentinië. Het dorpje lag aan de Camino Apunamiento (hoogteziekte) Hoogteziekte is een veelvoorkomend verschijnsel, dat in Argentinië apunamiento wordt genoemd. Het kan al beginnen op 2500 m hoogte, maar meestal rond de 4000 m krijgt vrijwel iedereen (de mensen die laag wonen) er last van. Wat kun je er tegen doen? Hieronder geef ik je enkele tips, want als je er last van krijgt kun je behoorlijk ziek worden. Eet de dag ervoor proteïnerijk voedsel (vlees of een gekookt ei). Neem als ontbijt zoete thee met citroen, crackers met honing en drink of eet geen melkproducten (boter, kaas). Gedurende de tocht naar boven, eet je weinig. Als je honger krijgt kun je het beste gedroogd fruit eten. Drink zoete thee met citroen of water of cocathee. De eerste avond boven eet je niet te veel maar b.v. mager vlees met gekookte aardappelen en weinig (of geen) alcohol. Geen vers fruit. En doe vooral heel rustig aan en neem desnoods een aspirientje.
211
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
212
Praktische informatie Purmamarca (0388) Toeristeninformatie bevindt zich aan het plein. Zijn behulpzaam.
Hotels • Voor overnachting is El Manantial del Silencio (490-8080) een voortreffelijke keuze. Gelegen aan de rand van het dorpje krijg je voor E 70 een ruime kamer met alle comfort. Er is een prima restaurant, zwembad en ze organiseren excursies in de omtrek. www. hotelmanantial.com.ar • Een ander zeer goed hotel is Hostería del Amauta in Salta s/n (4908043). Grote mooie kamers, goed restaurant en in het dorp vlak bij de mooie bergen. Een kamer kost rond de E 50, Een aanrader. www.hosteria delamauta.com.ar • La Posta de Purmamarca (4908029) in Pantaleón Cruz s/n. Niet ver van het centrum. Hier betaal je nog
i
geen E 30 voor een grote kamer. Geen restaurant aanwezig. www.postadel purmamarca.com.ar • Terrazas de la Posta Pje. Santa Rosa de LIma s/n (490-8053) is prima en sommige kamers hebben uitzicht over het dorpje. Je betaalt nog geen E 30.
Restaurants • La Posta de Humamarca is goed, waar je gerechten uit de regio kunt eten. Calle Rivadavia s/n aan het plein. • Maar Los Morteros mag je eigenlijk niet overslaan. Ontworpen met pure materialen uit de regio is het een modern restaurant geworden (maar wel in de stijl van het omgeving). Ook alle gerechten met ingrediënten komen uit de regio. Salta s/n en zeker proberen! • Arte y Té in Sarmiento is een leuk café met exposities.
de los Incas, een nu niet meer bestaande weg, aangelegd tijdens de laatste Inca-periode (1480-1535). Via deze weg kwamen tussen 1550 en 1585 ook de eerste Spanjaarden Argentinië binnen. In dit dorpje werd toen rond 1590 deze kapel gebouwd. Het heeft nog rieten daken, een prachtig gouden altaar en mooie schilderijen aan de muur. Op 23 januari wordt hier een kleurrijke processie gehouden voor de Virgen de Belén (de Heilige Maagd van Bethlehem), het belangrijkste feest van het jaar.
❷ VAN PURMAMARCA NAAR IRUYA Een kleine 10 km na Purmamarca kom je via de RN 9 bij Maimará. Je ziet het al meteen aan de opvallende begraafplaats die tegen de berg aan ligt. In deze buurt worden de bergen van de Quebrada de Humahuaca een ‘schilderspalet’ (la paleta del Pintor) genoemd, want je ziet hier ook weer prachtige kleuren van de bergranden. Maar ook de rotsen hebben vormen van sculpturen, zoals grote olifantspoten of druipkaarsen. 12 km verder ligt Tilcara aan de RN 9.
S A LTA EN O M STREKEN
El Cerro de los Siete Colores (de berg van de zeven kleuren)
TILCARA Tilcara is een gezellig dorpje met ruim 3000 inwoners, dat op 2460 m hoogte ligt en 84 km ten noorden van Jujuy. Het heeft een rijke historie, want al in de precolumbiaanse tijd lagen hier nederzettingen. De oorspronkelijke bewoners waren boeren en felle krijgers. Deze vesting (el Pucará) waar zij leefden valt nog steeds te bezichtigen (zie hieronder). Het middelpunt van Tilcara is Plaza Prado, een gemoedelijk plein met de Municipalidad en de kerk. Ook zijn er volop stalletjes met leuke handgemaakte spulletjes, handgeweven doeken en veel keramiek. Doordat hier enkele bekende kunstenaars hebben gewoond en met twee goede musea over kunst, en tevens regelmatig publiciteit in enkele bekende glossy magazines, is Tilcara een publiekstrekker geworden. Nieuwe restaurantjes, leuke moderne hotels en allerlei ateliers zijn er gekomen. Dat maakt het dorpje levendig en toch heeft het zijn eigen identiteit behouden. Het belangrijkste museum is wel Museo Arqueológico. Dit museum heeft een uitgebreide keramische collectie uit de precolumbiaanse tijd tot heden, van de gehele regio, maar ook uit Chili en Bolivia. Je krijgt een goed overzicht van de verschillende indianenculturen die in het noorden hebben geleefd. Een pronkstuk is een gemummificeerde indiaan. Het museum bevindt zich in een fraai gerestaureerd koloniaal gebouw met enkele patio’s aan de Plaza Prado. De andere musea zijn: Museo Soto Avendaño, dat naast het archeologische museum ligt. Het bezit veel beeldhouwwerk van deze gelijknamige beeldhouwer. Aan de overkant in Rivadavia 459, Museo José A. Terry, met werk van de gelijknamige schilder.
213
214
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Museo Arquelógico is elke dag open van 9-12.30 en van 14-18 uur. Museo Soto Avendaño van 10-13 en van 15-18 uur. Museo José A. Terry van 9-19 uur. Drie grote feesten heeft Tilcara. Allereerst in januari Tilcareño, een folkloristisch festival van 15 tot 31 januari. Dan het carnaval, dat hier Quebradeño Carnival wordt genoemd, een mengeling van tradities van de indianen en de Spaanse kolonisten. Als laatste La Semana Santa, drie dagen voor Pasen is het belangrijkste feest. Duizenden mensen uit de gehele omtrek trekken woensdag de berg in met het beeld van de Maagd Maria! En keren daarna met veel dans en muziek terug naar het dorp. Twee kilometer buiten Tilcara ligt El Pucará. Het is een oud indianenfort, gebouwd al voordat de Inca’s hier kwamen, vermoedelijk tussen de 10de en 11de eeuw. Het is grotendeels een reconstructie, maar zeker de moeite waard om te bezoeken. Je krijgt een goed inzicht in de architectuur en
Praktische informatie Ticara (0388) Het toeristeninformatiebureau vind je in Belgrano naast het Hotel Turismo. Ze hebben niet veel informatie. • Een van de beste hotels is: Rincón de Fuego (495-5130) in Pasaje Ambrosetti 455. Prachtige gestylde kamers in de sfeer van de regio, met een zeer goed restaurant (alle groente komt uit eigen tuin). In alle rust kun je hier genieten. Je betaalt ± E 50. www. rincondefuego.com • Refugio del Pintor (495-6195), behoort tot de zelfde categorie als hier boven. Zeker aan te bevelen. Ruime kamers, uitstekende service en restaurant. In Alverro s/n niet ver van het centrum. www.elrefugiodelpintor.com • Hostel Malka (495-5197), knus, klein en sympathiek met ontbijt. De jam en honing zijn uit eigen huis. Je vindt dit hostel aan het einde van San Martín. ± E 20 voor een kamer. Juan, de eigenaar, organiseert ook excursies. www.malkahostel.com.ar • Posada con los Angeles (4955153) is ook een aanrader. In Gorrito 156, vlak bij de busterminal. Je betaalt
i
voor een grote mooie kamer E 50. Het restaurant is uitstekend en er is een gezellige familiesfeer. www.posada conlosangeles.com.ar • Camping El Jardin ligt vlak bij de Río Grande op Belgrano. Goed, met alle sanitaire voorzieningen. • Restaurant La Chacana in Belgrano 472 is een van de beste. Vooral de regionale gerechten zijn klasse! Dus zeker gaan eten. • El Patio in Lavalle 352 is ook aan te bevelen, je kunt er eten in een sfeervolle patio. Ook hier goede regionale gerechten. • El Cafecito op het plein is een leuk, gezellige café. In het weekend livemuziek van lokale musici. • De busterminal is aan het begin van Tilcara bij Exodo en Alvear. Elk uur een bus naar Jujuy, waaronder Empresa Panamericano (2 uur). Zo ook naar Humahuaca met dezelfde onderneming, een rit van een uurtje. Deze gaat dan door naar La Quiaca. • Bij Albergue Malka kun je mountainbikes huren. San Martín s/n.
S A LTA EN O M STREKEN
de functie van de Pucará’s (wat vesting betekent in de Quechua indianentaal). Deze vestingen waren ook woongemeenschappen en opslagplaatsen voor voedsel en water. De constructie en organisatiestructuur van zo’n woongemeenschap laten zien dat hier een geciviliseerde gemeenschap woonde. Het fort ligt ten zuiden van Tilcara op een heuvel, vlak bij de RN 9. Bij de ingang heb je ook een botanische tuin met exotische planten en cactussen uit dit Punagebergte. Zo’n 15 km voor Humahuaca bij Uquia staat langs de weg (de RN 9) een kerkje met heel aparte schilderijen, Iglesia San Francisco de Paula y la Santa Cruz de Uquia. Er hangen aan de muur prachtige geschilderde engelen met vleugels, die gekleed zijn in 17de-eeuwse militaire kledij. Zij worden Los Angeles Arcabuceros (de musketier-engelen) genoemd. Maar ook het altaar is een pronkstuk! Het is niet een gebruikelijke manier in de katholieke kerk om op die manier engelen af te beelden, dus je bent hier getuige van een unieke verzameling schilderijen van de z.g. Cuzqueño school (zie kader hieronder). Het kerkje is een van de oudste in de provincie. Het dateert uit 1691. De kerk is open van 9-13 en van 16-20 uur. De Cuzqueño school Dit is een schilderkunst die eind 1600 populair was in de ateliers van Cusco in Peru. De inspiratiebronnen waren de Vlaamse graveerkunst en Rubens die zij kopieerden. De hoofdpersonen die afgebeeld werden waren altijd herkenbare bijbelse personages. Beroemd zijn echter de ‘musketierengelen’ van Uquia en Casabindo. Deze engelen worden ook wel de ‘engelen van de Andes’ genoemd. Zij beelden namelijk het hemelse leger uit dat de christenen (vooral de indianen die zich onderworpen hadden) moest beschermen tegen de duivel. Want de (Spaanse) priesters hadden allang door dat de indianen zich met natuurverschijnselen identificeerden. Wat het uniek maakt, is dat de engelen op de schilderijen een mengeling zijn van aristocratische luxe, religieuze propaganda, verwijfdheid (veel kant en weelderige tierelantijnen) en dandyisme. Deze perfecte omschrijving was van een kunsthistorica tijdens mijn bezoek in Uquía. Want engelen zijn in onze Europese religie seksloos. Maar ook de schilderijen van de maagd van Santa Bárbara in Jujuy en Santa Rosa in Purmamarca behoren tot deze school. In Bolivia bij Calamarca kun je de bekendste engelenserie bekijken.
215
216
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
HUMAHUACA 126 km ten noorden van Jujuy en 41 km van Tilcara aan de RN 9 ligt het toeristische dorpje Humahuaca met ruim 10.000 inwoners. Gebouwd in 1594, maar grotendeels in de 19de eeuw herbouwd. Niet echt interessant om te bezoeken, want alle tours komen hier rond 12.00 uur voor de klok bij het gemeentehuis en om te lunchen, daarna valt de rust weer in. Je ziet in het dorpje veel van die typische adobehuisjes en smalle straatjes geplaveid met grote keien en dat is wel een wandeling waard. De bevolking bestaat grotendeels uit Quechua-indianen en hun grote bron van inkomsten is coca en ceramiek. Bezoek maar eens Centro de Artesanías Tantanahue in Calle Buenos Aires 276 of Taller de Artesania Guanusco op de hoek van Av. Belgrano en Córdoba. Daar kunt je ambachtelijke en regionale spullen kopen, waaronder veel aardewerk en mooie geweven doeken. Bij de Taller (werkplaats) zie je hoe ze aan het werk zijn. En cocablaadjes worden op elke hoek in kleine plastic zakjes verkocht. De Cabildo op het hoofdplein, Plaza Sargento Gómez is de grote trekpleister. Dit neokoloniale gebouw heeft een toren, waar om twaalf uur ’s middags onder de klok een poortje opengaat, waar een houten beeld van de heilige Francisco Solano tevoorschijn komt en wat hakkelig het publiek zegent. Na twee minuten is het spektakel afgelopen en draait hij weer terug het poortje in. Heb ik zoiets ook niet in Bariloche gezien? De kerk ernaast, Iglesia de la Candelaria, is zeker een bezoek waard. Deze werd gebouwd in 1641, maar in de 19de eeuw herbouwd. Je ziet veel cactushout aan de muur en prachtige schilderijen van de Cuzqueño school (zie kader op pag. 215). Niet ver van Plaza Sargento Gómez heb je een nog afschuwelijker monument, Monumento a la Independencia. De beeldhouwer Ernesto Soto Avendaño, van wie een museum met zijn werk in Tilcara is, heeft dit uit zijn proporties getrokken monument in 1950 gemaakt. Totaal niet passend bij de cultuur van dit dorpje werd dit monument gemaakt als herdenking aan de bloedige veldslagen die hier waren tijdens de onafhankelijkheidsoorlog. Het beeldt de indiaan Pedro Socompa uit, die de bevrijding aankondigt. Er is een interessant museum: Museo Folklórico Regional. Hier zie je veel over de indianencultuur. en hun tradities. Directeur Sixto Zuleta is een groot promotor van de Quechua-indianencultuur en ijvert vooral voor het behoud van de taal. Te vinden op Buenos Aires 435 en is elke dag open van 8-20 uur. Het is zeker de moeite waard om op 2 februari naar La Fiesta de la Virgen de la Candelaria te gaan. Het is een indrukwekkende processie; een mengeling van folkloristische muziek, dans en zang overspoeld met het katholieke geloof, gaat dan door het stadje. Ook carnaval in Humahuaca is beroemd in de regio. Het duurt acht dagen én nachten. Mannen verkleden zich als duivel, gaucho, doktor of kok en de vrouwen als zigeunerin. Het hoogtepunt van dit feest is de laatste zondag, wanneer er in de omtrek van het dorp kuilen worden gegraven, die ze ‘La Boca de la Pachamama’ (de monden van moeder aarde) noemen. Hierin worden de chicha, (een soort maïsbrandewijn, die zeer veel wordt gedronken tijdens de carnaval), cocabladeren en tabak gestopt, om platgebrand te worden. Dan wordt op symbolische wijze de duivel begraven.
S A LTA EN O M STREKEN
Praktische Informatie Humahuaca (03887) Toeristeninformatie vind je in het Cabildo op het centrale plein. • Wil je hier overnachten dan is Hostería Azul (421-596) een goede optie. Ligt wel buiten het centrum op Barrio Medalla Milagrosa. Je betaalt ± E 25. Zij hebben een eenvoudig restaurant, maar wel een mooie patio. In Calle Camino Señalizado. • Camino del Inca (421-136) in Ejérito del Norte s/n is een modern hotel in een koloniale uitstraling tegenover de rivier, tuin en een zwembad. En een goed restaurant. Je betaalt voor een kamer ± E 30. • Restaurant El Portillo is een aanrader met heerlijke regionale gerechten. Tucumán 69, hoek Corrientes.
217
i
• Bij Mikunayac ook op de hoek van Corrientes en Tucumán heeft regionale gerechten (zoals lamabiefstuk). • Bar Tantankuy is een cultureel centrum waar je ook wat kunt eten. Elk weekend is er wat te doen. Open vanaf 20 uur. In Salta 370. • La Cacharpaya op de hoek van Jujuy en Sgo de Estero is een gezellige ontmoetingsplek met een aardige menukaart. • De busterminal is op de hoek van Belgrano en Entre Rios. Vrijwel elk uur gaat er een bus naar Jujuy. Elke dag gaat Transporte Mendoza naar Iruya. Vertrekt om 10.15 uur en keert terug rond 15.30 uur. Er is een ACA servicestation op Belgrano hoek La Rioja.
IRUYA Iruya is een pittoresk dorpje omringd door enorme bergen, 72 km ten noorden van Humahuaca en 315 km van Salta. Via de RN 9 ga je vanuit Humahuaca naar het gehuchtje Hipólito Yrigoyen, daar neem je de RP 13 en rijd je over de Abra del Cóndor, een pas van bijna 3900 m. Het is een schitterende tocht over een smalle grindweg met veel bochtenwerk en prachtige uitzichten, waar de bus soms met moeite een bocht kan nemen. Dan ineens beneden in het dal zie je vredig het dorpje Iruya liggen. Het werd gesticht in 1573 en het lijkt wel of sinds de Spaanse overheersing de tijd hier heeft stilgestaan. De bevolking is puur indiaans en vaak in klederdracht. Het kerkje dateert uit het einde van de 17de eeuw. De façade is geheel in adobestijl en binnen zie je het beeld van La Nuestra Señora del Rosario. Op 5 oktober is het de feestdag van deze heilige en dat wordt uitbundig gevierd. Let wel op, het is altijd de eerste zondag van de maand rond de vijfde oktober. Iedereen uit de wijde omgeving komt dan hier naartoe, niet alleen voor de indrukwekkende processie, maar ook om hun waren te verkopen of te ruilen. Het is één groot kleurrijk feest, rond het middaguur is er muziek en dans bij de kerk en dat gaat dan door tot diep in de nacht. Er is een goed hotel, modern van opzet en met een restaurant: Hostería de Iruya (03887-15-62-9152). Je betaalt voor een 2-pers.kamer rond de E 50. Een leuk alternatief is Hostal Frederico Tercero (15-629152), gelegen aan het einde van de hoofdstraat. En je eet er best redelijk, en de aankleding is eenvoudig.
218
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
3. Tucumán en omstreken Tafi del Valle, de ruïnes van Quilmes en de stad Santiago del Estero De stad Tucumán is de hoofdstad van de gelijknamige provincie en tevens de kleinste provincie van Argentinië. Qua oppervlakte ongeveer de helft van Nederland met nog geen anderhalf miljoen inwoners. De provincie wordt ook wel de ‘tuin van Argentinië’ genoemd, omdat in grote delen een subtropisch klimaat heerst. Doordat in het westen de voorlopers van het Andes-gebergte beginnen houden deze de vochtige warme lucht vanuit het oosten tegen. Zo ontstaat er tegen de hellingen en in de valleien een weelderige bomengroei van ceder-, laurier- en palmbomen. Rondom de hoofdstad vind je grote suikerrietplantages, want de provincie levert zo’n 60% van de nationale suikerproductie. De temperaturen zijn ’s zomers hoog (vaak boven de 30 graden Celsius) en de winters aangenaam mild. Wel regent het tijdens de zomermaanden erg veel. De eerste permanente bewoners in deze provincie leefden in de valleien van Calchaquies. Zo had je rondom de dorpen Tafí en Santa Maria zo’n 1000 jaar geleden al woongemeenschappen. Beroemd zijn de ruïnes van Quilmes, een indianennederzetting, die in het jaar 1000 werd gesticht. De hoofdsteden Tucumán en Santiago del Estero zijn de oudste steden van het land. Vooral Tucumán ontwikkelde zich tot een welvarend en belangrijk handelscentrum. Ook werd in deze stad op 9 juli 1816 de onafhankelijkheid uitgeroepen. Halverwege de 19de eeuw kwamen, mede door de groeiende tabaks- en suikerindustrrie veel Europeanen naar de provincie. Santiago del Estero trok daarentegen veel immigranten uit Syrië en Libanon aan. In deze provincie is de katoen- en de houtindustrie de grote bron van inkomsten, maar ook de warmwaterbronnen bij het stadje Termas de Río Hondo, dat tussen Tucumán en Santiago del Estero ligt, is een begrip bij de wat oudere Argentijnen.
➤
9
307 Amaichá del Valle
s ípo R. V
●
Abra del Infiernillo
ruïnes van Guilmes
R. Lu
➤
l Tafí e de Vall
% ●
Ne v. d
.A co n
qu íj
a
a
38
9
● ! 157
! ●
●
●
●
● #
➤
●
!
í al
NP El Cochuna ● "
naar Andalgala
Emb. Río Hondo
R. Chico
● Termao de Rio Hondo
157
" ●
SANTIAGO DEL ESTERO
S R.
▲
●
38
' ●
R. Ga sto n
N
San Miguel Banda del Río Salí de Tucumán ●●
" ●
Co. Bolsón 5050 m
Co. del Bolsón 5300 m ▲
●
% ●
les
307
naar Santa María
Nevada del Candado 5450 m
SALTA din a
Sierra de Qui o del Ca lmes jón
●
naar Salta
R. Salí
Co. Quilmes 4720 m ▲
●
219
R. M e
naar Salta 40 en Cafayate
Sierra de Me din a
➤
TU C U M ÁN EN O M STREKEN
●
Santiago
●
● del Estero
R. Marapa
● 38
o
R. S a
➤
naar Catamarca
isc nc ra
N
●
➤
n
F
CATAMARCA
0
50 km
naar Frias en Córdoba
WAT JE ZEKER NIET MAG MISSEN IN EN RONDOM DE STAD TUCUMÁN! 1. Het centrum van Tucumán en zeker Casa de la Independencia waar de onafhankelijkheid werd getekend. En ‘s avonds dineren rondom Plaza Urquiza. Pagina 223. 2. Het vredige stadje Taffi del Valle niet ver van de stad Tucumán. Vooral de rit er naartoe door het subtropisch bos is erg mooi. Maar ook de omgeving met het park van de menhirs. Pagina 228. 3. De ruïnes van Quilmes en daarbij het museum van Pachamama is zeker aan te bevelen (zie de twee foto’s links). Pagina 231.
220
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
DE STAD TUCUMÁN De wieg naar de onafhankelijkheid San Miguel de Tucumán is de eigenlijke benaming van de hoofdstad van de provincie Tucumán. Met ruim 700.000 inwoners en gesticht door de Spanjaarden in 1565 langs de handelsweg van Santa Fe, Córdoba en Salta naar Bolivia en Peru. Toen in 1816 de onafhankelijkheid van Argentinië een feit werd, gebeurde dit in deze stad. Want enkele jaren ervoor had generaal Belgrano in 1814 rondom Tucumán de beslissende slag tegen de Spanjaarden gewonnen. Daarom tekende hier een delegatie van alle Argentijnse provincies de onafhankelijkheid en een grondwet. Dit gebeurde op 9 juli 1816. Het gebouw waar dit plaatsvond is nu een museum. Daardoor heeft de stad de bijnaam gekregen van, ‘de wieg naar de onafhankelijkheid’. Rond 1821 startte bisschop José E. Colombres met de exploitatie van rietsuiker, zo ontstond er een bloeiende economie in deze provincie die bestond uit suikerrietplantages en het verwerken ervan. Ook had deze provincie in de 19de eeuw een grote tabaksindustrie, mede door deze industrieën groeide en bloeide de stad enorm. Helemaal toen er in 1874 een spoorlijn naar Córdoba werd aangelegd, werd Tucumán hét handelscentrum van het noorden. Vele belangrijke gebouwen, die je in de stad ziet, zijn in die periode gebouwd.
Franse stadsontwerpers gaven het gezicht aan de stad Het interessantste deel van de stad ligt rondom Plaza Independencia, waar mooie in ‘Franse stijl’ gebouwde herenhuizen staan. Rondom Plaza Independencia zijn enkele sfeervolle voetgangersstraten, Calle Buenos Aires, die San Martín kruist en dan Muñecas heet. En Mendoza vanaf 25 de Mayo. Deze laatste is de gezelligste winkelstraat. Maar eerst een kennismaking rondom Plaza Independencia, want er staan enkele opmerkelijke en interessante gebouwen. Aan de kant van San Martín tussen Laprida en 25 de Mayo zie je enkele prachtige herenhuizen. Allereerst nr. 427 met een opvallende façade in Spaanse barokstijl en een mooi balkon, maar kijk vooral naar boven naar de dakrand met al die kleine beeldjes. Loop even naar binnen over de sierlijke patio vol met kleurrijke mozaïeken en tegelwerk. Het huis ernaast is de Jockey Club (voor leden), maar er is ook een restaurant, dat voor iedereen toegankelijk is. Je kunt zonder problemen naar binnen gaan, via een mooie hal met veel marmer en hoge spiegels neem je de statige trap. Op de eerste etage is het restaurant en de club. Je krijgt hier precies een idee hoe het rond 1930, Les Années Follies, in Argentinië geweest moet zijn. Weer buiten loop je door naar 25 de Mayo daar heb je op de hoek Iglesia San Francisco, een wat pompeuze kerk met een klooster ernaast, gebouwd eind 19de eeuw. Aan de overkant staat Casa de Gobierno een imposant gebouw uit 1910 (de ingang is om de hoek op San Martín). Daarnaast staat Casa Padilla, een huis uit 1880 en een van de fraaiste gebouwen in de Italiaanse stijl. Het behoorde tot 1972 aan de familie Padilla en nu is het een museum. Binnen kun
TU C U M ÁN EN O M STREKEN
je goed zien hoe een belangrijke familie uit de vorige eeuw hier woonde. Open van ma. t/m za. van 9-12.30 en van 16-19 uur. Zondag gesloten. Aan de andere kant op de hoek van Calle 24 de Septiembre en Congreso staat de kathedraal. Het is een neoclassicistisch bouwwerk met veel romantische barokelementen en gebouwd in 1847. Zij heeft de bijnaam van ‘kerk met de 100 zuilen’, erg overdreven omdat alleen de hoofdingang op een Griekse tempel lijkt. Ga wel naar binnen, want het is de moeite waard. Het plafond en de fresco’s aan de muren geven je een ‘Sixtijnsekapelgevoel’. Bij de doopvont staat nog het originele houten kruis uit 1565, dat werd geschonken toen de stad werd gesticht. De kathedraal behoort met die van Córdoba en Buenos Aires tot de oudste van Argentinië. Ga na al die impressies wat genieten op een van de banken op het plein, tussen de grote schaduwrijke cipressen, sinaasappelbomen en palmen. Omringd door verzorgde bloemperken en fonteinen zie je de opvallende beelden van de beeldhouwster Lola Mora (zie kader, volgende pagina) en in het midden van haar het beeld dat de onafhankelijkheid symboliseert. En nu eens niet een beeld van generaal San Martín te paard!
Waar de onafhankelijkheid werd getekend Je slaat nu bij Plaza Independencia, Calle Congreso in, waar al op nr. 56 weer zo’n mooi Frans herenhuis te zien is. Casa de Avallaneda heet het en hier woonde o.a. president Nicolás Avellaneda (president van 18741880) en andere bekende personen uit deze streek. Het is ontworpen door een Franse architect, die ook de kathedraal ontworpen heeft in 1836. Het was in die tijd een van de eerste gebouwen in de stad met twee verdiepingen. Nu is er Museo Histórico de la Provincia in gehuisvest. Je krijgt een duidelijk overzicht aan de hand van meubels, geldstukken, voorwerpen en archeologische vondsten wat er zich allemaal in de provincie afspeelde. Open van ma. t/m vrij. van 9-12.30 en van 15-17.30 uur. Zaterdag van 9-12 uur.
Casa de Gobierno aan Plaza Independencia
221
222
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Bij het volgende blok aan je rechterhand heb je misschien wel het beroemdste huis van Argentinië, Casa de la Independencia (het huis van de onafhankelijkheid). Het gebouw is met uitzondering van de kamer waar het verdrag getekend werd, in 1902 met de grond gelijkgemaakt en pas in 1943 weer geheel in oude koloniale stijl herbouwd. Het heeft prachtige ruime patio’s en geeft een goed overzicht van wat er zich op 9 juli 1816 heeft afgespeeld. Want toen werd hier de onafhankelijkheid van Argentinië getekend. El Salon de la Jura is de belangrijkste zaal waar aan de muur een wandschildering van de overdracht met alle afgevaardigden. Ze hebben er wel alles bijgehaald bijvoorbeeld, dé tafel, dé stoelen, schrijfattributen én de kamer waarin de ondertekening heeft plaatsgehad. Voor de Argentijnen is dit museum heel belangrijk. Open van ma. t/m vrij. van 10 -12.30 en van 15-19 uur. In het weekend van 13-19 uur. Rondom het museum is de Paseo de los Artesanos (een markt waar je leuke ambachtelijke spullen kunt kopen). Je gaat bij Calle San Lorenzo naar rechts en meteen bij 9 de Julio ook weer rechts. Daar zie je een groot, pompeus wat neoclassicistische kerk, Iglesia Santo Domingo, gebouwd in 1884, die imposanter overkomt dan de kathedraal. Bij het volgende blok na C. Alvarez op nr. 48 is ook een mooie façade, thans Museo de Bellas Artes en ontworpen door de Belgische architect A. Pelsmaekers in 1905. Er hangt voornamelijk werk van belangrijke moderne schilders uit de provincie, maar ook van Quinquela Martín, Soldi en Silva. Open van ma. t/m vrij. van 10-12.30 en van 16-20 uur.
Casa de Independencia waar de onafhankelijkheid werd ondertekend
TU C U M ÁN EN O M STREKEN
Lola Mora De bekendste beeldhouwster van Argentinië is Lola Mora, geboren in 1866 op een boerderij in de buurt van de stad Tucumán. Zij vertrok op haar dertigste naar Italië, waar zij de schilder- en beeldhouwkunst leerde. In haar eigen land werd ze pas beroemd met het beeldhouwwerk ‘Fuente de las Nereidas’. Een enorm pompeus beelhouwwerk rondom een fontein in Buenos Aires. Zij werd aanbeden door én bekritiseerd om haar controversiële beeldhouwkunst. Vaak is haar werk een balans tussen obsceniteit en kunst. Vrouwenlichamen zijn overal in haar werk terug te vinden. Steden als Tucumán en Jujuy en het congresgebouw in Buenos Aires hebben werk van haar. In 1915 stopte ze met beeldhouwen na weer zoveel kritiek, toen de stad Rosario haar een unieke opdracht had gegeven. Ze overleed arm en eenzaam in 1936 te Salta (zij woonde waar nu café Van Gogh is, aan het centrale plein).
Vanzelf kom je weer terug op Plaza Independencia, daar ga je bij Av. 24 de Septiembre naar rechts richting Av. Saenz Peña. Een blok verder aan de overkant op de hoek van Rivadavia staat de Iglesia La Merced. Op het eerste gezicht is binnen niets interessants te zien, maar kijk eens naar het plafond! Rondom de bijna 60 vitrines zie je de bevrijding van Argentinië geschilderd. Het zijn de gevechten bij de stad Tucumán op 24 september 1812 onder leiding van generaal Belgrano.
Uitgaan, flaneren en lekker eten: het andere Tucumán Als een stad een universiteit heeft krijgen bepaalde straten of wijken een eigen sfeer met cafés, restaurantjes en culturele activiteiten. Zo ook in Tucumán nl. Barrio Norte. De belangrijkste straten van jong, hip en cultureel Tucumán zijn 25 de Mayo, Laprida en Maipú vanaf Corrientes tot aan Plaza Urquiza. Het zijn niet alleen straten met een goed uitgaansleven, maar je ziet er ook prachtige neokoloniale huizen, mooie moderne flats en goede winkels. Het is er heerlijk flaneren. Calle 25 de Mayo is tot Corrientes een echte design- en modestraat. Op de hoek met Córdoba staat misschien wel het meest aparte gebouw van de stad: het postkantoor. Helemaal in Moorse stijl met gotische trekjes. Gebouwd in 1939! Aan de overkant bij Centro Cultural Eugenio Virela op nr. 265 is een goede kunstgalerie en cultureel trefpunt. Als je hier in de lente door de straat wandelt zie je veel lapachobomen in bloei met prachtige paarse bloemen. Net voorbij Corrientes staat de kerk Nuestra Señora de Lourdes en loop even naar binnen waar je een prachtige imitatie van gotiek ziet. Gerealiseerd in 1922! (de Notre Dame van Parijs diende als voorbeeld). Bij Plaza Urquiza, een elegant plein, is het hart van Barrio Norte en sla je links Av. Sarmiento in. Je merkt wel als je verderop langs het casino, Teatro San Martín en de Legislatura loopt dat deze avenida in het begin van de vorige eeuw een belangrijke uitstraling
223
224
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Mercado Norte in Tucumán
had. Al deze gebouwen dateren uit begin 20e eeuw. Het was toentertijd de elegantste wandelstraat van de stad. Wil je 's avonds meegenieten van het uitgaansleven, dan zou ik zeker in Maipú, Santa Fé (bij Plaza Urquiza) of Laprida uitgaan (zie praktische informatie, op de volgende pagina). Je kunt terugwandelen via Maipú richting Av. 24 de Septiembre. Je komt dan vanzelf bij Mendoza uit, waar op de hoek een gezellige overdekte markt is, Mercado Norte. Je vindt er een grote gevarieerdheid aan etenswaren en je kunt er prima lunchen tussen de lokale bevolking. Iets verder in Mendoza richting Muñecas is rechts de grootste winkelgalerij die ik ooit in Argentinië gezien heb, Galeria La Gaceta. Een doolhof aan overdekte gangen met ontelbare boutiekjes en cafés. Echt iets voor shop-a-holics! Parque 9 de Julio De stad heeft een enorm park nl. Parque 9 de Julio. Dit park is ontworpen door de tuinarchitect van Argentinië, de Fransman Carlos Taylor (zie pag. 173) in 1916. Het is ruim 100 ha groot en je ziet er beeldhouwwerken van Lola Mora en er is een groot meer. Je kunt een bezoek brengen aan Casa del Obispo Colombres, dit was het huis van de bisschop, die begin 19de eeuw met het exploiteren van suikerriet begon. Het is nu een klein museum, Museo de la Industria Azucarera, waar je nog wat attributen kunt zien, zoals een houten suikermolen (trapiche) maar echt interessant is het niet. Open van ma. t/m vrij. van 9-12 en van 16-18 uur. In het weekend van 10-12 en van 15-19 uur.
TU C U M ÁN EN O M STREKEN
225
▲
+#*.'-
+## "0#2'$-
Parque Centenario 9 de Julio
'#
Busstation
+#'$'.# '(
*)"!
)0
%
4 ★
y★ 9
■
3
*#0#
naar Salta
$!$"'(
Station +!!#
#')0#
)"'
#$-
➤
Station
!)
%)"'
%6
★7
★
*4(
12 ★
★ 11
('(
$#'($
*!$
*#$('(
10
★
*$
,*$ * *,
naar Córdoba R.- 157
$
!'
'$-
Tucumán 1. Plaza Independencia 2. Catalinas Park 3. Swiss Hotel Metropol 4. Tucumán Center 5. Hotel del Sol 6. Hotel Carlos V 7. Hotel Premier 8. Hotel del Jardfin
$#*
1
('(
6 ★
,$
#$'#-$
%'
#$'#-$
★
7'$
'$(-
Plaza Urquiza
5
★8
!+'-
$''#)(
++
#)'0$(
9. Hotel Francia 10. Tucumán Hostel 11. Hotel Petit 12. Casa Histórico Toeristeninformatie . . . Wandelroute beschreven in de tekst. Uitgaansleven
$ ''$
$'#$ +!!
#*#
#)$
$#)*$
%)"'
+#.#-4
!'
#) 3
+#'"#)$
+#+!!#
$!0+'
$#*'(
)$( #$(
'0
0-!3-
&*(
2 ★
+#$!)
*
#"'
#-
+# $'#$' ! "%$
➤
226
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Praktische informatie Tucumán (0381) Toeristeninformatie Je vindt deze aan de Av. 24 de Septiembre 484 bij Plaza Independencia. Informatie over hotels en de provincie, maar verder weten ze niet veel. Open vanaf 8-22 uur. In het weekend gesloten. Er is ook een zeer behulpzame informatiebureau bij de busterminal.
Hotels Eersteklashotels (2-pers.kamer tussen de E 50-70) • Catalinas Park ( 450-2250) is een vijfsterrenhotel en het beste in de stad. Er is van alles: restaurant, zwembad en fitnesscentrum. Het hotel ligt aan de Av. Soldati 380 tegenover Parque 9 de Julio. www.catalinaspark.com • Swiss Hotel Metropol (431-1180), 24 de Septiembre 524, is een prima hotel met zwembad en restaurant. www.swisshotelmetropol.com.ar • Tucumán Center (452-5555) in 25 de Mayo 230 is uitstekend, modern met alle comfort. Er is een goed restaurant en een confitería. Gelegen in de leukste straat van de stad.
Middenklassehotels (2-pers.kamer tussen de E 35-55) • Hotel Del Sol (431-1755) in Laprida 35 aan de Plaza Independencia. Grote kamers met moderne badkamers en een goed ontbijt. • Hotel Carlos V (422-1972), 25 de Mayo 330, is goed met een prachtige entree. De kamers zijn een beetje oubollig, maar een goed restaurant. www.redcarlosv.com.ar • Hotel Premier (431-0381) in C. Alvarez 510, één blok van het plein. Ruime kamers en met een restaurant, maar in een drukke straat.
i
• Hotel Del Jardin (431-0500) in Laprida 463 niet ver van het centrum en is zeker aan te raden voor die prijs. Ruime kamers die voorzien zijn van grote badkamers. www.hoteldel jardin.com.ar • Hotel Francia in C. Alvarez 467 (4229760) is centraal gelegen met eenvoudige maar goede kamers. www.francia hotel.com.
Budgethotels (2-pers.kamer rond de E 10-15) • Tucumán Hostel (420-1584) Buenos Aires 669 is een gezellig jongerenhotel. Kook- en wasgelegenheid en ze organiseren excursies. www.tucuman hostel.com • Hotel Petit (431-1566) heeft kleine kamers in een neokoloniaal huis. Als je een kamer aan de patio krijgt, verwelkomen palmen, varens en vogels je. C. Alvarez 765. Een aanrader. www.red carlosv.com.ar
Restaurants In Calle Laprida vind je: • La Criollo op nr.181 is modern met veel kunst aan de muur en een aardige menukaart. • Los Negros een van de beste op nr. 623. Heeft goede parrilla en wijnkaart. • La Corzuela op nr. 866 heeft niet alleen een leuk interieur, maar ook heerlijke regionale gerechten. • Palmas in 25 de Mayo hoek Marcos Paz heeft degelijke gerechten met een terras. In het weekend erg populair en gezellig. • Il Postino op de hoek van 25 de Mayo en Córdoba is zeer populair met uitstekende pizza’s en een leuke sfeer! Zeker doen!
TU C U M ÁN EN O M STREKEN
• Lisandro in 25 de Mayo 455 is een eetcafé. Aangename sfeer in een neokoloniaal huis. • Bernaconi in Santa Fe 562 is een modern restaurant waar veel yuppen komen. Vaak druk, maar de menukaart is niet spectaculair. • Belfast, iets verder op nr. 506 is gezellig, meer een pubuitstraling en een goede menukaart.
Cafés en bars • Setimio is een uitstekende wijnbar. Santa Fe 512 bij Plaza Urquiza. • Wil je een lekker tussendoortje of lunchen, dan moet je zeker even langs bij Panadería Villeco. ‘Pan integral’ en andere heerlijke broden zoals ‘chancacas’ (suikerbrood) hebben ze hier. Buenos Aires 29. • Club 25 in 25 de Mayo 464 heeft een modern interieur. Hier komt een jong en hip publiek. • Populair zijn: Silfo en Felipo tegenover elkaar op de hoek van 25 de Mayo en Mendoza. • Casa Pan op de hoek van 25 de Mayo en Santa Fe. Een leuk café voor lunch en 's avonds is er altijd een gezellige sfeer. Goed voor een drankje op het terras. • La Pizzada is een grote confitería/ pizzeria op de hoek van 24 de Septiembre bij het plein. Groot terras en goed voor een lunch, of een drankje. • Harris is tevens een aanrader voor de lunch of drankje aan het eind van de middag. Op de hoek van Laprida en Mendoza. • Costumbres Argentina is helemaal in. Dé bar om 's avonds naar toe te gaan. San Juan 666, vlak bij Calle Mendoza. Zo ook. • Plaza de Almas in Maipú hoek Santa Fé bij Plaza Urquiza. Een toffe bar om relaxed wat te drinken en te genieten.
Vervoer Bussen Tucumán heeft een groot, modern busstation aan de Av. Brígido Terán bij Parque 9 de Julio. Hier heb je alles bij de hand: een informatiebureau, een grote supermarkt, lockers en cafés. • De bus naar Salta rijdt elk uur. De directbus is er in 4 uur. • Naar Cafayate twee per dag. Deze gaan via Tafí del Valle. • Santiago del Estero. Elk uur gaat er een bus (twee uur reistijd). • Empresa Chevallier en Veloz de Norte, met video en een bar gaan naar Buenos Aires. Vrijwel elk uur een bus (ruim 16 uur rijden!) • Elk uur gaat een bus naar Córdoba met Empresa Veloz de Norte. Reken op 7 uur. • Naar Tafí del Valle gaan 4 bussen per dag (2 uur).
Vliegen • Vliegen naar Buenos Aires kun je met Aerolineas Argentinas. Elke dag zijn er 3 vluchten. Er staat bij elke vlucht een minibusje klaar die je naar het centrum brengt. • Aerolineas Argentinas, kantoor is in 9 de Julio 112.
Autohuur • Localiza in San Lorenzo 1010. • Móvil Renta, San Lorenzo 370. • Avis vind je op het vliegveld.
Treinen Tweemaal in de week (wo. en zon.) vertrekt er een trein naar Buenos Aires vanaf Estación Mitre, tegenover Plaza Alberdi. Deze moderne trein gaat via Santiago del Estero (La Banda) en Rosario naar Buenos Aires.
227
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
228
Festivals Onafhankelijkheidsdag op 9 juli wordt in Tucumán groots gevierd. Met het hoogtepunt om 12 uur ’s nachts, want dan komen de gaucho’s de nationale vlag bij Casa Histórica brengen (van 8 op 9 juli). • Op 24 september wordt de slag rondom Tucumán herdacht.
• Ajwenchey in Lapidra 137 is een winkel met regionale producten. Ze zitten ook in Congreso 68 met kleding ontworpen naar indiaanse symbolen.
Reisbureaus • Duport Turismo, Congreso 160, heeft een citytour en excursies in de omtrek. • Zo ook Turismo del Tucumán in C. Alvarez 435 lokaal 2.
Winkelen • Ook hier zijn de peatonales (voetgangersstraten), waar het gezellig winkelen is. Calle Buenos Aires vanaf San Lorenzo en daarna Calle Muñecas en Mendoza zijn dé wandelstraten. • Goede boekwinkels zijn te vinden in Calle Muñecas: Librería Ros café Arte met een café op nr. 287, Almacen de los Libros op nr. 260 en El Ateneo met een café is in Calle Córdoba en in 25 de Mayo 182.
Supermarkten • Bij de busterminal bevindt zich een grote supermarkt Vea. • Een andere grote is Norte die vind je aan de Av. 24 de Septiembre 655. En in San Martín tussen Laprida en Rivadavia.
Wasserettes • Lavaya (naam van wasserette) vind je in Laprida 474. Unilav, Salta 137 en Cleanshop in Mendoza 419.
❶ NAAR TAFÍ DEL VALLE Dit is een mooie tocht, die zeker een dag in beslag neemt. Maar ik breng je wel met een omweg naar Tafí del Valle. De reis gaat eerst via de RP 338 langs grote suikerrietplantages richting de bergen van Los Cumbres de San Javier, een bosrijk gebied. Via een slingerende weg ga je omhoog en op ruim 1200 m kom je bij het San Javier Tourist Hotel. Vanaf het terras heb je een imposant uitzicht over de vlakte en in de verte de stad Tucumán. Dan ga je richting Villa Nougués, een weg van 14 km lang (nog steeds de RP 338), slingerend door de heuvels en met veel groen, met aan de ene kant een immense vallei en aan de andere kant bossen en heuvels. Villa Nougués is een villawijk van de welgestelden uit de hoofdstad Tucumán (de zgn. Tucumeños). Hier woont ook de schatrijke suikerbaron Nougués, een van de 80 suikerbaronnen in Argentinië. Deze familie bezat eens bijna alle plantages in de provincie. Deze villawijk werd ruim honderd jaar geleden door grootvader ir. Luis Nougués gesticht. Hij bouwde er huizen voor familie en vrienden. Alles in de Engelse cottage-stijl. Het klimaat is zomers zeker enkele graden koeler dan in de hoofdstad, dus aangenaam. Er staat een quasi-gotisch kerkje, een tiental schitterende villa’s, een goed hotel en een confitería. Driemaal per dag gaat er een bus vanuit Tucumán naar San Javier. Overnachten kun je in Hostería Vilalolette (0381-430-3197) in Vila Nougués. Er is een goed restaurant, mooi gelegen en ruime kamers voor E 55. www.vila-lolette.com.ar
TU C U M ÁN EN O M STREKEN
Je volgt de RP 338 naar het gehuchtje San Pablo. In het begin van de vorige eeuw was hier een grote suikerfabriek met een gehuchtje eromheen. Want rondom de fabriek bouwde men arbeidershuisjes, een kerk, een stationnetje en zelfs een ziekenhuis. Nu is er niet veel meer van over. De (bijna vervallen) fabriek staat er nog, en wat arbeidershuisjes. Ook hier had de familie Nougués prachtige huizen neergezet, want de (vervallen) chalet van Nougués en de kapel zijn nog steeds te zien. Bij de RN 38 ga je richting Lules. Daar staan de ruïnes van het jezuïetenklooster San José de Lules, dat gebouwd werd in 1613. De kerk is nog intact, maar werd in 1781 opnieuw gebouwd. De paters brachten als eersten de suikerrietplant van Europa naar Lules en zo ontstonden hier voor het eerst experimentele suikerrietplantages. Bij Acheral is de afslag naar Tafí del Valle, de RP 307. Je gaat nu de bergen in en door een schitterend subtropisch bosgebied. Langzaam klim je over de smalle weg naar een hoogte van 2000 m en rijd je door laaghangende wolken die als een soort engelenhaar over de bomen hangen. Je rijdt langs beekjes, watervalletjes en links en rechts een ondoordringbaar bos van exotische bomen. Onderweg kom je langs ‘Monumento al Indio Calchaquí’ een groot lelijk monument voor de indianen die hier altijd geleefd hebben. Tafí del Valle zelf ligt zoals de naam het al zegt in een vallei, omringd door de Sierra de Aconquija, een bergketen van meer dan 4000 m hoog.
TAFÍ DEL VALLE Dit is een gezellig dorpje, 127 km ten westen van Tucumán met ruim 2500 inwoners en ’s zomers is het er erg druk met vakantiegangers. Want niet alleen is de omgeving mooi, maar hier heb je ook Parque de los Menhires, een verzameling van menhirstenen en een groot (kunstmatig) meer. Door de aangename temperatuur groeit in de vallei veel fruit en Tafí del Valle is beroemd om zijn verschillende soorten kazen. La Fiesta del Queso (een groot kaasfestijn) wordt rond 15 februari gevierd. De kazen hebben een vrij pittige smaak en worden gemaakt van schapen- en geitenmelk. Op verschillende estancia’s (kaasmakerijen) in de omgeving, die in de 18de eeuw door de jezuïeten werden opgezet worden deze kazen gemaakt. Deze kaasproductie komt van origine uit Mancha in Spanje. De grootste estancia, El Churqui, 2 km ten zuiden van het stadje is zeker een bezoek waard. Niet alleen voor de kazen die op bamboebedden liggen te drogen en hun geuren verspreiden, maar ook vanwege het interieur en het fraaie koloniale herenhuis. Zo ook van Estancia Los Cuartos waar je de lekkerste kazen kunt kopen in hun winkel aan de Av. Gobernador Gritto, vlak bij de busterminal. Probeer eens ‘el quesillo’ een vrij zachte frisse kaas die je eet met geconfituurde vijgen of met brood. De belangrijkste wandel- en winkelstraten in het dorpje zijn: Av. Pte. Perón met gezellige confitería’s en winkeltjes, waar je ook volop de kaas kunt kopen, en Av. Gdor. Gritto waar hotels en restaurants zijn. Een kleine 15 km voor Tafí del Valle ligt het dorpje El Mollar met ‘Parque de los Menhires’ (het park van de menhirs) waar 129 stenen staan,
229
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
230
variërend van 2,5 tot een halve meter hoogte. Op de meeste stenen zie je (wat) afbeeldingen en alles dateert uit de precolumbiaanse tijd zo’n 1500 jaar geleden (zie foto). Waarschijnlijk hadden deze stenen net zoals in San Augustin in Zuid-Colombia een rituele functie. Het was voornamelijk aan de Italiaanse archeoloog J. Ambrosetti te danken die in 1897 de historische waarde van deze stenen inzag. De stenen stonden eeuwenlang verspreid over de heuvels en waren vaak beklad, maar sinds enkele jaren is alles gerestaureerd en zijn ze bij dit dorpje verzameld.
Parque de los Menhires
Praktische informatie Tafi del Valle (03867) Het toeristenbureau is in Centro Cívico op Calle La Farola bij het plein. Open van 8-20 uur. • Hosteria Tafi del Valle (421-027) grote kamers met een mooie tuin en zwembad, er is ook een restaurant. Een kamer kost er E 55. www.soldel
valle.com.ar • Hotel Huayra Puca (421-190) in
Los Menhires 71 (achter de busterminal) is ook prima. Je betaalt E 45 voor een ruime kamer. • Lunahuana (421-330) kan ik je aanraden. Waar een kamer rond de E 55 kost. Er is een restaurant en een zwembad. • Residencial El Cumbre (421-768) is eenvoudig en schoon en je betaalt niet meer dan E 25 voor een kamer. Met een dakterras en grote patio. In de hoofdstraat Pte. Perón 120.
i
• Camping Los Sauzales, tussen de
rivier en het centrale plein, beschikt ook over bungalowtjes, een bar en warme douches. • Restaurant El Portal de la Villa in de hoofdstraat (Pte. Perón) is een aanrader en ook gezellig om er eind van de middag of ’s avonds een glaasje te drinken. • Parador Tafinisto aan 't eind van Av. Pte. Perón is populair en heeft in het weekend vaak livemuziek. • Rancho de Felix op de hoek van Diego Rojas en Pte. Perón. Goede parrilla maar verder niets bijzonder. De busterminal is in Av. Gdor. Gritto. • Er gaan elke dag zeker 2 bussen naar Tucumán (ruim 3 uur). Naar Cafayate twee per dag (4 uur). • Banco del Tucumán bij de Municipalidad heeft een pinautomaat.
TU C U M ÁN EN O M STREKEN
❸ NAAR DE RUÏNES VAN QUILMES Amaichá del Valle Dit dorpje van nog geen 1000 inwoners zegt 360 dagen zon per jaar te hebben en dat laten ze merken met een groot bord met Bienvenidos, al mejor clima del mundo (welkom bij het beste klimaat van de wereld). Het ligt 56 km ten noorden van Tafí del Valle aan de RN 38. De weg er naartoe is prachtig en zeker de moeite waard vanwege het indrukwekkende gebergte, Abra del Infiernillo (de duivelsberg). Je gaat door een smalle bergketen op een hoogte van 3000 m met schitterende uitzichten. Vooral vroeg in de ochtend of laat in de namiddag verandert het landschap door de op- of ondergaande zon in gekristalliseerde kleuren, want door het droge klimaat en de hoogte lijken de zonnestralen te reflecteren. Maar voor hetzelfde geld hangt er een laaghangende bewolking en rij je door de ‘mist’. Als je naar beneden gaat verandert het landschap van droog en dor in één grote groene vallei, met mooie chalets en gaucho’s te paard. Als je het zó meemaakt dan doet de naam Abra del Infiernillo, met zijn wisselende aspecten wel recht aan de berg. Hier leefde zo’n 1200 jaar geleden de Cultura Santamaría, een indianenvolk met een hoge cultuur. Er zijn aanwijzingen gevonden dat er al een goed irrigatiesysteem bestond en dat er een ontwikkelde agricultuur van aardappels, maïs, zapallos en noten was. De woongemeenschappen bestonden uit een soort anarchistische confederatie. Het dorpje zelf heeft een aardig pleintje met een oud kapelletje en een archeologisch museum, Complejo Pachamama. De plaatselijke kunstenaar, señor Héctor Cruz, heeft dit museum opgezet. Het is een combinatie van archeologische vondsten uit de regio en zijn sculpturen, bijeengebracht in een modern gebouw. Vooral zijn werk is van ‘kinderlijke’ eenvoud, maar op een indringende manier krijgt alles iets mystieks door de invloed van de inheemse cultuur. Je moet er zeker een bezoek aan brengen. Je vindt het bij de ingang van het dorp aan de RP 357. Dagelijks open van 8.30-12 uur en van 14 - 18.30 uur. Gedurende de drie dagen van carnaval wordt hier het feest van Pachamama gevierd. Pachamama is bij de indianen moeder aarde en de godin van de oogst en daarom het belangrijkste feest in deze regio. Met veel muziek en dans wordt er een oudere dame uit het dorp tot Pachamama gekozen Als hoogtepunt van deze fraaie route zijn de ruïnes van de indianencitadel Quilmes. Deze liggen 20 km ten noorden van Amaichá aan de ruta provincial 40.
QUILMES Vijf kilometer vanaf de weg (RP 40), aan de voet van de heuvels, liggen de ruïnes van Quilmes die in 1978 voor een deel gerestaureerd zijn. Wat je ziet zijn de fundamenten van de citadel en woongemeenschappen. Hier woonden zo’n 900 jaar geleden meer dan 5000 mensen. Een mooie wandeling kun je maken langs de patio’s, de dikke muren en pleintjes. Het
231
232
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
is net een doolhof, allemaal verschillende rechthoeken met steeds een smalle ingang en trappetjes. Je moet zeker naar boven wandelen, vanwaar je een schitterend overzicht hebt over deze ruïnes en de hele omgeving. Hiervandaan lijkt het net een natuurlijk amfitheater, dat in bezit is genomen door duizenden grote cactussen. Boven woonde de keizer met zijn familie (zij hadden 40 à 50 woningen), in het midden de administratieve klasse en beneden de werkende klasse. Tot eind 15de eeuw leefde deze gemeenschap in rust en vrede, toen hun leven verstoord werd eerst door aanvallen van de Inca’s en daarna begin 17de eeuw door de Spanjaarden. In 1665 werden deze indianen, Los Quilmes, na tientallen jaren oorlog voeren uiteindelijk verslagen. Omdat het hier bijna nooit regent, hadden de indianen een irrigatiesysteem in de bergen aangelegd om het regen- en bergwater op te vangen. De Spanjaarden vernielden dit systeem en zodoende moesten de inwoners capituleren. De citadel werd grotendeels verwoest en de laatste 250 families werden afgevoerd naar een klooster nabij Santa Cruz in de buurt van Buenos Aires en dit kreeg later de naam van ... Quilmes! Ja zeker waar ‘s lands bekendste bier vandaan komt! Bij de ingang is een klein interessant museum en een goed hotel met restaurant van señor Héctor Cruz. Met de bus zijn de ruïnes moeilijk te bereiken. Empresa Aconquija gaat van Calafate naar Santa Maria en stopt bij de afslag naar de ruïnes, maar dan is het nog een goede 5 km wandelen. Je kunt ook de bus van Tafí del Valle naar Calafate nemen; deze stopt ook bij de afslag. Hotel Ruinas de Quilmes is een mooi gelegen hotel met alle comfort (03892-421075). Een kamer kost E 40. Er is ook een restaurant. Het interieur is ontworpen door Héctor Cruz (zie ook Amaichá del Valle) en is een mix van het verleden met het comfort van heden.
De ruïnes van Quilmes
TU C U M ÁN EN O M STREKEN
❹ NAAR SANTIAGO DEL ESTERO (VIA RÍO HONDO) RÍO HONDO Dit is een stadje van 25.000 inwoners dat geheel leeft van het toerisme, want het ligt boven een gebied van geneeskrachtige thermale bronnen. Zo’n 2000 jaar geleden trok dit ‘hete’ water’ de eerste indianen aan en zo ook de eerste Spanjaarden, die halverwege de 16de eeuw hier langs kwamen. Maar het bleef altijd een gehuchtje en het werd pas bekend rond 1914, toen er hotels gebouwd werden en helemaal toen er in 1928 een treinverbinding kwam. Nu zijn er ruim 170 hotels en vele chalets. Maar toch is het een stadje van vergane glorie, dat alleen maar ouder publiek trekt en slecht is onderhouden. Daarom niet echt interessant voor een bezoek. Termas de Río Hondo (de eigenlijke benaming) ligt 65 km ten noorden van Santiago del Estero en 90 km ten zuiden van Tucumán aan de RN 9 en de Río Dulce. Het hoogseizoen is tussen juni en september en dan is het er behoorlijk druk. Vrijwel elk hotel, hoe eenvoudig ook, heeft thermale baden. De belangrijkste (winkel)straten zijn, Av. J. B. Alberdi (de RN 9), Rivadavia en Sarmiento. En het meest opvallende gebouw is het...casino!
SANTIAGO DEL ESTERO De hoofdstad van de gelijknamige provincie wordt ook wel Madre de las Cuidades (de moeder van de steden) genoemd, want het is de oudste stad van Argentinië, gesticht in 1553. Zij heeft rond de 230.000 inwoners en ligt 1045 km van Buenos Aires en 160 km ten zuidoosten van Tucumán. De stad heeft een vriendelijke uitstraling en vooral ’s avonds in de zomermaanden is het rondom Plaza Libertad en het park Aguirre heerlijk vertoeven. Want de zomermaanden zijn zeer warm in Santiago del Estero! Het stadsleven speelt zich grotendeels rondom Plaza Libertad af, vanwaar ik je meeneem voor een korte wandeling, want erg aantrekkelijk voor een verblijf is deze stad ook weer niet. Hoogstens een dagje kennismaken.
Wandelen rondom Plaza Libertad De start is op Plaza Libertad, waar bij Calle 24 de Septiembre de kathedraal staat. Gebouwd in 1868, maar op deze plek stond al in 1581 de eerste kerk van Argentinië. De kathedraal werd door Zwitserse architecten (twee broers) ontworpen naar neo-Corinthische stijl. Schuin aan de overkant op Av. Libertad heb je de Municipalidad en de prefectuur. Het is een sierlijk gebouw uit 1868, ook door dezelfde broers ontworpen, vooral de galerij op de eerste verdieping is opvallend. Je loopt Av. Libertad in richting Parque Aguirre en op nr. 250 staat een mooi gerenoveerd herenhuis, El Liberal met prachtige ramen en deu-
233
234
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
ren en kijk eens naar het balkon. Een blok verder op nr. 179 staat een oud koloniaal huis met fraaie ornamenten en ramen, nu Museo Municipal. Dan sla je bij 25 de Mayo rechtsaf, richting Avellaneda. Meteen in Avellaneda rechts zie je op de hoek het gerestaureerde Palacio Legislativo, iets verder op nr. 355 het Museo Arqueológico Wagner en Teatro 25 de Mayo. Het doet wat Frans aan die open façade met die bogen en die grote marmeren hal. Beide gebouwen dateren van 1910. Vooral het museum is interessant, want de broers Duncan en Emilio Wagner uit Frankrijk hebben hun grote antropologische collectie van het noordoosten van Argentinië in 1917 hier tentoongesteld. Er staan voorwerpen uit de verre precolumbiaanse tijd, van de Diaguitas-indianen, o.a. veel fossielen en prachtige urnen (helaas zonder uitleg!). Zeker een bezoek waard! Open van ma. t/m vr. van 8-12 en van 14-20 uur. In het weekend van 10-12 uur. Als je naar links doorloopt op de hoek van Av. Roca kom je bij de kerk Convento de San Francisco, gebouwd in neogotische stijl. Toch dateert het oudste gedeelte al uit 1566, maar San Francisco Solano, de patroonheilige van Tucumán, bouwde er in 1590 een nieuw deel aan. Zo heeft deze kerk in de loop der eeuwen allerlei veranderingen moeten ondergaan. Wat je nu ziet dateert uit 1895. Binnen is ook een museum, Museo de Arte Sacro, maar is niet echt de moeite waard voor een bezoek. Alleen het altaar dat uit gelamineerd hout en uit goud geïmiteerd marmer bestaat is bezienswaardig. Heerlijke kitsch. Nu loop je terug naar Buenos Aires, waar je links op nr. 136 een prachtig neokoloniaal herenhuis uit 1840 ziet: La Casa de los Toboada. Het behoorde aan de invloedrijke generaalsfamilie en gouverneur van de provincie, Taboada. Daarna loop je naar Urquiza en sla je linksaf en op nr. 354 is Museo Histórico de la Provincia, gebouwd in 1820 voor de invloedrijke familie Gallo. Je krijgt in dit museum een goed beeld van de ontwikkeling van de provincie van de laatste tweehonderd jaar. Meubels, kleding, folklore, muntstukken en mooie boeken zijn er allemaal te zien. Open van ma. t/m vr. van 8-12 en van 14-20 uur. In het weekend van 10-12 uur. Op de hoek heb je de kerk Convento de Santo Domingo. Binnen hangt een kopie van de lijkwade van Christus uit Turijn, geschonken door de koning van Spanje, Philip de Tweede, als een koninklijk gebaar aan zijn ‘geliefde kolonies’ in Zuid-Amerika. Je kunt terug doorwandelen naar Av. Belgrano, want Urquiza is een gezellige straat met mooie afwisselende huisjes en bomen. Bij Independencia sla je rechtsaf, alwaar je op de volgende hoek met 9 de Julio, naar mijn gevoel het mooiste neokoloniale gebouw van de stad staat, El Paseo Siglo. Gebouwd in 1896 met prachtige art-deco en art-nouveau-details, er zijn winkeltjes, een café en boven een enorme balkongalerij. Een mooi sluitstuk van de wandeling, want een blok verder komen we weer terug op ons vertrekpunt Plaza Libertad.
TU C U M ÁN EN O M STREKEN
Praktische Informatie Santiago del Estero (0385) Toeristeninformatie Deze vind je aan de Plaza Liber-tad vrijwel naast de Municipalidad. Open van 8-20 uur. Zaterdag van 9-12 uur.
235
i
• In Parque Aguirre aan de Av. Vargas heb je Casa del Folklorista met livemuziek in de weekenden.
Cafés en bars Hotels • Hotel Carlos V (424-0303) is een viersterrenhotel met alle comfort, zoals een fitnesscentrum, zwembad en restaurant. Gelegen aan de Plaza Libertad in Avellaneda 203. Je betaalt rond de E 70 voor een 2-pers.kamer. www. carlosvhotel.com • Hotel Libertador (421-9252) in Catamarca 47 ligt wat uit het centrum, in een rustige wijk, met zwembad in een grote tuin en een goed restaurant. Ongeveer E 50. www.hotelliberta dorsrl.com.ar • Hotel Savoy (421-1234 ) aan de Peatonal Tucumán 39 om de hoek van Libertad. Een mooi oud koloniaal en sfeervol huis, met ruime doch eenvoudige kamers. Je gaat terug in de tijd en dat is al een belevenis, zo mooi is het hotel. Rond de E 30. • Hotel Florida (421-8664), Av. Libertador 355, is eenvoudig, maar goed en centraal gelegen. • Nuevo Hotel Santiago (421-4949), in Buenos Aires 60 heeft goede maar niet al te grote kamers. Zeer betaalbaar, ongeveer E 25. En voor die prijs een aanrader.
Restaurants • Don Andres, Catamarca 47, heeft een goede parrillade en is niet duur. • La Oficina is een gezellige pizzeria op de hoek van San Martín en Belgrano. • El Gordo in Av. Alfonzo Quinzio 205, heeft goede parrilla en soms themaavonden. Ligt wel buiten het centrum.
Rondom Plaza Libertad heb je: • Bugs Bunny op de hoek van Avellande en 24 de Septiembre. • Bar el Siglo in Paseo Siglo. • Cerecetto is dé ijssalon (heladería) van de stad. Op de hoek van Córdoba en Libertad.
Vervoer Bussen • De busterminal is niet ver van het centrum in Pedro L.Gallo. • Naar Tucumán via Rio Hondo gaat elk uur een bus (een rit van 2 uur). • Naar Buenos Aires gaan zeker 7 bussen per dag. Naargelang de maatschappij (12 uur tot 16 uur). • Salta en Jujuy 4 bussen per dag (6 uur rijden). • Naar Córdoba ook bijna elk uur een bus bij verschillende maatschappijen (7 uur).
Vliegen • Aerolineas Argentinas vliegt 1 x per dag naar Buenos Aires. Het kantoor vind je in Buenos Aires 60.
Supermarkt • Oriente is in Avellaneda 269 bij het plein. • Emilio Lugue is een hele grote supermarkt in Av. Pedro Gallo 30.
Postkantoor Deze is in Buenos Aires 230.
236
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
4. De grand cañons van Argentinië Een bezoek aan de nationale parken Talampaya, Ischigualasto en Sierra de las Quijadas. Maar ook aan de steden La Rioja, San Juan en San Luis Dit hoofdstuk is voor de buitenlandse toerist het minst bekende deel. Bij de Argentijnen worden deze gebieden steeds populairder en daarom wil ik je kennis laten maken met drie fantastische prehistorische landschappen. Want dat zijn ze, Talampaya in de provincie La Rioja, daaronder Ischigualasto (el Valle de la Luna) in de provincie San Juan en als laatste Sierra de las Quijadas in de provincie San Luis. Dit zijn nationale parken waar je miljoenen jaren terug in de tijd gaat. Want zo’n 100 miljoen jaar geleden in het Krijt zijn deze parken langzaam maar zeker ontstaan en kregen in de laatste 20 miljoen jaar tijdens het Tertiair hun definitieve vormen, die we nu kunnen bewonderen. Ik heb ze alledrie bezocht. Nog steeds is het moelijk welke van deze drie op mij de meeste indruk heeft achtergelaten. Ik denk Talampaya. Maar die spectaculaire wandeling door de vallei van Sierra de las Quijadas, waar het gebergte honderden meters hoog is heeft ook veel indruk achtergelaten. Maar als ik al die vreemde, bizarre vormen van gesteentes in Valle de la Luna voor me zie ga ik weer twijfelen. Daarom wil ik je meenemen in dit hoofdstuk naar die drie nationale parken. Heb je tijd bezoek ze dan allemaal. Anders ga naar Valle de la Luna en Talampaya. Zij liggen niet ver van elkaar en dat is te doen. Je kunt dan kennismaken met de stad La Rioja of San Juan. Allebei vriendelijke steden met een mediterrane uitstraling. Het is er ‘s zomers heel warm, daarom is het voorjaar of najaar de beste tijd voor een bezoek niet alleen aan deze steden maar ook aan deze parken. San Juan is na Mendoza de belangrijkste wijnproducent, dus een bezoek met een glas heerlijke frisse witte wijn aan een bodega zal altijd welkom zijn! Vlak bij San Juan is het beroemde bedevaartsoord van Difunta Correa. Het graf is van een jonge vrouw die daar gestorven is en de beschermvrouwe van vrachtwagenchauffeurs en reizigers is. Honderdduizenden mensen komen hier jaarlijks langs om haar steun en bescherming te vragen, getuige de duizenden persoonlijke eigendommen die hier worden achtergelaten. Een groot openluchtmuseum!
DE G R A N D CAÑ O N S VAN ARG EN TINIË
Villa Castelli
40 Chilecito
Villa Unión
Villa Sanagasta
La Rioja
Nonogasta ● ● Pagancillo
●
●
●
5
Rafael
25
●
Casa de Piedra
Talamuyuna 40
26
Huaco ●
●
● Ampatá
38
79
Patquía Punta de ● los llanos
jo erme o B Rí
150 Chamical 27 San José Chañar de Jáchal ● ● San Augustín Castro Barros del Valle Fértil ● Olta Mogna 40 ● 510 Río Jác hal El Portezuelo ● ● Malanzán 436 29 ● Milagro ● Talacasto
●
40
Desiderio Tello
●
●
Serrezuela
●
Villa General San Martín
San Juan
N ▲
San Nicolas ● San
Vichigasta
San Martín
237
141
141
Caucete
● Chepes 79 Ulapes
● Chancani
20
20
Eneón
●
40
20 Quines 20 Luján San Francisco del Monte de Oro San Antonio
La Tranca
Termas de Villavicencio
Mendoza
de Cuyo
147
Arroyita ●
●
uadero
Luján
Desag
142
Río
●
Estación El Médano 146 ●
San Gerónimo
N ▲
San Luis
WAT JE ZEKER NIET MAG MISSEN! 1. Het nationale park Talampaya, 200 km ten zuidwesten van de stad La Rioja. Een groot roodgekleurd cañongebied. Pagina 244. 2. Ischigualasto, zo’n 100 km onder Talampaya. Niet voor niets wordt het de maanvallei genoemd. Als de maan er zo uitziet, geef mij dan maar een enkeltje Pagina 246. 3. Sierra de las Quijadas, 120 km ten noorden van de stad San Luis. Eens het paradijs van dinosaurussen, getuige de voetstappen die je kunt zien! In een adembenemende omgeving. Pagina 259. 4. Het bedevaartsoord Diffunta Correa bij de stad San Juan. Pagina 254.
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
238
LA RIOJA Vertrekpunt naar de grootste cañons van het land La Rioja is een middelgrote stad met ruim 140.000 inwoners en de hoofdstad van de gelijknamige provincie. Gesticht in 1591, maar helaas grotendeels verwoest door een zware aardbeving in 1894. Gelukkig is het oude centrum vrijwel nagebouwd of gerestaureerd. De stad ligt 450 km ten noorden van San Juan en 1167 km van Buenos Aires aan de voet van de Sierra de Velasco, de voorlopers van het Andesgebergte. Het centrum is rondom Plaza 25 de Mayo en is het belangrijkste gedeelte. Hier vind je ook de interessantste historische gebouwen. Maar voor de rest valt er niet veel te beleven in deze stad. Maar La Rioja is wel het vertrekpunt naar het nationale park Talampaya. Dit gebied wordt ook wel de Grand Cañon van Argentinië genoemd.
Een wandeling door het centrum In La Rioja is nu eens niet Av. San Martín de belangrijkste straat, maar Calle 25 de Mayo, Rivadavia en Av. San Nicolas de Bari. Ondanks de aardbeving in de 19e eeuw zijn er toch nog interessante historische gebouwen intact gebleven. In een korte wandeling neem ik je mee langs de belangrijkste historische gebouwen. Wat als eerste meteen opvalt aan de Plaza 25 de Mayo is de basiliek San Nicolás de Bari, gebouwd in 1899 en pas ingewijd in 1912. Deze kerk is genoemd naar de patroonheilige van de provincie, die op een van de fresco’s aan de muur staat afgebeeld. De façade en het interieur doen wat Byzantijns aan en is zeker de moeite waard om te bezoeken. Schuin tegenover de basiliek is Casa de Gobierno geheel in Spaans koloniale stijl gebouwd, maar pas in 1937. Desondanks toch een gebouw met allure. Als je aan de overkant van het plein rechtsaf gaat, Calle Pelagio B. Luna in, dan heb je op de eerste hoek het kerkje Convento de Santo Domingo. Dit is het oudste bestaande kerkje van Argentinië en dateert uit 1623. De Diaguitas-indianen hebben dit kerkje gebouwd onder leiding van de paters dominicanen. Het is nu een nationaal monument. De deur is prachtig bewerkt, geheel uit één stuk hout. Ook het interieur is het bekijken waard. In 1968 is de kerk geheel gerestaureerd. Als je terugloopt naar het hoofdplein en dan Calle 25 de Mayo ingaat, zie je bij de eerste hoek de Convento de San Francisco. Het kerkje zelf is wat architectuur betreft niet zo interessant, maar van binnen is het werkelijk prachtig, vooral de zij-altaren en het houten plafond. De kerk en het klooster zijn genoemd naar San Francisco Solano, een priester die hier naartoe kwam zo rond 1590 en die de plaatselijke bevolking onderwijs gaf en hun rechten verdedigde. Bij dit kerkje plantte hij aan de achterkant op een binnenplaatsje, of eigenlijk een hofje, een sinaasappelboom, die er nu na ruim 400 jaar nog steeds staat. Naranjo Histórico, zoals de boom wordt genoemd, staat in een glazen omhulsel. Indrukwekkender vind ik de geweldige, uit zijn kluiten gegroeide cactus die ernaast staat.
DE G R A N D CAÑ O N S VAN ARG EN TINIË
Terug bij Plaza 25 de Mayo neem je Av. San Nicolás de Bari richting Av. Juan Perón en vlak voor San Martín zie het mooie neokoloniale Colegio Nacional uit 1871. Je loopt nu door naar Rivadavia en die sla je in richting Av. Juan Perón. Voorbij Plaza 9 de Julio op nr. 952, zie je links een soort kasteeltje. Het is een bizarre mengeling van neogotiek en neorenaissance. Het dateert uit 1888 en hier woonde een plaatselijk bekende gouverneur, dichter en minister, Joaquin V. González (zie Samay Huasi op pag. 243). Nu is het Archivo Histórico (historisch archief). Bij het volgende kruispunt is Av. Juan Perón, een brede avenida gebouwd eind 19de eeuw door die J. V. González. Hij had als voorbeeld de grote boulevards van Parijs genomen. Trots werd toen ook gezegd ‘un Bulevar Parisino’. Je kunt terugwandelen over deze avenida, daar neem je rechts Pelagio B. Luna waar op nr. 811 Museo Flolklórico is. In dit mooie neokoloniale huis is nog alles ingericht uit de 19de eeuw, maar er zijn ook voorwerpen te zien over de folklore en tradities van de stad, zoals Tinkunako (zie kader). Open van do. t/m zat. van 9-13 en van 16-20 uur. Zondag van 9-12 uur. Schuin aan de overkant op de hoek met Catamarca is Mercado Artesanal, waar je mooie handgemaakte regionale voorwerpen van leer of zilver en keramiek kunt kopen. Open van di. t/m vr. van 9-13 en van 16-20 uur. Zat. van 8-12 en van 16-20 uur. Zondag van 16-20 uur. Als je doorloopt kom je weer terug bij Plaza 25 de Mayo. Dit plein wordt eind van de middag gezellig druk met rondom leuke cafés en terrasjes. Zoals het populaire café El Paseo op de hoek van 25 de Mayo en Pelagio B. Luna, een soort dorpspleintje met een fonteintje en boetiekjes rondom. Schuin aan de overkant, in Joaquin V. Gonzáloz, heb je een mooi oud gebouw, Club Social. Als de voordeuren open staan, moet je even naar binnen kijken. Ze hebben een prachtige zaal, waar de exclusiviteit van de club goed te zien is. Het gebouw dateert uit 1908 maar het restaurant en het café zijn open zijn voor iedereen. Het feest van Tinkunako La Rioja kent enkele belangrijke folkloristische feesten, waarvan het feest van Tinkunako het meest indrukwekkende is. Op 31 december is het Festival de San Nicolás y el Niño Alcalde. Bij de plaatselijke bevolking heet het eigenlijk El Tinkunako. Het begint ’s middags op de laatste dag van het jaar en eindigt op 3 januari. Er wordt opnieuw de bemiddeling van San Francisco Solano in 1593 tussen de Diaguitasindianen en de Spaanse overheersers opgevoerd. De indianen eisen dan het aftreden van de Spaanse afgezant en dat deze vervangen wordt door El Niño Alcalde, een christenkind. Met traditionele kleding en gezang wordt de processie in gang gezet om in gezelschap van de patroonheilige San Nicolás de Bari voor het Casa de Gobierno het christenkind El Niño Alcalde te ontmoeten. Bijna drie dagen van zang, dans en muziek, maar ook met een imposante heilige mis op de laatste dag. Zo kun je drie dagen van dit spektakel genieten.
239
240
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Praktische informatie La Rioja (03822) Toeristeninformatie Het officiële toeristenbureau is DiMuTur. Zij hebben lijsten van hotels, weten alles over de historische gebouwen en excursies in de omtrek. Je kunt ze vinden in Av. J. Perón 728 en ze zijn open van 8-12 en van 16-20 uur. Of in Pelagio B. Luna 345. Elke dag open van 8-21 uur. www.larioja.gov.ar
Hotels Eersteklashotels • NaindoPark Hotel (470-700) is het beste hotel in de stad met 5 sterren! Op de hoek van San Nicolas de Bari en J. V. Gonzalez. Gehuisvest in een groot modern gebouw met alle comfort, die je niet verwacht in deze stad. Zwembad, fitness, en een uitstekend restaurant. Een 2-pers.kamer kost E 90. www.naindoparkhotel.com • Hotel Plaza (425-215) op de hoek van Plaza 25 de Mayo en 9 de Julio. Is prima, centraal gelegen met een zwembad op het dak met een prachtig uitzicht! Er is een restaurant en beneden een aardige confitería. Je betaalt voor een 2-pers.kamer E 45. • Hotel King’s (422-122) op Facundo Quiroga 1070 is ook goed, met zwembad en een bar. De kamers zijn een beetje ouderwets. Je betaalt E 40 voor een 2-pers.kamer. Het ligt net buiten het centrum, maar niet ver van de busterminal.
Middenklassehotels (Een 2-pers.kamer is van E 25-35) • Hotel Libertador (427-474 ) in Buenos Aires 253 is goed en heeft een bar. De kamers zijn eenvoudig, maar keurig. • Hotel Savoy (426-894) aan de Av. Roque A. Luna hoek San Nicolás de
i
Bari. De kamers zijn prima en voor iets meer geld krijg je een grote kamer. • Vincent Apart Hotel (432-326) in Santiago del Estero 20. Is zeker een aanrader, in een nieuw gebouw en je hebt kamers met een kitchenette. Er is een eetzaal.
Restaurants • La Vieja Casona op Rivadavia 427 is erg populair en hun parrilla is aan te raden. • L’ Stanza is een goede Italiaan. Deze vind je in Dorrego 220. • El Corral is een uitstekende keuze. Een trendy restaurant/bar in een mooie locatie tegenover het oude station. Met heerlijke vleesgerechten en goede wijnen. Hoek Av. Quiroja en Rivadavia.
Bars en cafés • Café El Paseo op de hoek van 25 de Mayo en Pelagio B. Luna. • Café El Ciervo aan Plaza 25 de Mayo hoek J. González met terras is een populair café. • Las Pircas is een prima café met een modern interieur en heerlijke koffie en gebak. Op de hoek van S. Nicolás de Bari en J. V. Gonzalez.
Vervoer Bussen • De busterminal ligt 8 blokken van Plaza 25 de Mayo, op de hoek van Artigas en España. • Naar Buenos Aires gaan 4 bussen per dag via Córdoba (17 uur). Naar Córdoba 8 bussen per dag (5 uur), zo ook naar Tucumán (6 uur). Naar San Juan 8 bussen per dag (6 uur). Zo ook naar Catamarca (2,5 uur).
DE G R A N D CAÑ O N S VAN ARG EN TINIË
Lokale gerechten Speciale gerechten uit de regio zijn: Chivito a la parrilla (vlees van een jonge bok), empanada’s en locro, en als nagerecht moet je zeker dulce regionales en almibar nemen. Een zoet stroperig nagerecht met kaas. Of eet een zapallo y camote con nuez een eetbare kalebas met zoete aardappels en noten. Daarbij drink je een heerlijke koele torrontés uit de streek. Dat is een fruitige droge witte wijn.
• Naar Villa Union een bus per dag (4uur). • Emprersa Interioja gaat 4x per dag naar Chilecito (2,5 uur). Deze vertrekt in Rivadavia 519. Zo ook La Riojana, deze vind je in Rivadavia 578. En Maxi Bus op de hoek van Rivadavia en Dávila.
• Museo Histórico de la Rioja, waar je de eerste munten van de stad ziet en informatie over het leven van belangrijke lokale personages, zoals de beruchte caudillo’s. In Pelagio B. Luna 250. • Museo Archivo Histórico in Rivadavia 952 is nog een echt stoffig museum. Gebouwd als een kasteel vind je er de eerste kranten, boekbinderijen en veel oude boeken. Open van 8-20 uur. Tussen de middag gesloten.
Postkantoor • Het hoofdkantoor is in Av. J. Perón 258. Van 8-20 uur open en ’s zaterdags gesloten.
Reisbureaus
• Kings Rent a Car in Av. F. Quiroga hoek Copiapó. Drive Rent a Car in King’s hotel op de hoek van Av. Fac. Quiroga en Copiapó.
Buiten het hoogseizoen is het moeilijk een reisbureau te vinden, dat iets organiseert. Vanaf januari tot half maart, rond de paasdagen en in de wintermaanden heb je de meeste kans van slagen. • Corona del Inca heeft zijn kantoor in Pelagio B. Luna 914. Zij organiseren tochten naar Talampaya en trektochten door de binnenlanden per jeep. www. coronadelinca.com.ar • Néstor Pantaleo in Equador 813 (437-690) heeft tochten naar Talampaya en el Valle de la Luna. Is fotograaf en kent de bijzondere plekken in de nationale parken. • Aguada heeft dagtochten naar Talampaya en el Valle de la Luna. Hebben Engelstalige gidsen. In D. Vélez Sarsfield 742. www.aguadatransporte.com.ar
Museum
Winkelen
• Museo Arquelogica Regional Inca Huasi heeft een verzameling van meer dan 8.000 antropologische en archeologische voorwerpen, grotendeels van de Diaguita- indianen. Sommige zijn ruim 2400 jaar oud. Het museum is open van di. t/m za. van 9-12 uur. J. B. Alberdi 650.
• Wil je iets uit de regio kopen, dan raad ik de riojawijnen aan. Een goed adres met ook andere ‘regionale’ souvenirs is Su Vineria. In Rivadavia 447. • Roja Regionales in San Nicolas de Bari 548 bij de kathedraal is de meest kitscherige winkel van de stad. Prachtige religieuze beeldjes en prenten zijn er te
Vliegen • Aerolineas heeft één vlucht per dag naar Buenos Aires. Het kantoor van Aerolineas Argentinas is in Belgrano 63.
Autohuur
241
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
242
zien, maar ook regionale wijnen en jam is er te koop. Zeker naar binnen lopen.
• Supermarkten: Norte de bekendste is te vinden in Calle 25 de Mayo 150.
RONDOM LA RIOJA CHILECITO Dit is de tweede stad van de provincie met ruim 30.000 inwoners en ligt 192 km ten noordwesten van La Rioja aan de RN 40. In het begin van de vorige eeuw werd dit stadje belangrijk vanwege de zilver- en kopermijnen in de omtrek. De stad heette eigenlijk Santa Rita en was al in 1715 gesticht, maar doordat er voornamelijk Chilenen in de mijnen werkten, werd het begin vorige eeuw omgedoopt in Chilecito (Klein-Chili). De Argentijnse schrijver A. Ortiz Sosa zei over deze stad: ‘Chilecito is een immense parel tussen twee kleurrijke bergen, El Famatina en El Velasco, die door middel van een keten van heuveltjes en verrassende landschappen met elkaar is verbonden.’ Doordat het in een dal ligt heeft Chilecito het gehele jaar prettige temperaturen. De belangrijkste trekpleister is de Cablecarril la Mejicana, een 34 km lange kabelbaan gebouwd in het begin van de vorige eeuw voor de ontginning van de mijn op 4300 m hoogte (zie kader). Maar Chilecito is ook bekend om zijn heerlijke wijnen, olijven en walnoten. Het centrum is geconcentreerd rondom Plaza de los Caudillos waar grote platanen en palmbomen staan. ‘s Avonds is het er gezellig druk op de terrasjes en door de vele mensen die er flaneren. Terecht wordt gezegd dat dit plein een van de gezelligste is van Argentinië. De langste kabelbaan ter wereld: La Mejicana De belangrijkste trekpleister in Chilecito is de Cablecarril la Mejicana, een 34 km lange kabelbaan met karretjes, die van de mijnen (op een hoogte van 4300 m) naar de stad loopt, om het goud, koper en zilver te vervoeren. Er was in 1899 een treinbaan aangelegd tussen Córdoba en Chilecito. Daardoor werd de stad steeds belangrijker. De toenmalige gouverneur J. González wilde daarom een snelle manier om de mijnen in de bergen te ontginnen. Het werd een gedurfde constructie van Duitse ingenieurs uit 1903! en een van de langste kabelbanen ter wereld. Er werden 262 kabeltorens gebouwd waaraan 650 karretjes hingen. Er kwamen 9 stations en een tunnel van 160 m lengte. Dit hele complex werd gefinancierd door de Engelsen en functioneerde tussen 1904 en 1929. Want eind 1920 tijdens de economische crisis trokken de Engelsen zich terug en werd ook de mijn gesloten. Viermaal per dag zijn er vanuit de Municipalidad excursies naar het eerste station waar de karretjes staan en daar is ook een museum. Absoluut een bezoek waard! Elke dag open voor bezoek tot 8-20 uur.
DE G R A N D CAÑ O N S VAN ARG EN TINIË
Praktische informatie Chilechito (03825) Toeristeninformatie vind je op Plaza Caudillos Federales. Ze zijn zeer behulpzaam, open van 8-13 en van 15-21 uur. www.chilecitotour.com • Hotel Chilecito (422-202) is goed, met een confitería. E 30 voor een 2pers.kamer. In Timoteo Gordillo hoek Alberto Ocampo. • Antigua (422-352) in 24 de Septiembre s/n is een aanrader. Bij het ontbijt krijg je verse producten uit de tuin. Je betaalt voor een 2-pers.kamer E 35. Er is een zwembad. www.chile citotour.com • Finca del Paimán (425-102) is een uitstekende hostel, 3 km buiten de stad in het gehuchtje San Miguel. Zij organiseren ook goede excursies en je verblijft in een prachtige omgeving. Je kunt opgehaald worden in Chilechito. Een kamer kost E 30. www.fincadel paiman.com.ar • Waar je goed kunt eten is aan het plein El Quincho, in Joaquín González 50. Een aanrader is El Rancho de Ferrito in Pelagino B. Luna 547. • De busterminal vind je op de hoek
243
i
van La Plata en 19 de Febrero. Naar La Rioja gaat vrijwel elk uur een bus. Naar Nonogasta, Villa Union en Famatina gaan elke dag enkele minibusjes. • Museo Molino de San Francisco bevindt zich in een gerenoveerde koloniale (meel)molen (gebouwd begin 1700), die toebehoorde aan de stichter van de stad, Don Domingo de Castro y Bazán. Er zijn oude documenten, veel ceramiek en schilderijen te zien. Elke dag open van 8-13 en 1519 uur. Te vinden in J. Ocampo 55. • Cooperativa La Riojana, de grootste bodega van de provincie kun je bezoeken voor een proeverij (een heerlijke glas witte riojawijn) en een rondleiding. Deze is in La Plata 646. Er zijn ‘s ochtends rondleidingen. In het weekend gesloten. • Banco de la Nación is op de hoek van J. V. Gonzalez en 19 de Febrero.
Samay Huasi Zo’n 4 km ten zuidoosten van Chilecito bij het gehuchtje San Miguel, bij de RN 12, ligt Finca Samay Huasi. Het is een grote estancia met verschillende gebouwen, waar begin 20ste eeuw de belangrijkste persoon van de provincie La Rioja heeft gewoond, Joaquín V. Gonzaléz. Hij was advocaat, schrijver en gouverneur van deze provincie. Maar hij werd vooral bekend omdat hij de oprichter was van de universiteit van La Plata in de provincie Buenos Aires. Dit mooie complex aan huizen moest (en is nog steeds) een rustplaats zijn voor artiesten en schrijvers. Een gedeelte ervan is museum, waar je kunt zien hoe deze persoon heeft geleefd, maar ook zijn er schilderijen van artiesten die hier kwamen. Verder is er een verzameling van archeologische vondsten, mineralen en insecten. Wil je ook tot rust komen, dat kan (422-629). Je betaalt voor een eenvoudige kamer met half pension E 30.
244
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Cuesta de Miranda (een spectaculaire bergpas) Als je de Ruta 40 vanuit Chilecito naar Villa Union neemt, krijg je na ongeveer 50 km de meest spectaculaire bergpas van de provincie: Cuesta de Miranda. Vanaf de Rio Miranda die in een gleuf stroomt met prachtige gekleurde gesteentes, die door wind, erosie en water allerlei mooie vormen hebben gekregen, begint de rit pas goed. Hou er rekening mee dat deze pas zo’n 300 bochten telt en je klimt tot een hoogte van 2020 m waar Mirador ‘Bordo Atravesado’ (het scheelkijkende bord!) is. Van hieruit heb je een riant uitzicht over het kleurrijke gebied. Want onderweg reed je langs indrukwekkende ravijnen en diepe dalen en zag je de dieprode kleuren van de cañons. Maar hier boven kun je pas het grote contrast zien met de vele warme groene kleuren. En beneden de Río Miranda die als een zilveren lint door de vallei stroomt. Dit gebergte is de voorloper van de Andes (Sierra de Famatina). De weg eindigt bij het dorpje Villa Union en kan bij veel regenval slecht berijdbaar zijn. Overnachten in Villa Union: Een erg goed hotel is Pircas Negras (03825-470611) ligt in de hoofdstraat (RN 76). Modern, grote mooie kamers, zwembad en goede service. E 50 voor een 2-pers.kamer. www.hotelpircasnegras.com Hotel Noryónepat (470-133) in J.C. Gonzaléz 150. Is eenvoudig en de kamers zijn wat oubollig. Ligt wel midden in het dorpje.
NATIONAAL PARK TALAMPAYA De Grand Canyon van Zuid-Amerika De Noord-Amerikaanse Grand Canyon (Arizona) en in Australië het Bungle Bungle-massief in het nationale park Purnululu zijn wereldberoemd, maar van de cañons van Talampaya zullen weinigen gehoord hebben. Toch kan het qua natuurschoon en indruk zeker concurreren met de bovengenoemde gebieden. Bij de Argentijnen wordt dit park steeds populairder. Het is een nationaal park van 2150 km2 groot en ligt op 68 km van Villa Unión en 225 km van La Rioja. Je kunt er alleen komen met een excursie of eigen (huur)auto. Er gaat wel een bus van Villa Unión via Patquía naar La Rioja. Deze stopt bij de afslag naar het park, maar dan is het nog 14 km! Dat kun je lopend doen of met een beetje geluk liftend. Deze laatste oplossingen zal ik je niet aanraden met het warme weer. Het woord Talampaya komt van de Quechuas-indianen, wat wil zeggen: de droge rivier van de tala (dit is een plaatselijke boomsoort) en paya is rivier. Want je rijdt grotendeels door een grote droge rivierbedding, en regen valt hier nauwelijks (100 mm per jaar). Dit gebergte is vooral gevormd in de Trias-periode (zo’n 240 miljoen jaar geleden). Daarvoor stroomde hier volop water. De periode daarna werd gekenmerkt door droogte en vooral erosie en wind. Zij hebben dit natuurwonder gevormd. Kilometerslang rij je door een droge rivierbedding met meer dan 180 m hoge, steile rode bergen. Hier stroomde eens de Talampaya rivier en 3000 jaar geleden woonden er mensen tussen deze gigantische rechtopstaan-
DE G R A N D CAÑ O N S VAN ARG EN TINIË
Het nationale park Talampaya
de bergen. Zij hadden een vernuftig communicatiesysteem bedacht, want op bepaalde plaatsen kun je met gepolijste stenen in gaten van verschillende grootte slaan. Dit gaf dan verschillende echo-effecten. Zo hadden ze een code ontwikkeld om op een snelle manier met elkaar te kunnen communiceren. De gids doet het voor en je zult zien, dat de telefoon niet sneller is. Ook bij het begin, dat La Puerta wordt genoemd, word je al op allerlei rotstekeningen gewezen uit deze periode. Bij de aankomsthal word je al geïmponeerd door het machtige roodgekleurde gebergte in de verte. Hier kun je uit drie tochten kiezen, want je vertrekt gezamenlijk met een minibusje en een gids. De meest bekende is Cicuito El Monje door de Cañon Talampaya en duurt zo’n 2,5 uur. Circuito Los Cajones is zeker 4 uur (zo’n 24 km heen en terug) en Circuito Ciudad Perdida een goede 6 uur maar deze is aan de andere kant van het park (zie hieronder). Halverwege de tocht kom je bij ‘Bosquecillo’ (het kleine bos) ofwel Jardin Botánico. Een zeer verrassende gewaarwording, want ineens zie je bij een inham tussen de steile cañons allerlei struiken en bomen. Groen! Een soort oase in een kurkdroog gebied, maar doordat hier een paar meter onder de grond water stroomt, is er een botanische tuin ontstaan! De al-garrobo negroboom, of blanco en panta vind je hier, maar ook een ‘molle’-boom, een soort fruitboom. Wat verder kom je bij een enorme verticale inham, Chimenea genoemd waar de gids hard hallo roept en door de echo dit woord lang en duidelijk te horen is in de vallei. Na de rivierbeddingroute kom je uit in een grote open vlakte waar je gigantische rotsformaties te zien krijgt. Deze hebben allemaal prachtige namen, zoals El Catedral of Los Reyes Magos (de magische koningen). Het lijken
245
246
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
net supergrote zandkastelen, alsof je als een kabouter langs deze door mensenhanden gemaakte creaties wandelt. El Catedral lijkt op een gotische kerk en het sluitstuk op het einde van de tocht is El Cura of El Monje, de priester of de monnik. Talampaya werd pas halverwege de jaren zeventig van de vorige eeuw ‘ontdekt’ door buitenlandse toeristen. Bij de plaatselijke bevolking waren de cañons wel bekend, maar men schonk er weinig aandacht aan. Tijdens opgravingen zijn resten gevonden van een van de eerste dinosaurussen ter wereld nl. de Lagosuchus talampayensis. Deze leefde zo’n 250 miljoen jaar geleden. Bij de ingang is een ontvangsthal met toiletten, een confitería en Waarom geen fietstocht door Talampaya? een winkel. Voor de sportievelingen raad ik je een tocht met de mountainbike aan van zo’n 3 uur. Of een wandeltocht van ook ruim 3 uur! Wil je Circuito Ciudad Perdida bezoeken dan moet je terug rijden over de RN 76 richting Patquía. Op een gegeven moment zie je vanzelf de ontvangsthal waar gidsen zijn (zie plattegrond op de volgende pagina). Het park is elke dag open van 8-18 uur. www.talampaya.gov.ar
PARQUE PROVINCIAL ISCHIGUALASTO (EL VALLE DE LA LUNA)
Een park waar je miljoenen jaren teruggaat in de tijd Het is een 620 km2 beschermd natuurgebied, dat ook wel ‘de maanvallei’ (Valle de la Luna) wordt genoemd. Het ligt bijna 330 km ten noorden van San Juan en 90 km van het stadje San Agustin de Valle Fértil. Tientallen miljoenen jaren ga je terug in de tijd van vrijwel onveranderde natuur. Hier zijn fossielen gevonden van meer dan 230 miljoen jaar geleden. De oudste skeletten van dinosaurussen zijn in dit park opgegraven. In deze kurkdroge woestijn vind je bizarre rotsvormen, zandblokken en cañons. In alle omringende landen vind je ‘maanvalleien’, alleen is deze misschien wel de oudste en het best bewaarde natuurgebied. Zelfs uit het Mesozoïcum, zo’n 225 miljoen jaar geleden, zijn hier skeletten en fossielen gevonden. Voor de Quechuas-indianen betekent Ischigualasto ‘aarde zon-
DE G R A N D CAÑ O N S VAN ARG EN TINIË
El Submarino (de onderzeeër) in parque provincial Ischigualasto
der leven’. 150 miljoen jaar terug namen de zoogdieren het leven over van de reptielen, die toen vrijwel uitgestorven waren. Vanaf dat moment, het Trias-tijdperk, zijn er waardevolle vondsten gedaan. Er leefde toen in dit gebied de terapsidos, een reptiel met kenmerken van een zoogdier. Men denkt hiermee de ‘link’ te hebben gevonden van de ontwikkeling op het land van reptiel tot zoogdier. Deze beesten hadden grotere overlevingskansen dan hun voorgangers de reptielen. In de laatste periode van de Trias-periode werd deze vallei langzaam maar zeker bedekt door rotslagen, tot zo’n 70 miljoen jaar geleden toen enorme aardbevingen en verschuivingen het Andesgebergte deden ontstaan en het tegen de Pampaheuvels, rondom Córdoba, werd gedrukt. Door erosie, als gevolg van wind, regen en temperatuurschommelingen heeft het de vormen gekregen die we nu zien. In het cañongedeelte van deze maanvallei kun je goed aan de zandsteenrode en asgrijze kleuren zien, dat de Rio Ischigualasto duizenden jaren lang de vormen heeft uitgeslepen in de vallei. Het gebied wordt ook wel de Barrancas Colorades (de gekleurde formatie) genoemd. Door de reflectie van de zon en afhankelijk van het tijdstip veranderen de kleuren in grijs tot roestachtig rood en kobalt. Je hebt ook de Valle Pintado, waar je je werkelijk op de maan waant. Zandkleuren, met grijze tot donkerbruine rotsblokken of bollen liggen over deze strandachtige grond verspreid. Door hun speciale vormen hebben ze de mooiste namen gekregen, zoals Lámpara de Aladino (Aladins lamp), Cancha de Bochas (de optocht van de ballen), Esfinge (de sfinx). Af en toe groeit er een struik of een algarobboboom, maar voor de rest is het een bizar
247
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
landschap: kurkdroog en bloedheet en met al die ● Villa Unión aparte rotsvormen heeft N het soms een wat spook ▲ ● achtige uitstraling. Er woont hier niemand en het lijkt wel alsof jij ● "! "! hier als eerste voet op $ ● ● deze grond zet, want niet ● ● ●● ▲ $ één voetspoor in het zand "! is er te vinden, alles is ● "! Parque Provincial " Ischigualasto nog totaal onaangeroerd. Parque Nacional Dit park kun je alleen Talampaya bezoeken per excursie of
● ! ■ (huur)auto. Ter plekke, " "" ■ bij de parkwachter, krijg ● ➤ ● je een gids mee, want # ● zonder begeleiding is het onmogelijk dit park
te bezoeken. De tocht N ▲ San Augustín duurt drie uur en je krijgt del Valle Fertíl ● genoeg tijd om foto’s te nemen. Het parcours is 45 km lang. Het spectaculairste is de El Submarino (onderzeeër), die je ook op de affiches van dit park ziet. Ga je met een auto, dan raad ik je aan, zoals ook de excursies doen, om zéér vroeg te vertrekken. Na 11 uur ’s ochtends wordt het hier bloedheet, want de zon staat dan al uren pal boven je hoofd te branden! Gelukkig is er een confitería bij de ingang voor een koele drank. Maar ook een klein museum waar je de opgravingen en werkzaamheden kunt volgen op foto’s. Maar ook opgravingen van bijvoorbeeld een skelet van de eerste dinosaurus ter wereld de ‘Eoraptor lunensis’. Niet groter dan een hond en hij werd in 1991 ontdekt. De Herrerasauras ischigualasteusis is de grootste die daar gevonden is. Hij was 9 m lang en 2 m hoog en 228 miljoen jaar oud. Voor dino-liefhebbers zeker interessant! www.ischigualasto.org Excursies zijn er vanaf San Juan en La Rioja (zie voor informatie bij beide steden), maar ook vanuit het stadje San Agustin de Valle Fértil hier 90 km vandaan (zie hieronder). Vertrek uit San Juan is al om 6 uur ‘s ochtends, want het is zeker 4 uur rijden, inclusief een ontbijt in San Agustin de Valle Fértil bij het ACA motel. Het park is open van 8-17 uur (in de zomermaanden). Daarna van 9-16 uur.
248
San Agustin del Valle Fértil Dit is een aardig vakantiestadje aan een groot kunstmatig meer, Dique San Augustin. San Agustin de Valle Fértil ligt zo’n 90 km onder Valle de la Luna (Parque Provincial ischigualasto) aan de RP 510. Wil je alleen de parken Valle de la Luna en Talampaya bezoeken dan raad ik je aan om hier te overnachten en je plan te trekken. Alles kun je dan relaxed doen
DE G R A N D CAÑ O N S VAN ARG EN TINIË
249
en je zit dan niet uren in een minibusje. Ook kun je bij de plaatselijke reisorganisaties je wensen kenbaar maken en zij kunnen, omdat er tijd genoeg is, hun schema aanpassen. Vooral Talampaya met zijn uitgebreide tochten vergt zeker een dag (b.v. als je Circuito Ciudad Perdida of als je een fiets- of wandeltocht wilt maken). Het stadje heeft niet veel te bieden, maar wordt steeds meer een stopover voor bezoekers naar beiden parken. Het is er zomers zeer warm en dan kan het meer wat verkoeling bieden. De belangrijkste straat is Rivadavia en Plaza San Augustin.
Praktische informatie San Agustin del Valle Fértil (02646) De toeristeninformatie is aan Plaza San Augustín in Gral. Acha. • Hostería Valle Fértil (420-015) is prima en ligt boven op de heuvel, in Riverdavia s/n. Heeft eenvoudige niet al te grote kamers en een goed restaurant. Je betaalt E 40 voor een 2-pers. kamer. • Apart Hotel Dinosaurus (420-219) in Rivadavia 347 is goed en je betaalt E 35 voor een kamer met kitchenette. • Iets verder op nr. 381, hotel Fatme (420-014), waar je E 20 voor een 2pers.kamer met ontbijt betaalt. • Hospedaje Los Olivos (420-115) op de hoek van Santa Fe en Tucumán is eenvoudig en zeer gastvrij. Je betaalt E 10 voor een kamer. • Om te eten kun je terecht bij restaurant Tauro in Rivadavia aan het plein.
i
Of bij Noche Azul in Gral. Acha s/n vlak bij het plein. Bij La Recova naast Tauro kun je lunchen en wat drinken. • Er zijn twee goede campings, waarvan Camping Municipalidad aan het meer ligt, maar de andere heeft betere faciliteiten en dat is Camping Valle Fértil. • De busterminal is in Entre Rios achter het plein. Er gaan 2 bussen per dag van en naar San Juan (4uur) en één naar La Rioja (‘s nachts). • Supermercado Americano is op de hoek van Rivadavia en Sarmiento. • Bij de Municipalidad is een pinautomaat. • NOAS heeft excursies naar beide parken, in Laprida 265. • Zo ook Patricio Viajes in Mitre s/n.
SAN JUAN San Juan is de hoofdstad van de gelijknamige provincie met 425.000 inwoners. Het ligt 167 km ten noorden van Mendoza en 1152 km van Buenos Aires. De stad werd op 13 juni 1562 gesticht als San Juan de la Frontera, maar veel van de eerste architectuur zie je niet meer terug. In 1944 werd de binnenstad grotendeels verwoest door een aardbeving met ruim 10.000 doden. Nu is het een moderne vriendelijke stad met brede boulevards en laagbouw. Toch heeft het net als Mendoza een mediterrane uitstraling: een
250
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
zonnig, warm klimaat, veel groen, terrasjes en voetgangersstraten. Het heeft de bijnaam gekregen van Residencia del Sol, de woonplaats van de zon en tussen 1 en 5 uur ’s middags heerst er volkomen rust in de stad vanweg de siësta. Want wat kan het in de zomermaanden hier warm zijn! Het belangrijkste leven speelt zich af rondom Plaza 25 de Mayo, de straten Mendoza, Rivadavia en Gral. Acha. Allemaal te vinden tussen Mitre en Av. San Martín. Rondom Plaza 25 de Mayo is een en al bedrijvigheid, want alle grote banken en kantoren zijn hier in de buurt. San Juan is het commerciële hart van de wijnen en olijven in de provincie. Rivadavia en Tucumán zijn dé voetgangersstraten. Daar kun je goed winkelen, slenteren en de straten zijn opgevrolijkt met bloemperken, terrasjes en heladería’s (ijsalons). Plaza 25 de Mayo heeft niet die allure die je ziet in Salta of Tucumán. Het heeft een mix van een vakantiesfeer en zakenstad. Tot lunchtijd is het rondom dit plein druk, druk, druk, na enen heerst er volkomen rust en na vijven wordt het weer druk tot ’s avonds laat. Maar dan is het meer een mix van zakenmensen, moeders met kleine kinderen en jonge mensen. Wat in het oog springt is de Club Español, in Rivadavia 32, een gebouw in Moorse stijl dat ‘dramatisch’ aandoet. Toch is het pas in 1944 gebouwd. Verrassender is, dat op Av. San Martín in de middenberm volop moderne, vaak abstracte beeldhouwwerken staan. Een idee dat ze uit Resistencia hebben gehaald, denk ik. Toch zijn de meeste niet echt mooi. Plaza Laprida is wel een mooi plein, met prachtige grote platanen (ook weer zo’n mediterrane uitstraling) en omringd door huizen uit de neokoloniale tijd. Enkele straten ervoor is het huis van Domingo Sarmiento. Deze bekende staatsman en president van Argentinië, (1868-1874) is in San Juan geboren (zie kader). Zijn geboortehuis is nu een interessant museum. Je vindt het in Calle Sarmiento 21, tegenover het toeristenbureau. Het is een mooi gerenoveerd neokoloniaal huis waar hij als kind woonde. In de vertrekken zie je werkstukken, meubels en documentatie van deze ‘altijd streng kijkende man’. Een groot standbeeld ter ere van hem, staat op Plaza 25 de Mayo. Elke dag open van 8.30-13 uur en van 17-21 uur. Zaterdags van 8.30 -13 uur. Ook Parque 25 de Mayo is aantrekkelijk, iets Frans met zijn neoclassicistische beeldhouwwerken en fonteinen. Vooral ‘s avonds is het aan de Av. San Martín bij dit park goed vertoeven met terrassen, restaurants en bars. Aan het begin van het park bij Av. Espana en San Luis is Mercado Artesanal Tradicional, waar je zo naar binnen kunt lopen. Het is een grote overdekte markt met handgemaakte spulletjes en exposities uit de regio. Een ander belangrijk museum als je geïntereseerd bent in dinosaurussen, is Museo de Ciencias Naturales. Grotendeels gewijd aan de opgravingingen in Valle de la Luna. Elke dag open van 9-13 uur.
DE G R A N D CAÑ O N S VAN ARG EN TINIË
251
Domingo Sarmiento Domingo Faustino Sarmiento, denker, schrijver en onderwijshervormer is in de Argentijnse geschiedenis een belangrijk persoon. Geboren in 1811 te San Juan, waar hij later leraar werd. Ging vrijwillig in Chili wonen toen dictator Juan Manuel Rosas aan de macht kwam. Daar schreef hij een belangrijk boek over de tirannie van een dictator. Na het tijdperk van Rosas keerde hij terug naar Argentinië en kreeg een belangrijke regeringsfunctie. Onder zijn leiding is het Argentijnse onderwijssysteem veranderd in het Europese denken. Sarmiento schreef in 1845 het boek Facundo, over het leven van de gaucho’s. Hierin nam hij stelling dat de gaucho’s en caudillo’s eigenlijk maar barbaren waren en de stedelingen de beschaving hadden. Gaudillo’s waren grootgrondbezitters en machtige personen in de provincies. Juan Manuel Rosas was een beruchte gaudillo (zie pag. 32). Sarmiento werd in 1868 de eerste president van Argentinië die uit de provincie kwam. Onder zijn leiding werd het land goed gemoderniseerd, zoals een uitgebreid spoorwegnet en sociale voorzieningen. Hij stimuleerde de immigrantenstroom uit Europa. Tot 1874 was hij president en stierf in 1888 in Asunción te Paraguay.
'
!'.%
'" $%
Ë )%"! (!
'#
! +
■
(!1$"
%$"%
(!1$"
(!"
★4
2 %
"+
y
!&$."%
!&0
★6
★2
$%&!
(!"%0
&$
'' 4!
#$
1★
''*
!$&.!
"$!$ (!$&
$ !&"
★8
h
*"
!"+
%&$"
%#5
((
& $
&
(!
★7
■
N ▲
#,
➤ 3★ " ! "! " % "
5 ★
San Juan 1. Hotel Alcázar 2. Gran Hotel Provincial 3. Hotel America 4. Hotel Bristol 5. Casa Mia 6. Hotel Brescia 7. Hotel Selby Toeristeninformatie
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
252
Praktische Informatie San Juan (02646) Toeristeninformatie In Sarmiento 24. Ze hebben alle informatie over hotels en excursies en zijn erg behulpzaam. Het is elke dag open van 8-20 uur. www.turismo. sanjuan.gov.ar
Hotels Eersteklashotel • Hotel Alkázar (421-4965) ligt in hartje centrum. Grote kamers, een zwembad en een kleine fitnessruimte. Een goed restaurant, je vindt het in Laprida 82 Este vrijwel bij Gral. Acha. Je betaalt voor een 2-pers.kamer E 50.
Middenklassehotels (een 2-pers.kamer is van E 20-30) • Gran Hotel Provincial (422-7501) op Av. José Ig. de la Roza 132 net om de hoek van Plaza 25 de Mayo, prima, met zwembad en een restaurant en bar. Kamers zijn wel wat ouderwets. • Hotel Albertina (421-4222) Aan Plaza in op de hoek met Mitre. Een aanrader voor die prijs. Elke zaterdagavond tangosessies en een prima restaurant. • Hotel America (422-4853) is niet slecht en er is een restaurant. Gelegen vlak bij de busterminal in een rustige buurt. 9 de Julio 1052 (oeste). www. hotelamerica.com.ar • Hotel Selby (42-4766) in Av. Rioja 183 Sur. Vriendelijk en goed, en de kamers zijn eenvoudig.
Budgethotels • Casa Mia (422-6316) Salta 913 (Sur), is rustig en eenvoudig. Wel buiten het centrum. Je betaalt E 15 voor een 2-pers.kamer. •5Hotel Brescia (422-5708) in Av. España 336 (Sur). Ligt tegenover het
i
station en is een goede keuze. Voor een 2-pers.kamer betaal je E 20.
Restaurants • Parrilla Bigotes tegenover het station op de hoek van Av. Las Heras en Av. José Ig. de la Roza. Hier heb je ‘tenedor libre’: je betaalt één prijs en eet zoveel als je wilt. Zeker aan te raden. • Club Sirio Libanés in Entre Rios 33 Sur, is gespecialiseerd in Arabisch eten en ze hebben lekkere brochettes. Het decor is mooi, met veel oosters tegelwerk. De entree oogt als een oosters paleis. • Soychu in José Ig. de la Roza 223 Oeste is een prima vegetarisch restaurant. Een aanrader. • Remolacha op de hoek van Sarmiento en Rivadavia. Er is een grote tuin waar je relaxed buiten kunt eten. De kaart is niet spectaculair. Maar wel proberen. • Het leukst uit eten gaan is in Av. San Martín richting Av. Circunvalacion. Is wel buiten het centrum na Parque 25 de Mayo. Aanraders zijn: • Il Duomo bijna op de hoek van Urquiza Norte en de beste, Las Leñas op nr. 1670. Hier eet je de heerlijkste biefstuk en er is volop ambiance in leuk houten interieur.
Cafés en bars • Café Freud tegenover Bolsa de Comercio in Gral. Acha aan het plein is eind van de middag zeer in trek. • Baró in Rivadavia 55 is een moderne loungebar. Veel jonge mensen komen er. Je kunt er ook lunchen. • Bar Cerezalight op de hoek van Laprida en Mendoza heeft verse jus, liquados en je kunt er lunchen.
DE G R A N D CAÑ O N S VAN ARG EN TINIË
Vervoer Bussen • De busterminal ligt even buiten het centrum aan de Av. Los Estados Unidos en Santa Fe. • Elke dag gaat naar Mendoza om het uur een bus (een rit van 2,5 uur). • Naar La Rioja 5 bussen per dag (6 uur). • Twee bussen per dag naar San Agustin el Valle Fértil (4 uur). • Naar Córdoba 5 bussen per dag (9 uur). • Minstens 10 bussen per dag naar Buenos Aires. Een rit van zeker 16 uur.
Vliegen • Het vliegveld ligt 15 km ten oosten van de stad en er is geen bus naar het vliegveld, alleen een taxi of remise. Bij een reservering in Hotel Alkázar regelt men een transferbusje. • Aerolineas heeft een vlucht per dag naar Buenos Aires. • Aerolineas heeft zijn kantoor in Av. Libertador 215 Oeste.
Autohuur • Rent a Car in Av. San Martín 163. • Avis in Laprida 82 bij hotel Alkázar.
Reisbureaus • Valley Moon in Rivadavia 414 Oeste. Organiseert goede excursies naar El
Valle de la Luna met ervaren gidsen. Ook andere activiteiten zie: www.valley moon.com • Money Tours in Santa Fe 202 Oeste organiseert hetzelfde, maar heeft ook bij volle maan een nachtelijke excursie naar El Valle de la Luna! www.money tur.com.ar • Nerja Tours in Entre Rios 178 (sur) heeft ook zo’n pakket, zie: www.nerja tours.com.ar
Winkelen • Supermarkt: Een grote in het centrum is VEA in Gral. Acha tussen Laprida en Rivadavia. • Wasserette: Laverap, Rivadavia 498 (Oeste). Zo ook op de hoek van Rivadavia en Santiago del Estero. Fast is in Sarmiento hoek 9 de Julio. • Vinoteca: Menegazzo heeft een uitgebreide collectie wijnen. In Pedro Echague 65 (E). • La Tasca is klein en gemoedelijk, in Av. José Ig. de la Roza 270. Proef eens een ampalcama, dit is een heerlijke fruitige wijn uit de provincie San Juan. • Spa del Vino is een nieuwe vorm in Argentinië van ontspanning: vinotherapie. Het is een mengeling van druiven en bronwater met verschillende behandelingen. Je kunt er ook ontbijten en lunchen en er is een wijnproeverij. De behandelingen zijn niet duur! In Santago del Estero 41Norte.
RONDOM SAN JUAN Een bezoek aan de bodega’s Uit de omgeving van San Juan komt goede wijn. Door de droogte, veel zon en de harde grond is vooral de witte wijn heel erg lekker. Deze provincie is na Mendoza de belangrijkste wijnproducent van het land. Blanco Sanjuanino is een heel bekende witte wijn of zoals de Argentijnen het noemen: een chablis. Maar er is ook goede dessertwijn, Moscato Dulce, een Argentijnse muscadet of een Mistela. Allemaal het proeven waard!
253
254
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
In Valle de Tulúm enkele kilometers ten zuiden van de hoofdstad in het departement Pocito, liggen de grote wijngaarden waarvan enkele te bezoeken zijn voor een proeverij of een rondleiding. Zoals de traditionele bodega Viñas de Segisa, die door een Spaanse familie in 1925 is opgezet. Met vele internationale prijzen en waar nog met grote liefde de wijnen worden gebotteld. Te vinden op de hoek van Aberastain en Calle 15 in het departement Pocito. Door de week open voor een bezoek van 10-20 uur. Bodega Champañera Más, dit wijnhuis is bekend om zijn champagne en ligt in dezelfde vallei. Hier wordt champagne gemaakt op organische basis, dus zonder chemische toevoegingen. Vanuit de Ruta 40 ga je in Pocito links Calle 11 in en dan is het ongeveer 300 m. Open door de weeks van 9-19 uur en zaterdags van 9-13 uur. Een aparte bodega is Cavas de Zonda, die geheel in een oude tunnel in de bergen is gehuisvest. Een groot complex waar champagne wordt geproduceerd en de temperatuur constant 16-18 °C is. Heerlijk om te bezoeken bij warm weer. Op werkdagen open van 9-17.30 uur. In het weekend van 11-17 uur. Je neemt de RN 12 richting Calingasta en bij kilometerpaal 15 in het dorpje Rivadavia is het (staat aangegeven). Open van 9-17.30 uur. In het weekend van 11-17 uur.
Difunta Correa Een van de bekendste bedevaartsoorden van Argentinië, Difunta Correa, ligt bij het dorpje Vallecito. Dit is écht een bezoek waard! Een kunstenaar als Jef Koons zou jaloers zijn op wat hier tentoongesteld staat. 60 km ten oosten van San Juan aan de RN 141 bij het plaatsje Vallecito kun je deze meest onconventionele, culturele attractie van heel Argentinië vinden. Op een groot terrein rondom een heuvel, zijn bovenop de relikwieën van de jonge vrouw Deolinda Correa in een kapelletje te zien. In 1840 vluchtte Deolinda en haar zieke man vanwege de burgeroorlog van San Juan naar La Rioja door deze droge barre streek. Toen ze na lang lopen allebei door de uitputtende zon en hitte van honger en dorst waren bezweken, vonden herders hen dood, maar de baby die Deolinda bij zich droeg was nog in leven. Doordat het aan de borst nog voldoende melk had gekregen, was het kind onder deze erbarmelijke omstandigheden in leven gebleven. In de loop van de jaren kregen deze vrouw en het verhaal nog meer ‘miraculeuze’ eigenschappen toegedicht en zo had Deolinda Correa een aparte plaats binnen het katholieke geloof verworven. Zij is geen heilige en de kerk staat zeer sceptisch tegenover het verhaal en de vorm die het gekregen heeft. Toch is Difunta Correa het grootste bedevaartsoord van Argentinië geworden. Voor de heuvel, waar zij is overleden, is rond 1940 een dorpje ontstaan en nu zijn er inmiddels 17 kapelletjes en huisjes neergezet. Want uit alle delen van het land komen de mensen hier voorwerpen brengen die symbool staan van de ‘bescherming’. Zo hebben vrachtwagenchauffeurs onderdelen van hun wagen gebracht. Mensen die hun huis wilden beschermen kwamen en komen met maquettes van hun huis en voorwerpen erin. Detectivebureaus hebben hun vergunningen hier achtergelaten. Je ziet er duizenden autonummerplaten, tientallen autostoelen, huishoudelijke apparaten, autowielen
DE G R A N D CAÑ O N S VAN ARG EN TINIË
Difunta Correa bij het dorpje Vallecito
en trouwjurken. Ja zelfs hele vrachtwagens, meubels en speelgoed zijn er neergezet. Alles staat hier naast, op en onder elkaar, en dat allemaal gedecoreerd met fotootjes, spreuken, naamplaatjes en bloemen. Zo is er een cultus ontstaan met de meest uiteenlopende voorwerpen. Menig directeur van een museum voor moderne kunst zou jaloers zijn op de eenvoud en expressiviteit van deze alledaagse kunst. Difunta Correa werd ze op een gegeven moment genoemd (difunta betekent wijlen) en zij is de patroonheilige van de vrachtwagenchauffeurs en arbeiders. Tijdens de paasweek komen hier honderdduizenden pelgrims. De meesten gaan knielend en biddend het honderd meter lange pad naar boven op, waar het kapelletje staat met de afbeelding van Difunta Correa met het kind aan haar borst. Een echte Jef Koons! Ben je rond de paasweek in de buurt, ga er zeker naartoe. Want midden in de nacht vertrekken vanuit San Juan duizenden mensen lopend of fietsend, 60 km lang, naar dit bedevaartsoord. Gedurende 3 dagen is het aanschuiven en bidden rondom de heuvel. Na de boetedoening gaat men eten (er zijn tientallen eetkraampjes), rusten en elkaar ontmoeten. Voor mij was het een geweldige ervaring! Elke dag vertrekt er wel om de 2 uur een bus vanuit San Juan naar Vallecito. Ook de bussen naar Córdoba en La Rioja stoppen hier.
SAN LUIS De stad San Luis werd gesticht in 1594 in opdracht van de gouverneur van Chili, Luis Jufré de Loaysa, als tussenstop tussen Santiago en Buenos Aires. De eigenlijke benaming was San Luis de Loyola Nueva Medina
255
256
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
de Rioseco, als eerbewijs aan de koning van Frankrijk Saint Luis. De stad San Luis ligt 260 km ten noordoosten van Mendoza, 320 km ten zuidoosten van San Juan en 850 km ten westen van Buenos Aires. Zij telt ruim 160.000 inwoners en heeft haar koloniale uitstraling nog behouden, ondanks het feit dat het een moderne stad is geworden. Er zijn veel lage (neo)koloniale huizen met binnenplaatsjes (patio’s) en nauwe straatjes, afgewisseld met brede boulevards, palmbomen en moderne gebouwen. Het centrum en de belangrijkste gedeeltes van de stad bevinden zich tussen Plaza Pringles en Plaza Independencia met als belangrijkste straten Av. San Martín en Rivadavia. Plaza Pringles is het hart van de stad, waar het na de siësta gezellig druk wordt. Je hebt rondom het plein leuke cafés, enkele terrasjes en er wordt druk gewandeld. Je merkt wel dat San Luis een universiteit heeft, want na vijven stromen de studenten en scholieren naar het centrum, zitten de cafés vol en wordt er volop gepraat, gelachen en geflirt. Mede door Colegio Nacional aan het plein in Av. San Martín. Dit opvallende gebouw stamt uit 1930 met Italiaanse invloed en een vleugje artnouveau. Het is het begin van een korte wandeling en kennismaking met de stad. Aan de overkant zie je de kathedraal, met een neogrieks voorportaal en veel marmer. De bouw begon in 1883 en de kerk was pas in 1944 klaar. Hier ligt kolonel Juan Pascual Pringles begraven in een soort praalgraf; hij was ‘held’ van de provincie. Want hij vocht mee voor de bevrijding van Argentinië rond 1815. Het plafond is een perfecte nabootsing van de renaissance. Ook hier is alles niet ouder dan 100 jaar! Daarna loop je Calle Rivadavia in, een drukke gezellige winkelstraat, en kom je vanzelf uit op Plaza Independencia, dat totaal verschilt van het eerste plein. Hier is het rustig en er staan prachtige bomen, omringd door statige koloniale overheidsgebouwen. Het statige Casa de Gobierno is niet ouder dan 90 jaar. Maar kijk eens naar het moderne gebouw (Casa de la Cultura) ernaast, wat een wansmaak! Aan de overkant staat een andere interessante kerk, Iglesia de Santo Domingo, die in 1930 in Moorse stijl is gebouwd en de eigenlijke kerk uit eind 17de eeuw verving. Maar een deel van deze oude kerk kun je ernaast nog zien. In het gebouw zijn de historische archieven van de stad ondergebracht. De enorme hoge deuren zijn ook van algarrobohout. De ingang is in 25 de Mayo 955. Een andere bezienswaardigheid is de Mercado Artesanal, een overdekte markt met veel handgemaakte spullen, zoals wollen kleden en tapijten, keramiek en kunstnijverheid uit de provincie. Bij de werkplaats van de paters kun je het tapijtweven volgen. Je vindt die naast de kerk. De markt is elke dag open van 8-13.00 uur, in het weekend gesloten. Terug neem je Calle San Martín, ook een drukke winkelstraat, maar met iets meer allure. Op de hoek van Belgrano is de Municipalidad, een mooi gebouw met prachtige versieringen rondom de ramen en deuren. Weer bij Plaza Pringles zie je rechts bij Rivadavia een schoolgebouw uit 1883, dat nog zeer fraai van vorm is. Ook aan de andere kant van dit plein zijn Rivadavia en San Martín drukke winkelstraten.
DE G R A N D CAÑ O N S VAN ARG EN TINIË
257
Een aardige wandeling is nog over de Av. Arturo Illia naar het station. Deze avenida heeft statige huizen, leuke winkeltjes en goede restaurants. Je merkt het in de namiddag al, maar hier gaat het avondleven zich afspelen. De terrassen lopen dan vol en overal hoor je zwoele muziek. Op nr. 347 zie je het mooiste koloniale huis van de stad en vanzelf kom je bij het station uit, een fraai opgeknapt gebouw uit 1903. Het doet aan als een Frans herenhuis uit de Loire-streek.
Praktische informatie San Luis (02652) Toeristeninformatie Op de hoek van Quintana en Junin, naast Plaza Pringles. Ze hebben kaarten van de provincie met excursies en een lijst van hotels in de stad. Zijn hulpvaardig en open van 9-20 uur, tussen de middag gesloten. www.san luis.gov.ar
Hotels Aan de Av. Arturo Illia, die uitkomt op Plaza Pringles, heb je enkele goede hotels. De prijzen vallen hier vergeleken bij toeristische steden erg mee. • Vistas Suites & Spa (425-794) is een nieuw vijfsterrenhotel met alle comfort. Een uitstekend restaurantgourmet en een wijnbar. Op nr. 526 en een 2-pers.kamer kost E 60. www. vistasuites.com.ar • Hotel Quintana (438-400) is een viersterrenhotel op nr. 546 tegenover het station. Het heeft grote kamers, een zwembad en een restaurant. Je betaalt rond de E 50 voor een 2-pers.kamer. • Gran Hotel San Luis (425-049) is op nr. 470, heeft een zwembad en wat ouderwetse kamers, Op nr. 431: • Hotel Aiello, (431-142) met een confitería, een eigen garage, sfeervol en aan te raden. Allebei met ontbijt. Bij al deze hotels betaal je rond de E 40 voor een 2-pers.kamer.
i
• Palaza Pringles (435-247) in Rivadavia 657, ligt centraal en is aan te raden voor die prijs. E 25 voor een 2pers.kamer. • Hotel Inca (424-923), Bolívar 923. Is prima, heeft goede kamers en een uitgebreid ontbijt. Je betaalt E 20. • Residencial Los Andes (422-033) op Ejército de los Andes 1180, drie blokken van de busterminal. Eenvoudig en schoon. Verder geen extra’s.
Restaurants • Een van de beste restaurants, een Italiaan, is La Gran Avenida in Av. Illia 168. Het heeft een gezellige sfeer én goed eten. • Serafina in San Martín 510 is ook een aanrader. Goede menukaart en een prima service in een relaxte sfeer. • La Plazoletta op de hoek van Av. Illa en Lavalle is geen gekke keuze. Aardige menukaart en prima service. Je kunt er buiten eten. • Los Robles in Colón 864 is het beste restaurant van de stad. Heerlijke vleesen visgerechten. Zeker proberen en een goede wijnkaart! • La Pulpería del Arriero in 9 de Julio 753 is een leuke tent. Je kunt er regionale gerechten krijgen en in het weekend is er livemuziek.
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
258
Cafés en bars
Reisbureaus
• Confitería Aranjuez op de hoek van Pringles en Rivadavia is een drukbezocht café. Je kunt er ook lunchen. In het weekend is er livemuziek! • In Av. Illa is het ‘s avonds goed uitgaan zo kun je naar: The Movie op nr. 187, deze is erg populair. Of naar Picaso op nr. 378 met terras en livemuziek. Zo ook Baco’s op nr. 184. • Morrison in Pringles 836 is niet alleen een leuke bar/café, maar ook goed voor een (uitgebreide) lunch. • Macedonio in Rivadavia 576 is een libro-café. Dat wil zeggen een boekhandel annex café.
• Dasso Viaje in Rivadavia 540 en Las Quijadas Turismo organiseren excursies naar Sierra de las Quijadas. Het laatstgenoemde reisbureau is in San Martín 847 lokaal 36.
Vervoer Bussen De busterminal is niet ver van het centrum op Av. España, tussen Riva-davia en San Martín. • Overdag gaan zeker 10 bussen naar Buenos Aires (10-11 uur). • Elk uur een bus naar Mendoza (4 uur). • Naar San Juan gaan zeker 4 bussen per dag (4 uur). • Naar Córdoba 6 bussen per dag (7 uur). • Villa Mercedes elk uur een bus. Naar Merlo 4 per dag (3 uur).
Vliegen Het vliegveld ligt 3 km ten noorden van de stad. • Aerolineas heeft één vlucht per dag naar Buenos Aires. Het bureau van Aerolineas is in Colón 733.
Autohuur • Localiza vind je in Chacabuco 649. • Avis in Belgrano 1440.
Nuttige adressen Supermarkten: Norte is bij Plaza Pringles en is open tot 22 uur, ’s zondags tot 21 uur. • Gaggioli is op de hoek van España en Colón, vlak bij de busterminal. • Croquantes in Av. Illa 322 en in San Martín 630 heeft het lekkerste brood. Nog ambachtelijk gemaakt en veel keuze. Ook heerlijke sandwiches. • ACA service-station is op de hoek van Av. Illa en Av. Lafinur. Postkantoor: Op de hoek van San Martín en Av. Illa en er is een Western Union.
Gerechten uit de regio Chanfaina is een gerecht van vlees, groenten, rijst etc. gekookt in bouillon. Vaak staat aangegeven welk vlees, vaak is het lever en long. Charquican is bijna hetzelfde, hier heb je alleen getrokken vlees met bonen en aardappelen. Charqui is getrokken vlees met een soort cake, geitenkaas en gedroogd ‘carob’deeg of brood. Als dessert noem ik nog quesillo con arrope, een stukje kaas (meestal een soort edammer) met stroop of vijgen. Als tussendoortje kun je berenjena al escabeche eens proberen. Dat is een aubergine zo groot als een peer. Na het pellen en koken wordt het gemarineerd met peper, olie en oregon en dan smullen!
DE G R A N D CAÑ O N S VAN ARG EN TINIË
NATIONAAL PARK LA SIERRA DE LAS QUIJADAS Een archeologisch museum Aan de RN 147 van San Luis naar San Juan, 120 km ten noorden van de stad, ligt het nationale park La Sierra de las Quijadas, met een oppervlakte van 1500 km2. Het is een enorm cañongebied dat droog, winderig en zeer warm is. De rotsformaties zijn meer dan honderd miljoen jaren oud en ondanks de droogte zijn er in de valleien lagunes. Je kunt alleen dit nationale park bereiken met een (huur)auto, of met een excursie vanuit San Luis. Dat laatste raad ik je aan, want dan ga je werkelijk het park in. Want zonder gids is het verboden om daar te wandelen. De ingang van het park is bij het gehuchtje Hualtarán aan de RN 147. Als je deze weg volgt kom je bij Potrero de la Aguada alwaar je een schitterend uitzicht hebt over een groot deel van het gebied. Je ziet grote rotsformaties uit allerlei vormen rondom een enorme vallei, waar eens een rivier heeft gestroomd. Alles is bordeauxrood afgewisseld met groene struiken. Las Quijadas wordt ook wel een ‘archeologisch museum’ genoemd, waar je indrukwekkende natuurlijke rotsformaties ziet, die meer dan 100 miljoen jaar geleden gevormd zijn. Letterlijk ga je terug naar die tijd! Want er zijn ook waardevolle fossielen gevonden waarvan de Pterosaurios de belangrijkste was. Het was een vliegend reptiel (Pterodaustro guiñazui) die zo’n 100 miljoen jaar in dit gebied leefde. Je kunt onder begeleiding naar de Loma del Pterodaustro wandelen (zo’n 30 minuten), een gebied waar nog fossielen te zien zijn van deze en andere reptielen. Ook raad ik je aan de wandeltocht naar de voetstappen van dinosaurussen te maken (Huellas de los Dinosaurios), want tijdens deze 2,5 uur durende wandeltocht ga je langs enorme hoge en imponerende cañons. Je kunt ook naar de Mirador Elda vlak bij de hoofdingang waar je al meteen een goede impressie krijgt van dit geweldige park. De spannendste en meest spectaculaire tocht is wel Circuito de los Farallones. Het is een 5 uur durende wandeling naar beneden bij de Potrero de la Aguada. Deze enorme cañon is 8 km lang, 6 km breed en 300 m diep, grotendeels gevormd door zandsteen met dieprode kleuren. Door eeuwenlange erosie zijn er de prachtigste vormen ontstaan. Ga als je door dit park wilt wandelen vroeg in de ochtend of laat in de middag vanwege de zon en de hitte. Want dan kun je ook de mooiste foto’s maken. Neem vooral bij warm weer drank en goede wandelschoenen mee. Met dit gebied begint een enorme bergrug, die honderden kilometers naar het noorden doorloopt, waar alleen maar droogte en erosie heersen. Waar de natuur al vele miljoenen jaren ongerept is gebleven. Nooit zijn hier grote klimatologische veranderingen geweest, zodat je perfect terug kunt blikken in de tijd. Daarom wordt dit nationale park, met Ischigualasto en Talampaya ook wel de dinosaurusroute genoemd. Er is een wandeltraject naar de Miradores (uitkijkpost) van ongeveer een uur. De wandeling naar de voetstappen van de dinosaurussen duurt 2,5 uur.
259
260
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
5. Posadas en omstreken De ruïnes van San Ignacio, de watervallen van Iguazú en Moconá Posadas is de hoofdstad van de kleinste provincie van Argentinië, Misiones, dat in het uiterste noordoosten van het land ligt, ingeklemd tussen Brazilië en Paraguay. Het is grotendeels bedekt met een subtropisch bos waar in de 17de eeuw vanuit Brazilië de jezuïeten en de Guaraní-indianen zich rondom de Río Paraná vestigden. Er ontstonden daar welvarende gemeenschappen (ook wel reducciones genoemd) met prachtige gebouwen. Helaas is er niet veel meer van over, want alleen bij de ruïnes van San Ignacio kun je nog een indruk krijgen hoe zij geleefd hebben. Maar de grote attractie zijn natuurlijk de watervallen van Iguazú, bij de grens van Brazilië en Paraguay, omringd door een enorm subtropisch bos met een fantastische flora en fauna. Een aangename route daar naartoe is van Posadas, via de RN12, naar Puerto Iguazú waar je langs vele kleine immigrantendorpjes komt. Want nog geen honderd jaar geleden vestigden zich in deze provincie duizenden Europese immigranten. De stad Oberá is de bekendste immigrantenstad van de provincie, ten oosten van Posadas. Als je wat avontuurlijk bent aangelegd dan zijn de watervallen van Moconá zeker een must. Zij liggen aan de Río Uruguay bij de Braziliaanse grens niet ver van het dorpje Sorberbio. Moeilijk te bereiken en als je op eigen gelegenheid gaat is een 4-weeldrive aan te bevelen. Misiones kan in de zomermaanden behoorlijk warm en benauwd zijn. Rond de 90% vochtigheidsgehalte is heel gewoon, maar ook muggen en ander ongedierte kunnen vervelend zijn. Tevens kan het er hard en langdurig regenen. De beste maanden om te bezoeken zijn de wintermaanden (junisept.) en het voor- en najaar (okt.-nov. of apr.-mei). Het is evenzo de provincie waar de yerba mate vandaan komt, de nationale drank van Argentinië en waarom niet eens proberen! In deze natuurrijke provincie, maar ook vol met historie, is het aangenaam vertoeven!
P O S A DAS EN O M STREKEN
Río
Yacutinga ■ 101 Lodge ■ Puerto Panambi Wanda R. ● Esperanza ● Ur Lodge ug y ua
12
á
n ra
● Eldorado
Pa ío ● Monte Puerto R
●
San Ignacio A. Yabebiry
CORRIENTES
●
A. Guarupá ● Apóstoles
●
de Sierra
●
Campo Grande
Candelaria 106 Leandro N. Alem San José ●
●
14
Aristóbulo del Valle
●
Posadas ●
● Corpus
●
●
●
A. Acaragua
Oberá
San Javier
de Irigoyen
o si Mi
Watervallen van Moconá
n
e
s
Guaz ú
➤
Trinidad ●
● Bernardo
San Pedro
12
naar Asunción
ni
Piray Guaz ú
Carlo
Rico
Mi
17
Rí o Pepirí
N
A. Piray
ú Iguaz
Río San Antonio
PARAGUAY
Na t. Park Iguaz ú
●
BRAZILIË
Puerto Iguazú
261
N
El Soberbio ●
guay
Río Uru
BRAZILIË
0
25
50 km
WAT JE ZEKER NIET MAG MISSEN IN EN RONDOM POSADAS! 1. Een dagje in de Posadas of op de estancia Santa Inés 20 km ten zuiden van de stad. Pagina 262. 2. De watervallen van Iguazú en het nationaal park eromheen. Een spannende manier om kennis te maken met dit spektakel is de boot naar de waterval: Garganta del Diablo (de keel van de duivel). Pagina 273. 3. Een bezoek aan San Ignacio Mini, waar de best bewaarde ruïnes van de jezuïeten-missieposten uit de 17de eeuw nog staan. Pagina 266. 4. Mate drinken (een soort kruidenthee), want Misiones is de provincie waar deze blaadjes groeien, de nationale drank van Argentinië! Pagina 281.
262
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
DE STAD POSADAS De eerste stap naar het verleden De hoofdstad van de provincie Misiones, met 250.000 inwoners, is gelegen aan de Río Paraná, 337 km ten oosten van Corrientes en 1170 km van Buenos Aires. Het is het voorportaal naar een indrukwekkend verleden en het bezit een magnifieke natuur. Deze stad is een goede stopplaats om je plan te trekken, want ze heeft een gezellige uitstraling. In tegenstelling tot het achterland heeft Posadas qua cultuur en historie niet veel te bieden, want de eerste huizen werden in 1870 gebouwd en toen heette het nog Trinchera de San José. Pas in 1879 kreeg zij na de Triple Alliance (een oorlog tussen Paraguay en Argentinië, Uruguay en Brazilië die in 1870 eindigde) de naam van de man die de provincies Entre Rios en Corrientes stichtte, Antonio de Posadas. Want Misiones en Corrientes waren destijds nog een provincie. Een jaar later werd door de regering de provincie Misiones gesticht met als hoofdstad Posadas. Toen in 1912 de spoorlijn met Buenos Aires was aangelegd, werd de stad een belangrijk centrum voor pioniers en trekkers naar een nieuwe wereld. Het waren voornamelijk mensen uit Polen en Oekraïne. Want nog geen honderd jaar geleden woonde in deze hele omgeving vrijwel niemand. Plaza 9 de Julio is het centrum met eromheen redelijk wat winkelstraten, waar het tot 12.30 uur goed druk is en het pas na 16.30 uur weer tot leven komt. Dan raken de terrasjes vol tot laat in de avond, zodat je meer het idee krijgt in een vakantiestad te vertoeven. Want de avonden zijn zwoel, de mensen opgewekt en de koele drank is een verademing. Vooral Bolivar is dé uitgaansstraat, maar ook Av. Costanera, langs de rivier, waar het met vele terrassen goed toeven is. De belangrijkste winkelstraten zijn: Bolivar, Colón, San Lorenzo en Felix de Azara, alle rondom Plaza 9 de Julio. De kathedraal op het plein is uit 1937 en ontworpen door de beroemde Argentijnse architect J. Bustillo (zie kader pagina 418) en het Casa de Gobierno, een Italiaans ontwerp, gebouwd in 1883 is mooi opgeknapt in felroze kleuren. Een leuke wandeling is naar de wijk Bajada Vieja bij de haven. Het is een van de oudste wijken van de stad met een mengeling van huisjes van rode steen en nog originele oude houten huisjes. Vooral in Calle Fleming en bij Plazoleta ‘El Mensu’ (zo werden de seizoenarbeiders begin 20ste eeuw genoemd). Op dit pleintje staat nog een fraai gerenoveerd houten huisje, ‘Antiqua Bajada’. Als je hier bent dan krijg je de indruk met al die rust, die huisjes en die vele bomen, alsof je in een dorpje bent. In het begin van de 20ste eeuw kwamen veel immigranten uit Libanon en Syrië hier wonen. Deze wijk kun je makkelijk lopend bereiken, vanaf Plaza 9 de Julio neem je Buenos Aires richting het noorden naar Av. A. Guacurari. Dan oversteken en je komt vanzelf in Calle Fleming. Je kunt terug via Fleming de andere kant op. Je loopt via smalle trappen (net Montmartre) naar beneden waarna je op de Av. Costanera uit komt. Volg deze richting de grote hangbrug. ‘s Avonds is het op de boulevard gezellig druk met flanerende mensen, volle terrassen, puffende joggers en flirtende stelletjes. Aan de andere kant van het water zie je de stad Encarnación in Paraguay en schuin voor
P O S A DAS EN O M STREKEN
263
je de grote hangbrug van 3 km lengte naar die stad. En rechts van je tegen de heuvels de houten huisjes en villa’s van de wijk Bajada Viejo. Op een gegeven moment kom je op Av. Sáenz Peña, een mooie brede avenida met een grote overdekte markt, mercado Municipal. Hier kun je allerlei etenswaren, kruiden, kleding en veel nietszeggende huishoudelijke artikelen kopen. Terug naar Plaza 9 de Julio ga je via San Martín. Posadas heeft twee redelijk interessante musea. Allereerst Museo Regional Anibal Cambas, deze vind je in Parque Paraguayo in het noorden van de stad, bij de Río Paraná in Alberdi 600. Het is onderverdeeld in drie secties: archeologie (met voorwerpen van de eerste bewoners), de flora en fauna en de geschiedenis van de provincie. Open van ma. t/m vr. van 8-12 en van 15-19 uur. In het weekend van 9-12 en van 17-20 uur. Het andere museum ligt dichter bij het centrum en heet Museo de Ciencas Naturales e Historicas. Er is een overzicht van de geschiedenis van de provincie en de flora en fauna van dit gebied. In de patio is een serpentarium, een slangenhuis, met de meest voorkomende slangen in de provincie. Dan schrik je even! Maar gelukkig leven ze ver van de bewoonde wereld. Je vindt het op San Luis 384, open van ma. t/m vr. van 8-12 en 14-20 uur. In het weekend van 9-12 uur.
Praktische informatie Posadas (03752) Toeristeninformatie Vind je in Colón 1985, op de hoek van Rioja. Ze zijn zeer behulpzaam maar hebben weinig materiaal over de stad en de provincie. Open van 7-20 uur. www.posadas.gov.ar
Hotels • Hotel Julio César (427-930) in Entre Rios 1951, om de hoek met Colón, is een viersterrenhotel. Alle comfort (zwembad, fitnesscentrum) en ontbijt. Je betaalt voor een kamer ± E 50. www.juliocesarhotel.com.ar Middenklassehotels (2-pers.kamer tussen de E 30-45) • Hotel Continental (440-990) is redelijk, een beetje oubollig. Maar wel met grote kamers. Het ligt centraal in Bolivar 314 aan de Plaza 9 de Julio. www.hoteleramisiones.com.ar
i
• Hotel Posadas (440-888). Ligt centraal maar iets te duur voor wat je krijgt. Vraag een kamer achter, want het ligt in Bolivar 272 vlak bij Colón, waar alle terrasjes zijn. www.hotelposadas.com.ar • Hotel de Turismo (437-401) is modern, met balkons en een aardig café/terras. Hoek Bolivar en Junin. • Hotel Libertador (436-901) op de hoek van San Lorenzo en Catamarca is een rustig en goed hotel voor zijn prijs. Met een confitería. Budgethotels (2-pers.kamer tussen de E 15-20) • Residencial Colón (425-085), Colón 2169, vlak na Entre Rios. Eenvoudig maar goed. Gehuisvest in een mooi oud neokoloniaal huis. • Hotel Misiones (422--561) in F. de Azara 1960 om de hoek van La Rioja. Eenvoudig kamers met badkamer.
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
264
Restaurants • La Diletto in Bolivar 1729 en op nr. 332 aan het plein La Querencia. De eerste is keurig met een nette bedieding. De tweede is wat klassieker. Een lekkernij bij dit restaurant is een gegrilde galeta. Dat is een brochette van stukjes kip met eromheen spekjes met tomaten en paprika. Daarover gesmolten geraspte kaas. Een typisch gerecht uit deze regio. • Los Pinos op de hoek van Sarmiento en Buenos Aires is een goede pizzeria. Gezellige sfeer en niet duur. • El Mensú is een leuk en gezellig restaurant in de wijk Bajada Vieja. Een aanrader. Hoek Fleming en Reguera. • Zo ook Galeteria in Arrechea 835 met een mooi uitzicht over de rivier en de heuvel. Deze straat ligt in het verlengde van Buenos Aires.
Cafés en bars • In Bolivar zitten goede cafés zoals: Bar Glass op de hoek met Colón, Le Petit op nr. 294 en Bar Cóctel op nr. 2057. Allemaal hebben ze chopp. • Aan de Costanera heb je ‘De la Costa’ waar je niet alleen kunt drinken, maar ook dineren met goede muziek (in het weekend live-muziek).
Postkantoor • Het postkantoor kun je vinden op de hoek van Bolivar en Ayacucho. Open van 8-12.30 en van 15-20 uur. Zaterdag van 9-12.30 uur.
gramma. San Lorenzo 2208. www. guayra.com.ar Gaat ook dagelijks naar Carlos Pellegrini. • Carlota Srockar, Junin 2050, heeft een prima pakket aan excursies (o.a. naar de watervallen en de ruïnes). www. carlotastrockar.com
Vervoer Bussen De busterminal is bij de rotonde van de RN 12 en Av. Santa Catalina. Ver buiten het centrum. • Minstens 4 bussen per dag naar Buenos Aires. Expreso Singer en Via Bariloche hebben de beste service. De bussen gaan langs Concordia (bijna 15 uur rijden). • Er vertrekt vrijwel elk uur een bus naar San Ignacio en Iguazú. • Naar Corrientes en Resistencia gaat zeker om de twee uur een bus. • Naar Oberá en Apóstoles elke 3 uur een bus. • Naar Soberbio 2 bussen per dag (4 uur). • Elk halfuur een bus naar Encarnación. Tickets koop je in de bus. Vandaar kun je naar Asunción of naar Trinidad. Vliegen • Elke dag 2 vluchten met Austral naar Buenos Aires. Het kantoor van Austral vind je op Ayacucho 1724.
• Norte is in Colón hoek San Lorenzo. Een andere grote is • California in Córdoba bij Ayacucho.
Autohuur • Europcar vind je in Junin 1696 en op het vliegveld. • Rent a Car is op de hoek van Junin en San Martín. • ACA servicestation is op de hoek Córdoba en Colón.
Reisbureaus
Wasserette
• Guayrá is een klein, maar uitstekend bureau. De eigenaar, van Zwitserse ouders, heeft een uitgebreid reispro-
• ‘Il Gatto vind je in Colón 144 en er is er een in Ayacucho 273.
Supermarkten
P O S A DAS EN O M STREKEN
✭✭✭ VIER MOOIE TRIPS VANUIT POSADAS ✭✭✭ Vanuit Posadas zijn er enkele mooie trips te maken die absoluut de moeite waard zijn. De eerste trip kun je in een dag doen. De tweede, naar de watervallen van Iguazú, daar zou ik zeker enkele dagen verblijven. Tip drie is ook in een dag te doen. De laatste, naar de watervallen van Moconá, daar moet je zeker enkele dagen voor uittrekken. ❶ De ruïnes van San Ignacio liggen zo’n 60 km ten oosten van Posadas en dateren uit de 17de eeuw. Hier stond eens een enorme jezuïetenmissiepost waar meer dan duizenden mensen (voornamelijk Guaraní-indianen) woonden. Deze ruïnes zijn de best bewaarde van de provincie. ❷ Naar de watervallen van Iguazú een van de meest wonderbaarlijke natuurspektakels van Zuid-Amerika. Gelegen aan de grens met Brazilië. Honderden watervallen komen hier tezamen, maar ook de omgeving met zijn enorme subtropische bossen zijn een bezoek waard. ❸ En natuurlijk rondom Posadas, zoals de estancia Inés of naar Oberá, de een na grootste stad van de provincie, 95 km ten oosten van Posadas met een grote verscheidenheid aan immigranten wat je duidelijk aan de architectuur ziet. ❹ Voor trekkers en natuurliefhebbers is een tocht naar de watervallen van Moconá zeker een aanrader. Maar moeilijk bereikbaar.
❶ NAAR DE RUÏNES VAN SAN IGNACIO Rondom Posadas zijn tussen de subtropische bossen ruïnes te zien van een prachtig verleden. Vooral de ruïnes van San Ignacio en ook wel van Santa Ana zijn zeker een bezoek waard. Alles wat ik hieronder beschrijf kun je met het openbaar vervoer binnen één dag doen.
Santa Ana De eerste ruïnes die een bezoek waard zijn, zijn die bij het dorpje Santa Ana, 43 km ten oosten van Posadas aan de RN 12. Tussen 1663 en 1744 was hier een enorme missiepost waar ruim 4000 mensen woonden. Nu liggen de ruïnes grotendeels verborgen in het (subtropische) bos. Maar wat je te zien krijgt geeft je al een goede indruk. Zo zijn de muren van de kerk en de omtrekken van Plaza de Armas nog duidelijk herkenbaar. Er is bij de ingang een maquette waar je goed kunt zien hoe deze missiepost gebouwd was en er is ook een klein museum. Elke dag open van 7-19 uur. De bus stopt op de RN 12 bij de wegwijzer naar de ruïnes, dan is het nog een kleine 700 meter lopen. Zo’n vijf kilometer voor San Ignacio liggen de ruïnes van de stad Loreto. De stad is gesticht in 1632. Ze liggen verder af dan de andere ruïnes en zijn niet echt spectaculair om te bezoeken; je ziet alleen maar enkele muren.
265
266
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
SAN IGNACIO MINI Op 60 km ten oosten van Posadas aan de RN 12 ligt de best bewaarde en grootste missiepost van het land, San Ignacio Mini. Het is in 1696 gesticht door de jezuïeten, die uit Brazilië waren verdreven. Hier vestigde zich een gemeenschap van duizenden Guaraní-indianen en de jezuïeten noemde het San Ignacio Mini. Want het zou een kleine kopie van de missiepost San Ignacio Guazú uit Brazilië worden. Deze hadden ze in 1629 moeten verlaten. Er kwam een school, een klooster, een kerk, met daaromheen werkplaatsen en verblijven voor de indianen. De kerk, waarvan de ruïnes nog goed te zien zijn, had torens die 74 m hoog waren. Dit was het meest imponerende bouwwerk van de missiepost, prachtig van vorm, gemaakt van rode en okergele zandsteen uit de Paraná-rivier. Deze bouwstijl wordt ook wel guaraní-barok genoemd, zoals te zien is aan die prachtige reliëfs op en rond de muren, gemaakt door Guaraní-indianen en ontworpen door een Italiaanse architect. Het is een verrassende combinatie van katholieke Europese invloed met Inca-elementen. Deze kerk werd gebouwd in 1724. Gelukkig is er redelijk wat van overgebleven. Daarachter ligt het centrale plein, Plaza des Armas, waar je nog goed de contouren van de huizen kunt zien, alwaar de indianen en de paters woonden. Want natuurlijk woonden zij allemaal keurig gescheiden. In 1733 telde deze missiepost ruim 4300 bewoners, maar toen rond 1767 koning Carlos III alle jezuïeten uit deze streek terugriep naar Spanje, raakte niet alleen San Ignacio maar ook de andere missieposten in verval. De meeste indianen vertrokken en tegen het einde van de 18de eeuw woonde hier vrijwel niemand meer. In 1817 heeft de Paraguyaanse dictator Roderíguez de Francia de missieposten in de regio in brand gestoken en geplunderd en was het gedaan met de roemrijke historie. Pas in 1903 heeft men deze ruïnes teruggevonden, overwoekerd door een enorm bos. Bij de ingang van het park is een museum, waar duidelijk op schaal de missiepost is nagemaakt met voorwerpen die men hier gevonden heeft. Om een compleet beeld te krijgen is een bezoek aan dit museum aan te raden. De hoofdingang is bij Calle Alberdi. De openingstijden zijn van 7-19 uur. Zomers is er een lichtshow tussen de ruïnes, deze begint rond 19.30 uur. De bus stopt in de hoofdstraat, Av. Sarmiento, van het gelijknamig dorpje en je ziet zelf halverwege deze avenida borden naar de ruïnes. Je zult wel merken dat het dorpje geheel van het toerisme leeft, maar op een vriendelijke manier. Een ander interessant bezoek is aan het huis van de Argentijnse schrijver Horacio Quiroga (1878-1937). Hij schreef novellen over de regio en vooral de natuur, maar maakte ook in 1903 de eerste foto’s van de pas ontdekte ruïnes van San Ignacio. Zijn (houten)huis is een typisch voorbeeld van de bouwstijl uit die tijd (het is een replica). Je ziet er veel van zijn persoonlijke spullen en je hebt een mooi uitzicht over de rivier de Paraná. Dan kun je je wel voorstellen dat hij een groot liefhebber van de natuur was! Je vindt het op het einde van San Martín, links van Av. Sarmiento. Elke dag open van 8-18 uur.
P O S A DAS EN O M STREKEN
De jezuïeten-missieposten Begin 1600 begonnen de jezuïeten in Brazilië en Paraguay met een soort wooneenheden, die reducciones werden genoemd. Zo kon men de plaatselijke bevolking bijeenhouden want zij, de Guaraní-indianen, waren een nomadenvolk. De gebieden waar ze rondzwierven waren erg uitgestrekt en geïsoleerd van de bewoonde wereld. Portugese slavendrijvers uit São Paulo, de bandeirantes, vielen in 1627 de eerste missieposten aan, want zij wilden de indianen als slaven gebruiken. Toen het geweld aanhield vluchtten de jezuïeten en indianen met boten en vlotten over de rivier de Paraná naar het zuiden. Tijdens deze vlucht zijn velen omgekomen, en bij de Guaira watervallen (nog in Brazilië) konden ze niet meer verder. Meer dan acht dagen deden ze erover om door het dichte bos naar beneden te komen. Maar ook om nieuwe boten en vlotten te bouwen. Rond 1632 werden, wat nu Posadas en omstreken is, de eerste reducciones gebouwd, 750 km zuidelijker van hun oude wooneenheden. Door de strakke levenswijze van de jezuïeten werden ze redelijk welvarend, vergeleken met andere dorpen op het Argentijnse platteland. Er werden maïs, allerlei groenten en zoete aardappelen verbouwd, maar ook tabak en katoen. Zo werd ook als eerste de yerba mate geëxploiteerd (zie kader op pag. 281) als alternatief voor de alcohol. Rondom de missieposten hadden ze een enorme veestapel, soms zelfs duizenden koeien en schapen. Met de hulp van Duitse jezuïeten kregen de indianen onderricht in kleermaken, weven, timmeren en andere ambachtelijkheden. De indeling van de missies was overal volgens een vast patroon. Rondom het centrale plein, Plaza de Armas, was aan een zijde de kerk met eenheden waar de werkplaatsen en de woondeenheden van de paters waren. De drie andere zijden waren voor de Guaraní-indianen met hun wooneenheden.
267
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
268
Totaal werden er 30 reducciones gesticht, waarvan 16 in Argentinië en vrijwel allemaal in de provincie Misiones. Deze posten waren een soort autonome gebieden, zowel economisch als politiek, binnen het Spaanse koninkrijk. Totdat in 1767 Carlos III alle jezuïeten terugriep naar Spanje en liet vervangen door dominicanen en franciscanen. Helaas raakten daarna veel reducciones in verval of werden geheel verlaten en toen de Paraguayaanse dictator Roderíguez de Francia in 1817 de laatste bewoonde missieposten plunderde en in brand zette was het hoofdstuk reducciones afgesloten.
Praktische informatie San Ignacio (03752) Het toeristeninformatiebureau vind je links bij de ingang van het dorp (net voorbij de poort). • Hotel San Ignacio (470-047) is aan te raden, een kamer kost E15. Je vindt ze in Sarmiento 823. • Hostería las Palmeras (470-955) is een uitstekende keuze. Mooi gelegen met een enorme tuin, zwembad en restaurant. Een 2.-pers.kamer kost E 20. In Independencia 469.
i
• Rondom de ingang van de ruïnes heb je redelijk wat restaurants. Zoals Don Valentín in Alberdi 444 of La Carpa Azul, een enorm groot familierestaurant, zijn aan te bevelen. • Bussen naar Posadas en Iguazú vrijwel om de 2 uur. De bus stopt in Av. Sarmiento, er is geen busterminal.
❷ NAAR DE WATERVALLEN VAN IGUAZÚ Vanuit Posadas naar het stadje Iguazú is via de hoofdweg de RN 12 zo’n 255 km. Deze weg loopt vrijwel parallel met de Río Paraná en je rijdt door een zeer groen gebied van subtropische bossen, planten en de yerba mate plantages. De meest interessante plekken zal ik hieronder beschrijven.
Montecarlo Op zo’n 170 km van Posadas ligt het stadje Montecarlo, dat ook wel de stad van de orchideeën wordt genoemd. Het is een van de vele dorpjes, die door Zwitsers of Duitsers in deze streek rond 1912 zijn gesticht. Er is een interessant park, Parque Vortisch, met bijzondere bomen, zo’n 98 verschillende soorten, die in 1920 door de Duitser Juan Vortisch werden geplant. Er is ook een groot labyrint van heggen gemaakt. Heel mooi verzorgd en plezierig om doorheen te wandelen. In het tuinhuis zie je schitterende orchideeën, want elk jaar in de eerste twee weken van oktober wordt La Fiesta Nacional de la Orquidea gevierd. Voor planten- en bloemenliefhebbers is dit park zeker aan te
P O S A DAS EN O M STREKEN
bevelen. In het stadje zijn trouwens acht orchideeënkwekerijen (orquidiarios) die te bezoeken zijn. Parque Juan Vortisch is open van 8-18 uur. ‘s Maandags gesloten.
Eldorado De volgende stad aan de RN 12 is Eldorado, 100 km voor Iguazú. Een voorbeeld van een geslaagde kolonisatie is hier te zien. Er zijn plantages van de yerba mate, citrusvruchten en tabak. Na de Eerste Wereldoorlog is hier een groep Duitsers gekomen, die toen midden in de bossen dit gebied (zo’n 350 km2) gecultiveerd heeft. Dat zie je duidelijk, want de hoofdstraat Av. San Martín loopt op een gegeven moment gewoon over in een bosweg. Zeker een wandeling waard is door het gemeentepark met een grote verscheidenheid aan exotische bomen en een archeologisch museum, dat gevestigd is in het huis van de stichter van het dorpje, de Duitser Adolfo Schwelm. Dit was het eerste huis in Eldorado en het ligt aan het eind van Av. San Martín in Parque Schwelm, bij de rivier. Open van don. t/m zon. van 15-18 uur.
Wanda Bij deze laatste stop, 50 km voor Iguazú, zul je verrast staan wat hier gevonden wordt. Het stadje Wanda wordt ook wel ‘De schatkamer van de provincie’ genoemd. Hier is geen regenwoud, maar je wandelt ‘gewoon’ over kristal- en kwartsvelden. De grond van de steengroeve is bruinachtig en enkele meters afgegraven. Alleen met dynamiet kun je dit bergkristal uit de grond krijgen, want overal zie je gaten in de grond met de mooiste kristallen in allerlei kleuren, meestal amethist- en aquamarijnkleurig. De gaten (zo’n 1 à 2 m diep) worden constant nat gehouden en je kunt er zo je hand in steken, maar er een stukje afbreken en meenemen is onmogelijk, want het steen is keihard. Om het te bewerken kost zeker twee maanden. Er zijn twee open kwartsmijnen, die je onder leiding van een gids kunt bezoeken. Rondom de mijnen zijn er genoeg winkeltjes waar je prachtige kleine en grote kristalachtige stenen kunt kopen, zoals blauwe topaas, roze kwarts en agaat. Én voor niet veel geld! Om het uur gaat er een bus naar en van Puerto Iguazú en richting Wanda (duurt 30 minuten). De mijnen zijn elke dag open van 7-19 uur.
PUERTO IGUAZÚ Het vertrekpunt naar de watervallen De eindhalte van deze trip is Puerto Iguazú, een stadje aan de kruising van de Río Paraná en Río Iguazú, maar ook de toegang tot de imponerende watervallen van Iguazú. Het stadje zelf is niet interessant, maar heeft wel een vriendelijk sfeertje en zoals meerdere stadjes in deze provincie is het stadsplan niet als blokvorm ingedeeld. Want de meeste zijn begin van de vorige eeuw veelal door Duitsers en Zwitsers gesticht en niet zoals andere steden beïnvloed door het Zuid-Amerikaanse (Spaanse) stadsplan. De belangrijkste straten zijn vanaf Av. Victoria Aguirre naar
269
270
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
beneden tot aan Av. Brasil, Av. Misiones en Av Córdoba. Als je Av. Tres Fronteras uitloopt kom je bij het ‘drielandenpunt’. Je ziet hier een kleine obelisk (Hito Argentino), die aangeeft dat je op de grens bent met Brazilië en Para-guay. Hier komen ook de twee rivieren samen. Er is daar ook elke middag een gezellige Feria Artesania (een markt met leuke handgemaakte spulletjes uit de regio). Pas toen rond 1920 een weg werd aangelegd en er zo’n 40 Noorse families neerstreken, werd wat eerst een aanlegsteiger met een hotel was, een dorpje. De aanzet hiervan was een zekere weduwe, Doña Victoria Aguirre, die in het begin van de vorige eeuw in haar eentje meevoer naar de watervallen. De tocht naar Puerto Iguazú was voor haar zeer moeilijk en zwaar, zodoende gaf zij 3000 pesos donatie voor de aanleg van de eerste weg naar dit dorpje. In 1950 kreeg het de naam Puerto Iguazú en er woonden toen niet meer dan 200 mensen; nu 35.000. In de jaren zeventig van de vorige eeuw kwam er een nieuw modern vliegveld en de weg naar Posadas werd geasfalteerd. Toen pas kwam het toerisme echt op gang. Tijdens de zomermaanden (januari en februari), maar ook in juli, zijn bijna alle hotels volgeboekt. Ook zijn de zomermaanden vochtig en warm met veel muggen en andere insecten. Het kan er dan langdurig regenen, zoals vaak in de tropen. Als je wat tijd over hebt is een aardig uitstapje naar La Aripuca, 4 km buiten Iguazú langs de RN 12 aan te bevelen (richting watervallen). Het park bevat tientallen gigantische bomen en een enorm houten vogelnest gemaakt van 30 verschillende boomsoorten uit de regio (meer dan 10 m hoog!). Het heeft een educatieve functie vooral over de flora van deze regio. Elke dag open van 9-17 uur.
Praktische informatie Puerto Iguazú (03757) Toeristeninformatie Op de hoek van Av. Aguirre en Brasil is een informatiebureau en bij de busterminal. Dat laatste is een klein bureautje, maar bij allebei zijn ze zeer behulpzaam. Open van 8-20 uur. Tussen de middag gesloten.
Hotels Eersteklashotels (2-pers.kamer tussen de E 80-150) • Hotel Internacional Iguazú (420296) is het mooist gelegen, want het ligt op loopafstand van de watervallen en er zijn kamers met zicht op de water-
i
vallen. Er is een goed restaurant met zwembad. En je wordt opgehaald van het vliegveld. www.sheraton.com/ iguazu • Panoramic Hotel (498-133) ligt bij het drielandenpunt in de stad. Nieuw met alle comfort die je maar wenst. Verschillende restaurants en bars, zwembad en geriefelijke kamers. In Calle Paraguay 372. www.panoramichoteliguazu.com • Hotel Cataratas (421-100) aan de Av. Aguirre ligt net buiten het stadje (4 km), maar wel richting watervallen. Met zwembad, tennisbaan en restau-
P O S A DAS EN O M STREKEN
rant. De kamers zijn groot en perfect. www.hotelcataratas.com • Hotel Esturión (420-100) ligt vrijwel op het einde van Av. Tres Fronteras 650. Mooi gelegen bij de rivier, net buiten het centrum. Met restaurant, zwembad en een enorme tuin. Een aanrader zeker voor die prijs. www. hotelesturion.com
Middenklassehotels (2-pers.kamer tussen de E 40-60) • Hotel Saint George (420-631), Córdoba 148, is het beste middenklasssehotel in het stadje. Met zwembad een mooie tuin en een goed restaurant met ruime kamers. Slaap wel achter vanwege herrie op straat. www.hotel saintgeorge.com • Hotel Alexander (420-249) een aardig hotel, centraal gelegen in Av. Córdoba 222 niet ver van de busterminal. Modern, met zwembad en een goed tropisch ontbijt. www.alexanderhotel. com.ar • Hotel Orquideas (420-472), ligt net buiten de stad aan de Av. Aguirre (RN 12), mooi gelegen met restaurant en een grote tuin en zwembad. www. orquideashotel.com
Budgethotels (2-pers.kamer tussen de E 20-40) • Residencial Tierra Colorada (420649), El Urú 28, vrijwel op de hoek van Córdoba is eenvoudig, heerlijk rustig. Een aanrader. • Río Selva (421-555), Lorenzo 140, met een grote tuin en een zwembad. Zeker aan te bevelen. • Residencial Lilian (420-968) in Fray Beltrán 83 vlak bij de busterminal. Hulpvaardige eigenaars en goede kamers. Prima.
Camping • El Pindó ligt enkele kilometers buiten
de stad aan de RN 12. Er is een zwembad en een restaurant. • El Viejo Americano, ligt aan dezelfde weg en dichter bij de stad. Met drie zwembaden en veel faciliteiten.
Restaurants Aan de Av. Córdoba heb je enkele aanraders zoals: • Rueda op nr. 28 heeft lekkere visgerechten, zoals salmon en surubí en je kunt er buiten eten, zo ook bij: • Charo op nr. 106 (hier is de specialiteit surubí met roquefort a la pimienta). • La Esquina op de hoek met Belgrano daar eet je uitstekend. • Jardin de Iguazú bij de busterminal is een goede en gezellige tenedor libre (eten voor één prijs). • Pizza Color op nr. 135 is een goede pizzeria. Probeer eens pizza color (artisjokhart, paprika en ei). • El Quincho del Tio Querido in Bonpland 110. Lekkere visgerechten en vaak livemuziek in het weekend.
Bars en cafés • De gezelligste bar met terras is Lautaro Cafe in Brasil 7. Maar ook El Patio aan de Av. Aguirre 24. Cuba Libre is op de hoek van Brasil en Paraguay Gezellig en erg populair.
Reisbureaus • Aguas Grandes, M. Moreno 58, heeft tours naar de watervallen, sportieve activiteiten door de bossen (trekking, abseilen, kanoën). Zo ook • Turismo Dick aan de Av. Aguirre 226. • Voor speciale excursies in en rondom het nationale park Iguazú.
Telefoon / internet • Telecom is op de hoek Av. Aguirre en Brasil. Daar kun je ook internetten. Zo ook aan de overkant, Telecentro.
271
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
272
Vervoer Bussen De busterminal is in het centrum. Op de hoek van Av. de Córdoba en Misiones. • Naar Posadas en San Ignacio Mini vrijwel elk uur een bus. Naar El-dorado elk uur (2 uur), zo ook naar Wanda. Oberá gaan 2 bussen per dag. Buenos Aires 7 bussen per dag (20 uur!). • Naar de watervallen (Centro de Visitantes) vertrekt er om de 45 min. een bus. De eerste is om 7.10 uur, de laatste om 20.15 uur.
• Minstens 5 vluchten per dag naar Buenos Aires met Aerolineas. • Lan Argentina vliegt 1x per dag naar Buenos Aires. • Het kantoor van Aerolineas is op Av. Aguirre 295.
Autohuur • Localiza is op het vliegveld en aan de Av. Aguirre 271. • Avis verderop in Av. Aguirre 563.
Wasserette • Lavarap op de hoek van Misiones en Bonpland.
Vliegen Het vliegveld ligt 20 km buiten de stad, tussen de watervallen en het stadje. Er staat bij aankomst een bus te wachten, die je naar je hotel brengt. Ook bij vertrek gaat er een busje via de belangrijkste hotels naar het vliegveld en langs de busterminal.
P.
ua rag Pa
★
M
or e
s
and
an d
ida
a9
np l Bo
rre
ep ú
★4B
elgra
no
7 ★
ui
Ap
nid Av e
5 ★
Ag
naar vliegveld
★
√
★ ★
➤
o Ta cu a ra
ria to
ga
oy
c Vi
bú am ro ui Q
Arr
s
Ave n
de
■
da
t ua
25 de Mayo
G
N ▲
Ë
El Uru El Mensú
ni
p Ep
6 ★
3 ★
ione
★2
Bo
lio Ju
en
B Mis
a
npl
y
nd
la onp
e Av
Jangaderos
Ent re Ríos
Plaza 1 de Mayo
rtí Ma
Aven id Bra sil
ras
San Lorenzo n
n Sa
Avenida 3 Fro nte
i r ton Be
y
no
★1
M.
Có rdo ba
Avenida Costanera
★
Puerto Iguazú 1. Hotel Esturión 2. Hotel Libertador 3. Hotel Rio Selva 4. Hotel Saint George 5. Residencial Lilian 6. Residencial Tierra Colorada 7. Residencial Uno Toeristeninformatie
P O S A DAS EN O M STREKEN
NATIONAAL PARK IGUAZÚ Met de gletsjer Perito Moreno en de hoofdstad Buenos Aires behoren de watervallen van Iguazú tot de drie mooiste bezienswaardigheden van Argentinië. De rivier Iguazú valt hier zo’n 60 tot 80 m diep in het zogenaamde Paraná Plateau. Dit vormt tezamen 275 watervallen over een breedte van 2700 m. Zij liggen in het nationale park Iguazú, 18 km ten oosten van het stadje Puerto Iguazú. Dit park is ook een paradijs voor vlinder- en vogelliefhebbers. Ik zou je zeker aanraden enkele dagen hier te vertoeven. De faciliteiten zijn prima, er zijn goede excursies en alles is makkelijk bereikbaar. De eerste blanke, die de watervallen zag was de Spanjaard Alvar Nunez Cabeza de Vaca in 1541. Het moet een wonderlijke belevenis voor die man geweest zijn, zo schrijft de geschiedenis. Maar ook vele bezoekers die hier komen krijgen de verrassing van hun leven te zien. Hoe dichter je de watervallen nadert hoe indringender het geluid en geraas van watergekletter wordt. Honderden watervallen van groot tot klein, sommige 70 meter hoog, donderen zo hard neer dat er blijvend een regenwolk hangt. Het indrukwekkendste is de Garganta del Diablo (de keel van de duivel), hier lijkt het alsof het water op oorverdovende wijze naar het diepste van de aarde wordt gezogen. Tientallen watervallen bruisen 90 m diep in een immens grote kloof. Alvar Cabeza de Vaca schreef in zijn dagboek dat er een constante regenbui boven deze waterval hing en door de sterke stroming hij en zijn gezelschap genoodzaakt waren om uit de kano’s te stappen die zij met grote inspanning naar de zijkant konden brengen. Hij noemde de watervallen Saltos Santa Maria en later kreeg het de naam van de Guarani-indianen: Iguazú, wat ‘groot water’ betekent. De water-
273
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
274
➤
vallen van Iguazú behoren na de Angelfalls in Venezuela tot de grootste van Zuid-Amerika. Kenners zeggen dat ze met de Victoria-watervallen in Zimbabwe tot de indrukwekkendste van de wereld behoren. Je hebt een Argentijnse en een Braziliaanse kant. De Braziliaanse kant kun je het beste ’s ochtends bezoeken vanwege het licht en het is interessant omdat je vanaf daar een goed totaalbeeld van de watervallen kunt krijgen. Bij een, de Salta Santa Maria, kun je vrij dicht beneden komen via een houten loopplank. Een goed regenpak heb je dan zeker nodig voor deze wandeling (kun je aldaar huren). Een halve dag is genoeg voor deze Braziliaanse kant.
Parkeerplaats
naar Foz do Iguaçú
Hotel Internacional Iguazú
Ω R e s erv a N ac i onal
h
azú Río Igu
★ y
Bezoekers Lanusse centrum
Estación Cataratas 12 Salto Chico
Alvar Núñez Salto Dos Hermanas ●
BRAZILIË
Hotel Dos Cataratas
★
Salto R. Bozetti
Isla San Martín
Salto B. Méndez Salto Mbiguá
Salto Des Mosqueteros
Salto Adán y Eva Salto San Martín
naar Puerto Iguazú en Intern. vliegveld
Salto Tres Mosqueteros
Salto Escondido Salto Rivadavia
Salto Santa María Salto Floriano
rga Ga
Salto Belgrano
Salto Mitre
N a t i o n aal Par k I g u az ú
blo Dia del nta
Salto Peñón
Salto Deodoro
Salto B. Constant Salto Unión
BRA ARG ZILIË ENT INIË
Río Ig
uazú
▲ 0
250
500 m Estación Garanta del Diablo
De watervallen van Iguazú
➤
P O S A DAS EN O M STREKEN
De Argentijnse zijde is veel groter en je kunt ook heel dicht bij meerdere watervallen komen, ruim tweederde ligt namelijk aan de Argentijnse zijde. Rondom de watervallen worden goede wandel- of safaritochten door het regenwoud georganiseerd. Om de drie kwartier gaat er een bus van de terminal van Pto Iguazú naar de ingang van de watervallen, waar een ontvangstcentrum (Centro de Visitantes) is. De eerste bus vertrekt vanuit Pto Iguazú om 7.10 uur, de laatste gaat terug uit het park om 20.15 uur. Het park is in de zomermaanden open van 8-19 uur, in de wintermaanden van 8-18 uur. Bij aankomst krijg je een plattegrond van het park en er lopen gidsen rond die je kunt raadplegen of die je kunnen rondleiden. Ga zeker bij de ingang naar het Centro de Interpretación, alwaar je een goed overzicht krijgt van de geschiedenis en de flora en fauna van dit gebied. Bij Centro de Visitantes kun je alle inlichtingen krijgen die je wilt. Met de plattegrond hiernaast zal ik je een overzicht geven van de mooiste en beste plekken aan de Argentijnse zijde. Er zijn 3 (wandel)routes die je kunt doen.❶ Circuito Inferior en Isla San Martín. ❷ Circuito Superior en ❸ Garganta del Diablo.
Circuito Inferior en Isla San Martín De eerste wandeling is naar de Circuito Inferior. Je kunt er naartoe wandelen, maar er is bij het bezoekerscentrum ook een leuk treintje dat je er naartoe brengt (uitstappen bij Estación Cataratas). Volg voor het treinstation de borden Sendero Verde (het groene pad) dan is het nog ongeveer 20 minuten wandelen. Deze wandeling leidt je langs enkele mooie watervallen zoals Salto Dos Hermanos en Salto Bosetti. Grotendeels loop je over een houten loopplank naar beneden en kom je vlak bij de verschillende watervallen, omringd door veel tropisch groen en het donderende geluid van al het water dat naar beneden stroomt. Vlak bij Isla San Martín krijg je ook een goed zicht op de Garganta del Diablo, een beter begin van deze trip is niet mogelijk! Beneden heb je de mogelijkheid om met een bootje naar Isla San Martín aan de overkant te gaan. Daar is een strand en een pad dat je naar boven naar de Mirador (uitzichtpost) leidt. Vandaar heb je een perfect uitzicht naar de Garganta del Diablo, en de andere Mirador, Balcon Salto San Martín is ook de moeite waard. Op dit eiland is trouwens de film ‘The Mission’ gemaakt, in 1986, met Robert de Niro.
Aventura Nautica Spectaculair is met een speedboot langs verschillende watervallen te varen en ten slotte te stoppen voor de imposante Garganta del Diablo. Met zwemvest aan raas je 12 minuten lang als een echte rafter langs al dat watergeweld heen. Dit natuurspektakel overdondert je helemaal en laat zien hoe klein wij toch als mens zijn. De afvaart is waar je naar Isla San Martín vertrekt. Je krijgt aldaar een plastic zak voor je spullen (b.v. camera), want je wordt drijfnat! Maar het wordt een onvergetelijke boottrip! Vooral op het einde van de tocht (dat merk je zelf wel)! Terug kun je de wandeling naar Circuito Superior doen.
275
276
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
❶ Circuito Superior Met deze wandeling kom je langs bredere watervallen en met de loopplank kun je vrij dicht bij een daarvan komen. Dat is de meest fotogenieke waterval, Salto Bozetti, die ook gebruikt is voor de film The Mission. Hij is vernoemd naar de man, die de watervallen eind 19de eeuw opnieuw ontdekte en de Argentijnen overtuigde van de grote (ecologische) waarde hiervan. Bij Estación Cataratas kun je het treintje nemen naar het spectaculairste deel van het park: Garganta del Diablo. Elke 45 minuten vertrekt de trein (el Tren Ecologico) naar Estación Garganta del Diablo. De rit duurt ongeveer 20 minuten.
❷ Garganta del Diablo Het treintje (El Tren de la Selva) brengt je naar de andere kant van de watervallen naar Estación Garganta, alwaar je over een stevige betonnen loopplank vlak voor Garganta del Diablo kunt komen. Het grote platform hangt iets over deze gigantische watermassa heen, zodat je een fantastisch uitzicht hebt! Hiervandaan zie je dat het water 80 m naar beneden dondert. Het ‘regent’ er permanent en het mooist is als je in de late namiddag gaat, wanneer de zon wat laag staat en de regenboog te zien is. Vlinders dwarrelen om je heen en als je te lang naar deze donderende watermassa kijkt krijgt je het gevoel ook meegezogen te worden naar het diepste van de aarde. Zes gigantische watervallen vormen dit spektakel. Wat zal Alvar Cabeza de Vaca jaloers op ons zijn, want op deze manier de watervallen van Iguazú bekijken, heeft hij nooit kunnen doen. Wat je ook laat in de middag ziet zijn veel vogeltjes in de monding van de waterval die van tijd tot tijd achter de rotswanden duiken. Daar zijn hun nesten en zijn ze veilig. Deze zwarte vogeltjes zijn familie van de zwaluw, vencejos en zijn het symbool van het nationale park. Terug kun je ook met een grote rubberboot (van Iguazú Jungle Explorer) en een gids over de rivier. Dit wordt Paseo Ecologico genoemd. Ongeveer een halfuur peddel je met een gids over de rivier langs grote stukken bos, eilandjes, met aan de andere kant het geraas van de watervallen. De gids vertelt je precies waar en welke vogels je kunt waarnemen (bijvoorbeeld de toekans). Het is een en al rust en genieten van de natuur. Nu viel me het pas op dat het water rond de watervallen niet dieper is dan 1,5 à 2 m! De afvaart is elke 15 minuten vanaf 9-18 uur. Je komt weer terug, waar je met de trein bent opgestapt.
Wandelen door het subtropisch regenwoud Voor een mooie wandeling door het bos van zeker een paar uur, raad ik je de Sendero Macuco (of Yacaratía) aan. Voor liefhebbers van planten, bomen, insecten en vlinders is deze tocht een must. Het beste is om deze wandeltocht ’s ochtends vroeg of eind van de middag te maken, niet alleen om de hitte te vermijden, maar omdat je dan de meeste dieren kunt waarnemen. Het is een smal pad, omringd door huizenhoge bomen. Het is soms wat modderig en af en toe al overwoekerd door lianen of omgevallen bomen. Regelmatig word je verwelkomd door enorm grote
P O S A DAS EN O M STREKEN
De watervallen van Iguazú
leguanen van bijna twee meter lang. Gelukkig zijn ze bang voor je of je wordt omringd door tientallen prachtige vlinders of insecten. Er zijn vlinders bij die het geluid van een klapperpistool nadoen, vlinders die licht geven en als je niet steeds afgeleid wordt door allerlei vreemde vogelgeluiden, zie je soms enorm grote mieren voor je voeten lopen die stukjes hout versjouwen. Een en al bedrijvigheid tijdens je wandeling. Ook voor jou, want op het einde van het pad moet je vrij steil naar beneden afdalen. Het is glibberig, benauwd en donker door het dichte bos, maar je krijgt de mooie waterval Salto Arrechea te zien en een uitzicht over de Iguazú-rivier met zijn rode oevers en uitgestrekte bossen eromheen. Hier kun je je lekker verfrissen bij de waterval, want de hitte is drukkend. De totale lengte is heen en terug 6 km. Het kan ook gebeuren dat je hoog in de bomen een familie (kleine) apen ziet eten. Ze zullen geen contact met je zoeken. Sendero Macuco begint een paar honderd meter rechts naast het station (staat aangegeven). Niet ver van Centro de Visitantes. Een andere goede excursie is Gran Aventura. Je gaat met een grote open truc zo’n 8 km door het ongerepte woud naar Puerto Macuco aan de Río Iguazú. De gids legt je duidelijk alles uit over flora en fauna in dit gebied, daarna ga je per rubberboot over de rivier naar de Garganta del Diablo en terug langs verscheidene watervallen, zoals de mooie Salto San Martín. Ruim een uur genieten, nat worden en spektakel! Je kunt boeken bij Centro de Visitantes en bij het bureau Iguazú Jungle Explorer. Vertrek elk uur vanaf 9-17.45 uur.
277
278
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Expediciones Explorador heeft enkele goede excursies, maar meer voor de natuurliefhebber. Zo zijn er excursies door het regenwoud waar de flora en fauna wordt uitgelegd. Je reist met een open jeep en stopt (veelvuldig) onderweg alwaar de gids je uitleg geeft over de planten, bomen en de dieren, die daar leven of te zien zijn. Voor vogelliefhebbers is de excursie ‘birdwatching’ aan te raden. Je gaat met een ervaren ornitológico op pad en alle benodigdheden (verrekijkers etc.) worden geleverd. Expediciones Explorador zit in Puerto Iguazú in Perito Moreno 217 1ste etage “B” of in lokaal 16, in de Galería Arcade bij het Sheraton Hotel Iguazú bij de watervallen. Is het volle maan dan organiseert het park ‘moonlight’ wandelingen. Vooral bij geliefden erg in trek. Kijk eens op de kalender als je hier bent.
De Braziliaanse kant Parque Nacional Foz do Iguaçu is de Portugese benaming van het nationale park aan de Braziliaanse kant en wat je zeker moet bezoeken. Hier krijg je het mooiste uitzicht over de watervallen en je kunt vrij dicht bij een enorme waterval komen, Salto Floriano, via een loopplank (pasarela). De bus uit Foz do Iguaçu stopt bij de ingang van het park waar een mooi modern bezoekerscentrum is voor alle informatie en een plattegrond. Daarvandaan vertrekt om de 10 minuten een shuttlebus, die je naar de watervallen brengt. Voor het Hotel dos Cataratas, met zijn koloniale uitstraling, heb je een platform en een spectaculair uitzicht over de watervallen. Je wordt al meteen verwelkomd (en lastiggevallen, want ze willen steeds wat te eten hebben) door grappige diertjes, een soort beertje met een lange spitse snuit; Coati (Nasau nasau) worden ze genoemd. Dit is de start van een mooie wandeling. Je neemt het wandelpad naar beneden en er zijn onderweg platforms om te genieten van het uitzicht, want dat is adembenemend. Je komt vanzelf uit bij Salto Floriano, het begin van de Garganta del Diablo, maar dan aan de andere kant. Dit is het mooiste gedeelte aan de Braziliaanse kant. Rondom deze enorme waterval is het één continu regengordijn van minuscule kleine drupjes. Want je wandelt langs een immens groot watergeweld, je wordt kletsnat en het is moeilijk foto’s te nemen, maar wel indrukwekkend. Er is ook een lift naar boven bij de Salto Floriano, waar je een prachtig beeld over de watervallen krijgt. Daar is ook Porto Canoas, een complex waar een grote souvenirwinkel is, restaurants en een breed terras met uitzicht over de rivier. Bij het restaurant Porto Canoas kun je heerlijk lunchen. Terug kun je weer met de shuttlebus. Bij de busterminal in Puerto Iguazú vertrekt elke 20 minuten een bus naar de stad Foz do Iguaçu aan de Braziliaanse kant, 28 km van de watervallen. Deze bus stopt bij de busterminal (Terminal Urbana), alwaar je de bus ‘Parque Nacional’ kunt nemen. De laatste bus terug van de watervallen naar Foz gaat om 18 uur. TIP: Je kunt ook informeren in de Argentijnse bus waar, na de grensovergang, de Braziliaanse bus naar de waterval stopt. Daar kun je dan uitstappen zodat je wat meer tijd wint en niet helemaal naar Foz do Iguaçu hoeft te gaan.
P O S A DAS EN O M STREKEN
De flora en fauna van het nationale park Iguazú Kenmerk van tropische wouden is de aanplant van veel bomen, maar geen grote verschillen in soorten. In dit park is het anders, zo ook aan de Braziliaanse kant. Want je ziet bijvoorbeeld op een halve hectare zo’n 120 soorten bomen, terwijl normaal er in dit soort bossen zes tot zeven zijn. Loop je enkele kilometers, dan tref je pas weer dezelfde boomsoort aan, dat maakt dit park zo uniek. De meeste bomen zijn 20 tot 30 m hoog. Veelvoorkomende bomen zijn: de lapacho met roze en gele bloemen, de pino paraná, die op de auracariaboom lijkt. Deze kan honderden jaren oud worden en groeien tot 40 m hoogte. De palo rosa, wordt ook wel de ‘ijscoboom’ genoemd, want de olie van de zaadjes wordt gebruikt voor het bereiden van ijs. Een aparte boom is de ibapoí, een soort vijgenboom. Totaal zijn er zo’n 2000 verschillende struiken, planten en boomsoorten geregistreerd. Het nationale park is natuurlijk het paradijs voor vlinders en vogels, zo’n 400 verschillende soorten, waarvan de toekan, de vliegende banaan wordt hij wel spottend genoemd, de beroemdste is. De meeste vogels zijn overdag nauwelijks te zien, net zo min als de tapirs, krokodillen en kleine apen die er leven. Dat komt deels door de hitte en het hoge vochtigheidsgehalte (90%). De kolibries, spechten en vooral de boyero’s daarentegen zijn wel de hele dag actief. Deze laatste zie je en hoor je overal. Het zijn zwarte vogels met een rode staart. Ze zijn enorm beweeglijk en bouwen hun nesten als een soort rieten mandje in de palmbomen, bovendien krijsen ze enorm.
❷ RONDOM POSADAS OBERÁ Vanuit Posadas is het goed te doen om een dagtrip naar de tweede grote stad van de provincie, Oberá, te maken. Gesticht in 1928 door Europese immigranten wordt het ook wel Capital Nacional del Inmigrante genoemd en het ligt 95 km ten oosten van Posadas. Nu telt de stad ruim 50.000 inwoners. Midden in de bossen hebben de Europeanen een welvarend stadje gesticht, dat leeft van yerba mate, katoen, citrusvruchten en houtindustrie. Er zijn tientallen nationaliteiten en 26 verschillende kerkgemeenschappen! De belangrijkste kerken zijn San Antonio, een quasigotische kerk, de Zweedse lutherse kerk Schönstadt en de Inmaculada C. de la Virgen Maria een kerk uit de Oekraïne. Er is een park, Parque de las Naciones, waar de huisjes staan van de meeste nationaliteiten die in de stad wonen. Hier wordt elk jaar op grootse wijze La Fiesta Nacional del Inmigrante (het nationale feest van de immigranten) gevierd. Het is een smeltkroes van Duitsers, Japanners, Italianen, Noren, Arabieren en Oekraïners. Totaal 17 verschillende
279
280
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
nationaliteiten komen in klederdracht bijeen. Er wordt voorgedragen, gezongen en gedanst in de landstaal en traditie en ook elk land biedt zo tijdens het festival z’n typische landsgerechten aan. Gedurende de eerste drie weken van september zie je de wereld broederlijk bij elkaar. Het park is elke dag open voor een bezoek. Er is ook een aardig museum, Museo Histórico y de Ciencias Naturales, waar je via foto’s een goed beeld krijgt hoe deze stad is ontstaan. Ook zie je kleding en voorwerpen van de eerste immigranten.Maar ook opgezette (exotische) dieren uit de provincie. Open van di. t/m zo. van 7-12 en van 15-19 uur. Op de hoek van Gob. Barreyro en J. Ingenieros. Twee blokken van dit park heb je op Italia hoek Alberdi, Jardin de los Pájaros. Het is een grote tuin waar tientallen exotische vogels te zien zijn uit de regio (o.a. de toekan). Elke dag open van15-19 uur. De belangrijkste (winkel)straten zijn Av. Sarmiento en Av. Libertad met in het midden schaduwrijke bomen. Het kan er ’s zomers zeer vochtig zijn en het regent er flink, dan kunnen de straten een behoorlijk modderbad worden met al die rode aarde.
Praktische informatie Oberá (03755) De toeristeninformatie is aan Plazoleta Güemes bij Av. Libertad. Open van 8-19 uur en in het weekend van 8-12 en van 15--19 uur. • De beste hotels zijn Premier (406171) in 9 de Julio 1164, waar je rond de E 25 voor een kamer betaalt. • Het andere is Cabañas del Parque (42-5295), comfortabel met restaurant en zwembad. Op de hoek van Ucrania en Tronador. Voor 2 personen is een cabaña E 50. • Aan de Av. Libertad en Sarmiento zijn de meeste restaurants. Zo heb je
i
El Lapacho in Av. Sarmiento 1230 of Enguëte in Nunez 340. • De busterminal is op de hoek van Av. J. Ingenieros en G. Barreiro. Er gaat elke dag een bus naar Pto. Iguazú bijna elk uur een bus naar Posadas (2 uur). • Er is een ACA servicestation op de hoek van Av. Sarmiento en San Luis. • Camping Salto Berrondo 8 km buiten de stad, richting Santa Ana op de Ruta 103.
Naar de watervallen van Moconá Na de watervallen van Iguazú zijn deze watervallen, los Saltos del Moconá, de belangrijkste van de provincie. Ze zijn moeilijk te bereiken, want daar naartoe is geen goede infrastuctuur en er zijn weinig andere faciliteiten. Maar het schouwspel is fantastisch en je kunt vanuit Posadas met een reisorganisatie daar naartoe. Ook met het openbaar vervoer is het (wel moeilijk) te bereiken.
P O S A DAS EN O M STREKEN
Je kunt het beste naar het dorpje El Soberbio, aan de Río Uruguay, gaan (283 km ten oosten van Posadas) en aldaar overnachten. In dit gehuchtje zijn ook agentschappen die alles voor je regelen om de watervallen te bezoeken, want zij liggen nog een De watervallen van Moconá goede 70 km ten noorden aan de Río Uruguay. De weg er naartoe is slecht, zanderig, modderig en met grind. Je wordt dan ook in een 4-weeldrive er naartoe gebracht. Maar als het lang geregend heeft kan het best zijn dat de weg op sommige plaatsen zwaar onder water staat en het zeer moelijk is om verder te rijden. De watervallen zijn 3 km lang en donderen tussen de 5 en 12 m naar beneden in een smalle gleuf, die zeker 120 m diep is. Ze liggen in het Parque Provincial Moconá (in de Guaraní-taal betekent het ‘een slok op’). Het is een fantastisch gezicht als je met de boot langs het watergekletter vaart, maar als je Iguazú al hebt bezocht is de spanning er toch wel een beetje van af. Op 4 km van het park ligt Refugio Moconá (03752-429-285), deze organiseert tochten naar de watervallen en door het park. Er is een uitstekend restaurant. Ze hebben een pakket van 3 dagen (alles inbegrepen) voor E110. www.refugiomocona. com In Posadas organiseert Guayrá Turismo Alternativo een tocht van 2 dagen naar Moconá (zie pag. 264). In Soberbio kun je overnachten in Hostería Puesta del Sol (03755 495-161 in Suipacha s/n). Een heerlijke rustige plek met ruime kamers en goede service. Je betaalt voor een 2-pers.kamer rond de E 30. Er is een zwembad en een restaurant. Zij organiseren met de boot vanuit Soberbio een dagtocht naar de watervallen en de omgeving. Mate Wat koffie of thee voor ons is, is mate voor de Argentijnen. Als wij ’s ochtends ons kopje koffie niet hebben gehad, kan dat ons humeur beïnvloeden. Ook bij de Argentijn kan de dag niet zonder mate beginnen. Dit zijn wel de enige overeenkomsten, want de wijze waarop het gedronken wordt is totaal anders, ook de smaak. Deze drank is wel zo verslavend als koffie, maar gezonder (er zit geen cafeïne in). Mate lijkt een beetje op thee, maar heeft een sterke bittere smaak en is stimulerend. Het wordt getrokken van bladeren (yerba), die kort gesteeld en glimmend zijn. Deze komen van de Ilex paraguarensis boom, die alleen in dit subtropische en vochtige gebied groeit. Het duurt ruim 25 jaar voordat de plant zich heeft ontwikkeld en er worden allerlei medicinale krachten aan verbonden, zoals rijk aan vitamines, tegen vermoeidheid en rustgevend.
281
282
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
De Guaraní-indianen kenden deze drank al voordat de eerste Spanjaarden kwamen en dronken het uit een kalebas, die zij mati noemden. In de provincie Misiones legden de jezuïeten toentertijd grote mate-plantages aan. Langzaam maar zeker kreeg mate onder de immigranten een grotere populariteit, zo zelfs dat het een eigen cultus heeft gekregen. Mate drink je in principe niet alleen, liefst met anderen. Het is een sociaal gebeuren. Want iedereen heeft een mate-stel, dat bestaat uit een uitgeholde kalebas, versierd met zilver of koper. Daar doe je de yerba (de blaadjes) in. Dan giet je er warm water in en laat het even trekken. Dan wordt er een zilveren pijpje (bombilla) in geduwd met een filter aan de onderkant om de blaadjes tegen te houden en zuigt men ‘mate’ op. Vaak zijn die bombilla’s prachtig versierd. Als je met meerderen bent en je hebt gedronken dan voeg je daarna zelf het water bij en bied je je naaste deze ‘gevulde’ kalebas aan. Voor buitenshuis neemt men een thermoskan mee. Vaak zie je in openbare gelegenheden (bus, trein, excursie) de mensen met thermosfles, kalebas, bombilla en een pak yerbamate samen gezellig keuvelend deze drank drinken. Het wordt trouwens ook in Para-guay en Uruguay gedronken, maar met minder ritueel. Zo’n mate-stel kun je overal kopen in de prachtigste uitvoeringen. Een leuke herinnering.
P O S A DAS EN O M STREKEN
EEN VERBLIJF OP EEN ESTANCIA RONDOM POSADAS EN IGUAZÚ • Estancia Santa Cecilia ligt bij het stadje Candelaria zo’n 30 km ten oosten van Posadas bij de RN 12. Het interieur is nog helemaal terug in de tijd toen deze estancia werd gebouwd, dat was in 1908. Er is een zwembad, internetaansluiting en je kunt er paardrijden. Alle maaltijden en drank zijn inbegrepen voor nog geen E 90,- per nacht. De estancia ligt in een mooie bosrijke omgeving. 03752-493018. www. santacecilia.com.ar • Las Mercedes ligt vlak voor het stadje Eldorado. Het was een Britse familie die in 1926 deze estancia liet bouwen. Nog steeds in bedrijf met veeteelt en yerba mate plantages, maar ook is er een gastenverblijf. De slaapkamers zijn ruim en er is een zwembad. Je kunt er paardrijden en kanoën. Voor een kamer vragen ze rond de E 80 per persoon inclusief ontbijt. 03751-431512 www.estancialasmercedes.com.ar • Posada La Bonita ligt tussen El Soberbio en de watervallen van Moconá. Een kleine, maar sfeervolle lodge, waar alle kamers ingericht zijn met het hout van de omgeving. Wat weer een aparte uitstraling geeft. Je kunt zwemmen in een meertje bij een mooie waterval. Er zijn excursies te paard met de kano of kajak. Een en al rust en de gerechten zijn allemaal uit de regio. Je betaalt voor een kamer rond de E 60 inclusief activiteiten en diner. 03755-15680380. www.posadala bonita.com.ar • Santa Inés ligt 20 km ten zuiden van Posadas en 2 km van de RP 105 aan de rand van een enorm subtropisch bos. De kamers hebben alle comfort en je kunt er ook een dagje komen kijken (vanuit Posadas worden excursies georganiseerd). De familie Nuñez ontvangt je hartelijk in hun mooie estancia. Voor een verblijf met volpension betaal je E 80 per persoon. 03752-436194. • Panambi Lodge ligt zo’n 50 km van Iguazú aan de oostkant van het nationaal park bij de Río Iguazú. Het ligt midden in het subtropische bos en je bent volledig een met de natuur. Er zijn excursies te voet of te paard door het bos, maar ook met de boot over de rivier. Het interieur is helemaal ontworpen met materiaal uit de omgeving en er is alle comfort. Voor E 75 is alles inbegrepen en je verblijf is als een vorst.
03757 15541579. www.panambilodge.com.ar • Yacutinga Lodge ligt ook aan de oostkant van het nationaal park bij de Río Iguazú, zo’n 40 km van het vliegveld van Iguazú. Deze lodge staat bekend om zijn eco-vriendelijke filosofie d.w.z. er worden uitgebreide wandeltochten door het immense subtropisch bos georganiseerd. Het gebouw en het interieur zijn samengesteld met materialen uit de omgeving en de maaltijden komen uit eigen biologische tuin. En toch krijg je alle comfort van deze moderne tijd, kortom een paradijs. De kamers zijn rond de E 80 met alles inbegrepen. Moeilijk om te komen zonder (goede) auto, maar ze kunnen je ophalen vanuit Iguazú. Verblijf is minimaal 2 nachten. www.yacutinga.com
283
284
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
6. Corrientes en omstreken Met de stad Resistencia en Los Esteros del Iberá De stad Corrientes is de hoofdstad van de gelijknamige provincie en het vertrekpunt naar een interessant natuurspektakel, Los Esteros del Iberá, een enorm water- en moerasgebied, zo groot als de helft van België. Het is met het natuurpark Pantanal in het zuidwesten van Brazilië uniek in Zuid-Amerika. Neem zeker enkele dagen de tijd voor een bezoek aan dit natuurgebied, niet alleen omdat het moeilijk te bereiken is, maar het is nog zo puur. Daar bedoel ik niet alleen de natuur mee, maar vooral de commerciële exploitatie, er is bijna geen toerisme. Je overnacht in goede hostería’s of estancia’s, maar je bent wel helemaal van de moderne wereld afgesloten. Dat merk je ook in de provincie, waar op het uitgestrekte platteland het leven nog rustig voortkabbelt. Corrientes is de provincie met legendes, mysteries en magische stromingen, mede doordat een groot deel van de bevolking niet alleen op het platteland woont, maar ook afstamt van de Guaraní-indianen. De mengeling van katholicisme en indianencultuur is hier net zo aanwezig als in het noordwesten van Argentinië. Niet voor niets wordt in het stadje Itati de grootste processie van het land gehouden. Maar de ‘heilige grond’ van Gauchito Gil of de beeltenissen van San La Muerte (de heilige dood), die je in Corrientes kunt bewonderen heeft meer met magie te maken. Niet voor niets was de Amerikaanse schrijver Graham Greene gefascineerd door deze merkwaardige verschijnselen. Maar het carnaval in Corrientes is het grootste en meest spectaculaire van Argentinië, en door al zijn pracht en praal sta je weer met beide benen op de grond. Resistencia is de hoofdstad van de provincie Chaco en de binnenstad staat vol met honderden beeldhouwwerken. Niet voor niets wordt het ‘de stad van de beeldhouwwerken’ genoemd. Maar ook heeft het een levendig cultureel leven, waarvan el Fogón de los Arrieros het bekendste is. Dit cultureel centrum heeft niet alleen een bonte verzameling aan kunst, maar er worden ook litteraire en muzikale avonden gehouden. Corrientes en Resistencia zijn niet zo bekende (toeristische) gebieden, maar waar ik je wel graag deelgenoot van wil maken.
C O R R I E NTES EN O M STREKEN
●
') ●
●
s $%!$
● $&
●
Es
r
er
●$! '"( "" '!$!
● $)#
%+
', ● )!/
● (&!$ aro Guayquír R.
$) ('(
●
●
ua
( "(!'(
●
Rí
ug
ay
R. M irin
rie nte s
●
Ur
●
or
●
"*' ', ●
● '(
Virasoro
$)-
● +
C R.
"+!) ●
●
' ''-
te
MISIONES
Est. San Lorenzo
●
ná
Río
ra
R. Sta. Lucía
Pa
● $! "
de
%+/●
"( ●
"" !()
●
á
o
SANTA FÉ
Posadas
●
R. A gua pe y
$!( ""#'
●
á
),!$
Nat. Park #%'
Paran
Río
y
Corrientes
PARAGUAY
))- ● ● $(#
l I b
N ▲ Resistencia ● ●
285
o
BRAZILIË N ▲
ENTRE RÍOS 0
50
100 km
WAT JE ZEKER NIET MAG MISSEN IN EN RONDOM CORRIENTES! 1. Een wandeling door de binnenstad van Corrientes. Pagina 286. 2. Een bezoek aan Resistencia, de stad van de tientallen beeldhouwwerken, en het rustieke eilandje Isla del Cerrito. Pagina 295. 3. Een bezoek aan het cultureel centrum, el Fogón de los Arrieros, in Resistencia. Waar een bonte verzameling aan kunst en andere voorwerpen te zien is. Pagina 292. 4. Los Esteros del Iberá een water- en moerasgebied, bijna zo groot als de helft van België. Een paradijs voor (water)vogels, maar waar ook kaaimannen, slangen, apen en grote capibara’s leven. Pagina 300.
286
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
DE STAD CORRIENTES Flaneren over de Costanera in dé carnavalsstad van Argentinië De stad Corrientes is de hoofdstad van de gelijknamige provincie met ruim 320.000 inwoners en is gelegen aan de Río Paraná, 900 km ten noorden van Buenos Aires. De stad werd gesticht op 3 april 1588 door de Spanjaarden, die vanuit Asunción naar beneden trokken. Eigenlijk heette de stad Vera de las Siete Corrientes, want de stichter van de stad San Juan de la Vera vestigde zich in deze bocht, waar in de rivier op zeven plaatsen rotspartijen uitlopen. Hier waren ze veilig en al het water- en wegverkeer vanuit Asunción moest toch hier langs komen. Gelukkig is nog veel in het centrum terug te zien van de oude koloniale glorie, want Corrientes is altijd een belangrijke handelsstad geweest. Een mooie wandeling is langs de Río Paraná over de Av. Costanera naar het park Mitre. Daarvandaan kun je goed de drie kilometer lange hangbrug naar Resistencia zien. Deze stad ligt 25 km verderop (zie pagina 291). Corrientes is ook bekend om zijn jaarlijkse carnaval. Wat Rio de Janeiro is voor Brazilianen, is Corrientes voor de Argentijnen. Vooral het weekend ervoor is het een groot spektakel met praalwagens, optochten en veel muziek. Maar ook Festival del Chamamé, half december, wordt steeds populairder. Het is een groot feest van folklore, muziek en dans rondom Plaza 25 de Mayo. En de muurkunst in de stad is vermaard, zo'n 70 'murales' (muurkunst) zijn er te bewonderen.
Een wandeling door de historische binnenstad Het mooiste plein van de stad is Plaza 25 de Mayo. Het heeft iets statigs met die prachtige overheidsgebouwen, fontijnen en het grote verschil met andere pleinen is, dat er rust is. Het is tevens een goed vertrekpunt voor een wandeling door het oude gedeelte van de stad. Allereerst de kerk, Iglesia Nuestra Señora de la Merced. En dan te bedenken dat de bouw in 1728 begon en door allerlei veranderingen en beslissingen zie je nu het resultaat uit... 1858! Er staat een prachtig altaar met veel mooi houtwerk en bladgoud, zeker de moeite waard om te bekijken. Op de hoek met Calle 25 de Mayo staat Casa de Gobierno, een gebouw uit 1886 met zijn typische Italiaans-Argentijnse architectuur. Als je dan deze straat wat inloopt kun je meteen de prachtige patio van dit gebouw binnenlopen. Aan de overkant van Fray J. de la Quintana is Museo de la Artesanias. In dit neokoloniale huis uit 1806 kun je veel keramiek en leren voorwerpen bekijken, die mooi bewerkt zijn door de indiaanse bevolking. Want er is een grote werkplaats waar je deze mensen geduldig ziet werken. Wat er ook te zien is, zijn kleine geraamtes gesneden uit hout en bewerkt met goud of beenderen, genaamd San La Muerte (de heilige dood). De plaatselijke bevolking geeft aan deze beeldjes een speciale occulte kracht, zodat de persoon die dit draagt een pijnloze dood zal krijgen. Ja, je bent in de provincie van de ‘zwarte magie’! Open van ma. t/m vr. van 8-12 en van 16-19 uur.
C O R R I E NTES EN O M STREKEN
De Amerikaanse schrijver Graham Greene heeft het in zijn novelle The Honorary Consul ook over Corrientes, vanwege de magische stromingen in dit gebied, mede door de Guaraní-indiaanse invloeden. Op het platteland kun je daar veel van merken, zoals Gauchito Gil (zie pag. 298). En bij Plaza de la Cruz tussen Salta en Belgrano staat de kerk La Cruz de los Milagros, waar een houten kruis (Santo Madero) wordt bewaard met miraculeuze krachten. Want sinds de eerste Spanjaarden hier in 1588 met dit kruis kwamen, heeft de inheemse bevolking geprobeerd het te vernietigen, wat ze nooit is gelukt. De laatste keer werden ze zelfs gedood door de bliksem, terwijl er geen wolken waren! De wandeling gaat verder via Fray J. de la Quintana tot aan Paseo Italiano en daar zie je aan je rechterhand een grote muurschildering, ’Monumento a la Gloria’. De Italiaanse gemeenschap bood het de stad aan. Het beeldt de geschiedenis uit van Corrientes sinds de koloniale tijd. Paseo Italia dat eens onderdeel was van een grote boulevard is nu een straatje met fonteinen en pergola’s. Als je Fray J. de la Quintana doorloopt naar de volgende hoek met Mendoza staat links een opvallende neogotische kerk, Convento de San Francisco. Die is gebouwd tussen 1861 en 1867 en die in 1959 geheel gerenoveerd werd. Hier liggen de plaatselijke bekendheden begraven. Je gaat verder via Mendoza richting 25 de Mayo, waar op nr. 530 een prachtig herenhuis staat, Sociedad Español, net een klein paleis. Na 25 de Mayo sla je bij San Juan linksaf en kom je in het mooiste gedeelte van de straat. Op nr. 637 is Teatro Oficial Juan de Vera en aan de overkant op nr. 634 Museo de Bellas Artes. Allebei zijn het fraai opgeknapte neokoloniale gebouwen uit eind 19de eeuw. Als het theater open is moet je zeker even naar binnen lopen, want het is de moeite waard!. Het werd in 1913 geopend en de hal is nog helemaal in Jungendstil, de oude glorie straalt er nog van af. Zomers kan binnen het dak open en kun je de voorstellingen onder duizenden sterren volgen! Helaas zijn de stoelen niet van optimale zitkwaliteit. Het museum bevat een vaste collectie van bekende nationale schilders zoals Fernando Fader en Benito Quinquela Martín, maar ook van lokale moderne schilders. De meeste zijn niet eens opgehangen en staan gewoon tegen de muren op de grond. Open van di. t/m vr. van 9-12 en van 17-20.30 uur. Zaterdag van 8-12uur. Vrij entree. Bij de volgende hoek ga je Pellegrini rechts in en zie je halverwege het mooiste neokoloniale gebouw van de stad, de Italiaanse sociëteit uit 1887. Nu loop je terug naar Mendoza en daar sla je rechtsaf richting 9 de Julio. Na Calle 9 de Julio wordt het drukker, want we zijn vlak bij de voetgangersstraat Junin. Bij Junin ga je naar links richting Plaza Cabral, op nr. 1607 zie je het opvallendste gebouw van de straat. Een prachtige façade met al die bogen en twee mooie patio’s vol met marmer en mozaïek. De voetgangersstraat Junin is een drukke winkelstraat, en komt uit op Plaza Cabral. Op dit plein staat het monument van Juan Bautista Cabral die het leven redde van de bevrijder van Argentinië José San Martín tijdens een gevecht. De kathedraal, een bouwwerk uit 1919, is niet zo interessant maar links ervan, Escuela M. Belgrano, is een opvallend neoclassicis-
287
288
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
tisch bouwwerk. Elke namiddag is er een aardige Feria de los Artesanos aan de overkant van de kathedraal. Bij Santa Fe ga je richting Costanera waar je uiteindelijk uitkomt bij Parque Mitre. Het is een groot park waar het vooral begin van de avond of zondagmiddag gezellig druk is met flanerende mensen, joggers en families, tussen de neoclassicistische prieeltjes, bogen en fonteinen. Een mooie wandeling terug is over de Costanera langs het water richting de grote hangbrug. De Costanera is het mooist en gezelligst vanaf Calle Tucumán tot aan Borgatti. Bij Tucumán is een mooi park, Parque Cruz de los Milagros, een van de zeven rotspartijen waar Corrientes naar is genoemd. Nu een heerlijk rustpunt waar je tussen de priëlen een prachtig uitzicht hebt over het water en de stranden. Vanaf hier wordt de Costanera steeds drukker en gezelliger, er zijn terrasjes, restaurants en de stranden zijn breed. Het gezelligste is het rondom het casino, waar ik je zou aanraden om ’s avonds op een van de vele terrasjes wat te gaan drinken of eten. Wil je iets over de historie van de stad weten dan raad ik je Museo Histórico in 9 de Julio 1044 aan. In een mooi gerestaureerd koloniaal huis uit 1780, krijg je een goed beeld van vooral de 19de en begin 20e eeuw te zien. Open van di. t/m vr. van 9-12 en van 17-19 uur. Zaterdag van 8-12 uur.
Praktische informatie Corrientes (03783)
i
Toeristeninformatie
Middenklassehotels
In 25 de Mayo 1330 bij het grote plein . Open van 7-13 en van 15-21 uur. In het weekend gesloten. www. corrientes.gov.ar
(2-pers.kamer tussen de E 30-40) • Hotel Orly (420-280) ligt in het centrum en is prima. San Juan 867. • Gran Hotel Turismo (433-174) met zwembad en prachtig gelegen aan de Costanera, op de hoek van 25 de Mayo en Entre Rios.
Hotels Eersteklashotels (2-pers.kamer tussen de E 50-60) • Guaraní (433-800) in Mendoza 970. Iets te duur, maar wel met alle faciliteiten, zoals restaurant en zwembad. • Hostal del Rio (436-100). Je hebt uitzicht over het water en je zit in een leuke buurt. Het ligt op de hoek van Placido Martinez en San Juan. Met zwembad en restaurant. • Hotel Corrientes (466-500) in Junin 1549 aan de Plaza Cabral is goed met een zwembad en een fitnessruimte.
Restaurants • El Mirador in Vera 1402. Een prima keuze uit vis- en pastagerechten. • El Solar, San Lorenzo 830, is een goede tenedor libre (selfservice) met een uitgebreide saladbar. • El Molino in Av. J. Pujol 1751 heeft een goede kaart met visgerechten. • Av. Costanera, vanaf het casino kun je ‘s avonds gezellig uit eten want er is keuze genoeg. Al die terrassen met
C O R R I E NTES EN O M STREKEN
lampions en kaarsen geven de zwoele zomeravonden een extra dimensie. In de weekenden is het er erg druk. • Las Brasas op de hoek van Costanera en San Martín, is een aanrader. Hier hebben ze heerlijke visgerechten.
Museum • Museo de Ciencias Naturales, gelukkig geheel gerenoveerd want het heeft een enorme collectie fossielen, insecten en opgezette dieren uit de regio. Te vinden in San Martín 850. Open van 9-12 en van16-20 uur.
Lunch/cafés • Het casino heeft een terras en je kunt er goed lunchen. Hoek Pellegrini en de Costanera. • El Solar de la Costa is prima voor een lunch of een drankje. Net om de hoek van de Costanera en Pago Largo. • Als laatste: Martha de Bianchetti op de hoek van Mendoza en 9 de Julio is een uitstekend café en patisseriewinkel. Erg populair en zeker doen!
Vervoer Vliegen Het vliegveld ligt 8 km ten oosten van de stad. Aerolineas heeft een busje, die je naar het centrum en de hotels brengt. • Elke dag één vlucht naar Buenos Aires met Aerolineas. Het kantoor vind je op Junin hoek Córdoba.
Bussen Specialiteiten van de streek Wat je zeker moet proberen is chipa, een soort cake. Maar die je wel warm moet eten. Of mamaipi een maïscake, een gerecht van de Guaraní-indianen. Dulche de mamon is een nagerecht en zeer zoet. Je eet het met kaas (een soort edammer of goudse, maar die hier uit Mar del Plata komt).
Festiviteiten Carnaval in Corrientes is door het hele land bekend. Enorme parades en bloemencorso’s, zijn er tot diep in de nacht. Daarna barst het feestvieren los. Tot dinsdagnacht wordt er gedanst in clubs, op straat en in cafés tot vroeg in de ochtend. Ook wordt er op grootse wijze een carnavalskoningin gekozen. Een ander belangrijk feest is rond 8 december of begin januari, Chamamé. Het is een typisch folklorefeest uit de regio met muziek en veel dans. Zeker de moeite waard als je er bent om er naartoe te gaan!
De busterminal ligt vrij ver buiten het centrum, aan de Av. Maipú. • Elke dag gaan minstens 8 bussen naar Buenos Aires (minstens 12 uur). • Naar Posadas gaan zeker 6 bussen per dag (4 uur). Daarvandaan zijn er verbindingen naar Iguazú en landinwaarts. • Wil je naar Mercedes, zo’n 10 bussen per dag (3 uur). • Naar Resistencia vertrekt bijna elk kwartier een bus, die stopt o.a. op de hoek van Junin en Salta of hoek Junin Costanera (bus Corrientes-chaco). • Naar Santa Ana neem je de bus no. 11 die stopt bij Plaza Cabral (30 min.). • Paso de la Patria vanaf de terminal vrijwel elk uur een bus. (1uur).
Autoverhuur • Avis is bij het vliegveld. Zo ook Localiza. • ACA servicestation is op de hoek van Mendoza en 25 de Mayo.
Reisbureaus • Monica Caceres Viajes in C. Pellegrini 1316 heeft goede excursies, o.a. naar Los Esteros del Iberá.
289
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
290
• Quo Vadis is ook goed en vind je in C. Pellegrini 1140. • Bonus Track, H. Irigoyen 1060 en in Av. San Martín 570, heeft een uitgebreid pakket aan excursies. Waaronder Los Esteros del Iberá.
• Eind april is er een grote Feria Provincial de Artesanias op Plaza 25 de Mayo. • Wasserrette is in Córdoba 623. • Eind april is er een grote Feria Provincial de Artesanias op Plaza 25 de Mayo.
Winkelen • Supermarkt Norte vind je in Junin 1336 en is elke dag open van 8-22 uur. Op zondagochtend van 9-13 uur. • La Cañita is een goede boekhandel, Mendoza 683. Zo ook Capitolo in 25 de Mayo 1015.
N ▲
P a r q u e M i t re
1
M
ar tí
n
3
ta
ne
ra
G
en
.S
Tucum án
an
os C
"'('
6 2
*$"
Junín
5
7
res
Buenos Ai
tti
Moreno
Salta
Belgrano
y
San Lorenzo
imon Bolívar
Plaza Cabral
Santa Fé
&')/& San Luís
Entre Ríos
Chaco
P. Largo
Don Bosco
Padre Bo ga
Misiones
%
4
Mendoza
'" ,&
Ave n Ge ida C n. S ost an an Ma era rtín
☎
Córdoba
da
'"&"
Rioja
Av en i
'$($$
,
San Juan
Parque Camba Cua
"')/&-
',$*"&)&
Catamarca
$.
',' &
Rivadavia
Avenida 3 de Abril
Avenida Gob. P. Ferré
Corrientes 1. Hotel del Río 2. Hotel Orly 3. Gran Hotel Turismo 4. Hotel Corrientes 5. Hotel Guaraní 6. Café Martha de Bianchetti Toeristeninformatie
C O R R I E NTES EN O M STREKEN
✭✭✭ TWEE MOOIE TRIPS VANUIT CORRIENTES ✭✭✭ Vanuit Corrientes kun je de eerste trip in een dag doen, de laatste naar Los Esteros del Iberá is voor meerdere dagen en zeker aan te bevelen. ❶ Resistencia is de hoofstad van de provincie Chaco aan de andere kant van de Río Parana. Maak er een dagtrip van alleen al omdat het totaal verschilt met Corrientes en je zeker een bezoek moet brengen aan het cultureel centrum Fogón de los Arrieros. ❷ Naar Los Esteros del Iberá, een enorm moeras- en watergebied bijna eenderde van Nederland. Het is een paradijs voor (water)vogels. Maar de wateren worden beheerst door kaaimannen, herten, slangen en capibara’s (dit zijn enorme knaagdieren). Je vertrekpunt kan zijn in het zuiden bij het gehuchtje Carlos Pellegrini met goede excursies en voorzieningen, of in het noorden op een estancia geheel afgelegen van de wereld.
❶ RESISTENCIA De stad van de beeldhouwkunst Resistencia is de hoofdstad van de provincie Chaco met ruim 350.000 inwoners en ligt 21 km ten westen van de stad Corrientes aan de andere kant van de Río Paraná. Naar Buenos Aires is het 1020 km. Het is er vaak vochtig en benauwd met zomerse temperaturen boven de 34 °C. De wintermaanden zijn aangenaam met een gemiddelde van 20 °C. Vanaf november tot april kan het er flink regenen. Resistencia werd gesticht in 1750 door de jezuïeten. Omdat het tot 1870 een grensplaats was, want toen werd de provincie Formosa aan Argentinië toegevoegd, trok het veel immigranten. Vooral Noord-Italianen kwamen hier naartoe. Er was toentertijd een grote hout- en leerlooierij-industrie van de vele quebrachobomen, die in deze provincie groeien. Begin van de vorige eeuw kwam de katoenindustrie tot ontwikkeling, wat ook weer immigranten trok, voornamelijk uit Midden-Europa. Je zult merken dat de stad vriendelijk en relaxed overkomt. Zij behoort zeker tot mijn favoriete steden, misschien ook wel omdat het er vol staat met prachtige beeldhouwwerken. De stad wordt dan ook een groot openluchtmuseum ('museo del aire libre') genoemd en terecht! Of misschien omdat het een goed nachtleven heeft. In ieder geval een stad die bruist van het leven!
Een wandeling door het centrum Plaza 25 de Mayo is het belangrijkste plein en het centrum. Het hele plein en eromheen staat vol met beeldhouwwerken (meer dan 250!), van klein en vrijwel onopvallend tot grote abstracte vormen. De meeste staan op een verhoging en zijn (gelukkig) niet beklad of beschadigd. Het plein op zich heeft niet die architectonische allure die de ‘oudere’ steden als Salta, Tucumán of zelfs Corrientes hebben. Zoals een imposante kathe-
291
292
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
draal, een cabildo (gemeentehuis) of een grote Casa de Gobierno, maar er zijn wel dezelfde activiteiten met alle drukte eromheen. Vooral eind van de middag rondom de fonteinen wordt het gezellig druk. Opvallend zijn wel de vele palm- en andere exotische bomen, zoals de bolle palo borrocha boom. Rondom het plein is veel laagbouw, die zoals gewoonlijk rijk is aan bankgebouwen. Het zuidelijke gedeelte tussen Calle Santa Maria de Oro en Rawson is het gezelligst met op de hoek van Alberdi een goede ijssalon, de bekendste van de stad: Heladería San José. De straten Alberdi, Perón en Maria de Oro zijn drukke winkelstraten, waar je ook op de trottoirs plotseling een verrassend beeldhouwwerk kunt zien. Vaak vallen ze (helaas) niet eens op, tussen al die winkelende mensen. Resistencia wordt daarom ook wel, la ciudad de los esculturas, genoemd. Dit gedeelte van de stad, dat merk je ook wel, is wat volkser, want aan de andere kant van het plein vanaf Yrigoyen en Av. Sarmiento proef je een andere sfeer. Een bezoek aan El Fogón de los Arrieros Wat je zeker moet bezoeken is El Fogón de los Arrieros, een huis met een bonte verzameling van kunst, prachtige (ingelijste) foto’s, beeldhouwwerken, sieraden, boeken en enorm veel kleine leuke voorwerpen (van vulpennen tot houtsnijwerk van het Paaseiland, van aanstekers tot een gevangenishemd uit Ushuaia, totaal meer dan 7500 voorwerpen!). In 1943 richtte de beeldhouwer Juan de Dios Mena met Aldo Boglietti een club op waar men luisterde naar gedichten en verhalen en daarbij werd er gezongen. Want Fogón de los Arrieros betekent ‘het kampvuur van de veedrijvers’. Daar is het gebruikelijk, dat op het einde van de dag rondom het kampvuur de veedrijvers bij elkaar komen om verhalen te vertellen of samen te zingen. Zo was ook hier de achterliggende gedachte, maar al spoedig kwamen er workshops en men mocht in natura betalen. Veelal in kunstwerken en zo ontstond er een soort museum, langzaam maar zeker werd het een belangrijk centrum voor lokale en later voor nationale artiesten (zoals Chagall en Soldi), wat goed te zien is aan de tientallen foto’s aan de muur. Het is nog steeds een privé-instelling en wordt gerund door een vereniging van artiesten, dus je donatie bij je bezoek is van harte welkom. Open ‘s ochtends van ma. t/m za. van 8-12 uur. ‘s Avonds van 21-24 uur is de bar open voor een drankje en een hapje. Zaterdagavond vanaf 21 uur kun je genieten van zang, livemuziek en een drankje. Veel kijken luisterplezier! In Almte Brown 350. 426-418.
C O R R I E NTES EN O M STREKEN
293
De winkels aldaar zijn stijlvoller, er zijn meer terrasjes, restaurants en mooie koloniale huizen. Wandel maar eens door de straten van Yrigoyen, Pellegrini en Almte Brown naar Av. Sarmiento. ’s Avonds heeft Güemes een goed nachtleven. Dat is het verrassende, want op het eerste gezicht is Resistencia een gewone provinciestad, maar die helemaal met zijn tijd meegaat, mede door het actieve culturele en universitaire leven. De wandeling in deze wijk gaat naar het culturele centrum Fogon de los Arrieros. Vanaf het plein loop je Güemes in tot de eerste hoek Almte Brown, daar ga je rechtsaf en dan is het op nr. 350 (zie kader hiernaast). Terug ga je via Pellegrini, want deze straat heeft enkele opvallende huizen, kijk maar eens op nr. 65 naar die privéschool. Terecht een fijne stad.
Praktische informatie Resistencia (03722) Toeristeninformatie Je hebt er een aan de Plaza 25 de Mayo in een mooi prieel. Open van ma. t/m vrij. van 8-20 uur. Zaterdag van 8-13 uur. Je kunt tevens terecht bij • Dirección Provincial de Turismo, in Santa Fe 178. Open van ma. t/m vrij. van 8-13 en van 14-20 uur. www. resistencia.gov.ar
Hotels Topklassehotel • Hotel American Casino Gala (452400) in J. D. Perón 330, niet ver van het centrum. Een nieuw vijfsterrenhotel met alle faciliteiten en enorme kamers. De prijs ligt rond de E 70. www.hotelcasinogala.com.ar
Middenklassehotel (2-pers.kamer tussen de E 25-35) • Hotel Covadonga (444-444) is aan te raden. In een leuke buurt, op de hoek van Güemes en Brown. Er is een zwembad en een prima ontbijtbuffet. www.hotelcovadonga.com.ar • Hotel Colón (422-861), eenvoudig in hartje centrum. Santa Maria de Oro 143. Vraag bij allebei een kamer aan de
i
achterzijde, vanwege het (uitbundige) uitgaansleven. • Gran Hotel Royal (444-466) in José M. Paz 299 is een goede middenklasser met een confitería. Grote kamers maar wel oubollig. www.granhotel royal.com.ar
Budgethotels • Residencial Alfil (420-882), Santa M. de Oro 495, waar je voor een kamer rond de E 12 betaalt. • Residencial Bariloche (421-412) in Obligado 239 is rustig goed en voor een kamer betaal je E 12.
Restaurants Wat ik al in de inleiding schreef is de buurt rondom Güemes, Brown en Pellegrini de plek waar het uitgaansleven zich afspeelt. Daar vind je de meeste restaurants. • Charly in Güemes 215 daar is het prima eten. Alleen het interieur is wat oubollig. Maar met een welkomstdrankje. Zondag gesloten. • Op de volgende hoek met Don Bosco is een chic en goed restaurant Kebon. Een aanrader.
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
294
• Don Abel is goed met heerlijke parrilla, zoals een 'Bife Don Abel'. In J. D. Perón 698. • Pizzeria La Recoleta is een leuke tent met een gezellige sfeer en goede pizza’s. Op de hoek van Av. Sarmiento en Rivadavia.
Cafés, bars • Wil je lekker lunchen of wat drinken dan raad ik je El Viejo Cafe aan. De gezelligste kroeg van de stad! Met terras. Het interieur bestaat uit oude spulletjes, van kroonluchters tot vergeelde fotootjes ingelijst en al aan de muur. Net alsof je bij grootmoeder thuis bent. Het is op de hoek van Yrigoyen en Pellegrini. • El Viejo Galéon is de bekendste kroeg voor jongeren. Groot terras, goede muziek en chopp!!! Op de hoek van Av. 25 de Mayo en Vedia. • Heladería San Jose is de grootste en bekendste ijssalon in de stad op de hoek van Alberdi en Plaza 25 de Mayo.
Musea • Museo Provincial de Bellas Artes, museum voor schone kunsten, Mitre 150. Als je van de kunst houdt die je op straat ziet, is dit museum aan te raden. Open van di. t/m vrij. van 8-12 en 18-21 uur. • Museo del Hombre Chaqueño in Juan B. Justo 280. In dit kleine museum is een goed overzicht van de kolonisatie en (hand)werk van de orginele bewoners, de Wichi- en Toba-indianen. Open van ma. t/m vrij. van 8-12 uur en 16-20 uur. • Museo de Ciencias Naturales is gehuisvest in het oude treinstation van de stad. Er is een grote collectie over de flora en fauna van de provincie. Elke zondag van 19-22 uur is er een kunsten rommelmarkt voor het station.
• Parque de las Esculturas ligt er omheen en is een grote verzameling van de meest uiteenlopende beeldhouwwerken. Hoek Av. Sarmiento en Pellegrini.
Postkantoor Het postkantoor is op de hoek van Av. Sarmiento en H. Irigoyen bij Plaza 25 de Mayo.
Supermarkten • Norte is op de hoek van Juan D. Perón en Av. Alberdi.
Vervoer Bussen • De busterminal ligt redelijk ver uit het centrum. Op de hoek van Av. Malvinas en Av. Mac Lean. Modern met alle comfort van winkeltjes, confitería’s en een goed informatiecentrum. • Zeker 10 bussen per dag gaan naar Buenos Aires (15 uur). Naar Formosa, vrijwel elk uur (2 uur). Naar Roque Sáenz Peña 6 per dag (ruim 3 uur). • Naar Salta één bus, die er 13 uur over doet. 4 bussen per dag naar Asunción (de hoofdstad van Paraguay, 5 uur). • Naar Corrientes gaat Empresa Chaco-Corrientes en vertrekt tussen Illia en Juan B. Justo op Alberdi. Ook op de hoek van Av. Sarmiento en Irigoyen bij het postkantoor.
Vliegen • Aerolineas heeft elke dag twee vluchten naar Buenos Aires. In het weekend een vlucht. • Het kantoor van Aerolineas is op Frondiz hoek J.B. Justo.
Autoverhuur • Avis is op het vliegveld.
C O R R I E NTES EN O M STREKEN
Entre Rios
Corrientes
Pueyrredon
Plaza
Mitre
Lopez y Planes
Plaza Belgrano
★7
Colon French
ACA
Avenida San Martin
Avenida Italia naar Santa Fe / Corrientes
➤
Arbo y Blanco
Avenida Paraguay
Brown
H. yrigoyen
Carlos Pellegrini
Ayacucho
Colon French
Guemes
Don Bosco
Roque S. Pena
3 ★ Avenida 9 de Julio
José M. Paz
Juan B. Justo
★2
Rioja Saavedra
Avenida Sarmiento
25 de Mayo Rawson
Avenida Rivadavia
Plaza 12 de Octubre
R. E. de San Martín
Santa Fe
★ 4
Liniers
M. T. de Alvear
Gen. Vedia
Julio A. Roca
Necochea
Santa Maria de Oro
Antartida Argentina
Avenida Roque Peña
6 ★
N ▲
Avenida Wilde Avenida 25 de Mayo
Juan de Perón
Obligado
1★
Donovan
Avenida Alberdi
Franklin
➤
Salta
5 ★
Posadas
naar Pres. R. S. Pena/ Formosa
Avenida Hernandarias Plaza 9 de Julio Santiago del Estero
Avenida Moreno
Jujuy
Esteban Echeverria
295
Monteagudo
Resistencia 1. American Gala Casino Hotel 2. Gran Hotel Royal 3. Hotel Govadonga 4. Hotel Colón 5. Residencial Alfil 6. Residencial Bariloche 7. El Fogón de los Arrieros Toeristeninformatie
RONDOM RESISTENCIA Isla del Cerrito Op een kleine 60 km ten oosten van Resistencia bevindt zich Isla del Cerrito, een eiland op de kruising van de río Paraná en Río Paraguay, 120 km2 beschermd gebied. Hier ligt het gehuchtje Cerrito, dat rond 1870 een fort was van de Argentijnse marine. Want aan de overkant kun je Paraguay zien liggen. De officiershuizen en de gemeenschappelijke ruimtes zijn nu ruim 100 jaar later opgeknapt en gerestaureerd. Dit gehuchtje is een waar ‘weekendparadijs’ geworden voor de bewoners van Resistencia en Corrientes. Het is er heerlijk rustig, je kunt er watersporten, wandelen en wat alle Argentijnen doen, een asado (Argentijnse barbecue) opzetten. Er zijn speciale stenen tafels en haarden waar
296
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
je kunt barbecuen. Maar het dorpje is voor de bezoeker een verrassing. Je krijgt het gevoel dat je in het zuiden van de Verenigde Staten bent. Meer een dorpje aan de Mississippi, zo op een zwoele warme namiddag, wanneer de eerste krekels zich laten horen en waar de oude bewoners in doorgezakte stoelen op grote veranda’s zitten. Waar opa een pijp rookt en oma zacht de kat op haar schoot aait. Nee, je bent hier niet aan de delta van de Mississippi, maar aan de delta van de Río Paraguay en Río Paraná in Cerrito, waar de meeste huizen met grote veranda’s eromheen worden opgeknapt en waar je een terug-in-de-oude-tijdgevoel krijgt. Er rijdt zelfs een primitief treintje door dit gehuchtje. Het grootste evenement op het eiland is La Fiesta Nacional de Pesca del Dorado rond het eerste weekend van september. Enkele keren per dag gaat Empresa Bula Tur van en naar het eiland. Ze stoppen in Resistencia op de hoek van Juan B. Justo en Alberdi. Zondag is er maar één bus heen en terug.
Nationaal park Chaco Dit park is 150 km2 groot en je ziet hier precies het landschap dat bij de provincie Chaco hoort: palmbomen, moerassen en veel bomen als de quebracho, de algarrobo, en de lapacho (in de lente prachtig van kleur). Al deze bomen kunnen zo’n 20 m hoog worden, want de jaarlijkse regenval is zo’n 1200 mm en de gemiddelde zomertemperatuur is 26 °C. Wat dieren betreft heeft het park prachtige vogels, slangen en apen. In het midden van het park zijn twee meertjes waar het heerlijk rustig vertoeven is en je o.a. reigers met grote kuiven ziet. Een echte aanrader vind ik dit park niet, maar wil je het toch bezoeken, doe het dan in de maanden april tot november, want in de zomer stikt het er van de muggen, die zéér vervelend kunnen steken en is dan is het er heet en vochtig. Bij de parkwachters (quardaparques) kun je een wandelroute krijgen. Deze brengt je naar Laguna Carpincho, een mooi gedeelte van het park (ruim 2 uur wandelen), en Laguna Yacaré (1,5 uur), waar een quebrachoboom (el Abuelo) staat van meer dan 500 jaar oud! Als je met wat geduld bij de uitkijkpost wacht kun je af en toe eens een nieuwsgierige yacaré (een alligator) zien. Ook kun je bij de parkwachters fietsen huren. Het park ligt 115 km ten westen van Resistencia en je kunt het moeilijk met het openbaar vervoer bereiken. Als je met de auto gaat, neem je de RN 16 richting Roque Sáenz Peña. Vlak voor het dorpje Escondida heb je een afslag, de RP 9, naar het park (staat aangegeven). Vanaf het laatste dorpje Capitan Solari rij je de laatste kilometers over een zanderige weg. Na hevige regenval is deze weg wel een grote modderpoel. Vanuit Resistencia, viermaal per dag een bus (empressa La Estrella) naar Capitan Solari (2,5 uur) en terug. Dan is het nog een eind lopen (5 km). Er is een remise in Capitan Solari die je naar het park kan brengen. Er zijn kampeermogelijkheden bij de parkwachters, vlak bij de ingang met douches en kookgelegenheid, maar erg basic. Er zijn ook excursies vanuit Resistencia naar dit nationale park. www.parque nacionales.gov.ar
C O R R I E NTES EN O M STREKEN
297
❷ LOS ESTEROS DEL IBERÁ Naar een mysterieus natuurspektakel Vanuit Corrientes richting het zuiden ga je via de RN 12 en RP 123 landinwaarts naar de stad Mercedes, het vertrekpunt naar het dorpje Carlos Pellegrini en het natuurgebied Los Esteros del Iberá. Als je op eigen gelegenheid gaat stop dan eerst in het stadje Empedrado, 40 km ten zuiden van Corrientes aan de RN 12. Deze weg ernaartoe wordt ook wel het ‘toeristische balkon’ van Corrientes genoemd. Begrijpelijk, want je gaat naar een mooi gebied, waar de bewoners van Corrientes vaak hun weekenden of vakantie doorbrengen. Het stadje Empedrado heeft als bijnaam ‘Winterstad’, want er heerst hier het gehele jaar door een behaaglijke temperatuur. In 1739 werd ze geheel verwoest door de indianen en pas in 1825 opnieuw opgebouwd. Wandel van Calle San Martín naar het strand of naar Hotel de Turismo, want je staat daar 60 m hoger dan de waterspiegel. Het zijn prachtige roodachtige zandkliffen, imposant gevormd door regen, erosie en wind en ze worden Barrancas genoemd.
MERCEDES Mercedes ligt een kleine 270 km ten zuidoosten van Corrientes, en is een benauwd nietszeggend stadje met temperaturen die ‘s zomers makkelijk kunnen oplopen tot boven de 40 °C. Als je met het openbaar vervoer bent
Praktische informatie Mercedes (03773) Toeristeninformatie is bij de ingang van de stad bij de kruising van de RP 123. Ze hebben vrij weinig informatie. • Het beste hotel is La Recova (422400), modern met goede ruime kamers en een prima restaurant. Alleen is alles een beetje gehorig. Je betaalt rond de E 30 voor de beste kamer. Fray Luis Beltran 1110. • Delicias del Ibera (422-508) is een leuk klein jongerenhotel waar ze ook maaltijden bereiden. Tevens hebben ze toeristeninformatie. J. Pujol 1162. • Hotel El Sol in San Martín 519 (4202830) is eenvoudig, centraal gelegen, met een mooie bloemrijke patio.
i
• Een aardig restaurant is Chirola op de hoek van J. Pujol en Sarmiento. Aan de overkant is een leuk café, Casino Café. • De busterminal is in Av. San Martín hoek El Ceibo. 5 bussen per dag naar Buenos Aires, 6 per dag naar Corrientes. Er gaan 2 bussen naar Carlos Pellegrini. Empresa Rayo Bus vertrekt rond 11.30 uur tegenover Delicias del Ibera op J. Pujol (de rit is ruim 3 uur). • Pinnen kun je bij Banco de la Nacion op de hoek van Av. San Martín en Rivadavia.
298
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
om door te gaan naar Los Esteros del Iberá zul je vanwege de aansluitingen een nacht hier moet blijven, en veel is hier niet te doen. Ik zou je zeker aanraden om naar een van de merkwaardigste ‘pelgrmsoorden’ van Argentinië te gaan, die van Gauchito Gil zo’n 9 km buiten de stad aan de rand van de RP 123 (zie kader). Het dagelijkse leven in Mercedes speelt zich voornamelijk af rondom Plaza 25 de Mayo en Calle Juan Pujol. De legende van Gauchito Gil Vlak voor de stad Mercedes, langs de Ruta Provincial 123, kom je een opvallend verschijnsel tegen: Santuario del Gaucho Gil, de gewijde grond van gaucho Gil. Hier liggen de relikwieën van een legendarische gaucho in een rode tombe. Het is een merkwaardig folkloristisch spektakel. Maar eerst gaan we terug naar 1879. Gaucho Gil was een deserteur en ondergedoken in dit moerasgebied. Daar beroofde hij de rijken en gaf de opbrengst aan de armen. Na jaren werd hij gevangengenomen en onthoofd. Nu vertelt de legende dat vlak voor de onthoofding gaucho Gil tegen de politieman zei dat zijn zoon erg ziek was en geholpen moest worden. Toen plaatste deze politieman na de onthoofding er een kruis en bad dat zijn zoon gered zou worden. Aldus geschiedde. Wat je ziet is hetzelfde als in de provincie San Juan met La Difunta Correa. Zo’n verhaal gaat dan een eigen leven leiden en krijgt een miraculeuze aantrekkingskracht op de mensen. Er worden allerlei voorwerpen, ‘relikwieën’ of persoonlijke spullen bij de ‘gewijde grond’ neergelegd. Van auto-onderdelen tot kledingstukken, van familiefoto’s tot zwaarden etc. en zo zie je er van alles. Zo kun je er ook van alles kopen, van ‘souvenirs’ van gaucho Gil (zie foto) tot gegrild vlees. Op 8 januari, de dag dat hij gedood werd, is er een enorme processie met tienduizenden aanwezigen.
COLONIA CARLOS PELLEGRINI Dit is een rustig dorpje met een paar honderd inwoners, gesticht in 1923, dat aan de Laguna Iberá ligt, 120 km ten noordoosten van Mercedes. Je bent aan de zuidkant van dit gigantische water- en moerasgebied. Hier is het beste vertrekpunt voor excursies door dit natuurgebied. In Carlos Pelligrini is niet veel te doen, alle wegen zijn van zand en je gaat tientallen jaren terug in de tijd. In dit dorpje is vrijwel geen televisie, geen kiosk met kranten, geen openbare telefoon en de meeste mensen leven in eenvoudige lemen huisjes, daar omheen hebben de koeien en paarden een vrij leven. Als je hier enkele dagen vertoeft merk je wel dat de levensstijl in dit dorpje nog vrij onbedorven is en je de ‘geneugten’ van het moderne leven eigenlijk helemaal niet mist! Hier ontmoette ik Estrella, een jonge
C O R R I E NTES EN O M STREKEN
299
moderne vrouw uit Buenos Aires, die haar leven aldaar verruilde voor het leven in Carlos Pellegrini. Sinds enkele jaren getrouwd met een autochtoon en elke dag weer geniet van wat op haar pad komt in dit volstrekt afgelegen dorpje. In de zomer kan het er zeer benauwd en warm zijn, temperaturen van rond de 40 °C zijn heel gewoon. Doordat alles hier nog puur natuur is, is Carlos Pellegrini uitgeroepen tot ‘Villa Ecológica’. Bij het begin van het dorpje staat El Centro de Interpretacion waar de parkwachters zijn, een ontvangsthal en informatie over dit gebied. Elke dag open van 7.30-12 uur en van 14-18 uur. Je hebt er goede informatie van dit gebied. Het dorpje heeft een centraal plein, enkele kruidenierswinkeltjes, twee eenvoudige restaurantjes en een discotheek voor de zaterdagavond, waar de jeugd dan naartoe stroomt. Een leuke wandeling is naar het kerkhof waar in deze streek traditiegetrouw je bij je graf dan politiek ‘kleur’ bekent. Zo zie je dan rode, witte en blauwe (allemaal politieke richtingen) grafzerken. Tegenover de informatiehal is een bos met redelijke wandelpaden en als je rustig en stil wandelt kun je de apen zien zitten. Het beste is om bij een van de onderstaande hostería’s te boeken, want niet alleen zijn in de prijs alle maaltijden inbegrepen, maar ook de excursies.
Praktische informatie Carlos Pellegrini (03773) Hostería Ñandé Retá (499-411) www.nandereta.com Je betaalt voor een verblijf E 50 vol pension met excursies per persoon. Deze hosteria ligt aan het begin van het dorp (tussen Calle 6 en 27) met een grote tuin en heeft alle comfort dat mogelijk is in dit dorpje. Een aanrader • Hostería Aguapé (499-412) www. iberaesteros. com.ar. Deze ligt meer naar de waterkant, maar de tuin is minder beschut als Ñandé Retá. Prima kamers met alle comfort en ook hier dezelfde prijs per persoon. • Posada de la Laguna (499-413) www.posadadelalaguna.com. Ligt tussen de twee bovenstaande hostería’s in, ook aan de waterkant. Qua comfort en prijs hetzelfde als de andere hostería’s. • Enkele goedkopere en goede hospedajes zijn: Rancho Ypa (420-155) op Capivára vrijwel bij het begin van het
i
dorp. Is een nieuw hotel, helemaal in de stijl gebouwd van de streek. Rancho Iberá op de hoek van Caraguáta en Yaguareté en Hospedaje Iberá op de hoek van Ysypó en Ysoyndy hebben allebei kookgelegenheid en organiseren excursies naar de laguna. De eerste heeft eenvoudige moderne kamers, de tweede is meer familiehuis. • Een camping is net links over de brug, maar is erg basic en er zijn weinig voorzieningen. • Je kunt er niet pinnen en de enkele restaurants (comedor) zijn zeer eenvoudig met weinig keuze. • Confitería Joel is de beste met zaterdagavond dansen! • De bus (Empresa Rayo Bus) vertrekt elke dag om 4.30 uur (!) ‘s ochtends naar Mercedes. Wel kun je met • Agencia Guayrá (03752- 433-415) in Posadas vrijwel elke dag terug naar Posadas (reistijd 3 uur).
300
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Verblijf aan de noordkant van Los Esteros del Iberá Wil je de noordkant van Los Esteros del Iberá bezoeken dan zijn er maar twee opties, de eerste is een verblijf op estancia San Juan Poriahú dat niet ver van het dorpje Loreto ligt. De andere estancia is San Lorenzo aan de noordoostkant niet ver van de Laguna la Luna.
Estancia San Juan Poriahú Deze estancia ligt ruim 200 km ten zuidoosten van Corrientes vlak bij Loreto. Dit gehuchtje ligt zo’n 30 km ten zuiden van de RN 12 aan de eerste afslag na Itá Ibaté. Een mooi gelegen estancia, waar je in alle rust enkele dagen kunt verblijven. Er zijn excursies per boot, per jeep en te paard. Tweemaal per dag ga je op excursie en je hebt een slaapverblijf met prima kamers voor E 60 per persoon per dag inclusief eten en excursies. 03781-15-698674 of 011-479-1951. Open van maart t/m december. Je kunt in Corrientes bij een reisagentschap het vervoer en het verblijf regelen (zie pagina 290). Estancia San Lorenzo Deze estancia ligt tussen Laguna la Luna en Laguna Galarza niet ver van de RP 37. Op deze estancia ga je terug in de tijd. De (slaap) kamers zijn nog in grootmoedersstijl, maar zeer smaakvol. José en Marta, de uitbaters, zullen er voor zorgen dat je er een prima tijd hebt. Je betaalt (als je ook opgehaald moet worden uit het stadje Virasoro) per persoon met excursies en vol pension E 70. Met eigen vervoer E 60. Je kunt via een reisagent in Posadas het verblijf en het vervoer daar naartoe regelen (zie pagina 264). Je kunt ook met de bus naar Gdor. Virasoro (driemaal daags vertrekt er vanuit Posadas een bus richting Buenos Aires en deze stopt in Gdor. Virasoro) en daar kun je opgehaald worden. 03756-481-292 of 15-615712. www.sanlorenzo.com Los Esteros del Iberá Los Esteros del Iberá is een enorm subtropisch water- en moerasgebied van 13.000 km2 groot (bijna de helft van België!). Men vergelijkt het wel met zijn grotere broer Pantanal in Brazilië, dat tegen de Boliviaanse grens aan ligt. Het vindt zijn oorsprong in het oude rivierengebied van de Río Paraná, want hier stroomde eens deze rivier maar door aardverschuivingen bleef er een dal over dat door hevige regenval volliep. Nu duizenden jaren later is het grotendeels moerasland met grote lagunes (meer dan 60), hoger gelegen vlaktes waar zelfs vee gehouden wordt en veel kleine riviertjes. Dit beschermde natuurgebied heeft een lengte van 270 km en een breedte van 20 tot 140 km. Je kunt deze ‘Biesbosch’ van Argentinië bijna alleen per boot bezoeken en het enige wat je ziet is water en nog eens water met riet en af en toe drassig grasland. In dit watergebied leven ruim 250 verschillende vogelsoorten, die je ook volop kunt horen en zien. De garza mora (blauwe reiger) en bueyera zijn in groten getale aanwezig. De laatste herken je aan zijn rode kuif en snavel. Maar ook de federal (zie foto), en de grappige jabiru.
C O R R I E NTES EN O M STREKEN
De wateren worden beheerst door kaaimannen (yacaré overo en el negro), waterslangen en schilpadden. Op het grasland, tussen het hoge riet, leven vreemd genoeg herten (el ciervo de los pantanos) en een kruising tussen een wolf en een vos, de aguara guazú. Maar het is ook het paradijs van de carpincho, de capibara (zie foto), die hier tot de grootste ter wereld behoort. Als je op excursie gaat neem dan wel een verrekijker of een goede telelens mee, want de gidsen brengen je naar mooie plekken waar je de beesten en vogels goed kunt bekijken. De beste maanden om te gaan is van maart tot en met mei en van september tot december, want de zomermaanden zijn zeer heet en vochtig en in de wintermaanden zijn de nachten lang en de beesten laten zich dan weinig zien. Vroeger toen de eerste Spanjaarden kwamen leefden hier de Caracarás-indianen. Zij zouden klein van postuur geweest zijn met abnormaal brede voeten om zich in het moerasgebied beter te kunnen voortbewegen. Zij kenden prachtige legendes over dit watergebied. Zo zijn er verhalen over reusachtige slangen met twee koppen, die een hele koe konden verslinden of reuzenkikkers die hun kinderen roofden, maar ook van eilanden die konden ‘zwemmen’. Zelfs de lokale bevolking heeft eeuwenlang dit merkwaardige verschijnsel als iets spookachtigs gezien. Toch is er een verklaring voor, zodat je met een gerust hart een excursie kunt maken. Want deze ‘zwemmende’ eilanden zijn op natuurlijke wijze ontstaan. Er zijn ontelbare waterplanten en vele hebben hun wortels tot op de bodem; andere groeien net onder het water. Langzaam groeit deze vegetatie als een mat aan elkaar. De wind voert stofdeeltjes aan, totdat er een relatief dikke bodemlaag ontstaat. Zo kunnen er op deze grasmatten struiken en bomen groeien. Een straffe wind kan deze eilanden van hun verankering afrukken en dan vormen de bomen een soort zeil. Dat is het geheim waarom de eilanden heen en weer ‘varen’. Als je in het begin van de avond met een bootje over de lagune vaart dan krijgt het woordt Iberá, dat in de Guaraní indianentaal ‘glinsterend water’ betekent nog een extra dimensie. Met lichtkevers die door de lucht zweven, het kwaken van kikkers en af en toe een schreeuw tussen het hoge riet, kun je je dan voorstellen wat de bewoners dachten toen ze de ‘zwemmende’ eilanden zagen?
301
302
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
7. Mendoza en omstreken De wijnbodega’s, de stad San Rafaël en de Cañon del Atuel De stad Mendoza, de hoofdstad van de gelijknamige provincie, wordt ook wel het Bordeaux van Zuid-Amerika genoemd. Want je bent in dé wijnprovincie van het land, vrijwel alle bekende wijnhuizen zijn hier gevestigd. Hoewel slechts 20% van de grond in deze provincie is gecultiveerd is daarvan 40% wijngebied. De oorspronkelijke bewoners waren de Huarpes-indianen. Zij hebben eeuwen geleden al een irrigatiesysteem bedacht om de droge harde grond vruchtbaar te maken. Zij hadden een systeem ontwikkeld, dat dooiwater van de bergen naar de akkers liet vloeien. De Spanjaarden namen dit systeem in de 16e eeuw over en daarna heeft het eeuwenlang goed gefunctioneerd. Nu is in de provincie Mendoza meer dan 500 km waterirrigatie aangebracht. Er zijn Incatrails gevonden in het Andesgebergte, niet ver van de stad Mendoza, waar Incavorsten hun badhuizen hadden, die werden gevoed door thermale bronnen uit de bergen. Daarom komt hier ook het bekendste spawater van Argentinië vandaan, Termas de Villavicencio. Voor alpinisten, pardon zij heten hier andinisten, heeft de provincie de hoogste berg van Zuid-Amerika, de Aconcagua van 6959 m. Een gewilde berg voor klimmers, maar ook de vulkaan Tupungato (6570 m) wordt steeds meer een uitdaging. Het fijne van Mendoza is, dat je deze streek het gehele jaar door kunt bezoeken vanwege de heerlijke temperaturen en het droge klimaat. Ook in de winter is het mild en rondom het Andesgebergte zijn volop wintersportmogelijkheden. Las Leñas, niet ver van de stad San Rafael onder Mendoza, is hét skioord van Argentinië. Iedereen die een beetje bekend is in Argentinië en Zuid Amerika gaat hier op wintersport. Ik neem je nu, vergezeld van een goed glas rode mendozawijn en wat heerlijke olijven mee naar de hoofdstad Mendoza: Bienvenida a la Tierra de Sol y buen Vino!
M E N D OZA EN O M STREKEN
SAN JUAN
➤
naar San Juan 40
Co. Aconcagua 6959 m
N ▲
Nat. Park Aconcagua
h
● Uspallata Las Heras
Las Cuevas
❋ ●
Grl. Lavalle
Nat. Park
7
6800 m
➤ ● La Paz Tu nu yá n
nd es
naar San Luis
➤
I
146
143
iamante Río D
▲
Río Diamante
San Rafael
● ●
S
40
Cordil
U
● Pareditas Volcán Malpo
▲ 5323 m
L
lera de l os A
Río
● Tunuyán
yán ● San Carlos u nu Río T
CHILI
naar San Luis
Rivadavia
▲ Co. Tupungato
N
h Tupungato
A ro de ua Río Desag
Río Mendoza Po. d. l. Cumbra
●
●
● Mendoza ● ● Maipú ● San Martín ●
Luján de Cuyo
S
ndes e los A Cordillera d
303
● Monte Comán
Rincón del Atuel
5189 m Las Lenas
Río
ue At
●
● Malargüe Co. Campanário
l
● El Nihuil Emb. del Nihuil
Co. Nevado ▲ 3810 m Lag. Llancanelo
●
188
el Río Atu
●
Grl. Alvear
173
144
El Sosneado
▲ Co. Sosneado
▲ 4049 m
▲
e
r and Río G
Po. Maule
❋ 2500
40
Co. Payún 3680 m ▲
L A PA MPA
N ▲
WAT JE ZEKER NIET MAG MISSEN IN EN RONDOM MENDOZA! 1. Een wandeling door de stad Mendoza, dan ‘s avonds dineren op een van de vele terrassen in de binnenstad. Pagina 304. 2. Een bezoek aan Puente del Inca, een natuurlijke gevormde brug op ruim 2700 m hoogte, diep in het Andesgebergte. Pagina 320. 3. Naar het stadje Maipú, waar enkele beroemde bodega’s staan, niet ver van Mendoza. Pagina 315. 4. Cañon del Atuel ten westen van de stad San Rafael. Een fantastisch landschap rondom twee kunstmatige meren. Pagina 325. 5. Voor de sportievelingen is raften bij het gehuchtje Potrerillos een must! Pagina 319.
304
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
DE STAD MENDOZA Dé wijnstad van het land De stad Mendoza werd gesticht op 12 maart 1561 door Don Pedro del Castillo. Hij droeg de naam van de stad op aan de gouverneur van Chili Hurtado de Mendoza, want tot 1776 zijn Mendoza, San Juan en San Luis Chileens geweest. In januari 1817 vertrok generaal José San Martín vanuit deze stad, met een bevrijdingsleger van 4000 man, over de Andes naar Chili om dat land ook te bevrijden van de Spaanse overheersing. Tot aan 1884 bleef Mendoza grotendeels geïsoleerd van de rest van het land, maar toen er een spoorweg naar Buenos Aires werd aangelegd ontwikkelde Mendoza zich al snel tot een handelsstad van wijnen en olijven. Vanaf die tijd vestigden zich hier vele immigranten, vooral Italianen. In 1985 werd de stad getroffen door een aardbeving. Dit hele gebied tot in Chili heeft een vrij gevoelige aardlaag. Gelukkig waren er niet veel slachtoffers, maar de schade aan de huizen was enorm. Al eerder, in 1861, werd de stad vrijwel geheel verwoest door een zware aardschok en de vele branden als gevolg daarvan. Bijna alle mooie koloniale gebouwen zijn toen met de grond gelijkgemaakt. De Fransman Jules Ballofet, stadsarchitect, werd toen ingeschakeld en hij ontwierp de brede lanen, lage huizenbouw en rond het centrale plein vier kleinere pleinen, die de stad een weidse indruk gaven. Dus je komt in een vrij moderne, open stad met een aangename atmosfeer. Alles is er ruim opgezet en de lucht is nog puur. Toch telt groot Mendoza zo’n 700.000 inwoners. De binnenstad is druk zoals dat hoort, maar het is een gezellige én relaxte drukte. Het centrum ligt rond Plaza Independencia met de voetgangersstraat Sarmiento en de avenida’s San Martín, Las Heras en Colón. Ook de moeite waard is het Parque San Martín. Het is een groot park met een meer en een heuvel, Cerro de la Gloria, waar je een prachtig uitzicht over de omgeving hebt. Een verblijf van drie of vier dagen, met excursies rondom Mendoza, is aan te bevelen want er is veel te zien!
Eerst een wandeling door het centrum Maar eerst de stad verkennen. Een goed vertrekpunt is het informatiecentrum op de hoek van Garibaldi en Av. San Martín. Aan de overkant heb je Peatonal Sarmiento met veel groen en terrassen en is alleen voor voetgangers bestemd, het is ook de gezelligste straat van de stad. Je gaat via de Av. San Martín richting Av. Las Heras. Op de hoek van Necochea staat Casa Carlos Pinto, het eerste huis dat in 1892 gebouwd werd met twee verdiepingen en met een speciaal metselwerk dat tegen aardbevingen bestand was (ontworpen door een Belgische architect). Hier was lange tijd een deftige confitería gevestigd. Tussen 12-13 uur wordt deze avenida heel druk; het is dan tegen lunchtijd en iedereen ontmoet iedereen op straat, op het terras of aan de bar en na enen gaat alles dicht en wordt het stil en pas rond 17 uur komt alles weer tot leven. Je slaat bij de T-splitsing linksaf de Av. Las Heras in, een brede straat vol met plantanen. In het begin van de vorige eeuw was het dé belangrijkste
305
foto: Sjoerd 't Riet
M E N D OZA EN O M STREKEN
De hoofdstraat Avenida San Martín
straat, want aan het einde van deze avenida lag het station. Het was vroeger één grote marktplaats en al het handelsverkeer liep grotendeels hier langs. Je merkt het nog wel aan sommige koloniale huizen dat deze straat allure had. Het is nu een echte weg om te flaneren met zijn vele bankjes, ijssalons en restaurants. Bij het laatste blok vanaf 25 de Mayo zie je enkele grote kijkdozen staan, waarin je de geschiedenis van deze avenida en Mendoza, in miniatuur kunt bekijken. Museo Popular Callejero (museum van de straatlieden) wordt het genoemd. Je vindt aan de Av. Las Heras vele reisbureaus met alle mogelijke excursies in en om Mendoza. Iets terug op de hoek met P. Mendocinas heb je Mercado Central, een overdekte markthal, die je zeker even moet bezoeken. Allerlei lekkere etenswaren uit de regio zijn er te koop, zoals worsten, kazen, kruiden, potten olijven, etc., alsof je in Zuid-Europa bent. Nu sla je bij Av. Mitre rechtsaf richting Plaza Independencia, een van de sfeervolste pleinen van Argentinië. Vooral eind van de middag is het een verzamelplaats van Mendocinos (de bewoners van Mendoza) en 's avonds is er gezellige Feria de Artesanos. Ben je er zondagmiddag dan wordt er fijne muziek gedraaid en is het heerlijk relaxen op dit plein. Een mooi stadspaleis is aan Calle Chile, het Park Hyatt Hotel, eens het zomerverblijf van Juan Perón en Evita.
‘Wall Street’ van Mendoza Nu ga je Av. España rechts in richting Plaza San Martín. Rondom dit plein staan prachtige, pompeuze gebouwen. Al meteen op de eerste hoek met Necochea staat Basilica San Francisco uit 1875, van buiten niet erg indrukwekkend, maar binnen staat het beeld van de H. Maagd van Cuyo, de patrones van alle mensen uit de streek Cuyo waarin Mendoza ligt. Zij zou in 1968 iedereen beschermd hebben tegen een aardschok. Het interieur van de basiliek heeft wel wat en is geïnspireerd op de Trinité kerk uit Parijs.
306
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
In bijna alle steden in Argentinië is het meest opvallende gebouw, Banco de la Nación, de nationale bank, logisch want je peso moet waardig bewaard of belegd worden. Deze vind je ook hier op het plein, maar het mooiste bankgebouw, dat toch alles overtreft is Banco Hipotecario op de hoek van Calle Gutiérrez. Gebouwd tussen 1924 en 1929 en nu het departement van cultuur van de provincie Mendoza. Het is uitgeroepen tot het meest waarvolle gebouw qua architectuur van de stad en terecht. Vooral die façade met zijn overvloed aan versieringen en kijk eens naar die beelden boven aan de rand van het dak! Ook de hal binnen met al dat mozaïek aan de muur, terecht het kroonjuweel van de stad! Deze bouwstijl wordt ook wel ‘Estilo Renacentista Español’ (de Spaanse renaissancistische stijl) genoemd. Maar ook Banco de Mendoza aan het plein is ongelofelijk fraai. Opmerkelijk is, dat de basiliek geheel weggedrukt wordt door alle grote bankgebouwen rond het plein, wat normaliter niet zo mag zijn, immers Gods woord boven het kapitaal, maar ja, we zijn in Argentinië. Het laatste imposante bankgebouw en geheel gerenoveerd, bevindt zich op de andere hoek van 9 de Julio en Gutiérrez. Alles wat je hier ziet is een combinatie van koloniale en een soort neoclassicistische architectuur. Dit ‘Wall Street’ van Mendoza moet je zeker gaan bekijken. Als je Av. España verder doorloopt, kom je na een paar blokken vanzelf op de gezellige peatonal Sarmiento uit. Rechts richting Plaza Independencia zie je de Legislatura de Mendoza, het gerechtsgebouw, een mooi opgeknapt neokoloniaal gebouw uit 1889. Naar links voorbij 9 de Julio op nr. 45 is de winkelgalerij pasaje San Martín. Het is nog zo’n ouderwetse passage met veel kleine winkeltjes en een schitterend glas-in-loodraam als plafond. Een steenrijke wijnboer, Miguel Escorihuela Gascón, liet dit gebouw ontwerpen in de jaren twintig als voorbeeld naar de Parijse winkelpassages. Schuin aan de overkant op Av. San Martín op nr. 1049 is het gebouw van de regionale krant Los Andes. Een smaakvol statig gebouw uit 1882, waar ,voor het eerst, gewapend beton is gebruikt. Neem op Peatonal Sarmiento, met zijn cafés en terrassen, even rust. Want de volgende verkenning zal naar Parque San Martín gaan, een mooie pittige wandeling.
Een mooie wandeling naar Parque San Martín Van de peatonal Sarmiento loop je richting Plaza Independencia. Het is een van de grootste boomrijke pleinen die ik ken in Argentinië. Vooral achter de grote fonteinen staan prachtige boomsoorten. Er is bij het begin een leuke Feria de los Artesanos (ambachtsmarkt) die tot laat in de avond open is, zodat tijdens de zwoele avonden het hier altijd gezellig is met flanerende mensen, leuke muziek en een relaxte sfeer. Dan volg je aan de andere kant van het plein bij het fraaie gerenoveerde Park Hyatt Hotel Av. Sarmiento. Ook hier merk je dat ‘s avonds een aangename sfeer is met al die restaurants en terrassen. Na de spoorbaan heet de straat Av. Emilio Civit. Je wandelt nu door een prachtige laan met mooie huizen, villa’s en grote tuinen. Vlak na Calle Olascoaga valt een moderne flat op met een neoclassicistische toren,
M E N D OZA EN O M STREKEN
met eerbied voor de buurt, maar dit is toch wel kitsch! Terwijl op de hoek van Paso de los Andes weer wel een prachtig kasteeltje uit de 19de eeuw staat. Fraai is ook het laatste blok, voor je bij Av. Boulogne sur Mer aankomt. Want op nr. 692 en op beide hoeken met Av. Boulogne sur Mer, tegenover de ingang van het park, staan schitterend onderhouden villa’s. Vooral nr. 779 doet wat Moors aan en is prachtig. Aan de overkant valt de ingang van Parque San Martín al op door zijn enorme sierlijke poorten.
Parque San Martín Dit is een enorm park van ruim 300 ha, ontworpen door de Franse tuinarchitect Carlos Thays in 1897. Deze ontwerper heeft in veel grote steden van Argentinië waaronder Tucumán en Buenos Aires prachtige parken ontworpen (zie ook pag. 173). Het telt 50.000 bomen waaronder 300 verschillende soorten. De imposante hekken aan de ingang zijn in Glasgow gemaakt en ontworpen voor de Turkse sultan Hamid II, maar deze heer kon het niet meer betalen en verkocht ze aan de stad. Bij de ingang links bij de rotonde is een informatiecentrum en hier vandaan vertrekt een tourbusje door het park (elk uur). Daar kun je ook in het weekend fietsen huren wat eigenlijk nog leuker is. Een aardige tocht is naar de Cerro de la Gloria. Het is wel een klim, want de berg is 984 m hoog. Eenmaal boven heb je een mooi uitzicht over de hele regio en de stad. Daar staat ook een afschuwelijk bronzen monument ter nagedachtenis aan generaal San Martín. Erg pompeus en ontworpen in 1914 door een Uruguyaanse kunstenaar. Het beeldt de strijd in Chacabuco in Chili uit. Aan de zijkanten is duidelijk uitgebeeld hoe zwaar de tocht en de strijd was. Beneden naast de Cerro de la Gloria is een dierentuin, Jardin Zoólogico. Deze behoort tot de beste van het land, want het idee van de architect was om zoveel mogelijk de natuurlijke omgeving van de dieren na te bootsen. Elke dag open van 9-18 uur. In het park is nog een amfitheater waar begin maart het grote Fiësta de la Vendimia wordt gehouden en het Museo de Ciencias Naturales y Antropologicas over antropologie en natuurwetenschappen. Het is echt een samenraapsel van fossielen, oude voorwerpen van indianen, opgezette dieren en een mummie van een prehistorische vrouw gevonden in het Andesgebergte. Niet echt interessant. Je vindt het aan de zuidkant van het meer. Open van di. t/m vr. van 8-13 en van 14-17 uur. In het weekend van 15-19 uur. Een leuke fietstocht is langs het meer via Av. de las Palmeras (allemaal palmbomen achter elkaar) en de Rosedal (een grote rozentuin met pergola’s) en dan bij Club Mendoza de Regata, waar een restaurant en een confitería is, te stoppen. Want het is hier op het terras heerlijk genieten van de omgeving. Bij de ingang aan Av. Boulogne sur Mer stopt bus N0 5; dit is een trolleybus die richting het centrum gaat. Het informatiecentrum heeft een kaart van het park met fietsroutes.
Van Parque San Martín terug naar het centrum Terug ga je via Calle M. Zapata, want het is aangenaam wandelen door deze mooie buurt. Bij Cnel. Olascoaga kom je bij een heel aardig pleintje:
307
308
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Plazoleta Rinón de los Poetas (de hoek van de dichters). Het is er lekker rustig en het heeft iets betoverends. Als je naar rechts gaat kom je uit bij Av. Villanueva, een brede avenida met een mengeling van villa’s, koloniale huizen, winkeltjes en goede restaurants. Dit is dé straat om goed uit te gaan en te eten, hier komt jong en hip Mendoza. Na de spoorbaan heet deze straat Av. Colón en tot aan Av. San Martín heerst er in de namiddag een gezellige drukte op de terrassen, tussen de grote bomen, en de heladería’s (ijssalons). Bij Av. España ga je links in en kom je uit op Plaza España, een heerlijk rustig plein met veel groen en veel mozaïek in de banken, fonteinen en delen van het trottoir. Helemaal in Andalusische sfeer en met prachtige exotische bomen. Parallel met Av. Colón loopt vanaf hier Calle Montevideo, misschien wel een van de mooiste straten van de stad. Als je vanuit deze richting naar Plaza Italia loopt, zie je niet alleen mooie huizen uit het begin van de vorige eeuw met een Italiaanse uitstraling, maar ook al die platanen die boven je hoofd een boog vormen en je het gevoel geven dat je door een dorpsstraat wandelt. Op nr. 544 is Museo del Pasado Cuyano, dit fraaie neokoloniale huis dateert uit 1873 en hier woonden de gouverneur met zijn zoon Emilio en Francisco Civit. Zij waren een grote stimulans halverwege de 19de eeuw voor de wederopbouw van de stad. Er is een overzicht over de historie van Mendoza, een waardevolle bibliotheek en een zaal speciaal gewijd aan generaal San Martín met documenten, wapens en vaandels. Open van di. t/m za. van 9-13 uur. Je kunt daarna via Av. Mitre naar Plaza Independencia en de Peatonal Sarmiento voor een heerlijk koele verfrissing op een van de vele terrassen.
Een van de mooie neokoloniale huizen in Av. Emilio Civit
M E N D OZA EN O M STREKEN
Praktische informatie Mendoza (0261) Toeristeninformatie Het informatiebureau over de stad ligt op de hoek van Garibaldi en Av. San Martín. Daar hebben ze alle informatie over excursies, hotels en bezienswaardigheden. Open van 9-21 uur. Bij de busterminal is een klein informatiebureau, zo ook op de hoek van Av. Mitre en Las Heras. Allebei open van 8-21 uur. www.mendoza.com.ar, www. turismo.mendoza.gov.ar
Hotels Eersteklashotels (2-pers.kamer tussen de E 70-100) • Hotel Park Hyatt (441-1234), Chile 1124, ligt aan Plaza Independencia. Helemaal nog in neokoloniale stijl, met alle luxe voor een vijfsterrenhotel. Er is een zwembad, een mooi terras, fitnesscentrum en een uitstekend restaurant. De kamers zijn zeer ruim en comfortabel. www.mendoza.parkhyatt.com
• Hotel Aconcagua (420-4499), San Lorenzo, 545 bij Plaza Italia is prima. Met grote kamers, een goed restaurant en een zwembad. www.hotelacon cagua.com. • Park Suites (413-1000) in Mitre 753 is een modern hotel met grote kamers, een goed restaurant, fitness en boven bij het zwembad heb je een schitterend uitzicht over de stad en de bergen. www. parksuites.mza.com.ar
309
i
• Huentala Hotel Boutique (4200766) in Primitivo de la Reta 1007, niet ver van het centrum. Een aanrader dit hotel met ruime kamers, prima service en een luxe van een vijfsterrenhotel. www.huentala.com
Middenklassehotels (2-pers.kamer tussen de E 40-60) • Hotel Carollo (423-5666) in 25 de Mayo 1184, niet ver van het grote plein. Goed, met nette kamers, een zwembad en goede service. www. hotelcarollo.com.ar • Hotel Balbi (423-3500) op Las Heras 340 is gezellig, wat ouderwets in een mooi oud koloniaal gebouw. Heeft een zwembad en een terras. Maar slaap wel aan de achterkant vanwege de drukte. • Hotel Argentino (405-6300) aan het het plein op Espejo 455. Is goed met een klein zwembad, grote kamers en een restaurant. • Hotel Crillon (429-8494) op Perú 1065. Rustig gelegen vlak bij het centrum met degelijke kamers en een klein zwembad. www.hcrillon.com.ar • Hotel Pacifico (423-5444) op San Juan 1407, heeft eenvoudige kamers met een confitería. Centraal gelegen. • Hotel RJ (438-2004) op Las Heras 212. Het is in een oud neokoloniaal gebouw met goede kamers. Ontbijt op het dakterras.
Hostels Een gemeenschappelijke kamer ± E 8, een 2-pers.kamer ± E 15) • Independencia (423-1806) in Mitre 1237 vlak bij het grote plein. Een prima plaats voor niet te veel geld, er is een grote keuken en ze organiseren excur-
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
310
sies, ook is er internetaansluiting. www. hostelindependencia.com.ar • Winca’s Hostel (425-3804), Sarmiento 717, is een aanrader. Leuke sfeer, de kamers zijn eenvoudig, er is een grote keuken en zwembad. www. wincashostel.com.ar • Break point (423-9514) aan de Av. Villanueva 241. Altijd een gezellige sfeer van jonge mensen in een goed hotel. Met een klein zwembad, grote living en in een toffe buurt. www. breakpointhostel.com.ar • Damajuana (425-5858) is aan de overkant op nr. 282. Er is ook een restaurant en een grote tuin met zwembad. Prima keuze. www.damajuana hostel.com.ar/ • Hospedaje Mayo (425-4424) vlak bij Plaza Chili op 25 de Mayo 1265, met ontbijt. Niet slecht voor de prijs. • Hostel Lao (438-0454) in Rioja 771, niet ver van de busterminal. Klein, maar prima, een relaxte sfeer met een klein zwembad en gratis ... wijn! Aanrader! www.laohostel.com • Bed&Breakfast Plaza Italia (4234219) in Montevideo 685 aan Plaza Italia is een uitstekende B&B. Mooi ruime kamers en het echtpaar is uiterst vriendelijk. Je betaalt ± E 40 voor een 2-pers.kamer.
Restaurants Av. Sarmiento vanaf Belgrano tot aan Plaza Independencia is de culinaire straat van Mendoza. Zo heb je: • Azafrán, Sarmiento 765, is erg populair en zeker een aanrader. In een sfeervol interieur eet je erg goed. Voorin is een uitstekende wijnwinkel. • Facundo op nr. 641. Gehuisvest in een mooi neokoloniaal huis, waar een gezellige sfeer is. De menukaart is goed en je kunt buiten eten. • Estancia La Florencia op de hoek met Perú heeft een groot terras. Het
menu is niet erg spectaculair, maar de sfeer maakt het helemaal goed. • La Sal in Belgrano 1069 is voor een jong modern publiek in een hightec interieur. Met een goede kaart. • Caro Pepe op de hoek met Chile en Las Heras, is een grote tenedor libre, met veel keuze en een goede saladebar. Wel een beetje toeristisch. • La Marchigiana, Patricias Mendocinas 1550, is ook zo’n aanrader. Een echte Italiaanse familie bereidt de gasten een heerlijk diner voor in sfeervol interieur. • Mi Terra op de hoek van Mitre en San Lorenzo is een proeflokaal waar je ook goed kunt eten. De gerechten zijn puur en basic, afgestemd op de smaak van de wijnen. Zeker doen! • Quinta Norte op de hoek van Mitre en Espejo is misschien wel de beste locatie (aan het raam dineren). In een mooie neokoloniale omgeving kun je er goed eten. Ook als je alleen maar wat wilt drinken, er is chopp! • Pizzeria la Margarita heeft een groot gezellig terras waar je stevige pizza’s kunt krijgen. Aan de Av. Colón 240. • Natura, Don Bosco, 73 is goed. Met veel verse waar en vegetarisch.
Cafés en bars • Café del Pasaje op de hoek van Sarmiento en Av. San Martín is een populair buurtcafé. Een verfrissende chopp drink je bij Brement Pils op het terras. Sarmiento 69. • Confitería Luca’s is prima voor een lunch of ‘s avonds op het terras voor een drankje. Av. Colón 414. Zo ook iets verder bij Café de 1800 op nr. 460. Een soort bruine kroeg met veel oude spulletjes aan de muur. • Via Civit heeft misschien wel de meest opvallende façade, een Griekse tempel, van de stad. Binnen een modern publiek in een goede atmosfeer. Emilio Civit 277.
M E N D OZA EN O M STREKEN
Consulaat Het Nederlands consulaat vind je in Av. Emilio Civit 778.
• Adventure Travel in Sarmiento 227 heeft niet alleen een uitgebreid programma, maar ook een grote winkel voor outdoorliefhebbers.
Festivals Vendimia het grote feest van de wijnoogst valt tussen eind februari en de eerste week van maart (zie kader op pagina 313). Maar het weekend daarvoor is Fiesta en Piazza op Plaza Italia. Een gezellig Italiaans gastronomisch feest met allerlei (culturele) activiteiten.
Museum • Museo Municipal de Art Moderne is een klein museum onder de grond bij Plaza Independencia (links van de grote fonteinen). Je kunt daar de tegenwoordige stromingen zien van de Argentijnse moderne kunst. Open van 9-21 uur. Zondag van 16-21 uur.
Postkantoor Op de hoek van Av. San Martín en Av. Colón. Open van 8-20 uur. Zaterdag 913 uur.
Reisbureaus Bijna alle grote reisorganisaties hebben hetzelfde programma: de bodega’s, Puente del Inca (Alta Montaña) en citytour. Zoals Mendoza Viajes in Paseo Sarmiento 129, of Jocoli, Las Heras 601. • Maar Aymara Turismo, 9 de Julio 1023, heeft goede avontuurlijke tochten o.a. naar de Aconcagua. www. aymara.com.ar • Zo ook Inca Expedicion, Juan B. Justo 343. Deze heeft expedities van 17 à 19 dagen naar de top van de Aconcagua. www.aconcagua.org.ar • Asjatej heeft een goed pakket aan sportieve tochten zoals rafting, paardrijen wandeltochten rondom de Aconcagua. Bij Paseo Sarmiento 223. www. asatej.com
Vervoer Bussen Mendoza heeft een moderne busterminal met winkeltjes, een infocentrum, goede sanitaire voorzieningen en confitería’s. • Naar Buenos Aires vertrekt vrijwel elk uur een bus (17 uur). Alleen de service is verschillend. B.v. Chevallier en Andesmar zijn goed, er zijn zelfs maaltijden bij de lange en saaie trip inbegrepen. • Naar Córdoba 10 bussen per dag. San Juan elk uur een bus, waarvan vele dan doorgaan naar La Rioja (San Juan 2 uur, Rioja 7 uur). Naar Salta zeker 7 per dag (19 uur). San Luis vrijwel elk uur een bus (3,5 uur). San Rafael elk uur (ruim 3 uur). • Naar Santiago in Chili gaan er 5 per dag (6 à 8 uur duurt de rit, afhankelijk van de grenscontrole). • Empresa Uspallata en TAC gaan naar Puenta del Inca. Allebei 1 x per dag, via Uspallata. • Naar Malargüe gaan 3 bussen per dag. • Naar Las Leñas alleen in de winter rechtstreekse bussen.
Vliegen Het vliegveld ligt 8 km van Mendoza. Er is een remise (taxi) en op een bord in de hal staan duidelijk de prijzen aangegeven naar verschillende bestemmingen in de stad. • Aerolineas Argentinas heeft 6 vluchten per dag naar Buenos Aires. Waarvan een vlucht via Córdoba. • LanArgentina heeft 3 vluchten per dag naar Buenos Aires. • Wil je naar Santiago in Chili vliegen, dan zijn er zeker twee vluchten per dag met LanChile.
311
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
312
Vliegtuigmaatschappijen • Aerolineas is bij Paseo Sarmiento 82. LanChile op de hoek van España en Rivadavia.
Winkelen Wijnproeverijen (vinotecas)
• Andina Rent a Car vind je bij Paseo Sarmiento 129 en Avis in Primitivo de la Reta 914. Hertz is op het vliegveld en in Chile 1124 (Plaza Hotel). • ACA servicestation vind je op de hoek van Rivadavia en Av. San Martín.
• Goede proeverijen zijn Casa del Vino aan de Av. Villanueva 160, Azafrán in Av. Sarmiento 765 en Central op de hoek van Av. Mitre en Espejo. • Maar The Wines is zeker het vermelden waard. In een rustieke omgeving krijg je de heerlijkste wijnen te proeven, ook uit eigen wijngaard. Wo. en vr. zijn thema-avonden. Espejo 567. www. vinesofmendoza.com
Fietsenhuur
Lekkernijen
• Indiana Aventuras, Espejo 65, (in de kelder). Verhuurt mountainbikes en heeft een leuke fietswijnroute uitgestippeld. Ook een goede fietstocht rondom Puente del Inca. www.indian aventuras.com.ar • Cycles el Tunél is een fietsenmaker bij de uitgang van de busterminal.
• De beste chocolade, dulche de leche en andere lekkernijen vind je bij La Cabaña in Las Heras hoek Chile of bij Bianco y Nero aan de Av. A. Villanueva 144. • In Rivadavia 19 is een goede delicatessezaak met heerlijke worsten en kazen uit de regio. Prats-Ganaderia verkoopt etenswaar van het platteland, tevens een prima kruidenierszaak. Villanueva 259. • Mercado Central in Las Heras en Patricias Mendocino is altijd leuk om doorheen te lopen met al die lekkernijen uit de regio.
Autohuur
Sportiviteiten Bergbeklimming • Club Andino Mendoza kan je alle informatie geven. Fray Luis Beltran 357 in Guaymallen. Bij Casa Oriv in Juan B. Justo 532, kun je inlichtingen krijgen voor de beklimming van de Aconcagua, maar ook uitrustingen huren voor bergtochten. www.orviz.com
Rafting • Betancourt in Lavalle 35 in Galería Independencia heeft een goed raftingprogramma en ze spreken Engels. www.betancourt.com.ar • Argentina Rafting ligt aan de Ruta N7 bij Potrerillos. Daar is ook het raftingparadijs van Mendoza. www.argentina rafting.com
Shoppincentra • Galería ‘Via del Sol’ in Las Heras net na Mitre is een leuke winkelpassage. Zo ook Pasaje San Martín bij Paseo Sarmiento 45.
Boekwinkels • Chi-Mir-Ca in Garibaldi is een goede boekhandel, zo ook Jenny in San Martín 1089. • SBS in Gutierrez 54. Heeft veel Engelstalige boeken en reisgidsen.
Wasserette Supermarkten • Norte de grote supermarkt is aan de Av. Las Heras hoek Pat. Mendocinas. Of in Av. Colón 324.
• Laverap is in Av. Colón hoek Cjon. Lemos. Lava Center is aan de Av. Mitre 1623 en La Lavanderia, San Lorenzo 338.
M E N D OZA EN O M STREKEN
La Fiesta Nacional de la Vendimia Elk jaar viert Mendoza op grootse wijze de wijnoogst met het Fiesta Nacional de la Vendimia. Grote parades, folkloristische dansen, concerten, exposities, workshops, vuurwerk én als klap op de vuurpijl de verkiezing van de koningin van het festival in het amfitheater van Parque San Martín. Vooral dat laatste is zeer imposant. Als in een groots opgezette opera van Verdi, wordt er gedanst en gezongen door honderden mensen met als hoogtepunt de kroning van de koningin. Eind februari en vooral de eerste week van maart is Mendoza in de ban van dit feest. Het begint op de laatste zondag van de maand februari met de inzegingen van de wijnoogst, Bendición de la Frutos, en een processie met de Virgen de la Carodilla, de patrones van de wijnboeren. Dit regionale feest is een van de grootste van het land en trok al meer dan 30.000 bezoekers in maart 2007. Elk jaar wordt het groter en spectaculairder. Wil je het meemaken, dan moet je tijdig een hotel reserveren.
Een bezoek aan een bodega rondom Mendoza is aan te bevelen
313
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
-"*"2
23*2
N ▲
0(%"".-". 0(%"*&-"
./
" " 0(%
"/"$"*
(--
&
$$'" '(*
-&"1
Station
Plaza Chile
/( -2
*0"-2
.,)
19
12
18 ★★
0(%" (0(/
2★
★
0(%""-+(/
-/&"
20 ★
-/&"
13 ★
0(%" (**"0"
★ 14
★
/0(%
"-2
★1
%"1
!","/"
(0"%"0("
17 ★ 6
-
$"
*".$"&"
. "-,
0(%"*&-"
★8
%.".
-"%-.
★ 15
. &"
%. *. ". %
Parque San Martín
%-4&2
0**"%"
0(%"*
Mendoza 1. Hotel Aconcagua 2. Hotel Park Hyatt 3. Hotel Park Suites 4. Huentale Hotel Boutique 5. Hotel Balbi 6. Hotel Carollo 7. Hotel Argentino 8. Hotel Crilllon 9. Hotel Pacifico 10. Hotel RJ 11. Hotel Independencia 12. Winca’s Hostel 13. Break Point 14. Damajuana 15. Hospedaje Mayo 16. Hostel Lao 17. Bed & Breakfast Plaza Italia 18. Restaurant Azafran 19 Restaurant Facundo 20. Restaurant Mal de Amores 21. Restaurant Quinta Norte 22. Restaurant La Marchigiana 23. The Vines Toeristeninformatie • • • Wandelroutes beschreven in de tekst.
✭✭✭ DRIE MOOIE TRIPS VANUIT MENDOZA ✭✭✭ Je kunt vanuit Mendoza enkele mooie dagtochten maken. Ik heb voor je de twee meest interessante uitgezocht. Voor de laatste naar San Rafael raad ik je aan om er enkele dagen van te maken, want deze stad ligt 236 km ten zuiden van Mendoza. ❶ Rondom Mendoza naar de bodega’s in de dorpjes Maipú en Godoy Cruz in de groene valleien van het Andesgebergte niet ver van de stad. ❷ Een mooie trip is naar el Puente del Inca (Alta Montaña), een natuurlijk gevormde brug met termale baden op een hoogte van 2700 m. Aan de rand van de hoogste berg van Zuid-Amerika, Aconcagua (6959 m). ❸ San Rafael, een leuke stad, 236 km ten zuiden van Mendoza, waar je uiteindelijk naar een enorm ruig gebergte, Cañon del río Atuel, kunt gaan, in een schitterende omgeving en ideaal voor wildwatersport, maar ook voor de sportieve wandelaar, fietser of paardrijder.
'(*
314
M E N D OZA EN O M STREKEN
★
23
10
★
h Plaza Sarmiento
. .(-
/
Plaza San Martín
"*/"
★
()"
22
" "
5
" 0(%
★
0(%"".-".
-
(.
/-
"0"**
".-.
9
★
11
★★
★
21
%*(
0(%".,""
y
h
Ë
Brown
/" *" (0%
%$(".
"."-+(/ ■ 11
(/ -(+
0(%"*
" 0%-"
Plaza
0(%" . %""-/4
0(%"(/-
$"
.,)
Plaza Independencia
★3
"/"+"-
★4 0
(%"
*+
★ 16
Busstation .$
"-%
%"1
0(%" !"," /"
%
y
,2 .$
"*/"
7
0(%"#-"%- (%*"
-"*"2
315
❶ RONDOM MENDOZA Een bezoek aan de bodega’s Niet zo ver van Mendoza richting het zuidoosten liggen de voorsteden Luján de Cuyo en Maipú. Dit zijn de twee bekendste wijnstadjes in de provincie. Hier kun je de beroemdste en beste bodega’s bezoeken, en er zijn ook enkele bodega’s die nog op ambachtelijke wijze werken. Alle reisbureaus gaan grotendeels langs deze bodega’s, maar het is ook mogelijk om op eigen gelegenheid (met de bus) of met de fiets! (zie pagina 317) te gaan. De wijnoogst is maart-april, maar dat neemt niet weg dat in de andere maanden de bodega’s ook bezocht kunnen worden. Een bodega is het Spaanse woord voor wijnmakerij en in de provincie Mendoza zijn ruim 1100! wijnmakerijen (bodega’s). Sommige zijn kleine familiebedrijfjes en andere zijn net enorme fabrieken. In de 18e eeuw kwamen de eerste Europeanen hier, onder wie de Fransman Jean Bombal. Hij begon als eerste met het kweken van druiven en weldra was het een van de meest gerenommeerde wijnhuizen in de regio. Argentinië is inmiddels het vijfde wijnland van de wereld en niet ver van Mendoza staat de grootste bodega, namelijk Giol waar ik je ook naartoe ga brengen (zie kader op pagina 318).
Maipú Het stadje Maipú ligt een kleine 15 km ten zuidoosten van Mendoza. Als je via de RN 7 binnenkomt is niet ver van het (toeristen)informatieburea utje al de eerste interessante bodega, La Rural. Hier komt de San Felipe-
316
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
wijn vandaan, voor de Argentijnen een bekende wijn in een leuke wat bolle fles. Zo rond 1889 begon de Italiaanse familie, Felipe Rutini, deze wijngaard die nog steeds zijn authentieke uitstraling heeft behouden. De wijn is prima en er is ook een aantrekkelijk (klein)museum, waar nog oude vaten, persen en bakken van koeienhuid staan. Het is een eerbetoon aan de grootouders van La Rural, de familie Felipe Rutini. Een bezoek waard deze bodega en vooral het museum. Open van 9-17 uur. Zondag van 1013 uur. Je vindt het op Montecaseros 2625 (vrijwel op het einde). De volgende wijnbodega is Giol, een van de grootste ter wereld en een kleine honderd jaar geleden een van de modernste van het land. Nu is het vergane glorie als je de oude fabriekshal bezoekt. De Italianen Giol en Gargantini ontwierpen in 1911 als eerste in de wereld een zgn. vinoduct (een wijnviaduct). Het werd gebouwd van de plantages naar de bodega met een bereik van 3 km en kon 100.000 liter per uur verwerken. Het woonhuis ernaast werd in 1908 omgetoverd tot een Italiaans droompaleis met voor die tijd de modernste snufjes. De hang naar Europa is nog steeds goed te zien. Overal Italiaans marmer, Franse art-decomeubels, en de badkamers waren voorzien met voor die tijd het allernieuwste. Zowel de bodega als zijn woonhuis (nu een museum) kun je bezoeken, wat ik je zeker aanraad. In 1936 verkocht Giol alles en keerde terug naar Italië. Nu is het een coöperatie van de lokale wijnboeren. Giol en el Museo del Vino y la Vendimia zijn open van 9-19 uur. Zondag van 11-14 uur. In Carril Ozamis 914. In en rondom dit stadje zijn 167 (bekende) bodega’s. Zo is er nog een andere zeer grote bodega, Lopez, die ook open is voor publiek. Hier is alles gemoderniseerd met de nieuwste technieken. Interessant is een bezoek aan bodega Viña El Cerno waar nog op ambachtelijke wijze wijn wordt geproduceerd. Het is gehuisvest in een sfeervol landhuis. Open van 9-17 uur en zondag van 10-14 uur. In Moreno 631.
Museo del Vino y la Vendimia, eens het woonhuis van de familie Giol
M E N D OZA EN O M STREKEN
Wil je overnachten in Maipú dan raad ik je Club Tapiz aan. Een boutiquehotel, klein maar van grote klasse (0261-496-3433), waar je in alle rust kunt genieten van de omgeving en het comfort (ze hebben ook een uitstekend restaurant). Het ligt aan de Ruta 60 s/n. Fietsen kun je huren bij Bikes and Wine in Urquiza 1606, vlak bij het begin van het dorp. Ze hebben een leuke fietswijntour van een dag. www.winesandbikes.com
El Camino del Vino (de wijnroute) Enkele kilometers ten zuiden van Mendoza liggen de voorsteden Godoy Cruz en Luján de Cuyo waar je ook enkele interessante en bekende bodega’s kunt bezoeken. In deze twee voorsteden staan de buitenverblijven van de Mendocino’s (de inwoners van Mendoza). Je ziet hier mooie, grote huizen waar de weekenden worden doorgebracht. Het is hier heerlijk vertoeven rondom de Río Mendoza. Je volgt vanuit de stad Av. San Martín richting het zuiden en na enkele kilometers kom je al in Godoy Cruz. Daar heb je de eerste interessante bodega; Escorihuela, een van de oudste en met het beste restaurant van de stad: 1884. De chef-kok, Francis Mallmann, behoort tot de meest gerenommeerde koks van het land en serveert la alta cocina (la haute cuisine) met de heerlijkste wijnen. Veel gerechten zijn geïnspireerd van het pure plattelandsleven. Op de hoek van Alvear en Belgrano. Elke dag zijn er ronleidingen door de bodega. Je neemt de Trole (richting Godoy Cruz), deze stopt op de Av. San Martín bij Mc.Donald’s, daar stap je uit en loop je aan de overkant Alvear in en twee blokken verder is de bodega. Als je met de auto gaat volg je Carril Cervantes en daarna wordt het de Carril San Martín. Op deze weg lijkt het alsof je door een soort tunnel van platanen rijdt met al die bomen die naar elkaar toe groeien. Op de hoek met Carrodilla staat Capilla Carrodilla, een kerkje uit 1778 waar de afbeelding staat van de Heilige Carrodilla, de patrones van de wijn. Tijdens de wijnweek, eind februari, is hier een grote processie. Langzaam maar zeker kom je in een dorpse sfeer omringd door alleen maar wijngaarden, want je bent in de wijk Chacras de Coria. Nu ga je rechts Besares in (slecht aangegeven) en rij je via het leuke straatje Italia naar het centrale plein. Elke zondag is er hier een gezellige rommel- en antiekmarkt. Je ziet het wel aan de grote villa’s, de restaurants, dit is het goede leven en vooral ‘s avonds is het heerijk om hier uit te gaan. Een leuk restaurantje is Tasca de las Artes in Pueyrredón 2661, waar de gerechten nog op een ouderwetse manier worden bereid. Als je Pueyrredón uitrijdt kom je weer op de Carril San Martín en als je daar naar rechts gaat kom je bij Museo Emiliano Guiñazu uit. In het begin van de vorige eeuw was dit enorme huis een zomerverblijf van deze Argentijnse kunstenaar met zijn familie. Het was in die tijd ook een ontmoetingsplaats voor kunstenaars en de aristoctatie. Hij nodigde de (jonge) schilder Fernando Fader uit om binnen de muren te beschilderen om het huis wat op te vrolijken. Deze mooie schilderingen en zijn werk zijn nu volop te zien. Je vindt er ook een collectie moderne kunst en beeldhouwwerk in de prachtig verzorgde tuinen. In Av. San Martín 3651. Open van di. t/m vr. van 9-18 uur. In het weekend van 15-19 uur. Bus No 10 vanuit Av. Colón in Mendoza gaat hier naartoe.
317
318
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
De Argentijnse wijn Argentinië is het vijfde wijnland in de wereld met een productie van ruim 20 miljoen hectoliters per jaar. Het grootste gedeelte komt uit de Andesstreek. Dat is rondom Mendoza (63%) en San Juan (23%), de rest komt uit La Rioja, Salta en Río Negro (Noord-Patagonië). Het land telt ruim 1500 wijnfirma’s, waarvan er rondom Mendoza 1100 zijn. Het waren de jezuïeten die de eerste wijnstokken eind 16de eeuw uit Spanje meenamen. Maar wijn werd eerder beschouwd als dorstlesser en de kwantiteit was belangrijker dan de kwaliteit. Pas de laatste 100 jaar is de wijnindustrie tot ontwikkeling gekomen, mede door de Europese immigranten. Er zijn maar vier wijnhuizen, die 100 jaar of ouder zijn. Het oudste is Gonzalez Vidal uit 1840 en die vind je in Maipú. Maar vanaf de jaren tachtig van de vorige eeuw begon langzaam de Argentijnse wijn in de wereld aan populariteit te winnen. Wat is het grote verschil met Europa, terwijl de wijngaarden in Argentinië vrijwel allemaal bestaan uit Europese druiven zoals de cabernet sauvignon, merlot, chardonnay, riesling en de pinot noir? De druif als de malbec die in Bordeaux niet tot volle bloei kwam, ontwikkelde zich hier in de Mendozastreek tot een volwaardige wijndruif en wordt nu erkend als een echte Argentijnse wijndruif. Een chardonnay en een chenin komen uit Mendoza, een riesling uit San Juan en de torrontés uit de provincie Salta. Deze laatste is afkomstig uit Spanje en wordt in Argentinië tot de beste witte wijn gerekend. Het verschil is dat er in de wijngebieden 300 dagen zon is, weinig regen en het koelt ‘s avonds sterk af! Maar ook het pure sneeuwwater van de Andes vol met mineralen dat via een vernuftig irrigatiesysteem naar de velden toe wordt geleid draagt bij aan de goede wijndruif. Doordat het zo droog is komt er weinig rot voor, zodat bestrijdingsmiddelen niet vaak gebruikt hoeven te worden. Als je wat wilt drinken op een zwoele zomeravond, dan raad ik je een Seneteiner’s malbec of een Norton cabernet sauvignon aan (zeer goede witte wijnen). Bij een goed stuk vlees of kaas is een volle malbec van Yacochuya (uit Cafayate in het noorden) of een Valentin Bianchi zeker aan te bevelen. Ook een Salentein malbec is een aanrader. Dit wijnhuis is gedeeltelijk in Hollandse handen en produceert prima wijnen (zie hiernaast). Een goede (tafel)wijn is in Argentinië niet duur, voor nog geen E 5 heb je al een voortreffelijke fles wijn.
M E N D OZA EN O M STREKEN
In het volgende stadje, Lujan de Cuyo vind je vele grote en bekende bodega’s, zoals Chandón, Etchart, Norton en Senetiener. Allemaal rondom de Carril San Martín. Neem ’s avonds, na deze wijnroutes, bij het eten een flesje wijn van een van de bodega’s die je bezocht hebt, zodat je je deze geslaagde dag nog lang zult herinneren. Zo'n 15 km van het dorpje Tupunganto (87 km ten zuiden van Mendoza) ligt bodega Salentein. Deze is in handen van de Nederlander Mijndert Pon. Niet alleen kun je deze bodega bezoeken, maar er ook overnachten. Het gebouw is geheel gerenoveerd in de vorm van een kruis en door de lichtval oogt het als een tempel. Je kunt overnachten bij Posada Salentein, in een sfeervolle en prachtige omgeving. waar het goed vertoeven is. Voor een overnachting betaal je rond de E 65, volpension (prima eten met een voortreffelijke Salentein wijn). Reserveren kun je onder het nummer: 0261-441-1000 of kijk op www.salenteintourism.com.
❷ PUENTE DEL INCA (ALTA MONTAÑA) Deze trip kun je zelf met de auto doen, maar ook met een excursie, die bijna door alle reisbureaus wordt georganiseerd. Het is grotendeels een rit door het imposante Andesgebergte naar ruim 2700 m hoogte, waar een reusachtige stenen boog (een soort brug), Puente del Inca, op natuurlijke wijze is gevormd over de Río Las Cuevas. Je gaat er naartoe over de RN 7 via Cacheuta en Potrerillos naar Uspallata, en terug via Uspallata over de RP 52 met zijn honderden bochten naar Villavicencio. Langzaam maar zeker wordt het landschap na Liján de Cuyo bergachtig, dor en kaal. Maar Cacheuta (40 km ten westen van Mendoza), dat in de vallei van de rivier ligt, wordt omgeven door pijnbomen en veel groen. Er zijn hier thermale baden die bekendstaan om hun geneeskrachtige werking, vooral tegen reuma. Er is een uitstekend hotel, Hotel Termas Cacheuta, en bij Parque de Agua Termal kun je een bad nemen. Er zijn 8 verschillende (zwem)baden en tijdens de zomermaanden is het er erg druk met dagjesmensen, want het is er heerlijk vertoeven. Er is ook een camping en een restaurant. Hotel Termas Cacheuta heeft alle comfort en je betaalt voor een 2-pers.kamer met pension ± E 80 (in het weekend). www.termascacheuta.com Daarna rijd je door El Valle de Potrerillos met ruige bergen om je heen van ruim 4000 m hoogte. Het volgende plaatsje, 10 km verder, Potrerillos ligt daar prachtig als een oase tussen de bergen in een vallei. Er staat hier bij de RN 7 een fraai hotel, Gran Hotel Potrerillos. Vanaf het terras kun je met een drankje genieten van het uitzicht over de vallei. Het hotel heeft tevens een goed restaurant. Vanwege de mooie natuur, hebben veel Mendocino’s een weekendhuisje in Potrerillos en omgeving, want de temperatuur is er ‘s zomers aangenamer dan in de stad. De omgeving is ook het paradijs voor raftingliefhebbers. Gran Hotel Potrerillos heeft 2-pers.kamers rond de E 40 per nacht. Je kunt lekker eten in restaurant, Los Pinos op Av. Los Cóndores (heerlijke trucha). Of bij Don Armando in dezelfde straat. Goede raftingorganisaties zijn: Ríos Andinos (0261 429-5030) www.
319
320
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
riosandinos.com en Argentina Rafing (0261- 429-6325) www.argentina rafting.com. De RN 7 komt daarna uit bij het dorpje Uspallata, gelegen in een brede groene vallei. Je bent op een hoogte van bijna 1900 m en 110 km van Mendoza verwijderd. Het heeft maar één aardige bezienswaardigheid, vijf kilometer noordelijker vind je Las Bóvedas, een historisch monument, waarvan men niet precies weet wat de functie ervan was. Maar men denkt dat het ovens waren, want kijk maar eens naar die drie grote bolvormige kappen. De bouwwerken zijn waarschijnlijk neergezet eind 18de eeuw door de Huarpe-indianen, onder leiding van jezuïeten. Tijdens de grote overtocht van generaal San Martín in 1817 over de Andes naar Chili werden ze in ieder geval gebruikt als ovens voor het vervaardigen van wapens. De rit gaat vervolgens door een immens ruig hooggebergte (bergtoppen boven de 5000 m) waar sommige rotsformaties prachtige gele en groene kleuren hebben. Dan kom je in Villa los Penitentes, 60 km verder, een modern en bekend skioord, genoemd naar de imposante rotsformaties aldaar, want als je goed kijkt hebben ze de vormen van de kappen van monniken. Vandaar de naam, los Penintentes. Dit dorpje ontwikkelt zich snel tot een geliefd skioord voor de inwoners van Mendoza. Het is nu nog maar 6 km naar een wonderbaarlijk natuurverschijnsel: Puente del Inca. Een enorme, door de natuur gevormde brug op 2720 m hoogte over de rivier Las Cuevas, 19 m hoog, 28 m breed en ruim 47 m lang. Doordat iets verderop thermale bronnen liggen, met een hoog zwavelgehalte, heeft de zwavel zich door de eeuwen heen opgestapeld in de vorm van een brug, mede ook door erosie, wind en lawines. Roestbruin, okergeel en donkerrood zijn de kleuren van deze brug met vele honderden druipstenen. Hier liep eens de Inca-route van Peru naar Chili. Eronder staat een vervallen badhuis, waar nog wel badcellen met kuipen te zien zijn. Want veertig jaar geleden werd door een lawine het hotel verwoest waar dit badhuis onderdeel van was. Het bronwater stroomt nog steeds overvloedig langs de muren in de badkuipen. Je kunt naar beneden om het te bekijken, maar let op, het is er spekglad. Het water heeft een temperatuur tussen de 30 en 38 °C en je kunt nog steeds een bad nemen. Onder de brug heb je de mooiste kleuren met alleen maar druipstenen. Een paar honderd meter verder boven vind je een van de vijf bronnen, die dit spektakel gevormd hebben. Er zijn enkele hostería’s waarvan Hostería Puente del Inca de beste is. Er is altijd een gezellige sfeer want veel klimmers voor de Aconcagua slapen hier. Met een restaurant. (0261 420-5304). www.aymara.com.ar Je betaalt voor een kamer E 40 (halfpension). Eenvoudig is La Vieja Estación (0261 452-1103) in het oude stationnetje. Er is kookgelegenheid en je kunt er eten. Hier betaal je E 12 per persoon. De busonderneming Empresa Uspallata gaat tweemaal in de ochtend vanuit Mendoza naar Puente del Inca. Terug in de middag (3,5 uur). Hier is ook het vertrekpunt naar de hoogste berg van Zuid-Amerika, de Aconcagua (6959 m), en het gelijknamige provinciale park. De naam Aconcagua betekent in de Quechua-indianentaal ‘stenen wachttoren’. De Argentijnen noemen deze berg het dak van Zuid-Amerika. Met meer-
M E N D OZA EN O M STREKEN
dere bergen van ruim 6000 m zie je hier de keizers van de natuur bijeen, een imponerend gezicht. Wanneer het helder weer is, heb je de indruk dat de Aconcagua niet ver weg is, maar het is toch nog ruim 40 km er vandaan. Een prachtig gezicht naar de berg heb je bij laguna Los Horcones, dat 2 km noordelijker van de weg ligt. Een leuke wandeling. Parque Provincial Aconcagua De berg Aconcagua (6959 m) is de hoogste berg van Zuid Amerika, vrijwel aan de grens met Chili. Het hele gebied eromheen, zo’n 750 km2, is beschermd gebied en heet: Parque Provincial Aconcagua. De Huarpe-indianen noemden deze berg, de stenen wachttoren. Zo imposant is deze berg. Pas in 1897 werd hij voor het eerst bedwongen door de Zwitser Mathias Siebringen. Toch is het voor de meeste ervaren bergbeklimmers een niet al te moeilijke berg. Het probleem is het acclimatiseren aan de hoogte en de ijzige kou. Er is een lijst met succesvolle beklimmingen en daar zie je b.v. dat in 1987 2 Italianen met hun mountainbikes de top hebben beklommen, of in 1997, toen 4 blinde klimmers de top hebben bereikt. Wel moet iedereen een permissie hebben (bij Centro de Visitantes vlak bij de ingang in Parque San Martín in Mendoza, open van 8-18 uur, in het weekend van 9-13 uur. Reken tussen de Usd $30 en $450). Bij Laguna Los Horcones zijn de parkwachters die daar je permissie vragen. Het park is open van 15 november tot 15 maart. De bekendste route is de Ruta Noroeste, die bij Plaza de Mulas begint. Je bent dan al op een hoogte van 4200 m. Je kunt over dit pad tot een hoogte van 5800 m komen. Daar staan refugio’s, waar je kunt overnachten. Bij Plaza de Mulas is een kleine goede hostería (de hoogste ter wereld!) waar je kunt eten, informatie krijgen en er is een tentenkamp. Je komt langs enorme gletsjers en je bent omringd door gigantische bergtoppen van bijna 6000 m. Na het Himalayagebergte zijn dit de hoogste toppen van de wereld. De moeilijkste, maar ook de mooiste route voor de klimmers is de Ruta Glaciar de los Polacos. Deze begint aan de andere kant van de Aconcagua. Pas in 1934 werd deze route voor het eerst bedwongen door een Poolse expeditie vandaar de naam los Polacos. Van Puente del Inca naar de eerste stop Confluencia (op 3500 m) is zeker een dag. Daarna naar Plaza de Mulas of Refugio Francia moet je ook een dag rekenen. In Mendoza zijn agentschappen die tochten organiseren door dit gebied, wat zeker aan te bevelen is. Enkele goede zijn: Xperience, Av. Mitre 1237, (429-3830) www.aconcagua-xperience.com.ar of Aymará Turismo (420-5304), 9 de Julio 1023. www.aymara.com.ar Ervaren giden zijn: Fernando Grajales, J. Moreno 898, (429-3830) in Mendoza. Hij is een bekende bergbeklimmer die uitstekende trektochten organiseert. Zo ook Rudy Parra-Aconcagua Trek (429-5007) www.rudyparra.com Meer goede informatie vind je op: www.aconcagua.com
321
322
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Aan de andere kant van de weg (RN 7) ligt, Parque Provincial Volcán Tupungato. Het is een beschermd gebied rondom een gigantische vulkaan van 6820 m hoogt die wat weg heeft van de Matterhorn. Voor bergbeklimmers is deze berg een nieuwe uitdaging geworden. Het beste vertrekpunt is in het dorpje Tupungato waar de gids Rómulo Nieto woont en tevens een hotelletje heeft: Hostería Don Rómulo (02622-488029). Hij organiseert een 12-daagse klim naar boven, maar ook verschillende paardrijtochten door het gebied. www.donromulo.com.ar Het dorpje Tupungato ligt ruim 50 km ten zuiden van Potrerillos aan de RP 89. De hostería is aan het begin van het dorp in Almte Brown 1200. Vanaf Puente del Inca kun je nog doorrijden naar Las Cuevas, 15 km verder, een nietszeggend grensplaatsje bij de Argentijnse grens. Daar staat op een hoogte van 3870 m bij de grens met Chili een groot Christusbeeld, El Cristo Redentor. Helaas, als het slecht weer is geweest of als er veel sneeuw ligt, dan is de weg er naartoe afgesloten. Je staat daar boven omringd door sneeuwtoppen precies tussen de borden ‘República Argentina’ en ‘Chile’. In de late namiddag is het hier het mooist, wanneer de zon net over de pieken van al die geweldige bergen schijnt en de sneeuw minder reflecteert. Als het weer goed is worden er vanuit Mendoza excursies georganiseerd naar dit beeld. Maar spectaculair is het niet! Het beeld is hier in 1904 neergezet bij de vrede die in 1902 getekend werd tussen Chili en Argentinië. Voor die tijd een fantastische prestatie. Het is alleen jammer, dat het daar wat ongelukkig staat tussen al die enorme bergtoppen want het wordt helemaal weggedrukt ook al is het 8 m hoog.
Terug naar Mendoza via la Ruta de los Caracoles (de weg met de vele bochten) Bij de terugreis neem je vanaf Uspallata een andere mooie weg, nl. de RP 52 die je langs Hotel Villavicencio en naar Mendoza terugbrengt, ook wel de weg met de honderden bochten genoemd. Want na Uspallata daal je langzaam weer af, via ontelbare haarspeldbochtjes, volgens mijn gids wel 365! Het wordt een spectaculaire rit. Want het lijkt wel of de hele omgeving van het Andesgebergte één groot openluchtmuseum van natuurschoon is. Je rijdt door een ruig gebied dat Quebrada Del Toro wordt genoemd, en je moet zeker stoppen bij El Balcón (staat aangegeven). Het is een aparte rotsformatie met een enorme diepe kloof en als je al niet duizelig bent van al die bochten word je het nu wel! Termas de Villavicencio is wat spawater bij ons is. Overal waar je een spa bestelt in Argentinië, krijg je een flesje van Termas de Villavicencio. Langzaam dalend ga je dit plaatje van de fles in werkelijkheid zien. Wat je afgebeeld ziet op het etiket is het Gran Hotel de Villavicencio. Het ligt daar prachtig, puur natuur, tussen de bergen en rondom het hotel zijn pijnbomen en grote tuinen. Helaas is het hotel nog steeds gesloten, maar de tuinen rondom dit hotel zijn wel open. Gran Hotel de Villavicencio werd gebouwd rond 1940 en was jarenlang een luxehotel voor mensen die naar de geneeskrachtige bronnen kwamen. Het heeft een beetje qua bouw een Alpenuitstraling. Maar zoals bij vele prestigieuze hotels toentertijd in Argentinië moesten zij ook op een gegeven moment hun deuren sluiten. Nu wordt
M E N D OZA EN O M STREKEN
Gran Hotel Villavicencio
er verteld dat het Franse zuivelbedrijf Danone (van de yoghurt) het heeft opgekocht en in de toekomst dit hotel (gelukkig) weer open wil stellen. Iets naar beneden is een aardige confitería met een terras en omringd door pijnbomen. Op een gegeven moment zie je aan de RP 52 richting Mendoza de bronwaterfabriek van Termas de Villavicencio.
❸ NAAR SAN RAFAEL (EN OMSTREKEN) De stad San Rafael ligt 230 km ten zuiden van Mendoza en heeft ruim 100.000 inwoners. Het is een open, moderne stad met ruime straten, brede trottoirs en veel groen. San Rafael was rond 1800 nog een militair fort en de ruïnes kun je nog steeds zien bij het plaatsje Villa 25 de Mayo net voor San Rafael. Maar halverwege de 19de eeuw vestigden zich hier Italianen en Fransen, zij begonnen met het exploiteren van druiven en olijven en je ziet nog duidelijk de Franse invloed aan de huizen langs de belangrijkste avenida’s. Het is een rustige (niet echt interessante) stad, maar de omgeving, zoals Río Atuel en zijn cañons zijn spectaculair. In de stad is een zeer goed irrigatiesysteem, zoals ook in Mendoza. Daardoor is er volop groen en zijn er veel boomgaarden rondom de stad. Wil je nog steeds bodega’s bezoeken, dan zijn er hier twee bekende, Suter en Bianchi. Zij produceren wijnen die elke Argentijnse wijnliefhebber kent. Maar ook de bodega van Jean Rivier kun je bezoeken (zie hieronder). De belangrijkste straten zijn Av. H.Yrigoyen en in het verlengde Av. Mitre, Av. El Libertador en Av. San Martín met het gelijknamige plein. Wanneer je de stad binnenrijdt, kom je vanzelf op Av. H. Yrigoyen uit. De belangrijkste gebouwen zijn uit het begin van de twintigste eeuw. Opvallend is wel, dat hier veel fietsers rondrijden ook al een bewijs van de relaxte sfeer. Als je tijd over hebt is het leuk om naar Isla Diamante te fietsen (zo’n 6 km) alwaar het Museo de Historia Natural is. In een kleine moderne behuizing krijg je een aardig overzicht van de flora en fauna uit de regio, veel ceramiek en opgravingen van spullen van de eerste bewoners die leefden in de grotten rondom de Cañon del Atuel. Elke dag open van 8-20 uur.
323
324
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Praktische informatie San Rafael (02627) Het toeristenbureau vind je op de hoek van Av. H. Yrigoyen en Balloffet. Het is elke dag open van 8-21 uur. Hotels: • Tower Inn (427-190) aan de Av. H. Yrigoyen 774 is een viersterrenhotel en een van de beste in de stad. Modern, met zwembad, een goed restaurant en centraal gelegen. E 60 voor een kamer. • Kalton (430-209), Av. H. Yrigoyen 120, is voor zijn prijs prima. Ruime kamers voor E 35. • Hotel San Rafael (430-128) in Coronel Day 30 is goed, alleen het interieur is wat oubollig. De kamers kosten E 35. En er is een restaurant. www.sanrafaelhotel.com.ar • Portal des Andes (424-634) in Cnl. Campos 197 is een eenvoudig leuk hotelletje, rustig en je betaalt E 15 voor een keurige kamer. Restaurants: Aan de Av. H. Yrigoyen zijn er genoeg zoals: • Tienda del Sol op nr. 1663, is een modern hip café-restaurant, erg in en je eet er prima. • La Fusta op nr. 538 en zijn broer Fusta II op de hoek met Beato Marcelino hebben de beste parrilla’s, prima wijnen en een saladebar. • Nina op San Martín hoek Chile is het beste café. Maar ook Villa del Parque is erg populair en om gezien te worden, Av. H. Yrigoyen 1530. Maar het beste restaurant is wel • Restauro, op de hoek van Cnel. Day en Cte. Salas. Ze hebben een uitstekende menukaart met een goede service Bussen: De busterminal vind je op Coronel Suárez hoek Avallenda. Elke dag zeker 4 bussen naar Buenos Aires (12 uur). 10 bussen per dag naar
i
Mendoza (3,5 uur) en naar Malarqüe 3 per dag (2,5 uur). In het weekend één bus naar Las Leñas, in de winter elke dag een bus. Vliegen: • Aerolineas vliegt elke werkdag van Buenos Aires naar San Rafael en dezelfde ochtend weer terug. Het kantoor is in Av. H. Yrigoyen 395. Reisbureaus: • Raffeish (436-996) heeft rafting, kajak en een catamaran over de meren. Je vindt het op RP 173 bij Valle Grande. www.sanrafaeltour.com/raffeish • Taiel Viaje op Av. Yrigoyen 709 heeft een uitgebreid pakket aan excursies (ook Cañon del Atuel). Autohuur: • Avis, in Bombal 48. • Hertz in 25 de Mayo 430. Bodega’s: • Suter vind je aan de Av. Yrigoyen 2850 (net buiten de stad). Elke dag rondleidingen van 9-19 uur (zondags gesloten). • Jean Rivier is iets verderop op nr. 2385. Een kleine bodega met lekkere wijnen, niet echt interessant voor een bezoek. Open van 8-11 en van 15-18 uur. • Valentin Bianchi vind je in Cmte. Torres 500 of op Ruta 143 (het verlengde van Av. H. Yrigoyen) hoek Valentín Bianchi (ex El Salto, zo’n 4 km buiten het centrum). Hier wordt mousserende wijn ‘a la champenoise’ gemaakt. Open van 9-12.30 en van 15-18 uur. • Zo ook bij bodega Fincas Andinas, een traditioneel wijnhuis bekend om zijn mousserende wijnen. Av. Yrigoyen 5800.
M E N D OZA EN O M STREKEN
Naar de Cañón del Atuel Deze enorme ruige bergkloven, Cañón del Atuel, behoren tot de mooiste van de provincie. Het zijn buitengewone geologische formaties, gevormd door erosie en droogte met enorme ravijnen. Het ruigste gedeelte ligt tussen de twee meren waar de Río Atuel stroomt. Dit gebied ligt 35 km ten zuidwesten van San Rafael en is makkelijk bereikbaar. Vlak voor Embalse Valle Grande, Cañón del Atuel het eerste stuwmeer waar je aankomt, krijg je al meteen een indruk hoe overweldigend de natuur hier is. Bij het bezoekerscentrum kun je uit verschillende mogelijkheden kiezen: raften, een catamarantocht over het meer of een fiets huren. Je hebt er verscheidenen restaurants en een aardig hotel, Valle Grande. De meren zijn een paradijs voor de vis- en watersport. Er wordt veel gevist op pejerrey, een soort koningsvis en forel. Wat ik je aanraad is een boottocht over het stuwmeer Valle Grande met de catamaran. Prachtige rotsformatie zul je dan zien. Maar het hoogtepunt van deze tocht is wel de weg (de RP 173) tussen het stuwmeer Valle Grande en de stuwdam el Nihuil. Deze streek heet Sierra Pintada en refereert aan de roestbruine kleuren, afgewisseld met een diep okergeel. Je rijdt door smalle doorgangen, over steile hellingen met scherpe bochten. Sommige rotsformaties hebben namen gekregen zoals Los Castillos (de kastelen) of La Cabeza del Léon (leeuwenkop), want regen, wind en droogte hebben in die duizenden jaren schitterend werk gedaan. Ruim 40 km imposante rotsformaties! De rit eindigt bij de stuwdam Dique el Nihuil en het meer van Nihuil. Deze grote stuwdam leidt het water onder de grond door naar twee elektriciteitscentrales, die je onderweg ziet. Zij voorzien de hele omgeving van elektriciteit. Terug kun je via de RP 144 naar San Rafael. Vanuit San Rafael gaan 3 bussen per dag naar het stuwmeer Valle Grande (Empresa Iselin, linea 10). Hotel Valle Grande (15580660) is prima met een restaurant en je betaalt voor een 2-pers.kamer E 70. www.hotelvallegrande.com Hotel Nitra II (439-070) is iets goedkoper. Allebei aan de RP 173. Langs deze weg heb je ook 5 campings.
Naar het wintersportgebied Las Leñas Voor je bij Las Leñas bent, via de RN 40 , kom je eerst bij het nietszeggende dorpje El Sosneado op 142 km ten zuiden van San Rafael. Van hieruit kun je een onvergetelijke 3-daagse trektocht te paard maken richting Glaciar de Las Lágrimas waar de resten van het vliegtuigongeluk in 1972 (zie kader, volgende pagina) nog te zien zijn. Het team van Edgardo Luis Barrios van de Hostería El Sosneado (02627) 15-660623) leidt je er naartoe. Een driedaagse tocht met alles inbegrepen, vanaf het hotel en terug, kost ± E 300.
325
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
326
Bij de weg, de RP 222, naar Las Leñas is op enkele kilometers voor Los Molles een prachtig meer, laguna de la Niña Encantada waar je zeker even moet stoppen. Het ligt in een krater van een oude vulkaan en is omringd door zwarte basaltstenen, de kleur van het water is smaragd en glashelder. Na het gehuchtje Los Molles kom je in de ‘zona dolinas’ (gebergte uit kalk), waar je opvallende rotsformaties ziet. Ze lijken op een metershoge oude muur van een middeleeuwse burcht deze waterpoelen en worden Pozo de las Animas genoemd (poel van de zielen). De grootste heeft een diameter van 300 m en is zo’n honderd meter diep. Vanzelf kom je in el Valle Hermoso. In deze mooie vallei is het grootste en modernste skioord van Zuid-Amerika gebouwd: Las Leñas. Alive! In oktober 1972 stortte een vliegtuig, een Fairchild-27, die onderweg was van Montevideo naar Santiago in Chili, neer in het Andesgebergte. Aan boord bevonden zich 45 passagiers onder wie een rugbyteam uit Uruguay. Het vliegruig brak in enkele stukken en de de piloot, co-piloot en enkele passagiers kwamen om het leven. Wonder boven wonder bleef het middengedeelte vrijwel intact en kwam glijdend over de sneeuw tot stilstand. Zoekacties kwamen op gang, maar niets werd vernomen of gevonden. Na enkele dagen werd alles gestaakt. Twee overlevenden vertrokken over de bergen om te proberen hulp te halen. Na dagen klimmen, lopen en vechten tegen de honger en kou kwamen ze iemand tegen. Deze verbaasde man vertelde hun dat het dichtstbijzijnde dorpje nog 17 km was en dat was El Sosneado. Van hieruit is de eerstehulpactie op gang gekomen. 70 dagen hebben de toen nog 16 overlevenden rondom de Glaciar de Las Lágrimas, waar het wrak lag, zich in leven gehouden door o.a. het vlees van de dode passagiers te eten. Dit wat lugubere verhaal is verfilmd in 1992 met de titel: ’Alive!’ Enkele van de gidsen die meegaan hebben de overlevenden toentertijd geholpen en dat maakt de tocht zeker interessant.
LAS LEÑAS Het skidorp Las Leñas, is het modernste skioord van het land en de trots van Argentinië. Het ligt zo’n 200 km ten zuidwesten van San Rafael aan de rand van het Andesgebergte. Tijdens het skiseizoen (juni tot eind september), is dit dé plaats waar de nouveaux riches van Argentinë, maar ook van Brazilië en Colombia komen. Dit zeer moderne dorpje werd in 1983 geopend en telt alleen maar hotels, restaurants, een winkelcentrum, cafés, discotheken en een eigen televisiestation! Qua architectuur is dit dorpje vergeleken bij alle andere skioorden in Argentinië een beauty, dat zeker de moeite waard is om te bezoeken. Als je aankomt zie je dat veel gebouwen in dezelfde stijl gebouwd zijn, alsof het enorme zonnenpanelen zijn met felrode daken.
M E N D OZA EN O M STREKEN
327
Er zijn 24 skipistes en de hoogste is Apolo op 3451 m. Er is een skipiste met een lengte van ruim 7 km! In het hoogseizoen, juli en augustus, is het er zeer druk en zeer moeilijk om een hotel te krijgen. Dan kun je beter proberen te overnachten in Malargüe een stadje 80 km ten zuiden van Las Leñas. De faciliteiten in Las Leñas zijn prima, voor elk niveau zijn er skischolen en snowboard-onderricht, er is controle bij de pistes en enorme snelle liften. Er is ook een hospitaal, cybercafés, en pinautomaten. Maar men komt hier voornamelijk om gezien te worden en de après-ski is een groot gala van paraderen en feesten. Voor een dagpas op de pistes moet je rekenen op E 40 en een dag naar de skischool (5 uur) E 100. In de zomermaanden is nog redelijk wat open, zodat je dit dorpje niet per se in het hoogseizoen hoeft te bezoeken. Je kunt er dan tochten maken door de bergen, te paard, wandelend of met de mountainbike. Er worden redelijk wat activiteiten georganiseerd.
Praktische informatie Las Leñas (02627) Toeristeninformatie: Er is geen speciaal kantoor, daarom kijk op: www. laslenas.com Vervoer: In de winter zijn er volop bussen van en naar Malargüe, San Rafael en Buenos Aires. In de zomermaanden één bus per dag van Malargüe naar Las Leñas. ‘s Winters elke dag een vliegtuig vanuit Buenos Aires naar San Rafael en Malargüe. Hotels: • Hotel Piscis (011) 52385238) is met vijf sterren het meest luxueuze hotel. Ze hebben er een sauna, zwembad (een in de openlucht!), casino en een restaurant. • Hotel Virgo (4315-6767) is ook zo’n luxueus hotel. Nieuw, met alle comfort en zelfs twee bioscoopzalen en een prima sushibar, een restaurant met een schitterend uitzicht over de piste. Maar er zijn ook goedkopere hotels zoals:
i
• Geminis (011) 4393-8031) met een restaurant en Acuario (011) 4315-6767), vlak bij de pistes allebei rond de E 50 per nacht. Je kunt ook een apart-hotel ((42-6112) nemen, wat relatief goedkoper is met alle comfort of een dormy house dat minder luxe heeft. Je betaalt rond de E 40 per nacht voor 2-pers.kamer. Restaurants: In winkelgalerij La Pirámide zijn verschillende restaurants, waaronder • El Refugio de la Pirámide een aanrader is. El Brasero is een grote populaire self-service. • Malbec in hotel Aries is een aanrader, en tevens een wijnbar. De pub Innsbruck is een populair café en bijhet terras van hotel Acuario wil iedereen lunchen.
328
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
8. Córdoba en omstreken De jezuïetenestancia’s, het nationale park Condorito, het gebergte Los Terrones en het 'Beierse' stadje Villa Belgrano De provincie Córdoba wordt ook wel het geografisch ‘hart’ van Argentinië genoemd. Het is economisch een rijke provincie, want het oostelijke gedeelte is vlak, met grasland en veel agricultuur, dat ze Pampa Húmeda (de vochtige Pampa) noemen. Het zuidwestelijke deel bestaat grotendeels uit bergen en heuvels, las Sierras de Córdoba. Deze streek is zeer bosrijk en sommige bergen waren vroeger vulkanen. Dit westelijke gedeelte heeft veel toerisme, vooral van Argentijnen zelf. Het komt qua landschap veel overeen met de Auvergne in Frankrijk en met de provincie Andalusië in Spanje. De Spaanse sfeer vind je terug in de tientallen kleine dorpjes, ten noorden van Córdoba, want de eerste gouverneur Luis de Cabrera zei in 1573 dat de stad Córdoba: La Nueva Andalusia (het nieuwe Andalusië) moest worden. Waar je ook bent in de provincie, je proeft de mediterrane sfeer en dat komt omdat er veel Italiaanse en Spaanse immigranten zich hier hebben gevestigd. De provincie heeft een goede infrastuctuur, wat je ziet aan al die hotelletjes, herbergen en familiepensions, maar ook aan de goede wegen en het openbaar vervoer. In de zomermaanden worden bijna overal openluchtfestivals georganiseerd, want de temperaturen zijn ’s avonds zeer aangenaam. Kortom, een echte vakantieprovincie. Maar er zijn ook gebieden voor de actieve vakantieganger, waar je langs en door spectaculaire rotsformaties wandelt of te paard gaat. Ook de liefhebbers van parapente, abseilen en mountainbiken kunnen zeker aan hun trekken komen. Het waren de jezuïeten die in de 17de eeuw een belangrijke stempel op de stad Córdoba en omgeving hebben gedrukt. Dat kun je goed kunt volgen in el Camino de la Historia (de weg van de historie). De laatste anderhalve eeuw zijn het vooral de Italianen geweest, die de provincie het gezicht van deze tijd hebben gegeven. Je bent welkom in de ‘Europese’ provincie Córdoba!
C Ó R D O BA EN O M STREKEN
CATAMARCA
157
N ▲
329
SANTIAGO DEL ESTERO ● Villa Ojo de Agua
60 Salinas de Ambargasta
Villa Cerro Colorado 18
➤ Cruz Deleje
●
Salsacate
Cosquín
●
●
Bunilla
Capilla del Monte ● Los Coscos ● La Cumbre ● 15 La Falda ●
naar San Juan 28
●
Villa del Totoral
17 ● Ascochinga ● Jesús María
● Salsipuedes
Rí
Córdoba
o
Laguna Mar Chiquita Morteros ● ero ● Mira Prim Mar
23
San ● VA. Carlos Paz● Francisco ● ndo
Mina Segu naar Santa Fé Clavero ● ● Alta ío ● Pilar ● Villa del Rosario R Gracia 13 Nono ● 158 Villa Las Varillas Dolores ● ● Olivia ● San Agustín Santa ● Rosa ●
➤
ome chingon es
Sierra G
ra nd e
➤
Merlo ●
1
naar Mercedes
➤ 50
Río
●
100 km
Te r
ce
Villa María
ro
●
158
naar Rosario ➤
●
Bell Ville
● General
Río Cuarto
Sie rra
SAN LUIS
●
Villa Río Tercero del Dique
de C
naar San Luis
0
lce
38
●
●
ra d e Sie r
16
Río Du
Deán Funes
●
Villa Tulumba
naar La Rioja
● de María
SANTA FÉ
Salinas Grandes
LA RIOJA
35
Cabrera
● Río
4
Cu
art
o
La Carlota●
N ▲
8 Canals ●
naar ➤ Buenos Aires
WAT JE ZEKER NIET MAG MISSEN IN EN RONDOM CÓRDOBA! 1. Allereerst de stad Córdoba voor een wandeling door het (historische) centrum, en ‘s avonds dineren in de uitgaanswijk Nueva Córdoba of op Av. Rafael Nuñez. Pagina 335. 2. El Camino de la Historia, een route terug in de geschiedenis van de provincie. Met estancia’s en mooie kerken gebouwd door de jezuïeten. Pagina 349. 3. Naar het nationale park El Condorito, daarna via Villa Dolores en het (hippie) dorpje Nono naar het prachtige Museo Rocsen. Pagina 352. 4. Een wandeltocht of te paard door het adembenemende gebergte van Los Terrones en Parque Natural Ongamira. Pagina 349.
➤
330
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
DE STAD CÓRDOBA De ‘zuster’ van Buenos Aires, die ‘La Docta’ (de geleerde) wordt genoemd Córdoba is na Buenos Aires de grootste stad van Argentinië, met ruim 1,2 miljoen inwoners. Het wordt ook wel haar ‘grote zuster’ genoemd. De stad ligt 710 km ten noordwesten van de hoofdstad. Córdoba is een van de belangrijkste industriesteden van het land en ook op cultureel gebied toonaangevend. In 1573 werd de stad door Jerónimo Luis de Cabrera gesticht en snel daarna werd het een belangrijke regio, waar de jezuïeten en franciscanen een grote invloed hebben gehad, zowel op cultureel als op economisch gebied. Córdoba heeft zich altijd verzet tegen overheersing van Buenos Aires in het land, mede daarom kan het zijn dat het zo’n belangrijke industriestad is geworden. Vooral toen eind van de 19de eeuw de grote immigratiestroom op gang kwam en treinverbindingen met de rest van het land werden aangelegd, ontwikkelde de stad zich in een stroomversnelling. En helemaal toen in de jaren veertig ook de auto- en luchtvaartindustrie naar Córdoba kwamen. Toch kreeg de stad net als in Parijs eind jaren zestig, een grote studenten- en arbeidersrevolte, die snel oversloeg naar andere steden en resulteerde in harde onderdrukking. Gelukkig ontwikkelden de politiek en het culturele leven zich na het militaire regime in progressieve zin. Met twee universiteiten wordt deze stad ook wel ‘La Docta’ (de geleerde) genoemd. Hier begon met de eerste universiteit, in 1613, een onderwijssysteem, dat vanaf die tijd in heel Zuid-Amerika het leersysteem op zijn kop heeft gezet. Op cultureel gebied is er veel te doen. Er zijn talrijke kunstgaleries en musea en zo’n twintigtal theaters waar grote festivals worden gehouden. Het centrum heeft prachtige koloniale gebouwen en daardoor merk je dat Córdoba altijd een belangrijke stad is geweest. Een van allure. Het is ook een stad met grote architectonische verschillen, want ik heb nergens zulke lelijke moderne gebouwen gezien die broederlijk rondom de historische gebouwen staan. Dankzij het drukke autoverkeer op de avenida’s kan het soms behoorlijk stinken en geeft de stad een chaotische indruk. Toch is zij de moeite waard voor een bezoek, want met enkele hieronder beschreven stadswandelingen, wil ik je een goed beeld geven van de geschiedenis van de stad. Het centrum ligt natuurlijk rondom Plaza San Martín waar ook de kathedraal staat. Daar begint de eerste stadswandeling. Zomers is het er zeer warm, dagenlang temperaturen boven de 30 °C is heel gewoon en enorme regenbuien horen daar ook bij.
Een wandeling door het oude centrum (Centro Histórico) Plaza San Martín is een groot plein, dat gedeeltelijk alleen voor voetgangers bestemd is en waar je in het midden het standbeeld van (alweer) generaal San Martín ziet staan. Dit beeld werd pas in 1916 geplaatst, want daarvoor heette dit plein Plaza Mayor. Het staat vol met exotische
C Ó R D O BA EN O M STREKEN
bomen zoals de palo borracho en de lapacho, die in de lente prachtige paarse en roze bloesem hebben. Meteen valt je de kathedraal al op. Het is een imposant bouwwerk waaraan men in 1697 begon te bouwen en na vele onderbrekingen, zoals instortingen, slaagde men er uiteindelijk in om in 1784 de bouw te voltooien, grotendeels in barokke stijl met een Romaans aandoende koepel. Het werd ontworpen door de jezuïeten en gebouwd door de indianen, wat je goed kunt zien aan de versieringen. Helaas is de façade slecht onderhouden. Je moet zeker even naar binnen, want er zijn prachtige schilderijen en iconen, maar ook het smeedijzeren traliewerk in de zuilengang is een knap stuk ambachtswerk. De plafonds en vooral die in de koepel hebben een overdaad aan indrukwekkende versieringen. Rechts van de kathedraal is de Cabildo, die in 1785 voltooid werd. Een typische weergave van koloniale architectuur, ronde bogen met een passage en een patio, er is een trap naar de eerste verdieping en een grote salon. Nu zijn er in de Cabildo allerlei openbare functies, zo ook Museo de la Ciudad. Daar zie je archeologische voorwerpen die gevonden zijn onder de Cabildo tijdens de verbouwing. Maar ook historische prenten en documenten over de stad. Elke dag open van 9-13 uur. Kijk ook eens naar de lantaarns in de galerij met mooi smeedijzerwerk. Schuin aan de overkant op Rosario de Santa Fe, de straat naast de Cabildo zie je naast het culturele centrum op nr. 39 het smalste huis van de stad, Casa Obispo Mercadillo. Het werd in de 17de eeuw bewoond door de eerste bisschop van de stad, Mercadillo. Vooral het smeedijzeren balkon met zijn versieringen valt op. Waar je zeker even naar binnen moet
De kathedraal van Córdoba
331
332
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
gaan is iets verder op nr. 25 bij de mooiste delicatessenzaak van de stad, ‘El pan de Azucar’. Het is een grote lekkernijenwinkel met nog zo’n jaren vijftig uitstraling en waar het personeel tot het vaste meubilair behoort. Als je iets terugloopt ga je de peatonal Deán Funes in, een soort wandelparadijs: cafeetjes, boetiekjes en veel boekwinkels. Dan ga je linksaf de peatonal Obispo Trejo in. Dit is een belangrijke straat, want hier staan enkele mooie historische gebouwen. Maar eerst op de volgende hoek met 27 de Abril, heb je links een leuke winkelgalerij (met allemaal kruidenwinkeljes) in een gerestauColegio Nacional de Montserrat reerd koloniaal gebouw en aan het eind op de hoek van Independencia de kerk Convento de Santa Catalina uit 1717. De peatonaal Obispo Trejo is tot aan het volgende blok de gezelligste winkelstraat met veel boekwinkeltjes, dan na Caseros krijg je het ‘intellectuele hart’ van de stad: de oude universiteit met het Colegio Nacional de Montserrat. Maar eerst heb je op de hoek een gezellig pleintje, Plazoleta Rafael Garcia. Met al die brommertjes, studenten, terrasjes en cafés, vroeg ik me eerst af of ik ergens in Noord-Italië was. Volg de studenten naar de universiteit en loop mee naar binnen, je komt dan vanzelf op een grote patio uit. Hier staat omringd door palmbomen het standbeeld van Obispo Friar Trejo, de oprichter van deze universiteit, die de oudste en meest vrijgevochten van Argentinië is. De universiteit werd in 1621 geopend en geldt nog steeds als een van de meest prestigieuze van het land. Je kunt de bibliotheek bezoeken, waar waardevolle boeken, plattegronden en het manuscript van het eerste burgerlijk wetboek van Argentinië te zien zijn. Maar ook een bezoek aan de prachtige Salón de Grados (waar men afstudeert) behoort bij de rondleiding. Open van di. t/m za. van 9-20 uur. Op de hoek voor de universiteit met Caseros staat Iglesia de la Compañía de Jesús, die dateert uit 1640 en een van de oudste kerken van het land is. Het gewelf van het binnenschip is van cederhout zo ook het dak en is prachtig in detail bewerkt. Wat jammer dat het zo hoog is! Driehonderd jaar geleden paste men hier een nieuwe lijmsoort toe en nog steeds is
C Ó R D O BA EN O M STREKEN
het dak waterdicht. Maar ook al die schilderijen over het leven van Jezus, het altaar en de preekstoel zijn stuk voor stuk kunstwerken. Deze kerk was een ontwerp van de Vlaamse jezuïet Philipe de Lemair. Wat verder, op de volgende hoek met Duarte Quirós zie je Colegio Nacional de Montserrat, het derde historische gebouw in dit blok. Het dateert uit 1767 en vooral de façade is opvallend, ondanks het feit dat deze in 1928 opnieuw is herbouwd. Want deze bouwstijl, restauración nacionalista, moesten gebouwen weer terugbrengen in de sfeer van de Spaanse en koloniale architectuur. Bekijk vooral het prachtige ijzerwerk rondom de ramen. Binnen zijn nog delen die dateren uit 1687, toen deze school door Duarte Quirós (een bekende wetenschapper uit die tijd) werd gesticht. Nu is het een exclusieve middelbare school voor kinderen uit de gegoede klasse. Dit gedeelte tussen de straten Caseros en Duarte Quirós wordt ook wel ‘Manzana de los Jesuitas’ genoemd, wat globaal het huizenblok van de jezuïeten betekent. Het is door de UNESCO uitgeroepen tot cultureel erfgoed. Onder leiding van een tweetalige gids kun je deze Manzana de los Jesuitas uitgebreid bekijken. Elke dag is er om 10, 11, 17 en 18 uur een rondleiding, het vertrek is in Obispo Trejo 242. Aan de andere kant van deze historische gebouwen heb je terrasjes en cafés, waar het gezellig vertoeven is tussen de studenten. Nu sla je rechtsaf en loop je naar een van de drukste avenida’s van de stad, Vélez Sársfield. Hier ga je links in en zie je Teatro General San Martín, een groot gebouw uit 1887 in neoclassicistische stijl, echt zo’n pompeuze Franse imitatie. Vooral boven de façade zie je dat duidelijk. Nu loop je weer terug over deze avenida richting Deán Funes. Bij de volgende hoek op Calle 27 de Abril is een groot opvallend gebouw, ex Banco Social de Córdoba. Het is nog geen zeventig jaar oud, maar met prachtige zilverachtige ornamenten en boven een mooie koepel. Het dateert ook uit de periode van de restauración nacionalista (zo ook in Salta, zie pag. 176). Wat verder op de hoek met Deán Funes, staat de basiliek van Santo Domingo, een kerk uit 1861 met binnen de afbeelding van Virgen del Rosario del Milagro de patroonheilige van Córdoba en prachtige altaren. De kerk is een Italiaans ontwerp en deze bouwstijl zie je veel in Noord-Argentinië, want daar hebben vooral Italiaanse architecten in de 19de eeuw het land een nieuw ‘uiterlijk’ gegeven. Bij het volgende blok op nr. 33, nu heet de avenida General Paz, verscholen achter bomen zie je een opmerkelijk gebouw, Museo de Bellas Artes Dr. Genaro Pérez. De façade doet denken aan een groot Frans herenhuis uit de provincie. Het werd in 1905 gebouwd voor een welgestelde senator uit de provincie en in de jaren veertig aan de gemeente geschonken, daarna werd het een museum voor moderne kunst. Je ziet voornamelijk schilderijen uit de school van Córdoba vanaf de jaren dertig tot heden. Open van di. t/m zo. van 9-21 uur. Je slaat rechtsaf de peatonal 9 de Julio in, richting Rivadavia, alwaar de Basilica La Merced staat, een kerk uit 1826, gebouwd op de ruïnes van een eerdere kerk uit 1600. Ook hier zie je de Italiaanse bouwinvloed. Vooral de preekstoel is een schitterend met goud gegraveerd kunstwerk. Aan de buitenmuur op Rivadavia kun je de geschiedenis van Córdoba
333
334
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
mooi volgen via keramische kunst, gemaakt door een plaatselijk bekende kunstenaar Armando Sica. Je loopt rechts Rivadavia in en bij Rosario de Santa Fe ga je linksaf. Op de volgende hoek van Ituzaingó staat het mooiste huis van de stad en het sluitstuk van de wandeling, Casa del Virrey Sobremonte, gebouwd rond 1750 voor de onderkoning Sobremonte. Kijk eens naar het balkon, het houtwerk, simpel van bouw en vorm, maar juist door zijn eenvoud zo mooi. Ook de patio’s (er zijn er vijf) zijn een bezoek waard (met een enorme jasmijnboom). Het puikje van koloniale architectuur. Het is nu een museum. Op de begane grond kun je goed zien hoe deze gouverneur woonde met mooie schilderijen van de Cuzqueña school (zie pagina 215), porselein en meubels. In een kamer is zelfs een apotheker uit de 19de eeuw nagemaakt. Open van di. t/m vr. van 9-15 en in het weekend van 10-16 uur. Bij de volgende hoek van San Jeronimo ga je rechtsaf en kom je vanzelf op Plaza San Martín uit. Een blok ervoor op de hoek met Independencia is Banco de Córdoba. Het is een opvallend gebouw uit 1889, wat me aan Parijs doet denken. Loop zeker even de enorme hal binnen. Op de volgende hoek met Buenos Aires heb je een weer zo’n bombastisch gebouw uit de stijl van restauración nacionalista met een grandcafé, waar je na deze wandeling kunt genieten van een drankje of een tussendoortje.
Naar Plaza Italia Dit wordt een kleine wandeling naar het lelijkste plein van de stad, Plaza Italia. Het toppunt van smakeloosheid, maar zo is de meeste architectuur van de laatste tientallen jaren in deze stad. Het is zo contrasterend met de koloniale architectuur en zo overheersend, dat het gaat tegenstaan en daardoor wordt het nog lelijker. Gelukkig zijn er rondom dit plein ook andere en interessante oude gebouwen, zodat de wandeling toch nog de moeite waard wordt. Je gaat bij Plaza San Martín, Calle 27 de Abril in en twee blokken na Av. V. Sársfield op nr. 375 zie je links een mooi gebouw, Casa Ordoñez, nu een bibliotheek, maar eigenlijk gebouwd in 1889 als gerechtshof. Dan steek je Ayacucho over en kom je op Plaza Italia uit. Je ziet het al van verre, er staan vier grote betonnen geraamtes met bogen en op de platforms zijn fonteinen, eigenlijk helemaal passé. Het heeft wel een verklaring, zelfs een geschiedenis, deze vier betonnen fonteinen. In 1791 wilde de onderkoning Sobremonte op deze plaats de watervoorziening in de stad regelen met een grote dam, maar dat bleek veel later inefficiënt te zijn. Daardoor waren wel de fruitbomen en ander groen, die op deze plek groeiden verdwenen en kreeg het langzaam maar zeker het hedendaagse aanzien. Maar in de jaren zestig wilde de toenmalige burgemeester blijkbaar op artistieke wijze een herinnering aan deze watervoorziening geven en liet een architect dit ontwerp maken. Je hebt eromheen nog wel een aardige Feria de los Artesanos waar je aardige handgemaakte bijous kunt kopen. Als je het kanaal annex riviertje, la Cañada, oversteekt kom je bij een van de mooiste pleinen van de stad, Paseo Sobremonte. Je ziet er fonteinen, palmbomen en mooie grote exo-
C Ó R D O BA EN O M STREKEN
Plaza Vélez Sársfield
tische bomen. Het is een rustpunt in deze stad. Het deed mij denken aan Place de Luxembourg in Parijs in het klein. ’s Zomers is het er erg gezellig met veel openluchtconcerten. Rondom heb je het gemeentehuis en het paleis van justitie. Dit laatste is in neoclassicistische stijl gebouwd in 1936! Je kunt nu doorlopen langs het water naar Plaza Vélez Sársfield voor de volgende mooie wandeling.
Een wandeling door de wijk Nueva Córdoba Deze wandeling gaat door een van de mooiste buurten van Córdoba naar het zuiden van de stad. Je start bij het plein bij Plaza Vélez Sársfield. Het is een grote verkeersader, maar toch zijn er veel terrasjes en gezellige cafés en een groot winkelcentrum, Patio Olmos. Dit shoppingcentrum is een must voor shoppers, op enkele etages zijn vele boutiekjes, art-galeries en restaurants. Zeker naar binnen gaan om te kijken en te genieten. Elke dag open van 10-22 uur. Dan neem je de tweede links Av.Yrigoyen richting Plaza España. Voor je op de hoek van Obispo Trejo zie je de Ecipsa Tower, met een gewaagde architectonische combinatie van modern (strak met volop glas) met neoclassicistisch (beneden). Als dit de nieuwe stroming wordt zal Córdoba er zeker op vooruitgaan. Je merkt al meteen dat je in een goede buurt komt; hier zijn de betere restaurants, uitstekende bars, mooie antiekwinkels en de huizen hebben een Côte d’Azure-uitstraling (wat ze hier Casas Señoriales noemen) zoals de meeste mansions. Het is ook een prima buurt om ‘s avonds uit te gaan. Deze buurt wordt Barrio Nueva Córdoba genoemd en werd ontworpen rond 1886.
335
336
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Op nr. 115 van Av. Yrigoyen bevindt zich Museo de Ciencas Naturales Bartolomé Mitre, een museum met o.a. een grote verzameling stenen en mineralen. Open van ma. t/m vr. van 10-18 uur. Als je verder Av. Yrigoyen doorloopt zie je links op de hoek van Buenos Aires een verrassende kerk, Iglesia del Sagrado Corazón de Jesús. Deze bombastische neogotische kerk, gebouwd tussen 1926 en 1934, heeft bij een toren een ‘afgewaaid’ dak. De façade is zeer imposant en ontworpen door een Italiaanse architect met van binnen veel Venetiaans mozaïek. Maar het meest imponerende gebouw is op de volgende hoek met Derqui, daar staat Palacio Martín Ferreyra, gebouwd in 1912. Ontworpen door de Argentijnse architect René Sergent, die in Parijs Parque Sarmiento woonde, voor de schatrijke familie Ferreyra. Wat opmerkelijk is, dat deze architect alles heeft ontworpen en laten maken in Frankrijk naar de wensen van deze familie. Want bewonder eens die schitterende art-nouveauramen en -deuren, maar ook de hal, die een echte paleisuitstraling heeft, met een enorme trap in het midden gedecoreerd met sierlijk ijzerwerk. Als er weer rondleidingen zijn ga dan zeker mee, maar informeer eerst bij de toeristeninformatie. Av. Yrigoyen eindigt dan bij Plaza España, met links aan de overkant de ingang van Parque Sarmiento en het museum voor schone kunsten Emilio Caraffa, gehuisvest in zo’n neoclassicistisch gebouw uit 1915 met een grote collectie van moderne schilders, onder wie Emilio Graffa die uit Córdoba kwam. Open van di. t/m za. van 10-19 uur, zondag van 15-20 uur. Parque Sarmiento is ontworpen door de Franse tuinarchitect Carlos Thays in 1911, die ook de parken in Mendoza, Tucumán en Buenos Aires heeft ontworpen (zie pagina 173). Het park heeft een dierentuin, een openluchttheater, een groot zwembad en een meer met eilandjes. Een leuke wandeling in de namiddag is in dit park over de Av. Deodoro Roca waar het druk is met flanerende gezinnen en puffende joggers. Je wandelt langs terrasjes, prieeltjes naar de rotonde en daar heb je een fraai uitzicht over de stad Córdoba.
Eten, drinken en romantiek op Avenida Rafael Nuñez De wijk Cerro de las Rosas 3 km ten noordwesten van het centrum biedt ’s avonds één groot feest. Vooral langs Av. Rafael Nuñez heb je hoofdzakelijk restaurants, clubs, disco’s, terrassen en is het aanschuiven. Ver-
C Ó R D O BA EN O M STREKEN
337
licht met lampions en kaarslicht en veel muziek is deze buurt op warme avonden tot diep in de nacht dé uitgaanswijk van Córdoba. Je kunt er heerlijk buiten flaneren, eten of drinken. Neem op een zwoele avond een taxi naar Av. Rafael Nuñez, waar het feest begint. Denk er wel om, dat hier alles pas laat op gang komt (niet voor 22.00 uur!). Het beste is in de weekenden en de vakantiemaanden.
ia uqu Río S itre ★7 M . v B
Mercado Norte
N ▲
Catamarca
Lima
Blvd. Chacabuco
Santa Rosa
Alvear
Rivadavia
★5
San Martín
Rivera Indarte
Sarmiento
Rí
Avenida Gen. Paz
Tucumán
Jujuy
Sucre
Humberto 1e
Rioja
Oncativo
Tablada
Lima
o Su
Avenida I. Olmos
Avenida Colón
10
■
■
★3 Corrientes
Duarte Quiros
★14 Bv. San Juan
Balcarce
★
★9
h
ne
s
Paraná
11
■
a
San Lorenzo
et
oy iq Yr
Av e
én
F. Rivera
Puey Bredon
8
★
Bv. A. Illia
Po
a id en Av
■
■
Station
Entre Rios
da
ña
★
■
■
ni
Ca
6
Caseros
San Jeronimo
go
■
R. de Santa Fé
2
★★1 Blvd. Chacabuco
Plaza San Martín
Ituraingo
o Ayacucho
Buenos Aires
Rí
4
★
■
y
Independencia
Abril
Avenida Velez Sarsfield
Plaza Italia 27 de
■
★13
ia
Lu
☎
Dean Funes
qu
25 de Mayo
25 de Mayo
T. C. Allende
★
9 de Julio
■
Delqui
A. Rodriguez
D. Labrañaga
J. M. Estrada ★ 12
h
h
Parque Sarmiento h
Córdoba 1. Inter Plaza Hotel 2. Hotel Sussex 3. Hotel Windsor 4. Hotel NH Panorama 5. Hotel King David 6. Hotel Cristal 7. Hotel El Virrey 8. Hotel Heydi 9. Hotel Alex 10. Hotel Garden 11. Hotel Dorrego 12. Córdoba Hostel 13. Córdoba Backpacker 14. Shopping centrum Patio Olmos Toeristeninformatie • • • Wandelroute beschreven in de tekst.
338
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Praktische informatie Córdoba (0351) Toeristeninformatie Je kunt bij twee informatiebureaus terecht. Het eerste aan de Plaza San Martín op de hoek van Deán Funes in de Cabildo. Aan de overkant bij Centro Obispo Mercadillo op Rosario de Santa Fe 39. Allebei open van 8-20 uur. Bij beide zijn ze zeer hulpvaardig. Er is er ook een bij het busstation. www. cordobatrip.com of www.córdoba. net
Hotels Topklassehotels • Inter Plaza Hotel (426-8900) een vijfsterrenhotel op San Jerónimo 137. Ligt centraal met alle comfort. www. interplaza.com.ar
Eersteklashotels (E 60-90 voor een 2-pers.kamer) • Hotel Windsor (422-4012) is een prima hotel met zwembad, sauna en een restaurant. Midden in het centrum. Buenos Aires 214. www.windsor tower.com • NH Panorama (410-3900) in Marcelo T. de Alvear 251 aan het riviertje la Cañada. Grote kamers met een tuin en een zwembad op het dak. www. nh-hoteles.com • King David (570-3528) aan de Av. Gral. Paz 386 een goed modern appartementenhotel voor een betaalbare prijs. Met alle comfort, restaurant en zwembad. www.hotelkingdavid.com. ar
Middenklassehotels (E 40-50 voor een 2-pers.kamer) • Hotel Sussex (422-9070) is goed al ziet het er van buiten niet uit. Heeft grote kamers, een zwembad en een
i
restaurant. San Jerónimo 125. www. hotelsussexcba.com.ar • Hotel El Virrey (425-7777) aan de Blv. Mitre 227. Voor de prijs prima, maar ligt wel iets buiten het centrum. www.elvirreyhotel.com.ar • Hotel Heydi (423-3544), Blv. Illía 615, niet ver van de busterminal is goed, maar slaap wel aan de achterlant vanwege druk verkeer. www.hotel heydi.com.ar • Hotel Cristal (424-5000) in Entre Rios 58 centraal gelegen in Nueva Córdoba. Zowel de kamers als service is goed. www.hotelcristal.com.ar
Budgethotels (E 20-35 voor een 2-pers.kamer) • Hotel Alex (421-4350) in Av. Illia 742, vrijwel om de hoek van de busterminal. Is goed, modern en prima voor zijn prijs. • Hotel Garden (421-4729) aan de peatonal 25 de Mayo 35, goed gelegen en sfeervol met veel planten op de patio. Een aanrader. Geen ontbijt. • Hotel Dorrego (422-1039) vlak bij de busterminal is eenvoudig en voor de prijs prima. Inclusief ontbijt. Tránsito C. de Allende 465. www.hoteldor rego.com.ar
Hostels • Córdoba Hostel (468-7359) in Ituzaingó 1070 ligt vlak bij Plaza Español. Leuke sfeer en ze hebben veel activiteiten, zoals excursies en tangoles. www.cordobahostel.com.ar • Córdoba Backpacker (422-0593) in Dean Funes 285 is prima. Er is kooken wasgelegenheid en ligt niet ver van het centrum. www.cordobaback packers.com.ar
C Ó R D O BA EN O M STREKEN
Restaurants Het is te omslachtig om van deze stad met zo veel mogelijkheden een goede lijst van restaurants te geven. Toch wil ik een poging doen. • Il Gatto aan de Av. Gral. Paz 120 is goed, betaalbaar en ze hebben pizza’s in alle maten. Ook in Av. Colón 628. • La Mamma een andere goede Italiaan, heeft lekkere verse pasta’s en een leuk sfeertje. Het is aan de Av. F. Alcorta hoek Santa Rosa. • La Cocina de Oses heeft exclusieve gerechten, zoals salmón poche con salsa tartara (gepocheerde zalm met een tataarsausje). Of een pollo de Nueva Córdoba con crema al la cereza con cognac. Deze laatste is een voortreffelijke gekookte kip met bessengelei en cognacsaus. Zo hebben ze nog meer van die heerlijke gerechten. En dat alles in een mooi interieur van schilderijen. Dus zeker proberen! Je vindt het in Independencia 512. • Betos aan de Blv. San Juan 454 heeft een van de beste biefstukken. Het interieur is van een oude estancia. Vaak is het er druk, maar zeer gezellig. En voor één prijs eten (noemen ze in Córdoba: diente libre!). Zo ook: • Las Tinajas aan de Blv. San Juan 32. • La Vieja Casa Francés in Independencia 508 heeft een aardige kaart en leuke sfeer met een patio. • Sol y Luna is een goed vegetatisch restaurant. Gral. Paz 278. Zo ook: • Siempre Verde in 9 de Julio 36. • Novecento in de Cabildo is voor een lunch zeker aan te raden. • Natuurlijk langs de Av. Rafael Nuñez (Barrio Cerro de las Rosas) een levendige avenida met tientallen restaurants. De bekendste zijn: Factory, Villa Agur en Carreras. Zeker een keer proberen!
Bars en cafés • Een leuk café is La Fenice op de
hoek van Av. H. Irigoyen en Buenos Aires. Rita bar in Independencia 1162. Piccadily Pub, Av. H. Yrigoyen 464, en als laatste Johnny B. Good, Av. H. Yrigoyen hoek Independencia. • Voor overdag wat drinken is Alfonsino een leuk café. Vlak bij de universiteit in Duarte Quiros 66. Je kunt er ook lunchen. • Reina Alba is een leuk café voor hippe jonge mensen in Independencia 1162.
Citytour • Vanaf Plaza San Martín bij de kathedraal gaat een dubbeldekker met open dak langs de belangrijkste bezienswaardigheden in de stad. Een leuke manier om de stad te leren kennen. Elke dag om 10 en 18 uur.
Vervoer Bussen Córdoba heeft een van de beste busterminals van het land. Goed georganiseerd en je vindt er van alles: van toeristeninformatie tot een supermarkt. Hele winkelgalerijen, telefooncabines, restaurants en pinautomaten. • Naar Buenos Aires gaat bijna elk uur een bus (een rit van 10 uur). Je hebt verschillende prijzen: común en diferencial (deze laatste is luxe). • Naar Salta en Jujuy zes bussen per dag (tussen de 12 en 15 uur). • Mendoza zeker acht bussen per dag (8 uur). • Naar Tucumán gaan minstens 8 bussen (8 uur). • Om het uur een bus naar Santa Fe (5,5 uur). • Naar La Rioja, vier per dag (6,5 uur). • Wil je naar Villa Carloz Paz, dan heb je elk halfuur een bus (doet er een uurtje over). • Naar Mina Clavero gaan er 8 per dag (3 uur). • Bij de onderstaande steden kun je ook een bus nemen bij de minibus-
339
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
340
terminal achter de Mercado Sur. Deze vind je bij Av. Illa en Buenos Aires. Tickets beneden in het souterrain. Om de 2 uur een bus naar Cosquin, La Falda, Capilla del Monte, Villa Belgrano en Jesús Maria. Naar Alta Garcia elk halfuur een bus.
Vliegen Het vliegveld ligt 11 km ten noorden van de stad. Er is geen busje die je naar je hotel brengt. Er zijn taxi’s. • Zo’n 10 vluchten per dag naar Buenos Aires met Aerolineas. • Lan Argentina. vliegt 2x per dag naar Buenos Aires. • Aerolineas Argentinas, Av. Colón 520. Iberia, Dean Funés 154.
Autohuur • Herz is op vliegveld. • Europcar vind je in Entre Rios 70. www.europcar.com.ar • Avis is in Blv. San Juan 137.
Winkelen De voetgangersstraten 9 de Julio vanaf Gral. Paz tot aan Jujuy en Deán Funes vanaf Av. V, Sarsfield zijn de beste winkelstraten. • Patio Olmos is één groot shoppingparadijs. Op de hoek van Av. V. Sarsfield en Blv. A. Illía • Bij Plaza Fundador op de hoek van 27 de Abril is een galerie waar veel gezondheidswinkeltjes zijn. Van kruiden tot lichaamsverzorging.
Boekwinkels • Een goede boekwinkel, El Mundo del Libro, vind je op de hoek van Obispo Trejo en Deán Funes, ze hebben buitenlandse tijdschriften. Of bij Librería Blackpool in Deán Funes 395. Mundo Lectura is een grote goede boekhandel in Av. V. Sarsfield 49. El Ateneo is hier ook in Gral. Paz 180.
Supermarkten • Disco is in Av. V. Sarsfield 140. Een grote is in Corrientes tussen Buenos Aires en Ituzaingó. Schuin tegenover Patio Olmos aan de Av. V Sarsfield is Cordiez. • Córdoba kent zijn eigen alfajores (een soort biscuitje gevuld met o.a. dulche de leche) nl: Chammas. De winkels zijn aan de Av. Gral. Paz 70, en in Rivadavia 77 bij Plazoleta Nuestra Señora de la Merced. • Voor de ambachtelijke bierliefhebber is de winkel Cassaro een must. Niet alleen flesjes bier maar ook allerlei verschillende taps en voorwerpen over bier zijn er te koop. Hoek Rivero Indarte en Santa Rosa. • Paseo de las Artes is een leuk kleurrijk plein waar allerlei ambachtelijke en handgemaakte spulletjes te koop zijn (Feria Artesanal). Relaxte sfeer en open in het weekend van 18- 22 uur. Bij A. Rodriguez en Belgrano aan het riviertje de Cañada. Daar vind je ook een sfeervolle antiekmark, een soort San Telmo in het klein. En La Feria de las Dulzuras een markt met allerlei goede natuurproducten.
Wasserette • Lavadero, Av. E. Olmos 132, en Corrientes 9. Aan de Av. Colón 294 en Av. Fig. Alcorta 171.
C Ó R D O BA EN O M STREKEN
341
✭✭✭ VIER MOOIE (DAG)TRIPS VANUIT CÓRDOBA ✭✭✭ Vanuit Córdoba kun je vier mooie (dag)trips maken. Allemaal erg afwisselend, van vakantiestadjes tot eeuwenoude jezuïetenkloosters. ❶ Camino de Punilla (de weg van de hooglandvlaktes) is een leuke tocht langs vakantiestadjes, golvend heuvellandschap met kabbelende beekjes tot spectaculaire rotsformaties bij Parque Natural Ongamira. Pagina 349. ❷ Camino de la Historia gaat langs oude jezuïetenkloosters (estancia’s), waarvan Santa Catalina de grootste en mooiste is. Pagina 349. ❸ Traslasierra (dwars door de berg) vallei is een mooie dagtrip naar Mina Clavero. Je komt langs Parque Nacional El Condorito (met veel condors) en als sluitstuk een verrassend Museo Rocsen. Pagina 352. ❹ Zuiden van Córdoba. Deze (dag)trip brengt je in een andere wereld, die van de Alpen. Je ziet huizen en chalets in Alpenstijl en als je de menukaart leest waan je je in Zuid-Duitsland of Zwitserland. Pagina 354.
❶ CAMINO DE LA PUNILLA De eerste Spanjaarden gaven deze naam aan dit gebied, daar het gelijkenis had met het hooggebergte in Spanje. Want het landschap heeft wel iets weg van Europa waar je doorheen rijdt, soms waan je je in Zuid-Frankrijk, dan weer in Zuid-Engeland of gewoon ergens in Spanje. Maar het heeft wel zijn eigen atmosfeer, wat je een heerlijk vakantiegevoel geeft. En dat komt ook omdat inwoners van Córdoba hier op vakantie gaan of hun weekendhuis(je) hebben.
VILLA CARLOS PAZ 36 km ten zuidwesten van Córdoba aan de RN 20 ligt dé badplaats van MiddenArgentinië, Villa Carlos Paz. Gelegen langs een groot meer, Lago San Roque en de Río San Antonio. Het stadje telt 45.000 inwoners, maar ’s zomers moet je er zeker honderdduizenden bijtellen. Wil je eens een weekje genieten van lekker niets doen, je laten verwennen, zwemmen, de zon, dan kun je in dit stadje volop aan je trekken komen. Tussen januari en maart komen de inwoners van Córdoba en masse hier hun vakantie vieren. Het heeft alle faciliteiten van een goede, moderne badplaats met een tiental stranden, hoewel het grotendeels uit rotsen bestaat.
Los Sauces ● ● San Marcos Sierra
San Esteban ●
N ▲
Santa Catalina ● Los Cocos ● El Sauco ● Ascochinga ●
Capilla ● del Monte
La Cumbre ●
La Granja ●
38
El Manzano ● Salsipuedes ● Río Olaen ● Molinari ● Ceballos ● Unquillo Cosquín ● ● Villa La Calera● Alende ● ● Tanti Villa Carlos Paz ● Córdoba La Falda ●
342
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
In deze vallei leefden eens de Comechingones-indianen, die het Valle Quizquicate noemden. Toen in 1573 de stad Córdoba werd gesticht door Jerónimo de Cabrera gaf hij zijn compagnon Juan de Nadal deze streek. Hij zette er enkele estancia’s neer en in 1879 kwam dit land aan twee families toe, Paz en Cuello. Cuello kocht zich uit, toen de familie Paz expansiedrift kreeg. Er kwamen meer en meer estancia’s, zodat in 1914 een stadsplanner in de arm werd genomen. De originele boerderijen moesten plaatsmaken voor een kunstmatig meer, want er werd een grote dam, San Roque gebouwd en zo ontstond rondom dit meer het tegenwoordige stadje Villa Carlos Paz. In 1923 werd het eerste hotel gebouwd (nu de Municipalidad) en dat was het begin van de toeristenstroom. Villa Carlos Paz is helemaal ingesteld op het toerisme, het heeft grote en goede hotels, vele restaurants, bars, discotheken en casino’s. Een stadje dat in de zomermaanden dag en nacht leeft! Er is een stoeltjeslift (aerosilla) naar de 900 m hoge berg, el Cerro de la Cruz. Daarboven kun je op het terras van een confitería heerlijk genieten van het mooie uitzicht. De belangrijkste straten zijn Av. San Martín, Libertad, Uruguay en 9 de Julio. Hier speelt zich grotendeels alles af. Zo vind je er de meeste hotels en is er het uitgaansleven. Op het plein bij Uruguay en Blv. Sarmiento staat een zeven meter hoge koekoeksklok. Een kitscherige Zwitserse imitatie, ontworpen door de heren Neumann en Wedemeyer. Kwamen zij uit Zwitserland? Nee, het waren gewoon Argentijnen! Een leuke wandeling is vanaf deze klok over Blv. Sarmiento naar boven naar de confitería Portobelo. Hiervandaan heb je een prachtig uitzicht over het stadje en de vallei.
Praktische informatie Villa Carlos Paz (03541) De toeristeninformatie vind je aan de Av. San Martín 100 (open van 9-21 uur). • De busterminal is in Alvear. Er gaat elk halfuur een bus naar Córdoba. Elk uur een bus naar Cosquin, La Falda en Capilla del Monte. • Aan overnachtingsmogelijkheden is geen gebrek en voor elke prijs is er een plaats. Zoals het viersterrenhotel Portal del Lago (424-931) E 50 voor een 2pers.kamer. Op de hoek van Gdor. Alvarez en Cabrera met een prachtig uitzicht over het meer. • Of Hotel Costanera (431-791), Av. Atlántica 713, waar een 2-pers.kamer E 35 kost.
i
• Hostería El Betel (424-220), Miguel Juarez 59, vlak bij de koekoeksklok. Waar je voor een eenvoudige kamer E 20 betaalt. Ook aan campings geen gebrek (twaalf totaal). • De ACA camping is wel de beste. Al bij binnenkomst van het stadje zie je hem op de hoek van Av. San Martín en Nahuel Huapi. Met een restaurant, bar, en zwembad. • Aan de Av. San Martín is aan restaurants keuze genoeg. Van pizzeria’s tot goede grills. Zoals restaurant Barras waar je gezellig buiten kunt eten, op de hoek van Moreno. Of La Casona die heerlijke pasta’s heeft, op de hoek van Gob. Roca. En La Volanta op nr.
C Ó R D O BA EN O M STREKEN
1262 heeft de lekkerste biefstukken. • Villapaz op de hoek van Gral. Paz en Caseros is een groot, gezellig familierestaurant. Quacamole is een leuke Mexicaan met tapas en terras, 9 de Julio 50. • Een leuk uitstapje is met een catamaran, Turismo del San Roque,
343
over het Lago San Roque, een tocht van ruime 45 min. Deze vertrekt bij Av. Sabattini aan de waterkant tegenover het casino. Of met de stoeltjeslift (aerosilla) naar boven op de Cerro de la Cruz (950m). Je vindt het aan het einde van Av. J. M. Estrada.
COSQUIN Wanneer je de RN 38 volgt richting het noorden kom je na ruim 20 km bij Cosquin. Het is een stadje dat bekendstaat als de hoofdstad van de nationale folklore. Maar ook in de zomermaanden een populaire badplaats voor de bewoners van Córdoba, want het ligt langs de Río Cosquin met redelijk wat stranden langs het water. De laatste twee weken van januari wordt hier het grootste folklorefestival (Festival Nacional de Folklore) van het land gehouden met zang, dans en toneel. Helaas is dit spektakel vrij commercieel geworden. Tegelijkertijd is er een grote nationale handwerkmarkt (Fiesta Nacional de la Artesanía Popular) waar je handgeweven tapijten, doeken en manden kunt kopen. Alles speelt zich rondom Plaza Próspero Molina en Av. San Martín af. Als je tijdens het festival wilt blijven, dan zijn de stranden langs de rivier een uitkomst. Net buiten het stadje is de Cerro Pan de Azúcar, een 1260 m hoge berg, waarvandaan je een mooi uitzicht hebt over de gehele omgeving. Er is een aerosilla (een stoeltjeslift) en een confitería, waar de eigenaar Carlos Gardel-freak is (zie kader op pagina 58). Hij heeft er een klein museum (El Museo Gardeliano) van gemaakt met allerlei herinneringen aan deze man, waarvan het bronzen beeld van deze tango-zanger het opvallendste is. De stoeltjeslift is open van 9.30 -20 uur. Zo ook het museum. Een ander interessant museum is Museo Camin Cosquin zo’n 3 km buiten het stadje richting La Falda links aan de RN 38. Ze hebben een grote collectie aan mineralen, fossielen en voorwerpen van de eerste woongemeenschappen in de provincie. Open van 9-12.30 en van 15-19 uur.
Praktische informatie Cosquín (03541) Bij Av. San Martín 560 is het toeristeninformatiebureau. Aan deze avenida vind je ook veel restaurantjes en bars. • De busterminal is enkele blokken hiervandaan op Presidente Péron hoek
i
Salta. Elk uur is er een bus naar Córdoba en La Falda. • Het beste hotel is Paraíso de las Sierras (452-120) aan de Av. San Martín 729 in het centrum en zeer betaalbaar, E 40. Grote kamers, res-
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
344
taurant, zwembad en ze organiseren allerlei excursies. • Hostería Siempreverde (450-093) in Santa Fe 525 ligt in het centrum is eenvoudig, met een grote tuin en vriendelijke eigenaars. • Enkele goede restaurants zijn: Saint Jeans op de hoek van San Martín en
Soberanía Nacional en La Encrucijada de Supaj Ñuñú aan de weg naar de Cerro Pan de Azúcar. Je kunt er fonduen, lunchen of alleen maar wat drinken. • Confitería Munch is een leuk café, op de hoek van Sarmiento en San Martín.
LA FALDA Dit stadje, 20 km noordelijk van Cosquin, met ruim 16.000 inwoners is een gezellig vakantieoord, waar je je zeker thuis zult voelen. Het ligt er rustig tussen de heuvels en bossen. Daarom wordt La Falda ook wel La Perla de las Sierras (de parel van de bergen) genoemd. Van hieruit kun je mooie excursies maken in de omgeving, zodat je best enkele dagen kunt blijven. Dit gebied behoorde eens aan de Spanjaard Jerónimo de Cabrera, die de stad Córdoba in 1573 stichtte. Hij gaf het net als Villa Carlos Paz aan een van zijn trouwe compagnons. Pas rond 1868 werd het bekend, doordat er steeds op 8 december een grote processie werd gehouden ter gelegenheid van de stichting van de stad. Rond 1892 kreeg La Falda een spoorverbinding met Córdoba en in 1898 werd er een groot hotel geopend, Hotel Edén. Door zijn exclusiviteit kwamen vele bekende personen uit de wereld hier logeren (zie kader). Pas rond 1930 kwam de grote toeristenstroom op gang. De belangrijkste straat is dan ook Av. Edén. Hier liep toentertijd een trammetje naar het strand aan de rivier beneden. Op deze avenida Hotel Edén In 1891 droomde een Pruisische kolonel, Roberto Bahlcke, die in Córdoba op vakantie was van een nieuw hotel in deze omgeving. Het zou van alle comfort voorzien moeten zijn, een soort hof van Eden. Met een enorme investering was het in 1898 zover: de droom werd werkelijkheid. Het hotel met 80 kamers was zelfs selfsupporting. Er was een fruitboomgaard, er waren koelkamers, een eigen elektriciteitsopwekking, een boerderij en een binnenplaats voor het vee. Het zwembad kreeg het water van de bronnen uit de heuvels en er was een conservenfabriekje. Het licht bleef tot middernacht branden en ging dan over op kerosine. Maar helaas begin 20ste eeuw trok het minder publiek vanwege het comfort dat niet meer van die tijd was. In 1912 werd het met geld van twee Duitse broers, Eichhorn, gemoderniseerd en beleefde het tot 1945 een gouden tijd, waar beroemdheden graag wilden komen rusten. Einstein, Toscanini, Sarah Bernardt, bekende Argentijnse schrijvers en de prins van Wales zijn enkele namen van de gasten die hier geslapen hebben. Het werd zó bekend, dat als je op de envelop alleen maar schreef; Hotel Edén, Repú-
C Ó R D O BA EN O M STREKEN
Praktische informatie La Falda (03548) Toeristeninformatie is in Av. España in het oude stationnetje tegenover Av. Edén. Open van 8-21 uur. • De busterminal ligt drie blokken verder aan de Av. Buenos Aires. Elk uur een bus naar Córdoba en naar Capilla del Monte. • De meeste hotels liggen rondom Av. Edén en Av. España, maar tussen december en februari is vrijwel alles vol. Een viersterrenhotel is Gran Hotel Tomaso di Savoia (423-013), met eigen tennis- en squashbanen en een groot zwembad. Av. Edén 732. Een 2pers.kamer kost rond de E 40. Aan de overkant op nr. 1100 heb je een leuk familiepension Karum (422-857). Rond de E 30. Zeker aan te raden. Zo ook La Asturiana (422-923) op nr. 835 in een prachtig huis. Twee blokken achter de busterminal heb je Hotel Old Garden (422-842) in Capital Federal 28. Er is een zwembad en
345
i
een mooie tuin. Voor nog geen E 20 per nacht. • Camping Rio Grande is de grootste van de vier campings en ligt aan de Río Grande naast het strand. Zo ook camping Siete Cascadas. • Avenida Edén is niet alleen een gezellige winkelstraat, maar je hebt er ook veel restaurants en bars. Zoals Café Bon Con (nr. 348) is populair en bij Tante Ida, op nr. 412, kun je goed de geschiedenis van Hotel Edén op de muur volgen. • Museo del Ferrocarril vlak bij Hotel Edén op het einde van Av. 25 de Mayo is leuk voor een bezoek als je van miniatuurtreintjes houdt. Het is een grote privéverzameling van een Duitse Argentijn die alles minuscuul heeft nagebouwd. Elke dag open en tussen 10-20 uur rijden de treintjes.
blica Argentina, deze altijd aankwam. Uit archiefmateriaal blijkt zelfs, dat de broers nauwe banden hadden met Hitler en wilde dat hij na de oorlog hier kwam logeren. Door economische en politieke achteruitgang ging het slechter met het hotel, zo zelfs dat het in de jaren zestig moest sluiten. Nu is het nu een nationaal monument. Je kunt Hotel Edén bezoeken, want tussen 9.30-12.30 en van 15-19 uur zijn er rondleidingen. Alleen is er helaas van binnen niet veel van over en het is bouwvallig, maar je krijgt wel een (goede) indruk van de gloriejaren van dit hotel. Daarna of daarvoor kun je in de gezellige bar van het hotel, bij de hoofdingang, nog helemaal in artdecostijl wat drinken. Het ligt aan het einde van de hoofdstraat Av. Edén.
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
346
vind je de belangrijkste hotels, restaurants en cafés. Halverwege bevindt zich galeria ‘Lado Bueno’ waar allerlei leuke (artesanale) winkeltjes zijn. De mooiste tijd om de stad en de streek te bezoeken is tussen november en maart, het regent dan vrijwel niet en de temperaturen zijn aangenaam warm (tussen de 25° C en 28° C). De weg naar La Cumbre, het volgende stadje, wordt ook El Camino de los Artesanos (RN 38) genoemd. Na het gehuchtje Villa Giardino is deze weg bekend om zijn (alternatieve) winkeltjes, van ecologische groente en fruit, kruiderijen, zuiver wollen kleding, tot mooie handbewerkte (zilveren) voorwerpen. Zelfs massage en yoga ontbreken niet. Kortom, voor de reiziger die van puur natuur houdt is het genieten tussen La Falda en La Cumbre.
LA CUMBRE Zijn we in Argentinië of wanen we ons in het Engelse heuvellandschap? Het volgende vakantieoord, La Cumbre, 12 km ten noorden van La Falda, ligt in een prachtige omgeving. Het stadje telt 7200 inwoners en heeft alle faciliteiten voor een Zwitserlevengevoel, waaronder een van de mooiste en belangrijkste golfbanen van het land (18 holes). Rondom de golfclub die geheel in Engelse stijl is gebouwd (werd in 1924 opgericht) liggen mooie zomerhuizen met een echte Engelse of Zuid-Spaanse uitstraling. Zoals Castillo de Mandl, een schitterend kasteel in pure neokoloniale stijl aan de rand van de heuvels. Eens eigendom, eind jaren dertig van de vorige eeuw, van de Oostenrijkse magnaat en wapenhandelaar Friz Mandl. Hij leefde hier tot 1945 en was een groot bewonderaar van Mussolini en Juan Perón. Je kunt ook een bezoek brengen aan estancia El Rosario 3 km ten oosten van La Cumbre. Hier worden nog op ambachtelijke wijze alfajoresen (biscuitjes met dulche de leche of chocolade) en meer van die zoete versnaperingen, maar ook likeurtjes gemaakt. Het is niet alleen een leuke wandeling daar naartoe, maar ook het bezoek aan deze mooie estancia is interessant. Elke dag open van 9-19 uur. Te vinden aan de weg naar Ascochinga.
Praktische informatie La Cumbre (03548) De toeristeninformatie vind je aan de Av. Carrafa naast de busterminal in het stationnetje. Goede hotels zijn: • Gran Hotel La Cumbre (451-550) in Posadas s/n, geheel in Zwitserse chaletstijl gebouwd. Met ruime kamers, een zwembad en restaurant. Je betaalt E 50 met ontbijt. www.granhotellacumbre.com.ar
i
• Hotel Victoria (451-412) in Posadas, vlak bij de golfbaan, een boerderijachtig hotel, kamer kost E 35, inclusief ontbijt. Met zwembad en restaurant. • Maar het beste hotel is Alcázar de Sevilla (451-108) met mooie kamers, zwembad en een tennisbaan. Voor nog geen E 50, en je kunt er prima eten. www.alcazardesevilla.com.ar
C Ó R D O BA EN O M STREKEN
• Goedkoper en een aanrader is Hostería San Martín (451-158). Een mooi huis uit 1923, zo ook het interieur. In Lopez y Planés 174. • Wil je lekker en goed eten dan is La Tasca aan te raden, met een verrassende menukaart. In Sarmiento 57. Maar ga zeker lunchen of dineren bij Volare,
het ligt wel iets buiten het stadje richting Cno. Cuchi Corral. In een landelijke omgeving eet je er niet alleen goed maar je kunt er ook overnachten. Adres: Paraje Pozo de Piedra. • Er gaat bijna elk uur een bus naar Córdoba via La Falda, zo ook naar Capilla del Monte.
De omgeving van La Cumbre met Cruz Chica en Los Cocos zijn de belangrijkste trekpleisters. Ze liggen ze zo’n 3 km ten noorden van La Cumbre op de weg naar Capilla del Monte (RN 38). Een weg over de heuvels vol met pijnbomen, grote tuinen, mooie villa’s en een en al rust. Je krijgt de indruk dat je nog steeds in Zuid-Engeland bent, want de stijl van de huizen, de verzorgde tuinen, de ijzeren uithangbordjes met teksten als: ‘English school’ en de ‘Cumbre Lawn Tennis Club’ bevestigen de indruk. Verder is er niets, geen dorpsplein, geen kerk, geen café of winkeltjes, alleen maar rust. Wel is er een mineraalwater-bottelfabriek en een prachtige hostería, Alcázar de Sevilla, sierlijk gelegen aan de rand van een heuvel. Het is een opvallend gebouw van de Argentijnse architect Bustillo (zie pag. 418) in neokoloniale stijl. Gebouwd in 1924 voor een rijke familie en tot 1970 woonde hier nog een Franse prins. En dan het schitterende huis, El Paraiso, van de Argentijnse schrijver Manuel Mujica Lainez, fraai gelegen in heuvels omringd door een enorme tuin, ontworpen door de Franse tuinarchitect Carlos Thays. Deze schrijver bekend van het boek Bomarzo woonde hier van 1969 tot zijn dood in 1984. Je kunt deze in Sevilla-stijl gebouwde villa uit 1915 bezoeken, en de sfeer proeven van deze flamboyante schrijver, die berucht was om zijn uitbundige levensstijl. Open in het weekend 14-18 uur en in de zomermaand januari van 10-12.30 en van 17-19.30 uur.
CAPILLA DEL MONTE De route eindigt bij het stadje Capilla del Monte, nog geen 16 km ten noorden van La Cumbre, langs de RN 38, en 106 km ten noorden van Córdoba aan het begin van de Sierras de Punilla. Er wonen zo'n 10.000 mensen en het staat erom bekend, dat het de meeste zonnige dagen van de provincie heeft. Het stadje was begin 20ste eeuw erg intrek bij de gegoede burgerij van Córdoba, wat nog steeds te zien is aan de mooie villa’s en neokoloniale huizen. De bekendste straat in Capilla del Monte is Calle Buenos Aires. Deze wordt ook wel Calle Techada genoemd. Want het is een overdekte wandelstraat, speciaal gemaakt voor een fotofestival in 1967 met confiterías, heladerías en veel winkeltjes. Nu is het stadje bekend bij mensen die terug naar de natuur willen. Want de omgeving met haar ruige berglandschap, zoals de Cerro Uritorco (1979 m) en Parque Natural Ongamira zijn niet alleen goed om te wandelen, maar
347
348
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Op de top van de Cerro Uritorco
geven ook aanleiding tot mystiek. Elk jaar wordt hier een internationale UFO-conferentie gehouden. Een stevige wandeling is naar de top van de Cerro Uritorco, een tocht van ± 3,5 uur. De wandeling gaat niet alleen door een groot bos, maar ook langs bijzondere rotsvormen en dat maakt het de moeite waard. Ook vanwege de mystieke sfeer rondom deze berg want van tijd tot tijd worden hier, naar men zegt, ufo’s waargenomen en ‘onverklaarbare’ lichten. Boven op de berg heb je een schitterend uitzicht over de vallei, de heuvels en het stadje. Ben je geïnteresseerd in ufo’s (ovnis in Argentinië), kijk dan op website: www.actosdeamor.com/uritorco.htm.
Praktische informatie Capilla del Monte (03548) De toeristeninformatie is aan het einde van Diagonal Buenos Aires. Open van 8-20 uur. • Hotel Kuntur (481-766) op de hoek van Chubut en Falucho is het beste. Een kamer kost E 50 en er is een zwembad en restaurant. • Spa Hotel Cerro Uritorco (482-069) in L. N. Alem 671 is ook uitstekend met ruime kamers voor E 40. • Tercer Milenio (482-245), Corrientes 471, ligt vlak bij de busterminal. Is bekend bij de natuurliefhebbers met een goed vegetarisch restaurant. Een kamer kost E 20. Zo ook
i
• Hotel Las Gemelas (481-186) in L.N. Alem 967. • De busterminal is in Rivadavia bij Corrientes. Naar Córdoba vrijwel elk uur een bus (3 uur) deze komt langs La Cumbre, La Falda en Cosquin. • Bij de diagonal Buenos Aires (Calle Techada) vind je redelijk wat cafés en restaurants. • Camping Municipal Calabalumba ligt aan de rivierzijde aan het einde van Gral. Paz. • Fietsen kun je huren bij Bicicletería Claudio in Deán Funes 567.
C Ó R D O BA EN O M STREKEN
349
Los Terrones en Parque Natural Ongamira Wat je zeker niet mag missen zijn de wonderschone rotsformaties van Los Terrones en Parque Natural Ongamira. Het eerste ligt zo’n 14 km ten noordoosten van de stad en de andere 10 km verder. Na 10 km neem je de afslag RP 17 naar Los Sauces. En op een gegeven moment bij Quebrada de la Luna ga je naar rechts (staat aangegeven). Je rijdt naar een cañongebied van bergen en rotsen die niet alleen mooie vormen hebben maar ook prachtige rode, donkerblauwe grijze en okergele kleuren. Dit is het mooiste deel van de provincie, een en al verrassing die rotsformaties. Het lijkt wel of de natuur een beeldhouwer in dienst heeft genomen! Bij de ingang kun je twee wandelroutes nemen, de langste is 2 uur maar absoluut de moeite waard. Ook bij El Valle de Ongamira heb je spectaculaire, rode, steile rotsmassa’s en aan de andere kant een verfrissende groene oase-vallei. Een schitterend stukje natuur, waar zo’n 6500 jaar geleden al mensen in grotten hebben gewoond. Je kunt een mooie, maar pittige wandeling maken door het pad te volgen naar boven bij de parkwachter. Je loopt langs diepe kloven, tussen metershoge rotsformaties naar de toppen van deze rotsmassa’s, alwaar je een prachtig uitzicht hebt over de hele omgeving.
❷ CAMINO DE LA HISTORIA Deze route gaat langs de bekendste kerken en estancia’s, die de jezuïeten hebben gebouwd tussen de 17de en 18de eeuw. Zo kun je de geschiedenis van de provincie goed volgen. Een groot deel van de bezienswaardigheden is helaas niet met het openbaar vervoer te bereiken, maar er zijn in Córdoba zeker reisorganisaties die je naar de bekendste plekken kunnen brengen. Als je een liefhebber bent van mooie kerken en estancia’s is dit hoofdstuk zeker aan te bevelen.
Jesús Maria
Colonia Hogar ● Santa Catalina ● El Sauco ● Sinsacate Ascochinga ● Jesús ● 5 ● María La Granja ● ● Colonia Caroya 9 El Manzano ● Salsipuedes ● ● General Paz
N ▲
● Río Ceballos Cosquín 16 50 ● ● Unquillo ●Juárez Celman Villa Alende ● La Calera 16 ● Villa Corazón de María ●
Jesús Maria is een stad met 27.000 inwoners en ligt 50 km ten noorden van Córdoba aan de RN 9. Het werd halverwege Córdoba de 17de eeuw gesticht als een jezuïetenestancia, estancia Jesuitica San Isidro Labrador. In die tijd was het een belangrijke plaats van activiteiten, want er waren niet alleen een klooster en een kerk, maar er werd ook wijn geproduceerd en fruit geteeld. Met de verkoop van de wijn werd de universiteit van Córdoba gefinancierd. Hiervandaan kwam de eerste Amerikaanse wijn, Lágrimilla de Oro (gouden druppel) genoemd. De wijn werd zelfs geëxporteerd naar Spanje. Nu is deze estancia een museum, waar je een goede indruk krijgt hoe er destijds geleefd werd. Zeker een bezoek waard, vooral de kerk met al zijn
350
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
De kerk van de estancia Santa Catalina
eenvoud aan versieringen en architectuur. Elke dag open van 8-19 uur. Tussen de middag gesloten. In het weekend van 10-12 en van 15-19 uur. Enkele kilometers voor Jesús Maria kom je eerst langs het stadje Colonia Caroya. Als je binnenkomt kruis je vanzelf Av. San Martín, daar ga je links naar Estancia de Caroya, een goed gerestaureerd herenhuis en gebouwd door de jezuïeten in 1618, met een grote patio en een mooie binnengalerij. Tot halverwege de 19de eeuw verbouwde men hier fruit en groente en er was een wijngaard. Daarna werd het een dependance van de hogeschool Monserrat in Córdoba Nu is het een museum. Open van 9-13 en van 15-19 uur. Jesús Maria is ook bekend om zijn jaarlijkse folklore- en gauchofestival: Festival de Doma y el Folklore. Het wordt de eerste twee weken van januari gehouden. In Colonia Caroya zijn bijna alle inwoners afkomstig uit Noord-Italië en dat wordt ook uitbundig gevierd. Rond 13 juli is Fiësta de las Comidas Típicas met vele soorten worsten, kazen en (gerookte) hammen. Elk uur gaat er vanuit Córdoba een bus naar Colonia Caroya en Jésus Maria. Estancia Santa Catalina en La Candonga De volgende jezuïetenestancia is Santa Catalina, 45 km ten westen van Jesús Maria. Je volgt de RN 156 naar het stadje Ascochinga en na 8 km is er een grindweg rechts die je rechtstreeks naar de estancia leidt. Je komt bij het mooiste jezuïetencomplex van deze route. De kerk is gebouwd in Spaanse barokstijl met veel Duitse invloeden. Het gebouw dateert uit 1622. Van binnen zijn nog een oud orgel, prachtige doeken van het lijden
C Ó R D O BA EN O M STREKEN
van Jesús en mooie beelden uit houtsnede te zien. Allemaal rondom het altaar, want de kerk zelf is vrij sober. Vooral de beelden zijn van een pure eenvoud, maar met een sterke uitstraling (zie de foto hieronder). Deze estancia, waar ook woningen, werkplaatsen en scholen waren, was de belangrijkste uit de provincie. Helaas is buiten de kerk er niet veel meer van over. Toch krijg je een goede indruk als je daar rondwandelt van hoe al die estancia’s (zoals ook in Jesús Maria) functioneerden en hoe belangrijk ze waren voor de gemeenschap. Het hele complex is vrij groot, zelfs nog met een begraafplaats. Je kunt het vergelijken met de missiepost van San Ignacio in de provincie Misiones. Gelukkig is hier meer bewaard gebleven. Ook bij deze estancia’s leefden en werkten de paters gezamenlijk met de indianen, alleen werden deze gemeenschappen geen reducciones, maar encomiendas genoemd. Dit hele complex is privébezit en ik mocht de eer hebben de gedeelten die niet open zijn voor publiek te mogen bezoeken en ik kan je vertellen dat er gelukkig nog veel aan meubels, schilderijen en andere voorwerpen bewaard zijn gebleven. Hier vertoeft dan de familie in de zomermaanden. Je kunt de kerk elke dag bezoeken van 10-13 en van 15-19.30 uur. De estancia is open van di t/m vr. met dezelfde tijden. Januari en februari gesloten. Niet de kerk. 14 km zuidelijker ligt Ascochinga, een vriendelijk dorpje aan de gelijknamige rivier, waar restaurantjes en cafés zijn en een ACA servicestation. Van hieruit is een mooie (grind)weg, de RN 156, naar La Cumbre op zo’n 41 km. Als je verder naar beneden gaat richting Salsipuedes, heb je bij El Manzano weer een afslag naar La Cumbre en op deze weg ligt zo’n 12 km verder La Candonga, een interessante kerk die midden tussen de heuvels staat. Vooral de voorgevel, die als een soort voorportaal fungeert, is apart. Simpel van vorm, maar wel al met barokinvloeden. Het interieur is ook zeer eenvoudig met een verrassend blauw beschilderd plafond, dat de weg naar de hemel moet voorstel- Iglesia La Candonga len. De kerk dateert uit 1730. Hier stond ooit een jezuïetenestancia, Santa Gertrudis, waarvan de ruïnes, zoals de muren om het complex en een aquaduct, nog te zien zijn. Het is zonder openbaar vervoer moeilijk te bereiken. Vlakbij is Hostería Candonga, een voortreffelijk hotelletje, maar je kunt er ook wat drinken, goed eten er worden thema-avonden georganiseerd (vaak klassieke muziek) alles in een sfeervol ingericht huis, een mix van landelijk met modern. www.candonga.com.ar Je kunt bij Salsipuedes via de E 53 richting Córdoba (nog zo’n 40 km) terugrijden.
351
352
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
❸ TRASLASIERRA VALLEI Salsacate ●
Dos Ríos ● Los ● Gigantes
Si er ● Alto Grande
La Calera Tanti ● Lago ● Villa San Roque Carlos Paz ● Córdoba ● San Antonio de Arredondo
ra
15
●
Mina Clavero ● Nono Embalse Ing. Allende
36
c45 5
20
nde
Panaholma ● Villa Brochero ●
Gra
Traslasierra betekent ‘achter de bergen’, en is een zeer mooi berggebied ten westen van de stad Córdoba. Daar ligt nl. het Parque Nacional Quebrada del Condorito. In de vallei achter dit gebied ligt het sfeervolle vakantiestadje Mina Clavero en ten zuiden ligt het vredelievende (hippie) dorpje Nono met een verrassend museum, Rocsen.
N ▲
Alta Gracia ● Embalse Los Molinos
● Huacle La Cumbrecita ●
Despeñadores
●
● Los Molinos
Naar Parque Nacional Quebrada del Condorito Vanuit Córdoba rijd je via de RN 20 (de autopista naar Villa Carlos Paz) richting Mina Clavero. Het eerste gedeelte is wat saai qua landschap, met enorm uitgestrekte valleien. Langzaam zie je in de verte de kale bergen en rotsen van de uitlopers van Las Sierras Grandes, het thuisoord van de condor. Je gaat naar een hoogte tussen de 1900 en 2300 m. Bij Hotel Cóndor, zo’n 93 km van Córdoba aan de RN 20, is de ingang van het park en tevens heb je hier enkele stopplaatsen langs de weg waar je een schitterend uitzicht hebt over de valleien. Bij dit hotel is een informatiecentrum en zijn de parkwachters (guardaparques). Het nationale park is 360 km2 groot en ligt rondom de Quebrada del Condorito, een spectaculaire bergkloof die 800 m diep is! Er zijn wandelpaden naar enkele uitzichtposten, zoals el Balcón Norte en Sur (3 uur wandelen), waar je in alle rust de vogels kunt observeren beneden in de diepte of boven rondom de toppen. In deze Quebrada del Condorito leven de grootste vogels van Zuid-Amerika, de condor met een vleugelwijde van zeker 3 m! Neem wel een goed windjack of trui mee, want het kan er behoorlijk waaien. Alle bussen vanuit Córdoba naar Mina Clavero stoppen bij hotel El Cóndor. Nu rijd je verder over de Pampa de Achala een wat eentonig vlak gedeelte, maar langzaam begint dan de afdaling en dat is een fantastische ervaring. Slingerend ga je naar beneden tussen de door wind en erosie gevormde rotsformaties met de meest vreemde vormen en kleuren. Er zijn ‘puntos panoramicos’ waar je kunt genieten van al dit natuurschoon. Kilometerslang kun je over de vallei turen en zelf de mooiste namen bedenken voor al die vreemde rotsvormen. Vooral eind van de middag met de ondergaande zon is dit een onvergetelijke afsluiting van deze rit naar Mina Clavero (nog zo’n 40 km).
MINA CLAVERO Dit is een stadje met 7000 inwoners, maar met een grote naam en 144 km ten zuidwesten van Córdoba. Het wordt ook wel het Évian van Argentinië
C Ó R D O BA EN O M STREKEN
353
genoemd. In de zomermaanden komen hier veel vakantiegangers (vooral uit Córdoba), want het is gelegen in een prachtige omgeving met bergen, watervallen en aardig wat stranden langs de rivier. De stad straalt het ook uit, volop hotels, restaurants en cafetaria’s met het hele jaar door een aangenaam ‘micro’klimaat. In 1573 kwamen in dit gebied de eerste Spanjaarden. Zij waren op zoek naar goud en vroegen aan de plaatselijke bevolking, waar hun cacique (opperhoofd) woonde. Milac Navira, dat was zijn naam, woonde tussen de twee rivieren waar nu dit stadje ligt en zodoende kreeg het later de verbasterde naam van dit opperhoofd: Mina Clavero. Rondom Plaza San Martín, Av. San Martín en Av. Mitre is het gezellig druk en dit is tevens het centrum. Hier zijn de meeste restaurants en hotels. Langs de twee rivieren zijn goede badgelegenheden, zoals Balneario Municipal en Los Elefantes. Na de zomermaanden keert de rust terug en is het plezierig om hier te vertoeven.
Praktische informatie Mina Clavero (03544) De toeristeninformatie vind je aan de Plazoleta Merlo waar Av. San Martín en Mitre bij elkaar komen (open van 822 uur). • Hotel Rosetti (470-012) is een van de beste met zwembad en restaurant. In Av. Mitre 1434 en een 2-pers. kamer kost E 35. • Hostería Abuelo Jean (470-562). Wordt door een kunstenaarsstel gerund, leuke atmosfeer, grote tuin en eenvoudige kamers. Een 2-pers.kamer kost E 25. In Los Pinos 1919. • Langs de Av. San Martín vind je restaurants voor elk wat wils.
i
• De busterminal is achter de Municipalidad (gemeentehuis) in Mitre 1191. Elke twee uur een bus naar Córdoba (een rit van 3 uur). Drie bussen per dag naar Buenos Aires (ruim 12 uur). Naar Villa Dolores elk uur een bus (1,5 uur). Naar San Luis vier bussen per dag. • ACA heeft een servicestation op de hoek van San Martín en Costanera. • Langs de rivier heb je verscheidene campings waaronder, Las Moras, Los Dos Rios en La Siesta. Allemaal niet ver van het centrum, maar ‘s zomers erg druk en vol.
Op bezoek bij een verrassend museum Een goede 10 km ten zuiden van Mina Clavero ligt het dorpje Nono met een prachtig groot museum: Museo Rocsen. Vanaf de jaren vijftig vergaarde de Franse attaché en antropoloog, Juan Bouchon, allerlei merkwaardige voorwerpen toen hij zich in Argentinië vestigde. Hij verzamelde rond de 16.000 voorwerpen waaronder Europese meubels, antiek speelgoed, zeeschelpen, rijtuigen, foto- en filmtoestellen, prachtige natuurstenen etc. Dit allemaal heeft hij bijeengebracht in een enorme zelfgebouwde loods met zijn zoon en vrienden.
354
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Je ziet er speciale ‘interieurhoekjes’, zoals de ‘Ricón del Oligarca’ een hoek met spullen van een landeigenaar of ‘El Rincon de la Musica’ (de muziekhoek). Alles is prima gerubriceerd, zodat je niet dol wordt van al die voorwerpen. Zalen vol kijkplezier en alleen al de voorkant van het museum! Daar staan levensMuseo Rocsen groot 49 bekende figuren afgebeeld uit onze geschiedenis, ontworpen door de heer Bouchon zelf. Zo zien we de eerste mens, Confucius, Leonardo da Vinci, Edison en als laatste in de reeks Martín Luther King. Het museum heet ook eigenlijk; Museo Polifacético, het museum van de veelzijdigheid! Elke dag open van 9 uur tot zonsondergang. Je vindt het zo’n 5 km ten zuiden van Nono, en staat aangegeven langs de RN 20 naar Villa Dolores. www.museorocsen.org Nono is een gezellig vredelievend dorpje waar net zoals in El Bolsón onder Bariloche in de jaren zeventig hippies zich vestigden. Je ziet er nog veel van die bedrijfjes, die op natuurlijke wijze fruit en groente telen en aan de man brengen, maar ook veel winkeltjes aan huis in relatie met de natuur (zoals bakkerijtjes, of waar je allerlei medicinale kruiden kunt kopen, of waar je je kunt laten masseren). Nee in Nono heeft de commercie nog niet die vormen aangenomen als bij ons in Europa en het is er heerlijk vertoeven! Vanuit dit dorpje of Mina Clavero kun je met een taxi (remise) naar het museum, er zijn geen bussen. Wil je er overnachten dan is het sfeervolle Gran Hotel Nono in Vicente Castro 289 (03544-498-022) aan te raden.
❸ TEN ZUIDEN VAN CÓRDOBA Een mooie dagtrip is naar Alta Gracia, het (kunstmatige) meer Los Molinos, Villa Belgrano en eventueel La Cumbrecita. Bij de laatste twee dorpjes lijkt het net alsof je in Zuid-Duitsland of Tirol terecht bent gekomen. Typische houten Alpenhuizen, stijl Beieren, Duitse opschriften en veel blonde mensen. Kom je in oktober dan kun je meegenieten met het Oktoberfest. Maar de eerste stad op deze route, Alta Gracia, is een terugblik op de geschiedenis!
ALTA GRACIA Alta Gracia is een stad van 45.000 inwoners, 39 km ten zuiden van Córdoba aan de RP 5. Het is een oude stad uit 1588 met een interessante koloniale kerk, Señora de la Merced, een mengeling van barok en renaissance, waarvan de bouw begon in 1723 en werd afgebouwd in 1762. De daken zijn toentertijd doortrokken met een substantie om ze waterdicht te maken en
C Ó R D O BA EN O M STREKEN
tot op heden is men er nog steeds niet achter wat voor materiaal het was. Deze Villa Córdoba stad was van oorsprong één grote jezuCarlos Paz Malagueño ieten-estancia, waar behalve bovenge San Antonio de Arredondo 20 noemde kerk, de estancia ernaast ook nog 36 c45 de Obraje (de werkplaats) te zien is. Bouwer 5 Aan de andere kant heb je Tajamar, een Alta Gracia Rafael park met een meer, waar de jezuïeten al in Villa García Serranita Villa Anizacate 1659 een stuwdam van 80 m lengte had Embalse Los Molinos den gebouwd om het gebied in en om Villa Despeñadores de estancia van water te voorzien. Daar de la Merced tussen staat het huis van Virrey Liniers, Monte Ralo 5 dat de ingang van de estancia was. Nu Los Reartes 36 is het een museum, want deze Santiago N San Agustín Villa de Liniers had de titel van onderkoning General Belgrano van Spanje en kocht dit huis in 1810. Hij was een Franse kolonel, die in Spaanse militaire dienst was en in 1806 meevocht tegen de Engelse invasie in Buenos Aires, daarna werd hij gekroond tot onderkoning. Het is zeker de moeite waard om deze Residencia Jesuitica te bezoeken. Grote delen staan er nog en zijn geschiedkundig erg leerzaam. Neem de tijd en wandel eens rond, want de combinatie eenvoud met renaissance is hier goed te zien. Dit complex is makkelijk te vinden, want het ligt midden in het centrum van de stad. Deze estancia en die van Jesús Maria en Catalina bij Ascochinga zijn de belangrijkste van de provincie. Open van di. t/m vr. van 9-20 uur. In het weekend van 9.30-20 uur. Tussen de middag gesloten. Op de hoek bij het meer Tajamar staat een opvallende toren, Torro Reloj, een mengeling van verschillende stijlen. Gebouwd ter gelegenheid van
Residencia Jesuitica
355
356
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Praktische informatie Alta Gracia (03547) Toeristeninformatie vind je in de klokkentoren, bij het meer Tajamar. Open van 7-21 uur. • Een goed hotel is Solares del Alto (429-042) op de hoek van Bv. Pellegrini en Eva Perón met zwembad een restaurant. www.solaresdelsol.com Een 2-pers.kamer kost E 40. • Ook goed is Hotel Hispania (426555), Veléz Sarsfield 57. Je betaalt voor een 2-pers.kamer E 35. Gehuisvest in een mooi koloniaal gebouw met prachtig uitzicht. • Residencial Reyna (421-724) in Urquiza 139 is eenvoudig met een restaurant. Een kamer kost E 18.
i
• Een goed restaurant is Morena in Av. Sarmiento 413, heeft heerlijke vleesgerechten, maar ook lekkere pasta’s in een sfeervol neokoloniaal huis. • In Av. Belgrano heb je gezellige terrasjes. • De busterminal is bij Plaza de las Americás aan de rand van de stad. Elke halfuur een bus naar Córdoba (1 uur). Drie bussen per dag naar Buenos Aires, een rit van 12 uur. Naar Villa Belgrano elk uur een bus. • Er is een ACA servicestation op Diag. Lucio Rossi 41.
het 350-jarig bestaan van de stad in 1938. Deze toren is typisch een Argentijns voorbeeld van een imitatie dat oud moet ogen. Eigenlijk je reinste kitsch. In 1891 werd het station gebouwd (in Calle Mexico) en in 1911 een beroemd hotel, Sierras Hotel, speciaal voor carapatiënten. Hierdoor werd de stad bekend voor mensen met luchtwegaandoeningen (nu geheel gerenoveerd met een grote tuin, waar vaak culturele evenementen worden gehouden). Zo ook kwam Ché Guevara als kind naar deze stad. Voor diegenen die de jaren zeventig politiek bewust hebben meegemaakt was Ché Guevara in Zuid-Amerika een politieke held. Hij was de rechterhand van Fidel Castro en streed in Bolivia tegen het militaire regime. Che sneuvelde in deze strijd. Hij was een Argentijn en woonde als kind op Calle Avellaneda 501, in het huis Villa Beatriz. Sinds 14 juni 2001 (zijn 73ste geboortejaar) is het een museum en niet alleen is het interessant voor de generatie uit die tijd, maar ook voor jonge mensen. Je ziet in volgorde zijn jeugd (hij kwam uit een goed gezin), het familieleven, zijn (politieke) interesse in Cuba etc. Maar ook een replica van zijn motor uit de film, Motorcycle Diaries en waar hij allemaal begin jaren vijftig van de vorige eeuw door Argentinië heeft gereden. Er zijn video's met interviews en veel foto's uit die tijd. Ché is een stopwoord of troetelnaam bij de Argentijnen, want Ernesto Guevara was zijn eigenlijke naam. Elke dag open van 9-20 uur. Alta Gracia is een plezierige stad met een relaxte sfeer, dat ‘s zomers een echte vakantie-uitstraling heeft, vooral in de weekenden kan het er goed druk zijn. Av. Sarmiento, Av. Belgrano en rondom Plaza Manuel Solaris zijn de belangrijkste straten waar de meeste winkels zijn, het centrum en waar het uitgaansleven zich afspeelt.
C Ó R D O BA EN O M STREKEN
357
VILLA GENERAL BELGRANO Dit is een vredig ‘Beiers’ stadje 88 km ten zuiden van Córdoba, waar in de jaren veertig van de vorige eeuw de bemanning van de marineboot Graf Spee, die 'Oktoberfest' in Villa General Belgrano niet terug wilde naar Duitsland, werd geïnterneerd. Deze boot werd namelijk in 1939 voor de Argentijnse kust door de geallieerden gebombardeerd. Men zegt dat er nog enkele overlevenden in dit dorpje wonen. Er staat zelfs een ornament op Plazoleta...Graf Spee! Invloeden uit Beieren, Tirol en Zwitserland zijn hier duidelijk herkenbaar aan uithangborden, huizen, traditionele feesten, persoonsnamen en producten! Zeker leuk om te bezoeken ook omdat het stadje de bijnaam heeft gekregen van Fiesta (feest) stad. De eerste week van oktober komen veel Argentijnen van Duitse origine in korte leren broeken hier het ‘Oktoberfest’ vieren, compleet met Beierse muziek en drumbands, volksdans en Weisswurst met zuurkool. Het jaar wordt traditioneel gestart met het ‘Tiroler carnaval’, rondom de jaarwisseling met drie dagen feest. Vlak voor Pasen zijn er de ‘Weense deeg’dagen, waar de ‘chocoladepaashaas’ wordt gepresenteerd (La Fiesta de la Masa Vienesa). En in de winter wordt er in juli het ‘Chocolade Alpen-festival’ georganiseerd, met veel volksdansen en zelfgemaakte hete chocolade en chocoladetaarten. Villa Belgrano is een traditioneel dorpje in een mooie bosrijke omgeving en uniek in Zuid Amerika, want enige verwantschap met Duitsland is er vrijwel niet. Het werd gesticht in 1932 door twee Duitse families en er kwamen in de loop der jaren veel Zwitsers, Hongaren en Noord-Italianen naar deze plek. En zo groeide er een Duits-Zwitserse traditie. Av. J. A. Roca en
Praktische informatie Villa General Belgrano (03546) Het toeristeninformatiebureau vind je aan de Av. J. Roca 168 in Centro Civico www.elsitiodelavilla.com • Met de bus ben je er vanuit Córdoba binnen 1,5 uur met twee ondernemingen LEP en Pajaro Blanco. De laatste stopt bij de hoek Av. San Martín en Velez Sarsfield, de eerste bij de busterminal aan de Av. Veléz Sarsfield. • Er is een ACA servicestation op de hoek van RP 5 en Av. Champaqui.
i
• Hotel Edelweiss (461-317) en Bremen (461-133) zijn de beste hotels. Reken op E 45 voor een 2-pers. kamer, allebei met een groot zwembad en alle comfort. De eerste is op Ojo de Agua 295, Bremen ligt net buiten het stadje aan de RN 5 bij Cerro Negro. • Residencial Düsseldorf (461-451), Av. J. Roca 224, is een goede middenklasser. E 25 voor een kamer.
358
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
• Zo ook Baviera (461-476) met een grote tuin en zwembad, E 35 voor een 2-pers.kamer. In El Quebracho 21 (vlak bij Av. San Martín). • El Rincón (461-323) in Fleming 347, een jongerenhotel, vlak bij de busterminal is aan te raden. E 8 per persoon en je kunt er eten. • Camping La Florida en San José liggen langs de RN 5. • Neem eens een drankje (of een heerlijke chopp) in El Ciervo Rojo, met
in de tuin een enorm bronzen hert aan de Av. J. Roca 210. Of bij Bierhoff in Av. San Martín 17 met een groot terras en ambachtelijk bier: Brunnen! • Heerlijke taart kun je eten bij Casa Alpengruss in Av. J. Roca 562. Wil je eens de specialiteiten proberen dan is Alter Zeppelin in Av. J. Roca 39 of bij Los Pinos op nr. 73 een goede keuze. • Bij Fly machine kun je fietsen huren, Av. J. Roca 50 zo ook bij La Biela in Av. San Martín 342.
Av. San Martín zijn de belangrijkste straten met winkels, hotels, restaurants en cafés die allemaal het Alpengevoel uitstralen. Kijk eens naar de gerechten op de menukaarten, of loop eens een cadeauwinkel binnen die vol staat met koekoeksklokken, bierpullen en hertengeweien.
LA CUMBRECITA Dit ‘Alpendorpje’ ligt er prachtig bij, tussen de bosrijke heuvels, met enorme dennenbomen, watervalletjes en veel vogels, 30 km landinwaarts. Het heeft een aangenaam klimaat, zeker voor wandelingen. Als eerste vestigde zich hier de Duitse architect Helmut Cabjolsky in 1934 en nu zie je er alleen chalets in typische Alpenstijl. De confitería’s hebben heerlijke zelfgemaakte chocolademelk en taarten. Zo kun je bij bar Suizo in de hoofdstraat een lekkere pannenkoek met dulche de leche eten. Of bij confitería Liesbeth aan de rand van het dorpje met zelfgemaakte (chocolade)taarten. Ik was bijna geneigd toen ik binnenkwam om ‘Grüss Gott’ te zeggen. Een en al rust in de omgeving waar gehuchtjes zijn met grappige namen als Villa Berna en Villa Alpina. En dat allemaal in Zuid-Amerika! Empresa 'Pajaro Blanco' gaat 6 x per dag van en naar Villa Belgrano en Córdoba. Specialiteiten uit de regio El Landjäger, een soort salami of de bekende Leberwurst, heet hier een paté. Bij de bakker kun je een Polnische Wurst (rosca polaca) krijgen. Een soort worstenbroodje. Of Schwartzbrot (pan de centeno), dat zware donkere brood. Of als het wat fris buiten is, raad ik je ’s avonds Schweinshaxe mit Sauer-kraut (varkenspoot met zuurkool met een mosterdsaus) aan. Of met Kren, een pikante mierikswortelsaus. Als toetje een zelfgemaakte Schwartzwalder Kirschtorte (een taart van zwarte wilde kersen) of de bekende Apfelstrudel (een appeltaart van bladerdeeg). Maar er is ook nog de Bienenstich, een zoet gebakje. Keuze genoeg dus, en allemaal even lekker.
C Ó R D O BA EN O M STREKEN
EEN VERBLIJF OP EEN ESTANCIA IN DE PROVINCIE CÓRDOBA 1. Estancia La Paz (03525-492-073) is misschien wel de mooiste estancia van de provincie Córdoba. Gelegen in het heuvellandschap niet ver van de jezuïetenestancia Santa Catalina en het stadje Ascochinga. Gebouwd in 1830 voor een hooggeplaatste militair, later werd het eigendom van de toenmalige president Julio Roca en nog steeds straalt het die sfeer uit. De (slaap)kamers zijn net een museum en je verblijft letterlijk in een paleis. Daar betaal je ook voor. Reken op E 180 p.p. (vol pension). Je vindt het aan de Ruta E66, km 14, bij Ascochinga. Je kunt er polo spelen, golven, paardrijden en er worden excursies georganiseerd. www.lapaz.com 2. Estancia Potrerillo de Larreta (03547-423-804) is een paleis in neokoloniale stijl. Gebouwd in 1920 voor de diplomaat Enrique Larreta uit Buenos Aires. Ook hier is elke (slaap)kamer een museumstuk. Je kunt er golfen, zwemmen, paardrijden en er zijn mountainbikes. Voor E 100 p.p. is alles verzorgd en deze estancia ligt aan Camino los Paredones km 3, ten westen van Alta Gracia. www.potrerillodelarreta. com 3. Niet ver van het nationaal park El Condorito ligt Estancia La Posta del Qenti (03541-495-715) boven op de vlaktes van de Pampa de Achala. Van hieruit worden veel activiteiten ondernomen zoals, parapente, abseilen, paardrij- en wandeltochten. De kamers zijn comfortabel en er is een goed restaurant. Maar het gebouw van buiten ziet er niet uit. Je betaalt rond de E 75 p.p. vol pension. www.qenti.com 4. Hotel Yacanto (03544-482-002) bij het dorpje Yacanto 45 km ten zuiden van Mina Clavero ligt aan de rand van Cerro Champaquí (2790 m). Gebouwd in 1922 als buitenverblijf voor de (Engelse) directie van de spoorwegen. Die sfeer straalt het nog steeds uit. Bekend om te gaan golfen en de rust. De hele omgeving straalt het uit en bekende golfspelers komen hier. De kamers zijn groot met alle comfort maar nog in oude stijl. Voor halfpension betaal je E 75 p.p. inclusief golf. www.hotelyacanto.com.ar 5. Estancia Granadilla is een volwaardig veebedrijf met comfortabele slaapkamers en excursies. Deze estancia ligt bij het dorpje San Clemente ten zuiden van de Quebrada del Condorito zo’n 85 km van Córdoba in een bosrijke omgeving. Er is een bureau voor inlichtingen in de stad Córdoba in Arturo M. Bas 464 (0351-423-1530). Je kunt meewerken op de estancia of mooie (paardrij)tochten ondernemen naar het nationaal park El Condorito. www.lagranadilla.com.ar 6. Estancia Dos Lunas (011- 15-621953-90) ligt niet ver van het Parque Natural Ongamira bij de RN 17. Het interieur is nog helemaal puur en van het platteland. Er zijn ruime comfortabele slaapkamers, een zwembad en een prima restaurant. De meeste groente en fruit komt uit eigen tuin. Er worden excursies naar het adembenemende achterland (Los Terrones en Ongamira) georganiseerd. Je betaalt voor een kamer vol pension E 90 p. p. www.doslunas.com.ar
359
360
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
9. Mar del Plata en omstreken De parel onder de badplaatsen: Mar del Plata, het automuseum Fangio in Balcarce, het ‘Belgische’ badplaatsje Ostende en het sfeervolle Pinamar Dit hoofdstuk gaat over de Atlantische kust die loopt vanaf San Clemente del Tuyú tot aan Mar del Plata. Die is honderden kilometers lang. Het strand en de duinen zijn te vergelijken met onze Nederlandse en Belgische kust, maar dat is ook de enige vergelijking. In dit hoofdstuk beperk ik me tot de bekendste badplaatsen, die een interessante historie en de meeste vakantie-uitstraling hebben. Allereerst wat eens de parel onder de badplaatsen was: Mar del Plata. Dit is nog steeds de grootste en bekendste badplaats in dit land. Eens het Biarritz van Argentinië en waar begin 20ste eeuw de rijken van Buenos Aires hun zomerhuizen lieten bouwen. Nu komen er in de zomermaanden zo’n 5 miljoen vakantiegangers! Mar del Plata is niet alleen vakantie- en strandpret, maar heeft ook een verrassende architectuur en veel culturele festiviteiten. De andere badplaatsen waar ik je naartoe breng zijn Villa Gesell en Pinamar. De eerste is het vakantieparadijs voor jonge mensen en bij de laatste, Pinamar en omstreken, komen de welgestelden van Buenos Aires en de mediawereld. Buiten het strandleven kun je ook naar het stadje Balcarce, ten westen van Mar del Plata, waar de legendarische Argentijnse autocoureur, Manuel Fangio heeft gewoond. En ter ere van hem is daar een groot automuseum. Daar kunnen liefhebbers van oude raceauto’s en oldtimers hun hart ophalen.
M A R D E L PLATA EN O M STREKE N
● Saladillo
all im
●
3 76 Cnl. ● Pringles
Si erra d. l . Vent ana
●
3
●
Bahía Blanca
● Monte Hermoso
S ie rra
Tres Arroyos 228
ng
2 Cnl. ● Vidal
226
T
● Balcarce
88 Quequén ● ● Necochea
●
● San Teresita
Maipú ●
Tandil
d.
Cabo San Antonio San Clemente del Tuyu
11
yú ue
dil an
● Benito Juárez
● Pigüé
● Dolores
a
● Azul
Grl. La Madrid ●
33
Castelli ●
3
Olavarría ●
Tornquist ●
Río de la Plata
Río Las Flores ● Salado
a
A. V
San Carlos ● de Bolívar
c an
A. L
N ▲
361
Pinamar ● ● Ostende
● VA. Gesell
Mar Chiquitá
● Mar del Plata
● Miramar
● Claromecó
Bahía Blanca Río Colorado
0
100 km
ATLANTISCHE OCEAAN N ▲
WAT JE ZEKER NIET MAG MISSEN IN EN RONDOM MAR DEL PLATA! 1. De stad Mar del Plata met een wandeling langs de mooiste huizen en villa’s allemaal gebouwd in de zgn. ‘Normandiëstijl’. Pagina 362. 2. Een bezoek aan het automuseum van de legendarische Argentijnse autocoureur, Manuel Fangio, in het stadje Balcarce niet ver van Mar del Plata. Pagina 375. 3. Enkele dagen vertoeven in de badplaats Pinamar en van daaruit (met de fiets?) leuke tochten ondernemen. Pagina 379.
362
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
MAR DEL PLATA Wat eens de ‘parel’ onder de badplaatsen was De populairste badplaats van Argentinië is Mar del Plata, ruim 400 km ten zuidoosten van Buenos Aires. Ondanks het feit dat het een soort Scheveningen van Argentinië is geworden en er ’s zomers 5 miljoen badgasten komen (zelf telt de stad 500.000 inwoners), blijft het mijn favoriete badplaats. Je voelt en ziet nog steeds dat deze stad allure heeft gehad, waar de rijke middenklasse van Buenos Aires in de jaren dertig van de vorige eeuw op vakantie ging, maar nu plezier geeft aan iedereen. Gedurende de zomermaanden komen rijk en arm hier tezamen om van de zee, het strand, de zon en het eten te genieten. Het blijft nog steeds een vriendelijke oude deftige dame, zei een Argentijnse vriendin tegen mij. Maar zo is het niet geweest, want Mar del Plata, gesticht in 1874, werd juist eerder een belangrijke handelsstad en groeide daarna langzaam maar zeker in het begin van de 20ste eeuw uit tot dé badplaats van de porteño’s (de bewoners van Buenos Aires). Vooral de bourgeoisie kwam hier op vakantie. Rond 1930 kwam de rijke middenklasse en in de jaren vijftig ‘ontdekte’ de arbeidersklasse de stad. Als je over de oude Rambla (de strandboulevard) loopt bij Plaza Colón langs het casino en aan de andere kant wat eens Gran Hotel Provincial was, dan kun je nog een beetje van die oude glorie proeven. Deze imposante gebouwen met brede marmeren trappen die afdalen naar het strand, aan beiden kanten geflankeerd door grote gebeeldhouwde zeehonden zijn de laatste herinneringen. En daarom de ‘parel’ onder de badplaatsen werd genoemd. Sinds de pesoscrisis, in 2002, is de middenklasse, die massaal in de jaren negentig naar het mondaine Punta del Este in Uruguay ging, weer terug. Gelukkig, want Mar del Plata is niet alleen vakantiepret, want op cultureel gebied en festiviteiten heeft de stad veel te bieden. Zo wil ik je graag de rijke geschiedenis van de stad, tijdens de stadswandelingen laten zien. Een leuke tip is om deze routes met een (huur)fiets te volgen, want de afstanden zijn best groot (adressen om een fiets te huren, zie onder praktische informatie).
Een wandeling door ‘Normandië’? De wandeling begint bij de bombastische gebouwen, het casino (een van de grootste ter wereld) en aan de andere kant wat eens een enorm hotel was, Gran Hotel Provincial. Zij werden in 1938 gebouwd en ontworpen door de beroemde Argentijnse architect A. Bustillo (zie kader op pagina 418). Links voor je langs de Rambla, ligt Playa Bristol een van de chicste stranden, waar je verplicht bent om te betalen om er te mogen zonnen. En is het geen prachtig gezicht al die strakgekleurde strandtenthokjes op dit strandgedeelte? Alsof je vijftig jaar teruggaat naar de Zuid-Engelse stranden. Daarom wordt dit strand ook wel Playa de Los Ingleses genoemd. Al in de 19de eeuw was dit het meest deftige gedeelte van de stad. Een leuk idee is om tussen de middag, zoals veel Argentijnen doen, op deze Rambla op een van de vele terrasjes te genieten van een ‘picado’.
M A R D E L PLATA EN O M STREKE N
Dat is een Argentijnse borrelhap. Maar in werkelijkheid zijn het tientallen kleine bakjes waar olijven, verschillende kaassoorten, allerlei worstjes en vele kleine zeediertjes op liggen, zoals garnalen, zeeslakjes, zee-egels en andere stukjes vis. Of om te luisteren naar de vele optredens rondom de trappen naar het strand. De twee grote stenen zeehonden aan beide kanten van de trap zijn een hommage aan deze dieren. Zij zijn zo’n beetje het symbool van de stad geworden, want als je richting haven gaat zul je ze in groten getale rondom de vissersboten zien. Als je rechts langs het strand loopt kom je vanzelf bij de volgende rotspunt, waar je een apart gebouw ziet: Torreón del Monje. Een verschrikkelijk kitscherig middeleeuws kasteeltje, gebouwd in 1904 (!) en toentertijd dé confitería van de stad. Het is er nog steeds gezellig op het grote terras boven, en aan het interieur beneden proef je nog de sfeer van vroeger. Om de hoek van deze baai zie je het andere gedeelte van de stad, want immens lange stranden, enorme flats en hotels sieren de kustlijn. Maar ik breng je eerst naar een mooi gedeelte van de stad waar de rijke middenklasse tussen 1900 en 1930 zich had gevestigd. Je steekt Av. Patricio Peralta Ramos over naar Calle Alvear, al op de eerste hoek met Moreno staat Hotel Frontenac. Gebouwd in Normandische stijl door een Franse architect in 1905 voor de familie Leloir, maar door A. Bustillo in 1920 is herbouwd. In deze buurt staan veel huizen uit het begin van de 20ste eeuw, die in de zgn. Normandische stijl zijn ontworpen wat toen mode was (zie kader op pagina 365). Want op de volgende hoek met Bolivar heb je Villa Blaquier, dat weer in typische Engelse stijl in 1905 is gebouwd voor dezelfde familie. Dan op de volgende hoek met Av. Colón, het mooiste gebouw van deze wandeling en een goed voorbeeld van deze stijl: Villa Ortiz Basualdo, nu Museo Municipal de Arte. Ontworpen in 1909 door twee Franse architecten voor een rijke dame, señora Ana Elia
Mar del Plata een groot vakantieparadijs
363
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
364
Ortiz Basualdo. Het is binnen gedecoreerd met veel art nouveau van de Belgische ontwerper Gustave Serrurier-Bovy. Het gebouw is een mengeling van een klein Loire-kasteeltje en een Normandisch herenhuis. Zeker de moeite waard om te bezoeken. Niet alleen voor het interieur maar ook hangt er een permanente expositie van de plaatselijk bekende schilder Carlos Castagnino. Elke dag open van 17-22 uur.
$
#
#
%
#
!
# #+
'
!
!
'
!(
+' #
!
.
$
.
%
#%
(
$!
#
* $!
$
#
▲
!
' #%! $
&
1
%!
★6
ı
Punta Piedras
!
wandelroute $
$ #
#
Playa Las Toscas $! *
)
u
Playa Varese
Cabo Corrientes
$%
#
# !
#
*
/
4 ★
#
*
* #'$ '
$
!
Playa Grande
u
'
!$
#%
# %
#
&
Playa Chica
u
! $
&
' #
%
'
%
u
!)
#
&
!
P L A Y A G R A N D E
Parque S a n M a r tín
%
&
#
#
# "&
'
#
& *
($ !
$
*!
'
#
.
#
!
$
!
&
'
'
! *
!
!
*
%
'
!%! !&
0
Mar Argentino
M A R D E L PLATA EN O M STREKE N
Aan de overkant op nr. 1114 is El Museo del Mar, een modern gebouw waar een fanatieke schelpenverzamelaar 30.000 exemplaren heeft achtergelaten. In 60 jaar tijd heeft deze man, Benjamin Sisterna, de wereld afgereisd om tot deze unieke verzameling te komen. Er is een groot aquarium met allerlei vissen die voor de kust van Argentinië zwemmen en veel informatie over het leven in de zee. Goed opgezet. In de zomermaanden elke dag open van 10-22 uur. www.museodelmar.org Je loopt nu naar de volgende straat, Viamonte, die sla je rechts in, waar op de hoek Villa Normandy staat. De naam zegt het al in welke stijl het gebouwd is. Het dateert uit 1920. Nu is het een Italiaans consulaat. Op de volgende hoek met Almte. Brown is, Capilla Stella Maris, in neogotische stijl (gebouwd in 1910). Van binnen bij het prachtige marmeren altaar staat de patroonheilige van de vissers. Langzaam maar zeker ben je in deze straat naar een van de hoogste punten van de stad gelopen, want op de volgende hoek met Falucho en Mendoza staat La Torre Tanque. Dit is een 88 m hoge watertoren die eruitziet als een kasteeltoren, waar je bovenop een prachtig uitzicht hebt over de stad en de stranden. Open van ma. t/m vr. van 10-15 uur. Wat is de Normandische stijl? Vanaf 1890 wilden de rijke porteños in Mar del Plata een nieuwe bouwstijl, anders dan de steeds maar weer terugkerende neokoloniale huizenbouw. Men liet zich inspireren op het toen mondaine Biarritz in Frankrijk. Veel hout, zoals balkons en daken, maar ook bombastische bogen, ornamenten, uitspringende voorportalen en torentjes. Deze bouwstijl kwam weer van het Franse platteland uit Normandië en de Engelse zuidkust. Wat ook een belangrijk element was, was de asymmetrische vorm van de huizen. Twee duidelijke voorbeelden zie je op deze foto’s. De bovendste is Villa Ortiz Basualdo en de andere Villa Normandy, allebei beschreven in de bovenstaande wandeling. Toen rond 1930 de gegoede middenklasse massaal naar Mar del Plata trok, ontstond er een andere bouwstijl die meer aan de behoefte voldeed van deze klasse, zoals koloniale dakpannen, witgekalkte muren en houten bovendrempels. Veelal werd materiaal uit de regio gebruikt.
365
366
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Als je door deze straat, Calle Falucho, terugloopt richting het centrum kom je nog langs enkele interessante villa’s en mooie huizen. Allereerst tussen Viamonte en Alvear, Villa Perés, een schitterend huis uit 1930 en een goede variatie op de Normandische stijl. Kijk eens naar de versierselen op het leien dak! Daarna bij Güemes staat op de hoek Chalet Esteban Riglos. Wat verder de straat in zie je weer een prachtig art-nouveauhuis op nr. 2342, Villa Tur uit 1908. Als laatste in Calle Falucho het huis van Baldassarini, een plaatselijk bekende architect, op de hoek met Sarmiento. Het is nu een confitería. Je gaat Sarmiento richting het strand en een blok na Av. Colón kom je bij Av. Patricio Peralta Ramos uit. Daar ga je naar links en een blok verder voor Hotel Hermitage zie je net zoals in Hollywood handafdrukken op de grond van bekende filmsterren (voornamelijk Argentijnen). Een leuke afsluiting van deze wandeling.
Barrio Los Troncos Dit is de chique buurt van Mar del Plata met prachtige villa’s, brede stranden, een golfclub en met de beste winkelstraat van de stad. Gelegen tussen de haven en de buurt die ik hier boven heb beschreven. De wandeling begint bij de golfclub, want bij Rotonda del Golf, op de hoek van boulevard Ramos en Martínez de Hoz, heb je een mooi uitzicht over de enorme stranden, de golfclub en de haven. Deze club werd in 1901 opgericht voor het Engelse personeel dat voor de spoorwegen werkte. Van hieruit neem je Calle Almafuerte naar Calle L. N. Alem, ’s avonds dé uitgaansstraat voor jong, hip Mar del Plata, waar je de beste disco’s en pubs vindt, maar ook leuke restaurantjes. Loop erdoor, kijk vooral en geniet, want ‘s avonds is dit de straat waar je gezien moet worden. Overdag is het een gezellige winkelstraat tot aan Gral. Roca (let op, tussen 13-17 uur is alles uitgestorven). Voordat je bij Primera Junta links afslaat, moet je af en toe een straat links of rechts inslaan, want dan zie je de prachtigste zomerhuizen en villa’s staan. Bij Primera Junta loop je naar Urquiza, daar staat een van de meest opmerkelijke maisonnettes uit deze buurt: Chalet Los Troncos. Het zijn twee grote villa’s, waar het houtwerk afkomstig is van de quebracho- en de lapachobomen uit de provincie Salta. Een rijke Salteño wilde in 1938 wat dichter bij de zee wonen en liet deze prachtige huizen bouwen. Als je door deze buurt wandelt vallen Bloemendaal of Brasschaat in het niet. Bij Urquiza ga je rechts in tot aan Calle Rodriguez Peña waar je naar links gaat. In deze straat hebben bekende artiesten uit de mediawereld hun zomerverblijven. Je wandelt nu rechtdoor naar Alvear, daar ga je rechtsaf en na twee blokken kom je op een mooi gezellig plein, Plaza del Agua. Vaak zijn er in de namiddag allerlei culturele activiteiten en er heerst een (mede door de fontijnen?) relaxte sfeer. Hier begint bij Calle Güemes de beste winkelstraat van Mar del Plata. In de namiddag is het alleen maar aanschuiven, want er wordt geflaneerd, gewinkeld, er zijn vollop terrassen, en het is een grote ontmoetingsstraat. Neem de tijd zoals iedereen hier doet, want tot Alberti is het alleen maar genieten. Je vindt er de beste modewinkels, goede boekwinkels, delicatessenzaken (met heerlijke gerechten), grote ijssalons en toffe cafés.
M A R D E L PLATA EN O M STREKE N
367
Bij Alberti ga je naar links en ook deze straat is een gezellige winkelstraat. Op nr. 1446 is Casa Cultural Manos, gehuisvest in een zeer fraai neokoloniaal gebouw, totaal anders dan de Normandië stijl. Als je bij Sarmiento rechts afslaat kom je weer uit bij Av. Colón en Av. Patricio Peralta Ramos.
Wandelen door het centrum Als je door het centrum loopt, krijg je ‘s zomers de indruk alsof Buenos Aires verhuisd is naar deze stad. Je ziet dezelfde restaurants, confitería’s en tangosalons. Vijf miljoen porteño’s komen in de zomermaanden naar Mar del Plata om vakantie te vieren en willen graag hun stukje thuisgevoel hier hebben. De wandeling begint weer bij de Rambla en Plaza Colón. Deze laatste is een gezellig groot plein, omringd door enorme flats, met verkooppunten voor allerlei excursies en waar een treintje elk uur een city-tour maakt. In het midden staat het standbeeld van Patricio Ramos, de stichter van de
Plaza San Martín
#
!
7
Playa Popular
#
!
%
"
y1
(
#
3
5
"
Plaza Colón #
$
!
ol ist Br
#
2
!
%
(
ro
ya Pla
" " *
!
#
!
!
)
!
(
☎
Muel le L u
#
"
Ë
"
#
!
N ▲
! %
☎
%
Punta Iglesia
"
!
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
368
stad. Vaak worden er in de zomermaanden ‘s avonds openluchtconcerten gegeven en is er een gezellige sfeer op en rondom dit plein. Je vervolgt de wandeling door Calle Buenos Aires naar een van de belangrijkste wandelstraten van de stad, de Peatonal San Martín, daar ga je in. Het is een enorme wandelstraat, een soort Florida in Buenos Aires, maar dan drie keer zo groot. Een en al winkels, cafés, heladería’s (ijssalons), terrassen en restaurants. Als je van winkelen houdt is dit jouw straat. Op de hoek van Santiago del Estero bevindt zich een van de grootste ijssalons van de stad: Gianelli. Je kunt hier kiezen uit meer dan 130 verschillende soorten ijs, maar je zult deze naam overal in de stad terugzien. Op de hoek met Córdoba staat een opvallend gebouw in Moorse stijl: Palacio Arabe. Kijk eens naar de prachtige versieringen aan de gevel (geïnspireerd op de Moorse stijl in Spanje). Een rijke Syriër liet het bouwen in 1945! Bij het volgende blok is Plaza San Martín. Het is een groot gezellig plein met fonteinen en veel bloemen. Er staat ook het standbeeld van generaal San Martín, maar zonder paard! Volgens mij het enige standbeeld in Argentinië, waar deze bevrijder zonder paard te zien is. De kathedraal valt meteen op, in neogotische stijl, maar pas gebouwd in 1904 door dezelfe architect van de kathedraal in La Plata, Pedro Benoit. Bij allebei zie je grote gelijkenissen en de gebrandschilderde ramen doen aan Chartres denken. Schuin aan de overkant staat de Municipalidad en ernaast Teatro Colón. Het eerste is een ontwerp van de beroemde architect A. Bustillo en een vage imitatie van een Toscaans paleis en het tweede is een prachtig kasteeltje in ‘Moorse’ stijl. Wel iets aparts. Allebei gebouwd rond 1930. Tussen de kathedraal en de Municipalidad loopt de Diagonal Pueyrredón, waar elke dag een grote Feria de los Artesanos (een ambachtsmarkt) is. Als je deze diagonaal doorloopt naar de eerste hoek zie je op Rivadavia weer een gebouw uit de Normandiëstijl met fraaie torentjes en dakramen omringd door veel leien. Schuin aan de overkant bij Belgrano bevindt zich een van de grootste shoppingcentra van het land, Los Gallegos Shopping. Om terug te gaan kun je via Rivadavia ook een grote winkelstraat of via Av. Pedro Luro. Met deze laatste kom je uit bij het strand en die grote opvallende pier, waar een restaurant met bar en een vissersclub is. Hier vandaan heb je een mooi uitzicht over de stranden, de Rambla en de skyline van de stad.
De stranden Ruim 40 kilometer strand ligt er langs de stad met meer dan 70 strandpaviljoens (balnearios). De bekendste stranden zijn: allereerst La Perla, rondom Plaza España, ten noorden Punto Iglesias. Aldaar staat een beeld van Alfosina Storni. Deze vrouw was een bekende dichteres en feministe in de jaren dertig van de vorige eeuw. Zij was erg gedeprimeerd toen zij in 1938 een eind aan haar leven maakte door op dit punt de zee in te lopen (zie foto). De volgende is Playa Bristol het strandhart van de stad en wat exclusiever met schitterende strandtentjes (fila de carpa) die je kunt huren, paddlebanen en een fitnesscentrum. Hier komen voornamelijk wat oude-
M A R D E L PLATA EN O M STREKE N
ren en de gegoede middenklasse. Je vindt het tegenover de Rambla. Dan Playa Grande, daar komen de meeste jonge mensen en is erg in. Je hebt daar gezellige bars, leuke eettentjes en je kunt er surfen. Het ligt ten zuiden van de stad na Parque San Martín en vlak voor de haven. Niet ver hiervandaan is de uitgangsstraat L. N. Alem. Als laatste, maar ver van het centrum, Punta Mogotes, een drie kilometer lang strand dat voorbij de haven en de Reserva Ecológica ligt. Het heeft de meest moderne strandaccommodaties en de beste faciliteiten zoals winkelcentra, supermarkten, surfen catamaranloodsen, een dolfinarium, tientallen bars en restaurants, Met de stadsbussen 511, 581 en 717 kun je vanuit het centrum naar dit strand. In het centrum stoppen deze bussen. FESTIVITEITEN Gedurende de zomermaanden, januari, februari en maart zijn er in Mar del Plata vele festiviteiten. • De tweede week van januari (rond de 14-15de): La Fiesta Nacional del Mar (nationaal zeefeest), dan varen de vissersboten met passagiers uit; een vrolijk gezicht al de gekleurde boten op zee. • Tussen 10 en 24 januari is er een belangrijk feest: La Fiesta Nacional de los Pescadores (nationale vissersfestival). De hele haven staat op z’n kop! • De laatste week van februari en maart zijn er allerlei sportieve evenementen, zoals de nationale open golfkampioenschappen, de finale van de voetbalbeker en hockey- en polokampioenschappen. • 10 februari het feest ter herinnering aan de stichting van de stad in 1874. • In de tweede helft van maart is er een groot belangrijk filmfestival, Festival Internacional de Cine, dat je kunt vergelijken met het filmfestival in Cannes. Ben je in de buurt ga dan zeker een kijkje nemen, want zowel binnen- als buitenlandse filmsterren zijn aanwezig bij de gala’s en party’s. En de nieuwste films uit Zuid-Amerika kun je dan al zien.
369
370
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Wandelen rond de haven Heel iets anders is om eens aan het eind van de middag de havensfeer te proeven, als dan de kleurrijke vissersvloot terugkeert en de vis wordt verhandeld. De vaste kleuren van de vissersvloot zijn geel en rood en het is een vrolijk gezicht als je al die honderden vissersbootjes bij elkaar ziet. Met al die kleuren en bedrijvigheid denk je, dat je ergens in een haventje vertoeft aan de Middellandse Zee. Dat klopt ook wel, want de meeste vissers zijn van Italiaanse afkomst! Het is ook een zeer fotogenieke haven, niet alleen door de felle kleuren van de vissersboten, maar ook omdat er tientallen zeehonden rondom de pier verblijven, in Reserva Lobos Marinos. Er zijn vlak bij de aanlegsteigers leuke pittoreske visrestaurantjes en enkele plezierboten die tochten langs de kust maken. Allemaal te vinden bij de ingang, Centro Comercial del Puerto. Met de stadsbussen 511, 581 en 221 te bereiken. De wijk Divino Rostro en Villa Victoria In de chique wijk Divino Rostro vindt je enkele interessante gebouwen. Allereerst het huis van de belangrijke Argentijnse schrijfster, Victoria Ocampo, Villa Victoria. Het is een opvallend mooie villa helemaal uit hout en voorgebouwd in Noorwegen (zie foto)! Haar vader kocht het in 1905 en werd in zijn totaliteit versleept naar Argentinië. Gedurende de jaren twintig en dertig van de vorige eeuw organiseerde Victoria literaire avonden in deze villa met prominente intellectuelen (zie ook het kader op pag. 64). Vlak voor haar dood werd het eigendom van de stad en de UNESCO. Het is nu een museum en een cultureel centrum met een prachtige tuin. Het huisraad is nog grotendeels uit die tijd en je ziet veel origineel werk van deze schrijfster. Te vinden in Mathue 1851 en elke dag open van 14-19.30 uur. Niet ver er vandaan staat een ander opvallend gebouw, Villa Mitre, een huis in neokoloniale stijl, maar gebouwd in 1930 voor de ingenieur Emilio Mitre. Nu is er het historisch museum in gevestigd, Museo Archivo Histórico Municipal. Hier kun je goed de geschiedenis van de stad volgen met interessante (zwart-wit) foto’s uit de bloeitijd van Mar del Plata. Dan zie je pas wat een roemrijke geschiedenis deze stad heeft gehad. In Lamadrid 3870, bij Matheu en open van ma. t/m vr. van 9-19 uur, in het weekend van 14-18 uur. Het is trouwens heerlijk wandelen (of fietsen) in deze buurt met prachtige huizen, enorme tuinen en een en al rust. Te bereiken met de stadsbus 511 vanuit het centrum.
M A R D E L PLATA EN O M STREKE N
Praktische informatie Mar del Plata (0223) Toeristeninformatie Deze bevindt zich aan de Blvd. Marítimo 2270, in het gebouw waar Gran Hotel Provincial zat, bij Plaza Colón. Ze zijn zeer goed gedocumenteerd, vlotte informatie en spreken Engels. Open van 9-21 uur. Ook is er een informatiecentrum op het vliegveld. www.mardel plata.gov.ar, www.mardelplata.com
Hotels Tijdens de zomermaanden van januari t/m februari is het zeer moeilijk een hotel of hostería te vinden, dus je bent gewaarschuwd. Ook de prijzen gaan dan omhoog. Onderstaande hotelprijzen zijn voor het hoogseizoen. Daarbuiten zeker 30% goedkoper.
Topklassehotels • Hotel Costa Galana (486-0000), een vijfsterrenhotel met alle comfort. Het ligt tegenover Playa Grande met een schitterend uitzicht en niet ver van het uitgaansleven. Blv. Marítimo 5725. www.hotelcostagalana.com • Hermitage (451-9081) aan de Blvd. P. Ramos 2657 tegenover het ex Gran Hotel Provincial. Hier komen veel showbizz-mensen, heeft nog de klassieke uitstraling. Wel een prima vijfsterrenhotel. www.hermitagehotel.com.ar
Eersteklashotels • Dos Reyes (491-0383), Av. Colón 2129, vlak bij Plaza Colón. Prima hotel met een eigen strandgedeelte, ruime kamers en restaurant. Reken op E 70 per kamer. www.dosreyes.com.ar
Middenklassehotels • Hotel Amsterdam (451-5137), mooi gelegen aan de Blvd. Maritimo
371
i
4799, met uitzicht op zee en ruime kamers. Rond de E 60 voor een kamer. www.hotelamsterdam.com.ar • Hotel Killarney (451-2016) is een aardig familiehotelletje, vlak bij Playa Vares in Gascón 604. Je betaalt rond de E 40 voor een 2-pers.kamer. www. killarney.com.ar • Los Troncos (451-8882) in Rodriguez Pena 1561 is aan te bevelen. Een chaletachtige uitstraling in een rustige buurt. Je betaalt E 35 voor een kamer. www.hotellostroncos.com.ar • Hostel de Alem (486-4008), Rawson 233, niet ver van Playa Varese is goed, met een prima restaurant. De kamers zijn een beetje oubollig en je betaalt E 35 voor een kamer. www. elhostaldealem.com.ar • Hotel Corbel (493-4424) in Córdoba 1870. Een goede keuze voor die prijs. En niet ver van het strand. www. hotellasrocas.com.ar
Budgethotels • Hospedaje Odeon (491-1161). Moreno 2281, niet ver van de busterminal. Heeft eenvoudige kamers met douche. Je betaalt E 15 per persoon. • Hospedaje San Miguel (495-7226) in Tucumán 2383 is eenvoudig en heeft een leuke sfeer, mede door het restaurant. Ligt in hartje centrum. E 15 voor een 2-pers.kamer. • Hospedaje Niza (495-1695) wordt door drie aardige zusters gerund. Je vindt het in Santiago del Estero 1843. Niet ver van Plaza San Martín. Met ontbijt betaal je E 20. • Hotel Trébol (495-7251) in Corrientes 2243, niet ver van het centrum. Het heeft voor die prijs goede kamers. Je betaalt rond de E 20.
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
372
• Rondom de busterminal vind je genoeg budgethotels voor een betaalbare prijs (tussen E 15 en 25).
Campings In het noorden Camping El Bosque de Camet, bij het gelijknamige bos. Aan de Costa Azul. Goede voorzieningen met veel bomen, een restaurant en een confitería. De stadsbussen 541 en 221 gaat er naartoe. • In het zuiden van de stad richting Punto Mogotes heb je El Faro aan de Paseo Costanero Sur Presidente Illia 400 en El Griego bij Av. Edison 8000. Grote campings met alle faciliteiten.
Restaurants De stad telt ongelofelijk veel restaurants en confitería’s, dus keuze genoeg. Ik zal een kleine greep doen. • Trenque Lauquén is een uitstekend restaurant, maar niet echt goedkoop. Reserveer tijdig want het is er altijd druk. Mitre hoek Garay. • Pipo Garreton in Alberti 1437 heeft pizza’s, pasta’s en is niet ver van de busterminal. • Een aanrader is Tisiano in San Lorenzo 1332 in Galeria P. de los Milagros. Gehuisvest in een mooi oud gebouw en echt iets voor de avond als je wilt genieten. Voortreffelijke Italiaanse keuken. • Club de Pesca op de grote pier is natuurlijk een must. Mooi uitzicht, goede gerechten in een leuk nostalgisch interieur. • La Cuadrada is een goed restaurant en sfeervol ingericht. In 9 de Julio 273 niet ver van Plaza San Martín. In het weekend muziek en theateruitvoeringen. Een aanrader. • Finca del Sol in San Martín 2563 is een prima vegetariër. • La Piazetta, San Luis 1652, heeft heerlijke visgerechten.
Goede visrestaurants bij de haven zijn: • La Caracola en Puerto de Palos. Je vindt ze in El Centro Comercial del Puerto. Een paëlla is zeker aan te raden.
Cafés en bars • Gezellige cafés en pubs vind je op L. N. Alem. Zo heb je, Bikein op de hoek met Formosa die erg populair is. Maar ook Mr. Jones op nr. 3738. • La Quadrada, 9 de Julio 2737. Een café waar het gezellig vertoeven is. Op de 1e etage wordt in het weekend tango en salsa gedanst. Een echte aanrader! • In de winkelstraat Güemes is Sauro Café, een lounge-bar, erg populair. Op nr. 2760. Of bij Hardi (nr. 2978) nog zo’n echte ouderwetse confitería en tevens ijssalon.
Post • Het hoofdkantoor vind je aan de Av. P. Luro 2460 op de hoek met Santiago del Estero. Elke werkdag open van 920 uur. Zaterdag van 9-13 uur.
Vervoer Bussen De busterminal ligt centraal, op de hoek van Alberti en Sarmiento of Las Heras. • Er zijn prima verbindingen naar Buenos Aires. Elk uur een bus. Empresa Costera Criolla is goed, ze hebben bussen met ligstoelen (5 uur). Elk uur een bus naar Miramar (45 min.). Naar Bahia Blanca gaan 6 bussen per dag (5,5 uur). Elk uur een bus naar Villa Gesell en Pinamar (2 uur). • Naar Puerto Madryn en Trelew gaat sneller via Bahia Blanca.
Treinen Het station vind je aan de Av. P. Luro hoek Italia, wel buiten het centrum. Je
M A R D E L PLATA EN O M STREKE N
kunt ook reserveren bij lokaal 58 in het ex Gran Hotel Provincial. • Zomers 4 treinen per dag naar Buenos Aires, maar wel tijdig reserveren. Of neem de luxetrein 'Marplatense', een genot om mee te reizen. De trein doet er bijna vijf uur over. Aankomst in Buenos Aires bij het station Constitución. Stadsbussen 511, 512 en 541 gaan naar het station. • Naar Miramar gaat ‘s zomers een trein per dag. www.ferrobaires.gba. gov.ar
Boottochten • ’s Zomers vertrekt elke dag de boot Anamora om 11.30, 14, 16 en 18 uur voor een heerlijke tocht langs de kust van ongeveer 75 minuten. Vertrek bij Puerto Dársena B bij de haven.
Excursies rondom de stad • Aan Plaza Colón bij de kant van Arenales staan verschillende huisjes, die allerlei excursies in en rondom de stad aanbieden.
Golf Vliegen • Aerolíneas heeft in de zomermaanden 4 vluchten per dag naar Buenos Aires. • Driemaal in de week vliegt LADE naar Buenos Aires. Naar Bariloche, Puerto Madryn en Calafate 1x per week. • Het kantoor van Aerolineas vind je in Moreno 2442. LADE heeft een kantoor in het Casino, lokaal 5.
Autohuur • Anna Millet-Hertz vind je in Av. Córdoba 2149. • Localiza is ook in Av. Córdoba 2270 en • Avis vind je op het vliegveld.
• In en rondom Mar del Plata zijn 3 grote golfterreinen. De bekendste is bij Playa Grande: Mar del Plata Golf Club in Aristóbulo del Valle 3940. Maar de mooiste is Club Mar del Plata Golf Los Acantilados, 5 km ten zuiden van Punta Mogotes met 27 holes.
Supermarkten • Een grote supermarkt in het centrum is Toledo, op de hoek van Cór-doba en Rivadavia. Ook een op de hoek van Av. Colón en Sarmiento. En in Rivadavia tussen Entre Rios en Corrientes. • Disco is op de hoek van Alvear en Gascón. • Pata Negra vind je op de hoek Corrientes en Av. P. Luro.
Fietsenverhuur • Bij Plaza Mitre aan de H. Yrigoyen 2249 is Bicicletería Madrid.
Actieve vakantie • Parapenten kun je bij ‘Arcengel’ in Santiago del Estero 2329. • Surfen bij Kikiwaiclub aan de Av. Martínez de Hoz 4100, bij Playa de Punta Cantera. De beste locaties zijn: Playa La Paloma en Playa Grande. • Duiken (Buceo) kun je bij Mar del Plata Driver’s, España 4444. Of bij Marcelo Balado Buceo, Olazabal 1673.
Wasserettes • Lavadero ‘Blanco Puro’ is in Corrientes 1563. • ‘Su Lavado’ iets verder op nr. 1622. En in Arenales 2354 is ‘Espuma de Mar’. Aan de overkant op nr. 2377 is ‘Speedqueen’.
Winkelen • San Martín, Rivadavia en San Luis zijn dé winkelstraten in het centrum. De meeste winkels zijn open tot 22 uur. • Av. J. Justo is één groot sweaterparadijs, want dat is het handelsmerk van Mar del Plata.
373
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
374
• Zo ook de alfajores (biscuitjes gevuld met caramelcrème, chocolade of nootjes). Havanna en Balcarca zijn de bekendste merken (per jaar worden er meer dan 16 miljoen van verkocht). Vooral in het centrum zijn veel speciaalwinkels waar je ze kunt kopen.
Markten • Bij Diagonal Pueyrredón, vlak bij Plaza San Martín is elke middag tot 22 uur een leuke ambachtsmarkt (Fería de los Artesanos). • Elk weekend op Plaza Rocha bij Av. Luro en San Martín een gezellige en leuke rommelmarkt. Van alles te koop. • Shopping centrum Los Gallegos is een van de grootste van het land. Eén groot winkelparadijs! Je vindt het in Rivadavia 3050 bij Diagonal Pueyrredon.
Boekwinkels • Fray Mocho op de hoek van San Luis en Rivadavia is uitstekend. Met een uitgebreide collectie boeken. • Zo ook Librería Don Quijote op de hoek van Rivadavia en Santa Fe. • Illusiones, Güemes 3225, heeft ook een goede sortering boeken. • Libros de la Arena vrijwel op de hoek van Güemes en Rawson is prima.
Delicatessenzaken • La Barraca in Alberti 1549, heeft een uitgebreid assortiment aan kazen en worsten. • Almacén de Licores heeft goede wijnen, de beste koffiemerken en lekkernijen. Alberti 1345. • Mundo Mesa heeft een grote keuze aan wijnen en lekkernijen. Op de hoek van L. N. Alem en Mathue.
✭✭✭ TWEE MOOIE (DAG) TRIPS VANUIT MAR DEL PLATA ✭✭✭ ❶ Laguna de los Padres en de gelijknamige estancia liggen zo’n 20 km ten westen van Mar del Plata. Het is een rustpunt niet ver van deze drukke vakantiebadplaats. In de estancia woonde in de 19de eeuw Argentinië’s grootste gauchoschrijver, José Hernández. Nu is het een museum. Daarna ga je door naar het automuseum van Juan Manuel Fangio in de stad Balcarce. Opgedragen aan de beroemdste autocoureur van Argentinië, hij was vijfmaal wereldkampioen in de jaren vijftig van de vorige eeuw. ❷ Een aangename tocht langs de kust naar Villa Gesell en Pinamar, de meest exclusieve badplaats aan de Atlantische kust. Met een bezoek aan het ‘Belgische’ hotel en dorpje Ostende.
M A R D E L PLATA EN O M STREKE N
❶ LAGUNA DE LOS PADRES EN MUSEO FANGIO Een leuke dagtrip is naar de Laguna de los Padres, 20 km ten westen van Mar del Plata langs de RN 226. Dit is een beschermd gebied (vanwege de curro, een niet veel voorkomende struik en de vele vogels). Laguna de los Padres ligt bij het vredige dorpje Sierras de los Padres. Het landschap rondom de laguna is heuvelachtig met veel koren- en zonnebloemvelden, bossen en weilanden. Het deed me erg aan Noord-Frankrijk denken. Als je bij het meer aankomt staat links nog een oud jezuïetenklooster uit 1746, Reduccion del Pilar, dat in 1968 geheel is gerestaureerd. Aan de andere kant van het meer bevindt zich Estancia de los Padres, nu een museum van José Hernández. Deze man was een van de grootste gauchoschrijvers van het land. Hier bracht hij zijn jeugd door (tot rond 1850). Hij leerde als kind in dit gebied het ruige en harde Pampaleven kennen en voelen en zag de bloedige strijd tussen de indianen en de landeigenaren. Deze jeugdervaringen vormden zijn leven en zijn inspirerende boeken. Vooral het gedicht van de gauchoheld Martín Fierro is een nationaal symbool (zie onder literatuur). In het museum staat nog meubilair uit die tijd, ook mauscripten en authentieke attributen van gaucho’s. Elke derde zondag in maart wordt er een groot plattelandsfeest gevierd, Fiesta de las Estancias, met prachtige folklore en de traditionele ‘asado criollo’ (grote lappen vlees, gegrild op houtskool). Het museum is elke dag open van 9-19 uur. Er zijn excursies vanuit Mar del Plata, maar je kunt ook de bus bij de terminal nemen. Juan Manuel Fangio Juan Manuel Fangio, de grootste autocoureur van Argentinië, werd in 1911 in Balcarce geboren. Zijn debuut was in 1928 op 18-jarige leefdtijd, Maar hij werd pas na de Tweede Wereldoorlog in Europa bekend, daar hij in 1947 deelnam met zijn ‘Negrita’ (betekent hier lievelingetje) een Chevrolet, aan de eerste Europese autorace. In 1951 werd Fangio voor het eerst wereldkampioen in Spanje en zou tot 1958 tot de beste ter wereld behoren. Vijfmaal werd hij wereldkampioen en hij is nog steeds mederecordhouder. Tijdens die jaren vijftig was Fangio in Argentinië en Zuid Amerika een van de meest populaire mensen en hij vertoefde vaak in de hoogste politieke kringen. Zo werd hij in 1958 in Cuba door de guerrilla’s van Fidel Castro ontvoerd, maar twee dagen later alweer vrijgelaten onder grote politieke druk. Ondanks zijn populariteit bleef hij eenvoudig en open. Na het racen keerde Fangio terug naar Balcarce en woonde daar tot zijn dood in 1995. Hij heeft aan 200 races meegedaan, in 49 verschillende auto’s.
375
376
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Het is ook leuk om het dorpje Sierra de los Padres te bezoeken, dat er vrijwel achter ligt. Dit ongestoorde dorpje staat vol met weekendhuizen, winkels, terrassen en restaurants. De RN 226 kun je weer nemen richting Balcarce (nog zo’n 40 km), naar het tweede deel van de dagtrip: Museo Juan Manuel Fangio. Balcarce is een klein gezellig stadje met een beroemd automuseum. Als je een liefhebber van prachtige oude auto’s bent mag je dit niet missen, 5000 m2 autoplezier! Argentinië was in de jaren vijftig van de vorige eeuw sterk in de formule I klasse, want niet alleen Juan Manuel Fangio werd toen regelmatig wereldkampioen (in 1951, 1954, 1955, 1956 en 1957), ook twee andere Argentijnen. Al die prachtige racewagens uit die tijd kun je er zien. Maar ook oldtimers zoals een unieke Chevrolet ‘Rugby’ uit 1928, of een Alfa Romeo ‘Coup Touring’ uit 1949, maar ook een Hudson uit 1923, model Super Six, gemaakt door Domingo Bucci. De privé-autoverzameling van Fangio (b.v. een zilveren Mercedes W 196) en trofeeën zijn er ook te bewonderen. Elke dag open van 9-19 uur. Het museum is op de hoek van Mitre en Dardo Rocha aan de Plaza Libertad. www.museofangio.com Plaza Libertad is een prettig plein met veel bomen en bloemen. Er staat zo’n neogotische kerk die pas rond 1940 werd gebouwd en er is dagelijks een leuke (rommel/souvenir) markt aan de zijde van het museum. Op het plein komt de Av. Juan Kelly uit, een brede laan met restaurants en cafés. Zeker 6 bussen per dag met Empresa Rápido (1,5 uur) van en naar Mar del Plata.
❷ LANGS DE KUST NAAR PINAMAR Vanuit Mar del Plata gaat de RN 11 richting het noorden grotendeels langs de kust naar de levendige badplaats Villa Gesell. Verwacht niet veel van het landschap, want het is over het algemeen vlak met wat bossen en duinen. Daarna als je naar Pinamar gaat volg je dezelfde weg (RN 11) en verandert het landschap langs de kust in een bosrijk gebied van pijn- en dennenbomen.
VILLA GESELL Villa Gesell is een stadje dat niet meer dan 25.000 inwoners telt, maar gedurende de zomermaanden (tussen januari en maart) er honderdduizenden bijkrijgt. Het ligt 360 km ten zuidoosten van Buenos Aires en 106 km ten noorden van Mar del Plata. Sinds de jaren zeventig van de vorige eeuw is Villa Gesell uitgegroeid tot een levendige badplaats waar in de zomer veel jonge mensen uit Buenos Aires hun vakantie doorbrengen. Het staat bekend om zijn uitbundige nachtleven. Maar de bedoelingen van de stichter van de stad waren anders. Eind 1931 kocht hier een zekere Carlos Gesell, een zoon van Duitse immigranten, wat grond rond het strand. Moet je je eens voorstellen, ruim 70 jaar geleden woonde hier nog niemand, want het was ook een kaal gebied met alleen maar strand en duinen. Gesell begon met het cultiveren van de
M A R D E L PLATA EN O M STREKE N
Villa Gesell
grond en deze natuurliefhebber wilde een enorm ‘duinbos’. Hij plantte er veel pijn- en eucalyptusbomen en exotische planten, bouwde er zijn huis (dat nu een museum is) en ontving hier zijn vrienden uit Buenos Aires in deze aangename groene omgeving. Dat werd ook begin jaren veertig door de toeristen ontdekt en vanaf die tijd begon de ontwikkeling van het stadje. Het werd in de jaren vijftig en zestig dé ontmoetingsplaats van progressieve jongeren, hier werd in de jaren vijftig als eerste de bikini gedragen! En vanaf de jaren zeventig kwam er een explosieve groei van het toerisme. Nu is Villa Gesell helemaal volgebouwd en ik denk dat de stichter (hij overleed in 1979) zich zeker in zijn graf zal omdraaien als hij ziet wat er tegenwoordig van zijn stadje is geworden. Avenida 3 is de belangrijkste straat, alle bekende winkels vind je er, het stikt er van de cafés en restaurants en het uitgaansleven speelt zich hier ook grotendeels af. Veel winkels zijn in de zomermaanden tot diep in de nacht open. Na zes uur ‘s avonds is er een leuke ambachtsmarkt (Paseo de los Artesanos) op de Plaza bij Av. 3 en Paseo 104. Op dit plein worden ook ‘s avonds openluchtconcerten gegeven en Paseo 106 is een gezellige voetgangersstraat. Het mooiste gedeelte is Barrio Norte of Pinar del Norte, het loopt vanaf Av. Buenos Aires bij het strandgedeelte tot aan Blvd Gesell. Bij Alameda 202 ga je naar het Reserva Parque Cultural. Dit is het park dat door Carlos Gesell is aangelegd, het is er heerlijke wandelen en al die bomen geven goede verkoeling in de warme zomer. Hier vind je de eerste huizen van de stad waar Carlos Gesell heeft gewoond. Allebei zijn nu een museum, waar je de geschiedenis van Villa Gesell kunt volgen en zijn familie. Zijn laatste huis, meer een Zwitsers chalet, is tevens een cultureel centrum. Open van 9-20 uur, tussen de middag gesloten. Het is aangenaam wandelen door deze wijk, Pinar del Norte, er is volop groen, veel bomen, mooie huizen en de straatjes lopen zigzaggend omhoog en omlaag. Daarbij zijn er genoeg terrassen voor een verfrissend drankje. Gedurende de zomermaanden worden ook in Villa Gesell veel festiviteiten georganiseerd, zoals openluchtconcerten en zang- en koorwedstrijden. Het is een en al feest in Villa Gesell!
377
378
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Praktische informatie Villa Gesell (02255) De toeristeninformatie is in Los Pioneros 1921, als je het stadje binnenkomt. Elke dag open van 8-22 uur. Ook is er een in het centrum op Av. 3 bij Paseos 108 en 109 op nr. 820. www.gesell.gov.ar Hotels: zijn er in overvloed en in elke prijsklasse, maar tussen januari en maart betaal je wel meer. • Hotel Terrazas Club (463-214) aan de Av. 2 tussen Paseo 104 en 105 is een van de beste. In dit comfortabele hotel betaal je E 80 voor een enorme kamer met alle faciliteiten. Het heeft een eigen zwembad en een restaurant. • Hotel Atlantico (462-253) aan de Costanera en Paseo 105 ligt aan de zee, dat is elke ochtend blij wakker worden! De kamers zijn klassiek met een moderne badkamer. Je betaalt rond de E 30 voor een 2-pers.kamer. www.atlanticohotel.com.ar • Hotel BellaVista (462-293) in Paseo 114 bij Av. 3 en Gran Chalet (462913) is in Paseo 105 nr. 447 zijn allebei eenvoudig en goed. Je betaalt E 30. • Het leukste hotel is Posada del Sol (462-086 ) met in de grote tuin allemaal dieren zoals, papegaaien en flamingo’s. Wat oubollige kamers, maar met een prima sfeer. Je vindt het aan de Av. 4 nr. 642 bij Paseo 106 en 107. www.posadadelsol.com.ar • Enkele campings rondom de stad zijn: Afrika, Kuva en Caravan. Deze zijn te vinden bij de Av. Circunvalación en Paseo 101. Alledrie hebben goede voorzieningen, een restaurant en een zwembad. Restaurants: zijn er in overvloed, vooral aan de Av. 3 en Av. Buenos Aires. • zoals Chiquitín op nr. 138. Een goede menukaart met veel visgerechten.
i
• Tante op nr. 125 heeft een prima (Duitse) keuken, de vis- en vleesgerechten zijn heerlijk. Er is een groot terras. • Salsa Criolla is een van de bekendste restaurants in de stad. De kaart is puur Argentijns, dus veel vlees. Aan de Costanera bij Paseo 108. • Zo’n zelfde restaurant is ook Estribo op de hoek van Av. 3 en 109. Hier krijg je de beste parrillade! • Ga eens lunchen of wat drinken bij Pastelería Holandesa! Een quasi Hollands theehuis waar je een uitsmijter op z’n Argentijns kunt krijgen. Te vinden op de hoek van Av. 6 en Paseo 111. • Of bij El Viejo Hobbit gehuisvest in een houten huis helemaal in Keltische stijl met ambachtelijk bier, boerenkazen en gerechten en dat allemaal in Zuid-Amerika! In Av. 8 nr. 1165. • Het café El Picadero heeft verschillende soorten lekker ambachtelijk bier, zeker proberen met het warme weer. • Zo ook bij La Vieja Girafa. Bij allebei is er een leuke sfeer en de eerste vind je op de hoek van Av. 2 en Paseo 105. De andere aan de Av. 3 tussen Paseo 102 en 104. Vervoer: De busterminal is bij Av. 3 en Paseo 104. Maar in Paseo 105 en Av. 11 is een ‘miniterminal’, waar de lokale bussen vertrekken. • Elke dag gaat gaan er zeker 6 bussen naar Buenos Aires (6 uur), naar Mar del Plata elke 2 uur. • Fietsen kun je huren bij Casa Macca aan de Av. Buenos Aires 450. Of bij Rodados Luis op Paseo 107 tussen Av. 4 en 5.
M A R D E L PLATA EN O M STREKE N
PINAMAR Het stadje Pinamar is een van de chiqueste badplaatsen langs de Argentijnse kust, 320 km ten zuidoosten van Buenos Aires, 120 km ten noorden van Mar del Plata en 22 km van Villa Gesell. Het is in 1943 ontworpen door een bekende Argentijnse architect, Jorge Bunge. Hij was welgesteld en wilde een rustig, welvoorzien stadje aan de kust. Het strand is hier breed, er groeien veel dennenbomen en een warme golfstroom vanuit Brazilië komt voor de kust langs, dus de locatie was al goed. De welgestelden uit Buenos Aires hebben hier villa’s en luxe appartementen laten bouwen, je vindt er winkels van de grote modehuizen en dure hotels. Pinamar is als de Franse badplaats Cannes, maar dan in het klein aan de Argentijnse rivièra. Het is zeker de moeite waard om er enkele dagen te vertoeven, want de omgeving is mooi, met enkele lagunes, grote estancia’s die je kunt bezoeken en veel bossen en duinen rondom het stadje. Qua landschap doet het denken aan onze Nederlandse of Belgische kust. Ook proef je nog een beetje de oude glorie wat Pinamar charmant maakt. De belangrijkste straat is natuurlijk Av. Jorge Bunge, een brede laan met enorme bomen en daar tussen volop terrassen, winkels en hotels. Een leuke wandeling is over de Av. del Mar langs de kust (costanera), waar je aan de ene kant prachtige huizen ziet staan met grote tuinen, die meer op parken lijken. En aan de andere kant het brede strand met zijn strandhokjes, keurig gerangschikt met een eigen kleur om aan te geven bij welk strandpaviljoen (balneario) ze behoren. Het eigenlijke stadsplan is gemaakt rond Av. J. Bunge en Av. del Libertador. Daarmee lopen niet alle straten parallel of staan ze haaks erop, maar ze lopen in een boog van 180 graden met deze straten. Van bovenaf gezien een soort amfitheater. In het hoogseizoen, januari tot begin maart, zijn de hotels volgeboekt en duur, ook eenvoudige hotelletjes. Daarvoor en daarna zakken de prijzen. Alleen zijn dan wel veel hotels en restaurants dicht. Argentijnen houden van shoppingcentra, zo heb je hier Paseo Bunge, een groot gezellig shopping-paradijs met veel winkels, maar ook terrassen en restaurants. Je vindt het bij de rotonde Av. J. Bunge en Av. del Libertador bij Av. Constitucion. Een gezellige straat om te flaneren is Calle de las Artes vanaf Av. del Libertador, zo ook Av. E. Shaw. Wil je gezien of herkend worden ga dan naar het strandpaviljoen (Balneario) CR, een van de laatste paviljoens. Daar bevinden zich bekende mensen uit de mediawereld, politici, en (top)modellen uit de modewereld. FIETSTIP: FIETSEN DOOR PINAMAR NAAR OSTENDE Een leuke fietstocht is over de Av. del Libertador vanaf Av. J. Bunge naar het dorpje Ostende, dat nog geen 3 km fietsen is. Daar is een prachtig hotel met een rijke historie. Daarna kun je door fietsen naar het gehuchtje Carilo waar de fietstocht eindigt bij het Centro Comercial (winkelcentrum). Heen en terug nog geen 10 km.
379
380
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Praktische informatie Pinamar (02254) De toeristeninformatie kun je op Av. Bunge 654 vinden, vlak bij Av. del Libertador. Elke dag open van 8-20 uur. www.pinamarturismo.com.ar Hotels: • Algeciras (485-550) is een 4-sterrenhotel en ligt in hartje centrum aan de Av. del Libertador 75. Een kamer kost rond de E 90 in het hoogseizoen. Met alle faciliteiten en comfort. • Zo ook het sfeervolle hotel Del Bosque (482-480), gelegen op de hoek van Av. Bunge en Jupiter. Met een enorme tuin, zwembad en een goed restaurant. Hier betaal je rond de E 80 voor een grote kamer. www.hotel-del bosque.com • Goedkoper is het koloniale Playas Hotel (482-236) aan de Av. Bunge 250. Dit oudste hotel van het stadje heeft grote kamers, zwembad en straalt nog de oude sfeer uit. Je betaalt rond de E 60. www.playashotel.com.ar • La Posada del Rey (497-950), Av. Constitución 556, is een klein gezellig hotel, waar een kamer rond de E 30 kost. www.pinamarturismo.com.ar • Hotel Venecia (490-505) is een aanrader, je vindt het in De las Toninas 48. Ook hier betaal je rond de E 30 voor een kamer. • Er zijn drie goede campings, waarvan Moby Dick de grootste is, maar Camping Saint Tropez heeft een eigen strand. De eerste vind je bij Av. Victor Hugo en Tuyú in Ostende, de andere is in Quintana ook in Ostende. Restaurants zijn er genoeg en goed, zo is er bij Av. J. Bunge voor elk wat wils. • Wat ik je aanraad is El Viejo Lobo aan het strand bij Av. del Mar. Met heerlijke visgerechten, zoals: lenguado a la manteca negra con alcapar-
i
ras y puré duquesa (een tong met kappertjes en aardappelpuree) of een goede Italiaan • Il Garda in Av. Shaw 136 heeft verse pastagerechten. • Tante is prima met heerlijke Duits/ Argentijnse gerechten. In De las Artes 35. • La Carreta iets verder, in De las Artes 153, is wat massaal, maar met een goede menukaart. • Paxapoga op de hoek van Av. J. Bunge en Libertador heeft niet alleen een groot terras, maar ook lekkere pasta’s en paella's. • Na het eten nog wat drinken dan is El Paco op de hoek van De las Artes en Gaviotes een idee. • Fietsen kun je huren aan de Av. J. Bunge 1089 bij Macca zo ook bij Bicicletas Leo op nr. 1101. • Het postkantoor is in Jason 524. • De ACA is in Del Cazon 1368. • Wasserettes vind je bij Av. J. Bunge 1093 en Av. del Libertador bij De la Foca en het winkelcentrum. Vervoer: De busterminal is in Jason vlak bij Av. J. Bunge. Zeker 10 bussen per dag naar Buenos Aires, naar Villa Gesell, Mar del Plata en Ostende om de 2 uur een bus. Je kunt ook de stadsbus Montemar nemen. Deze stopt bij Av. J. Bunge iets voor het toeristenbureau. • Er gaan 2 treinen per week van en naar Buenos Aires (station Constitución). Het station ligt 3 km ten westen (richting Gral Madariaga) van de stad. De luxetrein 'marplantese' rijdt 1x per week ('s zomers) van en naar Buenos Aires.
M A R D E L PLATA EN O M STREKE N
OSTENDE Ostende is een gehuchtje dat vrijwel naast Pinamar ligt en gesticht is door twee Belgen, Ferdinand Robette en Augustin Poli. Zij vonden toen ze hier kwamen wonen, in 1913, dat veel overeenkwam met het Oostende aan de Belgische kust. Nu is het zo vol gebouwd dat niets meer doet herinneren aan het Ostende of België van toen. Behalve het mooie El Viejo Hotel Ostende dat nog uit die tijd stamt (in 1913 geopend). Van binnen net een museum met veel zwartwitfoto’s en posters aan de muur, en een prachtig filmzaaltje uit de jaren van voor de Tweede Wereldoorlog. Je slaapt in authentieke kamers met veel art deco. Als je deze richting opkomt, dan zou ik zeker hier overnachten. De eigenaar heeft er meer dan 30 jaar aan gewerkt om alles in ere te herstellen. Helaas is dit hotel alleen in de zomermaanden open. Het ligt op loopafstand van de zee en met een beetje fantasie op het strand kun je je de overeenkomst met onze Noordzeekust wel indenken. Dit hotel heeft een rijke historie, want bekende (Argentijnse) schrijvers hebben hier overnacht. Zo heeft de Franse schrijver en avonturier Antoine de Saint-Exupéry op kamer 51 overnacht en gewerkt. De roman ‘Los que aman, odian’ (1946), van de bekende Argentijnse schrijver Adolfo Bioy Caseres speelt zich in dit hotel af. Hij verbleef hier regelmatig met zijn vrouw Ocampo. Wil je in Hotel Ostende (02254) 486-081 overnachten, dan kost een 2-pers.kamer met vol pension rond de E 60. Er is een zwembad en een confitería. Je vindt het op de hoek van Biarritz en El Cairo. www.hotelostende. com.ar De fietstocht (zie kader, pag. 379) eindigt in het hart van het dorpje Carilo en via de Av. Divisadero kom je bij Centro Comercial (op de hoek van Cerezo en Carpintero) uit, midden in het centrum. Je ziet wel als je door dit gehuchtje fietst of wandelt, dat het niet alleen mooi gelegen is tussen de talrijke bomen, maar het vakantieoord is van welgestelde Argentijnen. Prachtige villa’s (veelal van hout) zijn er te bewonderen, en bij Balneario Hemingway (voor het grote moderne hotel Marcin), is het strand van de rijke Porteños.
381
382
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
10. Het noordelijk merengebied De steden San Martín de los Andes en Junin de los Andes, de meren Lacár en Huechulafquen en het nationale park Lanín Het noordelijk merengebied in het noordwesten van Patagonië grenst aan het Andesgebergte en loopt van de stad San Martín de los Andes richting het noorden langs de Chileense grens naar het stadje Caviahue. Dit hele gebied ligt in de provincie Neuquén. Een van de eerste bewoners waren Mapuche- en Puelches-indianen. Maar al in 1552 kwamen hier jezuïeten vanuit Chili over de Andes naar dit gebied. In 1860 liet een Franse advocaat zich tot koning van de Araucanen (de Mapuche-indianen) kronen en kreeg de naam Orélie Antoine I (zie pagina 410). Hij wilde hiermee proberen de indianen te beschermen tegen de blanke heerschappij. Het mocht helaas niet baten, want in 1878 drong generaal Roca het koninkrijk der Araucanen binnen om uit naam van de republiek ‘...een handvol wilden met geweld te onderwerpen...’. Er leven nu nog een kleine tienduizend oorspronkelijke Mapuche-indianen in deze provincie, vrijwel allemaal in reservaten. Eind 19de eeuw kwamen veel immigranten uit Zwitserland, Zuid-Duitsland en Noord-Italië zich hier vestigen. Logisch, het landschap kwam veel overeen met Midden-Europa. En zo intregeerde de cultuur van Midden-Europa hier met de Argentijnse en niet voor niets wordt San Martín de los Andes ‘Klein Zwitserland’ genoemd. Je ziet het aan de huizenbouw en je merkt het aan het eten; kaasfondue of Sauerkraut op z’n Argentijns! Dit merengebied telt één nationaal park en dat is rondom de vulkaan Lanín. Het heeft prachtige meren, uitgestrekte bossen en is een paradijs voor sporvissers en wandelaars. Rondom de stad Neuquén zijn op veel plaatsen resten van dinosaurussen gevonden, zelfs van de grootste ter wereld. In het plaatsje Plaza Huincul kun je deze bewonderen. Noordelijker gaat het merengebied veranderen in een vulkanisch landschap, waar je kunt baden in geneeskrachtige bronnen van de vulkaan Copahue bij het gelijknamige dorpje.
H ET N O O R DELI JK M EREN G EBIE D
383
40
N ▲
Caviahue
▲ ●
●
Volcán Copahue Copahue 2980 m
● Loncopué
●
Plaza Huincul
●
● ●
tán Lil
❋
●
VA. El Chocón
40
Junín de los Andes
237
m
Río
lló
ay
NEGRO
n Curá
de los Andes
Li
RÍO
o
San Martín ●
●
●
Picún Leufú
Piedra del Águila ●
C R.
Nat. Park Lanín
▲
● Neuquén
Cutral-Co
Emb. Ezequiel Ramos Mexia
R. Ca
Vo. Lanín 3776 m
NEGRO
Emb. Cerros Colorados Zapala
Nat. Park Laguna Blanca
R. Aluminé
Po. Tromen 1253 m
●
22
Aluminé ●
Añelo
n ué uq Ne
Las Lajas del Agrio
Po. de Pino Hachado 864 m ❋ Po. de Mallín de Icalma 1303 m ❋
RÍO
o Rí
Bajada
●
4
CHILI
40
Po. Puyehue 1314 m
❋
➤
naar Osorno
VA. La
● Langostura
N.P. Nahuel Huapí
Lago Nahuel Huapí ● San Carlos de Bariloche
0
50
100 km
N ▲
WAT JE ZEKER NIET MAG MISSEN IN DIT MERENGEBIED! 1. De stad San Martín de los Andes, ook wel ‘Klein-Zwitserland’ genoemd. Een rustig oord met het echte Zwitserlevengevoel! Omringd door een prachtige omgeving van bossen en meren. Pagina 384. 2. La Ruta de los Siete Lagos, een van de mooiste routes van het hele merengebied, die loopt van San Martín de los Andes langs zeven prachtige meren naar het dorpje Villa la Angostura. Pagina 397. 3. Een tocht of excursie langs Lago Huechulaufquen met de gracieuze vulkaan Lanín op de achtergrond. Pagina 395. 4. Een wandeling door Parque Provincial Copahue, waar de grappigste bomen van het land staan, de araucariaboom. Pagina 405.
384
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
SAN MARTÍN DE LOS ANDES San Martín de los Andes is een vriendelijk vakantiestadje aan de rand van het Andesgebergte, helemaal in Alpensfeer, dat zowel ‘s winters als ‘s zomers veel toeristen trekt. Het heeft bijna 30.000 inwoners en is omringd door bossen, enorme bergen met besneeuwde toppen en het ligt aan een groot strak blauw meer, Lago Lácar. Ook hier geldt dat tijdens de zomer- en wintermaanden de meeste hotels volzitten, want de porteño (inwoner van Buenos Aires) komt hier graag op vakantie! Want vanuit San Martín (zo wordt het in de volksmond genoemd) zijn goede vertrekmogelijkheden naar het nationale park Lanín en de vulkaan, maar ook naar de omringde meren. Voor (sport)vissers een waar paradijs! Maar ook de natuur is hier zo betoverend en dat komt mede door het mooie licht, dat zo helder is. En ‘s winters kun je hier niet ver vandaan bij Cerro Chapelco uitstekend skiën. De stad was de laatste militaire post tijdens de krijgstocht van generaal Rudecindo Roca halverwege de 19de eeuw tegen de indianen, want je bent hier op het grondgebied van de Mapuche-indianen. In 1898 werd de stad gesticht en trok al meteen immigranten uit Europa aan, onder wie Nederlanders die de houtindustrie opzetten. Toen in 1937 het nationale park Lanín werd opgericht begon dit houthakkersdorpje langzaam maar zeker te veranderen in een toeristencentrum. Helemaal toen er begin jaren vijftig skipistes werden aangelegd en er een goede luchtverbinding kwam. Van de eerste huizen is niets meer te zien, maar bij Plaza Sarmiento richting Gral Roca (op nr. 1270) en Chumuhuinca staan nog enkele houten huizen uit de begintijd. Zo ook Museo Municipal bij Plaza San Martín. De beroemde Argentijnse architect A. Bustillo (zie ook pag. 418) heeft vanaf de jaren veertig en vijftig San Martín een nieuw gezicht gegeven. Een Europese Alpenstaduitstraling. Als je niet zou weten dat je 12.000 km van Zwitserland of Oostenrijk vandaan bent, zou je bijna denken dat je weer terug bent in Europa! Al die ‘Zwitserse’ chalets, hotels en façades zijn een mengeling van invloeden uit Midden-Europa en een eigen invulling daarop, die men hier ‘Estilo Tronco’ (de stijl van de pure boomstam) noemt (zie kader). Voor ons Europeanen komt deze mengeling van ‘Alpenarchitectuur’ wel wat vreemd over. Av. San Martín en Villegas zijn de belangrijkste straten met Plaza San Martín als middelpunt. In deze straten vind je de meeste hotels, restaurantjes, winkels en het toeristenbureau. Wil je dé clichéfoto van je vakantie nemen ga dan naar het einde van Av. San Martín bij het meer. Hier staat een kitscherig standbeeld van een hert boven op een rots: het is het symbool van de stad. En wandel eens naar Plaza Sarmiento, daar staat een mooie mengeling van allerlei bomen uit de regio, omringd door nog van die ouderwetse lantaarns. De beste tijd om de stad te bezoeken is in de maanden december of maart, het is er dan niet alleen goedkoper maar je kunt dan ook volop genieten van de mooie, warme lente- of herfstkleuren.
H ET N O O R DELI JK M EREN G EBIE D
385
Estilo Tronco Deze typische bouwstijl zie je veel in en rondom het merengebied van Argentinië. De architect A. Bustillo heeft veel invloed gehad op deze architectuur. Hij ging ervan uit dat het gebruik van materialen uit de regio moest komen, zoals vulkanisch gesteente dat als basis moest dienen. Daarboven houten vloeren, zo ook de bovengelegen verdiepingen en houten dakpannen in de zoldering. Belangrijk was ook zijn standpunt: de architectuur moet een harmonie vormen met haar omgeving (hier is het een bosrijk gebied). Maar deze bouwstijl heeft zich nog verder ontwikkeld en men vindt dat de boomstamvorm gerespecteerd moet worden. Zo zie je veel balkons, raamkozijnen en versieringen rondom de daken niet haaks of horizontaal lopen, maar de vormen hebben van de boomstammen. Het is ook een uitdaging van de architecten geworden om zo goed mogelijk met deze vormen van de natuur rekening te houden en er een aantrekkelijk huis van te maken. Op het eerste gezicht valt het niet zo op, maar kijk eens goed naar de vormen en je ziet veel asymmetrie in deze huizenbouw. Het gaat zelfs zo ver dat het interieur ook helemaal aangepast wordt aan deze ‘natuurlijke’ vormen, wat soms een eigenaardige uitstraling geeft. Veel chalets, cabañas en winkels worden de laatste 30 jaar in ‘Estilo Tronco’ gebouwd. Het is ook een soort eigen indentiteit geworden.
Praktische informatie San Martín de los Andes (02972) Toeristeninformatie Het toeristeninformatiebureau is te vinden op de hoek van Plaza San Martín en Av. San Martín. Er hangt duidelijk een grote lijst aan de muur met de hotels en hun prijzen en ze zijn erg hulpvaardig. Elke dag open van 8-22 uur. www.smandes.gov.ar
Hotels Eersteklashotels In het hoogseizoen stijgen de prijzen van de hotels met ruim 30%. Over het algemeen zijn de hotels duurder
i
dan in de andere steden in dit gebied. Onderstaande prijzen zijn van het hoogseizoen. • Patagonia Plaza (422-280) op de hoek van Av. San Martín en Rivadavia is een modern 4-sterrenhotel met grote kamers (wel wat ouderwets), maar met alle faciliteiten. Er is een zwembad en een goed restaurant. E 150 voor een 2-pers.kamer. www. hotelpatagoniaplaza.com.ar • Hotel Le Village (427-698) op de hoek van Roca en Cap. Drury. Een Zwitsers chalet met een grote tuin en ruime
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
386
kamers. Voor E 90 slaap je vorstelijk. www.hotellevillage.com.ar • Hostería La Chemineé (427-617) op de hoek van Moreno en Roca is helemaal in Alpenstijl. Grote kamers, zwembad en een uitgebreid ontbijt. E 75 voor een 2-pers.kamer. www.hosterialacheminee.com.ar • Hotel El Viejo Esquitador (427690), Av. San Martín 1242, heeft ruime kamers in het rustige gedeelte van de stad. Het is helemaal alsof je in Zwitserland bent. E 75 voor een kamer. www. delviejoesquiador.com
voor deze prijs. Aanrader. Cnel. Pérez 632, niet ver van het centrum. • Hotel Turismo (424-701) een aardig hotel op de hoek van Mascardi en Moreno. De kamers zijn eenvoudig, maar prima voor die prijs. • Hostería Bärenhaus (422-775) is zeker een aanrader. Het jonge Argentijns/Duitse stel runt dit sfeervolle hotel. Wel aan de rand van de stad in een bosrijke omgeving. De kamers zijn eenvoudig en het ontbijt is heerlijk. Het is in Los Álamos 156 bij de ingang van het stadje. Ze komen je ophalen van de busterminal.
Middenklassehotels (een 2-pers.kamer: E 50-70) • Posta del Cazador (427-501) op de hoek van Av. San Martín en Juez del Valle is zeker aan te raden. Geheel in Zwitserse stijl met prima ontbijt (zelfgemaakte flensjes en confiture). Niet ver van de busterminal en het meer. www.postadelcazador.com.ar • Hostal del Esquitador (427-674) in Col. Rhode 975. Rustig gelegen met tenminste moderne kamers. Prima! www.hostaldelesquiador.com.ar • Hotel Crismalu (42-7283), Rudecindo Roca 975, is prima voor de prijs. • Zo ook: Hotel Aspen (427-475) met een gezellige sfeer en een restaurant. Je vindt het op Coronel Perez 1127. www.hotelaspen.com.ar • Colonos del Sur (427-224) is een vriendelijk middenklassehotel met ontbijt. Je vindt het in Rivadavia 686 niet ver van het centrum.
Budgethotels (een 2-pers.kamer: E 25-40) • Hostería Cumelen (427-304), Elordi 931, met ontbijt en een behulpzame eigenaar. De kamers zijn eenvoudig. • Hostería Las Lucarnas (427-085) is een goed familiehotel. Goede kamers
Jongerenhotels • Rukalhue (427-431) is een prima jongerenhotel waar je rond de E 10 per persoon betaalt voor een kamer met ontbijt. Er is kookgelegenheid en een mooie tuin. In Juez del Valle 682, aan de rand van het centrum. • La Grieta (429-669) is een gezellig jongerenhotel. Er is een gemeenschappelijke keuken, er zijn fietsen en er is internet. Je betaalt rond de E 10 per persoon. Teniente Ramayón 767. www.lagrietasma.com.ar
Campings • Net buiten de stad aan de Av. Koessler is een ACA camping met goede voorzieningen, wel wat prijzig. • Camping Playa Catrite is goedkoper en ligt zo’n 4 km van de stad langs de RN 234 aan het Lago Lácar. Er zijn goede voorzieningen en een confitería. • Camping Quila Quina ligt 16 km verder aan de RN 234, ook aan het meer. Heeft dezelfde voorzieningen en een restaurant. Een aanrader.
Restaurants Op Villegas en Av. San Martín vind je de meeste restaurants.
H ET N O O R DELI JK M EREN G EBIE D
387
Tres de Caballería
N ▲
5 ★
Ë
8★
Muelle
y
11★
Plaza Sarmiento
2★
Ramayón
★10
Mascardi
Moreno
M. Moreno
★1 Rivadavia
San Martín
Rohde
7★
C. Diaz
0
General Roca
del Valle
Graet
h
4 ★ 3 ★
6 ★ Sarmiento
13 ★
Belgrano
R. Roca
Druny
E. Calderón
Elordi
Pérez
A. Fosbery
12 ★
Plaza San Martín Gen. Villegas
9 ★
Obeid
Avenida Costanera M. A. Camino
Almirante Brown
★ 14
➤
naar Bariloche
San Martín de los Andes 1. Patagonia Plaza 2. Hotel El Viejo Esquiador 3. Hostería La Cheminée 4. Colonos del Sur 5. Hotel le Village 6. Hotel Crismalu 7. Posta del Cazador 8. Hostal del Esquitador 9. Hostería Cumelen 10. Hostería La Lucarnas 11. Hotel Turismo 12. La Grieta 13. Ruklhue 14. Hotel Aspen Toeristeninformatie
• La Reserva in Belgrano 940, is zeker aan te bevelen. Gehuisvest in een oud gerenoveerd pioniershuis, serveert men de Patagonische keuken. Prima menukaart en er is ook ambachtelijk bier. • Ben je vegetariër dan heeft Pura Vida uitstekende vegetarische schotels, maar ook vlees- en visgerechten (biologisch) Te vinden in een knus huisje in Villegas 745. • Avataras, Ramayon 745, is het beste restaurant met een gedurfde keuken. Bijvoorbeeld; curry de cordero como en India (met rijst, appel sambal, chutney en jenever getrokken uit aman-
delnoten). Of trucha con vegetales al aceto balsámico (een forel met kruidenazijn). Niet goedkoop, maar erg lekker in een leuke sfeer. www. avataras.com.ar • Mendieta heeft een goede keuze aan wildgerechten (jabalí en ciervo) in een gezellige sfeer. Een aanrader, Av. San Martín 707. • Posta Criolla, heeft een aardige menukaart met een aperitief van de zaak. Av. San Martín hoek Rivadavia. Aan de overkant: • El Regional in Villegas 965 heeft smakelijke (regionale) gerechten, zoals
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
388
een cazuela de jabali (een ragout van wildzwijn). Is een populaire tent, met een Duits interieur en (eigen) ambachtelijk bier. Enkele goede pizzeria’s zijn: • La Nonna, Cap. Drury 875, Taco’s op de hoek van Av. San Martín en Sarmiento en Peper One in Av. San Martín 820.
Enkele eettips uit de regio Probeer eens de lokale gerechten zoals: trucha (forel), hongos silves-tres (wilde paddenstoelen), of carne de ciervo of jabali (vlees van een hert of wildzwijn). Als nagerecht een lokale fiambre met vers fruit. Daarbij drink je een heerlijke rio negro-wijn.
Cafés en bars • De populairste cafés zijn: Cafe del la Plaza op de hoek van Av. San Martín en Pérez (met chopp!). • Deli op het eind van Villegas bij de pier en heeft ‘s zomers een (groot) terras.
• Tio Paco heeft een dakterras(je) met chopp en is populair! Op de hoek van Av. San Martín en Cap. Drury. • El Almacén is een moderne wijnbar met exclusieve hapjes bij een goed glas wijn. Cap. Drury 857.
Vervoer Bussen • De busterminal is op de hoek van Gral. Villegas en Cnel. Diaz. 4 bussen per dag naar Bariloche (3,5 uur). Ze noemen deze busrit: Por Siete Lagos, want je komt langs zeven mooie meren. Sneller is via Rinconada (Paso de Córdoba). • Neuquén via Zapala 4 bussen per dag. (7 uur). 6 bussen dagelijks naar Buenos Aires (22 uur!). Elke dag een bus naar Temuco en Púcon in Chili. • Naar Villa Traful een bus per dag. Naar Quila Quina 4 per dag (45 min.).
Vliegen Het vliegveld Chapelco ligt 25 km ten noorden van San Martín richting Junin.
H ET N O O R DELI JK M EREN G EBIE D
• Een vlucht per dag naar Buenos Aires met Aerolineas. • LADE vliegt 1x per week naar Bariloche en Neuquén. Zo ook naar Buenos Aires. • Het kantoor van Aerolineas is te vinden op Capitán Drury 876, LADE bij de busterminal in lokaal 3.
Inlichtingen over het nationale park Lanín • Bij Intendencia Parque Nacional (427-233) kun je alle inlichtingen krijgen over het nationale park Lanín en Lago Tromen, zoals (trek)tochten en permissie. Het bureau is te vinden in Calle Frey 749 tegenover Plaza San Martín. Open van 8-13 uur.
Autohuur • Hertz is in San Martín 831. Avis, Av. San Martín 998 en Hansen Rent-aCar, Av. San Martín 5320.
Fietsenhuur • Mountain Ski Shop, Av. San Martín 861. Enduro Bikes vind je op de hoek van Moreno en Elordi (repareert ook). Rodados HG aan de Av. San Martín 1061 ook reparaties.
Boottochten • Naviera Lacar & Nonthue verzorgt de boottocht naar Hua Hum en Quila Quina. Tickets bij de pier. Hun boot Mari Mari vaart elke middag over Lago Lácar naar de Chileense grens (Hua Hum). Vertrek om 14.30 uur terug om 20 uur. • Elke dag (‘s zomers) vanaf 10.15 uur gaat er om het uur een boot naar Quila Quina (bij de camping). Om 20.30 uur laatste terugvaart.
Kampeer / sportvisserij • Aguaterra is een grote kampeer- en sportvisserijwinkel op de hoek van Villegas en Cap. Drury. • Patagonia Outfitters, Tte. Cnel. Pérez 662, is een grote sportvisserijwinkel. De eigenaar, Jorge Trucco, kent de beste plekken en is een bekend sportvisser. www.jorgetrucco.com • Krill, is een goede outdoorwinkel. Te vinden aan de Av. San Martín 851. • Orvis Fly Shop, Gral Villegas 835, is een uitstekende outdoorwinkel. • Buenos Aires Ski is ook goede outdoorwinkel, te vinden in Av. San Martín 1153. Organiseert ook tochten.
Museum • El Museo Primeros Pobladores vind je naast het toeristenbureau in een houten huisje. Aardig om te bezoeken, maar niet echt interessant. Open van 10-19 uur. In het weekend van 15-20 uur.
Festiviteiten • Op 4 februari wordt de stichting van het stadje gevierd met parades, muziek en een braderie. Tussen kerst en nieuwjaar is hier La Fiesta Nacional de la Navidad Cordillerana met veel feesten en optochten. • Rond 8 december is er ook een groot Mapuchefeest, el Trabún (in Mapuchetaal; samenkomst van mensen), rondom Plaza San Martín. Met veel muziek, voordrachten, een grote braderie en verkoop van artesanale voorwerpen.
Reisbureaus • Tiempo Patagónico, Av. San Martín 950, organiseert trekkings door het nationale park Lanín, rafting over de Rio Hua Hum en paardrijtochten. www. tiempopatagonico.com • Schuin aan de overkant op nr. 941 is Pucará Viajes. In hun pakket o.a: tochten per paard, rafting en excursies door het nationale park Lanín. • Chapelco Turismo heeft excursies naar het nationale park Lanín en de
389
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
390
mooie Ruta de los Siete Lagos. Av. San Martín 876. • Ici Viajes, Villegas 590, organiseert paardrijtochten, rafting en een boottocht over Lago Lácar.
Supermarkten • Supermercado Montañes aan de Av. San Martín 779 tegenover het gelijknamige plein, is open tot 22 uur. Supermercado Cumepen, Villegas 960, is open tot 21.30 uur.
Winkelen Argentijnen zijn gek op souvenirs (regalos) en dat merk je in deze stad, er zijn veel souvenirwinkels. • Paseo Amancay is een modern shoppingcentrum in Belgrano 845 net om de hoek van Av. San Martín. • Artesanias Neuquinas in J. M. de Rosas 790 heeft een grote keuze aan
regionale handgemaakte voorwerpen van de Mapuche-indianen. • El Regional is een traiteur met de beste etenswaren (veel ambachtelijk) uit de regio, om te smullen! Je vindt het in Villegas 953. De la Montaña doet niet veel onder en die vind je in Gral. Roca tegenover het stadhuis (municipalidad). • Mamusia op de hoek van San Martín en M. Moreno heeft heerlijke zelfgemaakte jam en chocolade. Fenoglia iets verder in Av. San Martín 836 en zeker bij Abuela Goya op de hoek van Cap. Drury hebben ze de beste chocolade. De laatste heeft tevens een kleine confitería.
Wasserretes • Plus is in Villegas 972 of Laverap in Cap. Drury 880.
✭✭✭ 4 MOOIE (DAG) TRIPS VANUIT ✭✭✭ SAN MARTÍN DE LOS ANDES San Martín de los Andes is het vertrekpunt naar verschillende mooie locaties, die ik op de volgende pagina’s uitvoerig zal beschrijven. Als je naar Caviahue wilt moet je er enkele dagen voor uittrekken, maar de andere trips zijn in een dag te doen. Maar als je de tijd hebt zou ik zeker onderweg overnachten (ik geef je genoeg (hotel)adressen), want de natuur en het licht zijn hier zo mooi! ❶ Rondom San Martín de los Andes. Zo is er een bochttocht over Lago Lácar, je kunt (fietsen of wandelen) naar de Mirador Arrayán of Bandurrias, daar heb je een schitterend uitzicht over de stad en het meer. ❷ Junin de los Andes en omstreken is een mooie dagtocht niet alleen naar dit vredige stadje, maar ook naar de prachtige meren Huechulafquen en Paimún met de vulkaan Lanín op de achtergrond. ❸ Caviahue ligt zo’n 440 km noordelijker, het is een sympathiek dorp omringd door de grappigste bomen van het land, de araucariaboom. En niet ver van geneeskrachtige warmwaterbronnen in het dorp Copahue. ❹ La Ruta de Sieta Lagos, de weg van de zeven meren. Een van de mooiste routes door het merengebied, die naar het dorpje Villa Angostura gaat en je zeker niet mag missen.
H ET N O O R DELI JK M EREN G EBIE D
❶ RONDOM SAN MARTÍN DE LOS ANDES Lago Lácar Een mooie tocht is met de auto langs het meer, Lácar, over de RP 48 naar de grensplaats met Chili, Hua Hum (45 km). Spectaculairder is met de boot over dit wonderschone meer. Bij Hua Hum, waar een restaurant is, kun je een fraaie wandeling (zo’n 12 km) maken naar Lago Queni. Je wandelt door een dicht vochtig bos (voornamelijk coihuebomen en caña coihue) met mooie volle kleuren (want in de herfst krijgt de natuur prachtige warme okergele kleuren en in de lente heldere gele en paarse kleuren). De excursie per boot naar Hua Hum over het Lago Lácar is een aanrader. Onderweg kom je langs imposante rotsformaties die voor je neus uit het water rijzen. Het is een relaxte tocht over een strak, helder en smaragdblauw water, met om je heen een en al bos en machtige bergen. In Hua Hum krijg je tijd genoeg om te wandelen, langs het water of door de bossen. Op de terugweg bezoek je Quila Quina waar een groot strand is met een confitería en een camping.
Mirador Arrayán Deze route kun je met een excursie doen, maar ook met de fiets, wat ik je zeker aanraad (zie kader op de vorige pagina). Alleen is het een flinke klimpartij en je gaat grotendeels over een grind- en zandweg. Maar je wordt beloond met prachtige vergezichten.
San Martín gezien vanuit Mirador Bandurrias
391
392
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Mirador Bandurrias Een aardige wandeling is naar de Mirador Bandurrias aan de andere kant van het meer. Je kunt het eventueel met de fiets doen, maar leuker is het om te wandelen. Reken op een klein uur en je klimt redelijk naar boven. In San Martín de los Andes neem je Calle Juez del Valle en over de brug loop je langs de Cabañas de los Andes. Dan ga je links de Pasaje Bandurrias in, een zandpad, en die leidt je naar boven. Je wandelt nu door het gebied dat toebehoort aan de Mapuche-indianen. De Mirador staat niet echt goed aangegeven, maar hou wel steeds rechts aan. Boven aangekomen is de Mirador aan de linkerkant, vandaar heb je een prachtig uitzicht over het meer, aan de overkant Cerro Chapelco (2394 m) en achter je van de stad San Martín de los Andes (zie foto, vorige pagina). Fietstip: Naar de Mirador Arrayán Voor je vertrekt controleer wel of je goede versnellingen hebt, want het wordt een behoorlijke klim. Je neemt vanuit San Martín de los Andes bij het meer de weg omhoog richting hotel Sol de los Andes. Kijk vlak voor je bij het hotel bent, even achterom, het uitzicht is fantastich! De stad ligt daar vredig achter je als een blokkendoos aan de rand van het meer. Net een ansichtkaart! Je vervolgt de weg langs het hotel omhoog, het bord Mirador staat al aangegeven. In deze bosrijke omgeving kom je vanzelf bij de volgende ansichtkaart; Mirador Arrayán. Als het een stralende dag is dan merk je wel hoe mooi en helder het licht is in deze omgeving. Een goede onderbreking is een versnappering bij Casa de Té Arrayán, want daarna kom je lange tijd niets meer tegen. De volgende kilometers is het weer behoorlijk klimmen en de weg is soms vrij zanderig. Maar je bent omringd door een prachtig bos van cipressen en dennenbomen. Langzaam maar zeker gaat de weg weer dalen en kom je op de geasfalteerde weg (RN234) uit. Hier ga je naar rechts en vanzelf kom je uit bij Lago Lacár. Beneden bij Hostería Cerro heb je een fraai uitzicht over het meer. Je volgt de RN 234 en nu is het alleen maar afdalen. Rechts van je enorme rotsformaties en links van je het strakblauwe meer Lácar. Op een gegeven moment zie je San Martín de los Andes beneden voor je en ook dat is een foto waard! Een fototip! Doe deze tocht eind van de middag vanwege de zonnestand en het tegenlicht. Of vroeg in de ochtend. Reken zonder stop op 2 à 2,5 uur fietsen.
❷ JUNIN DE LOS ANDES EN OMSTREKEN In de vallei van de Rio Chimehuin ligt het stadje Junin de los Andes. Eigenlijk was het een fort, dat in 1883 gebouwd werd tegen de aanvallen van de indianen. Nu is het een gezellig stadje met zo’n 8.000 inwoners. De faciliteiten zijn goed en dat moet ook, want zowel ‘s winters als ‘s zomers
H ET N O O R DELI JK M EREN G EBIE D
393
komen er steeds meer toeristen. Maar het blijft nog steeds een rustig stadje, waar niet veel te beleven valt. Door de vele rivieren en meren in de omtrek is het hier een waar vissersparadijs. Daarom wordt Junin in deze provincie de hoofdstad van de forel genoemd. De RP 234 loopt door het stadje en heet hier Boulevar J. M. Rosas en met Av. San Martín en Calle Padre Milanesio zijn dit de belangrijkste straten. Padre Milanesio was een pater salesiaan (1843-1922) en een van de belangrijkste personen uit dit gebied. Hij ligt begraven in een mooie kerk, Iglesia Nuestra Señora de las Nieves, op de hoek van Ponte en Don Bosco. Deze kerk met zijn blauw glazen voorportaal en aparte toren werd speciaal voor de milleniumwisseling gebouwd. Een aardige wandeling is naar Via Christi in een bosrijk gebied aan de rand van het stadje. Op dramatische wijze wordt aldaar de kruisweg van Christus in beelden vertolkt. Je wandelt door een uitgebreid bos van voornamelijk araucaria- en dennenbomen, waar 15 levensgrote beelden het lijden van Christus vertolken. Alle beelden zijn uitgebeeld als Mapuchemensen en ook door deze gemeenschap gemaakt. Vanaf Plaza San Martín loop je Av. Antartida Argentina helemaal uit en links tegen de heuvels is de ingang van het park (je komt vlak ervoor langs hotel San Jorge). In de laatste week van januari is de jaarlijkse Fería y Exposición Ganadera. Dit zijn allerlei festiviteiten zoals een grote veemarkt en een gauchoparade. Rond de 14de februari is er een belangrijk feest: Fiesta del Puestero, met parades, veel folkloremuziek en ‘s avonds in de straten een grote Fería de los Artesanos en asados (grote barbecues).
Praktische informatie Junin de los Andes (02972) Het toeristenbureau is te vinden op de hoek van P. Milanesio en Cnel. Suárez, bij Plaza San Martín. Open van 8-22 uur. www.junindelosandes.gov. ar • Hostería Chimehuin (491-132) op de hoek van Cnel. Suárez en 25 de Mayo vlak bij de rivier heeft een kamer met ontbijt voor E 40. • Hotel San Jorge (49-1147) op het einde van Av. Argentina heeft ruime kamers voor E 50. Er is ook een restaurant. • Residencial Marisa (492-092) aan de Blv J. M. de Rosas 360 is eenvoudig maar zeker aan te raden. Voor E 15 heb je een kamer.
i
• Je moet zeker de plaatselijke specialiteiten, zoals forel, wildzwijn of ander wildbraad uit de streek proberen (zie ook kader op pag. 388). • Bij Restaurant Ruca Hueney in Padre Milanesio hoek Cnel Suárez kun je deze gerechten krijgen. • Roble bar is een bekende confitería met lekkere pizza’s. Op G. Ponte 330. • Confitería Centro de Turismo is een gezellig eetcafé, zeker aan te raden, naast het toerisenbureau aan de P. Milanesio. • Camping La Isla is bij de rivier Chimehuin aan het eind van Calle G. Ponte. Heeft alle voorzieningen en een restaurant.
394
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
• De busterminal vind je op de hoek van Felix San Martín en Olavarria met dagelijks 4 bussen naar Neuquén. Naar Bariloche enkele bussen per dag (3 uur) via San Martín de los Andes. • Naar Lago Huechulafquen en Tromén gaan er 2 per dag (Empresa Airén). • Voor vliegen zie San Martín de los Andes. Aerolineas is in Padre Milanesio 670 lokaal C. • Tromen Turismo, Lonquimay 195, is
een goed reisbureau met ecotoerisme en trekkings naar de vulkaan Lanín. Ook organiseren zij mountainbiketochten. • Turismo Alquimia, Padre Milanesio 840, heeft een uitgebreid pakket aan excursies (o.a. naar de vulkaan Lanín). • Club Andino Junin de los Andes (491-160), in Padre Milanesio 596, lokaal 12. • Supermarkt ‘La Cumbre’ is op de hoek van Lamadrid en Ruta 234 en in Cnel. Suarez 466.
Lago Huechulafquen en Paimún Lago Huechulafquen ligt 55 km ten westen van Junin de los Andes en heeft twee zijmeren (brazos); Paimún en Epulafuen. Het is een van de mooiste meren van het gebied en dat komt ook omdat de vulkaan Lanín steeds op de achtergrond aanwezig is. Je neemt de RP 23 richting Aluminé en direct voor de politiecontrole is er een afslag, de RP 49 naar Huechulafquen. Al in 1551 werd dit meer door de eerste Spanjaarden beschreven en in 1649 waren bij Lago Paimúm de eerste veldslagen tussen de Spanjaarden en de Mapuche-indianen. Vlak voor het meer neem je rechts de afslag RP 61 richting Puerto Canoa. Je hebt nu al een prachtig zicht over Lago Huechulafquen én in de verte de vulkaan Lanín. De weg (RP 61) langs het water wordt omringd door een mooi bos van voornamelijk lenga’s en enorme varens. In de zomermaanden (dec.-feb.) zie je overal de bloem notros in volle bloei met zijn rode kleur. Deze mooie rit eindigt bij het eerste strandgedeelte Bahia Cañicul waar een goede camping is (open van november t/m april). Daarna kom je uit bij Puerto Canoa, een vissersparadijs, want er zwemmen in dit meer de grootste forellen ter wereld. Er is een aanlegsteiger waar een boot vertrekt voor een fraaie tocht over de meren (alleen tussen jan.-maart). De catamarán José Julian vertrekt om 13 en 16 uur. Verder is er een confitería en iets ervoor een zeer goed hotel, Huechulafquen, waar je ook kunt lunchen. Als je de weg verder volgt kom je vanzelf bij Lago Paimún. Daarvoor heb je nog een prima hotel, Hostería Paimún. Schuin er tegenover staat een grappig houten kapelletje met een koperen koepel, gebouwd voor en door de Mapuche-indianen in de omtrek. Als het weer meezit heb je rechts een prachtig zicht op de vulkaan Lanín (3776 m). WANDELTIPS. Er zijn in deze omgeving enkele interessante wandeltochten uitgezet. Bij Puerto Canoa is een guardaparque (parkwacht) en zij kunnen je vertellen waar de paden beginnen. Zo is er daarvandaan een aardige wandeling van 2 uur naar de watervallen, el Saltillo. Of vanuit Bahia Cañilcul is er een stevige, maar prachtige wandeling naar Cerro El
H ET N O O R DELI JK M EREN G EBIE D
Chivo. Reken tussen de 5 à 7 uur. Je wandelt grotendeels door het bos en de paden zijn behoorlijk steil. Maar het resultaat is wonderschoon, want je komt op een hoogte van ruim 2000 m. Kijk wel goed naar de pijlen van de aangegeven route en meld je wel aan bij de guardaparque voor je vertrekt. Elke dag is er vanuit San Martín en Junin de los Andes 2 x daags een bus naar Lago Huechulafquen en Paimún (Empresa Airen). Nationaal park Lanín Het nationale park Lanín is met zijn 3790 km2 het tweede grote park in het merengebied. Het is genoemd naar de vulkaan Lanín, die 3776 m hoog is en het trotse middelpunt vormt. In het park groeien voornamelijk de araucaria- en de raulíboom (familie van de beukenboom, Nothofagus obligua). Dit is een boom die vrijwel alleen maar in dit gebied voorkomt. Dit park telt meer dan twintig meren, waarvan Lago Huechulafquen het grootste is (84 km2), terwijl Lago Lácar tot de mooiste wordt gerekend. Het is een waar paradijs voor sportvissers (vooral forel) en het seizoen is van 15 april tot 15 november. Het dierenleven is niet zo afwisselend, de vaste bewoners zijn voornamelijk het Europese hert (Ciervo rojo, Cervus elaphus), het wilde zwijn (jabalí) en de specht (Carpintero gigante). Het vrouwtje heeft een mooie kuif en het mannetje herken je aan zijn rode haardos. Dit nationaal park kun je in drieën verdelen: het noordelijke gedeelte tot aan Lago Quillén is het dichtst begroeid, voornamelijk veel eikenbossen en de pehuénes (de araucariaboom). De boomgrens gaat hier tot 1800 m. Rondom Lago Tromen en Huechulafquen is het middengedeelte en eigenlijk wel het mooiste. Prachtige panorama’s, de vulkaan Lanín en de mooiste meren. Hier groeien enorme beukenbomen (de raulíboom) en cipressen. Vooral in de lente en zomer is het hier heel bloemrijk. In het zuidelijke gedeelte rondom San Martín de los Andes zijn de bergen grotendeels begroeid met lenga’s en cipressen. Ook in deze bossen voelt het Europese hert (Ciervo rojo) zich thuis en een bijzonder hertje dat niet groter is dan 40 cm, de pudú pudú. Helaas erg schuw, dus moeilijk te zien. De gemiddelde regenval is rond de 800 mm zoals in de Benelux, maar er zijn gebieden, voornamelijk in het westen van het park, waar meer dan 4000 mm per jaar valt. Wil je het park op zijn mooist zien neem dan de Ruta de los Siete Lagos van San Martín de los Andes naar Bariloche. Deze weg de RN 234 komt langs 7 meren en laat je volop genieten van de natuur! De beste tijd voor een bezoek aan dit park is in de lente (nov.-dec.) of de herfst (ma.-apr.). www.sendasybosques.com.ar
395
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
396
Lago Tromen 62 km ten noordwesten van Junin de los Andes ligt het meer Lago Tromen, niet ver van de vulkaan Lanín (3776 m) in een schitterend gebied. Lanín betekent in de Mapuche-taal, ‘dood door verstikking’. En deze vulkaan behoort tot de mooiste van Zuid-Amerika. Niet ver ervandaan is de grensovergang, Paso Mamuil Malal, op een hoogte van 1253 m en tussen juni en oktober moeilijk te berijden vanwege de sneeuw. Je gaat van Junin via de RP 23 richting Aluminé. Op een gegeven moment neem je links de PR 60 richting het meer. Nu is het nog een dikke 50 km. Deze weg gaat door een prachtige vallei met een enorm bos van araucariabomen. Onderweg heb je stops (miradors) om te kunnen genieten van het panoramische uitzicht. Halverwege, langs de Rio Malleo, staat een goed maar prijzig hotel, San Huberto. Eenmaal bij Lago Tromen aangekomen bevind je je bij de grens tussen Argentinië en Chili. Bij de guardaparque kun je informatie krijgen over de beklimming van de vulkaan. Er is een pad, dat leidt naar de CAJA refugio (een hut van de Andinoclub, zie hier onder) op 2800 m hoogte. Een wandeltocht naar de refugio is zeker in een dag te doen en de moeite waard, maar alleen met een permissie mag je naar boven. Dagelijks gaat er een bus vanuit Junin de los Andes naar Paseo Tromen. Reisbureau Alquimia, Padre Milanesio 840, verzorgt de reis ernaartoe. Bij de guardaparque is Camping Agreste Lanín aan de rand van het meer en die heeft goede voorzieningen (gesloten na Pasen tot december). Permissie voor de beklimming van de berg kun je krijgen in Junin de los Andes bij de Club Andino in Padre Milanesio 596 in lokaal 12. Of in San Martín de los Andes bij Intendencia de P. N. Lanin tegenover Plaza San Martín op Emilio Frey 749. Accommodatie rondom Lago Lácar, Huechulafquen, Paimún en Tromen • Ten Rivers & Ten Lakes (011-5917-7710/11) is een exclusieve lodge bij Mirador Arrayán met Casa de Té Arrayán. Gebouwd door de beroemde architect J. Bustillo in 1939 voor een rijke Engelse dame, die bij haar broer wilde wonen. Nu runt haar kleindochter, Janet Dickinson, dit stijlvolle hotel. Voor een 2-pers.kamer betaal je E 170. Je kunt er ook dineren en er is een wijnbar, maar wil je alleen met een kopje thee en een stuk taart genieten op het terras van het uitzicht, ook dat kan! www. tenriverstenlakes.com • Eenvoudiger is Hostel Ayelen (425-660) dat er vlakbij ligt en ook eigendom is van Janet Dickinson. De kamers zijn eenvoudig, maar je vertoeft er toch prinsheerlijk! En je betaalt voor een 2-pers.kamer E 60. www.hosteriaayelen.com.ar • Hostería Cerro Abanico (423-723) ligt aan de RN 234 zo’n 4,5 km buiten San Martín de los Andes. Prachtig gelegen aan de rand van het meer Lacár. Met ruime kamers, een breed terras en een restaurant. Ze organiseren excursies en er zijn fietsen beschikbaar. Een 2-pers.kamer kost E 110. Er tegenover ligt.
H ET N O O R DELI JK M EREN G EBIE D
❸ LA RUTA DE LOS SIETE LAGOS (DE WEG VAN DE ZEVEN MEREN)
Een van de mooiste routes van het merengebied wordt Ruta de los Siete Lagos genoemd en is bij elke Argentijn bekend. Het is de RN 234 van San Martín de los Andes naar Villa la Angostura. Totaal 110 km. Je neemt in San Martín de los Andes de RN 234 bij het Lago Lácar richting het zuiden. Slingerend rij je door de bergen, bossen, langs watervalletjes en prachtige transparante meren zoals Lago Machónico, Lago Hermoso, Lago Falkner en Lago Villarino. Hier is het merengebied op zijn mooist, alleen kan de weg, die vrijwel uit grind en steentjes bestaat, soms na hevige regenval vol met plassen liggen. Want je rijdt grotendeels door een enorm bos van ñire- en coihuebomen. Na zo’n 10 km is de eerste stop bij Mirador de Pil Pil, want hiervandaan kun je nog eenmaal een spectaculaire blik werpen op Lago Lácar. In de vallei van Lago Hermoso staan estancia’s die in de jaren zestig van de vorige eeuw toebehoorden aan de Oostenrijkse meneer Vogel. De man van de natuurproducten had hier een enorm jachtterrein, want er zijn veel herten en gemzen in dit gebied. Totaal 67.000 ha grond! Maar hij kreeg moeilijkheden met de leiding van het nationale park en andere eigenaren, zodat hij toen maar een soort dierenpark creëerde: Parque zoológico Diana. Halverwege de jaren zeventig heeft hij alles verkocht. Zijn grond, de estancia’s, maar niet de dieren. Die leven nu vrij in de bossen. Bij het laatste meer, Lago Villarino heb je hostería Lago Villarino (02972-427483 www.hosteriavillarino.com.ar) waar je op het terras een prachtig uit-
• Spring Creek Lodge (02972 491-457) aan de Río Chimehuin, zo’n 12 km van Junin de los Andes richting Lago Huechulafquen. Het zijn cabañas en alles staat in het teken van de sportvisserij, maar je kunt er ook paardrijden en heerlijk wandelen. Er is een goed restaurant. Voor een cabaña betaal je E 100 (4 personen). www.springcreek.com.ar • Huechulafquen (02972-427-598). Wil je genieten van de rust en de omgeving rondom Lago Huechulafquen, dan betaal je voor volpension E 110 per dag per persoon. De eigenaar is trouwens een fervent sportvisser. Hij weet de beste plekken om te vissen, maar er is ook gelegenheid voor paardrijden. www.huechulafquen.com • Hostería Paimún (02972 491-211), waar je voor E 150 per dag met volpension (open vanaf december tot april) goed kunt verblijven. Er is een grote tuin en ze hebben een eigen strandgedeelte aan Lago Paimún. • Hotel San Huberto (02972-421-875) is een luxe hostería midden de bossen waar je met volpension rond de E 200 betaalt. Hier komen veel (internationale) sportvissers. Sinds 1886 woont hier de familie Olsen en de huidige eigenaar, Ronie Olsen, organiseert uitgebreide vis- en jachttochten. Je vindt het aan de RP 60 richting Lago Tromén vlak bij Rio Malleo en 30 km ten noordwesten van Junin de los Andes.
397
398
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
zicht over het donkerblauwe meer hebt. Waarom niet daar even stoppen, neem een versnapering en geniet van het mooie landschap en de rust. Vlak ervoor heb je aan je rechterhand de watervallen van Vulliñanco, die van zo’n twintig meter hoog naar beneden komen. Langs veel meren zie je hoge planten: de caña coihue (een soort bamboe). Ze zijn familie van de coihue-boom en groeien dicht tegen elkaar. Op een gegeven moment heb je bij Portezuelo aan je linkerhand een afslag naar Villa Traful, dit is de RP 65. Hier begint de alternatieve route naar Bariloche, die ik hierna zal beschrijven. Nu is het nog een kleine 30 km naar Villa la Angostura. Deze weg loopt tussen de twee meren, Lago Espejo en en Lago Correntoso. Langs deze weg is een goede camping: Lago Espejo Chico en bij Lago Correntoso is de eenvoudige Hostería Siete Lagos (deze wordt door een Mapuche-familie gerund en je kunt er wat eten, ze hebben heerlijke zelfgemaakte broden en alleen ‘s avonds is er elektriciteit). Iets comfortabeler is hostería Lago Espejo met een prima restaurant (alleen in de zomermaanden open). Enkele kilometers verder, nog steeds te midden van bossen, rust en transparante meren, is er een afslag naar Paso Cardenal Samoré, de grensovergang naar Chili. Het is de weg naar Osorno en Puerto Montt. Je bent nu aan de noordkant van het mooiste meer uit het merengebied: Nahuel Huapi. Hier langs de weg is een mooi luxehotel, gelegen aan de Rio Correntoso en het meer nl.: Hotel Correntoso. Je verblijft er vorstelijk, een kamer kost vanaf E 145 en er is een restaurant. www.correntoso.com Je bent niet ver meer van Villa la Angostura, een toeristisch en wat pittoresk dorpje, maar waar het wel heerlijk vertoeven is. Je komt niet alleen bij het mooiste meer aan, maar ook in het bekendste en mooiste gebied van het merengebied: alles rondom Bariloche. Maar daarover meer in het volgende hoofdstuk. Nu de andere route, die via Villa Traful gaat. Deze begint bij Portezuelo en gaat naar Confluencia (RP 65). Daar neem je de RN 237 naar Bariloche. Aan je linkerkant ligt een groot mooi meer, Lago Traful met zijn kristalheldere blauwe water, ontstaan uit de gletsjers. Het is een paradijs voor sportvissers, want forel en zalm zijn er in overvloed. De bossen rondom dit meer bestaan uit cipressen, de radal- en de maiténbomen. Na zo’n 30 km kom je bij Villa Traful, een vredelievend dorpje aan de rand van dit meer, dat geheel van het toerisme (sportvisserij) leeft. Het is wel leuk om even te stoppen, want er zijn enkele confitería’s en casas de té, waar je een voortreffelijke plek hebt om over het meer te kijken. Diepblauw van kleur en een en al rust om je heen. De beste tijd voor een bezoek is in december of maart, dan is het wat rustiger en de kleuren van het water en de bossen zijn dan op zijn mooist. Verder is er niet veel te beleven in dit dorpje. De huizen in Villa Traful zijn gebonden aan strikte regels die in harmonie moeten zijn met de omgeving. Deze bouwstijl ‘Estilo Tronco’ is ook van toepassing in deze omgeving. Alles hier straalt ‘Alpensfeer’ uit, terwijl de eerste bewoners Mapuche-indianen waren (Traful komt van ‘Travül’ in de Mapuche-taal en betekent ‘samen’) en de eerste blanken die eind 19de
H ET N O O R DELI JK M EREN G EBIE D
eeuw zich hier vestigden waren Noord-Amerikanen! Pas eind 1930 kwamen de eerste Zwitsers en Duitsers hier naartoe. Tegenwoordig zijn het weer de rijke Amerikanen, zoals Ted Turner (mediamagnaat), die in deze buurt een enorm stuk grond bezit. Villa Traful telt enkele hotels, waarvan Hostería Villa Traful (02944-479005) aan te bevelen is. Met ontbijt, betaal je voor een 2-pers.kamer E 40. Er zijn enkele campings die alleen in de zomer open zijn. Casa de té Ñancú Lahuén heeft heerlijke koffie en taarten, zeker doen! Is tevens een restaurant. Tweemaal per dag gaat er een bus naar Villa la Angostura en San Martín de los Andes. Je kunt er prima wandelen in de omgeving en vooral genieten van een unieke rust die de omgeving uitstraalt. Ook de flora is heel mooi, je ziet er prachtige bloemen en enorme bossen van ñires- en coihuebomen. Er is een leuke wandeltocht naar de watervallen boven achter het dorpje: Cascada del arroyo Blanco en Coa có. Achter Casa de Té Nancú is een pad dat naar de watervallen gaat. De mooiste wandeling is echter naar de Mirador del Traful, een klif die 70 m boven het water uitsteekt, waar je een schitterende kijk over het meer en de omgeving hebt. Het is zo’n 5 km van het dorpje richting Confluencia aan de weg (RP 65). Fototoestel meenemen! Langzaam gaat nu het landschap veranderen in rotsformaties afgewisseld met cañons. Bij Confluencia kom je uit bij de RN 237. Hier is een ACA servicestation en een confitería. Nu sla je linksaf naar de RP 63, de alternatieve route naar Bariloche. Als je van vreemde, mooie, grappige en spectaculaire rotsvormen houdt, wordt dit voor jou een prachtige route. Hier is het grotendeels een prairie- en cañongebied. Ze noemen het ook wel de Far
Bij Confluencia zijh bizarre rotsformaties
399
400
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
West van het merengebied. Het is een zanderige weg, die slingerend door nauwe valleien gaat en steeds een verrassing in petto heeft. Want na enkele bochten verandert het landschap weer. Je ziet steeds andere prachtige rotsformaties, want door eeuwenlange erosie hebben ze de eigenaardigste vormen gekregen, die vaak op mensen, dieren en objecten zijn gaan lijken. Ook de kleuren zijn heel afwisselend; veel kobalt, kastanjebruin en gebroken wit. De beste tijd is in de namiddag, wanneer de zon minder hoog staat. Dan zijn de kleuren en de vormen op hun mooist, of in maart, april wanneer de herfst begint. Alles krijgt dan een goudkleurige of okergele tint. La Valle Encantado en Paso de Córdoba zijn de mooiste gedeeltes.
VILLA LA ANGOSTURA Weer zo’n Alpendorpje, alsof je niet weg bent uit Europa. Het is de eindhalte van de route, Ruta de los Siete Lagos. Het telt 3000 inwoners en het leeft helemaal van het toerisme, wat duidelijk te zien is. Het stadje Villa la Angostura, gebouwd in 1932, ligt aan de voet van de Cerro Bayo (1782 m) vlak bij het schiereiland Quetrihue. In de Mapucheindianentaal betekent dit: ‘waar arrayanbomen zijn’. Want op dit schiereiland is een bos met zeer zeldzame bomen nl. de arrayanbomen (Mycreugnella apiculata). Als je niet van drukke toeristische steden houdt is het vriendelijke stadje Villa la Angostura in het merengebied een goed alternatief (82 km van Bariloche). Het centrum heet El Cruce en daar zijn de meeste hotels en restaurants. Het ligt enkele kilometers van het meer Nahuel Huapi. De hoofdstraat is Av. Los Arrayanes. Je merkt het wel aan de mensen en de grote villa’s, hier komen de welgestelden van Argentinië en voornamelijk de porteños (bewoners van Buenos Aires) hun vakantie vieren. Toch komt het heel vriendelijk over en ik denk dat het ook komt door de omgeving. De lucht, de rust, het licht is wat Villa la Angostura zo aantrekkelijk maakt. En de prijzen van veel hotels zijn best betaalbaar. Een flinke wandeling is naar beneden richting het meer van Nahuel Huapi, daar wordt deze wijk La Villa genoemd. Je kunt met de stadsbus, maar ik zou die 3 km naar beneden lopend doen, want onderweg laat ik je een prachtig huis zien en je loopt grotendeels door een enorm bos. Bij de splitsing bij het ACA servicestation neem je Av. Nahuel Huapi naar beneden. Je komt dan eerst langs het restaurant Tinto Bistro dat gerund wordt door de broer van onze prinses Máxima, Martinez. Halverwege de wandeling is rechts wat verscholen in de bocht, Capilla La Asunción, een houten, strakgevormde kapel. Ontworpen door dé architect van deze streek, Alejandro Bustillo in 1932. Deze man heeft dit stadje architectonisch vormgegeven, want zijn broer werd in 1934 de eerste directeur van het nationale park Nahuel Huapi en wilde hier zijn hoofdzetel. Maar aan de overkant staat het mooiste huis uit de omgeving, ook door Bustillo ontworpen, el Messidor, en gebouwd in 1942 (zie foto hiernaast). Je loopt eerst een flink stuk de laan op en vanzelf kom je bij dit ‘Franse kasteeltje’. Het is rustiek gelegen en omringd door een enorme tuin. Het
H ET N O O R DELI JK M EREN G EBIE D
401
La Casa el Messidor in Villa la Angostura
was eerst een familiehuis (voor zijn oudste zuster), thans is het een buitenverblijf van de (provinciale) overheid. Nu is het niet ver meer naar La Villa, waar bij de rotonde links de muelle (de steiger) is voor een boottocht naar het nationale park Los Arrayanes en als je rechts ingaat na zo’n 100 meter kun je links het nationale park in voor een wandeling naar hetzelfde park. De wandeling is zeker aan te raden, want terug kun je met de boot, maar het is wel...12 km! Onderweg zijn er miradors (uitkijkposten) waar je beeldschone foto’s van de omgeving en het meer kunt nemen (voor meer informatie onder omgeving van Villa la Angostura).
Praktische informatie Villa la Angostura (02944) Het toeristenbureau is te vinden op de hoek van Av. Los Arrayanes en Av. Siete Lagos, het grote kruispunt richting San Martín de los Andes. www. villalaangostura.gov.ar • Villa la Angostura heeft over de overnachtingsmogelijkheden niets te klagen. • Hostería Dos Bahias (494-904) is een prachtig hotel aan het meer (Bahia Dos Bahias). Je betaalt vanaf E 110 voor een grote kamer met ontbijt én een schitterend uitzicht.
i
• Hotel Angostura (494-224) is mooi gelegen aan het meer Nahuel Huapi (in wijk La Villa). Ontworpen door Bustillo in 1938. Met een goed restaurant en ruime 2- pers. kamers. Je betaalt E 50. • Los tres Mosqueteros (494-217) ligt ook in de wijk La Villa vlak bij de rotonde en het meer. Voor E 70 heb je een prima 2- pers.kamer. • Residencial Don Pedro (494-737) is een aardig sfeervol hotelletje. Eenvoudige kamers voor E 25 op de hoek van Los Maquis en Cerro Belvedere.
402
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
• Camping Osa Mayor ligt vlak bij RN 231 net buiten het centrum. Heeft alle voorzieningen en een bar/confitería. Camping Unquehué ligt iets ten noorden van de busterminal aan de Av. 7 Lagos. Heeft alle faciliteiten. • Restaurant Rincon Suizo heeft regionale gerechten, maar wel helemaal in Zwitserse stijl. Av. Arrayanes 44. • Hora Cero aan de overkant op nr. 45 heeft pizza’s en is populair. Er is chopp en het interieur is helemaal Alpenstijl! • La Encantada is aan te raden. De eigenaar heeft de kookkunst in Zwitserland geleerd en serveert heerlijke forel en cordero (schapenvlees). Te vinden in Cerro Belvedere 69. • Maar Hub mag je niet missen! Een hippe ex-tandarts is deze tent begonnen, waar een lounge-bar is en je goed kunt eten. Er is een tuin met terras en chopp! • Tinto Bistro moet je zeker proberen. Martinez, de broer van Máxima, runt dit
voortreffelijke restaurant. Blv. Nahuel Huapi 34, tegenover het ACA servicestation. • De busterminal is tegenover het toeristenbureau aan de Av. 7 Lagos. Elke 2 uur een bus naar Bariloche. Elke dag 2 bussen naar San Martín de los Andes. Naar Villa Traful twee bussen per dag. De stadsbus 15 de Mayo rijdt om de 2 uur vanaf het centrum (El Cruce) naar de haven (15 min.). • Supermarkt Anonima is in de Av. Arrayanes. • FreeBikes verhuurt mountainbikes in Las Retamas 159 en zo ook Pegaso in Av. Arrayanes 190.
Omgeving van Villa la Angostura Een mooie wandeling is naar de Mirador Belvedere. Het is een klim van 3 km waar je op 1700 m hoogte een schitterend uitzicht hebt over Lago Nahuel Huapi, de bergen en beneden het Hotel Correntoso (zie pag. 398). Vlak erna is de Cascada Inacayal, een waterval van ruim 50 m. Je gaat van het toeristeninformatiebureau via de Av. 7 Lagos richting het noorden en bij Calle Cacique Antriao (bij Hostería Las Cumbres) sla je rechts af naar boven. Dan staat het aangegeven. Een andere prachtige wandeltocht, die zeker de hele dag duurt is naar het schiereiland Quetrihue en het nationale park Los Arrayanes. Aan de zuidkant van dit schiereiland zie je de beroemde Bambi-bomen zoals iemand ze noemde. Deze locatie heeft als inspiratie gediend voor Walt Disney’s Bambi-films, want de boomschorsen zijn kaneelbruin met witte vlekken. Deze bomen groeien alleen hier en er is in dit bos niet één hert te bekennen. De meeste bomen zijn meer dan 300 jaar oud (voor een uitgebreid overzicht van dit park, zie pagina 435). Reken op een goede 3 à 4 uur wandelen en de eerste kilometers zijn het zwaarst omdat je omhoog gaat. Vertrek zo vroeg mogelijk, als je wilt genieten van de rust (park open om 9 uur), want als de touroperators komen dan kan het flink druk worden (in de zomermaanden). Een leuk alternatief is met de mountainbike er naartoe. De eerste kilometers zijn moeilijk, vanwege het zandpad, de boomstron-
H ET N O O R DELI JK M EREN G EBIE D
ken, én de wandelaars. Maar dan is het een fantastische fietstocht door het bos. In de zomer vaart 3 x dag een catamarán van de pier (muelle) naar het nationale park Los Arrayanes (2,5 uur). Je kunt bij Hotel Angostura (een paar honderd meter links van de pier) met de boot Huemel II meevaren, deze gaat minder frequent.
❹ NAAR CAVIAHUE Het stadje Caviahue ligt zo’n 440 km ten noorden van San Martín de los Andes aan de rand van het Andesgebergte niet ver van Chili. het is een sympatiek stadje omringd door de grappigste bomen van het land, de araucariaboom. En niet ver van geneeskrachtige warmwaterbronnen in het dorpje Copahue. Maar je komt ook langs de stad Neuquén en het gebied rondom deze stad staat bekend om zijn belangrijke opgravingen van resten van dinosaurussen. Dit wat eentonige landschap bezat tientallen miljoenen jaren geleden een weelderige flora en fauna, getuige de opgravingen en de araucariabomen van tegenwoordig. Daarom zeker interessant om te bezoeken.
NEUQUÉN Neuquén is de hoofdstad van de gelijknamig provincie met zo'n 250.000 inwoners en gelegen aan de splitsing van de Río Neuquén en de Río Limay, en is gesticht in 1904. De stad ligt 420 km ten noordoosten van San Martín de los Andes en 1147 km ten westen van Buenos Aires. Het heeft een moderne uitstraling en het centrum ligt rondom Av. Argentina, tussen Av. Belgrano en Parque Central. Over deze brede avenida is het gezellig wandelen met zijn winkels, cafés en restaurants. Veel valt er in deze stad niet te beleven, maar toch heeft ze wel een plezierige uitstraling. In het weekend is rondom het centrale plein bij Av. Argentina tot aan Rivadavia een gezellige artisanale markt (Fería de los Artesanos) met muziek- of theateruitvoeringen en dan tot laat in de avond open. Er is ook een uitbundig studentenleven die de stad ‘s avonds levendig maakt (zie onder praktische informatie voor leuke cafés en goede restaurants). De naam Neuquén komt van de Mapuche-taal: ñedquen, wat hoogmoedig betekent, waarschijnlijk bedoeld op het leger van generaal Roca dat in 1878 hier het koninkrijk van de Araucaniërs (de Mapuche-indianen en zie ook het kader op pag. 410) binnenviel. Toch wil ik je een kleine stadswandeling niet onthouden en deze begint bij het standbeeld van generaal San Martín op Av. Argentina. Van hieruit neem je de winkelstraat J. Roca naar Plaza Roca. In deze straat vind je modieuze winkeltjes en enkele blokken verder bij Plaza Roca staat Casa de Gobierno, een neomiddeleeuws gebouw, dat op een kasteel moet lijken maar gebouwd is in...1916! Heb ik zoiets ook in Salta gezien? Nu loop je via La Rioja naar Av. Gral. San Martín en daar ga je links richting Av. Argentina. Daar kom je uit bij Parque Central, het culturele middelpunt van de stad. De oude opslaghallen, in het park, naast het station aan de Av. Independencia zijn zeker een bezoek waard. Daar zijn allerlei culturele activiteiten,
403
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
404
o.a. een theater en exposities van beeldende kunst (Sala de Arte Emilio Saraco). Hier en in het station ernaast, een gebouw in Engelse stijl uit 1902, worden regelmatig muziek-, dans- en toneeluitvoeringen gehouden Open van 9-20 uur. Ga ook even kijken bij Paseo de los Artesanos iets verderop waar je fraaie ambachtelijke voorwerpen van de Mapuche-indianen kunt kopen. Aan de andere kant van het park heb je aan de Av. San Martín 280 Museo Histórico Provincial Gregorio Alvarez, gehuisvest in het oude onderhoudsdepot van de locomotieven (uit 1902). Dit museum heeft een verzameling fossielen en delen van een skelet van een dinosaurus. Maar ook documentatie over de Campaña del Desierto, toen hier rond 1870 zwaar gevochten werd tegen de indianen, maar het is niet echt interessant. Open van 9-20 uur. Als je het park oversteekt kom je uit in Av. Olascoaga en tot aan Av. Felix San Martín en rechts Alcorta is dit, wat je al meteen ziet, een levendige volkswijk. Volop winkeltjes, kraampjes, het is hier één grote markt! Goede winkelstraten zijn Blv. M. T. de Alvear en Blv. 25 de Mayo, allebei diagonalen die op het centrale plein bij generaal San Martín uitkomen.
Praktische informatie Neuquén (0299) Het toeristenbureau vind je aan de Av Felix San Martín 182. Open van 820 uur. www.neuquentur.gov.ar En een eenvoudige bij de busterminal.
Hotels • Del Comahue (432-040) op de hoek van Av. Argentina en Maestro Alderete. Is een prima 4-sterrenhotel, ligt centraal met zwembad en een prima restaurant. E 85 voor een ruime 2-pers.kamer. • Hotel Amucan (442-5209) in Tucumán 115 is aan te raden voor die prijs. Nette kamers voor E 45. www. amucanhotel.com.ar • Royal (448-8902) op Av. Argentina 145 is niet slecht. E 50 voor een ruime 2-pers.kamer. • Alcorta (442-2541) in Alcorta 84 is eenvoudig in een levendige wijk. Kamers zijn goed voor E 20. • Residencial Neuquén (442-2403) op Roca 109 is goed. Hier kost een 2pers.kamer E 15.
i
Restaurants • Franz y Peppone op de hoek van Blv. 9 de Julio en Belgrano. Is een begrip in de stad, populair maar de menukaart is vrij klassiek. • Fatto dallo Mamma is de bekendste Italiaan in de stad. Met heerlijke (verse) pasta’s, maar ook goede vleesgerechten. Blv. 9 de Julio 56. • Mediterano is een trendy restaurant met uitstekende gerechten, zowel vis als vlees. Er heerst een relaxte sfeer, aan de Av. Argentina 584. • Mijn favoriet is wel La Birra in Santa Fe bijna op de hoek van Independencia. Een sfeervol interieur (oude lp’s, affiches), een goede menukaart en een prima ambiance. • In Tutto Al Dente in Alberdi 49 kun je voor één prijs Italiaans eten.
Cafés/Bars Op en rondom Av. Argentina zijn gezellige cafés en bars. De populairste zijn;
H ET N O O R DELI JK M EREN G EBIE D
• El Club 32 op de hoek van J. Roca en Alvear (wel erg druk) en de pub. • Mulligan’s in Mtro. Gpnzalez 47. Je kunt er ook lunchen en ze hebben veel verschillende biersoorten aan de tap. • Sherlock is een leuke pub/bar in Buenos Aires 133. • IJssalon Del Viento heeft het lekkerste ijs met een confitería en terras. Blv. 9 de Julio 63.
Vervoer De busterminal ligt midden in de stad op Mitre 147, bij Parque Central. Naar Zapala 9 bussen per dag (3 uur). Junin en San Martín de los Andes 7 bussen per dag (5 en 6 uur). Buenos Aires 7 bussen per dag (15 uur). Bariloche 7 bussen per dag (8 uur). Copahue 2 bussen per dag.
Vliegen Het vliegveld ligt 7 km ten westen van de stad. Naar Buenos Aires vliegt Austral 3 x per dag. LADE vliegt 1x p/ week naar Bariloche en San Martín de los Andes. • Austral is in Santa Fe 52. • LADE, Brown 163.
Autohuur
• Avis op de hoek van Castro en Purrán. • ACA is op de hoek van Rivadavia en 25 de Mayo. Nuttige adressen • Postkantoor is op de hoek van Rivadavia en Santa Fe. Open van 8-19 uur en zaterdag van 8-13 uur. • Boekwinkel Libracos op de hoek van Perito Moreno en Corrientes. Heeft goede boeken over de geschiedenis van de provincie. Zo ook el Amante Libros aan de Av. Argentina 245. • Galería Jardin is een aardig shoppingcentrum tegenover de kathedraal aan de Av. Argentina. • Wasserette Lavisec is in Roca 137. • Supermarkt Norte is op de hoek van Av. Olascoaga en Moreno. Amil is in Tucumán tussen Alberdi en Rivadavia. • Een goede wijnwinkel is El Lacar aan de Av. Felix San Martín 106. Daar verkopen ze een heerlijke likeur en het is een regionale drank; Alambique del Sur. Gemaakt van dulce de leche met anijs. • Mamuki op de hoek van 25 de Mayo en Buenos Aires is een lekkernijenwinkel. Alles wordt nog op een traditionele manier gemaakt.
• Localiza is op het vliegveld. • Annie Millet in Alberdi 192.
CAVIAHUE Het is een lange rit van 300 km ten noorden van Neuquén naar een verrassend mooi gebied, Parque Provincial de Copahue, vlak bij de Chileense grens. Daar vind je thermale baden, vele araucariabomen en de vulkaan Copahue (2953 m). Rondom die thermale baden is een dorpje gebouwd, Copahue, wat ‘zwavelplaats’ (en dat ruik je!) betekent in de Mapuche-taal. Maar eerst gaat de rit naar het vriendelijke dorpje Caviahue, wat plaats van feest en samenkomst betekent. Vanuit Zapala ga je via de RN 22 naar Las Lajas, daarna volg je de RP 26 richting Caviahue. Pas de laatste kilometers wordt het landschap interessanter, ruiger en rijd je door diepe kloven. Een betere aankomst kun je je
405
406
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
niet wensen. Het ligt aan de laguna Caviahue met op de achtergrond de vulkaan Copahue. Het is een modern groeiend dorpje, dat vooral ’s winters erg in trek is voor de wintersport. Hier begint Parque Provincial de Copahue. Je ziet ze al rondom het meer, de araucariabomen (zie kader), maar niet ver hier vandaan kun je genieten van de mooiste bomen van Patagonië. Want er is een hele mooie wandeling achter het dorpje naar Cascada (= watervallen) Escondida (3 uur wandelen) en Cascadas del Agrio (2 uur). Voor de rest is er niet veel te doen in dit dorpje. Deze laatste wandeling is zeker aan te bevelen want je krijgt een goede indruk van de schoonheid van dit park. Je volgt de weg langs het meer naar het zuiden en net buiten het dorpje zie je vanzelf rechts het bordje Cascadas del Agrio. Nu volg je gewoon het pad naar boven en dan word je meteen omringd door honderden araucariabomen en op een gegeven moment kom je de ene waterval na de andere tegen (het zijn er zeven). De pehuén of araucariaboom De araucariaboom, is genoemd naar het indianenvolk Araucano. De Nederlandse benaming is apenverdrietboom (in het Engels monkeypuzzle-tree) of slangenden. Want de boom heeft merkwaardige takken die op reptielachtige schubben lijken, erg taai zijn en eindigen in een scherpe stekelpunt. De bomen worden zo'n 40-50 m hoog en kunnen zo’n 700 jaar oud worden. Ze groeien op een hoogte tussen de 900 en 1900 m op vulkanische bodems. In 1795 werden ze pas voor het eerst ontdekt in Chili. Behalve dat de indianen de zaden als voedsel gebruikten, vereerden zij díe bomen die door de bliksem getroffen waren. Er zijn 8 soorten, maar alleen in Zuid-Amerika en Australië. Waarschijnlijk bestaan ze al miljoenen jaren op deze continenten en ze behoren tot de oudste nog levende boomsoorten op aarde. De bomen zijn erg kwetsbaar, want ze groeien langzaam en de zaden verspreiden zich langzaam omdat ze vrij zwaar zijn ((kunnen 1 kg wegen!). Pas 18 maanden na de bevruchting komen de zaden uit. Er zijn namelijk mannelijke en vrouwelijke bomen, die met de dennenappels zijn vrouwelijke bomen. Rond maart / april komen de zaden uit en rond september komen ze tot bloei.
H ET N O O R DELI JK M EREN G EBIE D
De straatverwarming van het dorpje Copahue
COPAHUE Het dorpje Copahue ligt 17 km noordelijker aan de RP 26, in een hoefijzervormige vallei omringd met door erosie gevormde rotsen, op een hoogte van 1980 m, waardoor het er stevig kan waaien. Maar de omgeving is prachtig, soms lijkt het net een maanlandschap, want er groeit hier vrijwel niets meer. Totaal anders dan beneden bij Caviahue. Ik denk dat het aan de windrichting ligt, maar het kan er ook behoorlijk naar zwavel stinken. De meeste thermale bronnen en lagunes liggen in het centrum van dorpje Copahue, wat een grappig gezicht oplevert met al dat dampende water tussen de straten. Want er is een vernuftig irrigatiesysteem onder de trottoirs gemaakt, zodat het dorpje gratis stads- en straatverwarming heeft. Het nadeel is alleen dat door slecht onderhoud de warme lucht kan ontsnappen uit gaatjes in de buizen, zodat het dag en nacht een sissend geluid geeft. Alsof de hele tijd muren met een hogedrukspuit worden schoongespoten. Calle Cheuquel en Cnel M. Olascoaga zijn de belangrijkste straten met hotels en de Complejo Termal (hoofdingang van de baden). Deze thermale en modderbaden hebben een geneeskrachtige werking en niet voor niets worden ze ‘Los Baños de Juventud’ genoemd (de baden van verjonging). Neem daarom een modderbad in laguna del Chancho of Sulfurosa, zij liggen midden in het dorpje. Copahue behoort in zijn soort tot de beste badplaatsen maar helaas, alles is slecht onderhouden en veel badkamers zijn echt aan vernieuwing
407
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
408
toe! Soms lijkt het wel alsof je teruggaat naar de jaren zestig, maar dan is er al die tijd niets vernieuwd. Wel is alles proper en hygiënisch. Eerst word je gekeurd, door streng kijkende dokters en in overleg met jou stellen zij een kuur samen. Er zijn ook mineraalbronnen in het dorpje met prachtige namen als Del Vichy (goed voor de spijsvertering), Agua Hierro (tegen bloedarmoede) en Del Limón y del Mate (een versterkende werking) waar je zo uit kunt drinken. Want alles draait in Copahue om water! De beste tijd om hier naartoe te gaan is tussen december en begin april. Daarna gaat alles dicht en is er niets te doen. Als je tijd over hebt dan kun je mooie wandelingen maken in de omgeving van Copahue. Want het ruige desolate landschap rondom het dorpje heeft toch wel iets met de vulkaan als middelpunt, hoewel deze berg niet er fotogeniek is. Bij je hotel kun ze zeker een lokale gids regelen die met je meegaat.
Praktische informatie Caviahue / Copahue (02948)
i
Caviahue
Copahue
Bij de ingang van het dorpje is het toeristenbureau, maar ook bij de Municipalidad in 8 de Abril. • Goede hotels zijn: Lago Caviahue (495-110) aan de Avda. Costanera Quimey Có s/n. Met een goed restaurant en aan de rand van het meer. Je betaalt rond de E 50 voor een 2-pers. kamer. • Hotel Nevado (49-5042), Calle 8 de Abril s/n. Mooi gelegen aan de rand van het bos. En er is een restaurant. • Zo ook Hotel Kallfu (49-5080), 8 de Abril. Is wat goedkoper, E 30. • Midden in het dorp is een Bed & Breakfast: La Casona de Tito (495093) in Puesta del Sol. Is een eenvoudig familiehotel, maar sfeervol en de eigenaar kookt uitstekend. Je betaalt rond de E 20. • De bus (Empresa Centenario) vertrekt en komt aan bij locuturio/ servicestation Vi Car in Blv 27 Viviendas (vlak bij het meer). In de zomermaanden gaat de bus door naar Copahue.
In Centro de Balneoterapia Termas krijg je alle informatie, open van 7-21 uur. • In het dorp is een telefooncabine, er zijn enkele restaurants en een internetcafé. • Het beste hotel is Club del Valle del Volcán (495-048) met alle comfort. Er is een fitnesscentrum en een confitería. Dit hotel vind je in Calle Herrero Ducioux 120. Je betaalt voor een 2pers. kamer E 70 (vol pension). • Ook prima is Santa Monica (495027) op Arturo Fernández 125 hier betaal je rond de E 45 voor een 2pers.kamer (volpension). • Hualcupen Complejo Termal (495082) in Olascoaga s/n is uitstekend en met volpension betaal je E 70 voor een 2-pers.kamer. • Zomers gaan elke dag twee bussen via Caviahue naar Zapala (4 uur) en Neuquén (5 uur).
H ET N O O R DELI JK M EREN G EBIE D
Naar de vallei van de dinosaurussen In het gebied ten zuidwesten van de stad Neuquén worden nog steeds belangrijke opgravingen gedaan van fossielen en dinosaurussen. Daarom wordt het ook wel: ‘El valle de los Dinosaurios’ (de vallei van de dinosaurussen) genoemd. Hier was tientallen miljoenen jaren geleden een weelderige flora en fauna, en leefden er gigantische dinosaurussen en vogels. Daar kunnen we nu nog wat van terug zien. Van voetstappen tot enorme geraamtes. Tot op heden zijn er al 22 verschillende dinosaurussoorten gevonden. Bij het onbeduidende dorpje, Plaza Huincul, 107 km ten westen van Neuquén aan de RN 22, is het museum Carmen Funes. Hier zie je niet alleen een stukje huid van een dinosaurusembryo, dat zeker 70 miljoen jaar oud is, maar ook een van de grootste skeletten ooit gevonden, namelijk van een Argentinosaurus huinculensis. Dit beest was zo’n 40 m lang, 18 m hoog en woog 75 ton! Als je dat beest dan daar voor je ziet, besef je pas wat een giganten dat waren. Gelukkig aten ze planten! De plaatselijke beeldhouwer, Maria del Carmen Gravino, heeft op precisiewijze het geraamte bijeengemaakt. Hij was de ontwerper van de modellen voor de film Jurassic Parc. Er is ook een enorm stuk dij met wervel de zien, de enige in de wereld die gevonden is. Het museum is te vinden in Av. Córdoba 55 en is open van 9-19 uur. Alle bussen tussen Zapala en Neuquén stoppen in Plaza Huincul (Empresa Centenario en El Petroléo). Vanuit Neuquén kun je ook naar het gehuchtje Villa el Chocón waar je helemaal het Jurassic Park-gevoel kunt krijgen. Het ligt 80 km ten zuidwesten van Neuquén (langs de RN 237) aan een groot kunstmatig meer: Embalse Exequiel Ramos Maxía.
409
410
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Hier vlakbij heb je Parque Cretácico waar voetafdrukken te zien zijn van enorme poten van dinosaurussen alsof ze gisteren hier nog aan het wandelen waren. Lange tijd hebben de bewoners van dit gehuchtje gedacht dat het afdrukken waren van grote struisvogels. Hier is ook de Gigantosaurus carolini gevonden, het grootste reptiel van het Amerikaanse continent, genoemd naar de persoon die dit geraamte in 1994 gevonden heeft, Ruben Carolini. Alles is te zien in het Museo Municipal Ernesto Bachmann, bij het Centro Cívico. Je krijgt er een goed overzicht van wat er allemaal gevonden is en de ontwikkeling van deze beesten. Elke dag open van 9-19 uur. Al bij de afslag van de RN 237 word je al door grote geschilderde voetstappen op de weg naar het dorpje geleid. Niet ver ervandaan (zo’n 2 km) richting het water zijn voetafdrukken te zien van enorme reptielen. Maar het valt wat tegen en ze zijn (terecht) door een groot hek beschermd. Je loopt er boven via een ijzeren trap. Bij het toeristenbureau vlak voor Villa el Chocón hebben ze een plattegrond én word je verwelkomd door een enorme namaakdinosaurus aan de rand van de weg. Reisbureau Aventura Jurásica leidt je rond in het museum en neemt je mee naar de voetafdrukken en de omgeving. Bel naar Alejandro Paris 490-1243. Interessant is een ander gedeelte, zo’n 100 km ten noorden van de stad Neuquén bij het meer Los Barreales. Daar kun je meewerken bij opgravingen van skeletten en fossielen, die overal nog te vinden zijn. De universiteit van de stad heeft hier een standplaats en tegen een vergoeding kun je met wetenschappers mee naar de opgravingen. Er is een klein museum en daar zijn ook voetstappen te zien, beter en zonder hek! Als je er zelf er naar toe gaat neem dan de RN 51, na zo’n 65 km, halverwege het meer, is links een afslag naar Centro Paleontológico Lago Barreales. In Av. Megaraptor 1450. Er zijn ook rondleidingen. www.proyectodino.com.ar. Georganiseerd kan ook met reisbureau Forum 6, die trips daar naartoe organiseert. In Neuquén, Santa Fe, 53,
(0299) 442-0527.
De koning van Patagonië ‘Le rio c’est moi’ Rond 1860 was de Franse advocaat Orélie Antoine de Touneins onder de indruk gekomen van de Mapuche-indianen. Hij had net een boek gelezen van de Spaanse dichter Alonso de Ercilla over dit robuuste en moedige volk ergens in het midden van Chili en Argentinië. Daarom besloot hij zijn praktijk op te zeggen en af te reizen naar deze indianen. Want zo zei hij... ’We moesten een
H ET N O O R DELI JK M EREN G EBIE D
voorbeeld nemen aan dit volk’. Eindelijk in Valparaiso, een kustplaats in Chili, aangekomen bereidde hij een expeditie voor om het opperhoofd van de Mapuche-indianen, Mañil, te ontmoeten. Nu gaat de legende dat dit opperhoofd op zijn sterfbed de komst van een blanke man met baard aankondigde. Deze zou het Mapuche-volk aanvoeren in de strijd tegen de legers van Chili en Argentinië. Wat gebeurde er? Niet lang na de dood van Mañil kwam, eindelijk ná twee jaar, Orélie met zijn expeditie aan. De krijgers zagen in hem, wat hun opperhoofd profeteerde, hét nieuwe opperhoofd. Hij greep zijn kans met een vurig pleidooi en won zo de harten van de indianen. Hij eindigde met de emotionele woorden: ‘Maak mij koning en ik verenig alle krachten. Jullie zijn veel dapperder dan de vijanden. Roep met mij: Leve de Koning!’ Orélie Antoine stichtte niet lang daarna een constitutionele monarchie, Araucanië. Toen hij hoorde dat allerlei stammen uit Patagonië hem als koning accepteerden, annexeerde hij per decreet al het land ten zuiden van de 42ste breedtegraad (zo ongeveer vanaf Esquel). Dat was tegen het zere been van de autoriteiten. Hij werd verraden op doorreis in Chili en gevangengenomen. In zijn cel kwijnde hij helemaal weg, werd zwaar ziek en werd naar Frankrijk gezonden. Maar daar knapte hij weer op en met de koninklijke titel probeerde Orélie geld te krijgen voor een nieuwe expeditie naar Argentinië. Hij vroeg geld aan paus Pius IX en Napoleon III. Geen van beiden wilde hem helpen. Maar toch, een rijke graaf die wol uit de Patagonische pampa’s importeerde, hapte toe. In 1869 keerde koning Orélie Antoine I terug naar zijn ‘koninkrijk’. Tot grote opluchting van Orélie herkenden de indianen hun koning nog. Hij vertelde hun over een geheime wapenzending die hij in Frankrijk had geregeld en vertrok met vijftig krijgers naar de Chileense kust. Helaas kwamen zij een maand later aan dan was afgesproken en het schip was al huiswaarts gekeerd. Maar hij gaf de moed niet op en verklaarde zelf de oorlog aan Chili. Hij moest vluchten, want zonder echte wapens was geen oorlog te voeren. Hij kwam opnieuw eenzaam in Frankrijk terug. Orélie heeft nog enkele pogingen ondernomen om terug te gaan. Het is hem niet gelukt. Ook plaatste hij een huwelijksadvertentie: ‘Koning zoekt lieve koningin, om samen een dynastie op te bouwen...’. De koning is zijn hele leven vrijgezel gebleven. In 1878 stierf hij en wees hij zijn opvolger aan, een zakenman uit Reims: koning Achilles I. Deze kreeg de stalen kroon. Daarna hebben nog drie andere koningen de kroon, met Araucanië-stenen gedecoreerd, gekregen. Tot in 1951 toen Philip de Boiry via de rechterlijke macht, want alle koningen hadden steeds geen troonopvolgers, officieel tot koning werd gekroond. Eindelijk in 1989 zette hij voor het eerst voet in zijn ‘koninkrijk’, want 27 indianenorganisaties hadden hem uitgenodigd. Het werd een triomftocht, want ook deze koning blijft zich inzetten voor de nog twee miljoen Mapucheindianen in Chili en Argentinië, ook al is het vanuit Frankrijk en heeft hij geen macht. Want welke regeringsleider heeft ooit gehoord van de koning van Patagonië?
411
412
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
11. Het zuidelijk merengebied De stad Bariloche, het nationaal park Nahuel Huapi, het stadje El Bolsón, het national park Los Alerces en de Patagonië-Express! Het zuidelijk merengebied ligt in de provincies Rio Negro en Chubut, met als grote trekpleister de stad Bariloche en daarbij het meer Nahuel Huapi, het ‘hart’ van het merengebied. Je bent aangekomen in het mooiste gedeelte! Ook hier is het Alpengevoel van Midden-Europa sterk aanwezig, want de eerste immigranten die zich rondom Bariloche eind 19de eeuw vestigden waren Duitsers. Het nationale park Nahuel Huapi is niet alleen het oudste park, maar ook een van de meest bezochte van het land. Hier zijn Alaska, Zwitserland en Noorwegen verenigd in één gebied. Je kunt er volop wandelen, bergbeklimmen, boottochten maken en ’s winters skiën. Met een wonderschoon meer en bossen heeft het voor iedere natuurliefhebber wat wils. Bariloche is na Buenos Aires de meest bezochte stad met een prima infrastructuur en hotels in alle prijsklassen. Zo ook het hele merengebied, zodat je zonder problemen van de mooiste plekken kunt genieten. In de wintermaanden juli en augustus komt heel Argentinië hier op wintersport. Maar er is meer, zo ligt er onder Bariloche het vredelievende stadje El Bolsón, met de bijnaam de hippiestad. Want in de jaren zeventig heeft het grote aantrekkingskracht gehad op de jongeren uit die tijd. Wat zuidelijker kom je in de provincie Chubut met als bekendste plaats Esquel en het nationale park Los Alerces. In dit park groeien de alercebomen die tot de oudste van de wereld behoren. Het beste seizoen om de nationale parken in dit merengebied te bezoeken is tussen november en half maart. Ook vertrekt er in Esquel de beroemde stoomtrein, de Patagonië Express, uit het bekende boek van de treinreiziger en schrijver Paul Theroux. Nog steeds kun je met deze trein mee.
H ET Z U I DELI JKE M EREN G EBI ED
413
Lago Manuel Huapí
N ▲
San Carlos de Bariloche Nat. Park Nahuel Huapí
h
Lago Steffen L. Martín
● Río Villegas
naar Ingeniero Jacobacci
Lago Escondido
➤
Cerro Perito ▲ Moreno
Ñorquinco ●
2219 m
N ▲
CHILI
Co. Piltriquitrón ▲
Bolsón ●
●
2200 m
Lago Puelo
El Maitén Chushamen
Nationaal Park Lago Puelo
Cerro Dos Picos ▲ 2515 m Lago Cholila Lago Menéndez
Nationaal Park Los Alerces
An
h e
50 km
Epuyén ● Río
Lago Lezama
4
Chubut
● Leleque
● Cholila
4
Lago Rivadavia Los Tepúes
Lago Futalaufquen Villa
● Futalaufquén
La Hoya ●
● Esquel
ch Tro El
Cabaña Arroyo Pescado
●
● Trevelín
s
25
Lago Epuyén
Lago Amutui Quimel
d
0
●
i ta
s Cordillera de lo
CHILI
h
4
Futaleufú ●
● Aldea Escolar
WAT JE ZEKER NIET MAG MISSEN IN DIT MERENGEBIED! 1. De stad Bariloche met zijn Alpenuitstraling, zijn relaxte sfeer en zijn chocoladewinkels. Net Zwitserland in Zuid-Amerika! Pagina 414. 2. Een van de drie bootexcursies over het Nahuel Huapi meer. Alledrie verschillend. De een gaat naar een klein maar apart nationaal park, Los Arrayanes. De tweede naar Pto Blest en de derde gaat via drie prachtige meren naar de Chileense havenplaats Pto Montt Pagina 435. 3. Het nationale park Los Alerces, niet ver van het stadje Esquel, waar je de oudste bomen ter wereld, de alercebomen, kunt bewonderen. Pagina 447. 4. Een treinrit vanuit Esquel met de beroemde Patagonië Express. Je gaat weer zestig jaar terug in de tijd met deze stoomtrein. Pagina 452.
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
414
BARILOCHE ‘Zwitserland en Oostenrijk’ in Argentinië Bariloche is de belangrijkste en grootste stad van het merengebied, gelegen aan het Nahuel Huapi meer. ‘Dit is de poort naar een van de mooiste streken van de wereld’, zo wordt de stad in de brochures aangeprezen want het wordt omringd door het nationale park Nahuel Huapi, een van de mooiste parken van Argentinië. Het is na Buenos Aires de meest bezochte stad van het land. Eigenlijk heet de stad San Carlos de Bariloche, maar iedereen heeft het over Bariloche. De stad telt ruim 100.000 inwoners en wordt ook wel ‘Klein-Zwitserland’ genoemd, vanwege zijn typische Zwitserse uitstraling. Ik zou bijna willen zeggen: welkom in het Zwitserland van Zuid-Amerika! Bariloche is ruim 100 jaar oud. De eerste huizen werden in 1895 gebouwd. Eens woonden hier de Puelches-indianen. Zij waren vrij oorlogszuchtig en dat hebben de eerste blanken, de jezuïeten, wel gemerkt. Dezen waren via Chili over het Andesgebergte halverwege de 17de eeuw hier gekomen. Onder leiding van pater Mascardi werd er een missiepost gebouwd, maar al na enkele jaren werden zij verjaagd, gemarteld of gedood. Vanaf die tijd durfde geen blanke meer hier te komen. Tot 1876 kwam er sporadisch nog wel eens een expeditie, maar toen kwam Perito Francisco Moreno. Hij was door de regering gestuurd om deze streek in kaart te brengen (zie kader op pagina 427), want generaal J. Roca had dit hele gebied veroverd op de indianen en ingelijfd bij de grootgrondbezitters (de regering). Hij kreeg voor zijn inspanningen een stuk land cadeau van de regering, dat het eerste nationale park zou gaan worden van Argentinië, Nauhel Huapi. Zodoende kwamen de eerste Europeanen, voornamelijk Duitsers en Zwitsers, zich in dit gebied vestigen. Het was de Duitser Karl Wiederhold die vanuit Chili hier als eerste in 1895 kwam. Zijn huis stond aan de wat nu Av. Juan de Rosas heet, tussen hotel El Candil en Casa Tulzauer. Karl Wiederhold had er een kruidenierszaakje dat ‘La Alemana’ heette. Bariloche komt van de Mapuche-taal: Variloche, dat betekent ‘mensen van de andere kant van de bergen’. Maar de stad werd pas officieel gesticht op 3 mei 1902. Toen in 1934 Bariloche een treinverbinding kreeg met Buenos Aires ging de uitbreiding in een stroomversnelling. In 1947 telde de stad nog maar 6.000 inwoners en in 2007 kwamen al meer dan 800.000 toeristen Bariloche bezoeken! De beroemde Argentijnse architect A. Bustillo (zie kader pagina 418) heeft met zijn Alpen-architectuur (de Argentijnen noemen het ‘estilo Andino’) een grote stempel gedrukt op de architectonische uitstraling van deze stad. Om nog meer een Alpen-gevoel te krijgen, zijn de Zwitsers en Noord-Italianen in Bariloche met een grote chocolade-industrie begonnen. Tientallen chocoladewinkels zie je in de stad met enorme etalages waar allerlei soorten en vormen van chocolade te zien zijn. De winkel van Turista is de grootste. Daar moet je zeker even naar binnen wandelen. Ook wat het eten betreft, zie je veel gerechten uit Zwitserland en Duitsland. Zuurkool met worst, kaasfondue, hertenvlees en wildzwijn-
H ET Z U I DELI JKE M EREN G EBI ED
Centro Civico in Bariloche
gerechten staan bij veel restaurants op de menukaart. Dan moet je ook nog de interieurs van deze restaurants zien. Allemaal Alpen-decors zoals plafonds met houten balken, Wilhelm-Tellachtige schilderijen omringd door geweien aan de muur, van die ‘vrolijke’ hoedjes met een veer en serveersters gekleed in wijde gebloemde rokken en witte schorten! Het centrum van de stad ligt direct aan het Nahuel Huapimeer. Daar vind je ook alle grote hotels, restaurants, shoppingcentra en het uitgaansleven. Na een paar straten gaat de stad vrij snel omhoog en is het klimmen geblazen. Hier vind je de residenciales en hospedajes en waar ook inwoners van Bariloche wonen. Het is er goedkoper en rustiger, maar ondanks het feit dat je hoog zit heb je geen goed uitzicht over het meer, want de stad is voor je neus met (lelijke) hoge flats volgebouwd. Dus om die reden naar boven wandelen hoeft niet. Er loopt een grote boulevard, de Av. 12 de Octubre, langs het meer, vanwaar je wel een prachtig zicht hebt over het meer en de omgeving, die vooral uit bossen en besneeuwde bergtoppen bestaat. De twee belangrijkste winkelstraten zijn Calle Bartolomé Mitre en parallel Calle Perito Moreno. Deze twee straten komen uit op Plaza Independencia, waar geheel in Alpen-stijl het Centro Cívico staat. Daar vind je o.a. het toeristenbureau. Calle Perito Moreno en Av. J. de Rosas komen buiten het centrum tezamen, waar het dan Av. Bustillo heet en doorloopt naar Puerto Pañuelo: het vertrekpunt van de catamarans over de meren (zie ook Circuito Chico op pag. 428). Langs deze Avenida Bustillo liggen veel chalets, bungalows (cabañas), campings en openluchtrestaurants.
415
416
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Een st.-bernardshond genaamd, Beethoven
Te midden van dennenbomen, cipressen en op tientallen meters van je vandaan het meer Nahuel Huapi. Als je hier geen vakantiegevoel krijgt, dan zou ik verder dit hele hoofdstuk maar overslaan en een ander gebied gaan bezoeken. Ik raad je aan om in Bariloche zeker enkele dagen te blijven, vanwege de schitterende omgeving en goede excursies. Daarom zal ik wat uitgebreider de stad beschrijven en een overzicht geven van de belangrijkste excursies.
Wandelen langs chalets, chocoladewinkels, en ’s avonds (kaas)fondue eten De start is bij Plaza Independencia, het centrale plein van de stad. Voor driekwart wordt het omringd door het Centro Cívico en aan de andere kant heb je een mooi gezicht over het meer. Centro Cívico bestaat uit een informatiecentrum, hoofdbureau van politie, een museum en het stadhuis. Elke dag om 12 uur speelt het carillon van het stadhuis en gaat in de toren een luik open waar houten beelden van een missionaris, een indiaan, een gaucho en een ridder te voorschijn komen. Je moet alleen maar gaan kijken als je toevallig om 12 uur in de buurt bent, want zo’n happening is het ook weer niet. Het museum is, als je geïnteresseert bent in de geschiedenis van de stad en indianen in deze streek, zeker interessant om te bezoeken. Er is een grote collectie handwerk en voorwerpen van de indianen, die hier meer dan honderden jaren geleden hebben gewoond. Met de foto’s, die er hangen krijg je een goede indruk van de eerste pioniers, die zich hier vestigden. Open van di. t/m vr. van 10-12.30 en van 14-19 uur. Za. van 10-13 uur. Zondags gesloten. Je ziet ook op het plein st.-bernardshonden rondlopen met houten tonnetjes om hun hals met namen erop als Mozart, Beethoven en Bach. Je kunt je laten fotograferen met een van die honden. Midden op het plein staat het standbeeld, nu eens niet van generaal San Martín, maar van generaal Julio A. Roca (zie pagina 33). De gebouwen van het Centro Cívico zijn een ontwerp van E. de Estrada, een Argentijnse architect en collega van A. Bustillo, die hiermee nationale faam heeft gekregen. Het Centro werd gebouwd in 1940 en de Estrada heeft zich laten inspireren door de stad Bern. Deze gebouwen zijn een goed voorbeeld wat hier de estilo Andino wordt genoemd. Elke keer dat ik hier ben verwonder ik me erover, dat ergens in
H ET Z U I DELI JKE M EREN G EBI ED
Zuid-Amerika een stad is, die helemaal geen rekening met koloniale tradities heeft gehouden. De wandeling gaat vervolgens door de twee poortjes naar Calle B. Mitre, de belangrijkste winkelstraat van Bariloche. Je kunt er heerlijk winkelen en, zoals de Argentijnen doen, flaneren. Zo is er op nr. 131 de delicatessenwinkel van de Fam. Weiss (een begrip in deze stad). Je kunt hier de lekkerste gerechten en hapjes uit de regio kopen en géén imitatie uit Midden-Europa. Er is bijvoorbeeld ciervo ahumado en aceite (gerookt hertenvlees getrokken in olijfolie) en ahumadero ciervo en escabeche (gerookt en gemarineerd hert) of trucha en escabeche (gemarineerde forel). Ze hebben er ook heerlijke saucissons en patés. Ga even naar binnen en kijk eens rond naar al die aparte regionale gerechten. Krijg je trek, dan heeft deze winkel in Calle Palacios hoek O’Connor een groot (Alpen) restaurant, waar je prima kunt eten. Op nr. 239 bevindt zich een van de grootste chocoladewinkels van de stad, Turista. Ga zeker naar binnen ook al ben je geen chocoladeliefhebber, want je ziet er enorme hoeveelheden chocolade, in allerlei soorten en vormen én alleen al die etalage! Op de hoek van Rolando staat nog een grote chocoladewinkel van Fenoglio. Zij hebben de ‘gnomos’ (kabouters) van Rien Poortvliet als chocoladesymbool. Binnen in de winkel is het net een groot kabouterbos. Als Rien Poortvliet dit allemaal zou weten. Bij het volgende blok is halverwege links de beste winkelgalerij van de stad, Galería del Sol. Het is hier gezellig winkelen en slenteren. Deze galerij bestaat grotendeels uit hout en heeft verschillende verdiepingen. Een blok verder aan dezelfde kant na Palacios heb je Paseo de Catedral, een leuke passage met allemaal kleine boetiekjes. Hier kun je veel pullovers en truien kopen van het zuiverste scheerwol, want ook daar is Bariloche beroemd om. Benetton heeft niet voor niets in de regio een grote schapenfokkerij. Tot de volgende straat Beschtedt loopt het centrum. Dan sla je rechtsaf naar Calle Moreno, de andere drukke winkelstraat, maar tevens een drukke verkeersader, want via deze straat ga je richting het beroemde Hotel Llao Llao en het vertrekpunt van de catamarans (zie excursies per boot, pag. 435). Je ziet nu dat alle straten die parallel boven Moreno lopen alleen te voet bereikbaar zijn. Zo steil is het hier al. In Moreno staan nog redelijk wat authentieke huizen uit de beginperiode van de stad. Vrijwel op de hoek met Palacios staat Casa Marciani (nr. 385) en iets verder op nr. 365 Vivienda Speranza, allebei grotendeels gebouwd uit hout in het begin van de vorige eeuw , helaas is er niet veel meer van over. Op de volgende hoek met Villegas is dagelijks een Mercado de los Artesanos met permanente exposities, zeker een bezoek waard. Aan de overkant op nr. 145 staat het oudste huis in het centrum, Vivienda Ardüser, gebouwd in 1908. Iets verder op de hoek van Morales en Elfein staat ook nog een houten huis van een van de eerste bewoners. Als je bij Moreno rechts Qualigia ingaat heb je rechts een grote open passage met winkeltjes, Via Firenze. Je zult wel merken tijdens deze wandeling dat het gezellig vertoeven is in Bariloche. Je kunt Moreno doorlopen en deze gaat na Centro Civico over in Av. San Martín. Hier zijn veel winkels en enkele dure
417
418
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Bariloche staat bekend om zijn chocolade en ijs
hotels. Verder naar beneden kom je bij het meer Nahuel Huapi uit. Aan je linkerhand is een groot houten gebouw, Puerto de Bariloche. Vanuit dit haventje kun je een boottocht maken naar het eiland Isla Huemul, een aardig uitstapje van enkele uren. Als je je omdraait en omhoog loopt, kom je weer op Plaza Independencia en ben je terug bij ons vertrekpunt. Een aardige korte wandeling is over de Av. 12 de Octubre langs het meer. Je hebt dan een prachtig zicht over het meer en de bossen. Deze avenida loopt door een mooi stukje groen van cipressen, araucaria- en dennenbomen. Al vrij snel zie je aan je rechterhand de kathedraal van Bariloche, Alejandro Bustillo Deze Argentijn A. Bustillo (1889-1982), is de belangrijkste en vooruitstrevendste architect tot halverwege de 20ste eeuw in Argentinië geweest. Hij brak met de zogenaamde traditionalisten onder leiding van Virasoro. Want Bustillo raakte namelijk onder invloed van Le Corbusier en Bauhaus, maar ook van de Alpen-stijl die hij in Zwitserland en Duitsland zag. Al deze invloeden brachten hem tot een nieuwe stijl : Estilo Andino (de Andes-stijl, zie pag. 385). Tussen 1920 en 1945 heeft hij niet alleen in deze streek, maar ook aan de Atlantische kust (Mar del Plata en Pinamar) en in Buenos Aires, belangrijke bouwwerken neergezet. Vooral rondom Bariloche kun je in zijn bouwwerken goed de invloed uit Europa zien. Simpel en strak van vorm, aangepast aan de regio en gemaakt met materiaal uit de regio. Zoals het Hotel Llao Llao, de kapel San Eduardo en de kathedraal. Maar als je in Mar del Plata het Casino en het Gran Hotel ernaast ziet en in Buenos Aires o.a. Banco Tornquist dan blijven de vormen wel strak maar het zijn pompeuze gebouwen. In totaal heeft hij 250 percelen in Argentinië neergezet.!
H ET Z U I DELI JKE M EREN G EBI ED
419
een lelijk gebouw uit 1946. Je hoeft echt niet naar binnen te gaan, want er is niet veel te zien. Parallel loopt de Av. O ’Connor, als je hier wandelt heb je eerder een indruk dat het een boulevard is langs de MiddellandseZeekust. Allemaal hoge flats en hotels met grote terrassen en balkons. Bij Beschtedt kun je naar boven lopen tot aan Elfein waar je wel bij een mooi (houten) kerkje komt, de oudste van Bariloche, Capilla la Inmaculada. Het is gebouwd in 1905 en goed onderhouden, kijk eens naar het mooie dak met zijn aparte vormen.
Praktische informatie Bariloche (02944) Toeristeninformatie Te vinden in het Centro Cívico op Plaza Independencia naast de Municipalidad. Het is open elke dag van 8-21 uur. Vriendelijk en Engelssprekend personeel, maar je moet wel je vragen klaar hebben, want het is in de zomermaanden altijd erg druk. www. bariloche.com In het zomerseizoen, dat valt tussen half december en half maart, is het moeilijk een hotel te krijgen en je betaalt altijd meer. Ik zou je aanraden net even buiten het seizoen te komen. De hotelprijzen zijn dan redelijk.
Hotels Topklassehotels • Panamericano (425-846) op Av. San Martín 356 en Edelweiss (445-500) ook op Av. San Martín 202 zijn twee vijfsterrenhotels. Er is alle comfort met een restaurant en een zwembad. Allebei aan de rand het centrum. Het laatste hotel is prima voor zijn prijs en heeft een zeer goed restraurant La Tavola. www.panamericanobariloche.com, www.edelweiss.com.ar
Eersteklashotels (2-pers.kamer meer dan E 90) • Nevada (522-778) in Rolando 250 ligt midden in het centrum. Een goed,
i
maar wat oubollig hotel. Grote kamers en restaurant. www.nevada.com.ar • Bella Vista (422-435), de ingang is in Rolando 351. Het ligt heel mooi in de stad. Met restaurant en uitzicht over het meer. Het hotel is enkele jaren geleden geheel gerenoveerd. • Nahuel Huapi (426-146), Moreno 252. Centraal gelegen in een drukke straat. De kamers zijn groot en comfortabel, maar slaap wel aan de achterkant. Er is ook een restaurant. www. hotelnahuelhuapi.com.ar • Dazzler (456-900) in San Martín 441. Een modern hotel met alle voorzieningen die men wenst. Centraal gelegen met een goed restaurant en heerlijke leeszaal. www.dazzlerbariloche.com
Middenklassehotels In deze prijsklasse heb je een grote keuze. Hieronder een beknopt overzicht. (2-pers.kamer tussen E 60-90) • Hostería Tirol (426-152), Pasaje Libertad 175, vlak bij het plein en is rustig gelegen. Inclusief ontbijt en in Tiroolse kledij geserveerd! Het is niet groot, maar gemoedelijk en keurige kamers. www.hosteriatirol.com.ar • Aspen Ski Hotel (428-874) in Mitre 651 goed, centraal en net buiten het drukke gedeelte.
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
420
• Casita Suiza (426-111) op Quaglia 342 heeft een familiesfeer, niet erg groot maar de kamers zijn goed. Er is een prima restaurant. www.casita suiza.com • Hotel Carlos V (425-474) in Morales 420. Centraal gelegen met grote kamers, voor die prijs is het een aanrader. www.carlosvpatagonia.com.ar • Grand Hotel Bariloche (430-039) op de hoek van Mitre en Palacios. Ruime moderne kamers, er is een restaurant en prima service. www.grand hotelbariloche.com.ar • Aconcagua (424-719), Av. San Martín 289. Goed, met uitzicht op het meer en ruime kamers.
Jongerenhotels
Budgethotels
Campings
(2-pers.kamer tussen E 15-30) • Hostería Piuké (423-044), Beschtedt 138. In hartje centrum en helemaal in Alpenstijl, rustige en eenvoudige kamers. Geen slechte keuze. • Hostería Güemes (424-785), Güemes 715, is sfeervol en ze zijn zeer behulpzaam. Gelegen in een rustige wijk met kamers met eigen douche. • Hotel Slalom (430-998), Salta 194. Een keurig hotel voor die prijs. Je kunt zelfs halfpension nemen. • Hostería Wikter (423-248) in Güemes 566 net buiten het centrum in een oase van rust. Familiepensionsfeer met een tuin en ontbijt. • Hostería La Paleta del Pintor (422220) is een knus hotelletje in 20 de Febrero 630. Met een mooie tuin in een rustige buurt. • Hostal Las Moiras (427-883) in Reconquista 72. Is een goed budgethotel met prima kamers en vriendelijke ontvangst. Je kunt ook halfpension nemen. Een aanrader. www.las moiras.com
• De enige camping, die vlak bij Bariloche ligt is Camping La Selva Negra op 3 km afstand van de stad aan de Av. Bustillo. Het is een goede camping langs het meer in een prachtige omgeving. Er is een restaurant, en een bar. Alle andere campings liggen ook rondom het meer van Nahuel Huapi of landinwaarts. • Camping Petunia is13 km van de stad. Een prima camping omringd door hoge dennenbomen en cipressen. Met een winkel en restaurant. Av. Bustillo bij kilometerpaal 13,5. • Camping El Yeti op 6,5 km van de stad met goede faciliteiten, een restaurant en waar je fietsen kunt huren. Alleen ‘s zomers open. Op Av. Bustillo bij kilometerpaal 6,5.
• Albergue ‘La Bolsa del Deporte’ (423-529) op de hoek van Elflein en Palacios. Is goedkoop en goed en er is altijd een gezellige (internationale) sfeer, met kookgelegenheid. Aanrader. • Albergue Patagonia (421-861) in Morales 564 heeft een leuke sfeer. Er is kookgelegenheid en je kunt er fietsen huren. www.elpatagoniaandina. com.ar • Periko’s (522-326) in Morales 555, is goed met een prima sfeer. Was- en kookgelegenheid en er zijn fietsen te huur. De eigenaar heeft een uitgebreid excursieaanbod. Een aanrader! www. perikos.com
Restaurants Er is een enorme keuze aan restaurants met heerlijke regionale gerechten (zie kader). Daaruit heb ik een (kleine) keuze gemaakt. • La Marmite, Mitre 329, daar kun je ‘Europees’ eten zoals kaas- of chocoladefondue. Een leuk experiment om te
H ET Z U I DELI JKE M EREN G EBI ED
proberen, omringd door nostalgische (zw/w) foto’s van Bariloche. • Dias de Zapata in Morales 362 is een gezellige Mexicaan. Met lekkere tapa’s en Mexicaanse gerechten. • Jauja op Quaglia 366 is een goed restaurant waar ook de plaatselijke bevolking komt. Visgerechten zijn een aanrader. • La Vizcacha op Rolando 279 heeft grote porties parrilla’s met een eenvoudige kaart en niet duur. • Fam. Weiss op de hoek Palacios en O’ Connor heeft een goed en betaalbaar menu (zie kader). Geheel in Zwitserse stijl en populair bij de Argentijnen. Vaak is er live-muziek.
• Kandahar is een van de beste restaurants in de stad. Probeer eens ciervo patagonico, een smakelijk stuk hertenvlees. Of een trucha en salsa de cedron y aguaribay con puré de calabaza perfumado con hierbas frescas (forel met een saus van de vruchten van inheemse bomen met puree van kalebas en verse kruiden). De groentes komen uit eigen moestuin en de eigenaresse is een bekend skikampioene geweest. 20 de Febrero 698. • Chez Philip, mijn favoriet, is in Primera Junta 980. Ligt wat afgelegen waar deze halve Fransman met zijn familie dit intieme restaurant runt. Een verfijnde keuken van regionale gerechten.
• Wil je vegetarisch eten dan is Vegetariano in 20 de Febrero 730 een aanrader. Alles vers en goed samengesteld.
Confitería’s en bars • Als je gezellig een kopje koffie of een aperitiefje wilt drinken ga dan naar: La Alpina op de hoek van Moreno en Quaglia. Met een open haard, en chopp! • Friends op de hoek van Mitre en Rolando is een gezellige confitería waar veel jongeren komen en er is chopp! Buiten een klein terras. • La Esquina is een populair café, waar je ook kunt eten. Interieur is helemaal (namaak) Zwitserland! Op de hoek van P. Moreno en Urquiza. • Wilkenny is een leuke pub / bar, waar het altijd gezellig is. San Marin 435. • ‘s Avonds is Palacios tussen Mitre en O’Connor afgesloten voor verkeer en is een en al terras! Je kunt er eten en drinken. Hier is ook op nr. 167, Pilgrim de populairste pub in de stad. Wil je dansen, ga dan naar Roxy dé disco en bar in Bariloche. Te vinden In San Martín 490.
Vervoer Bussen De busterminal is naast het station aan de Av. 12 de Octubre (de RN 237, buiten het centrum). Er is ook een (kleine) toeristeninformatie in de busterminal. • Zeker 10 bussen per dag naar Buenos Aires. Een slopende rit van ruim 22 uur! Andesmar is de beste. Naar Neuquén tien bussen per dag (6 uur). Naar El Bolsón elke twee uur één bus (Via Bariloche). Naar Esquel vijf bussen per dag (4,5 uur). Drie bussen per dag naar San Martín de los Andes (Empresa Algorabal in 3,5 uur). Naar Villa Traful alleen op ma, di. en woe. een bus per dag. Villa la Angustura, 8 bussen per dag (1,5 uur).
421
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
422
• Vanuit Bariloche gaan minstens vijf bussen per dag naar Osorno en Puerto Montt in Chili. • Om naar de busterminal te komen kun je het beste de stadsbussen No 10, 20 en 21nemen in o.a. P. Moreno hoek Morales. • Veel busondernemingen hebben een kantoor in het centrum. In Moreno 105 vind je Chevallier (Buenos Aires). Andesmar (Esquel, Mendoza, Buenos Aires) is in Moreno 126. Flecha Bus, Moreno 105 (o.a. Buenos Aires).
Stadsbussen • Bij de bushalte (parada) in P. Moreno hoek Rolando gaat bus No 20 naar Llao Llao en Cerro Otto (vertrek elke 20 minuten). Bus No 10 gaat naar Colonia Suizo (om de 3 uur). Naar Cerro Catedral gaat bus No 50 en 51 (elk halfuur).
Treinen Het station ligt behoorlijk uit het centrum op Av. de 12 Octubre. Er is alleen een trein naar Viedma, een rit van 16 uur! Neem klasse Camarote, want treinreizen in Argentinië bij zulke afstanden is geen pretje. In deze klasse heb je een bed en goede service. Er is een restauratiewagon aanwezig en een bioscoopwagon! Je kunt boeken in Galería Austral, Mitre 125. www.tren patagonico.com.ar • De trein naar Viedma vertrekt op donderdag en zondag om 17 uur. Aankomst de volgendag 11 uur. De busen No 10 en No 20 gaan naar het station.
Autohuur • Annie Millet/hertz is in Quaglia 352. • Avis, San Martín 162. • Dollar in Palacios 191 (1e etage). De meeste grote verhuurbedrijven hebben ook een agentschap op het vliegveld.
Vliegen Het vliegveld ligt 15 km ten oosten van de stad. Voor het kantoor van Aerolineas vertrekt een bus naar het vliegveld (om het uur). En bij aankomst staat er een bus gereed naar het centrum. Je kunt ook tegen een afgesproken prijs een remise nemen die je naar het hotel brengt. • Aerolineas heeft 4 vluchten per dag naar Buenos Aires. En 3 x per week naar Calafate. • LADE vliegt 1x maal in de week naar Esquel, Neuquén en Mar del Plata. Tweemaal in de week naar Buenos Aires, Chapelco en Esquel. • Lan Argentino vliegt 2x per dag naar Buenos Aires. • Aerolineas Argentinas vind je op de hoek van Mitre en Villegas. LADE vind je in Mitre 521. Lan Argentino is in Mitre 534.
Actieve vakanties Rafting • Op de rivieren Limay en Manso worden raftingtochten georganiseerd. Vooral de laatste rivier is interessant. Río Limay is meer voor beginners. Bij de prijs inbegrepen is een uitrusting, vervoer en eten (lunch). • Aguas Blancas, Morales 564, www. aguasblancas.com en • Extremo Sur in Moreno 765 is het beste bureau. www.extremosur.com
Fietsenhuur • Bike Way in VA. O’Connor 867. Zij organiseren ook fietstochten en repareren fietsen. • Dirty Bike in VA. O’Connor 681. Heeft niet alleen een groot assortiment aan fietsspullen, maar ook goede excursies met de fiets. www.dirtybikes.com.ar • Bariloche Bikes in Moreno 520, repareert en verhuurt fietsen.
H ET Z U I DELI JKE M EREN G EBI ED
• Er zijn speciale mountainbike-routeboekjes, zowel voor beginners als voor gevorderden. Te koop bij de boekhandel of op de hoek van Moreno en Villegas.
Wandelen • Voor wandelingen, berg- en trektochten en klimmen is de omgeving van Bariloche één groot paradijs. Ook wat betreft faciliteiten, zoals kamperen, refugio’s, aanduidingen van wandelpaden en organisaties is alles goed geregeld via de Club Andino de Bariloche. Bij dit adres kun je alle informaties krijgen en kaarten (hoewel sommige vrij summier zijn). Ook organiseert de club wandel- of trektochten van één tot meerdere dagen. Er hangen oproepen voor tochten aan de muur en je kunt er de Guia de Sendas y Picadas (de zand- en rotspadengids) kopen, een boek over wandelen, bergbeklimmen en slaapgelegenheden met kaarten erbij. Club Andino de Bariloche is in Calle 20 de Febrero nr. 30. Door de week open van 9-13 en van 16-21 uur. Tussen de middag gesloten. www.clubandino.com.ar Andes Cross (467-561/1563-3581) is een goed bureau voor sportieve wandelingen in en rondom het Andesgebergte. www.andescross.com • Voor bergbeklimming kun je ook bij Club Andino terecht. www.activepa tagonia.com.ar
Sportvisserij • De meren rondom Bariloche zijn voor de sportvisser een waar paradijs. Zalm, forel en baars zijn er in overvloed. Het seizoen loopt van november t/m maart en een vergunning is nodig. Deze kun je halen bij Fly Shop Baruzzi in Urquiza 250. www.guias patagonicos.com.ar
Duiken • Een frisse duik in het Nauel Huapi meer? Dat kan met Buceo Mazolla (427-088). Je vertrekt met de boot naar Isla de las Gallinas, alwaar je met begeleiding gaat duiken in het heldere water. Vertrekpunt is bij Hotel La Cascada, Av. Bustillo km 6. www.buceo mazzola.com.ar
Boekwinkels Op Mitre 369 is Casa Raúl. Je kunt er gidsen en tijdschriften kopen over Bariloche en de omgeving. Ze hebben ook internationale kranten en tijdschriften. Cultura op Elflein 74 is misschien wel de beste boekwinkel in de stad. Zo ook La Barca Libros, deze heeft ook tweedehandsboeken. Quaglia 229 en Mitre 534. Op de hoek van Villegas en Moreno is een informatiecentrum, waar je allerlei boekjes kunt kopen over b.v. mountainbikeroutes rondom Bariloche, wandeltochten, plattegronden en de geschiedenis van de indianen alhier. • Het tijdschrift Guia Bush geeft goede informatie in over de streek. Een soort gele gids, maar dan geïllustreerd en achtergrondinformatie.
Chocolade Bariloche telt zo’n twaalf chocoladefabriekjes. De meeste zijn niet groter dan een ruime huiskamer. Vaak wordt er nog grotendeels ambachtelijk gewerkt. De eerste zijn zo’n veertig jaar geleden door Italiaans/Zwitserse families gestart en de bekendste chocoladewinkelketen is Turista. Je vindt ze in Mitre 239. Je kunt ook een bezoekje brengen aan hun fabriek, deze is in San Martín 252. Maar de chocoladewinkels als Rapa Nui in Mitre hoek Villegas, Mamuschka in Mitre 216 en Fenoglio op de hoek van Mitre en Rolando en in San Martín 308, zijn
423
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
424
eigenlijk beter. Ze zijn fijner in hun smaak en hebben een goed assortiment. Vraag naar Papas de Bariloche daar zijn ze bekend om én heerlijk. De chocoladefabriek van Fenoglio is ook te bezoeken (zie verderop onder Circuito Chico).
• Martín Pescador in Ronaldo 257, is de beste in de stad. Maar Baruzzi Fly Shop doet zeker niet onder. Urquiza 250.
Reisbureaus
Het kantoor is te vinden op San Martín 24. Je kunt er terecht voor kaarten en informatie. Zoals een paseo verde om vrij door het nat. park Nahuel Huapi te kunnen trekken. Open van ma. t/m vr. van 8-15 uur.
Bijna alle grote reisbureaus hebben dezelfde (georganiseerde) excursies met vrijwel dezelfde prijzen. • Turisur in Mitre 219 heeft alle bootexcursies (zie ook rondom Bariloche). www.bariloche.com/turisur • Catedral Turismo in Palacios 263 heeft een uitgebreid pakket., waaronder de Patagonië-Express (zie pag. 452). Ook verzorgen zij de mooie boot/bustocht over de meren naar Pto Montt in Chili (Cruce del Lagos, zie pag. 439) • Bij Cumbres Patagonia in Villegas 222 heeft trekkings, rafting en kajak over de rivieren Manso en Limay. • Del Lago Turismo heeft ook prima excursies waaronder een boottocht over Lago Mascardi naar Hotel Tronador. Villegas 222.
Kampeer/sportvisserij
Supermarkten
• Alternativa is een prima wandel- en kampeerwinkel. Mitre 314. Zo ook: • Punto Cumbre in Morales 438. Of • Patagonia Outdoor in Elfein 27. Goede sportvisserijwinkels zijn:
• Je hebt een grote Anónima in Quaglia 313. • In Mitre 275 vind je Quorum, een moderne eigentijdse supermarkt en delicatessenzaak (open tot 23 uur!).
Festivals Rond 16 t/m 25 augustus is er een Fiesta Nacional de la Nieve een groot sneeuwfeest. Rondom het Centro Cívico. Begin mei is er een groot Tango-festival. Dan op 10 november. Día de la Tradición, met grote defilés (gaucho’s , folkloristische klederdracht en dans) door Calle Mitre.
Informatie nationaal park
H ET Z U I DELI JKE M EREN G EBI ED
• Bij Plaza de 20 Febrero en Neumeyer heb je supermercado Todo. • Norte (groot) is op Moreno hoek O’Nelli. • UNO ook een flinke supermarkt vind je in Moreno 350.
Winkelen • In de winkelstraat Mitre zijn verscheidene goede winkelgalerijen. Daarvan is Galeria del Sol wel de grootste en de beste. Bij Paseo del Catedral, net voorbij Palacios zijn veel boetiekjes waar je sweaters en wollen truien kunt kopen. • Quesos Especiales is een grote delicatessenwinkel met een uitgebreide sortering aan regionale kazen, worsten en hammen. Op de hoek van Palacios en P. Moreno. • Fam. Weis is een begrip in de stad. Dé delicatessenzaak waar je heerlijke worsten, patés, jam, gerookte vis en
nog veel meer kunt kopen. Zeker even binnenlopen! • Een uitstekende souvenirwinkel is Fiz Roy in Mitre 18 of ga eens kijken bij Paso de los Artesanos op de hoek van Moreno en Villegas. • Wijnproeven en kopen kun je bij: Wine Bar Club in San Martín 597. Dit is een uitstekende wijnwinkel met ook goede (wijn)boeken. Cavas del Sur in Palacios 150 lokaal 21, heeft eind van de middag en in de weekenden proeverijen.
Wasserettes • Bij Lavematic in San Martín 325 en Beschtedt 180 heb je binnen 2 uur je was schoon en droog terug. Zo ook bij Laverap in Quaglia 321. En Lavadero in Villegas 292.
Specialiteiten in Bariloche Chocoladefondue Je krijgt een schaal met verschillende soorten fruit, bijvoorbeeld bananen, perziken en aardbeien. Deze doop je dan met een fonduevork in de pan, waar een lichte, maar wel machtige, vloeibare (melk)chocolade met crème fraîche in zit. Het is meer voor de winter of een frisse nazomeravond, maar voor chocoladeliefhebbers om te smullen. Zo ook dit tussendoortje: cubanitas. Dat zijn wafeltjes met chocola en dulche de leche. Andere speciale gerechten zijn Trucha salmonada a la manteca negra con almendras y alcaparras. Een gebakken zalmforel met kappertjes en amandelen of ’con suave crema de queso roquefort’ of bedekt met een lichte roquefortsaus. Ook lekker is een canapé de hongos cordilleranos a la crema. Paddenstoelen uit de bergen met een heerlijke saus. Of chucrut con salchichas ahumadas kassler of met ‘panceta ahumada y papas al vapor’. Zuurkool met gerookte worstjes of met in kleine plakjes gesneden spek en meegestoomde aardappels. Of probeer eens jabalí, wild zwijn met roquefortsaus. Of ciervo patagonico, een malse hertenbiefstuk.
425
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
426
N ▲
6 h
★ 20 Rosas Juan 14 M. de B. Mitre ★ 11 España San M ★ 3 art ★ ☎ 5 ★ ín Salta 1★ 16 ★ Tucumán b 4★ i Juramento L Neumeyer Belgrano ★9 Belgra no 24 d 21 18 e S ★17 ★ ★12 ★ etiemb re
Avenida
tillo
Avenida
Bus
y
Quaglia
Morales z rre
Castex
uelo
utie e G
Campich
Mandisovi
sal
h
Tacuari
Pa
h h
Pasale Gutierrez 20 d eF
Güemes
uelo
B. del Paraná Topa Topa
Quintral
h h
15 ★
Austri a Aleman
ia
h h
Franc ia
h
h h
Pioneros
Las Violetas
h
h
de los
Campich
da
ni Ave
Jardin Botánico
Caciq
ue C
uma y
eb
rer o
er tad
h
u
u
Bariloche 1. Hotel Edelweiss 2. Hotel Bella Vista 3. Hostería Tirol 4. Casita Suiza 5. Hotel Panamericano 6. Hotel Nevada 7. Hotel Nahuel Huapi 8. Aspen Ski Hotel 9. Hotel Carlos V 10. Gran Hotel Bariloche 11. Aconcagua 12. Albergue Patagonia 13. Hostería Piuké 14. Hotel Dazzler 15. Hostería Güemes 16. Hotel Slalom 17. Hostería Witker 18. Hostería La Paleta del Pintador 19. Alberque La Bolsa del Deporte 20. Hostal las Moiras 21. Periko’s Bushalte naar LlaoLlao en het station • • • Wandelroute beschreven in de tekst. Toeristeninformatie
H ET Z U I DELI JKE M EREN G EBI ED
bru Vereet
Re
ca lad a
.N
Los Colhu
Sarmiento
Elordi
R. Moreno
C. Onelli
J. O'Connor
o Chile Santiag
es
S. So m br M a itr e B.
Don Bosco
eco
Rivadavia
Rolando
N Con ueva stitu ción
O. Goedecke
Beschtedt
N 33
Ñir
Frey
yo
Palacios
Arro
adales Los R
Tiscornia
Fagnano
M osc oni
Moreno
9 de Julio
Rolando
ra
do liga
Ruiz
Avenida A. Gallardo
Albarracin Anasagasti
Ob
19
Avenida M. Elflein
cu un am
Ë
★
no
de
ı
2
Bus terminal re ctub eO gos 2d Seri 1 e. Av M on s. Es an di
elta Vu
P. Moreno
ra ap
lC
Dia
B. Mitre
★8
10
●
★
na go
★13 ★
7 ★6
25 de Mayo Santa Cruz
Yatasto
9 de Julio
Neuquen Vilcapugio
Padre S. Genghini
Santa Cruz Chubut R. S. Peña
★
V. A. O'Connor
ri
ı
Es
Avenida 12 de Octubre
ghen
C
T. Tamaru
Marchio
m.
o sc Bo
Sta
Fé
on D
.
h h
427
Brown
Francisco ‘Perito’ Moreno Francisco P. Moreno leefde van 1852-1919 en wordt in Argentinië de ‘vader’ van de nationale parken genoemd. Hij was geoloog en een groot natuurbewonderaar, die op jonge leeftijd al op ontdekkingstocht door Patagonië ging. Via de Río Negro kwam hij als een van de eerste blanken aan bij het meer van Nahuel Huapi. De tochten waren zwaar en de plaatselijke indianen waren hem vijandig gezind. Op een van zijn expedities, een paar jaar later werd hij zelfs gevangengenomen door de Mapucheindianen, maar hij ontsnapte op een vlot en dreef 8 dagen rond op de Río Limay richting de kust. Francisco P. Moreno werd afgevaardigde in de senaat en directeur van het beroemde Museo de Ciencias Naturales in de stad La Plata. Hij kreeg de bijnaam van Perito (deskundige), want hij stelde o.a. de grens vast tussen Chili en Argentinië langs het merengebied en bracht hele gebieden rondom het Andesgebergte in kaart. Als beloning kreeg hij een stuk land bij Bariloche, dat Moreno weer overdroeg aan de regering met de wens dat dit natuurgebied openstond voor elke Argentijn. Het begin van de nationale parken in dit land.
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
428
✭✭✭ 4 MOOIE (DAG) TRIPS VANUIT BARILOCHE ✭✭✭ Vanuit Bariloche zijn rondom Lago Nahuel Huapi prachtige dagtrips te maken. Sommige kun je alleen met de boot doen, andere zijn met het openbaar vervoer of met de fiets of (huur)auto prima te realiseren. Kortom, er is veel te zien en te genieten rondom Bariloche! ❶ Rondom Bariloche. Er zijn een viertal interessante trips die je zelf, of met een excursie, kunt doen. 1. Circuito Chico, een kleine rondgang lang het Nahuel Huapi meer. 2. Cerro Otto heeft op 1405 m hoogte een draaiend restaurant. 3. Cerro Catedral is hét skioord van Argenrtinië, maar ook zomers zeker de moeite waard. Alleen al voor het uitzicht! 4. Cerro Tronedor, een stoere ruige berg en tevens de hoogste (3478 m) van het merengebied. Prachtig gelegen ten zuidoosten van Bariloche, rondom Lago Mascardi. ❷ Excursies per boot. Er zijn 3 schitterende boottochten over Lago Nahuel Huapi. Eén naar het nationaal park Los Arrayanes, met zijn speciale bomen. De tweede is naar een zijtak van het meer, Brazo Pto Blest en de laatste is via boten en bussen naar de Chileense havenplaats Puerto Montt. ❸ El Bolsón, een leuk dorpje 120 km ten zuiden van Bariloche. Mooi gelegen in een dal, waar in de jaren 70 hippies naartoe zijn getrokken en het dorp een levendige en vredelievende uitstraling hebben gegeven. Begin 20e eeuw was ten zuiden van El Bolsón een verzamelplaats van avonturiers en bandieten, onder wie Butch Cassidy. ❹ Esquel is een stadje ruim 260 km ten zuiden van Bariloche. Het heeft twee belangrijke attracties, allebei totaal verschillend. Allereerst een nationaal park met de oudste bomen ter wereld, de alerceboom. De ander is een spectaculaire (stoom)treinreis, de beroemde Patagonië Express, genoemd naar het boek van Paul Theroux. Voor treinliefhebbers zeker een must!
❶ EXCURSIES RONDOM BARILOCHE Er is veel te zien en te genieten in de omgeving van Bariloche: prachtige meren, enorme bossen, alles omringd door imposante bergen. Op Isla Victoria aan de andere kant van het Nahuel Huapi meer groeit zelfs een zeldzame boomsoort: de arrayanboom. De meeste excursies die ik hieronder beschrijf kun je zelf doen, zonder de hulp van een reisbureau, want de bus- en bootverbindingen zijn goed geregeld. Hieronder geef ik je een uitgebreid overzicht, zodat je makkelijker je plan kunt trekken.
Circuito Chico Een van de populairste uitstapjes rondom Bariloche is Circuito Chico. Totaal 62 km, grotendeels langs het Nahuel Huapi meer naar hotel Llao Llao. Vandaar terug door het mooie achterland via Colonia Suiza (een klein Zwitsers dorpje) naar Bariloche. Een leuk alternatief voor deze route
H ET Z U I DELI JKE M EREN G EBI ED
Hotel Llao Llao nabij de stad Bariloche
is met de mountainbike. Heen is asfalt, maar terug door het achterland is grotendeels over grind en verhard zand en soms is het goed klimmen (zie kader op volgende pagina)! Het vertrekpunt is aan de rand van de stad bij het begin van Av. Bustillo (RN 237), daar heb je aan je linkerhand op nr. 1200, de chocoladefabriek van de familie Fenoglio. De boulevard waar je nu over rijdt of fietst heeft aan weerskanten alleen maar prachtige chalets en hotels staan, geflankeerd door veel dennenbomen. Na zo’n zes kilometer is rechts langs het meer Cascada Hotel, dat eens een buitenhuis voor een rijke doktersfamilie was en sinds 1959 een hotel is. Hier sliepen vooral in de jaren zestig rijke Arabische vorsten, onder wie de sjah van Perzië, maar ook koning Boudewijn en Fabiola hebben hier gelogeerd. Hoe verder van Bariloche hoe meer deze weg een mediterrane uitstraling krijgt. Na zo’n 11 km heb je links Cervecería Blest, bekend in de hele omtrek om zijn ambachtelijke bier, waar een leuke confitería is met terras. Dus waarom niet even stoppen? En geniet van zijn heerlijke bier. Zo’n 7 km voor Hotel Llao Llao is er een afslag naar Cerro Campanario. Daar brengt een stoeltjeslift je op 1050 m hoogte naar een confitería. Hiervandaan kijk je uit over Lago Nahuel Huapi en aan de andere kant Lago Perito Moreno. Het is een van de beste plekken waar je een schitterend uitzicht hebt over de meren! Het laatste gedeelte rijd je door een mooi, rustiek bosrijk gebied en in de lentemaanden (nov.-dec.) staat de amacaybloem (geel van kleur) in volle bloei. Dan zie je al in de verte trots op de heuvel het Hotel Llao Llao (spreek uit: zjao, zjao). Het is ontworpen door de architect Alejandro Bus-
429
430
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
tillo in 1938 om het toerisme te bevorderen. Het is misschien wel een van zijn mooiste werken. De stijl is een combinatie van Canadeze lodges met Normandische dakvormen. Hier logeerden de groten der aarden, de jetset van Zuid-Amerika, maar door allerlei omstandigheden heeft het jaren vrijwel leeggestaan. Pas in 1991 is het weer helemaal opgeknapt en ging vanaf 1993 weer open. Met succes, want de jetset is teruggekeerd en heeft een wonderbaarlijke aantrekkingskracht gekregen. Ga zeker naar binnen en bewonder de enorme hal en de lobby, er is een zeer goed restaurant, er zijn boetiekjes en een terras. Eromheen een prachtige tuin met een (eenvoudige) golfbaan. Hiervandaan heb je een uitzicht als van een ansichtkaart over het meer en de omgeving (voor overnachting zie kader). Beneden nog voor het hotel is links Capilla San Eduardo. Deze uit geheel van cipressenbomen gemaakte kapel is ook een ontwerp van Bustillo en gebouwd rond 1940. Voor het hotel gaat de weg naar Puerto Pañuelo waar de catamarans liggen voor excursies over het meer van Nahuel Huapi. Nu kun je via (RN 77) Villa Tacul naar Colonia Suiza. Je rijdt door een mooi bosrijk gebied en in deze schitterende omgeving moet je zeker even bij het riviertje, Arroyo Lopéz, stoppen.Daar staat hotel Alun Huen waar je kunt genieten op het terras van het mooie uitzicht bij het water. Na 3 km is de afslag RP 79 naar Colonia Suiza. Dit dorpje is door Franstalige Zwitsers rond 1890 gesticht. In de enige ‘drukke’ straat die er is, Calle Felix Goye, kom je uit op een soort dorpspleintje waar de confitería’s Lo de Nora en Fundo Colonia Suiza zijn. Het is er gezellig vertoeven in alle rust met in de namiddag een aardige Feria de los Artesanos. FIETSTIP: Naar Colonia Suiza (± 36 km heen terug) Je kunt een gedeelte van Circuito Chico ook met de fiets doen. Want om het hele circuit in één dag te doen, dan ben je echt alleen maar aan het fietsen. En dat kun je deze wonderschone route niet aandoen! Er is halverwege bij Cerro Campanario een mooie weg naar Colonia Suiza. Je fietst vanuit Bariloche langs Lago Nahuel Huapi zoals ik ook beschrijf in Circuito Chico. Een vervelend ding is dat autobussen vrij dicht langs je heen kunnen rijden. Na Cerro Campanario kom je op een gegeven moment bij Lago P. Moreno en gaat het landschap veranderen. Want over de brug kom je in een zeer mooi bosrijk gebied en wordt de weg zanderig. Hier ga je linksaf en is het flink klimmen naar boven. Een enorme dikke bizarre boom met krullende takken verwelkomt je onderweg! Je volgt deze weg tot aan de T-spitsing. Daar ga je naar rechts en kom je vanzelf op het dorpsplein. Terug neem je de RP 79 langs het meer (Lago P. Moreno). Ook deze weg is vrij zanderig maar mooi en rustig met links beneden het meer en rondom je heen alleen maar bossen. Stop af en toe om van de omgeving te genieten. Deze weg komt na 14 km weer beneden uit bij Av. Bustillo bij het Nahuel Huapi meer. Pas op voor de felle zon en neem zeker iets fris mee voor onderweg, want op de terugreis zijn er geen confitería's of hotels.
H ET Z U I DELI JKE M EREN G EBI ED
Overnachten langs het Nauhel Huapi meer 1. La Cascade Hotel (441-088) aan de Av. Bustillo 6,5 km. Mooi gelegen aan de rand van Lago Nahuel Huapi, met groter kamers, een goed restaurant en een (gedeeltelijk) overdekt zwembad. Je voelt je hier als een vorst. Kamers zijn vanaf E 120. www.lacascada.com 2. Hotel Llao Llao (448-530), een internationaal vijfsterrenhotel, maar soms met best betaalbare aanbiedingen in het weekend. Alle comfort, met een zwembad, fitnesscentrum en grote tuin. Met een zeer goed restaurant. Kamers zijn vanaf E 300! www.llaollao.com 3. Design Suite (457-000) schitterend gelegen aan de Av. Bustillo, 2,5 km van de stad. Een modern hotel met de nieuwste snufjes en alle service. Kamers zijn groot en met jacuzzi. Je betaalt E 220. www.design suites.com 4. Hostería Katy (448-023) is een sfeervol hotelletje, gerund door een Argentijnse en een Duitser. Alles is eenvoudig, maar prima. Je kunt er eten en je betaalt voor een kamer E 40! Wat wil je nog meer! Niet ver van hotel Llao Llao. www.gringospatagonia.com Je kunt opgehaald worden vanuit Bariloche. 5. Hostería Santa Rita (461-028) is prachtig gelegen aan de rand van het meer. Ruime kamers, een heerlijk terras en een goede service. E 80 voor een 2-pers.kamer. Av. Bustillo 7,2 km (niet ver van Playa Bonita). www.santarita.com.ar
Probeer eens de specialiteit uit het dorpje: Curanto. Dit is een warme maaltijd en het is een gerecht dat bestaat uit verschillende soorten vlees, gekookt met groenten, aardappelen, appels en maïskolven, die in een grote pan (eigenlijk in een stenen kuip), bedekt met hele hete stenen, uren op een vuurtje moet sudderen. Het is een oud recept van de Mapuche-indianen uit deze streek. Er wordt elk jaar rond de 12-14 februari een Fiesta Nacional del Curanto georganiseerd. Terug kun je via de RP 79 naar Bariloche, het is wel een (verharde) zandweg maar de omgeving is een en al bos met aan je linkerhand beneden, Lago Moreno. Naar Llao Llao gaat vanuit Bariloche elke 20 minuten bus N0 20. Deze stopt ook bij Cerro Campanario. Naar Colonia Suiza gaat er elke twee uur een bus N0 10. Opstappen in Bariloche o.a. bij Calle Moreno tussen Ronaldo en Palacios. Bij reisbureaus in Bariloche kun je deze tocht grotendeels ook maken. Cerro Otto Een leuk uitstapje is naar Cerro Otto, zo’n 5 km ten westen van Bariloche aan de Av. de los Pionieros. Met een gondellift (teleférico) word je tot 1405 m hoogte gebracht. Je kunt ook lopend of per mountainbike naar boven gaan. Eenmaal boven, heb je niet alleen een geweldig uitzicht over het meer en de omgeving, maar er is ook het enige draaiende restaurant (Confitería Giratoria) van Argentinië. Dat is pas optimaal genieten van de hele omgeving. Een mooie wandeling van hieruit is door een bos van lengabomen naar Refugio Berghof, een houten huis gebouwd in 1932 door de bergbeklimmer Otto Meiling (o.a. de oprichter van Club Andino
431
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
432
Bariloche). Hier woonde hij tot zijn dood (1989) en het is nu een museum. Vanuit Bariloche vertrekt er een speciale bus naar Cerro Otto. De vertrekpunten zijn op de hoek van Mitre en Villegas en op de hoek van Moreno en Independencia bij Cen-tro Cívico. Bij beide haltes is een ticketbureau (Teleferico Cerro Otto).
Cerro Catedral ’s Winters is deze berg met de omringende toppen hét skioord van Argentinië en ’s zomers heb je het mooiste uitzicht over de gehele omgeving. De berg is 2409 m hoog en ligt 21 km ten zuidwesten van Bariloche. Hij wordt zo genoemd, omdat de toppen van de bergen op een kathedraal lijken. Het is er heerlijk vertoeven op en rondom deze berg. ’s Winters is het hier net Chamonix in de Franse Alpen. Er zijn dan tienduizenden skiliefhebbers en 59 skipistes zijn in gebruik met tientallen skiliften en skicabines. ’s Zomers is het er niet zo druk en dan gaan er maar twee liften naar boven. Eenmaal bij Villa Catedral, het dorpje waar je aankomt, lijkt het alsof je in een of ander Tiroler wintersportdorpje bent. Maar als je dan met de lift naar boven gaat naar de Cerro Piedra del Condor of Refugio Lynch (1922 m), met zijn spectaculaire zicht over het hele gebied, ben je weer helemaal in Argentinië. Dit zijn de enige plekken die je ’s zomers per lift kunt bereiken. De cable carril (de lift) brengt je naar Punta Nevado op een hoogte van 1700 m. Hier is een grote gezellige confitería met terras en heb je al een prachtig uitzicht over de meren en de omgeving. Maar neem de
▲ Cerro Esperanza
Mausoleo del Perito Francisco P. Moreno
o rav
h
Br az o
● Puerto Blest
hPuerto Alegre
B le st
h Lago Frías
●
C
Paso de ❋ Puerto P. Rosales Frías
Punta Millaqueo
Isla Centinela
Isla Dos Hermanas
●
h
Paso de los Raulíes ❋
Pu er to
A rroy o Pati ruco
naar Peúlla
h
Laguna Los Cántaros Cascada Los Cántaros
o Blest ro y Ar
1658 m
B yo Arro
h Lagunas Colí Colí
Península Llao Llao Tacul
Á Á
Llao Llao
h
h
Colonia Suiza
o d e
Lagunas Anasagasti
▲
2076 m
Br
Fría
L
az
I
Río
la
H
h za te is r Cerro López T
Á4
4
s
I
Arroyo Goye
Lago Frey
Laguna Negra
➤
H ET Z U I DELI JKE M EREN G EBI ED
433
stoeltjeslift naar boven naar Refugio Lynch, want daar heb je echt een onvergetelijk uitzicht over dezelfde meren en bergen! Er is een prima confitería en een groot terras waar je kunt genieten met een drankje van deze wonderschone natuur. Van hieruit zijn 3 wandelingen uitgezet: 1. Naar Piedra del Condór, een makkelijke wandeling en vandaar kun je met de lift weer naar beneden. 2. Naar Mirador del Rucaco voor de redelijk geoefende wandelaar. 3. De moeilijkste wandeling naar beneden naar Villa Catedral. Alledrie kun je onder leiding (gratis) van een gids doen, of op eigen gelegenheid. Vanuit Bariloche naar Villa Catedral gaat Empresa CODAO (eenmaal per uur). Het zijn blauwe en groene bussen. Als je met de auto gaat neem je Av. Bustillo richting Llao Llao en na 9 km bij Playa Bonita heb je de afslag naar boven naar Cerro Catedral. Het staat dan aangegeven. Als je een excursie (is een halve dag) neemt, dan krijg je ruim de tijd om van Villa Catedral naar boven te gaan.
Cerro Tronador en de watervallen Los Alerces Cerro Tronador is de hoogste berg in de regio. Met z’n 3478 m steekt hij ver boven alle andere bergen uit en hij ligt 70 km ten zuiden van Bariloche bij Pampa Linda. Je kunt het met een excursie of op eigen gelegenheid doen (lokale bus of eigen vervoer). Vanuit Bariloche neem je Av. Onelli die je uitrijdt en vanzelf overgaat in de RN 258 naar El Bolsón. Op een gegeven moment kom je langs Lago Mascardi, een mooi fjordenmeer. Het lijkt nét alsof het water een
Nat. Park Los Arrayenes
h
h
h
Boottochten
N ▲
Puerto Huemul
L Pe n. S
Puerto
o
pa
o ri t Pe
na rio
Mo
Puerto Bueno
Melipal
Á
Cerro Otto Á▲
Á
1405 m
E vliegveld
re
o
Ñi oy
●
Villa Cerro Catedral
Lago Gutiérez
naar El Bolsón en Esquel
➤
Cerro Catedral ▲ 2388 m
co
Arr
▲
▲
4
San Carlos de Bariloche
h
h
h Co. Tres Reyes
Cerro Leones
H u a p í
Isla de las Gallinas
h
Arroyo Goye
a h u e l Isla Huemul
r en o
h
N
o dr
m Ca
La g
o
Pe
rro Ce
Á
g
an
● Pañuelo
h
a
0
5
10 km
434
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
spiegel is, zo strak en weerspiegelend is het hier. Na zo'n 35 km kom je bij een aardig dorpje aan, Villa Mascardi. Tot zover kun je er wel met het openbaar vervoer komen. Vanuit het centrum van Bariloche (Busterminal en Calle Moreno) vertrekt 3x p/dag een bus naar Villa Mascardi. Bus Expreso van Club Andino vertrekt om 8.30 uur naar Tronador en om 17.00 uur terug. Bij Villa Mascardi ga je richting Cerro Tronador. Je rijdt grotendeels langs het meer. Op een gegeven moment is er een afslag naar de Cascada los Alerces en Río Manso. Daar is een goede camping en een leuk hotelletje. Echt een plekje waar je heerlijk kunt genieten van de rust en de natuur, want je bent omgeven door prachtige bossen (voornamelijk coihue- en lengabomen) en hoge bergen. De waterval dondert zo’n tientallen meters lang naar beneden, waarnaast een pad is gemaakt, zodat je het hele spektakel goed kunt waarnemen. De kleur van het water is prachtig blauw, transparant vaak, afgewisseld met regenbogen. Wat verder bij Puerto Tronador, waar ook de boot aanlegt uit Villa Mascardi, is tevens een confitería/hotel. Het hotel werd in 1929 gebouwd voor de toenmalige Belgische doktersfamilie J. Vereertbrugghen. De eerste dokter trouwens in Bariloche. De weg eindigt zo’n 8 km van de Cerro Tronador, genoemd naar het geluid van zijn lawines (tronar = donderen). Hotel Tronador (02944- 441-062) is open van 1 november t/m 15 april. Er zijn comfortabele kamers en een goed restaurant. Voor volpension betaal je E 80 per persoon. www.hoteltronador.com Je bent nu niet ver van Pampa Linda (mooie vlakte) en moet je te voet verder naar de voet van de berg. Bij Pampa Linda is een parkwachter en een eenvoudige hostería (ook dit huis werd voor de familie Vereertbrugghen in 1940 gebouwd). Als je ernaartoe wandelt lijkt de berg door de bomen indrukwekkender en mooier dan wanneer je er pal voorstaat. Hij is vrij massief, grijsachtig en log. Doordat er aan beide kanten gletsjers zijn en er sneeuw ligt heeft hij net de vorm van een amfitheater, ook wel Garganta del Diablo (de keel van de duivel) genoemd. Interessanter is als je het rotspad neemt aan de andere kant. Hier is de berg steiler en je ziet tientallen watervalletjes van het sneeuwwater naar beneden stromen. Als je met een excursie bent krijg je genoeg tijd om in de omtrek te wandelen. De mooiste tijd voor een bezoek is wel de herfst, wanneer de flora een goudgele en warme okerkleur krijgt. De bewoners noemen het: ‘Incendian las montañas’ (de bergen staan in vuur). Voor bergwandelaars (maar ook voor paardrijders) is er een stevige wandeling mogelijk naar Refugio Otto Meiling op 2050 m hoogte. Deze staat aan de voet van de gletsjer aan de westzijde. De refugio is van de club Andino Bariloche. Reken wel op ruim vijf uur wandelen naar boven, want de afstand is 15 km. Maar het is een prachtige tocht grotendeels door een ruig berglandschap met watervallen van de gletsjers. Je kunt er overnachten en er is een restaurant. Voor een eenvoudige kamer betaal je rond de E 15 per persoon met halfpension.
H ET Z U I DELI JKE M EREN G EBI ED
❷ EXCURSIES MET DE BOOT Er zijn drie interessante bootexcursies die je kunt maken. Twee gaan er over het Lago Nahuel Huapi naar Isla Victoria en het bos van de arrayanbomen. De andere gaat naar Puerto Blest en de Cantaros watervallen. Als laatste is er een boot- en bustocht over de meren naar Puerto Montt in Chili. Alledrie zijn ze aan te bevelen en hieronder alvast een voorproefje.
Isla Victoria en Bosque de Arrayanes Dit is een excursie van een halve dag naar het nationale park Los Arrayanes op Peninsula Quetrihue. Dit schiereiland ligt aan de andere kant van het meer (zie Villa la Angostura op pagina 402). Het is een heerlijke boottocht waar je echt kunt genieten van de omgeving. Dit nationale park is beroemd om zijn unieke boomsoort: de Arrayan (Myrceugenella apiculata). Deze boom heeft een vrij smalle stam en een kaneelrode schors met witte kerfjes. Het verhaal doet de ronde, dat toen Walt Disney hier op bezoek was hij zich heeft laten inspireren door deze prachtige bomen voor het decor van zijn beroemde tekenfilm ‘Bambi’. Daarom wordt dit bos ook wel ‘Bambibos’ genoemd. En het is het enige in zijn soort in de wereld! De dikste stammen van nog geen 35 cm zijn het oudst, soms meer dan honderden jaren. Volgens de Mapuche-indianen hebben de blaadjes van de boom een medicinale werking. Deze worden las hojas genoemd. Hier groeit ook tussen de bomen de paddenstoel llao llao, wat in de indianentaal ‘brood’ betekent. Je zult ook een kleurrijke bloem zien, waarschijnlijk de amancay (volgele kleur) of de rosa mosqueta (muskaatroos) waarvan lekkere jam gemaakt wordt. Deze twee bloemen zijn hét symbool van deze streek. De jam is te koop in Bariloche. Je krijgt ruim de tijd om
Het nationale park Los Arrayanes
435
436
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
over afgebakende voetpaden door het bos te wandelen. Voel eens aan de stam, die heel fris is, ook al is het warm weer. Daarom heeft dit bos een heerlijke koele uitstraling. De boottocht gaat daarna naar Isla Victoria. Daar kun je een bonte verzameling van de meest uiteenlopende boomsoorten uit de wereld bekijken. Zo zijn er sequoia’s, pijnbomen, sparren- en beukenbomen en de robuuste roblebomen (een soort eikenboom) te zien. Ze zijn zo’n honderd jaar geleden bij een herbebossingsplan hier geplant (volg Sendero de las sequois). De gids vertelt op anekdotische wijze hoe een schatrijke Argentijnse diplomaat, Aarón de Anchorena, (die als eerste blanke hier kwam wonen) begin 20e eeuw een bont gezelschap van dieren liet overkomen zoals Spaanse everzwijnen, Canadese herten en runderen, Duitse beren, fazanten en patrijzen. Helaas heeft dit gezelschap het niet lang volgehouden op dit eiland. Je zult ook al opgemerkt hebben dat als je aankomt boven op de klip een prachtig gelegen hotel is nl. Hostería Victoria geheel in estilo Andino. Dit hotel was bij zijn opening in 1946 (totdat de brand in 1982 het hotel verwoestte), dé plaats waar je je eerste huwelijksnacht doorbracht en voor jonge (romantische) stelletjes uit de gegoede klasse van Buenos Aires. Sinds enkele jaren is het weer open en schitterend gerenoveerd. Een genot om hier te vertoeven, maar ja wel wat prijzig! Je betaalt voor een nacht rond E 200 voor een 2-pers.kamer, maar dan word je opgehaald in Bariloche en alles is inbegrepen (eten, drank, overtocht en excursies). www.islavictoria.com. Er is ’s ochtends en ’s middags een afvaart naar het nationale park Los Arrayanes bij Puerto Pañuelo niet ver van hotel Llao Llao. Naar Isla Victoria is er een alleen ‘s ochtends een afvaart. In Bariloche kun je een ticket kopen bij Catedral Turismo en Cau Cau. De eerste is in Palacios 263 en de laatste vind je in Mitre 139.
Puerto Blest en de watervallen van Los Cantaros Je vertrekt ’s ochtends vanaf Puerto Pañuelo met de catamaran, el Cóndor, naar Brazo Blest. Dat is een zijtak ten westen van Lago Nahuel Huapi, want daar ligt Puerto Blest het eerste deel van de excursie. Je vaart door een prachtig stuk natuurgebied; een mix tussen het fjordenlandschap van Noorwegen en het watergebied van Vuurland. Als het weer meezit, ga dan boven op het open dek zitten en geniet van dit prachtige natuurschoon. Je ziet langzaam maar zeker de kleur van het water veranderen in groen vanwege het gletsjerwater. Rondom Puerto Blest is de vegetatie zeer groen en vol, want het is hier vrij vochtig (het regent er meer dan 3000 mm per jaar!). De bossen in dit gebied bestaan voornamelijk uit coihue- en alercebomen. Zo’n puerto (de haven) is niet veel meer dan een houten aanlegsteiger met daarbij een confitería/hotel en een informatiecentrum bij de parkwachter. Je wandelt door dit imposante bos naar de oudste bomen van het park, want ‘abuelo’ (opa) een coihueboom is meer dan 600 jaar oud! Na de lunch ga je met een busje naar Laguna Frías, waar je eventueel met een catamaran een tocht maakt naar de overkant. In de lente zie je langs deze weg overal de notros in volle bloei (warm rood van kleur).
H ET Z U I DELI JKE M EREN G EBI ED
Nationaal park Nahuel Huapi Miljoenen jaren geleden trokken enorme gletsjers zich langzaam terug van de Patagonische steppen naar het massieve berglandschap van de Andes. Dat kwam voornamelijk door klimatologische veranderingen, aardbevingen en vulkaanuitbarstingen. Door grote hoogteverschillen lieten ze vele meren achter. Eén meer was enorm groot en zeer diep Lago Nahuel Huapi. Door het instorten van ijsmassa’s en rotsen ontstond er precies in het midden van dit meer een smal eiland. De indianen die hier woonden gaven dit eiland de naam Nahuel Huapi, wat ‘tijgereiland’ betekent. Er hebben trouwens nooit tijgers geleefd, wel poema’s. Toen eind 19de eeuw de eerste Europeanen kwamen gaven zij dit eiland de naam isla Victoria. Later bij de oprichting in 1904 van dit nationaal park kreeg het zijn naam terug, Parque Nacional Nahuel Huapi. Het is een van de oudste en meest bezochte parken van Zuid-Amerika. Groter dan het Yellowstone Park in Noord-Amerika en het heeft een oppervlakte van 7650 km2. Wat het nationale park Banff in Canada is, is Nahuel Huapi in Argentinië. Hier ga je naartoe als je net getrouwd bent: dé romantische huwelijksreis. Hier worden ’s zomers muziekfestivals gehouden en ’s winters is dit hét skioord. Maar ook hét paradijs voor (berg)wandelaars en sportvissers. Allemaal komen ze naar dit park: van backpacker tot manager, met één doel: genieten. Of het nu een vijfdaagse trektocht is over sneeuw, ijs en gletsjers, of romantisch genieten onder een heldere sterrenlucht op een terras aan de voet van het Nahuel Huapi meer, met een goed glas wijn.
437
438
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Het park heeft een een tiental meren, waarvan Lago Nahuel Huapi de grootste is. Met al zijn ‘zijtakken’ (brazos) heeft het een oppervlakte van 531 km2 en is ruim 500 m diep. De totale lengte is bijna 96 km. Het is zeer onregelmatig van vorm met zijn vele zijarmen, eilandjes en bochten. Het park telt meer dan acht pieken boven de 2000 m, waarvan de Cerro Tronador met zijn 3478 m de hoogste is. Wat betreft de vegetatie kun je dit park in drie zones verdelen. Het zuidelijke gedeelte vanaf de Chileense grens tot aan Lago Nahuel Huapi is vrij vochtig en daardoor weelderig en zeer dichtbegroeid. Er groeien veel coihuebomen (een soort beukenboom). Het zijn enorm dikke grote bomen, die meer dan 30 m hoog worden. Je ziet er ook de ñire, een soort smalle beukenboom en de lenga. Deze laatste worden ook zo’n 30 m hoog en zijn in de herfst prachtig van kleur. De alerceboom is te zien bij Puerto Blest, waar al enkele zeer oude exemplaren staan. Sommige zijn meer dan 1000 jaar oud. De middenzone is rondom Lago Traful en Lago Nahuel Huapi en minder vochtig. Daarom zie je er veel hoge en smalle cipressen, maar ook de radalboom (Lomatia hirsuta) met heerlijke zaadjes. Al deze bomen zijn minder hoog maar breed. Het noordelijke gedeelte is de droge zone, rondom Valle Encantado met de krachtige en onstuimige Río Limay. In dit droge gebied groeien alleen cipressen en wat lage planten. Hier overheersen droogte en erosie en bevinden zich geweldige rotsmassa’s, die soms aparte en bizarre vormen hebben aangenomen. Het dierenrijk in dit park is niet erg gevarieerd. Er zijn nog vier soorten herten, waarvan de pudú-pudú de meest zeldzame is. Dit hertje wordt niet meer dan 40 cm hoog! Hij leeft voornamelijk in het zuidelijke gedeelte. De huemul, een sierlijk hert, is helaas verdwenen in dit park, want er is veel gejaagd op dit beest. Deze twee soorten komen uit deze streek. De andere drie soorten zoals de ciervo colorado (een edelhert, Cervus elaphus) en de ciervo dama (een damhert, Dama vulgaris) komen uit Europa. De ciervo axis (een axishert, Cervus axis), een kleine soort komt uit India. Er zijn poema’s, maar die laten zich vrijwel nooit zien. Wat vogels betreft zijn er condors, carpinteros grande, de Argentijnse variant op de spechten en veel soorten eenden. Het klimaat is er mild, de temperaturen zijn ’s zomers tussen de 16° en 22 °C. ’s Winters is de gemiddelde temperatuur rond de 2 °C. Het regent en sneeuwt er veel van 900 mm tot 3000 mm per jaar! De beste tijd om te bezoeken is vanaf november tot eind maart en in de wintermaanden tussen juni en september. Toen op 6 november 1903 Francisco Perito Moreno dit hele gebied in kaart had gebracht en het aan de Argentijnse regering wilde overdragen deed hij dat onder de conditie, dat dit grondgebied voor het genot van alle Argentijnen zou zijn. Hetgeen hem ook meteen de bijnaam bezorgde van ‘vader van de nationale parken’ (zie ook der op pag. 427). Het hoofdkantoor van Parque Nacional Nahuel Huapi is in Bariloche in Av. San Martín 24, achter het Centro Cívico.
H ET Z U I DELI JKE M EREN G EBI ED
Daar ligt Puerto Frías. Van hieruit is er een weggetje naar de grensovergang met Chili en het gehuchtje Peulla, dat ik hierna zal beschrijven. Het water van Laguna Frías is prachtig lichtblauw en geheel anders dan de diepblauwe kleur van Lago Nahuel Huapi. Terug bij Puerto Blest bezoek je de watervallen van Cántaros. Wandelend naar boven (zo’n 30 min.) door een dicht bos van caña coihue (een soort bamboe) en bomen kom je bij Laguna Cántaros. Hier is een bordes alwaar je een mooi gezicht hebt naar de watervallen. Want van honderden meters hoogte stort dit watergeweld zich naar beneden. Onderweg kom je weer zo’n abuelo tegen en deze is zelfs 1500 jaar oud! Deze excursie is een aanrader!
Van Bariloche naar Puerto Montt (Cruce de Lagos) Een directeur van een grote reisorganisatie zei eens in een interview: ‘Deze route vind ik een van de hoogtepunten van heel Zuid-Amerika.’ Het is een lange schitterende tocht van Bariloche naar Puerto Montt in Chili over drie meren: Lago Nahuel Huapi, Lago Frías en Lago Todos Los Santos. Tussen de drie meren word je met de bus vervoerd. Na het laatste meer, dat al in Chili ligt, ga je met de bus van Puerto Petrohué via Puerto Varas (hier kom je langs de vulkaan Osorno) naar Puerto Montt. Je vertrekt al vrij vroeg vanuit Puerto Pañuelo naar Puerto Blest, een tocht van 1,5 uur. Het begint al spectaculair, want het is vroeg in de ochtend en nog niet zo lang licht. In die anderhalf uur op de boot zie je de natuur ontwaken. De zon wordt steeds feller, warmer en de kleuren van de bossen langs het water worden langzaam dieper en voller. Ook de bergen erboven, die eerst wat grauw en grijs waren, worden nu kobaltzwart. De zonnestralen tegen de bergen krijgen langzaam een warme goudgele kleur. Met een lekker kopje koffie aan boord begint de excursie al verrassend. Daarna ga je met een bus van Puerto Blest naar Puerto Alegre, waar je met een kleine boot het Lago Frías oversteekt. De oversteek over dit mooie zeer lichtblauwe soms smaragdgroene meer duurt niet langer dan 20 minuten. Hier word je weer opgepikt door een bus, die je naar de grens van Argentinië brengt. Het lijkt wel alsof je door een subtropische vegetatie rijdt en omringd wordt door hagen van bamboe (caña coihue), met daarboven de besneeuwde bergtoppen. De grens is bij Paso de Pérez Rosales. Hiervandaan kun je nog steeds de Cerro Tronador (3478 m) boven alles zien uitsteken. Na de Chileense grens kom je aan bij Peulla, een gehuchtje van een paar honderd inwoners. Hier wordt geluncht in hotel Peulla. Het is er vrij duur, maar je kunt ook lunchen in een confitería ernaast of je neemt zelf een lunchpakket mee. Het hotel ligt fantastisch in een oase van natuurschoon. Hier krijg je zo’n gevoel alsof je totaal van de wereld bent afgezonderd, alsof je niets meer met de wereld te maken hebt. Omringd door bergen en bossen is er behalve de vogelgeluiden alleen maar stilte en rust. Er is een mooie wandeling vlak bij het hotel naar de Cascadas Los Novios en een vier uur (heen en terug) durende wandeltocht naar Laguna Margarita. De wandelroute staat op een paar honderd meter naast het hotel aangegeven.
439
440
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
‘s Middags vervolgt men de reis voor een ruim 2,5 uur durende boottocht over Lago Todos los Santos. Ze noemen dit meer ook ‘Esmeralda’ (smaragd) vanwege de kleur van het water. Je bent nu in het nationale park Vicente Pérez Rosales. Dit is het Chileense merengebied waar vergeleken met de Argentijnse zijde meer vulkanen zijn. Want langzaam maar zeker komt de vulkaan Osorno dichterbij. Deze 2652 m hoge vulkaan lijkt als twee druppels water op de vulkaan Fuji Yama in Japan. Lago Todos los Santos die je nu oversteekt is een van de mooiste meren van het Chileense merengebied. In het dorpje Petrohué waar je aankomt, neemt de bus je mee naar de Saltos del Petrohué. Het zijn verschillende watervallen bij elkaar, die niet echt spectaculair zijn, maar met de vulkaan de Osorno op de achtergrond en de wandeling ernaartoe is het best de moeite waard. Daarna gaat de reis via Puerto Varas naar het einddoel Puerto Montt, waar je rond 20 uur moe maar voldaan aankomt. In Bariloche is het Catedral Turismo in Palacios 263, die deze dagtrip organiseert. Het is niet goedkoop, je betaalt E 150. Ze organiseren de trip ook in twee dagen met een nacht in het Hotel Peulla. De hierboven beschreven eendaagse trip is er alleen tussen half september en half april, vertrek elke dag.
❸ EL BOLSÓN Terug naar de jaren zeventig El Bolsón is een vriendelijk stadje, dat 130 km ten zuiden van Bariloche ligt aan de RN 258 en een kleine 18.000 inwoners telt. Het ligt vredig langs de Rio Quemquemtreu in een grote vallei omringd door bergen, niet ver van een mooi meer, Lago Puelo. Een gebied met watervallen, kabbelende beekjes en bossen. maar ook zijn er veel fruitbomen (zoals appel- en kersenbomen) en acht maanden per jaar groeien hier aardbeien. Begrijp je nu waarom zo rond de jaren zeventig hippies uit alle delen van de wereld naar dit ‘fruitparadijs’ kwamen? Nu nog wordt El Bolsón aangeduid als hippiestad. Ze wonen er nog steeds in boerderijtjes in de omtrek, rijden in hun oude VW-combi’s en hebben enkele (macrobiotische) restaurantjes of houden spirituele bijeenkomsten in het stadje. Op dinsdag, donderdag en zaterdag komen ze bijeen bij Plaza Pagano waar een grote ambachtsmarkt is. Deze gezellige markt wordt steeds populairder, terwijl de commercie (gelukkig) nog beperkt blijft. Het is volgens mij de grootste markt die ik ooit in Argentinië heb gezien (bijna 300 stands). Er is van alles te koop zoals: zelfgemaakte sieraden, allerlei biologisch brood en fruit, natuurlijke drankjes, maar ook (Belgische) wafels, ijs op ambachtelijke wijze gemaakt, veel kruiden, en parfum van pure ingrediënten. Allemaal te veel om op te noemen. Het is een grote gemoedelijke ontmoetingsplaats, ook mede doordat veel touroperators vanuit Bariloche in hun pakket ‘een dagje El Bolsón’ hebben. Ondanks de markt is het er allemaal wat rustiger en kleiner. Gezellig is het in de zomermaanden rond theetijd bij confitería Jauja in Av. San Martín 2867 waar iedereen bijeenkomt en waar je het lekkerste (ambachtelijke) ijs van de omgeving kunt krijgen.
H E T ZU I DELI JKE M EREN G EBI E D
441
Avenida San Martín, de hoofdstraat, van El Bolsón
Het stadje is door de plaatselijke autoriteiten benoemd tot ecologische woongemeenschap, toen de regering in de jaren tachtig rondom de stad nucleair afval wilde opbergen, wat dus geen doorgang heeft gevonden. De RN 258 vanuit Bariloche komt uit in de hoofdstraat Av. San Martín en is met Plaza Pagano het centrum. De omgeving is nog puur natuur met haar pittoreske dorpjes, spiegelgladde meren en robuste bergen (zoals de Cerro Piltriquitron met zijn 2284 m). Maar ook door de biologische fruitteelt en landbouw en de Mapuche-gemeenschappen maken dat het ecotoerisme hier erg aantrekt. Het derde weekend in februari is er drie dagen lang feest met muziek, voordrachten, exposities én proeverijen uit de regionale keuken. Dan vloeit het plaatselijke bier in overvloed, want dit festival heet Fiesta Nacional del Lúpulo, het festival van de hop. Want El Bolsón is de belangrijkste hopleverancier van het land.
Praktische informatie El Bolsón (02944) Het toeristenbureau is bij Plaza Pagano op de hoek van Gral. Roca en San Martín. Ze hebben ook informatie over wandelingen en excursies in de omtrek. Elke dag open van 9-22 uur. www.elbolson.gov.ar • Hotel Cordillera (492-235) op de hoek van Av. San Martín en J. Hernan-
i
dez is het duurste en beste. Voor een 2-pers.kamer met ontbijt moet je E 65 rekenen. Tegenover Plaza España, niet ver van het centrum. • Hostería Amancay (492-222) ligt aan de overkant in Av. San Martín 3217. Een beetje oubollig. Voor een 2-pers. kamer betaal je E 50.
442
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
• Hostería Steiner (492-224). Deze ligt iets buiten het centrum richting Lago Puelo in San Martín 670. Gemoedelijk en goed. Je betaalt E 30 voor een eenvoudige kamer. Ze hebben een prachtige tuin. • Albergue El Pueblito (493-560) ligt 4 km ten noorden van El Bolsón in Barrio Luján. Hier overnachten veel backpackers. E 8 per persoon. Het is er gezellig, er is kook- en wasgelegenheid. Elk uur gaat er een bus (Transporte Urbano) naar de stad. • La Casona de Odile (492-753) ligt 4 km buiten het centrum in Barrio Luján. De Française Odile runt dit sfeervolle hotelletje en daarbij heeft ze een goed restaurant. Veel ingrediënten komen uit haar eigen (kruiden)tuin. Een aanrader. Je betaalt voor een eenvoudige 2-pers.kamer E 30. • Rondom El Bolsón zijn veel campings, vooral langs de RN 258. Camping El Bolsón, 2 km ten noorden aan de RN 258, is goed. Met alle faciliteiten. Camping Rio Azul ligt een kleine zes kilometer van El Bolsón, richting Rio Azul, met een restaurant. Deze camping is van de ACA. • Cerro Lindo heeft heerlijke grote pizza’s, verse pasta’s en een goed sfeertje. Zeker aan te raden. San Martín 2526 schuin tegenover Plaza Pagano. • Er naast op de hoek van Hube, La Calabeza, een prima vegetarisch restaurant. • Jauja in Av. San Martín 2867 is ook aan te raden. Goede menukaart, gezellig druk in een sfeervol interieur. • Martín Sheffield in Av. San Martín 2760 is een aardig, maar drukke tent. Veel foto’s aan de muur van deze avonturier. • Acrimbaldo is ernaast op nr. 2790. Is een tenedor libre (voor één prijs kun je dan eten).
• El Bolsón heeft geen busterminal. De meeste busondernemingen hebben hun eigen kantoor, zo is Via Bariloche op de hoek van Onelli en Gral. Roca. Deze gaat vrijwel elk uur naar Bariloche (2 uur). Zeven bussen per dag naar Esquel (3 uur). Andesmar vind je op de hoek van Belgrano en P. Moreno. Deze gaat ook naar Esquel en Bariloche. Naar Lago Puelo gaat vrijwel elk uur een bus met Via Bariloche en Empresa Comarca Andina, deze vertrekt op de hoek van San Martín en Sarmiento. Naar het nat. park Los Alerces 2 bussen per dag met Transporte Esquel. Vertrek bij het ACA servicestation. Een hele mooie route! • Tañi Pehuma op de hoek van Paso en Avellaneda verhuurt en repareert fietsen. • Bicicle Teria la Rueda in Sarmiento 2972 verhuurt ook fietsen. • Supermercado El Chaqueño vind je in Av. San Martín en wel op drie verschillende adressen. De grootste is op nr. 2011. Supermarkt Anonima is op de hoek van Av. San Martín en Dorrego. • Elke dinsdag, donderdag, zaterdag (en zomers ook zondag) is er een grote markt rondom Plaza Pagano waar de plaatselijke bevolking mooie handgemaakte voorwerpen verkoopt. Maar ook lekkere zelfgemaakte wafels, empanada’s, kazen en worsten. Er is veel vers fruit en natuurlijk het lokale bier. De markt is een leuke mengeling van allerlei nationaliteiten. De markt is open van 10-16 uur. Zomers ook nog van 18-23 uur! • Reisbureau Grado 42 regelt de trein La Trochita (zie pag. 452) voor je. Av. Belgrano 406. www.grado42.com
H ET Z U I DELI JKE M EREN G EBI ED
Wandelen in de omtrek Een wandeling die ik je aanraad is naar een mooie waterval, Cascada Escondida, gelegen in een bosrijke omgeving. Neem de RN 258 richting het noorden naar Bariloche. Bij Aldea Suiza (een confitería) is een afslag naar links naar de waterval, dan is het nog zo’n 6 km. Voor plantenliefhebbers is er niet ver van de waterval een Jardin Botanico (een botanische tuin). Dan hoor je al in de verte de Cascada Escondida, want deze dondert van zo’n 30 m hoogte naar beneden. Het is een heerlijke plek om te picknicken of te genieten van de natuur. Als je terugwandelt kun je bij de splitsing naar links nog naar een andere waterval, Mallin Ahogado. Het is zo’n 5 km wandelen. Terug naar El Bolsón is er vlak voor het stadje langs de RN 238 een ambachtelijke bierbrouwerij, Cerveza El Bolsón. www.cervezaselbolson.com. Het is bekend in heel Patagonië, daarom moet elke bierliefhebber zeker hier een glas proeven! Busonderneming La Golondrinas gaat 3x per dag naar Mallín Ahogado. De bus vertrekt op de hoek van Av. San Martín en Pablo Hube.
Het nationale park Lago Puelo 15 km ten zuiden van El Bolsón ligt Parque Nacional Lago Puelo, een van de kleinste nationale parken van Argentinië met een oppervlakte van 237 km2. Het middelpunt is Lago Puelo, een prachtig donker turquoise blauw meer, dat wordt begrensd door machtige bergen zoals de Aguja Sur van 2298 m en de Tres Picos van 2495 m. Als je er bent begrijp je waarom ze dit meer ook wel Pequeño Tesoro (kleine schat) noemen. Doordat het in een vallei ligt zijn de temperaturen aangenaam, en is het hier ‘s zomers heerlijk vertoeven. Er zijn in dit park twee boomsoorten die vrijwel nergens anders voorkomen, zoals de ulmoboom (Eucryphia cordifolia), die ’s zomers witte bloemen krijgt. En de pataguasboom die erg verwant is aan de arrayánboom. Ook leven er meer dan 120 vogelsoorten! Enkele kilometers voor het meer ligt het dorpje, Villa Lago Puelo, dat enkele hostería’s, wat restaurantjes, winkeltjes en een tankstation heeft. Vlak voor de pier is tevens de ingang van het nationale park en bij de parkwachters binnen is een grote kaart van het meer waar alle wandelpaden zijn aangegven en informatie over de vele vogels die hier leven. Bij de pier ligt de boot Juana de Areco, die elke dag een mooie tocht over het meer maakt met een wandeling door het bos langs de Chileense grens. Vrijwel elk halfuur vertrekt er een bus vanuit El Bolsón naar Villa Lago Pueblo (Via Bariloche of Comarca Andina). De boot, Juana de Areco, vertrekt elke dag voor een excursie van ruim 3 uur. Wil je overnachten dan raad ik je Casa Puelo (02944-449539) aan. Het ligt vlak voor het dorpje aan de RN 16 en je betaalt voor een 2-pers.kamer E 65. www.puelolodge.com.ar
EPUYÉN Zo’n 37 km ten zuiden van El Bolsón, maar dan via de RN 258 (de weg naar Esquel), is een ander mooi, maar kleiner meer, Lago Epuyén met de bijnaam Loch Ness van Patagonië en het dorpje Villa Epuyén.
443
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
444
In 1922 kreeg de directeur, Clemente Onelli, van de dierentuin in Buenos Aires een brief van een Amerikaan, Martín Sheffield. Hij schreef ’Geachte heer Onelli...plotseling zag ik uit het meer een beest komen met een enorm zwanenhoofd en hoe meer het tevoorschijn kwam, hoe meer het het lichaam van een krokodil had...’ Hij beschreef het beest en de omgeving vrij gedetailleerd, zodat Onelli besloot om op onderzoek uit te gaan. Want men dacht misschien met een soort plesiosaurio van Patagonië te doen te hebben. Sheffield was een avonturier uit Texas en vond in Patagonië een verlengstuk van het oude wilde Westen. Daarom wilde hij hier zijn geluk zoeken als goudzoeker, gids en opgraver van oude skeletten. Eens had hij geholpen bij de opgraving van een plesiosaurus, een kleine dinosaurus, verwant aan de huidige schildpad, die inderdaad een zwanennek had. Deze Sheffield liep ook nog steeds rond in een soort sheriffoutfit, die hij had meegenomen uit Texas. Twee grote kranten sponsorden Onelli en zijn expeditie. Zodoende werd het een nationale affaire, deze jacht op de plesiosaurus. Professoren van het historisch museum in La Plata stonden al klaar om het beest te ontleden. Toen de commissie arriveerde was Sheffield inmiddels verdwenen en had vrouw en kinderen achtergelaten. De commissie ging wel op onderzoek uit, maar door veel sneeuwval moesten ze helaas stoppen. Er is daarna nooit meer een ‘Nessie van Epuyén’ gezien. Wil je ook op onderzoek uit, dan kun je overnachten bij El Refugio de Lago (02945499-025) een landelijk gelegen hotelletje aan de oever van het meer. Het wordt gerund door een Frans echtpaar. Ze hebben een goed restaurant en alles voor een zeer schappelijke prijs: E40 voor een overnachting met ontbijt, E 60 voor halfpension. Je kunt er paardrijden en ze organiseren trektochten. Wat ook belangrijk is, het eten is er heerlijk. De bus Transporte Esquel vanuit El Bolsón komt 2x per dag langs dit dorpje.
CHOLILA Vanuit Villa Epuyén kun je naar Esquel via twee verschillende routes. Eén over de Ruta 40, een geasfalteerde weg, snel en direct maar door een saai landschap. De andere, de PR 71 is een grindachtige weg, langer maar veel mooier. Als je die neemt kom je langs Cholila, een dorpje van nog geen duizend inwoners, maar met een leuke geschiedenis, want hier woonden rond de voorlaatste eeuw Butch Cassidy, Sundance Kid en Etta Place. In 1902 kwam een grote blonde Amerikaan in Cholila aan. Het landschap moet hem zeker aangetrokken hebben, want Utah, zijn geboorteland, kwam blijkbaar veel overeen met deze weidse ruimte en bergen en Cholila telde toen niet meer dan 14 families. In die zomer verzond hij een brief naar Mrs. Davies in Utah, waarin hij schreef dat het leven hier goed en mooi was, de temperaturen mild en dat hij er weer naar verlangde om haar en Harry weer te zien. Mrs. Davies in Utah was Etta Place en Harry was Sundance Kid. De schrijver van de brief Robert, was Butch Cassidy. Niet veel later was ‘de kleine familie van drie’ weer bijeen in Cholila. Ze hadden een kruidenierszaakje in de hoofdstraat en de gouverneur van deze provincie, Chubut, huurde zelfs een kamer bij hen als hij van Esquel
H ET Z U I DELI JKE M EREN G EBI ED
kwam. Op een gegeven moment waren in Buenos Aires Amerikaanse detectives van het detectivebureau Pinkerton aangekomen. Zij hadden de drie al opgespoord en wisten dat ze in de buurt van Cholila zaten. ‘Ze zullen zich wel bekend maken in Argentinië’, vertelde een van de detectives, Frank Dimaio, aan de hoofdcommissaris van politie en dat zou ook gaan gebeuren. Het rustige leventje in dit gehucht kon de drie niet zo bekoren en ze wilden weer wat spanning én moesten geld hebben. Dat was in 1907. Toen vertrokken ze naar het zuiden en beroofden de bank in de stad Río Gallegos (hoe het afloopt kun je verder lezen bij Río Gallegos op pagina 488). Het huis (meer een hut) kun je nog zien aan de RP 71, zo’n 12 km ten noorden van het stadje, vlak bij Casa de Piedra, een confitería staat het aangegeven. Maar echt interessant is het niet. De PR 71 loopt door naar Parque Nacional Los Alerces, zo'n 80 km boven Esquel. Daar vanaf Lago Rivadavia begint het nationele park en rij je door een van de mooiste stukken van het merengebied.
❹ ESQUEL Dit is van origine een Welsh stadje, waar je nu niet veel meer van merkt. Het telt ca. 30.000 inwoners en ligt 260 km ten zuiden van Bariloche. Het is een modern, nog jong, typisch Patagonisch stadje, dat pas in 1906 werd gesticht. Daar bedoel ik mee, dat dit soort stadjes qua architectuur bijna allemaal hetzelfde zijn, veel laagbouw en totaal geen variatie. Vanuit Esquel kun je mooie tochten maken naar het schitterende nationale park Los Alerces. Dit park is Avenida San Martín in Esquel minder toeristisch dan het nationaal park Nahuel Huapi bij Bariloche, maar met evenveel charme. ’s Winters is er 13 km noordelijker een skioord: La Hoya dat steeds meer in de belangstelling komt. Esquel was eens het eind- of beginpunt van de Far West trein, de The Old Patagonia Express. Het is een 400 km lange rit naar het stadje, genoemd naar de ontwerper van dit treinproject, Ing. Jacobacci ten noordoosten van Esquel. De Argentijnen noemen deze trein, La Trochita, wat ruim vertaald smalle rails, betekent. Voor meer informatie zie pagina 452. Esquel komt ook wel als een Far West stadje over. Je ziet gaucho’s te paard en in januari is er een grote veemarkt waar schapen gekeurd worden met natuurlijk het nodige spektakel eromheen. Ook staat er vaak een straffe wind, want al breekt de zon goed door, de truien en jacks blijven aan. Kortom, na het mondaine San Martín de los Andes en Bariloche kom je in een andere sfeer. De belangrijkste straten zijn: San Martín, Av. Ameghino, Rivadavia en 25 de Mayo. De laatste twee zijn dé winkelstraten van de stad.
445
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
446
Praktische informatie Esquel (02945) Het toeristeninformatiebureau vind je op de hoek van Sarmiento en Av. Alvear. Ze zijn er erg behulpzaam, maar buiten informatie over hotels en excursies naar het nationale park Los Alerces en overnachtingen aldaar weten ze niet veel. Elke dag open van 8-22 uur. Buiten het seizoen op zaterdagmiddag en zondag gesloten. www.esquel.gov.ar
Hotels • Hotel Sol del Sur (452-189) op de hoek van 9 de Julio en Sarmiento. Niet slecht een beetje oubollig hotel waar je voor een 2-pers.kamer E 45 betaalt. www.hsoldelsur.com.ar • Hotel Tehuelche (452-420) is goed met moderne kamers. In 9 de Julio 825 vlak bij Plaza San Martín. E 60 voor een 2-pers.kamer. Ze hebben een prima restaurant. www.cade narayentray.com.ar • Cumbres Blancas (455-100) aan de Av. Ameghina 1683 is een sfeervol hotel. Rustig gelegen net buiten het centrum met restaurant en grote kamers voor E 85. www.cumbres blancas.com.ar • Hotel Tour D’argent (454-612) in San Martín 1063. Rustig met eenvoudige kamers, en een uitstekend restaurant. Je betaalt voor een 2-pers.kamer E 45. • La Posada (454-095) op de hoek van Chacabuco en Roca is zeker een aanrader. Dit familiehotel is meer een bed&breakfast met grote kamers. De familie is erg hulpvaardig en je betaalt E 15 per persoon.
Camping • Camping La Colina ligt net buiten de stad, Darwin 1400, niet ver van Laguna
i
La Zeta. Eenvoudig met kookgelegenheid. • Camping Millalén in Av. Amhegino hoek V. de Obligado, heeft goede faciliteiten.
Restaurants • El Rancho in Rivadavia 726 heeft goede vleesgerechten en een saladbar. • Don Pipo in Av. Fontana 649 is een pizzeria. • Vascongada, op de hoek van Mitre en 9 de Julio. Een Italiaans restaurant, een van de beste van de stad. Met home-made pasta’s, zoals ravioli ‘Vascongada’ met walnoten en pesto. Moet je zeker proberen. Ze hebben ook heerlijke visgerechten. Ook een aanrader is: • Don Chiquino aan de Av. Ameghino 1641 met verse ravioli en sorentinos. Heerlijk klaargemaakt in een leuk interieur. • De Maria heeft parrilla en is vrij populair. Je vindt het in Rivadavia 1024. • La Barra in Sarmiento 638 is niet duur met een aardige kaart en een relaxte sfeer.
Bars en confitería’s • Casa de Té Vestry in Rivadavia 1065 is nog een echt Welsh theehuis, gerund door de twee dames Marta en Mabel. Ze hebben heerlijke taartjes uit het moederland Wales of uit de regio met verschillende soorten volkorenbroodjes. • Confitería Maria Castaña is een populair café, met een relaxte sfeer. Op de hoek van 25 de Mayo en Rivadavia. • Wilkinson is een leuke pub, open van 18-03 uur. Op de hoek van San Martín en Roca.
H ET Z U I DELI JKE M EREN G EBI ED
• La Luna in Rivadavia 1080 is een prima bruin café met goede muziek en een leuke sfeer.
Vervoer De busterminal is in Alvear 1871 buiten het centrum. Naar Bariloche dagelijks zeker vijf bussen (5 uur). De bussen gaan via El Bolsón (2,5 uur rijden). Naar Buenos Aires ga je via Bariloche (24 uur!). Twee per dag. Naar C. Rivadavia, Trelew en Puerto Madryn 2 bussen per dag (bijna 10 uur). Naar Trevelin elk uur een bus. Opstappen Av. Alvear hoek 25 de Mayo. Naar Coyhaique (Chili) 2x in de week. Transportes Esquel gaat ‘s ochtends naar Lago Puelo via het nationale park Los Alerces (stopt bij de ingang). Voor bussen naar het nationale park Los Alerces zie hieronder. • Het vliegveldje ligt 20 km van de stad aan de Ruta 40. Elke dag een rechtstreekse vlucht met Aerolineas naar Buenos Aires. • LADE vliegt 3x per week naar Buenos Aires, Bariloche en C. Rivadavia. Tweemaal in de week naar Trelew, El Calafate en Pto Madryn. • Aerolineas vind je op de hoek van Av. Fontana 408. • LADE vind je in Av. Alvear 1085. • De beroemde The Old Patagonia Express vertrekt in de zomermaanden 1x per maand naar het stadje El Mai-
tén. (zie voor informatie op pag. 452). Er is een kleine rit met dezelfde trein naar Nahuel Pan zo’n 23 km ten oosten van Esquel. Vertrek elke dag om 10 uur.
Nuttige adressen • Sol del Sur in 9 de Julio 1096 bij het hotel, organiseert tours naar het nationale park Los Alerces. • Patagonia Verde heeft een uitgebreid pakket aan excursies, ook door het nationale park. In 9 de Julio 926. • Museo Indigenista laat je archeologische opgravingen zien en je komt er meer te weten over de historie van de stad en zijn indianen. Het museum is te vinden in Belgrano 330. Elke werkdag open van 8-20 uur, in het weekend van 17-21 uur. • Paseo Artesanal is een leuke overdekte ambachtsmarkt aan de Plaza del Sol op de hoek van Av. Alvear en 25 de Mayo. Di. t/m zo. vanaf 17 uur. • Supermarkt Anónimia is op de hoek van Av. Fontana en 9 de Julio. La Comarca is op de hoek van Av. Fontana en Av. Alvear. • Een ACA servicestation is op de hoek van 25 de Mayo en Av. Ameghino. • Bici-Hogar repareert fietsen en heeft onderdelen. 9 de Julio 1037. • Laverap is op de hoek van 9 de Julio en Roca.
Excursie naar het nationale park Los Alerces Los Alerces is nog een van de weinige nationale parken aan de rand van het Andesgebergte, dat vrijwel ongerept is. Een goede manier om dit park te leren kennen is met een excursie. Deze gaat grotendeels over en langs de Lago Futalaufquen, Lago Verde, Lago Menéndez en Lago Cisne. Een tocht van een kleine 10 uur. De afvaart is bij Puerto Limonao bij Lago Futalaufquen. Je wordt al meteen op de boot geïmponeerd door de ongerepte bossen rondom het meer. Langzaam ga je richting Río Arrayanes en vlak ervoor zie je al de Cerro Quimico (1939 m) uit het water rijzen. Bij Playa Deseado stopt de boot. Er is bij het gravelachtige strand
447
448
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
een hotel/confitería. Daarna volgt de boot de Río Arrayanes. Het wordt een prachtig staaltje van stuurmanskunst om hier door te komen. Want het is meer een snelstromende beek met rotsen en bomen die uitsteken en vaak laag water. Doordat het hier smal is vaar je zo langs de arrayanbomen, die hier als één ondoordringbaar bos te bewonderen zijn. Eind februari, begin maart, wanneer de arraynes gaan bloeien, verandert de rivier in een grote crèmeachtige bloesempracht. Bij Lago Verde stap je uit en loop je naar Lago Menéndez waar Puerto Chucao ligt (ongeveer 1 km). Als je de inham uit bent, zie je meteen de Cerro Torrecillas (2253 m) opdoemen, de grootste berg van het park. Een prachtig gezicht met zijn sneeuw en de gletsjer uitlopend in het meer. Bij Alerzal ga je van boord en wandel je naar een van de oudste alercebomen van de wereld. Je loopt door een soort groene tunnel van bamboestengels (chusquea en caña coihue), die meters hoog zijn. Het is een dicht bos, zodat het fris aanvoelt en er bijna geen zon door kan komen. Af en toe zie je nog Lago Cisne tussen de bomen door en kom je langs een donderende waterval. Hier is het park nog helemaal puur; niets is nog door de mens aangeraakt en aan het einde van het pad (na zo’n 3 km) zie je eindelijk de oudste en imposantste bomen van de wereld. Ze zijn tussen de 2400 en 3000 jaar oud. ‘Los Abuelos’, de opa’s, worden ze genoemd. De gids, Sonja, heeft prachtige anekdotes en vertelt op duidelijke wijze hoe alles binnen de natuur een functie heeft. Het zijn stoere, niet al te mooie, hoge bomen (zo’n 50 m) met dikke stammen. Logisch onder deze weersomstandigheden, want veel sneeuw, regen en kou moeten ze al duizenden jaren trotseren. Bij elkaar krijg je tijd genoeg om te wandelen en te fotograferen, en daarna keer je met de boot terug naar Puerto Limonao. Het is een prachtige tocht! Deze excursie heet Circuito Lacustre. Je kunt boeken bij verschillende touroperators in Esquel. Ook kun je direct bij Puerto Limonao kaartjes kopen, maar dan heb je in het hoogseizoen kans, dat de boot al vol zit. De excursie is alleen tussen december en maart en er gaan Engelstalige giden mee. De boot bij Pto Limonao vertrekt ’s ochtends rond 10 uur naar Lago Kruger en duurt ongeveer 3 uur. Er vertrekt ook een boot naar Puerto Sagrario aan de andere kant van het park. De excursies lopen het hele jaar door, en van half december tot half maart vaar je over alle meren. Vanuit Esquel gaat er een bus (Transporte Esquel) naar Pto Limonao, die doorrijdt naar Lago Verde. De bus sluit aan bij de boottrip. Wil je in het park overnachten dan heb je de volgende mogelijkheden. Hostería Futalaufquen (471-008) vlak bij Puerto Limonao, is het mooiste hotel in de omgeving met kamers die uitzicht hebben over Lago Futalaufquen. Daarvoor betaal je rond de E 210 (halfpension) in het hoogseizoen. Hostería Quime Quipán (471-021) ligt precies aan de overkant. Heeft grote kamers, mooi en rustig gelegen en je betaalt (halfpension) E 80. 10 km verderop bij Lago Menéndez is Hostería Cume Hué (15-680459), dat volpension aanbiedt voor E 60 per persoon. De kamers zijn eenvoudig. Langs diezelfde kant bij Lago Futalaufquen vind je nog een andere hostería, Pucon Pai (451-399) met eenvoudige kamers en restaurant. Volpension kost E 40. Enkele goede campings langs Lago Futalaufquen zijn: Camping Los Maitenes en Bahía Rosales.
H ET Z U I DELI JKE M EREN G EBI ED
Nationaal park Los Alerces Dit nationale park is 2630 km2 groot. Opgericht in 1937 en genoemd naar de alerceboom (Frizroya cupressoides), familie van de cipres. Sommige zijn al meer dan 2000 jaar oud! Er staat bij de ingang een bord waar je kunt lezen: ‘Un arbol es un ser vivente. No la hiera, ni rompa sus ramas ni arranque su follaje’ (Een boom is een levend voorwerp, breng hem geen schade toe breek noch zijn takken noch zijn bladeren af). Samen met de sequoiabomen in Californië behoren deze alercebomen tot de oudste ter wereld. Daarom is dat bord ook begrijpelijk. Maar het park heeft ook prachtige meren, beekjes, bergen en rivieren. Je ziet hier een stuk natuur dat uniek is in Zuid-Amerika. De alerceboom groeit tot zo’n 50 m met een diameter variërend van 1 tot 4 m. De groei van de boom is heel langzaam, zo’n 1 mm per jaar. Dus een stam van 60 cm is al 6 eeuwen oud! De grootste en oudste bomen vind je in de afgelegen delen van het park, maar met de boot en een stevige wandeling zijn ze te bewonderen. Vooral rondom de meren Menéndez en Cisne vind je deze bomen. De oudste die je kunt zien (zie foto) wordt ook wel el Abuelo (de grootvader) genoemd en is rond de 2600 jaar oud! De stam heeft een diameter van meer dan 2,2 m en is 57 m hoog. De hoofdingang van het park is Villa Futalaufquen. In het gebouw (Intendencia) van de guardaparque zijn duidelijk de verschillende bomen, planten en vogels van het park aangegeven. Botanici constateren al dat de alerceboom in zijn soort aan het afnemen is. De bomen groeiden van oorsprong in een koudere streek. Nu is dit een gematigde streek geworden, dus vochtiger. Daardoor groeien de bomen minder. Helaas is de alerceboom daarmee een verdwijnende soort aan het worden. Je mag daarom niet zomaar door dit park trekken, kamperen of roken. Profiteer van de boottocht-excursie. die vanaf Puerto Limonao wordt georganiseerd (zie pagina 447). Het park is ook beroemd om zijn vis, de forel. Deze wegen hier makkelijk 8 à 10 kilo. De forel is meegekomen uit Europa. De oorspronkelijke dieren zijn een gato huiña, een grote wilde kat, die meer op een dwergpoema lijkt. De zorro colorado, een rode vos en de poema. Het visseizoen in het park is tussen half november en half april, maar wel met een permissie. Het klimaat is gematigd. Zomers kan
449
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
450
het flink regenen. De temperaturen schommelen in de zomer tussen de 16 en 20 °C en ’s winters rond de 2 tot 5 °C. De jaarlijkse regenval is tussen de 500 en 3000 mm! (Nederland 900 mm per jaar). De hoogste berg in het park is de Cerro Torrecillas, 2253 m hoog. Behalve de alerceboom, zie je nog de ñire en de lenga, allebei familie van de nothofagus een oersterke beukenboom. Er groeit ook een andere soort arrayanboom, waarvan de blaadjes en de schors een soort kaneelkleur hebben. Rondom de meren zie je een opvallende goudkleurige plant: michay (Berberis darwin). Kortom een park, waar elke natuurliefhebber zijn hart kan ophalen. De infrastuctuur is goed en wil je overnachten dan zijn er prima mogelijkheden (zie pag. 448). De beste en mooiste tijd zijn de maanden maart en april, wanneer de bomen een volle donkerrode of okergele kleur krijgen. In de zomermaanden (jan. en febr.) is het er erg druk.
TREVELIN Net zoals Gaiman of Trelew (aan de Atlantische kust) is dit plaatsje van origine ook door Welshmen gesticht. Nu ruim zes generaties later vind je niet veel meer terug van ‘Little Wales beyond Wales’. In 1888 kwam hier vanaf de kust een groep Welshmen onder leiding van John Evans aan. John was al eerder, in 1884, met drie andere moedige ruiters op zoek gegaan naar geluk, geld en werk. Ze hadden gehoord, dat in de valleien van het Andesgebergte waarschijnlijk wel goud te vinden was. Ze werden echter op de terugweg overvallen door de indianen en alleen John Evans overleefde de moordpartij, omdat hij blijkbaar een pijlsnel paard had. Dat heette Malacara en het wordt nog in ere gehouden met een standbeeld in dit stadje. Toen kolonel Fontana van het Argentijnse leger van die moordpartij hoorde ‘zuiverde’ hij de regio, want generaal Roca was nog steeds bezig met zijn ‘verovering van de steppe’, zoals hij en de regering die onderneming betitelden. Daarbij werden vele indianen gedood en gevangengenomen. In november 1887 kreeg de Welshgemeenschap dit gebied van de regering toegewezen. Zij noemden het Cwn Hyfryd, wat ‘mooie vallei’ betekent. De Argentijnse regering wees hun 125.000 ha toe voor de vijftig families. Elk jaar op 25 november wordt dit nog steeds gevierd met een groot feest. Het stadje telt nu ca. 5200 inwoners. Trevelin betekent in het Welsh stad van de molen; Tre is ‘stad’ en lin ‘molen’ en het ligt 24 km ten zuiden van Esquel aan de RN 259. De eerste kolonisten waren landbouwers en bouwden deze molen, die helaas afbrandde. Nu kun je nog de herbouwde versie zien, waarin een museum is gevestigd. Je merkt al meteen, dat dit stadje niet gebouwd is volgens het traditionele Argentijnse stratenplan. De straten lopen wat onregelmatig ten opzichte van elkaar, op z’n Europees. Je komt vanuit Esquel vanzelf op het hoofdplein Plaza Coronel Fontana en op dit plein komen vrijwel alle belangrijke andere straten uit.
H ET Z U I DELI JKE M EREN G EBI ED
451
De molen, waar Trevelin naar genoemd is, staat rechts om de hoek bij 25 de Mayo, die weer uitkomt op het plein. Het zal wel een typische molen uit Wales geweest zijn, want als je een molen met wieken zoekt, dan kom je bedrogen uit. Die staat er niet, het is een vrij hoekig hoog gebouw en functioneerde als graanmolen. Beneden is een museum, waar je de historie van het stadje kunt volgen, met allerlei attributen en klederdrachten. Van alles hebben ze erbij gesleept van oude foto’s, serviesgoed, klederdracht tot antieke tractoren. Elke dag open van 9-20.30 uur Op de andere verdiepingen worden culturele activiteiten georganiseerd, zoals in oktober het traditionele Eisteddfod festival (zie Trelew waar meer over dit festival wordt uitgelegd). Het gedenkteken (La Tomba de Malacara) van John Evans voor zijn paard dat zijn leven redde is te zien bij de tweede straat rechts van 9 de Julio. Nog een van de oude gebouwtjes in Trevelin is Capilla Bethel, gebouwd in 1910. Je vindt het in Calle 1a Junta (een zijstraat van Av. San Martín). De belangrijkste straat is Av. San Martín en Plaza Cnl. Fontana. Het is best een aardig uitstapje naar dit vredige stadje en makkelijk met de bus vanuit Esquel te bereiken, maar veel is er niet te doen. Ga zeker niet rond de siëstatijd want dan is alles dicht (tussen 12.30-16 uur).
Praktische informatie Trevelin (02945) Het toeristenbureau vind je op Plaza Cnl. Fontana. Ze zijn erg behulpzaam en geven je goed advies. Open van 9-20 uur. • Overnachten kun je bij Residencial Etefania (480-445) hoek Perito Moreno en 13 de Diciembre. • Pezzi (480-146) in Sarmiento 353, voor allebei betaal je rond de E 25 per kamer. • Wil je zo’n Welsh theehuis bezoeken, met té galés en een heerlijke torta negra ga dan naar Nain Maggie in Moreno 179. Je wordt door de dames
i
goed verzorgd met volop thee, zelfgemaakte cake, taartjes en jam voor de warm gebakken ‘riubardo’. Dit zijn wat broodachtige koekjes. • Buiten dit theehuis is er in dit stadje ook een goed restaurant, Patagonia Celta. Mooi gelegen tussen de dennenbomen vlak bij de molen. Op de hoek van 25 de Mayo en Viejo Molino. • Er is geen busterminal, de bus vanuit Esquel stopt bij de Plaza en aan de Av. San Martín. Elk uur gaat er een bus tussen Trevelin en Esquel.
Een mooie tocht is naar de Cascadas Nant y Fall. Dat zijn verschillende watervallen ongeveer 15 km ten zuiden van de stad links van de RN 259. In een bosrijk gebied is het hier heerlijk wandelen en over de rotsen langs de watervallen en beekjes. Deze RN 259 loopt door naar de Chileense grens en vanaf de watervallen kun je nog naar Molino Nant Fach, 7 km verderop. Hier staat een exacte replica van de graanmolen die eens in Trevelin stond (gebouwd in 1899). De eigenaar is nog een verre familielid
452
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
van John Evans, de stichter van de stad. Binnen is alles nog helemaal ingericht zoals het toen was. De eigenaar vertelt je over de geschiedenis en de moeilijke tijd die de eerste kolonisten hadden (wel in het Spaans). De Patagonië Express (La Trochita) Het was tot 1996 een van de weinige stoomtreinen ter wereld die nog reden als echte passagierstreinen. Het traject tussen Ing. Jacobacci en Esquel was 402 km lang. Voor de ware treinliefhebber was deze trein een levend museum. De locomotieven en wagons dateerden uit 1922 en zijn ouder dan de treinlijn zelf. Want in 1922 begon men met de bouw van een treinlijn tussen de havenplaats Puerto San Antonio (aan de Atlantische Oceaan) en het Nahuel Huapimeer. Hij was bestemd voor een goederentrein om alle wol te transporteren naar de havens aan de Atlantische kust. Vanaf het dorpje Ing. Jacobacci werd om economische redenen een zogenaamd smalspoor (0,75 meter) aangelegd. Daardoor heeft deze trein de bijnaam van ‘Trochita’ gekregen, wat ook wel treintje betekent. In 1945 was eindelijk de (smalle) lijn tot aan Esquel doorgetrokken. De trein werd pas beroemd toen de schrijver Paul Theroux in zijn boek ‘The Old Patagonian Express’ over deze stoomtrein schreef. Nou moet ik je wel vertellen dat ik niet veel van zijn verhaal herkende toen ik deze trein nam. Hij vertelt anekdotes en gebeurtenissen tijdens zijn reis, die ik nauwelijks herkende. Eén ding is zeker, het was een fantastische gebeurtenis: 20 uur of meer zat je op leren of houten bankjes in een wagon uit 1922 met in het midden een kacheltje. Ik weet niet hoeveel stops hij onderweg maakte, want de oude locomotief had om de veertig kilometer liters water nodig. Totaal 4000 liter om af te koelen. Soms waren er gedeelten dat de trein niet hard kon rijden, zodat je zelfs kon
H ET Z U I DELI JKE M EREN G EBI ED
uitstappen en wandelend naast de trein mee kon lopen. Maar als de trein eenmaal op gang kwam (ook niet harder dan 60 km per uur) en hard fluitend voor elke tunnel (een tiental) en slingerend door het Patagonische landschap voortbewoog, was het een belevenis. Je kon ook genieten op een van de balkons van de trein, maar je kon daar niet te lang blijven staan, want het roet van de locomotief maakte je gezicht net zo zwart als dat van de machinist. Spectaculair was het als de trein over de smalle houten brug van de Río Chubut overstak. De brug is 105 m lang en heeft maar één spoor. Of als hij door de langste tunnel ging van ruim 100 m. Je zat dan in het pikkedonker en je moest de ramen sluiten vanwege de rook. Totaal kwam je langs 11 stations en van de meeste wist je niet eens dat het een station was, want er stond alleen maar een huisje. Het landschap onderweg was afwisselend, van vlak met veel tafelbergen tot je langzaam maar zeker de voorlopers van het Andesgebergte zag. Tot 1993 heeft de trein normaal gereden, toen werden onder president Menem alle onrendabele treintrajecten, ook deze, afgeschaft. In februari 1994 had de provincie Chubut met de ‘vriendenclub’ van Trochita besloten de lijn tussen Ing. Jacobacci en Esquel weer open te stellen. Tot 1996, want nu rijdt de trein alleen maar van Esquel naar El Maitén en terug. Gelukkig nog zoals hierboven beschreven, met de oude wagons en locomotieven uit 1922. De sfeer van een echte ‘Far West’ trein is gebleven en ik zou je zeker een rit aanraden. Sta ook niet verwonderd te kijken, als er tijdens de rit mankementen aan de locomotief zijn en de reparaties langer duren dan gepland. En bij zulke situaties verbroedert de trein en maakt de rit nog leuker. In de maanden jan. t/m apr. gaat de trein (1x in de maand) vanuit Esquel om 9 uur naar El Maitén en je komt rond 19 uur aan (165 km). Terug kun je ook de volgende dag dan is het vertrek om 11 uur. In de zomermaanden is er een treinrit van Esquel naar Nahuel Pan (3 uur) en één op zondagochtend. www.latrochita.org.ar
453
454
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
12. Puerto Madryn en omstreken De steden Trelew en Gaiman. Het schiereiland Península Valdés en de pinguïnkolonie Punta Tombo De stad Puerto Madryn is het vertrekpunt naar walvissen en de Welshcultuur. Want in 1865 gingen de eerste pioniers onder leiding van baron John Parry van het kasteel Madryn uit Wales van boord. En velen zijn jaren later gevolgd met als gevolg dat deze provincie Chubut een sterke Welshe invloed heeft gehad. Dat zie je nog aan de huizen, de namen en de festivals. In de dorpjes Gaiman en Dolovan vind je nog wat terug van deze Welshcultuur, zoals de tearooms waar de thee wordt verzorgd door oudere dames, die er een echte teaparty van maken met koekjes, cake, gebak en puddinkjes. Maar waar je eigenlijk voor komt is de unieke verscheidenheid aan dieren. Want het schiereiland Peníninsula Valdés herbergt tienduizenden zeeleeuwen, pinquïns, zeeolifanten en in de lente honderden enorme walvissen, de zuidkapers. Maar ook de orka’s en dolfijnen zijn vaste bezoekers. Deze regio is een prima kennismaking met Patagonië, want zodra je de stad uit bent kom je in het vlakke, monotone landschap van Patagonië. Er zijn mensen die er van houden, maar de meesten hebben het al na een paar dagen gezien. Wind, eenzaamheid en in de vlaktes miljoenen schapen, guanaca’s en nadu’s (struisvogels) met daarboven een prachtige strakke lucht, dat zijn de ingrediënten van Patagonië!
P U E RT O M ADRYN EN O M STREK E N
Gr
Bajo de los Menucos
N ▲
an
Sierra Colorada ● Valcheta ● ● Los Menucos
23 ● Maquinchao
Sie
A. rr a
● Gastre
d. S
Sa l ado
omu
ncur á
251
Ba jo
● del Gua licho 250 Carmen de San Antonio Patagones Oeste ● 3 ● ● Las Viedma ● Grintas ● 3 La Lobería Sierra ● Grande
Golfo San Matiás
Telsen ●
4
455
Puerto Madryn Río
●
P e ní ns ul a V a l dé s
u Ch
bu
Gaiman Trelew Dolovan ● ● ● ● Rawson t ubu Las Plumas Ch ● R. ● Punta Tombo 25 ● Paso de Indios 3 Emb. Florentino
t
Ameghino
Sierra
Ch
ic
o
Cuadrada
Rí
o
Lago Musters
Camarones Bahía ● Camarones
L. Colhué Huapí ● Sarmiento
26
3
ATLANTISCHE Golfo San Jorge OCEAAN ● Comodoro Rivadavia
▲
WAT KUN JE DOEN IN EN RONDOM PUERTO MADRYN! 1. Een bezoek aan het Ecocenter in Puerto Madryn, waar je een uitstekend overzicht krijgt van de dierenwereld rondom Península Valdés. Pagina 457. 2. Península Valdés zo’n kleine 100 km ten noordoosten van Puerto Madryn, waar een unieke dierenwereld te zien is. Van walvissen tot orka’s, van zeeleeuwen tot pinquïns. Pagina 462. 3. De stad Trelew en het stadje Gaiman, ten zuiden van Puerto Madryn, daar vind je nog de sfeer van de Welshcultuur bijvoorbeeld in authentieke tearooms, 60 km ten zuiden van Puerto Madryn. Pagina 468. 4. Punta Tombo waar de grootste pinquïnkolonie op het vasteland, na Antarctica, leeft en te bewonderen valt. Pagina 473 .
456
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
PUERTO MADRYN Het vertrekpunt naar de walvissen en pinguïns Puerto Madryn is een stad van 60.000 inwoners gelegen aan de Atlantische kust in de provincie Chubut. Het is een goede start voor excursies naar het schiereiland Peninsula Valdés, Punta Tombo en Trelew. De stad werd gesticht in 1865 door de Welshman Sir Love Johns Parry, die baron was op een kasteel in Wales, genaamd Madryn. Hij kwam hier per boot aan met 150 andere Welsh-gezinnen, gevlucht uit Wales voor de onderdrukking door het Victoriaanse Engeland. Deze gezinnen leefden onder primitieve omstandigheden in een soort hutten aan het strand waarvan de resten nog te zien zijn (bij zona Punta Cuevas). Het stadje kreeg pas betekenis in 1886 toen een treinverbinding werd aangelegd naar Trelew, 60 km landinwaarts. Puerto Madryn was altijd een rustig vissersdorpje, totdat een aluminiumfabriek en toerisme in de jaren zeventig van de vorige eeuw de stad een modern en eigentijds gezicht hebben gegeven. Nu is er niets meer van de Welshe sfeer en dorpse uitstraling van weleer terug te vinden. Gelukkig herinneren enkele huizen en straatnamen nog aan de eerste bewoners: Av. Gales, Calle Love Jones Parry, Calle H.J. Jones, Calle Rawson en Calle Baron de Madryn. Je ziet, de geschiedenis is hier op straat te vinden. Enkele interessante historische gebouwen zijn bijvoorbeeld de busterminal die eigenlijk het treinstation tot 1961 was en gebouwd werd in 1889. Of niet ver ervandaan het mooie Chalet Pujol, gebouwd in 1917 voor de familie Pujol (nu het Museo de Ciencias Naturales y Oceanográfico). In dezelfde straat Domecq Garcia 361, het eenvoudige huis Casa Toschke (nu het cultureel centrum van de Welsh gemeenschap). Of iets verder op nr. 475 nog een houten huis, Casa del Capitán Lereaux uit eind 19de eeuw (helaas slecht onderhouden). De kerk van 1914 op Plaza San Martín heeft een bizarre façade, kijk eens naar de klokkentoren. Maar als je dan de façade ziet van restaurant Ambique op de hoek van J. A. Roca en Roque Peña, daar straalt weer de aristocratie van af. Gebouwd in 1905 voor de eerste Engelse consul, Henry James. ‘s Zomers is Puerto Madryn een echte gezellige badplaats met temperaturen van 25 tot 30 °C. Na Mar del Plata is deze stad de tweede grote vakantiemetropool aan de Atlantische kust. Het centrum is rondom Plaza San Martín en Calle 28 de Julio. Dé strandboulevards zijn Av. J. A. Roca en Blv. Alte. G. Brown. Deze strandboulevards hebben een grote verscheidenheid aan gebouwen: van vakantieflats tot villa-achtige huizen en het is er gezellig wandelen. Aan de strandkant zien we verschillende standbeelden. Natuurlijk weer zo’n lelijk geval ter herinnering aan de Falklandoorlog en een beeld van de vrouwen uit Wales: ‘Monumento de la Mujer Galesa’, uit erkentelijkheid voor de historische achtergrond, en te zien bij 9 de Julio. Als je na de excursies denk ik blijf hier nog een paar dagen dan is het beste strand vanaf de pier zuidwaarts langs de Blv. Alte. G. Brown. Hier is het heerlijk vertoeven, grote gezellige strandtenten, een brede wandelboulevard, terrassen en een breed strand. Er zijn nog enkele interessante histo-
P U E RT O M ADRYN EN O M STREK E N
rische plekken om te zien, maar deze liggen buiten het centrum. Daarom raad ik je aan deze tocht met de (huur)fiets te doen, want het is lekker fietsen in deze badplaats en ik laat je eens wat anders van de stad zien! De (fiets)tocht gaat eerst naar Punta Cuevas bij Playa del Indio, zo’n 4 km ten zuiden van de stad aan het einde van Blv. Alt. G. Brown. Bij mooi weer een heerlijke fietstocht over deze boulevard met links het strand en rechts vanaf Calle Alem de villawijk. Je ziet duidelijk dat hier geen schoonheidscommissie bestaat, want elk huis of iedere villa heeft zo’n zijn eigen architectuur. Bij Punta Cuevas kun je naar beneden naar het strand waar nog de resten te zien zijn waar de eerste Welshmen bivakkeerden. Boven is een klein museum, Museo Interpretación, met een overzicht (vooral foto’s) hoe deze immigranten geleefd hebben. In de zomermaanden elke dag open van 10-13 en van 16-21 uur. Daarna alleen maar van 17-21 uur. Wat meer omhoog zie je het Monumento al Indio, een gedenkteken, neergezet in 1965 bij het honderdjarig bestaan van de stad. Weer zo’n bombastisch beeld nu van een Tehuelche-indiaan. Maar je hebt wel een prachtig uitzicht over de baai, de zee en naar de stad. Aan de andere kant van de heuvel is het meest interessante museum van Puerto Madryn en omstreken, El Ecocentro. Hier krijg je een zeer goed overzicht van de dierenwereld die rondom Peninsula Valdés leeft. Met o.a. interactieve media kun je duidelijk het leven volgen van de walvissen, pinguïns, en zeeleeuwen. Het heeft niet alleen een educatieve functie, maar dit museum doet zelf ook onderzoek. Er is een grote bibliotheek, een moderne confitería en er worden rondleidingen gegeven door conservatoren die Engels spreken. Absoluut een bezoek waard en ik raad je aan eerst hier naartoe te gaan en dan pas de excursies op Peninsula Valdés gaan doen! Elke dag open van 9-18 uur. www.ecocen tro.org.ar Na het zonnebaden is het vanaf 17.30 uur gezellig toeven in de straten, 28 de Julio, Mitre en rondom Plaza San Martín, waar tot laat in de avond een leuke Feria de los Artesanos is. Maar ook rondom Av. Gales bij Av. J. A. Roca en het strand is een mediterrane sfeer met terrassen, bars, ijssalons en muziek.
Het Ecocentro en...
...het strand in Puerto Madryn
457
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
458
Praktische informatie Puerto Madryn (02965) Toeristeninformatie Een modern gebouw op de Av. J. Roca 223, vlak bij 28 de Julio. Zij hebben een professioneel team dat je goed helpt. In de zomer is het bureau zeven dagen per week open. Van 722 uur. In het weekend van 9-22 uur. www.madryn.gov.ar
Hotels De hotels zijn in de maanden september tot half maart stukken duurder en buitenlanders betalen vaak in dollarprijzen i.p.v. pesosprijzen! Let dus goed op!
Eersteklashotels • Hotel Territorio (470-050) is een nieuw vijfsterrenhotel, prachtig gelegen aan de rand van de baai. Alle comfort en service die je maar wenst. www. hotelterritorio.com.ar • Peninsula Valdés (471-292) aan de Av. J. Roca. 155. Uitzicht over de zee en de haven. Een viersterrenhotel met grote kamers, jacuzzi en goede service. E 110 voor een 2-pers.kamer. www. hotelpeninsula.com.ar
Middenklassehotels (E 70-90 voor een 2-pers.kamer) • Tolosa (471-850) is een aanrader in Roque S. Peña 253. Goede kamers, fietsen en internet aanwezig. www. hoteltolosa.com.ar • Hotel Playa (450-732) aan de Av. J. Roca 187. Goed, met een gezellige bar en ruime kamers. www.playahotel. com.ar • Bahia Nueva (451-677 ), Av. Roca 67. Is een goed middenklassehotel. Moderne kamers aan de zeezijde, een tuin en een confitería. www.bahianueva.com.ar
i
• Hostería Muelle Viejo (471-284), Av. Yrigoyen 38, net om de hoek van Av. J. Roca, vlak bij de pier. Het is rustig gelegen, goede kamers. Vriendelijk hotel, ook de prijs. www.muelleviejo. com • Nuevo León (474-125) in Domecq Garcia 365. Is een uitstekend aparthotel met alle faciliteiten en een restaurant. Ook appartementen voor meerdere personen. www.grupopatagonia.com.ar
Budgethotels (E 30-50 voor een 2-pers.kamer) • Hostería Las Maras (453-215) in Marcos A. Zar 64. Binnen helemaal van hout. Klein en gastvrij. Misschien wel een middenklasser. www.hosteria lasmaras.com.ar • La Posta (472-422) Av. J. Roca 33 heeft kamers voor meerdere personen met kookgelegenheid, wel harde Spartaanse bedden. • Residencial Vaskonia (472-581), 25 de Mayo 43. Is goed, rustig gelegen en eenvoudige kamers. • Hospedaje Casa de Pueblo (472500) aan de Av. J. Roca 475 is een klein knus hotelletje. Goede sfeer en de mooiste kamer is met een geweldig balkon aan de zeezijde! www.madryn casadepueblo.com.ar
Campings Twee grote campings liggen zo’n 3 à 4 km van het centrum richting Punta Cuevas. • ACA, aan de Blv Brown km 4, is de beste, maar is vaak erg vol. • El Golfito ligt er niet ver vandaan. Heeft goede faciliteiten en er komen veel jongeren. Wel erg druk.
P U E RT O M ADRYN EN O M STREK E N
Restaurants Langs de Av. J. Roca vind je de meeste restaurants en cafés. Hieronder een keuze. • Amibiqú op de hoek van Sáenz Peña en Av. J. Roca is een aanrader. Gehuisvest in een monumentaal pand. Er is altijd een goed sfeertje en je eet er prima. • Verderop aan deze Avenida op nr. 349, La Casona del Golfo een tenedor libre (eten voor één prijs) met een uitgebreide keuze aan eten en livemuziek. Populair bij de Argentijnen. • Puerto Mariska aan het eind van Av. J. Roca aan het strand. Een gezellige tenedor libre met veel vlees, pasta’s en salades. Erg populair. • Caccaros op nr. 385 is een klein sfeervol restaurant met goede visgerechten. Je kunt buiten eten. • Mar y Meseta op nr. 485 is mijn favoriet. Een picada del cheff of een picada maricos zijn heerlijke borrelhapjes, bijna hele maaltijden en oh zo lekker. Niet goedkoop maar de kaart is verrassend! Als laatste: • Plácido aan de overkant op nr. 506. Heeft een uitstekende menukaart en je eet met de zee voor je. Daarbij word je als een vorst bediend en wat wil je nog meer! Ook een aanrader, maar niet goedkoop. • Nativo Sur aan de Blv. Brown bij Humphreys is een mooie plek waar je relaxed kunt dineren aan het strand. Op de menukaart staan heerlijke visgerechten. • La Vaca y el Pollito is in een grote houten boot gehuisvest. Doet erg toeristisch aan, maar toch kun je er goed eten (parrilla). Er is een gezellige drukke sfeer in een leuk interieur. Je kunt het niet missen op de hoek van Storni en Av. J. Roca. Kom wel op tijd! • La Vieja Esquina op de hoek van Mitre en R. Saenz Peña. Is erg populair
met een aantrekkelijk interieur. Als je niet te laat komt is er zeker plaats. • Estela in R. Saenz Peña 27 heeft een goede parrillada en visgerechten. Vraag de gastvrouw Estela (was een bekende tennisster) een plaats aan het raam met uitzicht op de tuin.
Cafés en bars • Twee goede cafés zijn: Barbarians en el Clásico. Tegenover elkaar op de hoek van 28 de Julio en 25 de Mayo. Bij allebei is er chopp en je kunt er lunchen. Zo ook bij • Mitos in 28 de Julio 80 met een leuk interieur van foto’s en borden van bekende filmsterren. Ze hebben verse jus. Ook een aanrader is: • Lizzard hoek Av. J. Roca en Gales met terras en goede muziek. • La Viola is een leuke bar voor ‘s avonds met uitstekende muziek. M. A. Zar 76.
Koffie en ijs • De beste koffie en cappuccino krijg je bij Havanna in het shoppingcentrum op de hoek van Av. J. Roca en 9 de Julio. • Heb je zin in een lekker ijsje dan raad ik je Kébon aan. Ze hebben zo’n dertig verschillende soorten! Av. J. Roca 540. • Een kopje thee op z’n Welsh met heerlijk gebak (tortas galesas) is, Casa de té del Chubut aan de Av. J. Roca 369.
Vervoer Bussen Niet ver van het centrum achter het oude stationsgebouw is de busterminal. Bij Av. Yrigoyen en San Martín. • Hiervandaan gaat er elk uur een bus naar Trelew. Deze rijdt ook langs het vliegveld. Je moet dan wel een stuk lopen, want hij stopt alleen bij de afslag. Doet er een uur over.
459
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
➤
460
)
&
6
!
8★
!%
!
▲
!$ !
naar Peninsula Valdés
e Av
yen★ 3 12 rigo ★ . Y ★ ★ 13 H a 4 ★
nid 10 ★ Ave 1★ 5 9★ ★ ) 2★ '
lJ
☎
uli oA .R
11 ★
! '
oc
u
a
rc Ma
era
in
★7
lJ
n
era
uli
ti
rlot
Pe
oA
M.
rro Fie
a
o ren Mo
oc
riz tiva Es E.
.R
➤
itre an
es
on L ug
ow Br
en
cin rra lba
te
in
art
nM
eM lom
.A oL
pit Ca
aG
yo
Sa
rto
c ncis Fra
Alm
a "añ
%
rni
Sto
nid
s
Ma
ale
Ba
naar Viedma, Trelew en San Antonio Oeste
e Av
aG
de
iz Ma
id en
25
!
Av
s to
. Ju nB
ear Alv
!
&!
ar
de Jua
o ndr leja or A
T. M.
$
.Z
Gd
A os
yo Ma
art
San Martín
☎!
$
y
de
nM Sa
%
25
Plaza
en
! '
aG
#
!
$
u
nid
ı
a avi
➤
ad
Riv
Puerto Madryn 1. Hotel Peninsula Valdés 2. Hotel Playa 3. Bahia Nueva 4. Muelle Viejo 5. Hotel Tolosa 6. La Posta 7. Nuevo León 8. Hostería Las Maras 9. Residencial Vaskonia 10. Hospedaje Casa de Pueblo 11. Restaurant Ambiqú 12. Restaurant Mar y Meseta Informatiebureau
• Tweemaal per dag een bus naar Puerto Pirámide. Dagelijks gaan er 5 bussen naar C. Rivadavia (6 uur) en één bus naar Río Gallegos (17 uur). Ook dagelijks zeker vijf naar Buenos Aires (ruim 20 uur! Bus Andesmar raad ik je aan). Je kunt tweemaal per dag naar Esquel.
Vliegen • LADE vliegt eenmaal per week naar Mar del Plata, Buenos Aires, Bariloche en C. Rivadavia. • LADE vind je in Av. J. Roca 117. • LanArgentina vliegt 3x per week naar Buenos Aires, zo ook Andes. Deze laatste heeft een kantoor in Av. J. Roca 624.
P U E RT O M ADRYN EN O M STREK E N
Autoverhuur • Rent-a-Car Patagonia is in Av. J. Roca 293. • Avis in Av. J. Roca 493. • Hertz op het vliegveld.
Brown 893. Lobo Larsen is in Av. J. Roca 855. En Botazzi vind je aan de Blv. Brown 1070.
Reisbureaus Fietsenverhuur • Future Bike is in Juan B. Justo 683. • XT Mountain Bike aan de Av. Roca 742. Organiseert ook tochten.
Museum • Museo Provincial de Ciencias Naturales y Oceanográfico geeft een goed overzicht over de flora en fauna in dit gebied. Je ziet er bv. enkele enorme inktvissen en geraamtes van voorhistorische vissen en beesten. Het is gehuisvest in een prachtig gebouw (uit 1917) achter de busterminal op de hoek van Domecq García en J. Menéndez. Geopend van 9-12.30 en van 16.30-21 uur. Zondags gesloten. • Museo de Puerto Madryn (CEHYS) geeft een overzicht van de historie van deze stad. Gehuisvest in het oude stationsgebouw. Geopend op werkdagen van 9-20 uur.
Onderwatersport • Puerto Madryn is de hoofdstad van de Argentijnse marineduikers. In het Parque Submarino kun je als amateur een duik nemen. Het bassin heeft een diepte van 17 m en voor de beginners is er een bassin van 8 m. Toen men in 1963 begon, hebben ze zes oude bussen erin gegooid. Nu, na meer dan 40 jaar heeft zich een natuurlijk rif gevormd. Voor de beginnende duikers is het een goed begin. Ervaren duikers gaan verder in zee, want er zijn zo’n kleine 20 verschillende plaatsen (worden parque genoemd) waar gedoken kan worden tot een diepte van 30 m. • Enkele goede duikscholen zijn: Madryn Buceo aan de Blv. Brown bij Balneario Nativo Sur. Scuba Duba Blv.
Alle reisbureaus hebben vrijwel hetzelfde programma naar Península Valdés en Punta Tombo en ook de prijzen verschillen niet veel. Enkele goede zijn: • Argentina Visión in Av. J. Roca 536. Zij hebben nl. ook tochten met de jeep naar het Patagonische achterland en met de mountainbike. www.argentina vision.com • Cuyn Co, Av. J. Roca 165 heeft ook tochten met de jeep en bezoeken estancia’s. www.cuyunco.com.ar
Winkelen • Voor de shop-a-holic is een goed en modern shopping centrum Portal de Madryn. Op de hoek van Av. J. Roca en 28 de Julio. Elke dag open van 923 uur. • Een goede chocoladewinkel waar de chocolade zo voor je neus wordt gemaakt is Yenelen aan de Av. J. Roca 672 en ook op nr. 249 (maar is klein). • Een goede boekwinkel is Re Creo. Hoek R. Sáenz Peña en 25 de Mayo.
Nuttige adressen Supermarkten • Anónima op de hoek van Yrigóyen en Avila. Norte in 28 de Julio 136.
Wasserettes • Laverop is in 25 de Mayo 529. • Lavadero aan de Blv. Brown 609.
Postkantoor • Postkantoor is op de hoek van Belgrano en Gob. Maiz. Open van 9-13 en van 15-19 uur.
461
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
462
❶ NAAR PENÍNSULA VALDÉS Niet de zonaanbidders zijn de toeristen, maar zeehonden en pinguïns Als je voor de eerste keer Argentinië bezoekt en je wilt naar Patagonië dan is dit schiereiland Península Valdés voor de meesten waar ze zo lang van droomden: het weidse Patagonië! Maar officieel begint het bij Río Negro zo’n 350 km ten noorden van Puerto Madryn. Toch krijg je als je naar Peninsula Valdés gaat een goede indruk wat Patagonië is langs de Atlantische kust. Want langs deze kust, op de wereldkaart misschien iets groter dan een knoop, zien we een unieke dierenwereld. Op dit schiereiland leven tussen oktober en maart duizenden zeehonden, zeeleeuwen en zeeolifanten. Zij jongen hier, leren hun kroost zwemmen en jagen gedurende drie maanden van het jaar en keren dan terug naar het zee. Dit schiereiland heeft kilometerslange ongerepte natuur en stilte. Er woont hier vrijwel niemand en er is geen massale toeristenindustrie, zodat de dieren in alle rust kunnen leven en jagen. Andere bewoners, maar dan in zee, zijn de walvissen. Zij zijn van juni t/ m november te zien en te bewonderen in de baai, Golfo Nuevo, waar het dorpje Puerto Pirámides ligt. In de zomer komen langs de oostkust de pinguïns en in maart zijn er de orka’s te zien. Van de lente tot en met de zomer is de kust van Valdés een grote verzamelplaats van grote en kleine zoogdieren en vogels. Landinwaarts is het schiereiland vol met rhea’s (struisvogels), guanaco’s (kleine sierlijke lama’s), armadillo’s (gordeldieren) en
➤
●
❋
Golfo San Matías
3
❋
●
●
❋
Istmo Carlos Amegh ino
N ▲
Schier eiland Valdés
Golfo Nuevo
●
❋
●
3
ATLANTISCHE OCEAAN
P U E RT O M ADRYN EN O M STREK E N
Zeehonden in overvloed op Peninsula Valdés
zorro’s (vossen). Het is waar, qua landschap is dit schiereiland saai, er waait elke dag een strakke wind, de grond is droog en dor en barst zelfs. De stranden zijn niet parelwit, maar hebben dezelfde kleur als in Nederland en België en zijn verlaten. De enige zonaanbidders zijn de duizenden pinguïns en zeehonden, gadegeslagen door walvissen, dolfijnen en orka’s. In 1779 kwamen hier de eerste kolonisten, onder leiding van de Spanjaard Juan de la Piedra, en zij stichtten er een kleine nederzetting aan de rand van Golfo San José. Maar in 1810 werden ze verdreven door de plaatselijke bevolking de Tehuelche-indianen. Pas rond 1880 kwamen definitief de eerste bewoners, schapenfokkers, met duizenden schapen. Zij bezitten nog steeds bijna alle grond op dit schiereiland. In 1999 werd Peninsula Valdés door de UNESCO als werelderfgoed erkend. Het schiereiland heeft een oppervlakte van 3700 km2, is 97 km breed en 63 km lang en telt één dorpje Puerto Pirámides van een paar honderd inwoners en tientallen estancia’s. Je komt vanuit Puerto Madryn via de RN 3 en de RN 2 na 79 km bij de ingang van het park (buitenlanders betalen tweemaal zoveel entree als de Argentijnen!). Hiervandaan kun je met een verrekijker Isla de los Pájaros met zijn duizenden vogels bekijken. Dit eiland langs de kust is één groot beschermd vogelparadijs. Je kunt er de typische Patagonische aalscholvers zien, de Cormorán cuellinegro (met rode snavel en kuif), of de Ostrero negro (kleiner en ook met een rode snavel) of de Carza bruja. Langs het strand groeit het struikgewas ‘jume’, ideaal voor de broedeisen van de vogels en bij eb ligt het strand vol met algen en kleine schelpdiertjes. Er is bij het bezoekerscentrum (Centro de Interpretaciones) een klein museum met uitleg over de flora en fauna op dit schiereiland, maar als je het Ecocentro in Puerto Pirámides al hebt bezocht is dit niet zo interessant.
463
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
464
De volgende stop is Puerto Pirámides, het vertrekpunt voor een excursie per boot of per kleine catamaran naar de walvissen. Vlak voor het dorpje kun je rechts de grootste estancia uit de regio zien, Estancia la Adèla. Zij hebben grote delen van het schiereiland in hun bezit, en 85.000 schapen! Het dorpje telt één hoofdstraat nl. Av. J. Roca en leeft helemaal van het toerisme, dat merk je wel aan de grote borden van organisaties die hun diensten aanbieden. Zo zijn er tientallen restaurants, toeristenbureaus en souvernirwinkeltjes. Want men komt hier maar voor één doel, walvissen spotten! Een mooie wandeling is vlak voor het dorpje de afslag nemen naar Lobería de Punta Pirámides (± 2 km). Daar is een natuurlijk gevormd balkon alwaar je een mooi uitzicht hebt over de baai en beneden naar een grote kolonie zeeleeuwen. Puerto Pirámides telt enkele goede hotels, bijvoorbeeld Las Restingas (02965-495101) is zeker aan te bevelen.Dit moderne hotel gelegen aan de rand van het strand heeft comfortabele kamers en een uitstekend restaurant. Je betaalt ruim E160 voor een 2-pers. kamer in het hoogseizoen (sept.- febr.).www.lasrestingas.com Motel ACA (02965495-004) is goedkoper en goed. Een beetje oubollig en heeft kamers met zicht op zee en een aardig restaurant. E 40 voor een 2-pers.kamer. Hospedaje Español (02965495025) is eenvoudig en niet duur. Voor E 20 heb je al een kamer. La Estación in Av. de las Ballenas is een aardig restaurant met een leuke bar. The Paradise aan het eind van Av. de las Ballenas heeft goede sandwiches, bier, een gezellige sfeer en ze hebben veel visgerechten. Zo ook El Salmón. Camping Municipalidad aan de rand van het strand is schoon en goed, heeft douches en een supermarktje en is afgeschermd voor de wind. Elke dag tweemaal een bus van Pto Madryn naar Pto Pirámides en terug. Nieuwsgierige walvissen in open zee Deze spectaculaire excursie duurt zo’n 1,5 uur en is van half juni tot begin december. Want de eerste walvissen komen al rond half juni naar de kust bij Golfo Nuevo en aan de andere kant Golfo San José. Vanuit Puerto Pirámides of Madryn kun je ze al zien en bewonderen voor de kust. De meeste worden rond september en oktober waargenomen. Wanneer en waar zijn ze te zien? Dieren Walvissen Zeeleeuwen Zeeolifanten Pinguïns Orka’s
juni juli aug. sept. okt. nov. dec. jan. febr. mrt. april
P U E RT O M ADRYN EN O M STREK E N
Pinquïns zijn de vaste bewoners van Peninsula Valdés
Maar het spectaculairste is wel met een bootje of catamaran er naartoe te gaan. De excursieboten zijn aan strenge regels gebonden, zo mogen ze binnen een straal van 100 m, waar walvissen zijn, geen motor aan hebben, niet tussen moeder en jong varen, of met de boot tegen de walvissen botsen, om te voorkomen dat toeristen ze aanraken. De walvissen zijn van zichzelf al nieuwsgierig, zodat ze soms rustig op handafstand langs de boot komen zwemmen. De walvissen die je ziet heten Ballena franca of austral (Eubalaena australis), en zijn een ‘broertje’ van onze Europese noordkaper, maar ook van de baardwalvissen. Op het zuidelijk halfrond leven niet meer dan een paar duizend van deze Ballenas francas. Het waren de eerste walvissen waarop gejaagd werd, want zij zijn het traagst en leefden vaak rond grote baaien, zoals in Europa bij de Golf van Biskaje en hier in de Golfo Nuevo. Elk jaar komen er zo’n honderden naar dit gebied! Eeuwenlang komen deze walvissen hier flaneren, paren en werpen. Dan vertrekken ze weer, maar hun routes zijn niet bekend. Het zijn trekdieren, zwervers, want elke lente en herfst zwemmen ze duizenden mijlen in de golven en stromen van de tropen tot de koude zeeën. Het zijn ook grote balletdansers, want tussen juli en september springen ze uit het water, wat toentertijd door de Engelse harpoeniers ‘breaching’ werd genoemd. Het is een mooi schouwspel, want dit is hun favoriete sprong, de razende achterwaartse sprong. Ze werpen zich op hun rug, zonder ver uit het water te komen, maar met een enorme snelheid. Het lijkt alsof ze spelen, maar het is een vorm van communicatie. Moet je je voorstellen een 60-tonner springt met volle kracht uit het water en valt op zijn rug of zij terug in het water met natuurlijk een enorm gespetter. Wat ze ook doen is ‘spy-hopping’, spioneren, ze lijken recht op te staan in het water met hun kop boven het water. Het lijkt wel alsof ze
465
466
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
ons willen groeten. Als ze ondergaan steken ze minutenlang hun machtige grote staart boven water. Bijna gracieus glijden ze dan onder water en door de hevige golfslag gaat het bootje waar jij in zit stevig heen en weer. Ik weet zeker dat je voor deze walvissen veel sympathie krijgt. Maar ze zijn eigenlijk heel lelijk, want ze hebben een enorme bolle kop, waar rond de kaken en snuit veel parasieten zitten. Hun grote bovenlip wordt overdekt door een ‘Japanse tuin’, die door de walvisvaarders ‘bonnet’ werd genoemd en die zij als geluksteken beschouwden. En dan nog twee van de kleine bolle ogen. Onbegrijpelijk waarom door de eeuwen heen mensen op deze fantastische dieren gejaagd hebben! Wil je vanuit Puerto Pirámides zo’n excursie maken dan zijn hier enkele goede agentschappen: Jorge Schmidt, Peke Sosa en Tito Botazzi je vindt ze bij de Secundo Bajada. Wil je duiken en dan de walvissen bewonderen? Dat kan met Patagonia Scuba, deze is op Av. de las Ballenas (02965-495-030). Je betaalt ± E 80 voor een uur. De beste tijd is tussen november en half december, dan is het zeewater niet zo koud! De excursie gaat verder naar Punta Delgada (73 km) dat aan de zuidkant van het schiereiland ligt. Langs deze zanderige weg (RP 2) zie je een enorme zoutvlakte liggen, Salina Grande. Deze vlakte ligt 42 m onder de zeespiegel en is het laagste punt van het land. In de lente (oktober/november) is deze zoutvlakte roze van kleur, vanwege de duizenden kreeftjes die er dan leven. Bij Punta Delgada staat een oude vuurtoren uit 1905 en er is een hotel/ confitería, El Faro Hotel. Hier heb je een punt vanwaar je de zeeleeuDe drie belangrijkste bewoners van Península Valdés Ballena franca austral (Eubalaena australis) • Deze walvis wordt de zuidkaper genoemd. Je hebt er drie soorten van, waarvan la franca de meest voorkomende is. Zij kunnen een lengte hebben van 16 m en wegen minstens 60 ton. Er leven rondom Peninsula Valdés zo’n 1000 tot 1300 van deze zuidkapers. Totaal op het zuidelijk halfrond niet meer dan 3000. De eerste komen begin mei en rond september-oktober zijn er de meeste. De laatste vertrekken begin december. De jongen, die geboren worden wegen al 2 ton en hebben een lengte van 5 m. Gedurende een jaar worden ze gezoogd met moedermelk, die zeer voedzaam is (meer dan 50% vet). De walvissen eten voornamelijk plankton, krill en kleine weekdieren. De baleinen werken als een zeef, want één hap van een walvis kan duizend liter water zijn. De baleinen zijn zo’n 2,5 m breed. De vrouwtjes zijn groter dan de mannetjes. Los lobos marinos (Otaria flavescens) • Van de zeeleeuwen zijn er op Valdés twee soorten, de lobos de un pelo en lobos de dos pelos. Deze laatste hebben grote gelijkenis met de leeuw, vanwege hun manen. De mannetjes heten ‘macho’s’ en de vrouwtjes ‘hembra’s’. De eerste zijn erg agressief, zeer snel en wendbaar. Een macho weegt 350 kilo en is 2,5 m lang. Een hembra weegt
P U E RT O M ADRYN EN O M STREK E N
wen kunt bekijken. Boven op de klippen is een soort door de natuur gevormd rotsbalkon. Van hieruit kun je (redelijk) goed de zeeleeuwen aanschouwen, want je staat vrij hoog. Neem daarom een verrekijker of een telelens mee. Hotel El Faro is een uitstekend hotel en wie wil er niet overnachten midden op dit schiereiland in Patagonië, vlak bij de ruige zee met honderden zeeolifanten en leeuwen voor je op het strand? Dit laat je je toch niet ontgaan? Een 2-pers.kamer kost er E 160, halfpension E 210 (in hoogseizoen). www.puntadelgada.com Er gaat een weg, de RP 47, langs de kust naar boven naar Caleta Valdés Sur, zo’n 40 km rijden. Daar is een strand waar vooral zeeolifanten leven en hun territorium bewaken (dat is begin van de lente goed te zien met bloedige gevechten, tussen okt. en nov.). Alle excursies stoppen langs deze stranden en je krijgt genoeg tijd voor observatie en fotograferen. Vooral het aanschouwen van de grote zeeolifanten is indrukwekkend. Er zijn drie wandelroutes uitgezet aan de rand van de duinen, vanwaar je de dieren goed kunt observeren en fotograveren. Hier vlakbij is estancia La Elvira, een modern gebouw dat tevens hotel en restaurant is. Dan is het nog een twintigtal kilometers naar Punta Norte, waar ook zeehonden, zeeleeuwen en -olifanten leven. Begin augustus is de broedtijd. In maart-april zie je hier orka’s langs de kust, die op jonge zeehondjes jagen. Ze laten zich met de golven meeslepen naar de kust waar deze speelse jongen vertoeven. ‘maar’ 200 kilo en is niet langer dan 1,5 m. In de zomer, januari-februari, is het paartijd. Een macho heeft dan een harem van 5-10 hembra’s. Er wordt dan flink gevochten tussen de macho’s om het territorium. De hembra’s baren één pup per jaar. Jaarlijks worden er duizenden jongen geboren. Het totale aantal zeeleeuwen is meer dan 50.000! Elefante marino del sur (Mirounga leonina) • De zeeolifanten, vooral de macho’s, zijn lelijk met hun halve slurf en hun wat ‘domme’ kop. Ze wegen wel 2500 kilo en zijn ruim 5 m lang. De grootste wegen 4500 kg en zijn 7 m lang. Terwijl de hembra’s maar 2 m lang worden en niet meer dan 500 kg wegen. De macho’s hebben één grote harem om zich heen die zij om de twee jaar bevruchten, want de zwangerschap duurt een jaar. Er zijn zelfs van die ‘strand playboys’, zoals Pavarotti en Odon, de kampioenen, met respectievelijk 150 en 157 hembra’s. Rulo is de grote verliezer, die heeft er maar 3 of 4. De macho’s gaan eind juli hun terrein afbakenen en drie weken later verschijnen de hembra’s. Dan begint het spectaculaire gevecht tussen de macho’s om hun hembra’s. Vaak tot bloedens toe. Eind september tot in oktober komen de jongen. Op dit schiereiland Valdés woont de grootste kolonie zeeolifanten van Zuid-Amerika, 45.000 stuks! En er worden per jaar zo’n 12.000 pups geboren. De hembra’s zijn nl. permanent in verwachting.
467
468
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Jaarlijks komen hier langs de hele kust zo’n tienduizenden dieren om hun kroost ter wereld te brengen. Het landschap dat je ziet is typisch Patagonisch: grote bruine stranden, en hoge bruine steile zandheuvels. Het binnenland is oneindig vlak met lage struiken, waar guanaco’s, ñandu’s en schapen leven. Je ziet ook veelvuldig aalscholvers, albatrossen en meeuwen, die alleen maar in deze streek voorkomen (zoals de Gaviota cocinera of de Gaviota sudamericana een Patagonische kokmeeuw ). De allermooiste estancia om te overnachten is Rincón Chico (02965-471-733) niet ver van Punta Delgada vandaan. Deze houten lodge geheel in stijl van dit gebied heeft alle comfort die je maar wenst. De kamers komen op een houten galerij uit waar je in een ligtstoel kunt genieten van het weidse landschap. Een 2-pers.kamer kost E 180 vol pension en excursies. Je kunt ook in Pto Madryn boeken aan de Blv. Alte. Brown 1783. www.rinconchico.com.ar
❷ TRELEW EN OMSTREKEN De stad Trelew ligt 65 km ten zuiden van Puerto Madryn aan de RN3. Hoewel de naam Trelew een Welsh verleden doet vermoeden is er niet veel meer van te merken. Het enige wat er nog aan herinnert is het stationnetje en wat historische gebouwen. Zo is ook de naam Trelew ontstaan. In juli 1886 arriveerde Lewis Jones met honderden immigranten en treinmateriaal uit Engeland bij de Atlantische kust. Hij mocht een spoorbaan aanleggen van Puerto Madryn aan de kust tot aan de vruchtbare vallei van de Chubut rivier, die tevens als begin- en eindpunt moest dienen. De immigranten, voornamelijk Welshmen en Italianen, noemden deze nieuwe nederzetting Trelew. ‘Tre’ betekent in het Welsh stad en ‘Lew’ naar Lewis. In 1889 was de spoorlijn voltooid met een stationnetje en een kapel, die ook nog steeds te zien zijn. Mede door de Welshmen werd al in 1875 het beroemde Eisteddfodfestival gehouden. Dit festival wordt elk jaar op de laatste zaterdag van oktober georganiseerd. Het embleem van dit festival heeft de Argentijnse nationale kleuren (lichtblauw en wit) met hyacinten (de nationale bloem van Wales). Helaas is het festival nu meer een mengeling van Argentijnse cultuur met wat Welshe invloed. In het stadje Gaiman 16 km verderop wordt de originele Eisteddfod nog in ere gehouden (zie Gaiman). Vanaf begin 20ste eeuw, mede doordat de spoorlijn werd doorgetrokken naar Gaiman en Dolavon, groeide de stad snel en werd het een belangrijke handelsstad. Tegenwoordig telt Trelew zo’n 90.000 inwoners en is eigenlijk alleen maar interessant om te bezoeken als uitvalsbasis naar Gaiman en Dolavon of Punto Tombo (waar na Antarctica de grootste pinguïnkolonie op het vasteland woont). Verder valt er niet veel te beleven in deze stad. Alles speelt zich af rondom Plaza Independencia, de straten San Martín, 25 de Mayo en Rivadavia. In deze buurt vind je ook de belangrijkste historische gebouwen, want Trelew is wat betreft historische gebouwen interessanter dan Puerto Madryn. Het is beïnvloed door immigranten uit Wales, Italië en Spanje.
P U E RT O M ADRYN EN O M STREK E N
Wandelen door het historische centrum Allereerst de historische gebouwen rondom Plaza Independencia. Midden op het plein staat een houten paviljoen, dat niet alleen opvalt omdat het vrijwel nooit voorkomt in Argentinië dat paviljoens zo overheersen op pleinen, maar ook omdat het beïnvloed is door de Jugendstil. Ontworpen door een Duitser in 1910, en wordt ook wel El Quiosco genoemd. Op Calle 25 de Mayo aan het plein is Sociedad Española. Dit is een gebouw uit 1920, toen veel Spaanse immigranten zich hier gingen vestigen. Het is prachtig van binnen met kroonluchters, veel marmer en er is een goed restaurant. Aan de andere kant op de hoek van Mitre staan enkele typische (houten) Welshhuizen (Victoriaanse stijl) uit eind 19de eeuw. Prachtig van vorm en kijk eens hoe de randen van de daken zijn afgewerkt! In de middelste was de eerste lagere school gevestigd en alleen bestemd voor de Welshmen. Het heeft brede veranda’s en fraai afgewerkt houtwerk. Op de hoek van Mitre en San Martín is tevens het bureau voor toerisme gehuisvest. De Municipalidad aan de Plaza Independencia in Trelew overkant is weer helemaal in Spaanse stijl en gebouwd begin 20ste eeuw. Als je nu San Martín inslaat richting Av. Fontana heb je rechts op de hoek met Belgrano, Salón San David. Dit gebouw dateert uit 1913 en is dé sociëteit van de Welshmen. Hier werd in de beginjaren het Eisteddfod-festival gehouden. Je vindt er nu alle historische informatie met zelfs de grote rode draak! Je gaat Belgrano in richting 25 de Mayo dan zie je halverwege de straat aan de linkerkant het kerkje Capilla Tabernacl, het oudste gebouw van de stad (1889) samen met het station. Bij 25 de Mayo sla je rechtsaf en loop je door een van de gezellige winkelstraten van Trelew. Op de hoek met Av. Fontano zien we het meest pompeuze gebouw uit de stad, Banco de la Nación (uit 1922). Hier ga je links de Av. Fontana in en rechtdoor richting station. Rechts aan de overkant van deze avenida op nr. 240 is een prachtig café en tevens hotel, Hotel Touring club. Het is een gebouw uit 1920 met een rijke historie, waar je zeker even binnen moet kijken. Met veel foto’s en vele kleine voorwerpen uit de jaren dertig van de vorige eeuw. En ik zie je al verbaasd kijken naar die afschuwelijke combinatie van plastic (tuin)stoelen en de strak gevormde Thonet stoelen rondom de tafels! Avenida Fontana komt uit bij het station, dat helemaal gerenoveerd is en nu Museo Regional Pueblo de Luis heet. Het museum geeft je een goede indruk hoe de eerste kolonisten hier hebben geleefd. Open van ma. t/m vr. van 8-20 uur en in het weekend van 17-20 uur.
469
470
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Praktische informatie Trelew (02965)
i
Toeristeninformatie (Entretur) vind je op de hoek van San Martín en Mitre. Open van 8-21 uur. www.trelew.gov. ar
• Pub in San Martín 57 is een leuk café en je kunt er lunchen. • Gelati ‘Sei Tu’ in España 25 heeft lekkere ijsjes.
Hotels • Rayentray (434-702) op de hoek San Martín en Belgrano, comfortabel met zonnebank, zwembad en restaurant. Is een van de beste. E 50 voor een 2-pers.kamer. • Hotel Centenario (420-542) in San Martín 150 bij Plaza Independencia, is niet slecht maar wat oubollig. Een 2pers.kamer kost E 45. • Argenta Apart Hotel (434-342) in A. P. Bell 263. Moderne kamers voor een goede prijs, E 30 en niet ver van het centrum. www.argentaapart.com.ar • Sfeervol is Hotel Touring Club (433998). Het decor heeft veel weg van de jaren dertig maar de kamers zijn niet slecht en je betaalt maar E 25 voor een 2-pers.kamer. Aan de Av. Fontana 240.
Vervoer Het vliegveld ligt zo’n 5 km van de stad. De bus naar Puerto Madryn stopt bij de ingang van het vliegveld (om het uur een bus). • Aerolineas heeft elke dag vier vluchten naar Buenos Aires. Een vlucht per dag naar Río Gallegos en Ushuaia. LADE vliegt driemaal in de week naar C. Rivadavia. Aerolineas Argentinas heeft zijn kantoor in 25 de Mayo 33. • LADE vind je in Sarmiento 282. • De busterminal ligt niet ver van het centrum op de hoek van Lewis Jones en Urquiza, bij Plaza Centenario. • Elk uur vertrekt er een bus naar Puerto Madryn. Zeker 5 bussen per dag naar Buenos Aires (duurt 20 uur!). • Naar Río Gallegos 2x per dag (17 uur) en 4x per dag naar C. Rivadavia (4 uur). Empresa Don Otto gaat dagelijks naar Esquel (9 uur). • Elk uur gaat er een bus naar Gaiman en Dolovan.
Restaurants • In 25 de Mayo en Belgrano zijn volop restaurants te vinden. El Quijote in Rivadavia 457 is een tenedor libre (eten voor één prijs, vooral parrilla). • El Viejo Molino in Gales 287 is het beste van de stad. Gehuisvest in een sfeervol gerestaureerd historisch pand. Je kunt dineren in de tuin. Lamsvlees en huisgemaakte pasta zijn aan te bevelen! • La Bodeguita in Belgrano 374 heeft goede pizza’s en pasta’s. Goede sfeer. Cafés • Sugar is een klein gezellig café, in 25 de Mayo 247 naast Teatro Español, goed voor drankje of lunch.
Nuttige adressen • Patagonia Grande Espacios in Belgrano 338, heeft excursies naar Punta Tombo, Gaiman en ook naar Península Valdés. (Niet aan te raden, want het is vanuit Trelew vooral in de bus zitten. Beter te doen vanuit Puerto Madryn.) • Nieve y Mar in Italia 98 heeft hetzelfde pakket. Goede organisatie. • Supermarkt Norte, Rivadavia hoek 9 de Julio (open van 9-22 uur). • ACA servicestation is op de hoek van Av. Fontana en San Martín.
P U E RT O M ADRYN EN O M STREK E N
Rechts van het station is het plein Plaza Centenario met alweer een afschuwelijk standbeeld, vanwege het honderdjarig bestaan van de stad. Interessant is rechts het Museo Paleontológico Egidio Feruglio. In dit moderne museum zie je belangrijke fossiele vondsten van flora en fauna uit 300 miljoen jaar biologiegeschiedenis. Er blijken in deze provincie Chubut enorme reptielen en dinosaurussen te hebben geleefd en wel zo’n 65 miljoen jaar geleden. Van kleine krabben tot enorme geraamtes zijn hier te zien. Onder andere is er een skelet van een Titanosaurus te bezichtigen die zo’n 70 miljoen jaar geleden in de toen vochtige valleien van Patagonië leefde. Hier staat ook het enige gevonden exemplaar van een gehoornde Roofsauriër (Carnotaurus sastrei) en versteende eieren met inhoud (Titanosauridal). Het museum heeft alle uitleg in het Spaans en Engels, daarom zeker de moeite waard voor een bezoek. Elke dag open van 10-20 uur. www.mef.org.ar
RONDOM TRELEW Interessant is om vanuit Trelew door de vallei van de Río Chubut de typische Welshe dorpjes en kapelletjes te bezoeken. Er worden excursies naar georganiseerd, maar met een eigen (huur)auto kun je meer op je gemak de kerkjes en dorpjes goed bekijken. Maar verrassend is het recyclingmuseum, el Defasio, in Gaiman. Zo is een bezoek aan Punto Tombo, waar de grootste pinguïnkolonie op het vasteland woont zeker een excursie waard!
Theedrinken bij oude dames in Gaiman Gaiman is het oudste dorpje in het noorden van Patagonië en ligt 18 km landinwaarts van Trelew aan de RN25. Het is ook het meest Welsh-achtige dorpje. Het telt ruim 4000 inwoners en werd gesticht in 1874. Het enige aantrekkelijke van dit vredelievende dorpje zijn de traditionele theehuizen (Casas de Té) en het recyclingmuseum, El Desafio. Ben je er half oktober dan is er het belangrijk feest van Eisteddfod. ‘Hen Wlad Fy Nhadan’ (het land van mijn voorouders) klinkt nog steeds op dit festival. Ook staan er nog wat huisjes in de belangrijkste straat, Av. Tello, uit eind 19de eeuw. Een geromantiseerde kijk op hun voorvaderen hebben ze hier wel. Alleen nog wat oudere mensen spreken Welsh en Mair en Euryn Owen zijn echt de laatste generatie pure Welshmen. Zij eten ’s morgens bij hun ontbijt nog havermout in plaats van mate of koffie. Met kerst wordt er nog steeds kalkoen gegeten, maar geen plumpudding meer. Nu is het een verse fruitsalade, vanwege de warmte, zeggen ze hier, want met kerst kan het zo’n 28 oC worden. Bij teatime wordt de thee niet meer op z’n Engels getrokken, nee, het is nu mate-thee geworden. Het is een vreemde mengeling van Welshe traditie en het Argentijnse leven. De mensen zeggen zelf ook dat ze eerst Argentijn zijn en dan pas Welsh. Wanneer je door het stadje loopt merk je het alleen aan de namen en aan sommige huizen dat je hier een beetje in Wales bent. De lagere school heet Camney en dateert uit 1899. Museo Histórico Regional de
471
472
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Gaiman is in het oude stationnetje op de hoek van 28 de Julio en Sarmiento. Dit stationnetje dateert uit 1889. De trein heeft hier nog gereden tot 1959. Het kerkje, Capilla Bethel, dateert uit 1914. De begraafplaats net buiten het stadje staat vol met Welsh-achtige namen. Nee, dan de theehuizen, sorry de tearooms! Er zijn minstens vijf casas de té (tearooms) in Gaiman. De thee wordt meestal verzorgd door wat oudere Casa de té (thearoom) Plas y Coed dames, die er een echte teaparty van maken met koekjes, cake, gebak en puddinkjes. Plas y Coed is het beste. Het huis is gebouwd van handgevormde rode bakstenen en heeft een goed verzorgde rozentuin. Binnen aan de muur zie je theedoeken met ‘Romantic Wales’ en Welshe poppen (ik zag wel onder de poppen ‘made in Hongkong’ staan!). Maar ook een ingelijst doek waar uitgelegd wordt hoe custardtaart gemaakt wordt en wel in het... Nederlands! De aardige eigenares, Marta de Rees, serveert haar gasten zes verschillende soorten cake! Ook heeft ze ‘teissen du’ (zwarte cake) die men traditioneel alleen op zondagmiddag bij de thee eet. Zij zorgt voor alles, alsof je persoonlijk bent uitgenodigd. Ze spreekt ook een beetje Nederlands, want als kind heeft zij in Zuid-Afrika gewoond. Elk jaar op de derde zaterdag in oktober is het grote Eisteddfod-festival. Het is een concours van dans, zang en dichtkunst. Van origine komt het uit Wales, waar het nog steeds een belangrijk cultureel evenement is. Hier is het een beetje een ‘bastaard’-festival, want nu worden er ook Argentijnse dichters bij gehaald en folkloristische dansgroepen uit Latijns-Amerika. Het is het hoogtepunt van het jaar, waar ook de mensen uit andere dorpjes in klederdracht naartoe komen. Voor de zangkoren is het een echte competitie geworden met allerlei prijzen. Een andere attractie is Parque El Desafío aan het eind van Av. Tello en begin van Av. Almte Brown. Daar heeft bijna 20 jaar lang señor Joaquin Alonso alles verzameld wat ‘rommel’ was: flessen, plastic voorwerpen, blikjes, metalen voorwerpen, noem maar op. Hij heeft er een soort themapark van gemaakt. Het is één grote bonte, gekleurde verzameling geworden. Als je binnenkomt word je al verwelkomd door vrolijke bloemen, gemaakt van blikjes en ijzerwaren. Vooral de Deux Chevaux helemaal uit bierblikjes en een dinosaurus van ijzerplaten zijn de meest opvallende voorwerpen. Je mag dit recyclingmuseum niet missen! Elke dag open van 10-18 uur. De toeristeninformatie vind je in Eugenio Tello aan het plein. Vanuit Trelew gaat elk uur een bus naar Gaiman. Deze stopt in de hoofdstraat, Av. Tello. Een leuk hotelletje met een prachtige oude ontvangstkamer en restaurant is Unelem (02965-491-663 ), op de hoek van Av. Tello en 9 de Julio. Je betaalt voor een sfeervolle 2-pers.kamer E 25. Bij Plas y Coed (02965-491-133) kun je ook overnachten waar een 2-pers.kamer E 35 kost. El Angel is een uitstekend restaurant in een interieur van de begintijd van Gaiman. Riverdavia 241.
P U E RT O M ADRYN EN O M STREK E N
Naar Punta Tombo: de pinguïn highway Op 110 km ten zuiden van Trelew ligt aan de kust een 250 hectare groot natuurgebied, Reserva Provincial Punta Tombo, waar honderdduizenden pinguïns en zeevogels leven (na Antarctica de grootste kolonie pinguïns ter wereld). Je kunt het alleen bereiken per auto of een excursie (via een reisbureau in Puerto Madryn en Trelew). Daar ter plekke is weinig accommodatie: een parkeerplaats met een sandwichshop en een parkwachter. Je bent verplicht over de aangegeven wandelroutes te gaan en zo loop je dan langs de broedplaatsen, holen en een grote pinguïn-looproute die naar het strand en de zee gaat. Deze looproute wordt ook wel de ‘pinguïn highway’ genoemd. Hier zie je duizenden pinguïns achter elkaar lopen, de zee in en de zee uit. Het is een prachtig en komisch gezicht al deze waggelende vriendelijke diertjes. De beste tijd voor een bezoek aan dit park is januari en februari, wanneer de pinguïns net hun jongen hebben en deze mee naar zee gaan. Je ziet hier alleen de Magalhaen pinguïns (Spheniscus magallanicus). Uiterlijk zijn het niet de mooiste pinguïns. De mannetjes komen eind augustus begin september met duizenden aan wal om de nesten te maken of hun oude nesten op te zoeken. Daarna komen de vrouwtjes. Ze maken dan hun nesten samen af en broeden gezamenlijk. Wanneer de donslaag verdwenen is gaan de kleintjes in scholen op zwemles. Na 85 dagen hebben de jonge dieren alles geleerd om in zee te kunnen overleven en eind maart vertrekken ze weer definitief in zee. Rondom de koloniën zie je ook vele aalscholvers, zoals de witborstaalscholver (Phalacrocorax albiventer) en de zwarthalsaalscholver (Phalacrocorax magallanicus). Onderweg naar het park kom je zeker guanaco’s, struisvogels (ñandu’s) en maras (de Patagonische haas) tegen. Deze trip, die vanuit Trelew een halve dag duurt, is zeker de moeite waard! Als je met de auto gaat, wees erop bedacht dat er onderweg geen tankstation of servicestation is. Heen en terug is toch zo’n 220 km en de weg is van grind en slecht. Het park is open van september tot en met maart.
473
474
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
13. De Patagonische kust De stad Comodoro Rivadavia, Bosque Petrificado Sarmiento, Puerto Deseado en omstreken, Puerto San Julián en de stad Río Gallegos De start van dit hoofdstuk is de stad Comodoro Rivadavia, de hoofdstad van het ‘zwarte goud’: olie. Deze (moderne) stad ligt in het zuidelijke deel van de provincie Chubut aan de Atlantische Oceaan. 150 km ten westen van deze stad liggen enkele prachtige versteende bossen, want honderd miljoen jaar geleden woonden in dit gebied grote dinosaurussen tussen enorme wouden van araucariabomen. Onder deze provincie ligt de provincie Santa Cruz, waar ik je mee neem langs de winderige kust en zijn ongerepte vlaktes (mesetas). Hier grazen miljoenen schapen en wonen niet meer dan honderdduizend mensen. Het land van de guanaco’s en rhea’s (struisvogels), maar ook van de pinguïns en zeehonden. In 1524 arriveerde de eerste blanke, de Portugees Magalhães, aan deze kust waar de Tehuelches-indianen leefden. Nu wil het verhaal dat toen Magalhães een grote groep zwaar gebouwde indianen zag, hij riep: ‘Ha Patagon’, waarmee hij ‘grote voet’ bedoelde, vanwege hun grote schoeisel. ‘Pata’ betekent trouwens in het Spaans ‘voet’. Daarna volgde de avonturier Sir John Drake. Allen kregen het aan de stok met de oorspronkelijke bewoners de Tehuelches-indianen. Eeuwenlang was dit hun grond totdat halverwege de 19de eeuw de eerste Europeanen aan land kwamen. Het waren ruige schapenfokkers en avonturiers, die vanuit de Falklandeilanden hier kwamen. Kortom, je komt in een van de meest pure, ruige en winderige provincies van het land. Het is de provincie waar ex-president, Néstor Kirchner, vandaan komt. Een rijke provincie, die leeft van schapen, wol en toerisme.
D E PATAG O N I SCHE KU ST
➤
naar Comodoro Rivadavia
N
Perito Moreno
●
CHILI
Caleta Olivia
Las Heras
●
●
Golfo S a n J o rg e
Río Dese a 520 do ● Valle de l R Pino Truncado Fitz Roy ío D ● es ead o Cueva de las Manos
●
● Bajo Caracoles
3 Bosque Petrificados
40
G
●
281
ra
Cabo Blanco
● Puerto Deseado
n
● Bahía Laura
lti
pl
3
an
Lago Cardiel
C. Tres Puntas
A
Gobernador
● Gregores
ic i o
Lago San Martín
475
Cen
co
tr a l
Rí o Puerto San Julián Ch Mte. Fitz Roy 40 i ● 3375 m El Chaltén ATLANTISCHE ● Tres Lagos OCEAAN L. V ● n o Cha lia ue ied h e h S R. ma 3 Comandante Nat. Park Luis Piedra Buena● 3200 m ● Los Glaciares ▲ Cruz Puerto Santa Cruz R. Santa La go Arge ntino
●
El Calafate
3
▲ Monte Stokes
● Puerto Coig
2060 m Rí
il rd Co
B a h í a Gr a n d e
o
ig Co
a
➤
ler
naar Puerto Natales
● Río Turbio
de
lo s
CHILI
● Río Gallegos
go s
R. Ga ll e
An
de s
N
Monte Aymond
●
0
25
50 km
WAAR KUN JE NAARTOE LANGS DE PATAGONISCHE KUST! 1. Vanuit Comodoro Rivadavia naar de versteende bossen bij de stad Sarmiento. Pagina 480. 2. Het kustplaatsje Puerto Deseado en het natuurgebied, Ría Deseado. Een paradijs voor vogels, pinquïns en zeehonden. Pagina 483. 3. Rondom Puerto San Julián, bijvoorbeeld estancia La María. Hier zijn grottekeningen te bewonderen die tot de oudste van het land behoren. Of het nationale park Monte León. Pagina 487. 4. Vanuit de Río Gallegos een dag naar een estancia om daar eventueel te overnachten, of naar het afgelegen Cabo Vírgenes. Pagina 493.
476
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
COMODORO RIVADAVIA De stad van het ‘zwarte goud’ Een goed vertrekpunt is vanuit de grootste stad van Patagonië, Comodoro Rivadavia met ruim 135.000 inwoners. Het ligt 369 km ten zuiden van Trelew aan de Atlantische kust. De stad werd pas in 1901 gesticht en dat is te zien. Het centrum heeft veel laagbouw en moderne flats. In 1903 kwamen vanuit Zuid-Afrika grote groepen blanken, onder leiding van Johannes Visser, zich hier vestigen. Men noemt ze Colones Bóers (zie kader bij Sarmiento). Achter de kathedraal is een gereformeerde kerk, waar nog elke zondag de nakomelingen van deze Boers komen. Comodoro, zo wordt de stad genoemd, is de hoofdstad van de petroleum. Toen de eerste bewoners in dit droge gedeelte naar waterbronnen zochten, stuitten zij tijdens het boren op olie i.p.v. water. Rond 1907 is men toen daadwerkelijk met de olie-exploitatie begonnen. En voor deze stad is het ‘zwarte goud’ de belangrijkste bron van inkomsten. Dat vieren ze eenmaal per jaar met een groot nationaal feest El festival del Petrol. Er is ook een Museo del Petróleo, opgezet en gefinancierd door de grootste Argentijnse oliemaatschappij YPF. Het is in zijn soort een van de beste musea ter wereld. In San Lorenzo 250, 3 km ten noorden van de stad. Open van 9-20 uur, in het weekend van 15-20 uur. In de zomermaanden, december-maart, heeft de stad een aangename temperatuur (25-30 °C), zodat je al meer het gevoel krijgt in een knusse Atlantische badplaats te vertoeven dan in een zakelijke petroleumstad. Want je moet deze stad meer zien als een stop-over, dan dat het er gezellig vertoeven is, ondanks de vakantiesfeer in de zomermaanden. Comodoro heeft geen echt centrum met een centaal plein, zoals in de meeste andere Argentijnse steden. De belangrijkste straten, Av. San Martín en Rivadavia lopen parallel met de kust. Hier vind je de meeste hotels en restaurants. De straten lopen allemaal omhoog, omdat de stad is gebouwd aan de rand van een enorme kale zanderige tafelberg, Cerro Chenque (212 m). Boven is een Mirador (een uitkijkpost) vanwaar je een prachtig uitzicht over de stad, de haven en de zee hebt. Aan het begin van de baai waar de stad begint is het enige strandgedeelte, Playa Costanera. Er zijn aanlegsteigers, zeilboten en enkele terrassen. In het weekend is het hier gezellig vertoeven. Av. San Martín is vanaf Pellegrini zeer levendig met leuke cafés, ijssalons en winkelgalerijen. Eind van de middag is deze avenida de gezelligste straat in de stad. Een leuke stadswandeling is naar Pasaje Antartida Argentina. Je gaat bij Riverdavia links Belgrano in richting Ameghino. Daar is een huizenblok ’Chenque Chico’ met prachtige aparte huisjes, die rond 1944 gebouwd zijn voor de directie van de stadsplanning. Deze vrolijke bouwstijl past helemaal niet in de uitstraling van de stad. Vooral ‘s avonds als de lampjes bij de voordeuren branden geeft dat een dorpse sfeer. En kijk eens aan de overkant in Belgrano naar het schitterende huis van de Portugese club met een opvallende muurschildering en zijn mooie tuin.
D E PATAG O N I SCHE KU ST
Praktische informatie Comodoro Rivadavia (02967) Toeristeninformatie Toeristeninformatie is te vinden aan de Av. Rivadavia 430. Open van 919 uur. Zaterdag van 9-13 uur. www. comodoro.gov.ar
Hotels Eersteklashotels (2-pers.kamer kost tussen E 70-90) • Hotel Austral (447-2200) is prima. Moreno 725, maar vraag een kamer aan de achterkant. Het ligt aan een drukke straat. Modern met een restaurant maar meer voor de zakenman. www.australhotel.com.ar • Luciana Palazzo (446-0100) is een modern eersteklashotel met uitzicht op zee. Heeft alle comfort. Te vinden op de hoek van Moreno en R. Rivera. www.lucania-palazzo.com.ar
Middenklassehotels (2-pers.kamer kost tussen E 40-60) • Comodoro (447-2300), in een van de hoogste gebouwen in de stad. Rivadavia hoek 9 de Julio, met een uitgebreid ontbijt. Niet slecht. • Hotel Azul (447-4628), Sarmiento 724, is goed en is iets goedkoper dan Comodoro, met ontbijt. Ligt in een rustiger gedeelte. • Hotel Victoria (446-0725) op Belgrano 585. Is een goed middenklassehotel. Ligt in een rustig gedeelte van de stad. Zonder ontbijt en wat ouderwetse kamers.
Budgethotels • Cari-Hue (447-2946) in Belgrano 563 is populair bij backpackers. Aardige eigenaar. E 10 per persoon. • Hospedaje 25 de Mayo (447-2350) in 25 de Mayo 989 niet ver van de bus-
477
i
terminal. Een goede keuze. E 10 voor een gemeenschappelijke kamer.
Restaurants • Puerto Cangrejo aan de Blv. Costanera 1050 is wat prijzig, maar met een uitstekende menukaart. Er naast: • La Barra Costanera aan de Blv. Costanera 1051, is trendy en met een prima keuken. Uitzicht op zee en een groot terras waar toute Comodoro komt. • La Rasta in Rivadavia 348. Erg populair bij de plaatselijke bevolking. Iets verder op nr. 324 Dionisios, heeft goede parrilla en is wat traditioneel. • Pizzeria Cay Coco een vrolijke en goede pizzeria. Niet duur, op de hoek van Rivadavia en Güemes. Erg populair en een aanrader! • La Tradición, Mitre 675, heeft heerlijke visgerechten met een aperitief van de zaak!
Cafés en bars • Molly Malone op de hoek van San Martín en 9 de Julio is erg populair. • Café del Sol is erg in. Op de hoek van San Martín en 25 de Mayo. Modern van opzet en er is chopp! Je kunt er ook lunchen. • La Barra in San Martín 686 is een leuk café waar je ook kunt lunchen. • La Palmera is een moderne confitería met heerlijke broodjes. Hoek San Martín en Moreno. • Barile Express, San Martín 514, is de beste koffiebar.
Vervoer Vliegen Het vliegveld ligt 12 km ten noorden van de stad.
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
478
Autohuur
• Aerolineas vliegt 3x daags naar Buenos Aires. • LADE vliegt driemaal in de week naar Bariloche, Calafate en Esquel. Eenmaal per week naar Buenos Aires, Puerto Madryn en Puerto Deseado. • Het kantoor Aerolineas is in Rivadavia 165. LADE, Rivadavia 360.
• Budget vind je in Moreno 864. • Hertz en Avis hebben hun kantoor op het vliegveld
Nuttige adressen Postkantoor Op de hoek van Av. San Martín en Moreno.
Bussen Supermarkten
De busterminal is in Ameghino tussen Pellegrini en 25 de Mayo, twee blokken van de hoofdstraat San Martín. • Dagelijks 5 bussen naar Buenos Aires (28 uur!). Dagelijks 5 bussen naar Río Gallegos en San Julian (ruim 11 uur). 3 bussen per dag naar Sarmiento. Elke dag gaat er een bus naar Bariloche en Esquel (10 uur). • 3x per dag gaat er een bus naar Los Antigos en Perito Moreno. • Naar Puerto Madryn en Trelew gaan dagelijks 3 bussen (4 uur). • Op za. en woe. gaat een bus naar Coyhaique in Chili, net over de grens. • 3 bussen per dag naar Pto Deseado.
h
Wasserette • Laverap, Rivadavia 283
Comodoro Rivadavia 1. Hotel Austral 2. Hotel Luciana 3. Hotel Commodoro 4. Hotel Victoria 5. Hotel Azúl 6. Hospedaje Cari-Hue 7. Hospedaje 25 de Mayo 8. Chenque Chico
2 1★ ★
9 de Julio
★3 Plaza San Martín
ida o ier nz Sa e
id
a Bouchard
Maipu
Dorrego
en
Avenida Chiclana
H.
Yr
igo
ye
n
➤
Avenida Alsina
Av
Francia
Rawson
Urquiza
Avenida Rivadavia
Francia
Chacabuco
Ameghino
Sarmiento
Italia
s
España
co
Pena
Du
6 4
an
Ing
★★
n
8
★
ye
n ow Br
igo
Belgrano
España
h
Yr
e Alt
B. Mitre
H.
7★
en
25 de Mayo
Av
Pellegrini
★5
Aonik’enk organiseert excursies in de regio en naar de versteende bossen van Sarmiento. Te vinden in Rawson 1190. E-mail:
[email protected]
Parque Soberania Nacional
Grecia
% Moreno
Reisbureau
Velez Sarsfield
➤
Sarmiento
olo bas naar A Rawson Guemes
De grootste, Anónima, is te vinden op de hoek van San Martín en Güemes. Aan het begin. • Norte is op de hoek van Rivadavia en Pellegrini. Beide zijn open van 9- 22 uur.
naar Sarmiento en Caleta Olivia
N ▲
D E PATAG O N I SCHE KU ST
❶ RONDOM COMODORO RIVADAVIA Rada Tilly 12 km ten zuiden van Comodoro Rivadavia ligt de badplaats Rada Tilly. Het is mooi gelegen in een baai met 4 km strand tussen twee enorme heuvels. Hier gaat Comodoro uit, hier viert Comodoro vakantie. Voor ons is dit een badplaats zoals je er velen hebt langs de Middellandse Zee. Volop restaurants, hotels, disco’s en de welgestelden van Comodoro wonen er. De belangrijkste straten zijn langs het strand, Armada Argentina en parallel Piedra Buena. Elke 20 min. vertrekt Empresa Rada Tilly Express van en naar Comodoro Rivadavia. Eindpunt is de busterminal in Comodoro Rivadavia.
SARMIENTO Bijna 150 km ten westen van Comodoro Rivadavia aan de RN26 ligt in een groene en waterrijke vallei langs de Río Senguer het boerendorpje, Sarmiento. Een dorp met 7000 inwoners en twee geasfalteerde straten (Calle San Martín en Estrada). Het ligt tussen twee grote meren, Musters en Colhue Huapi. Hier is werkelijk niets te doen. Maar je komt voor de prachtige versteende bossen van Bosque Petrificado Sarmiento, die zeker de moeite waard zijn voor een bezoek. Sarmiento is gesticht in 1897 door Welshe immigranten en vanaf 1902 vestigden zich hier grote groepen Bóers uit Zuid Afrika onder leiding van Conraad Visser (zie kader). Tot halverwege de 20ste eeuw was dit stadje belangrijk voor Comodoro Rivadavia wat betreft de aanvoer van groenten, fruit en vee. Het had zelfs een treinverbinding. Nu staat er alleen nog een eenvoudig gebouwtje met wat oude treinvoorwerpen als herinnering. Hostería Los Lagos (0297-489-046) op de hoek van Gen. Roca en Alberdi is goed, met restaurant en een 2-pers.kamer kost E 40. De busterminal is op de hoek van Alberdi en San Martín, een blok van het Hotel Los Lagos. Er gaat 3 x per dag een bus naar C. Rivadavia. Zie kader volgende pagina voor bezoek aan Bosque Petrificado Sarmiento. Los Bóers in de provincie Chubut Gedurende de Boerenoorlog in Zuid-Afrika tussen 1899 en 1902 zijn honderden boeren (velen van Hollandse origine) vertrokken naar Patagonië. De toenmalige president van Argentinië, Roca, heeft deze ‘kolonisten’ van harte welkom geheten. En zij vestigden zich o.a. in Colonia Escalante, een gehuchtje zo’n 30 km ten noorden van Comodoro Rivadavia en in Sarmiento. Het waren blijkbaar prima veeboeren, want zij konden zich snel en goed aanpassen in dit gebied. De gehuchtjes kregen namen als Bóer of Laguna de Bóer. Er zijn zelfs meer Zuid-Afrikaanse boeren dan Welshmen naar Patagonië gekomen. In Comodoro is nog een gereformeerde kerk waar elke zondag om 10 uur een dienst is. Deze kun je vinden als je voor de kathedraal staat, links het straatje in gaat en dan schuin aan de overkant.
479
480
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Bosque Petrificado Sarmiento Wat zeker de moeite waard is, is een bezoek aan het park Bosque Petrificado Sarmiento. Het is een beschermd gebied, 35 km ten noorden van Sarmiento. Het enige vervoer er naartoe is met een taxi vanuit Sarmiento (zie hieronder). De weg er naartoe is verrassend, want eerst rijd je langs een saai landschap van veeboerderijen en enorme grasvelden, maar na een tiental kilometers verandert de omgeving in een cañonachtig gebied, totaal verlaten en achter deze bergen in de dalen ligt Bosque Petrificado Sarmiento. Bij de ingang zijn guardaparques (parkwachters) en een klein museum waar uitgelegd wordt hoe de omgeving in al die miljoenen jaren is veranderd. Het park heeft een beetje een trompe-l’oeil effect. Wat je ziet, is niet wat het geweest is, want hier liggen dan wel honderden bomen, maar ze zijn versteend. Zo’n 70 miljoen jaar geleden was Patagonië nog bedekt met reusachtige araucariabomen, die veelal 3 m breed en 20 m hoog waren. Klimaatveranderingen, asregens van nabije vulkanen, sterke erosie en aardschokken hebben tot deze metamorfose geleid. Daardoor is de grond tussen de cañons bezaaid met houtsnippers, maar wel van steen, alsof deze cañons allemaal afgestompte houten glijbanen zijn geweest. De kleuren van de woestijntinten zorgen voor een extra attractie! Deze versteende bossen en ook in de zuidelijke provincie Santa Cruz zijn qua vorm, licht en kleur een hoogtepunt van het Patagonische landschap. Tussen de valleien van de tafelbergen zie je de grote stenen boomstronken liggen, sommige met een doorsnede van meer dan 2 m. De Amerikanen noemen dit onaangetaste oerland Painted Desert. Het gesteente heeft soms een glasachtige consistentie en een hardheid die op kwarts lijkt. Wat me opviel was dat de door erosie en wind gerimpelde heuvels je een indruk geven, alsof hier je de eerste bent die dit park betreedt. Nergens een voetstap. Het park is het hele jaar open van 8-21 uur, in de wintermaanden van 9-18 uur. Je kunt voor het toeristeninformatiebureau, Av. Regimiento Infanteria 25 (begin van het dorp), in Sarmiento een taxi nemen, die je keurig heen en terug brengt en netjes in het park op je blijft wachten tot je terug bent van de wandeling. Het park heeft nl. twee wandelroutes, de langste daar doe je een uur over.
D E PATAG O N I SCHE KU ST
❷ PUERTO DESEADO Het stadje, Puerto Deseado ligt 276 km ten zuiden van Comodoro Rivadavia aan de monding van de Río Deseado en de Atlantische Oceaan. De eerste bewoners vestigden zich hier in juli 1884 en nu telt het bijna 10.000 inwoners. Maar al in 1524 was Hernando de Magalhães deze kust al aan het verkennen. En in 1586 kwamen enkele boten hier aan onder leiding van de Engelse zeerover Thomas Cavendish. Een van die schepen heette Desire en zo noemde hij deze plek Port Desire ofwel Puerto Deseado. In 1599 meerde in dit haventje de eerste Nederlandse expeditie onder leiding van admiraal Olivier van Noort. Zo staat er van deze man nog een standbeeld en is er bij de rivier een berg naar hem genoemd. Het was in de zeventiende eeuw, dat de ontdekkingsreiziger Sir John Narborough voor het eerst hier de pinguïns een naam gaf. Hij beschreef deze diertjes als volgt: ‘rechtop staand als kleine kinderen in witte schorten dicht opeen’... en noemde ze pengwyn, withoofden, zoals ze in Wales worden genoemd. Later in het Spaans werd dat vervormd tot pinguea, wat vet betekent. Maar er is meer te zien dan deze grappige beestjes, want het natuurgebied rondom het stadje, Reserva Natural Ría Deseado, is voor de liefhebber van Patagonië zeker de moeite waard. In Puerto Deseado valt niet veel te beleven. Hooguit de moderne Vagón Historico in Puerto Deseado haven, waar grote schepen kunnen afmeren. De vis- en wolindustrie nemen er een belangrijke plaats in. Er is ook nog een station te zien, gebouwd door Joegoslaven en geïnspireerd op de Engelse stijl. Het heeft veel weg van een enorm Schots landhuis en het is mooi gerestaureerd. Daar niet ver vandaan is Vagón Histórico, een treinwagon uit de 19de eeuw (1898), want rond die tijd was er een spoorlijn vanuit Puerto Deseado naar de Chileense grens, die Ferrocarril Patagónico heette. In 1920 was er in deze regio een grote arbeidersstaking. En deze wagon was het hoofdkwartier van kolonel Varela, de regeringsafgevaardigde, die moest bemiddelen. In plaats daarvan onderdrukte hij deze opstand zeer bloedig zo ook elders in Patagonië. Deze wagon is elke dag open voor publiek tussen 10-17 uur. Waar foto’s en documentatie laten zien hoe het leven er toen uitzag. Calle San Martín en Belgrano zijn de belangrijkste straten. En wandel ook even over de Costanera naar Punta Cascajo, daar bij de monding van de rivier. Hier heb je een prachtig uitzicht over de oceaan.
481
482
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Praktische informatie Puerto Deseado (0297) Het toeristenbureau is te vinden in San Martín 1525. Open van 9-22 uur. www.puertodeseado.gov.ar • De beste hotels in de stad zijn Hotel Acantilados (487-2167) op de hoek van España en Pueyrredón met ontbijt en een restaurant. E 40 voor een 2pers.kamer. Inclusief een mooi uitzicht over het stadje en de oceaan. • Het ander is Hotel Isla Chaffers (487-2246) op de hoek van San Martín en Moreno, iets goedkoper, E 35 met een confitería. • Eenvoudiger is Hotel Colón op Almirante Brown 450 waar een 2-pers. kamer E 25 kost. • Restaurant El Viejo Marino op Pueyrredón 224 (tegenover hotel Acantilados) op de 1e verdieping is goed met
i
als specialiteit visgerechten en mariscos (grote zeemosselen). El Pingüino, op Piedra Buena 958 heeft heerlijk lamsvlees en is populair bij de plaatselijke bevolking. • De busterminal is aan de rand van de stad in Sargento Cabral. 3x per dag een bus naar C. Rivadavia, naar San Julián een per dag (nachtbus). • Puerto Deseado heeft een vliegveld met één vlucht per week naar C. Rivadavia met LADE. Het kantoor van LADE is in de busterminal. • Camping Municipal heeft alle faciliteiten en is goed. Deze is te vinden op de Av. Costanera. Alleen open in de zomermaanden. • Een supermarkt vind je op de hoek van San Martín en A. Brown.
Cabo Blanco en Reserva Cañadón de Duraznillo Een andere interessante excursie voert naar het natuurgebied Cabo Blanco, 80 km ten noorden van Puerto Deseado. Het is moeilijk te bereiken maar zeer de moeite waard, want het is een groot vogel- en robbenparadijs. Je ziet hier duizenden pelsrobben (Actrocephalus australis) in een omgeving die de indruk wekt, dat je helemaal alleen op de wereld bent met deze dieren en waar de immens grote Atlantische Oceaan voor je ligt. Dit is een van die plekken waar je ook het gevoel hebt dat je helemaal één bent met de natuur. De enige mensen die hier wonen werken rondom de vuurtoren. Je neemt de RN 281 richting Jaramillo en na zo’n 80 km is er een afslag, de RP 70 naar de kust. Bij de afslag met de RP 14 ga je richting estancia Madrugada. Daar kun je overnachten in een van de meest verlaten streken van Patagonië aan de rand van de oceaan. De familie Fabiani ontvangt je hartelijk (0297) 15-594123. Voor een kamer met pension betaal je E 50 per persoon. De eigenaar organiseert excursies in dit beschermde gebied van ruim 100 km2 dat, Reserva Cañadón de Duraznillo heet. Naar de versteende bossen: Bosques Petrificados Vanuit Puerto Deseado gaat de RN 281 richting Fitz Roy, waar je kunt afslaan naar Monumento Natural Bosques Petrificados, een nationaal park van versteende bossen. Je neemt dan de RN 3 naar het zuiden en
D E PATAG O N I SCHE KU ST
Reserva Natural Ría Deseado Wind, pinguïns en wormen die de boot opaten Dit gebied omvat de gehele monding van de Ría Deseado, zo’n 40 km lang, maar ook de eilandjes voor de kust. Het is een paradijs voor de zeevogels, pinguïns, zeehonden en zeeleeuwen. Ze leven in alle rust zonder bekeken te worden door honderden toeristen. Op deze eilandjes leven o.a. de grijze aalscholvers (Phalacrocorax gaimardi) die alleen hier voorkomen. Bruce Chatwin beschrijft in zijn boek ‘In Patagonië’, toen hij hier met een boot langs een van de vele pinguïnkolonies voer, het trieste verhaal van kapitein Drake met zijn boot Desire. Op de terugweg naar Engeland voer deze kapitein in 1593 hier langs en door honger gedreven vermoordde de bemanning op een van deze eilandjes ruim twintigduizend pinguïns. Bij de evenaar namen de pinguïns wraak. Een worm van tweeënhalf centimeter was zich gaan vermenigvuldigen. Het beestje vrat alles behalve ijzer: kleren, beddengoed, laarzen én mensenvlees. De wormen knaagden zich zelfs een weg door de scheepswand en de Desire dreigde te zinken. Hoe meer de mannen de wormen doodden, hoe meer ze zich vermenigvuldigden. De zeelui kregen ook nog scheurbuik en zo kwamen van de 76 zeelieden er vijf verzwakt en met een aangevreten boot in Engeland aan. Met dit verhaal in het achterhoofd, werd Chatwin prompt verliefd op deze pinguïns en hij eindigt het hoofdstuk met ‘pinguïns en albatrossen zijn de laatste vogels die ik zou willen doden’. Op 2,5 km ten zuiden aan de monding van de rivier ligt een 200 m lange klif de Barranca de los Cormoranes (de aalscholversklif) waar je grote kolonies aalscholvers aantreft, waaronder ook de grijze aalscholvers. Andere interessante eilandjes in de monding van de rivier zijn Isla de los Pajaros en Pinguïnera de la Isla Quiroga (hier wonen 15.000 pinguïns waaronder de leuke gele kuifpinguïns (Eudyptes crysocome) en vele zeeolifanten).
483
484
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
In de lente kun je voor de kust walvissen waarnemen op weg naar de wijde oceaan. Maar in de riviermonding leeft de grote vedette, de witte tonijn, die in groten getale rondom de excursieboten zwemt. Er zijn 2 excursies in de zomermaanden, de mooiste is een boottocht over de Ría Deseado landinwaarts naar de Miradores de Darwin (dezelfde route die Darwin in 1833 ook nam). Je komt langs prachtige rotsformaties, eilandjes waar in alle rust pinquïns, zeehonden en -leeuwen leven, rondom een desolaat landschap. Darwin schreef niet voor niets in zijn dagboek: ‘ Nergens heb ik zo’n gebied gezien dat zo geïsoleerd was van de wereld, dan al die rotsformaties in deze inmense ruimte...’Dit is een uitstekend alternatief voor Peninsula Valdés als je daar niet voor de walvissen komt. Voor een excursie kun je terecht bij Darwin Expediciones en Los Vikingos, die meestal in het weekend de excursies organiseren. De eerste vind je in Calle España 2601, net buiten het stadje bij de rivier. www.darwin-expeditions. com De laatste is in Calle Estrada 1275. www.losvikingos.com.ar
na 70 km is er een afslag naar rechts de RP 49. Na zo’n 50 km kom je bij het park, dat zo’n 150 km2 groot is. Er zijn hier geen faciliteiten zoals een hostería of een confitería. Dit park ligt totaal afgelegen en heeft alleen een parkwachter. Hier heerste 150 miljoen jaar geleden een vochtig klimaat en er was een geweldig woud van enorme araucariabomen, die zo’n 35 m hoog waren. Door klimaatveranderingen en vulkanische uitbarstingen (het ontstaan van het Andesgebergte) werd dit gebied bedekt door een aslaag. Hiermee werden de poriën van planten en dieren hermetisch afgesloten. Zo drong er een soort kristalzout in de cellen door, dat alle organische stoffen verving, zonder de celstructuur aan te tasten. Zodoende kun je nu versteende krabben of sparappels vinden tussen de gigantische versteende boomstammen, die soms een diameter hebben van 3 m en een lengte van 30 m. Het grote verschil met andere versteende wouden in noordelijke werelddelen, is dat hier geen verschuivingen door een ijstijd zijn geweest. Zo zijn volledige wouden bewaard gebleven en behoren ze tot de grootste ter wereld. Bij de ingang is een klein museum waar fossielen te zien zijn en wordt duidelijk uitleg gegeven over het ontstaan van deze versteende bomen. Gelukkig heeft de provincie ingezien, dat dit unieke landschap beschermd moest worden. Sinds 1954 is het beschermd maar helaas was er toen al veel geplunderd. Nu is het verboden iets mee te nemen, wat je moet respecteren, ook al is de verleiding groot. Er is een parcours uitgezet en zo rijd je door een ‘maanlandschap’ en dan weer zie je tientallen grote versteende boomstronken liggen. Twee basaltachtige tafelbergen domineren het landschap, Cerro Madre en Hija (400 m hoog). Je kunt kamperen bij estancia La Paloma (02967-480-6013) halverwege de RP 49 naar het park. Er zijn geen voorzieningen. Je kunt er alleen komen met een eigen (huur)auto of een excursie vanuit Puerto Deseado of Puerto San Julían (als er genoeg belangstelling is).
D E PATAG O N I SCHE KU ST
❸ PUERTO SAN JULIÁN Een kustplaats met een wrange historie Puerto San Julián is een stadje met 7000 inwoners, 420 km ten zuiden van Comodoro Rivadavia aan de baai Bahia San Juan en de Atlantische Oceaan. Voor degenen die per auto van het noorden langs de kust naar het zuiden rijden is San Julián een goede onderbreking. Het stadje heeft een weidse uitstraling, dat zie je niet alleen aan vele laagbouw, maar ook aan de brede straten zoals Avenida San Martín en Piedrabuena. Het enige interessante is de historische waarde van deze plaats, ondanks het feit dat er pas in 1901 de eerste permanente bewoners kwamen. Al in 1520 zetten de eerste Europeanen hier al voet aan wal. Het was de expeditie van de Portugese ontdekkingsreiziger Magalhães, die hier wilde overwinteren. In deze streek leefden de Tehuelches-indianen. Nu wil het verhaal dat, toen Magalhães deze grote zwaargebouwde indianen zag, hij riep: ‘Ha Patagon’, waarmee hij ‘grote voet’ bedoelde, vanwege hun grote mocassins. ‘Pata’ betekent trouwens in het Spaans ‘voet’. Al na enkele dagen was er een muiterij en werden twee matrozen opgehangen op een eilandje aan het begin van de baai, nu ook wel Banco Justicia genaamd, want achtenvijftig jaar later Een replica van de boot van Magalhães in in 1578 meerde hier voor de Puerto San Julián kust de ontdekkingsreiziger kapitein John Drake aan met zijn boot Pelican. Hij zou aan boord een diner hebben met zijn belangrijkste bemanningslid, de adellijke Thomas Doughty, kapitein en tevens muiter. Het werd een galgenmaal, want Doughty werd daarna onthoofd, vrijwel op de plek waar Magalhães zijn muiters liet ophangen. Tot 1780 was hier een soort overslagplaats van goederen, totdat Anthonio de Viedma in april 1780 er een kleine nederzetting van maakte: Colonia de Floridablanca. In 1784 werd de nederzetting al weer verlaten. Op 17 september 1901 kwamen de eerste kolonisten en stichtten de stad San Julián. Het waren voornamelijk Schotse schapenscheerders. In 1905 werd hier door de Engelsen een van de grootste koelhuizen (Frigorifico Swift) van het land neergezet, dat tot 1963 heeft gefunctioneerd. Nu zie je alleen nog maar een verlaten gebouw, dat eens de trots van het land was. Per jaar hingen hier meer dan 200.000 schapen! Als je Avenida San Martín uitloopt richting de zee, zie je bij het strand een replica op ware grootte van de boot, 'Nao Victoria', waarmee Magalhães hier in 1520 aankwam. Het is een museum waar je de geschiedenis van deze ontdekkingsreiziger langs deze kust kunt volgen. Elke dag open van 9-20 uur.
485
486
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Praktische informatie Puerto San Julián (02962) Het toeristenbureau is aan de Av. San Martín bij Rivadavia. Open van 822 uur. • Een goed hotel is Hostería Municipal (452-300). Op de hoek van Urquiza en 25 de Mayo, met uitzicht op de baai. E 25 voor een 2-pers. kamer. • Bahía (454-028) is het beste hotel. Te vinden in Av. San Martín 1075. Modern en grote kamers, je betaalt E 40 voor een 2-pers.kamer. • Hotel Sada (452-013) op Av. San Martín 1112 is goed en wat goedkoper (E 30). Het ligt op de hoek van twee drukke straten, dus vraag een kamer aan de achterkant! • Een prima (vis)restaurant is La Rural op Ameghino 811 vrijwel op de hoek van Vieytes en met uitzicht over de baai. • NAOS op de hoek van Mitre en 9 de Julio is een van de beste van de stad, met heerlijke visgerechten en uitzicht op zee.
i
• De gemeentecamping is goed en van alle gemakken voorzien en ook goed gelegen op Av. H. de Magallanes en Moreno, vlak bij het strand. • De busterminal is aan de Av. San Martín bij Pellegrini. Er gaan zeker drie bussen per dag naar Río Gallegos (5 uur), C. Rivadavia (6 uur) en Gob. Gregores. • LADE vliegt 2x per week naar C. Rivadavia, Río Gallegos. Het kantoor van LADE is op Av. San Martín 1552. • San Julián heeft een klein museum: Museo Regional y Arte Marino, op de hoek van Rivadavia en Vieytes. Het heeft een overzicht van de eerste bewoners en archeologische opgravingen uit de regio. Maar ook een permanente tentoonstelling van hedendaagse kunstenaars uit de streek. Open van 10-13 en van 17-22 uur.
Excursies rondom San Julián In de zomermaanden kun je met een boot door de baai van San Julián varen, waar je naar de eilandjes Banco Comorán en Banco Justicia gaat, niet alleen vanwege de historische achtergrond interessant, maar ook vanwege de zeer gevarieerde vogelkolonies, waaronder de grijze aalscholvers (Cormorán grises) en de vele pinguïns. Maar het allerleukste zijn de vriendelijke tonijnen die je begeleiden bij de boot. Excursiones Pinocho aan de Costanera tussen Av. San Martín en Mitre. 452-856. Een andere mooie excursie is Circuito Costero, een tocht langs de kust naar enkele spectaculaire kliffen en natuurlijk gevormde balkons. Je eindigt bij de graftombe van Robert Sholl, een luitenant die aan boord van de Beagle van Fitz Roy in 1828 hier aan boord stierf. Maar echt historisch zijn de rotsschilderingen van de estancia La Maria, 150 km ten westen van de stad. De weg er naartoe is slecht. Je volgt de RP 25 en na 78 km heb je een afslag naar rechts, de RP 77, die naar deze estancia gaat. Wat je ziet zijn tientallen rotsholen, waarin allerlei rotstekeningen te zien zijn, zoals van handen, cirkels en abstracte vormen,
D E PATAG O N I SCHE KU ST
maar ook van menselijke figuren in eenvoudige kleuren van rood, zwart, wit en geel. Ze zijn meer dan 10.000 jaar geleden geschilderd en het zijn de oudst gevonden afbeeldingen van Patagonië! Je kunt in San Julián aan de Saavedra 1168 (452-328) met de eigenaar Fernando Bhem een afspraak maken om er naartoe te gaan. Vervoer kan geregeld worden en je betaalt E 35 per persoon, alles inbegrepen (overnachting en eten). www.sanjulian.gov.ar
Het nationale park Monte León Zo'n 45 km ten zuiden van het dorpje Piedrabuena ligt het nationale park Monte León, het enige nationale park langs de Patagonische kust. Het dorpje Piedrabuena (officieel heet het Comendante Luis Piedra Buena) ligt zo'n 120 km ten zuiden van Puerto San Julián aan de monding van de Río Santa Cruz aan de RN 3. Monte León heeft een oppervlakte van 617 km2 en is vooral een beschermd gebied door zijn unieke landschap, dat grotendeels bestaat uit enorme zandklippen met zijn vele pinquïns en zeevogels. Dit hele gebied werd in 2001 opgekocht door de Amerikaan Douglas Tompkins (ex-directeur van Esprit) en zijn Foundation 'Vida Silvestre Argentina'. Enkele jaren later schonk hij het aan de Argentijnse regering en werd het een nationaal park. Het is moeilijk te bereiken en de beste optie is vanuit Piedrabuena. Het meest interessante is als je er naartoegaat, wanneer het eb is, want dan kun je over de immens verlaten stranden de vele inhammen en grotten bezoeken. Vanuit Piedrabuena zijn er enkele taxi's die je rondrijden door dit park en je krijgt tijd genoeg om te wandelen. Ze brengen je naar de mooiste plekken, maar er zijn geen voorzieningen om wat te consumeren, dus neem zeker water mee. Niet ver van de parkwachters is een mooie estancia in typische Patagonië stijl gebouwd door een Engelse familie in de jaren twintig van de vorige eeuw, waar je eventueel ook kunt overnachten (zie foto hierboven). Net buiten Piedrabuena aan de RN3 is een goed hotel, Hotel Sur Atlantic (02962497-008) met een restaurant. E 20 voor een 2-pers.kamer. Estancia Monte León (011-4621-4780) is open van nov. tot april en je betaalt E 300 voor een 2-pers. kamer (alles inbegrepen). www.monteleon-patagonia.com
487
488
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Het nationale park Monte León in Patagonië
❹ RÍO GALLEGOS Wat hebben Butch Cassidy, Schotse schaapherders en een Amerikaanse taxichauffeur gemeen? De inwoners, voornamelijk schapenscheerders, schapenfokkers en arbeiders uit de leerlooierijen van het tamelijk rustige Río Gallegos, waren lichtelijk ongerust over wat er die middag gebeurd was. Vlak bij Plaza Independiente was de bank van London beroofd van zo’n 20.000 peso’s. ‘Het waren gringo’s, Noord-Amerikanen’, vertelde men, Butch Cassidy, Sundance Kid en Etta Place, onbekenden voor de plaatselijke bevolking. Ongerust was men dan ook vooral over het brute geweld dat gebruikt was. De bankdirecteur en het personeel waren vastgebonden en daarna had Etta Place de isolatoren van de telegraafpaal aan flarden geschoten, zodat de enige politiepost van de buitenwereld was afgesloten. Dit was begin 1900. Een dikke eeuw later is de roofoverval nog steeds zo’n beetje het meest boeiende dat er te vertellen valt over Río Gallegos. Deze ‘Far West’ stad is vooral een belangrijke stop-over voor reizigers richting Vuurland, het Chileense Patagonië of richting El Calafate. Als je er arriveert, krijg je het gevoel van ‘waar ben ik in ‘s hemelsnaam terechtgekomen?’. Río Gallegos is immers een typisch Patagonische stad, waar het monotone van het landschap is terug te vinden in de stedenbouw: veel laagbouw, geen variatie en totaal geen inspiratie voor een mooie gevel. Het is een stad waar de mensen altijd, of het nu zomer of winter is, met een wollen vest of trui lopen, want koud is het er altijd En waar een biertje niet smaakt, maar wel een kop warme chocolademelk (un submarino).
D E PATAG O N I SCHE KU ST
Toch heb ik een Amerikaan ontmoet die 15 jaar geleden in Río Gallegos is blijven ‘plakken’ en nu taxichauffeur is. Hij wil niet meer naar Amerika terug. Hij vindt het heerlijk: de rust, de natuur, de mensen... En daarin moet ik hem gelijk geven, want door al die keren dat ik hier een stop-over heb moeten maken of soms weleens enkele dagen bleef ‘plakken’ heb ik een zekere sympathie voor deze stad gekregen. Río Gallegos is een snelgroeiende stad met 70.000 inwoners. In de regio is nog steeds grootschalige wol- en schaaphuidenindustrie te vinden. Het belangrijkste leven in deze stad speelt zich af op Av. J. Roca en Plaza San Martín, zoals eigenlijk in alle Patagonische stadjes. Een bezoek aan de twee musea is de moeite waard, zeker voor diegenen die meer willen weten over de lokale geschiedenis, de indianen en de samenstelling van het landschap. Het kleine museum Los Pioneros, het voormalige huis van een Engelse kolonist, vertelt het verhaal van de eerste immigranten: voornamelijk Engelse en Schotse schaapherders van de Falklandeilanden, die rond 1885 bij de monding van de rivier Gallegos aankwamen. Voor hen was Patagonië ‘Old England’. Op de estancia’s spraken zij Engels, ze hadden Engels geld en een Engelse krant, ‘The Magellan Times’, en zelfs de schapen kwamen uit Engeland. De eigenaar spreekt Engels en zijn grootouders waren een van de eerste kolonisten. Elke dag open van 10-20 uur. De belangrijkste straat is Av. J. Roca, daar vind je hotels, twee grote supermarkten, de beste winkels en enkele goede restaurants. Bovendien telt Río Gallegos nog steeds een Engelse club (Club Brittanica, in Av. J. Roca 935), hoewel er allang geen woord Engels meer gesproken wordt. Elk jaar op 18 april komen de oudgedienden om nostalgische redenen bij elkaar, maar ja de meesten zijn al meer dan tachtig dus wil je dit eens meemaken, wacht dan niet te lang! Een Spaanse club is er ook in Av. J. Roca 862. Dit clubgebouw valt op, omdat de gevel het mooiste van de hele straat is. Bij beide clubs kan men eten en drinken. Moet je toch een dag blijven, loop dan met me mee langs enkele historische huisjes en interessante bezienswaardigheden. De start is bij Plaza San Martín en Av. J. Roca daar loop je richting Piedra Buena. Die ga je links in en op de eerste hoek met Alcorta staat Casa de Gobierno (het gouverneurshuis). Het balkon is nu een monument, want van hier sprak president J. Roca in 1899 het volk toe toen hij vrede had gesloten met zijn Chileense collega Echáurren na moeilijkheden over de Straat van Magalanes. Op de hoek van T. de Loqui staat de eerste school van de stad, nog een mooi gebouw van golfplaten. Zo ook de andere oude huisjes in T. de Loqui. Trouwens, in Av. J. Roca bij de nrs. 436 en 446 staat ook nog een van de eerste golfplatenhuisjes, mooi gerestaureerd met uitleg over de historie. Daarna ga je links Muratore in, want ook hier staan nog enkele oude huisjes. Op de hoek bij Alcorta links is Casa de Gregores en Museo Naval, allebei een van de eerste huizen van de stad, en fraai gerestaureerd. Nu loop je tot Av. San Martín, daar ga je rechtsaf en loop je rechtdoor tot de ACA. Net daarvoor links in Gdor Lista bij nr. 60 staat een fraai huis uit 1902 waar toentertijd Belgen een lederwarenwinkel hadden. Kijk eens naar het
489
490
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Een van de eerste huisjes in Río Gallegos
houtwerk. Het is trouwens heerlijk wandelen in deze straat, want je bent in een mooie buurt van villa’s. Als je deze straat uitloopt tot Mendoza kom je bij het kerkhof van de stoomlocomotieven. Treinliefhebbers kunnen hier hun hart ophalen, want tientallen oude stoomlocomotieven en onderdelen zijn daar te bewonderen. Er is een Museo Ferroviario Roberto Galián, met allerlei historische informatie en foto’s over de zuidelijkste treinlijn van Río Gallegos naar Río Turbio. Open van ma. t/m vr. van 9-16 uur.
Praktische Informatie Río Gallegos (02966) Toeristeninformatie Het bureau is gevestigd op Av. J. Roca 863. Ze zijn daar behulpzaam en hebben ook veel informatie over de provincie. Open van 9-21 uur. Zondag van 10-15 uur. www.santacruz.gov.ar
Hotels Middenklassehotels (2-pers.kamer tussen E 40-60) • Hotel Costa Río (423-412) is een goed hotel, bij Plaza San Martín. Het is gelegen aan de Av. San Martín 673. Met restaurant en ruime kamers.
i
• Hotel Comercio (422-458) is centraal gelegen aan de Av. J. Roca 1302 met moderne kamers en een confitería. • Apart Hotel Austral (435588), Av. J. Roca 1505. Is een prima keuze. Moderne kamers met kitchenette. www.apartaustral.com • Hotel Santa Cruz (420-601) ligt op de hoek van Av. J. Roca en C. Rivadavia. Goed en rustig, met ruime kamers, een bar en restaurant. Wel iets te duur voor wat je krijgt.
D E PATAG O N I SCHE KU ST
Budgethotels (2-pers.kamer tussen E 20-30) • Residencial Covadonga (420-190) aan de Av. J. Roca 1244. Is rustig met eventueel een douche op de kamer. • Hotel Nevada (425-590) in Zapiola 480. Heeft eenvoudige moderne kamers met goede badkamer. • Cabo Vírgenes (422-141) in Rivadavia 252 is eenvoudig (wel Spartaanse bedden), maar zeker aan te raden. Rustig met ontbijt.
Restaurants Aan de Av. J. Roca vind je de meeste restaurants zoals: • Op nr. 1157 Roco. Daar kun je goed eten. Uitgebreide saladbar. Bijna op de hoek van Av. San Martín. • Club Británico op nr. 935. Helemaal Engelse sfeer. Fauteuils, pints en je eet er niet slecht. Twee blokken verder op nr. 854 heb je • Puesto Molino. Een bruinekroeguitstraling met goede vleesgerechten en altijd lekker druk. Ook goed voor de lunch of wat te drinken. • Daarnaast El Horreo (op nr. 862) waar je prima kunt eten, maar qua sfeer is het totaal verschillend met de buurman. • Laguanacazúl op de hoek van Sarmiento en Gob. Lista is het beste restaurant van de stad. Hier wordt de nieuwe Argentijnse keuken geserveerd, zoals in Buenos Aires. Langoesten en lamsvlees zijn om te smullen.
Cafés en bars • El Muelle in Av. Almte Brown s/n bij de rivier is de meest populaire bar in de stad. Je kunt er ook eten en dan raad ik je een 'Tapeo el mar' aan (verschillende vishapjes). • Tito in Zapiola hoek Corrientes heeft heerlijk ijs, maar ook goede koffie.
Vervoer Bussen • De busterminal ligt net even buiten de stad. Van daaruit zijn goede verbindingen naar Vuurland, Chili, Calafate en richting het noorden of het midden van Patagonië. Het is aan de Av. Charlotte Fairchild en de RN 3. • Busonderneming El Pinqüino heeft een kantoor in de stad, in Zapiola 445. • Interlagos gaat 3x per dag naar Calafate, een rit van 4 uur met één stop onderweg. TAQSA gaat 1x per dag. • Driemaal in de week een bus naar Puerto Natales (nationaal park Torres del Paine) een rit van 6 uur (El Pinquïno). • Elke dag 2 bussen naar Punta Arenas (Chili), een rit van 6 uur met een stop in Punta Delgado. • Langs de kust door het vlakke, winderige Patagonië 4 bussen per dag naar C. Rivadavia en St. Julian met als eindhalte Buenos Aires (36 uur!!).
Vliegen • Het vliegveld ligt 10 km van de stad. De bus naar Calafate (El Pinqüino of Interlagos) stopt ook bij het vliegveld. • Dagelijks heeft Aerolineas 3 vluchten naar Buenos Aires. Naar Ushuaia 2 vluchten per dag en één vlucht naar Trelew. • Lan Argentina 1(nacht) vlucht naar Buenos Aires. • LADE vliegt 3x per week naar C. Rivadavia en Río Grande. Tweemaal in de week naar Calafate en San Julián. • Aerolineas Argentinas vind je in San Martín 545. • LADE in Fagnano 53.
Autohuur • Localiza is op Sarmiento 245 • Hertz op het vliegveld. Zo ook • Avis en in Alvear 157.
491
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
492
Nuttige adressen Supermarkten
Musea • Museo Regional Provincial in Av. San Martín hoek Ramon y Cajal. Daar vind je een overzicht van geologische en archeologische vondsten uit de provincie Santa Cruz. Maar ook over de geschiedenis van de Tehuelchesindianen. Open van 9-20 uur. Zaterdag 15-20 uur. Zeker een bezoek waard.
Er zijn er twee op Av. J. Roca. • De grootste is Anónima op de hoek van España. • De andere is Norte tegenover Hotel Santa Cruz op 742.
Postkantoor
&0
&
!
, &
an Ma rtí n
1
* '
Av en ida S
"
&
➤
&
*
&
&)& " -
☎
,
#-
)
,$ %
# ) %
&
"' &
$&
&
& %
,
art ín
! "#
/
3 ★
Plaza San Martín
ida
%
y
1 ★
Sa nM
★7
% %&
)+
"
"
-
0 )* " # #
+)
%
+
,#" %"
'"& #
*
)$ "% +&
&%
* % ##
%+ *
s
&.
"*
#&
"&*
% +)
)
&)
)+
&/
%" *
# +
"+)
"
Av en
*
*+&
go
)
)
4 ★
5 ★
## %
#
& %*
,
.*
$ ))" & ,)
)"% "
!"%
&
/ 0
' ,
%& &
)
2 ★
&
➤
*+
%&
& )&
%
#
##
"
) *+
& )
,
➤
lle
N ▲
!)
##" %
6 ★
+%
/
Laguna Maria La Gorda
&
&
%
&)
&
) (, "0
&
"
) )0 ,)" 0
#
Ga
%"
*
+"##&
+$
)
# "% ).
"
) "
o
&*
%
&) %
Rí
8 ★
"+
)+ "
0)& /
• Op de hoek van Av. J. Roca en en Av. San Martín is het postkantoor.
Río Gallegos 1. Hotel Costa Río 2. Hotel Comercio 3. Hotel Santa Cruz 4. Residencial Covadonga 5. Hotel Nevada 6. Apart Hotel Austral 7. Cabo Virgenes 8. Bar El Muelle Toeristen-informatie
D E PATAG O N I SCHE KU ST
CABO VÍRGENES Een aardige excursie is naar Cabo Vírgenes, zo’n 135 km ten zuiden van Río Gallegos. Over een stoffige grindweg, de RP1, rijd je naar het meest zuidelijkse puntje van Estancia el Condór Patagonië aan de rand van de Atlantische Oceaan en de Straat van Magallanes. Daar rondom de vuurtoren wonen in de zomermaanden (dec. - febr. ) meer dan 80.000 pinguïns, na Punta Tombo de grootste kolonie pinguïns op het vasteland. Maar als je die plek of Peninsula Valdés al hebt bezocht dan is deze trip niet echt interessant. Onderweg kom je langs estancia El Condór, die toebehoort aan de Italiaanse kledingmagnaat Benneton. Goed onderhouden, met een landingsbaan, een kapelletje, enkele grote mooie houten gebouwen in de typische Patagonië-stijl. Daar werken 65 mensen en lopen 35.000 schapen rond. Alsof je bij een gehuchtje bent aangekomen. Cabo Vírgenes is een beschermd gebied en je wandelt door het gebied via afgebakende paden, waar borden staan met uitleg over het doen en laten van deze Magalhaen pinguïns. Het ligt vlak bij de vuurtoren en daar is ook een confitería. De mogelijkheid bestaat om de vuurtoren te beklimmen. Bij helder weer heb je dan een goed uitzicht naar Vuurland aan de overkant. Zo’n 13 km noordelijker ligt estancia Monte Dinero, waar je de mogelijkheid hebt om te overnachten (zie kader hieronder). Reisbureau Magallania in Av. San Martín 917 en Macatobíano Turismo, Av. J. Roca 998, in Río Gallegos organiseren deze excursie. Overnachten op een estancia rondom Río Gallegos • Estancia Monte Dinero (02966-426900) ligt niet ver van Cabo Vírgenes. Je kunt op deze typische Patagonische estancia overnachten of met een excursie een kijkje nemen hoe hier gewerkt wordt. Want de familie Fenton heeft meer dan 19.000 schapen daar rondlopen! Zij organiseren ook tussen november en maart tochten naar de pinguïnkolonie. Je betaalt rond de E 100 per persoon, inclusief pension en excursie. De kamers zijn groot, maar eenvoudig. Open van september tot april. www. montedinero.com.ar • Estancia Hill Station (02966-423970) is gebouwd in 1885. Het was de Schotse familie, Haliday, die zich hier vestigde. Zij hebben op deze estancia zo’n 10.000 schapen en 200 paarden. Het ligt 64 km ten noorden van Río Gallegos. Je volgt de RN 3, dan neem je, nadat je de rivier bent overgegaan, de afslag RP 55 en bij kilometerpaal 63 heb je de ingang van de estancia. Hier kun je overnachten op een estancia, die leeft van de schapen. De kamers zijn prima, maar eenvoudig en je betaalt E 100 per persoon, volpension. Vervoer kan worden geregeld. Ook worden er paardrijtochten georganiseerd over de Patagonische vlaktes.
493
494
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
14. El Calafate en omstreken Het nationale park Los Glaciares met de gletsjer Perito Moreno. Het dorpje El Chaltén aan de rand van de berg Fitz Roy In dit hoofdstuk neem ik je mee landinwaarts van de provincie Santa Cruz naar een van de mooiste plekjes van Patagonië: het nationale park Los Glaciares. Hier zijn niet alleen de imposante gletsjers Perito Moreno en Upsala, maar ook prachtige donkerblauwe meren omringd door een ruig maanlandschap of enorme bossen. Je bent in een van de mooiste gebieden van Argentinië met als vertrekpunt het stadje El Calafate. Het is genoemd naar de plaatselijke blauwe bes, waar de legende vertelt dat als je deze bes eenmaal hebt gegeten je altijd naar de plek terug zult keren! Maar er is nog meer te zien, want het bergbeklimmersdorpje El Chaltén niet ver van de massieve bergen Fitz Roy en Torre wordt een steeds populairdere bestemming. Je maakt dan ook kennis met het typische Patagonische weer, onvoorspelbaar! Het kan uren zonnig zijn en dan ineens omslaan een in regen- of hagelbui. En je maakt kennis met de straffe wind! Het mooie aan dit gebied is dat het voor iedere natuurliefhebber aantrekkelijk is. Voor de bergbeklimmer zijn de Cerro Fitz Roy en Torre een uitdaging. Hou je van wandelen dan kun je in dit park je hart ophalen. Je kunt boottochten maken over de gigantische meren, er zijn wandelingen over de gletsjers en ‘s avonds kun je overnachten of dineren in een estancia (een grote herenboerderij) waar je kunt genieten van een uitgebreide Patagonische maaltijd onder de meest heldere sterrenhemel. Maar ik neem je ook mee over een van de meest verlaten wegen van Argentinië naar het noorden van de provincie: La Ruta 40! Wat de Route 66 in Noord-Amerika is, is deze weg voor de Argentijnen. Totaal van het hoge noorden naar het zuiden (Río Gallegos): 4667 km! Spectaculair, maar zwaar want eenvoudige faciliteiten zoals, een servicestation of een wegrestaurant zijn er moeilijk te vinden. Ons traject is ruim 330 km. Want de reis eindigt bij het stadje Perito Moreno. Daar aan de rand van het Andesgebergte zijn grotten met tekeningen te zien die hier het Lascaux van Argentinië worden genoemd. Cueva de las Manos.
EL C A L AFATE EN O M STREKEN
Lago Buenos Aires
naar Comodoro Rivadavia
Perito Moreno ● Río Desea ● do Los Antiguos V
Chile chico ●
CHILI Bajo Caracoles ● Lago Belgrano
40
Gobernador ● Gregores
3
C. Tres Puntas
● Puerto Deseado
Bahía Laura
Rí
● Puerto San Julián
o
●
R. Santa Cruz
El Calafate
● Cabo Blanco
281
● 3
Chi co Comandante Luis Piedra Buena
3
3
● Puerto Santa Cruz
AT L A N T I S C H E OC E A A N
● Puerto Coig o
Rí
il rd Co
▲ Monte Stokes 2060 m naar Puerto Natales
➤
a
de
lo s
ig Co
ler
CHILI
Fitz Roy ●
o
G r a n A l ti p la n ic i o C e n tr a l
●
e ad
Mte. Fitz Roy 40 3375 m El Chaltén Tres Lagos ▲ ● ● n o Cha lia L. Viedma R. Shehue Nat. Park Los Glaciares Lago Argentino
Pino Truncado
es
Bosque Petrificados
Nat. Park Perito Moreno
Lago San Martín
3200 m ▲
●
D
N ▲
● Caleta Olivia
520
● Cueva de las Manos
Lago Cardiel
Golfo San Jorge
Las Heras ●
alle de l Río
495
●Río Turbio gos R. Ga lle
An
de
s
B a h í a Gr a n d e N ▲
● Río Gallegos Monte Aymond ●
0
25
50 km
WAT JE ZEKER NIET MAG MISSEN IN EN RONDOM EL CALAFATE! 1. Het vredige stadje El Calafate, waar vandaan je de excursie kunt organiseren. Het is goed ingesprongen op het toerisme met uitstekende faciliteiten zowel voor de backpacker als de toerist die van comfort houdt. Pagina 496. 2. Het nationale park Los Glaciares, met als hoogtepunt de gletsjer Perito Moreno en waarom niet een wandeling over deze ijsmassa? Pagina 502. 3. Naar het dorpje El Chaltén, waar je kunt wandelen naar de berg Fitz Roy of naar het prachtige Lago del Desierto. Pagina 508. 4. Met een excursie of een eigen (huur)auto de Ruta 40 volgen van El Calafate naar het stadje Perito Moreno. Daar is de beroemde grot, Cueva los las Manos, met prachtige wandschilderingen te bewonderen. Pagina 515.
496
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
EL CALAFATE De toegangspoort naar een adembenemend natuurspektakel Het stadje, El Calafate ligt 310 km ten westen van Río Gallegos vlak aan de rand van het Andesgebergte en Chili. Het is de poort naar het beroemde nationale park Los Glaciares, een van de bezienswaardigheden in Argentinië die je niet mag overslaan. Het stadje telt 8000 inwoners en is zo’n gezellig aan-de-rand-van-de-berg-stadje, zoals je er veel in wintersportgebieden ziet. Het is goed ingesprongen op het toerisme, maar niet goedkoop. Logisch, want alles moet van ver komen en in die enkele maanden dat er toeristen komen is dat hun grootste bron van inkomsten. In de omtrek groeit niets, wat goed te zien is als je hier met de bus van Río Gallegos over de Patagonische vlakte aankomt. Het is eigenlijk een fascinerende rit van bijna vier uur over de oneindige vlaktes, die geheel gevormd zijn door erosie en wind, en bedekt zijn met kleine heesters en steppegras dat zich zo ver uitstrekt als het oog kan zien. Alleen schapen, af en toe een verloren estancia en een enkele heuvel onderbreken dit bijzondere monotone uitzicht. El Calafate ligt aan arroyo (riviertje) Calafate, in een dal met veel bomen en groen bij een enorm meer, Lago Argentino. Sinds de devaluatie van de peso in 2002 is het stadje enorm gegroeid, want de toeristen komen nu in groten getale. Vergeleken bij mijn eerste bezoek halverwege de jaren tachtig is er veel gebouwd, het ene hotel na de andere en is er een modern vliegveld aangelegd. Maar gelukkig is de sfeer nog steeds hetzelfde gebleven. Het gebied rondom El Calafate is één groot natuurmuseum. Wandelaars, bergbeklimmers en natuurliefhebbers zijn de bezoekers van dit imposante museum. Maar het overgrote deel komt voor het gletsjerspektakel. Niet voor niets heeft het van de UNESCO de erkenning gekregen als ‘Werelderfgoed’. De stad is bijna 80 jaar oud (gesticht in 1927) en telt maar één belangrijke straat Av. del Libertador. Hier vind je de belangrijkste reisbureaus, restaurants en winkels. Het is ook een van de weinig geasfalteerde straten. Tussen half december en half maart is hier het hoogseizoen en dan is werkelijk alles volgeboekt. Hospedajes of de dure hotels kunnen nog wel eens plaats hebben. De geschiedenis van de stad is te zien in Museo Regional El Calafate aan de Av. del Libertador 575, maar niet echt interessant. Je kunt je afvragen wat mensen hebben bewogen om zich hier tachtig jaar geleden te vestigen. Een van de eerste estancia’s, Santa Anita, in dit gebied kun je op weg naar de gletsjer Perito Moreno nog bewonderen. Wat ik je wel aanraad is Centro de Interpretación Histórico, een particulier initiatief over de historie van Patagonië. Van de eerste bewoners (zo’n 14.000 jaar geleden) tot begin 20ste eeuw wanneer de emigranten komen. Heel duidelijk opgezet in een aangename sfeer van authentieke indianenmuziek en mate drinken. Op de hoek van Av. Brown en Guido Bonarelli. Elke dag open van 10-20 uur.
EL C A L AFATE EN O M STREKEN
497
Bij mooi weer zijn de terrassen vol in el Calafate
Na 18 uur komt het leven in El Calafate op gang en als het zonnig weer is (al met 15 °C) komen zelfs de terrasjes te voorschijn. De meeste winkels zijn zeker tot 22 uur open en door de lange dagen (de zon gaat pas laat onder) is het vooral op Av. del Libertador gezellig vertoeven. Dan kun je ‘s avonds flaneren over de vernieuwde Costanera met de ondergaande zon en Lago Argentino voor je. Maar o wee als er een straffe wind opsteekt dan zijn de avonden erg fris en de straten uitgestorven. Een leuke wandeling is naar Laguna Nimez net buiten het stadje. Je treft daar zwartnekzwanen, flamingo’s, eenden en vele soorten vogels. Als je Calle E. Bustillo uitloopt en bij Los Gauchos links afslaat en dan het bruggetje over zie je vanzelf de bordjes en is het niet ver meer.
Praktische informatie El Calafate (02902)
i
Toeristeninformatie
Topklassehotels
Bij de busterminal aan Av. J. Roca. Ze hebben alle informatie over excursies, hotels en kaarten van de omgeving. Zijn zeer behulpzaam. Open elke dag van 8-22 uur in de zomermaanden. Daarna van 9-21 uur. www. elcalafate.gov.ar
(Een 2-pers.kamer kost meer dan E 200). • Design Suites (011-51997-465) een nieuw modern vijfsterrenhotel aan de rand van Lago Argentino. Alle comfort, ruime kamers, zwembad en een prima restaurant. www.designsuites.com • Posado Los Alamos (491-144) uitstekend hotel op de hoek van Bustillo en Gdor Moyano en heeft een restaurant, waar je heerlijk kunt eten. Grote tuin. www.posadalosalamos.com
Hotels De hotels zijn in het hoogseizoen prijzig, maar ga je net ervoor of daarna dan betaal je zeker 20% minder!
498
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Eersteklashotels (Een 2-pers.kamer E 150-200). • Hostería Kau-Yatún (491-059), 25 de Mayo. Net een estancia aan de rand van het centrum. Comfortabele kamers met restaurant en een grote tuin eromheen. www.kauyatun.com • El Quijote (491-017) in Gob. Gregores 1191 is uitstekend. Alles is prima verzorgd in een fraai interieur, met alle comfort. Het restaurant is zeker aan te bevelen. www.quijotehotel.com.ar • Sierra Nevada (493-129) een modern hotel, vlak bij het meer en het centrum. Heeft grote kamers en een goede service met restaurant. Iets te duur voor wat je krijgt. www.calafate. com/sierranevada
Middenklassehotels (Een 2-pers.kamer E 70-90). • Hostería Loma (491-016) aan de Av. J. Roca 849. Doet wat Zwitsers aan, veel hout en een gezellige sfeer met een tearoom. Het ligt op een heuvel en daardoor heb je een mooi uitzicht over het stadje. www.lalomahotel. com.ar • Hotel Michelangelo (491-045) op de hoek van Espora en Gdor Moyano is duurder. Doet ook Zwitsers aan met een grote living en open haard. Het heeft een goed restaurant met de specialiteiten van Calafata, nl. trucha (forel) en cordero (lamsvlees). www. michelangelohotel.com.ar • Hotel Bahia Redonda (491-743) is mooi gelegen aan de baai Redonda van Lago Argentina met een schitterend uitzicht naar het Andesgebergte. Comfortabel en een restaurant, maar iets te duur. Padre Agostini 148. www. hotelbahiaredonda.com.ar • Hostería Schilling (491-453) in Gob. Paradelo 141, ook iets te duur voor wat je krijgt. Er is een grote living met veel boeken. Rustig gelegen.
• Amancay Hostal Patagónico (491113) in Gob. Gregores 1457. Niet slecht voor de prijs en je kunt er fietsen huren. www.losglaciares.com/amancay • Hostería Kalkén (491-073) op de hoek van Av. J. Roca en V. Feilberg ligt net buiten het centrum en is prima. Er is een restaurant. Geen slechte keuze. www.hosteriakaiken.com
Budgethotels • Hostal del Glaciar (491-792), Av. Libertador 587. Een grappige façade met eigen kamers, goede sfeer en prima excursies. Je betaalt E 15 p.p. • Albergue Lago Argentino (491423) in Campaña del Desierto 1050. Met kook- en wasgelegenheid en er heerst een gezellig familiesfeertje. Vlak bij de busterminal en je betaalt E 35 voor een 2-pers.kamer. www. losglaciares.com/lagoargentino • Residencial Los Lagos (491-170) op de hoek van 25 de Mayo en Moyano is prima met eigen douche. • Hostal Los Dos Pinos (491-271) in 9 de Julio 358, met kookgelegenheid en gemeenschappelijke douches. Organiseert ook excursies. E 12 p. p. www.losglaciares.com/losdospinos • Albergue del Glaciar (491-243) is eenvoudig met een leuke sfeer en er is een restaurant. Ook worden er excursies georganiseerd en je kunt er fietsen huren. Je betaalt E 35 voor een 2-pers. kamer. Gemeenschappelijke kamers zijn goedkoper. Los Pioneros 251. www,glaciar.com
Camping • Achter het benzinestation en de brug over heb je Camping Niriguau langs de rivier in Cnel Rosales 251. • Camping Los Dos Pinos in 9 de Julio 358 is eenvoudiger. Allebei alleen open in de zomermaanden.
EL C A L AFATE EN O M STREKEN
499
Rosales
★1
ı y Avenida Julio A. Roca
★5 Campaña de Desierto
›
■
6 ★ ★7
➤
rero Feb de
naar Lago Roca
★ 12
te afa
naar vliegveld
√➤
yo
%
naar Río Gallegos
ro
Avenida del Libertador
Cal
ACA
1 de Mayo
➤
Guerrero
★ 4
J. Pantin
4
Gobernador Gregores
■
N ▲
Perito Moreno
Espora
3 ★
15
Calle 15
9 de Julio
25 de Mayo
Gobernador Moyano
★13
naar de gletsjer Perito Moreno
11 ★
Ar
➤ Bustillo
Los Gauchos
★8 Calle 15
h
h
C a la fa te 2 ★
h
Bahía Redonda
o
7 de Diciembre
La Arg go ent ino
naar Cuevas de Gualichú
Arroy
➤
10★
El Calafate 1. Hotel Alamos 2. Hostería Kau-Yatún 3. Hotel Michelangelo 4. Hotel El Quijote 5. Hostería Kalkén 6. Hostería Schilling 7. Hosteríal La Loma 8. Hotel Bahia Redonda 9. Residencial Los Lagos 10. Hostal del Glaciar 11. Hostal Los Dos Pinos 12. Alberque Lago Argentino 13. Hotel Sierra Nevada Toeristeninformatie
Restaurants Voor zo’n klein stad als El Calafate zijn er volop gelegenheden waar je prima kunt eten. Hieronder een kleine keuze wat je in Av. del Libertador kunt vinden. • Mi Viejo, aan de Av. del Libertador 1111, heeft een goede grill en een gezellige sfeer. Bij de ingang zie je een groot vuur met enorme lappen vlees aan het spit. Hier heb je lekkere bife de chorizo en een parrilla. • Aan de overkant op nr. 1150 is Vera Cruz aan te raden met verse pastagerechten in een leuke sfeer. • La Vaca Atada op nr. 1176 heeft een eenvoudige menukaart, en toch altijd goed druk.
• La Cocina op nr. 1245 is erg populair, in een aantrekkelijk interieur. Goede pastagerechten en een saladbar. Een aanrader! • La Lechuza op de hoek van 1 de Mayo is een goede pizzeria. • Pura Vida met vegetarische gerechten, in een relaxte atmosfeer. Een prima keuze aan de Av. del Libertador 1876. • Toma Winebar is tevens restaurant met typische Patagonische gerechten. Alles in een zeer modern interieur. Je kunt er ook borrelen met hapjes en (goede) wijn proeven. Av. del Libertador 1143. Als laatste op deze Avenida: • Casimero op nr. 963, waar je niet alleen wijn kunt proeven, maar ook
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
500
uitstekend kunt dineren (en lunchen). Zij hebben het beste (lams) vlees van het stadje. • Sancho op de hoek van Gob. Gregores en 25 de Mayo is een van de beste in de stad. Met een gewaagde menukaart krijg je heerlijke gerechten uit de Patagonische keuken.
Cafés en bars • Casablanca op de hoek van Av. del Libertador en 25 de Mayo is de beste! Er is chopp en je kunt er lunchen met goede muziek. Maar ook:
Vervoer Bussen • De busterminal is op Av. de Roca. Je kunt ook via de trap bij Av. del Libertador en het postkantoor naar boven lopen. • Naar Río Gallegos 4 bussen per dag (4 uur). Voor de liefhebbers van het nationale park Torres del Paine in Chili gaan 2 bussen per dag naar Puerto Natales, via Río Turbio (± 5 uur). • Dagelijks gaan 4 bussen naar El Chaltén (4 uur). • Naar het stadje Perito Moreno (de Ruta 40) dagelijks een bus. Chaltén Travel verzorgt de rit. Te vinden op Av. del Libertador 1174 (zie ook pag. 513).
Vliegen
• Shackleton, erg in bij moderne jongeren. Lounge-bar tevens restaurant en een prachtig uitzicht over de baai. Wel ver uit het centrum. Av. del Libertador 3287. Vaak zijn er kunstexposities. • Casimero heeft goede espresso en cappuccino, maar je kunt er ook uitgebreid lunchen en wijn proeven. Av. del Libertador 963 (zie hierboven). • Kau Kaleshen in Gb. Gregores 1256, is uitstekend voor lunch of een tussendoortje. Ze hebben heerlijk ambachtelijk brood met verrassende keuzes aan beleg. Een aanrader. • Borges y Alvarez aan de Av. del Libertador 1002 op de eerste etage op de hoek van het winkelcentrum. Een heerlijke relaxte tent en goede koffie!
Een busje staat bij aankomst op je te wachten en brengt je naar je hotel. • Aerolineas vliegt 4x per dag naar Buenos Aires. Elke dag een vlucht naar Ushuaia, Trelew en Bariloche. • LADE vliegt 2x per week naar C. Rivadavia, Ushuaia en Río Gallegos. • Lan Argentina vliegt 2x per dag naar Buenos Aires. • LADE heeft een kantoor in de busterminal. Aerolineas in 9 de Julio 57. • Lan Argentina is aan de Av. del Libertador 960.
Autohuur • Hertz is op het vliegveld en in Av. del Libertador 1822. • Adventure Rent a Car, Av. del Libertador 290. • Avis in Av. del Libertador 1078 en het vliegveld. • Localiza, Av. del Libertador 687.
fietsenhuur • On Rent a Car verhuurt fietsen. Av. del Libertador 1831.
EL C A L AFATE EN O M STREKEN
Reisbureaus Vrijwel alle touroperators zijn te vinden op Av. del Libertador en zijn open tot 21 uur. Hieronder een kleine keuze, want de meesten hebben hetzelfde programma. • Hielo y Aventures heeft een twee uur durende wandeltocht over de gletsjer Perito Moreno (zie bij excursies). Je vindt ze op nr. 935. • Cal Tur op nr. 1080, heeft excursies naar Fitz Roy. Voor 1, 2 of 3 dagen met hotel en diner. • Chaltén Travel op nr. 1174 heeft een uitgebreid programma, ook naar Chaltén en de Ruta 40. • Inter Lagos Turismo op nr. 1341, heeft excursies naar Lago Roca en estancia Nibepo Aike. • Upsala Explorer in 9 de Julio 69, heeft excursies naar de gletsjer Upsala en estancia’s in de omgeving. • Ruta 40, dit agentschap heeft een spectaculaire trip over deze weg, Ruta 40. Te vinden in Av. del Libertador 1215. • Mar Patag heeft een 2-daagse luxe excursie per boot langs alle gletsjers. Je slaapt en eet aan boord en er zijn wandelingen (trekkings). E 310 p.p. alles inbegrepen. www.cruserosmarpatag. com of in 9 de julio 57, lokaal 10.
Nuttige adressen • Post: Aan de Av. del Libertador tussen 9 de Julio en Espora is het postkantoor. • Supermarkten: Op de hoek van Av. del Libertador en Perito Moreno is Anonimo. Een andere, Alas, is tussen 9 de Julio en Gdor Gregores. LTM is naast Rick’s café op Av. del Libertador. • Informatie nationaal park: Het kantoor van het nationale park Los Glaciares is op Av. del Libertador hoek Bustillo. Open op werkdagen van 9-15 uur.
• Boekwinkels: World’s End aan de Av. del Libertador 1170 en Planet Patagonia iets verder op nr. 958 zijn grote boekwinkels met een uitgebreide keuze aan land- en wandelkaarten en fotoboeken. Maar ook video’s van de spectaculaire breuk bij de gletsjer Perito Moreno. Tot 22 uur open! Een andere goede winkel is: Open Calafate in Av. del Libertador 1179. • Winkelen: Av. del Libertador is een grote winkelstraat. Een aanrader is halverwege deze straat de shoppingpassage La Aldea, met veel kledingboetiekjes en souvenirzaken.
• Wil je goede Patagonische wijn proeven en kopen dan is el Galpón de don Emilio in 9 de Julio 28 het juiste adres. Sfeervol interieur en verrassende wijnen, maar ook goede regionale producten. • Calafate heeft zijn eigen ambachtelijke bier: Whirra de Calafate. In Alte. Brown 1391 wordt het gebrouwen. • Wasserettes: Lavadero in Roca 1316 en in 25 de Mayo 43.
501
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
502
❷ RONDOM EL CALAFATE Lago Argentino Dit enorme gletsjermeer waaraan El Calafate ligt, werd in 1873 bij toeval ontdekt door luitenant Feilberg. Hij werd bij de monding van de Río Santa Cruz, zo’n 250 km ten noorden van Río Gallegos, met enkele manschappen erop uitgestuurd om de oorsprong van deze rivier te ontdekken. Het was een enorm karwei, niet alleen omdat de rivier 350 km lang is, maar grote stukken waren vrijwel onbevaarbaar. Met de boot op de schouders over de rotsen en door struiken bereikten ze bijna de oorsprong. Want Feilberg dacht dat ze bij het reeds ontdekte Lago Viedma waren aangekomen. Hij wilde al terugkeren toen zij enorme dreunen hoorden alsof er hoge golven op de kust sloegen. Dát moest de bron van de Río Santa Cruz zijn, hadden hij en zijn manschappen begrepen. Wat ze niet wisten was dat het lawaai afkomstig was van een honderden meters verderop gelegen gletsjer. Dit was de gletsjer Perito Moreno, die genoemd zou worden naar zijn ontdekker Francisco Perito Moreno, vier jaar later in 1877. In dit turkooiskleurige meer zagen ze daarna tot hun grote verbazing ijsblokken met diepblauwe kleuren.
▲ 1993 m
Br o az
No
▲ Ea. La Querencía ■
1864 m
rte
Ea. San Ernesto
▲ 2286 m
▲
Lago Argentino
1650 m
Ma
yo
Cl. de Lo s
mp Té
s ano
Pto. Solidario ●
■ Puerto Bandera
Co. Frías ▲ 1095 m
▲
▲
■ Ea. Anita
● ■ Ea. Alta Vista ■ Co. Moyano Ea. Ch. Malo 1509 m ▲
▲
▲
▲
oS ur
Co. del Fraile
Braz
▲
2000 m
▲
▲
Co. Moreno
Po de Zamora
Co. Cuncuma 1502 m
Po. de Los Baguales Punto ❋ Occ. ❋ Alta Vista
Po. Banderas ❋
❋ ▲
Co. Divisadero
CHILI
ela tin
o Ric
n Ce
Lago Argentino Brazo
Co. Adriana
R
ío
▲
▲ Co. Cervantes
Ea 25 de Mayo ■ 868 m ■ ▲ Ea. Huiliches
Río Mitre Ea. Los Ventisqueros Co. Mitre ■ ■ Ea. 9 de Julio
1670 m
●
Co. Comisión
Co. B. Aires
■
2380 m
Ea. La Porfía ■
■ Ea. La Argentina ■ Ea. El Quemado
■
Co. Barragán
▲ Co. Negro
Cl.
Ea. La Angostura ■
A. Calafa te
Co. Puesto La Diana
1536 m
▲ Co. Hobier 1969 m ▲
Co. Centinela
▲
1361 m
Co. Morado
❋
▲
Po. de Los Baguales Oriental
❋
Po. Verlika
N ▲
❋
EL C A L AFATE EN O M STREKEN
Lago Argentino, het grootste van Argentinië, heeft een oppervlakte van 1560 km2 en is op sommige plaatsen zo’n 1000 m diep. Het heeft de vorm van een bovenlichaam met twee armen en zo worden die ook genoemd, nl. Brazo Norte (noorderarm), die van de gletsjer Upsala komt, en de Brazo Sur (de zuiderarm), waar de gletsjer Perito Moreno op uitkomt. Op sombere dagen lijkt het alsof het meer licht geeft. Deskundigen noemen het ‘gletsjermelk’. Hierdoor kan het meer een sprookjesachtige kleur aannemen. Het fijne gruis van de stenen, dat meegesleurd wordt met de gletsjer valt niet meteen op de bodem van het meer. Dit fosforiet is zo licht dat het meestal op het water blijft drijven.
Naar het nationale park Los Glaciares In 1937 werd dit gebied al door de regering tot nationaal park uitgeroepen. En in 1981 verklaarde de UNESCO het tot ‘erfgoed van de wereld’, vanwege zijn enorme ijskap, gletsjers en meren. Dit park is zo’n 350 km lang en 60 km breed en heeft een oppervlakte van 6000 km2. Het telt bijna 300 gletsjers en is een onderdeel van de grote ijskap over het Andesgebergte, het laatste geschenk van de ijstijd aan de aarde, zo’n tienduizend jaar geleden. Deze ijskap is viermaal groter dan het Alpengebied in Europa en is de grootste compacte ijsmassa op het vasteland na Antarctica. Met de watervallen van Iguazú in het noorden is dit landschap dé grootste toeristische attractie van Argentinië. Het hoogtepunt is de gletsjer Perito Moreno en voor de klimmers de bergen Fitz Roy en Torre. Het klimaat in dit gebied is gematigd, want de temperaturen zijn ’s zomers rond de 16 graden en ’s winters net onder nul. Doordat het is ingesloten tussen twee grote oceanen waait er voortdurend een warme oostenwind. Hierdoor krijg je steeds sneeuw en regen in de bergen. Zodoende zijn de gletsjers minder teruggetrokken dan die in de Alpen. Er zijn erbij die slechts 100 m boven de zeespiegel liggen, want een gletsjer is niets anders dan een langzaam schuivende rivier van ijs.
De gletsjer Perito Moreno In 1877 is de gletsjer Perito Moreno voor het eerst waargenomen door de geoloog Francisco Perito Moreno (zie kader op pagina 427). Het ligt ongeveer 80 km ten westen van El Calafate en is een van de weinige in de wereld die, zij het zeer langzaam, nog steeds aangroeit. Tot 1992 was er een cyclus van ongeveer 4 jaar waarin deze enorme gletsjer van 4 km breed en 60 m hoog afbrak. Want langzaam werd het ijs tegen het schiereiland (Península de Magallanes) waar jij de gletsjer kunt aanschouwen aangedrukt. Doordat er op 2000 m hoogte permanente sneeuwvoeding aan het begin van de gletsjer is, schuift het ijs steeds verder en tegen dit groeiende gewicht is de wand van de gletsjer bij het meer niet bestand. Om de 4 jaar brak dan de wand, wat een groots spektakel was. Dit kon twee dagen duren, waardoor het water in het meer ruim 20 m steeg. In 1900 was de afstand tussen de gletsjer en het vasteland nog 1 km. In 1917 vormde de eerste ijswand zich tegen het vasteland en in februari 1937 kwam de eerste afbreking. Om de 3 à 4 jaar, brak de ijswand in februari of maart trouw af. Dat gebeurde tot aan 1992, daarna volgde er jaren-
503
504
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
De gletsjer Perito Moreno
lang niets meer en pas op 24 maart 2004 brak de wand weer opnieuw. Om het helemaal spannend te maken, in maart 2006 nogmaals! Men is bang dat ook hier het broeikaseffect heeft toegeslagen. Het spektakel werd bijgewoond door tienduizenden belangstellenden uit de hele wereld en werd live op de televisie uitgezonden in Argentinië en Chili. ‘Alsof de wereld verging, de grond trilde, het ijs donderde naar beneden, het vloog alle kanten op en daarna spatte het water omhoog met enorme golven.’ Zo las ik in de krant het verhaal van een geïmponeerde toeschouwer. Video’s van dit schouwspel zijn te koop in El Calafate bij de souvenirshops, maar ook in Buenos Aires bij de grote boekhandels. Deze gletsjer met z’n neonblauwe ijswand is qua grootte een goede middenmaat, maar wel de meest imposante en zeer mooi! Alle touroperators gaan naar de gletsjer Perito Moreno. Je vertrekt ’s ochtends vroeg en je krijgt ruim 3 uur de gelegenheid om via de aangegeven wandelpaden naar beneden te lopen. Daar kun je deze gigantische ijsmassa bewonderen. Ter plekke hoor je vooral de taal van de gletsjer: gekraak, gerommel, gegrom en dan, je weet niet aan welke kant, een explosie alsof er een straaljager door de geluidsbarrière heen vliegt. Te laat zie je een groot vers brok ijs in het water donderen met stuifsneeuw eromheen en een grote golfslag. Dit kan zowel links als rechts of voor je neus gebeuren; haast nooit weet je wanneer het gebeurt. Het lijkt alsof de gletsjer een spel met je speelt. Als de zon doorbreekt is het een prachtig
EL C A L AFATE EN O M STREKEN
gezicht, die witte gletsjer met een zachtblauwe ijswand en fraaie nuances van blauwgekleurde ijsbergen eromheen in het water. Blijf binnen de aangegeven wandelpaden (pasarelas), want erbuiten is gevaarlijk en de boete is zeer hoog. Voor de gletsjer bevindt zich een confitería en een luxueus hotel, Los Notros, geheel in Alpenstijl. Bij Caltur en Marga SA vertrekken 2x per dag busjes naar de gletsjer Perito Moreno. Je bent verder helemaal vrij en je kunt dan 's middags weer terug naar El Calafate. Het enige hotel vlak bij de gletsjer is Hostería Los Notros (011-4814-3934) en is gebouwd in typische Zwitserse Alpenstijl. In dit luxueuze hotel hebben alle kamers uitzicht op de gletsjer. Voor een 2-pers.kamer betaal je E 250 per nacht. Zij hebben een goed (duur) restaurant en een confitería, waar het terras uitzicht heeft op de gletsjer! www.losnotros.com Camping Bahía Escondida ligt op 8 km van de gletsjer en is goed met alle faciliteiten. In januari en februari erg vol.
Wandelen over de gletsjer Spectaculair is met enkele gidsen een wandeling maken over de gigantische ijsmassa van de Perito Moreno! Je vertrekt met de boot van het schiereiland naar de overkant naar de zijkant van de gletsjer. Daar begint de wandeltocht van bijna twee uur. Je krijgt spikes onder je schoenen geschroefd en dan begint voorzichtig half glijdend de wandeltocht. Diepe blauwe kloven, watervalletjes onder het ijs, in de verte gerommel, een straffe wind en een adembenemende ijsmassa die schittert voor je ogen, dát zijn de verrassingen die je te wachten staan. Aan het eind van de wandeling word je verrast met een glaasje cognac! En vergeet niet zonnecrème op je gezicht te smeren, want de zon in combinatie met sneeuw is dubbel zo sterk! Een echte aanrader deze wandeltocht. Hielo y Aventura aan de Av. del Libertador 935 organiseert deze excursie, tussen november en april, en wordt Safari Nautico y Minitrekking al Glaciar Perito Moreno genoemd.
Excursie naar de gletsjer Upsala De volgende interessante excursie van een dag is over Lago Argentino en Brazo Norte naar de gletsjer Upsala, de grootste van Zuid-Amerika, totale oppervlakte 595 km2! Je vertrekt met een catamaran vanuit Puerto Bandera een kleine 70 km ten westen van El Calafate. De afvaart is vroeg in de ochtend. Je stopt halverwege bij Bahía Onelli. Daar ligt refugio Onelli (alleen zomers open) waar je ruim de tijd krijgt om te lunchen en te wandelen. Het eerste gedeelte is wat eentonig. Pas als de boot in Brazo Norte komt wordt het landschap interessanter. Al gauw komen de eerste grote blauwe ijsbergen je tegemoet. Er is een goede uitleg in het Engels, over wat je onderweg te zien krijgt. Hoe meer je richting gletsjer gaat, des te groter en blauwer de ijsbergen (omdat ze nog jong zijn en vol met zuurstof zitten). Soms manoeuvreert de boot op slechts enkele meters afstand tus-
505
506
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
sen de tientallen ijsbergen door. Een imposante belevenis. Het hoogtepunt van de tocht is natuurlijk de gletsjer Upsala, een enorme gletsjer van 80 m hoog en 7 kilometer breed, maar niet zo overdonderend als de gletsjer Perito Moreno. De gletsjer Upsala is bijvoorbeeld helemaal wit Wandelen over de gletsjer Perito Moreno en komt van grote hoogte. En dan te weten dat hier op deze gletsjer de Argentijn Olezza in 1962 met een Douglas T05 landde. Tien jaar ervoor heeft een expeditie voor het eerst een geslaagde poging gedaan over de Argentijnse ijskap en deze gletsjer te lopen. Als je dit allemaal weet en je staart zo over de reling naar deze enorme ijsmassa, dan pas realiseer je je deze prestaties. Bij deze gletsjer is een afname van de ijsmassa met ruim 1 kilometer per jaar! Daarna wordt er gestopt bij refugio Onelli vlak bij de gletsjer Onelli. Er is tijd genoeg om te lunchen en door het bos te wandelen. In de verte tussen de bomen zie je al honderden ‘schuimpjes’ op het water drijven, althans daar lijken al die ijsbrokken op. De terugweg gaat langs de gletsjer Spegazzini met een ijswand van meer dan 135 m hoog. Spectaculair zijn de kleine lawines aan de top van de gletsjer, en hun gerommel daarna. Als dan ook nog de zon schijnt wordt het een zeer aangename terugvaart. Maar het kan deze hele excursie ook vochtig en winderig zijn. Daarom moet je je goed aankleden, want de wind kan vrij straf zijn! Desondanks is het zeker de moeite waard deze excursie te maken. Fernandez Campell aan de Av. Libertador 867 organiseert deze boottocht. Een alternatief is met de organisatie van Estancia Cristina. Deze dagtrip gaat eerst naar de gletsjer Upsala daarna richting Bahía Cristina en de estancia Cristina. Hiervandaan kun je kiezen uit een lange wandeling (3 uur), paardrijtocht (ook zo’n 3 uur) of met een jeep richting het noorden naar de refugio Upsala. Je rijdt of wandelt door het ruige Patagonische land en de gids vertelt je uitvoerig over de geografie en laat fossielen in de gesteentes zien, zodat je op een interessante manier te weten komt hoe dit landschap is ontstaan. Dan boven bij het eindpunt kun je weer de gletsjer bewonderen. Een prachtig gezicht, die blauwe ijsmassa rondom een maanachtig landschap, want zo ziet de omgeving eruit. Daarna keer je terug naar estancia Cristina en krijg je een uitgebreide Asado (een Argentijnse barbecue) aangeboden met salades en een verrukkelijk dessert! Deze excursie wordt verzorgd bij agentschap Estancia Cristina (491-133) in 9 de Julio 69. www.estanciacristina.com
EL C A L AFATE EN O M STREKEN
Bosque Petrificado La Leone Sinds een paar jaar is er rondom het terrein van de Estancia Santa Teresita bij de Cerro Los Hornos een versteend bos toegankelijk voor het publiek. Het ligt zo’n 110 km ten noorden van El Calafate niet ver van Lago Viedma. Hier liggen grote stukken versteende boomstammen en botten van dinosaurussen, maar ook fossielen van meer dan honderd miljoen jaren oud. Men denkt dat door de gletsjers en rivieren deze stukken zijn meegevoerd naar de plek waar ze nu liggen. Want tijdens het ontstaan van het Andesgebergte waren er enorme vulkaanuitbarstingen en veranderde hier niet alleen het landschap, maar ook het klimaat. Zo kun je op drie plaatsen in Patagonië versteende bossen vinden: bij de stad Sarmiento, onder het dorpje Fitz Roy en hier bij La Leone. Dit gebied wordt nog niet commercieel geëxploiteerd, zodat je nog vrij kunt rondlopen wel onder leiding van een gids die alles goed uitlegt. De wandeling duurt 4 uur en alleen al het (maan)landschap en de reis er naartoe is indrukwekkend. Je luncht in Hotel La Leone, gebouwd in 1916, in zo’n typisch (golfplaten) bouwstijl die je overal in Patagonië. ziet. Je kunt deze excursie boeken bij Andes Expeditions of bij Morresi Viajes. Allebei in Av. del Libertador 1341. De eerste is in lokaal 4 en de andere in lokaal 6. Overnachten op een estancia rondom El Calafate • Alta Vista (02902-491-247) ligt vlak bij de RP 15 richting Lago Roca, 33 km ten zuidwesten van El Calafate. Een luxe estancia waar je in alle rust terug kunt komen van een dagexcursie. Deze mooie gebouwde estancia was eens eigendom van de beroemde Braun dynasty, die eens de hele wolindustrie in Zuid-Patagonië in handen had. Sfeervol ingericht met een grote tuin, omringd door enorme bomen. Ruime fraaie kamers en een prima keuken. Ik zou ook een kijkje nemen in de schapenstallen van deze boerderij. Je betaalt wel voor een 2-pers. kamer E 200 alles inbegrepen per persoon! • Alice/El Gapon (02902-491-793) is een sfeervolle estancia langs de RP11, zo’n 22 km ten westen van El Calafate. Het ligt aan een baai van de Lago Argentino richting de gletsjer Perito Moreno. De kamers zijn sfeervol en er is een prima restaurant, waar gauchoshows worden gegeven. Ook organiseren ze paardrij- en wandeltochten en kun je natuurlijk een kijkje nemen bij de schapen- en paardenstallen. De slaapkamers zijn comfortabel en vraag een kamer aan de achterkant met zicht op het meer. Want dat is natuurlijk heerlijk wakker worden! Je betaalt voor een 2-pers.kamer met een uitgebreid ontbijt E 120. www.estanciaalice.com.ar
507
508
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
❸ NAAR HET DORP EL CHALTÉN 240 km ten noorden van El Calafate aan de andere kant van Lago Viedma liggen de bergen Fitz Roy (3405 m), Poincenot (3076 m) en Torre (3128 m). Het is niet ver van de Chileense grens en het imposante Campo de Hielo Sur is onderdeel van de grootste ijskap op het continent. De bekende bergbeklimmer Eric Shipton noemde dit gebied ‘een land van woeste stormen’ en dat maakt het zo moeilijk om de toppen van deze bergen te beklimmen en ze allemaal goed en helder te zien. Maar het is absoluut een bezoek waard naar deze bergen en het nabijgelegen dorpje El Chaltén. De natuurkundige, Francisco Perito Moreno gaf een van deze bergen de naam Fitz Roy naar de kapitein van de Beagle. Deze voer in 1834 samen met Darwin de Río Santa Cruz op en zij waren waarschijnlijk de eerste Europeanen die deze bergen van verre gezien hebben. De indianen in deze streek noemden de berg Chaltén, wat ‘god van de rook’ betekent. Zij zagen de bergen als goden en deze berg is en was vaak omringd door wolken. Doordat de berg Fitz Roy constant een sluier van sneeuw of wolken om zich heen heeft, dacht men zelfs tot in 20ste eeuw dat het een vulkaan was. Pas in 1952 bedwongen twee Italianen, Terray en Magnone, deze berg. De top van de Cerro Torre werd pas in 1959 bereikt door de Italiaan Maestre, maar bewijzen zijn er niet. Zijn compagnon Egger werd dood gevonden. Maestre zelf was in zo’n slechte toestand dat hij acuut opgenomen moest worden. Daarna heeft men altijd getwijfeld aan hun prestatie. In 1970 wilde hij het nog een keer proberen met compagnons, maar dan met door compressoren aangedreven drilboren, wat grote protesten opleverde. In 1974 pas werd de berg officieel bedwongen door de Italiaan Casimiro Ferrari. Het is te doen om in één dag een bezoek te brengen aan deze bergen, maar ik raad je minstens twee of meer dagen in El Chaltén aan, want je kunt in dit gebied heerlijk wandelen en de natuur is er prachtig. Dit is het paradijs van de klimmers, wandelaars en kampeerders. Je volgt vanuit El Calafate de Ruta 40 en bij Hotel La Leone (na zo’n 110 km) is de enige plaats voor Chaltén waar je wat kunt drinken. Hiervandaan kun je trouwens, via een slechte (grind)weg, naar twee estancia’s aan de zuidkant van Lago Viedma, estancia Santa Teresita en Helsingfors (zie kader op pag.513). Je nadert Lago Viedma, een enorm meer van alleen maar gletsjerwater en zo’n 1100 km2 groot. Het is nu nog zo’n 110 km grotendeels langs dit meer naar El Chaltén, maar dan over de RP 23. Aan de overkant kun je in de verte al de gletsjer Viedma zien liggen.
EL CHALTÉN Het gehuchtje El Chaltén, van nog geen 300 inwoners, ligt 222 km ten noorden van El Calafate, aan de voet van de bergen Fitz Roy, Torre en Poincenot. Het is de uitvalsbasis voor schitterende (wandel)tochten in en rondom de bergen. In El Chaltén, gesticht in 1985, is niet veel te doen
EL C A L AFATE EN O M STREKEN
509
Op weg naar het dorpje El Chaltén met de berg Fitz Roy
en er zijn alleen maar hotelletjes, restaurants, reisbureautjes en outdoorwinkels, want alles draait om wandelen en klimmen. Zomers trekken duizenden natuurliefhebbers naar dit gehuchtje, waar het dan niet makkelijk is om een slaapplaats vinden. Daarom raad ik je aan om niet in januari of februari zonder reservering er naartoe te gaan. Ook hier merk je dat in enkele jaren veel is veranderd, nu is alles (nog) redelijk rustig en gemoedelijk, maar voor hoe lang? Bedenk wel dat alles hier duurder is dan elders.
Praktische informatie El Chaltén (02962) Toeristeninformatie is in Güemes 21 bij het begin van het dorpje. Open van 8-20 uur, in het weekend van 1319 uur. www.elchalten.com
Hotels • El Puma (493-095) is een van de beste, met ruime kamers in een estanciasfeer. Er is een grote living met open haard en een goed restaurant. Je betaalt E 120 voor een 2-pers.kamer. Te vinden in Lionel Terray 212. www. elchalten.com/elpuma
i
• Hostería Posada Lunajuim (493047), in Revisan s/n is een aanrader. In het centrum en met ruime kamers (E 100 voor een 2-pers.kamer), allemaal in een mooi Alpeninterieur. Er is een restaurant en de familie ontvangt je hartelijk. www.elchalten.com/luna juim • Fitz Roy Inn (493-062) is prima, de kamers zijn ruim en je betaalt E 60 voor een 2-pers.kamer. Met een restaurant en een confitería. Je kunt in El Calafate reserveren bij Cal Tur. Zij
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
510
organiseren ook een busreis, een overnachting met ontbijt en terug naar El Calafate. • B&B Nothofagus (493-087) is niet slecht en betaalbaar. In Hensen s/n bij Riquelme. Je betaalt E 60 voor een 2-pers.kamer (soms deel je de badkamer). • Albergue Patagonia (493-019) in San Martín 493, is een jongerenhotel en lid van de Hostelling International. Je betaalt E 15 per persoon. Je kunt er koken en er zijn fietsen te huur. De eigenaar organiseert excursies en geeft je goede tips. • Rancho Grande (493-005), eenvoudig, goed met kookgelegenheid, maar er is ook een restaurant. Je betaalt per persoon E10. Av. San Martín 724.
• Malbec is een leuke wijnbar met open haard en je kunt er ook goed eten. Het is niet groot, maar knus. Op de hoek van Antonio Rojo en Cabo García.
Vervoer Er is geen busterminal. De bussen komen aan en vertrekken bij Fitz Roy Inn en Hostel Rancho Grande. • Vier bussen per dag gaan naar El Calafate. • Naar het stadje Perito Moreno gaat elke dag (‘s zomers) één bus met Itinerarios y Travesías. Ze volgen de Ruta 40 en je vindt ze in Perito Moreno 152 of Chaltén Travel op de hoek van Güemes en Lago del Desierto.
Touroperators Restaurants • La Senyera del Torre in Lago del Desierto s/n is gezellig en tevens pub. • Ruca Mahuida in Lionel Terray 104 is misschien wel de beste in het dorp, dus zeker doen! Probeer eens noquis, gevuld met mozzarella en geconfijte tomaten en knoflook! • Josh Aike is een goed café, waar je ook lekker kunt eten. In Lago del Desierto 105. Een aanrader! • Patagonicus is ook een aanrader. Lekkere pizza’s en goede salades in een stijlvol interieur. Av. Güemes s/n.
• Fitz Roy Expediciones is zeer goed en gespecialiseerd in bergbeklimming en bergtochten met professionele gidsen. Je vindt ze in Lionel Terray 535. www.fitzroyexpediciones.com.ar • Camino Abierto, Lionel Terray s/n, doet aan ecotoerisme en heeft tochten naar de Fitz Roy en de gletsjer Torre. • Er zijn geen pinautomaten in het dorp! Neem cash geld mee, maar bij de meeste hotels kun je met een creditcard betalen.
Enkele wandelroutes rondom El Chaltén Hieronder zijn enkele mooie wandelroutes beschreven en bij de toeristeninformatie zijn kaarten verkijgbaar waarop de routes duidelijk staan beschreven. De paden zijn prima te bewandelen en makkelijk te volgen. Goede (regen)kleding vooral tegen de wind en stevige wandelschoenen zijn een eerste vereiste. Neem de tijd en geniet vooral van de natuur, want alle inspanningen worden ruimschoots beloond. ❶ Naar het basiskamp van de Cerro Torre, een wandeltocht van zo’n 10 km en reken op ruim 4 uur lopen. De tocht eindigt bij Laguna Torre waar gekampeerd kan worden. Hier heb je een prachtig uitzicht over de gletsjers Torre en Grande.
EL C A L AFATE EN O M STREKEN
Het dorp El Chaltén
❷ Deze gaat naar de Fitz Roy. Een mooiere route dan de eerste, ook zo’n 11 km, maar reken wel op een 5 uur wandelen. Je wandelt door de prachtige vallei van Chorillo del Salto. Bij de basiskampen Poincenot en over de rivier, Río Blanco kun je ook kamperen. Hier is een pad naar een heel mooi smaragdgroen meertje, Laguna de los Tres, aan de voet van de Fitz Roy. Daarvandaan heb je een schitterende kijk op de Fitz Roy, mits het weer goed is. En je kunt de foto’s nemen, zoals je op de meeste ansichtkaarten ziet. ❸ Deze laatste wandeltocht loopt vanuit het basiskamp (Camp. Poincenot) naar de noordzijde van de Fitz Roy, Piedra del Fraile. De route is 10 km lang en reken op ruim 5 uur wandelen. Je gaat door een mooi gedeelte van het bos, afgewisseld met grasvelden vol met madeliefjes. Bij Piedra del Fraile (steen van de monnik) is een eenvoudige refugio. Hiervandaan kun je ook een wandeling maken naar Lago Electrico en een flinke wandeltocht naar de voet van de noordzijde van de Fitz Roy tot een hoogte van 2500 m. ❹ Je kunt ook een georganiseerde wandeltocht over en om de bergen Fitz Roy en Torre maken. Fitz Roy Expediciones in Lionel Terray 212 en NYCA Adventure in Cabo Garcia 122 organiseren deze tochten. Het is wel belangrijk om bij al deze wandeltochten behoorlijk warme kleding mee te nemen, vooral tegen de straffe wind en de hevige regenbuien. Maar ook goede bergschoenen zijn noodzakelijk.
Lago del Desierto 37 km noordelijker van El Chaltén ligt het mooie smaragdblauwe Lago del Desierto omringd door bossen en besneeuwde bergtoppen. Vanuit Punta Sur vertrekt eenmaal per dag een boot naar de andere kant, Punta Norte. Er is daar een wandelpad aan de oostkant, en deze leidt je naar de mirador (zo’n 10 min. wandelen). Daarvandaan heb je niet alleen een
511
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
512
zeer mooi gezicht over het meer maar ook naar de Fitz Roy en de andere bergen. Je kunt dan in ruim een uur naar Punta Sur wandelen, waar je met het minibusje terug kunt naar El Chaltén. Er vertrekken ‘s ochtends 2 bussen vanuit El Chaltén naar Lago del Desierto en ‘s middags weer terug. Het reisbureau Mermoz in San Martín 493 en Las Lengas op de hoek van Av. Güemes en A. de Viedma organiseren deze trips. Je kunt ook een georganiseerde trip nemen en deze wordt door Patagonia Adventura georganiseerd. In Av. Güemes s/n
Lago Viedma Een aanrader is de excursie over Lago Viedma naar de gelijknamige gletsjer met als hoogtepunt een wandeltocht over deze ijsmassa. Vergeleken met de minitrekking in El Calafate over de gletsjer Perito Moreno is deze tocht interessanter. Ruim 2 uur wandel je over de immens grote ijsmassa, loop je ijstunnels in, alles onder goede begeleiding en uitleg van een gids. Je vertrekt ‘s ochtends van Bahía Túnel 15 km ten zuiden van El Chaltén en je keert halverwege de middag weer terug. Neem goede kleding en zonnencrème mee. Niet ver van de pier is restaurant Bahía Tunel waar je uitstekend kunt eten, maar waar je ook na de trip wat kunt drinken met een prachtig gezicht over het meer. Patagonia Adventura is in Av. Güemes s/n Flora en fauna rondom El Calafate Buiten El Calafate kom je op weg naar de gletsjers en meren de condor, de adelaar en de caracara (een soort valk) tegen. Zelfs op de boottocht naar de Upsala-gletsjer zul je de condor regelmatig langs de bergen zien vliegen. Rondom Lago Argentino is de cauquén (Chloephaga rubidiceps) in groepsverband vaak te zien (zie foto). Deze behoort tot de ganzenfamilie. Van de caracara is de Carancho austral en común regelmatig bij de estancia waar te nemen. En natuurlijk de vertrouwde bewoners, gaunaco’s (kleine sierlijke lama’s), ñandu’s (struisvogels) en de schapen. De bossen rondom de meren bestaan voornamelijk uit lenga’s (Northofagus pumilio), de guindo (Northofagus betuloides) en de ñire. Allemaal robuuste beukenbomen met een lengte van zo’n 35 m en ze groeien tot een hoogte van zo’n 2000 m. Tijdens het wandelen in de zomermaanden kom je de calafate (Berberis buxifolia), een blauwe bes, tegen. De legende vertelt dat als je eenmaal deze bes hebt gegeten, je altijd naar de plek zult terugkeren. In de lente heeft de struik prachtige gele en oranje bloemen. Van deze bessen kun je ook lekkere jam kopen.
EL C A L AFATE EN O M STREKEN
Overnachten op een estancia in en rondom El Chaltén • La Maipú ((02966-422613) ligt aan de rand van Lago San Martín, omringd door prachtige bergen en enorme bossen. Ruime kamers en je kunt er van alles doen: wandelen of paardrijden door de bosrijke omgeving. Onder leiding van een gids, maar je kunt ook een dagje de activiteiten meemaken op de estancia. Want zij leven grotendeels van de schapenteelt. Ze bieden je een 2-pers.kamer aan voor E 90 vol pension per persoon. Ook is er een klein museum van de eerste bewoners, o.a. de fam. Lively, die hier eind 19de eeuw neerstreek. Je kunt vanuit het gehuchtje Tres Lagos aan de Ruta 40 opgehaald worden (120 km). De estancia ligt vanuit El Calafate 260 km noordwaarts aan de zuidkant van Lago San Martín. www.estancialamaipu.com.ar • Helsingfors (02966-420719 of 011-4315-1222) ligt aan de zuidkant van Lago Viedma. De meest afgelegen, maar ook de meest luxueuze, estancia aan dit meer, 180 km van El Calafate. Er worden paardrijen trektochten georganiseerd, maar ook een prachtige boottocht over dit schitterende meer naar de gletsjer Viedma en een kleine wandeltocht over deze gletsjer. Ze hebben hun eigen groente in de tuin, zodat je elke dag optimaal kunt genieten van de verse maaltijden. Je betaalt voor een 2-pers.kamer E 220. Ze kunnen je ophalen bij het vliegveld of bij je hotel in El Calafate (‘s ochtends) en brengen je ‘s middags na je verbijf weer terug naar de stad of het vliegveld. www.helsingfors. com.ar
❹ DE RUTA 40 NAAR CUEVA DE LAS MANOS La Ruta Quarenta (Ruta 40) is een begrip bij de Argentijnen. Zoals de Route 66 in Amerika een begrip is, zo is het ook met deze weg. Alleen de omstandigheden waaronder je deze Ruta 40 rijdt zijn zwaarder en moeilijker dan zijn grote broer in het hoge noorden. Hier zijn geen wegrestaurants met airco, geen motels, of stadjes met vertier. Je rijdt over een lange rechte smalle tweebaansweg, langs het indrukwekkende Andesgebergte. En af en toe zie je een estancia in de verte of guanaca's die je nieuwsgierig aankijken. Of kom je aan bij een gehuchtje waar je denkt wie wil hier in ‘s hemelsnaam wonen? De Ruta 40 die ik bespreek gaat van El Calafate langs El Chaltén naar Tres Lagos, daarna richting Bajo Caracoles en als einddoel het stadje Perito Moreno. Vlak ervoor breng ik je nog naar Cuevas de las Manos, grotten met tekeningen, die het Lascaux van Argentinië worden genoemd. Totaal is het ruim 600 km! Het eerste gehuchtje na El Chaltén is Tres Lagos, zo’n gehuchtje van een paar honderd inwoners, waarvan je je afvraagt waar deze mensen in zo’n afgelegen streek van leven en wat ze hier doen. Het zal grotendeels van schapen en wol zijn. Bij het begin van het dorpje bij het ACA pomp- en service-station gaat er een weg (RP 31) naar Lago San Martín. Langzaam maar zeker verlaat je de valleien van het Andesgebergte en wordt het landschap heuvelachtig met opvallende tafelbergen. Op een
513
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
514
Lago Buenos Aires
●
●
●
●
Chile chico
520
Perito Moreno
125 km
Los Antiguos
CHILI
40 San Lorenzo 3706 m
Bajo Caracoles ●
▲
▲
Cueva de las Manos ● ▲
Nat. Park Perito Moreno
Lago Belgrano
37
●
0
km
10
40
▲
El Chatén
●
➤
● Tres Lagos
40
▲
Lago Viedma
170
Fitz Roy 3405 m
521
km
Lago San Martín
naar Gobernador Gregores
Las Horquetas
Lago Argentino
naar Río Gallegos
➤
● Calafate
36 km
125 km
Nat. Park Los Glaciares
Cañon de Río Pintado
N ▲
gegeven moment kom je langs een groot meer, Lago Cardiel. Het heeft een hoog zoutgehalte en er is veel zalm en flamingo’s sieren de omgeving. Nu kom je langs estancia La Angostura (02966-491-501), zo’n 4 km van de de weg, waar je eventueel kunt overnachten. Voor een 2-pers.kamer met ontbijt betaal je E 60. Je kunt er ook dineren. Na meer dan honderd kilometer eenzaamheid rijd je langs Hotel las Horquetas (gesloten), en daar niet ver vandaan is een afslag, de RP 37, naar Parque Nacional Perito Moreno (het bord 'A Lago Belgrano' is hetzelfde). Wil je naar dit park dan is het nog 75 km over een zanderige weg. Als je de Ruta 40 vervolgt kom je eindelijk bij het gehuchtje Bajo Caracoles aan. Dan heb je er al 330 km op zitten.
EL C A L AFATE EN O M STREKEN
Nationaal park Perito Moreno Het nationale park Perito Moreno is 1150 km2 groot en ligt zo’n 170 km ten zuidwesten van Bajo Caracoles tegen de Chileense grens aan. Het is een van de meest verlaten en moeilijk bereikbare nationale parken van het land. Je komt aan vlak bij estancia Belgrano, tevens de ingang van het park waar een ontvangsthal is (je kunt er ook slapen). De parkwachters kunnen je alle informatie geven voor overnachting, wandelroutes en de flora en fauna. Een goede plaats voor de overnachting is estancia La Oriental 8 km verderop. Zij organiseren trek- en paardrijtochten door het park. De estancia ligt niet ver van de Cerro Léon en je kunt makkelijk naar boven klimmen (4 uur heen en terug), waar je een fantastisch uitzicht hebt over het park, de bergen en de donkerblauwe meren. Een prachtig begin! In westelijke richting zie je de Cerro San Lorenzo, die 3706 m hoog is. Je bent hier niet ver van de Sierra Colorada, waar je als het ware een schilders-palet van kleurrijke bergtoppen kunt zien. Niet ver ervandaan ligt estancia Rincón, het huis van de parkwachters. Je kunt ook een mooie wandeling naar het schiereiland van Lago Belgrano en het meer maken. Of wat zuidelijker een wandeling (of paardrijtocht) naar Laguna del Mié wat zeker de moeite waard is. De afstand is 6 km. Guanaco’s, herten (een honderdtal huemuls leven hier), condors (veel aanwezig) en nandu’s zijn de vaste bewoners van het park. Rondom de meren zie je flamingo’s, veel cauquenes (Argentijnse ganzen) en de zwartnekzwanen. De beste tijd is half december tot begin maart, want het kan er erg waaien, regenen en fris zijn. Soms straalt uren de zon en dan plotseling kan er een straffe regenbui opkomen. Bij estancia La Oriental (02962-452-196) betaal je voor een 2pers.kamer E 60, halfpension. De familie Lada ontvangt je hartelijk. De kamers zijn goed, maar eenvoudig en de eigenaresse kookt voortreffelijk. Je kunt ook kamperen bij deze estancia. 8 km voor de ingang aan de RP 37, is een andere goede estancia, Menelik. Ook zij verzorgen paardrijtochten en je betaalt E 80 voor een 2-pers.kamer, volpension. www.cielospatagonicos.com
In Bajo Caracoles is een redelijk hotelletje met een bar en restaurant.Het pompstation is tevens een soort ‘meetingpoint’ van passerende avonturiers; fietsers, chauffeurs, wandelaars (!) allemaal komen ze hier op adem. Je vraagt je af waar je terecht bent gekomen in dit winderige gehuchtje van nog geen honderd inwoners. Dit is Patagonië! Hotel Bajo Caracoles (02963-490-100), je betaalt E 30 voor een 2-pers.kamer en dat is het niet waard.
Naar Cueva de las Manos Zo’n 10 km noordelijker aan de Ruta 40 is rechts een afslag (RP 97) naar Cueva de las Manos en langzaam maar zeker kom je in een van de mooiste gebieden van Noord-Patagonië, Cañon de Río Pintado. Alleen hier doorheen rijden (of wandelen) is een rit waard! Want met Cañon de
515
516
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Talampaya in de provincie La Rioja zijn deze twee cañons wel de mooiste van Argentinië. Deze cañon is ruim 270 m diep en bijna 500m breed. Vooral Cañadon Charcamata is een prachtig stuk natuur, wat je alleen kunt bezoeken met een gids en een 4weel-drive. Estancia Cueva de las manos (ex Los Toldos) heeft een dagtocht naar dit gebied (zie hieronder). In een van die valleien ligt Cueva de las Manos (de grot met de handen), de Argentijnse versie van de Franse grotschilderingen uit Lascaux. In deze grot zijn een hele serie prehistorische tekeningen gevonden, voornamelijk van handen maar ook van dieren en mensen. Ze liggen prachtig aan de rand van de Río Pinturas.
Cueva de las Manos (de grot van de handen) De parkwachters zijn erg behulpzaam en je daalt met een van hen naar de grot. Daar zijn wandtekeningen te zien in een 24 m lange rots, die 15 m diep is. De eerste afbeelding, de jacht op guanaco’s, dateert van 7370 jaar geleden. Het waren jagers die als eersten hier gewoond hebben. Zij hebben ook de handen, die je overal ziet, in negatief geschilderd. De kleuren die zij gebruikten waren zwart, okergeel, violet en wit. Waarom deze handen in negatief werden afgebeeld weet men nog steeds niet. Men denkt aan occulte feesten, wat ook af te leiden is uit de geamputeerde vingers: waarschijnlijk een teken van treuren. Pas in het laatste tijdperk van zo’n 1500 jaar geleden, werden de handen positief geschilderd met de kleur rood. Je ziet dan ook meer geometrische figuren. Totaal zijn er meer dan 800 afbeeldingen te zien en het werd in 1999 door de UNESCO op de lijst gezet van werelderfgoed. Toen de grot ontdekt werd (pas rond de jaren veertig van de vorige eeuw) dachten de archeologen eerst dat de handen door kinderen en vrouwen gemaakt waren, omdat ze vrij klein zijn. De tekeningen hebben gelukkig door de eeuwen heen van de natuur vrijwel niets geleden. Je merkt al dat hier geen wind komt, en bijna geen zon en dat de vochtigheid gering is. Helaas hebben souvenirjagers al vroeg huisgehouden en vele beschil-
EL C A L AFATE EN O M STREKEN
517
derde stenen meegenomen. Zodoende is er nu (helaas) een hek omheen, maar toch kun je de afbeeldingen goed zien. Cueva de las Manos heeft de mooiste grotschilderingen van Argentinië. Het einddoel van deze Ruta 40 is het stadje Perito Moreno, Vanuit Bajo Caracoles is het nog een kleine 125 km. Langzaam maar zeker wordt het landschap vlakker op de ‘dode’ vulkaan, Cerro El Volcan (660 m) na, nu trouwens een soort tafelberg. Hier in de buurt zijn 2 estancia’s vanwaar je ook prima naar Cueva de las Manos en Cañon de Río Pintado kunt gaan. Want beide organiseren deze tochten. Estancia Cueva de las Manos (ex Los Toldos) ligt het meest dichtbij. Een aanrader is estancia Telken (02963-432-079). Het echtpaar Coco en Petty Nauta staat bekend om zijn gastvrijheid en organiseert allerlei trips. Je kunt ook mee kijken hoe er gewerkt wordt op deze schapenranch. Je betaalt voor een 2-pers.kamer rond de E 100, halfpension. Reserveer wel tijdig want het is erg populair bij reizigers die de Ruta 40 doen. Voor Estancia Cueva de las Manos (02963-432-856) betaal je voor een 2-pers.kamer dezelfde prijs. Zij organiseren een prachtige excursie naar Cañadon Charcamata waar ook een grot te zien is, beschilderd met handen uit dezelfde tijd als Cueva de las Manos. Zeker doen!
PERITO MORENO Dit is ook zo’n nietszeggend stadje in Patagonië met een kleine 4000 inwoners. Het ligt zo’n 25 km ten oosten van Lago Buenos Aires richting de grens van Chili. De laatste jaren is dit stadje een echte stop-over voor trekkers, liefhebbers van de Ruta 40 en backpackers die doorreizen naar Chili. Van hieruit is er een goede busverbinding met Commodoro Rivadavia of kun je de Ruta 40 verder nemen naar het noorden richting Esquel.
Praktische informatie Perito Moreno (02963) Het toeristeninformatiebureau vind je op de hoek van Av. San Martín en Gend. Nacional. Open van 8-22 uur. • Hotel Americano (432-071) is de beste in de stad, in Av. San Martín 1327. Je betaalt E 25 voor een 2-pers. kamer. • Ook niet slecht is Posada Del Caminante (432204) in Rivadavia 937 waar je voor een kamer E 15 betaalt. • De busterminal is bij de rotonde van Ruta 43 en Ruta 45 buiten het centrum.
i
• Empresa La Unión en Sportsman gaan dagelijks naar C. Rivadavia (6 uur). • Naar Los Antiguos 2 bussen per dag. • Empresa Itinerarios y Travesias en Chaltén Travel volgen de Ruta 40 naar El Chaltén en El Calafate. Elke dag één bus. Hun kantoor is in de busterminal. • Camping Municipal is op het einde van Mariano Moreno bij Laguna El Cisne. • Er is een pinautomaat bij Banco de la Nación in Av. San Martín 1385.
518
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
15. Vuurland Vuurland is het grootste eiland van Zuid-Amerika. Hier is het ‘eindevan-de-wereld-gevoel’ al duidelijk merkbaar., want eeuwenlang heeft dit eiland ontdekkingsreizigers danig gefascineerd. De eerste was Fernando de Magalhães. Deze voer in 1520 van de Atlantische Oceaan net boven Vuurland door naar de Indische Oceaan op zoek naar een nieuwe waterweg voor Indië. Hij noemde het gebied waar hij doorheen kwam ‘Tierra de los Fuegos’, want hij zag overal langs de kust vuurhaarden. Begrijpelijk met al die gevaarlijke inhammen en eilandjes, want die vuren hadden dezelfde functie als onze huidige vuurtorens. De beroemdste reiziger was wel Charles Darwin. In 1832 kwam hij op Vuurland aan en zijn ontmoetingen met de indianen vormden de aanzet voor zijn evolutietheorie. ‘Barbaren en wilde mensen’ vond hij deze indianen. ‘Zij waren naakt en sliepen op de natte grond in eenvoudige met huiden bedekte hutten’, zo lezen wij in zijn scheepsdagboek. In 1884 op 12 oktober plantte kolonel Augusto Lasserre de Argentijnse vlag, wat nu Ushuaia is en eigende zich Vuurland toe. Dit betekende ook het einde van het indianenrijk op dit eiland. Hier leefden eeuwenlang de Onas- en Yámanas-indianen. Hun stamvader ‘Kaux’ had het eiland opgesplitst in delen, voor elke familie een deel. De families ruzieden veel, maar dat ging eerder over vrouwen. Toen vanaf 1884 de Europeanen zich op het eiland vestigden, brachten zij iets mee waar de indianen voor moesten oppassen nl. infecties. In het begin van de 20ste eeuw stierven duizenden indianen aan de gevolgen van mazelen en griep. Zo kon het gebeuren dat nog geen zestig jaar later, rond 1940 niet meer dan 150 oorspronkelijke indianen op Vuurland woonden. En tegenwoordig..? niet één meer! Vuurland is net zo groot als het vasteland van Denemarken en telt niet meer dan 100.000 inwoners! De rest is één stuk ongerepte natuur van bossen, meren, gletsjers, ontelbare eilandjes met prachtige fjorden en in het noorden de monotone Patagonische laagvlakte. Een derde deel is Argentijns en de rest Chileens. De grootste stad is Ushuaia en ook de meest zuidelijke stad ter wereld gelegen aan het Beagle-kanaal. Op dit eiland zijn nog een tiental grote estancia’s, sommige met een landgoed eromheen dat nog groter is dan menig nationaal park in Europa. Zelf telt Vuurland maar één nationaal park: Parque Nacional Tierra del Fuego.
VU U RLAN D
519
N ▲
S tra at va n Maga llan es
Punta Párano Punta de Arenas
CHILI
Bahía San Sebastián
●
San Sebastián
AT L A N T I S C H E OCEAAN
3
c
● Río Grande
Río Grande
●
f
3
Est. San Justo d
e R.
L. Yehuin
Isla
Lago Fagnano
Ushuaia ●
lo
b Pa
● Tolhuin ● 950 m
n oye R . Iryg
Cabo San Diego R. Bueno
Si L. erra ▲ Lóp ez Est. Harberton
Kalken i
Canal Beagle
Hoste
Cabo San Pablo
a
Ewan
R. Sa n
h
Nat. Park Tierra del Fuego Lapatia ●
N ▲
Cabo Peñas
b
●
●
Pe
n.
Mi
tre
● Est. Moat
Puerto Williams
Isla Navarino
Isla Picton
Ba hía S lo
ggett
Isla Nueva Peninsula Hardy
Isla Lennox
CHILI
WAT JE ZEKER NIET MAG MISSEN IN EN RONDOM VUURLAND! 1. Allereerst het stadje Ushuaia, de zuidelijkste stad ter wereld. Er heerst hier altijd een gezellige dorpse sfeer, ondanks dat het toeristen uit heel de wereld trekt. En waar je ‘s avonds in een goed restaurant, centolla (koningskrab) eens moet eten. Pagina 520. 2. Een boottocht over het Beagle-kanaal, waar ook een wandeling over het eilandje Bridges is inbegrepen. En een bezoek aan de estancia Harberton mag je zeker niet overslaan. Pagina 528. 3. Een wandeling door het nationale park Tierra del Fuego. Pagina 531. 4. Naar Río Grande via de meren Escondida en Fagnano. Pagina 532.
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
520
USHUAIA De laatste halte voor het ‘einde van de wereld’ Ushuaia is de hoofdstad van Vuurland en de meest zuidelijke stad ter wereld. Ze ligt aan het Beagle-kanaal en telt een dikke 60.000 inwoners. Het einde-van-de-wereldgevoel zul je hier niet gauw merken, want Ushuaia is meer een gezellig wintersportstadje met veel huisjes van hout of van geschilderde golfplaten dan een nogal mystiek eindstation voor Antarctica. Nee, het heeft een goedlopende toeristenindustrie opgebouwd en je krijgt daardoor zo’n Marken- of Volendam-effect. Het ligt in een baai omgeven door bergen met besneeuwde toppen en een gletsjer. De stad ligt op 3200 km van Buenos Aires, en dat bord staat opvallend op de boulevard bij de haven. Hier is ’s zomers het vertrekpunt van cruises naar Antarctica en van het ecotoerisme. Amerikanen met grote camera’s, rugzaktoeristen, porteño’s met dikke truien en Chileense gastarbeiders overstromen dan de stad. Het is namelijk ook een belastingvrije zone. De belangrijkste straten zijn Av. San Martín en Av. Maipú langs de haven. Hier bevinden zich de meeste hotels, een winkelcentrum en reisbureaus. Ushuaia heeft geen centraal plein zoals andere Argentijnse steden. Maar het middelpunt is wel het plein voor de pier (Muelle Turístico) waar de catamarans liggen en waar de grote cruiseboten aanmeren. De stad is vrij steil omhooglopend gebouwd, zodat je boven een mooi uitzicht hebt over de stad en het Beagle-kanaal (wandel eens over Calle Magallanes!). Andersom ook, beneden bij Av. Maipú zie je achter de daken in de verte de 1500 m hoge gletsjer Martial. Het woord Ushuaia stamt uit de taal van de Yámanas-indianen: ushua betekent ‘zij die van het westen komen’ en wuaia ‘baai’. In 1884 vestigde zich hier een prefectuur, Lasserre, en dat was de basis voor de stad. Chili had al in 1843 de Straat van Magallanes ingelijfd en Kaap Hoorn was een druk bevaren route, omdat dit de enige vaarroute was van oost naar west. Want er was namelijk goud gevonden in Californië. De Argentijnen waren bang om hun claims te verliezen en zodoende begonnen ze met een inhaalactie. Eeuwenlang had niemand zich om deze archipel bekommerd, waar indianen in kano’s rondpeddelden, halfnaakt rondliepen en grote vuren hadden. In 1869 kwam de eerste blanke: Thomas Bridges, een Angelsaksische missionaris, die zich vestigde bij wat nu Ushuaia is. Deze missionaris is ook de eerste blanke geweest, die goed met de indianen kon omgaan en zelfs een wereldberoemd woordenboek van hun taal heeft samengesteld. Zijn aangetrouwde kleindochter, de biologe Rae Natalie Goodall, die door het tijdschrift ‘National Geografic’ eens de zuidelijkste huisvrouw ter wereld genoemd werd, woont hier nog steeds met haar man Thomas D. Goodall, de kleinzoon van Thomas Bridges. Vanaf 1884 stopte Argentinië z’n beruchte gevangenen en politieke tegenstanders in de gevangenis van Ushuaia. Wat het Duivelseiland voor de kust van Frans-Guyana was en Australië in de 18e eeuw voor de Engelsen, moest dit gebied voor de Argentijnen worden. En het werd een beruchte
VU U RLAN D
De hoofdstraat Avenida San Martin in Ushuaia
gevangenis, waar men onder erbarmelijke omstandigheden moest leven. De makkelijkste gevangenen hadden een kosthuis in het stadje. Vluchten kon immers niet van dit eiland. President Juan Péron maakte in 1947 een eind aan deze omstandigheden en sloot de gevangenis. Nu is het een interessant museum (zie onder praktische informatie). Het beste is de stad vanaf november tot half maart te bezoeken, want dan zijn de temperaturen redelijk aangenaam. Soms kan het 20 °C zijn en op andere momenten niet meer dan 10 oC. Het kan dagen stralend zijn en plotseling omslaan in regen, strakke wind en hagel. Net als je besluit om maar te vertrekken, slaat het weer om met een stralende zon, zodat je toch maar weer een dag langer blijft. Daarbij komt nog dat de nachten in de zomer niet meer dan 5 uur duren. En dat heeft zijn aangename kanten. De winter is mild, want Ushuaia ligt op dezelfde lengtebreedte als Denemarken, hoewel het er flink kan sneeuwen. ’s Zomers is het moeilijk om een hotel te vinden, maar bij particulieren zijn zeker mogelijkheden. Als je over de Av. Maipú loopt en de houten huisjes ziet krijg je eerder de indruk, dat je in een Noors havenplaatsje vertoeft. Als je meer omhoog door de straten loopt waar de huizen van golfijzeren platen zijn in prachtige felle kleuren, dan denk je eerder aan een Russische nederzetting. Maar er wordt Spaans gesproken in de straat en de achternamen zijn overwegend Italiaans, Joegoslavisch of Duits. Dat toont wel aan wat voor een mengelmoes aan nationaliteiten herbergde dit stadje in de loop van de eeuw. Veel Joegoslavische en Roemeense mijnwerkers kwamen er vanwege de instabiliteit in hun eigen land, Schotten omdat ze alles van schapen wisten. De Italianen en Duitsers volgden begin 20ste eeuw. Wandelen langs de eerste huizen De eerste huizen in Ushuaia werden gebouwd door de gevangenen, die trouwens de gevangenis zoals hij er nu uitziet ook hebben gebouwd.
521
522
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Het toeristeninformatiebureau in Ushuaia
Enkele van deze eerste huizen kun je nog op Av. Maipú en Av. San Martín zien. Je herkent ze omdat ze vaak van hout of golfplaten zijn gebouwd en aan de eenvoudige (houten) versieringen rondom het dak en de ramen. Helaas in Av. Maipú vanaf Calle 9 de Julio richting het vliegveld zijn de laatste jaren verschillende oude huizen verdwenen. Want groot was mijn verbazing toen ik verleden jaar Ushuaia weer bezocht en bemerkte dat enkele pittoreske houten huisjes plaats hadden moeten maken voor betonbouw. Maar niet ver van de pier staan er gelukkig nog enkele: bijvoorbeeld nr. 263 uit 1898 en op de hoek van Antártida Argentina zelfs nog een prachtig huis (gebouwd in 1918). En kijk eens op nr. 37 uit 1905, nu een bekend restaurant. En de oude gouverneurswoning op nr. 465 is ook nog een goede herinnering uit die tijd. Dan loop je Antártida Argentina in en al meteen op de volgende hoek, rechts met Av. San Martín staat weer zo’n typisch huis (1903 en was van een van de onderdirecteuren van de gevangenis). Iets verder, op de hoek van Av. San Martín met Roca heb je restaurant Ideal, en dit huisje is van 1920. Verder op in Av. San Martín hoek Belgrano, woont nog een van de eerste families die hier in 1884 aankwamen. Het huis is uit 1901. Maar het allermooiste is Casa Beban. Oorspronkelijk stond het in Av. Maipú, maar nu is het verplaatst naar Paseo Antiguos Pobladores op het eind van Av. Maipú. Het werd gebouwd voor de familie Beban, die het uit een Zwitserse catalogus heeft besteld! Je moet er zeker even naartoe wandelen. Nu is het een kunstgalerie en een cultureel centrum. Als je terugwandelt over Av. Maipú raad ik je aan om aan de overkant wat te drinken bij Bar Náutico op het terras waar je een prachtig uitzicht
VU U RLAN D
523
hebt over de haven en het water. Niet ver daarvandaan ligt de boot Saint Christopher al meer dan 50 jaar, en is een van de meest gefotografeerde objecten. Hij symboliseert misschien wel de honderden wrakken, die gezonken of gestrand zijn in en rondom het Beagle-kanaal. Op zonnige dagen wordt hij in bezit genomen door de aalscholvers. Maar wil je de mooiste foto nemen als herinnering aan deze stad en omgeving, ga dan naar 9 de Julio hoek Deloqui. Daar bij helder weer heb je een schitterend zicht naar de gletsjers richting Chili, de bergen, en de stad! Loop daarna door deze straat richting Roca, daar is nog een charmant historisch huisje van 1910, zo ook op de volgende hoek Gob. Paz en Roca. Als laatste wil ik je nog in Gob. Paz 56 een mooi voorbeeld van deze aparte bouwstijl laten zien. Rond 18 uur verandert Av. San Martín in één grote parade van auto’s, die met een slakkengang rondjes rijden, want als je goed oplet zie je dezelfde auto’s soms vier, vijf keer terug. Dan wordt de straat gezellig druk met flirtende jongeren en winkelende families.
Praktische informatie Ushuaia (02901) Toeristeninformatie Te vinden op San Martín 674. Er zijn lijsten van hotels en hospedajes, maar ook van families waar je kunt slapen. Ze spreken Engels en kunnen je goed informeren over excursies, trek- en wandeltochten. In de zomermaanden elke dag open van 8-22 uur. Op zondag van 9-20 uur. www.tierradel fuego.org.ar, www.ushuaia.com.ar
Hotels In de zomermaanden tussen dec. en half maart zijn de hotelprijzen zeker 25% hoger. Veel grote hotels rekenen vaak in dollarprijzen.
Eersteklashotels (Een 2-pers.kamer E 150-220). • Las Hayas (430-710) een uitstekend 5-sterrenhotel met enorme kamers, sauna, zwembad en 2 restaurants. Een prima keuze voor deze prijs! Aan de Camino Glaciar al Martial. www.lashayas.com.ar
i
• Hotel del Glaciar (430-636), een goed hotel aan de rand van de gletsjer Martial net buiten de stad. Av. Luis Fernando Martial 2355. Je krijgt alle comfort, maar de kamers zijn een beetje ouderwets. Er is een drugstore en een restaurant. • Hotel Los Yamanas (445-960), aan de Av Nires 3038. Wel 4 km buiten het centrum, maar prachtig gelegen en met sfeervolle kamers. Een goed restaurant en je hebt een schitterend uitzicht over het Beagle-kanaal. www. hotelyamanas.com.ar • Albatros (423-003) in Maipú hoek Lasserre. Het gebouw valt op, want het lijkt net een Zwitsers chalet. De eetzaal kijkt uit op de haven. En de kamers zijn ruim, maar hebben nauwelijks uitzicht op het Beagle-kanaal! www.albatros hotel.com • Hotel Canal Beagle (421-119) op de hoek van Av. Maipú en 25 de Mayo. Heeft een mooi uitzicht over de baai. Een ontbijt heeft daardoor iets extra’s.
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
524
De kamers zijn groot en modern en er is een restaurant, zwembad en een firnessruimte. Een prima keuze
Middenklassehotels (Een 2-pers.kamer E 90-110). • Hotel Cabo de Hornos (422-187) op de hoek van Av. San Martín en Rosas. Een goed centraal gelegen hotel met een confitería. De kamers zijn wat somber. Er is een leuk klein museum aan de achterkant. • Hostería Malvinas (422-2626), in Deloqui 615. Een aardige hostería maar wel wat te duur. Je zit in het centrum en de koffie staat altijd klaar. • Hotel Posada Fueguina (423-467), Lasserre 438. Een goed centraal gelegen hotel, maar wel wat duur. Of het is het uitzicht dat je betaalt. De kamers hebben meer een huiskamersfeer. • Hostal del Bosque (421-723), Magallanes 709. Centraal maar hoog gelegen. Het is een prima keuze met ruime kamers en een restaurant. • Hotel Monaco (432-660) in Av. San Martín 1355. Keurig hotel, zo ook de kamers in het rustige straatgedeelte.
Budgethotels • Hostería Mustapic (421-718) op Piedrabuena 230 is redelijk. Je betaalt voor een kamer met eigen douche E 40, zonder ontbijt. • Refugio del Mochilero (436-129), 25 de Mayo 241. Echt voor backpackers, en het is er altijd gezellig druk. Rond de E 8 voor een bed (4 per kamer). Er is kookgelegenheid en een gemeenschappelijke ruimte. Een 2pers. kamer is E 30. • Hospedaje Torre al Sur (430-745). Eenvoudig en schoon. Kookgelegenheid en er heerst een gezellig sfeertje. Je vindt het in Gobernador Paz 1437, alwaar je een prachtig uitzicht hebt. Je betaalt rond de E 8 p.p.
• Hostería Posada fin del Mundo (434-847) in Gdor Valdez 281. Een aardig familiehotel. Niet groot, zo ook de kamers. Met ontbijt betaal je voor een 2-pers.kamer E 50. Enkele goede Bed&Breakfast zijn: • Familia Galeazzi (423-213) E 30 voor een kamer, G.dor Valdez 323. B&B Nahuel in 25 de Mayo 440, je betaalt E 40 voor een kamer. En als laatste La Casa (423-202) in Gob. Paz 1380, waar je E 35 voor een kamer betaalt (bij allemaal is voor een 2-pers. kamer).
Campings • Camping ‘La Pista del Andino’ is de beste rondom de stad. Met douches, wasserette en een confitería. In Calle Alem 2873.
Restaurants • Ideal op de hoek van Av. San Martín en Roca is in een typisch Vuurlandse stijl gebouwd en het is er zeer gezellig. Tenedor libre en iets te toeristisch. • Moustacchio op de hoek van Av. San Martín en Godoy. Het is er goed eten, vooral vis. Róbalo en centolla zijn de lekkerste gerechten. • Tia Elvira in Av. Maipú 349. Dit restaurant is zeker aan te bevelen. De geschiedenis van deze ferme Duitse tante is met foto’s duidelijk te volgen aan de muur van het restaurant. Bekend om zijn centolla gerechten. • Volver is iets verder in Av. Maipú 37. Ook in een typisch Vuurlands huis, daterend uit 1912. Aan de muren hangen oude affiches en kranten en je hebt een mooi uitzicht over het water. De menukaart is niet spectaculair. Wel bij: • Kaupé in Roca 470. Het beste restaurant van de stad. Deze kok heeft al een nationale naam en de gerechten zijn klasse! Alles in een mooi interieur met een prachtig uitzicht!
VU U RLAN D
• Barcleit is gezellig, niet duur en ze hebben goede pizza’s. Je kunt de geschiedenis van dit restaurant op de placemat lezen. In Fadul 148. • La Rueda is op de hoek van Av. San Martín en Rivadavia. Een drukke tent waar je voor één prijs zoveel vlees kunt eten als je wilt met een saladbar (tenedor libre). • Tante Nina op de hoek van Av. Maipú en Godoy. Is niet goedkoop maar je eet heerlijke verse visgerechten bij een prachtig uitzicht over de haven. Probeer eens centolla ahoniken (koningskrab met paddenstoelen, crème fraîche en dit alles in wijn gekookt). • Bodegón Fueguino in Av. San Martín 859 is ook een aanrader. Gehuisvest in een oud historisch huis kun je heerlijke picadas eten (allerlei hapjes). Maar ook is er een goede menukaart.
Niet vergeten, centolla eten! Voordat je Ushuaia verlaat moet je één keer centolla gegeten hebben. Deze enorme koningskrab (met een reikwijdte van 1m) wordt in de goede restaurants op verschillende manieren smaakvol bereid. Zoals bij Tia Elvira in Av. Maipú 349 of bij Tanta Nina verderop op de hoek van Godoy.
Cafés, bars • Café de la Esquina, is een van de best bezochte cafés in Av. San Martín hoek 25 de Mayo. Altijd even langsgaan. Er is een gezellige relaxte sfeer en je kunt er ook lunchen. Druk in de namiddag. Zo ook aan de overkant: • Tanta Sara is het populairste café. Op de hoek van Av. San Martín en Juana Fadul. Er is chopp en je kunt er ook lunchen. Altijd een aangename sfeer! • Küar is de beste loungebar van de stad. Relaxte sfeer, erg in bij moderne jongeren. Je kunt er ook dineren. Het ligt wel buiten de stad aan de Perito Moreno 2232 in een bosrijke omgeving met zicht op het water. Wie ’s avonds na het eten nog wat wil drinken dan zijn dit leuke adressen. • Iris Pub Dublin in 9 de Julio 168. Lennon Pub aan de Av. Maipú 263 in een oud historisch pand. Of Galway Pub In Laserre 108.
Vervoer Vliegen Het vliegveld ligt 4 km ten westen van de stad. Er gaat geen bus alleen taxi’s die je naar je hotel brengen. • Aerolineas heeft in de zomer dagelijks drie vluchten naar Buenos Aires. Eén vlucht via Río Gallegos, de andere rechtstreeks (3,5 uur). Een vlucht per dag naar El Calafate en Trelew. • LADE vliegt 3x in de week naar Río Gallegos en Pto Madryn. Tweemaal in de week naar Río Grande en 1x per week naar C. Rivadavia en Bariloche. • TA vliegt elke werkdag van Ushuaia naar Río Grande en terug. • Aerolineas Argentinas is in Roca 116. • LADE in Av. San Martín 542. • TA is op het vliegveld.
525
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
526
Bussen
Museum
Er is geen busterminal in Ushuaia. • Techni Austral en Transporte Montiel gaan om de 2 uur naar Río Grande. Een mooie rit van vier uur door bossen, bergen en langs Lago Fagnano en Tolhuin. • Techni Austral heeft elke dag één bus naar Punta Arenas (Tolkeyén, Techi Austral of Tolkar). Reken op 12 uur rijden. • Driemaal in de week gaat er een bus naar Puerto Natales. • Techni Austral vind je in Roca 157, Montiel, in Magalhanes 2433. Tolkeyén in Maipú 237. • Wil je naar het nat. park Tierra del Fuego, Lago Fagnano en Lago Escondida dan vertrekken aan de Av. Maipú bij bij J. Fadul verschillende minibusjes. Zij gaan ook naar de gletsjer Martial en estancia Harberton. Ook is er een vertrekpunt bij de pier en bij YPF tankstation in Av. Maipú.
• De moeite waard is om het Museo del Fin del Mundo te bezoeken. Het wordt ook wel het ‘Museum van het einde van de wereld’ genoemd. Hier heb je een goed overzicht van de (onstuimige) geschiedenis van Ushuaia en Vuurland. Je krijgt ook een duidelijk beeld van de eigenlijke bewoners, de Yamana- en Onas-indianen. Met foto’s en voorwerpen. Het museum is te vinden in Av. Maipú hoek Rivadavia. Elke dag open van 9-20 uur. • Presidio de Ushuaia, de oude gevangenis, is nu een museum. Als je geïnteresseerd bent in hoe men toen leefde en werkte, dan moet je er zeker naartoe. Je ziet de cellen waar men opgesloten zat, hoe ze onder erbarmelijke omstandigheden moesten werken en veel documentatie. Er is ook aandacht voor de beroemdste gevangene, de anachist Radowitzsky, die in 1918 ontsnapte! Open van 9-20 uur. Op de hoek van Yaghanes en Gobernador Paz. Bij de marinebasis. • Museo Yámana in Rivadvia 56 is een klein museum waar je een goede indruk krijgt hoe de eerste bewoners van dit eiland hebben geleefd. Op schaal zijn hun hutten nagebouwd en zie je hun rituelen en tradities. Elke dag open van 10-20 uur.
Autohuur • Dollar vind je in Maipú hoek Patagonia. • Avis en Hertz hebben hun kantoor op het vliegveld.
Fietsen • Je kunt fietsen (mountainbikes) huren bij D.T.T. Cycles Sport in Av. San Martín 1258. • Of bij Seven Deportes ook in Av. San Martín hoek 9 de Julio.
Citytour Op de hoek van Av. San Martín en J. Fadul vertrekt tweemaal per dag een dubbeldekker voor een citytour (een 's ochtends en een eind van de middag). In 1 uur zie je de stad met uitleg van een Engelssprekende gids.
Postkantoor • Op de hoek van Av. San Martín en Godoy. Is de gehele week open vanaf 8-20 uur en zaterdagochtend van 813 uur.
Reisbureaus Vrijwel alle reisbureaus organiseren dezelfde excursies in en rondom de stad (zie de volgende pagina’s). • De grootste zijn: Rumbo Sur in Av. San Martín 350. Heeft soms aanbiedingen naar Antarctica en een uitgebreid
VU U RLAN D
pakket aan excursies. www.rumbosur. com.ar • Turismo de Campo in Fuegia Basket 414. Heeft o.a. excursies naar estancia’s en goede trekkings. www.turismodecampo.com.ar • Tiempo Libre in 25 de Mayo 260 en • All Patagonia zijn agentschappen die aan eco- en adventuretoerisme doen. In J. Fadul 60. www.allpatagonia.com
Tren Fin del Mundo (De zuidelijkste trein ter wereld) • Zo’n 8 km ten westen van de stad vertrekt een treintje (met stoomlocomotief) naar het nationale park Tierra del Fuego (totaal 4,5 km). Geheel nagebouwd, zoals het gebruikt werd tussen 1907 en 1947 om hout en gevangenen te vervoeren. Een rit van bijna een uur. Er wordt gestopt bij Cascada La Macarena, een mooie omgeving, waar een Selk’nam- en Yámanasindianennederzetting is nagebouwd en daarna is er een stop in het nationale park. Er is zelfs een 1e klas wagon, die in die tijd als een presidentiële wagon fungeerde. Vertrek om 9.30 en 15 uur. • Tussen Av. Maipú en Lasserre bij de pier staat 45 minuten voordat de trein vertrekt, een minibus. Deze brengt je naar het stationnetje. Aardig om te doen, maar wel toeristisch en duur. www.trendelfindelmundo.com.ar
Winkelen Op Av. San Martín bevindt zich vlak voor 9 de Julio een modern shoppingcentrum, Lapataia Arcade. Trouwens de gehele Av. San Martín is een lange winkelstraat. Vol met boetieks en souvenirwinkels.
Boeken en souvenirs • Een goede winkel voor souvenirs, kaarten en boeken is World ’s End. In Av. San Martín 505.
• Librería Antorcha in Av. San Martín 1154 heeft een grote sortering boeken. • Zo ook Boutique del Libro in Av. San Martín 1129 (deze heeft een goede collectie boeken over Vuurland en Antarctica).
Outdoorwinkels • Popper Store, aan de Av. San Martín 740 is een grote sportvisserij- en kampeerwinkel. • D.T.T. in Av. San Martín hoek Rosas. Ze repareren ook fietsen. • Windfly in Av. San Martín en 25 de Mayo 143 is een uitstekende sportvisserijwinkel.
Supermarkten • Anónima is op de hoek van Av. San Martín en Onas. En op de hoek van Gob. Paz en Rivadavia. Allebei zijn ze groot. • Iets dichterbij is Hogar in Av. San Martín 1237. In de zomermaanden zijn de supermarkten tot 22 uur open. • Een grote avondwinkel vind je op de hoek van 9 de Julio en Gob. Paz.
Wasserettes • Laverap in Delqui368. • Qualis is in Güiraldes 568.
527
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
0
M Ar alvin ge a nt s ina
Muelle Deportivo
ı
6
Rivadavia
4★
ı
Antartida Argentina
3
★
Gobernador Godoy
Gobernador Deloqui
RN
➤
3
Rivadavia
Piedrabuena
Maipu
★ ★ 11
Roca
Mon. Fagnano
5
★
San Martin
Campos
7
Lasserre
o ost Casa Ag de ■ Beban 26 naar: Parque Nacional, Bahía Lapataia, Hotel Tolkeyen
Juana Fadul
★
Don Bosco
Onas
Belgrano
9
Sarmiento
Patagonia
Onas
n
N. Sarmiento
➤
Ma rti
10 ★
★ ★6
Gobernador Ernesto
Gobernador Paz
➤
Magallanes
15
8
naar Rio Grande, Lago Fagnano en Lago Escondido
ro
n
★
★
★
13
rd ha uc Bo
Sa
★
Magallanes
14 ★
Siches
e elk
16
12
Gobernador Paz
Bi
R. Agostini
Roca
S.
n
wi
r Da
Hipolito
H.
h P.J.M Bea . uvoir L. G om ez
h
e rn Co
h
Ri va da via Go b.
Gobernador Gomez
Romero
h
h
heb
Kec
b. Gomez Go
h h
L. Martial
25 de Mayo
Leandro N. Alem
h
h
h h ■
Yaganes
Leandro N.Alem
Cortes
Hol Ho l
A. Isorna
1/2
h
h
9 de Julio
h
ek Tu
Yarken
naar Gletsjer Martial naar Hotel Las Hayas en Hotel del Glaciar
Juan de Rosas
528
Maipu
Muelle Turistico
➤
RN
3
Bahía Encerrada
Bahía Ushuaia
Beagle - kanaal az
ere
.
Tte
B M.
Gu
ard
am
arin
on
a Davis
E Vliegveld
N ▲
Ushuaia 1. Hotel Las Hayas 2. Hotel del Glaciar 3. Hotel Albatros 4. Hotel Canal Beagle 5. Hotel Cabo de Hornos 6. Hotel Posada Fueguina 7. Hostería Malvinas 8. Hostal del Bosque 9. Hotel Monaco 10. Hostería Mustapic 11. Refugio del Mochilero 12. Hospedaje Torre al Sur 13. Hostería Posada fin del Mundo 14. Familia Galeazzi 15. B&B Nahuel 16. La Casa Toeristeninformatie
❶ RONDOM USHUAIA Er is veel moois te zien en te doen rondom Ushuaia, zoals een boottocht over het Beaglekanaal, wandelen of fietsen door het nationale park Tierra del Fuego of een (dag)tocht naar de schitterende meren Escondido en Fagnano. Daarom zal ik de belangrijkste excursies hieronder uitgebreid bespreken.
Een boottocht over het Beagle-kanaal Er zijn twee boottochten die ik je zeker aanbeveel. Allereerst naar Isla de los Lobos en estancia Harberton door het Beagle-kanaal. De andere is naar Isla de los Lobos en Isla de los Pajaros en daarna een uitgebreide wandeling op Isla Bridges. De eerste excursie is per catamaran naar het Isla Martillo, een pinguïnkolonie daarna Isla de los Lobos, waar honderden zeerobben leven en de
VU U RLAN D
Isla Bridges in het Beagle-kanaal
boottocht eindigt bij Estancia Harberton, 85 km ten oosten van Ushuaia. Daar krijg je de tijd om te wandelen en de estancia te bezoeken. Op deze boottocht kom je langs drie eilandjes, waarvan Isla de Los Lobos het spectaculairste is, want hier zonnen, slapen en spelen honderden zeehonden en zeeleeuwen. De boot zet de motor uit en gedreven door stroom en wind vaar je vrij dicht langs het eiland. Een fascinerend gezicht. Totaal telt het Beagle-kanaal 28 eilandjes, die grotendeels bewoond worden door zeehonden, pinguïns en aalscholvers. In de verte aan de overkant kun je bij helder weer de nederzetting op Isla Navarino van Puerto Williams waarnemen. Het is de zuidelijkste nederzetting ter wereld voor Antarctica, wel op Chileens grondgebied. De catamaran stopt bij Estancia Harberton, de oudste en bekendste estancia op Vuurland. Deze behoorde eens aan de anglicaanse missionaris Thomas Bridges. Hij vestigde hier zich met zijn familie in 1884. De estancia ligt in een mooie baai en je hebt een prachtig zicht over het Beagle-kanaal, de besneeuwde toppen van de ontoegankelijke Cordillera Darwin en de bossen aan de zijde van de estancia. Deze schitterende omgeving en het leven met de indianen heeft de missionaris ertoe gebracht het beroemde boek Uttermost Part of the Earth te schrijven. De vrouw van de kleinzoon van deze schrijver, Natalie Goodall, heeft honderd jaar later ook op deze plek een mooi boek over Tierra del Fuego geschreven (helaas kun je moeilijk aan dit boek komen). En nog steeds is zij een graag geziende persoon in Ushuaia. Bij de estancia kun je ‘s middags in casa de té Mánacatush niet alleen genieten van een teaparty, maar helemaal van de wonderschone omgeving. Realiseer je je wel dat je hier bij de zuidelijkste estancia en het zuidelijkste puntje van de wereld bent! Sinds enkele jaren is door toedoen
529
530
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Het nationale park Tierra del Fuego
van Natalie Goodall bij de ingang het museum Acatushún gerealiseerd. Daar is een overzicht van (zee)dieren en vogels in en rondom Vuurland. Maar ook over de geschiedenis van deze familie en de estancia. De catamarans Tolkeyén en Rumbo Sur organiseren deze excursie over het Beaglekanaal. Zonder een bezoek aan de estancia Harberton is de afvaart elke dag om 9.30 en 15 uur. De estancia-excursie is alleen op ma., wo. en vr. om 9 uur. De andere interessante boottrip is naar Isla de Los Lobos, Isla de los Pajaros en het laatste eiland, Isla Bridges waar je aan wal gaat onder leiding van een gids voor een heerlijke wandeling om vooral de flora en de omgeving te bekijken. Je vaart dicht langs de eerste twee eilandjes waar je ruim de tijd krijgt om de beesten goed te kunnen observeren en te fotograveren. Totaal duurt deze boottocht 4 uur en als het helder weer is dan is het volop genieten van de natuur, de dieren en rust die deze hele omgeving uitstraalt. En valt het je op hoe helder de lucht is. Voor de Muelle Turistico (de pier) is een pleintje waar verschillende kiosken staan waar deze excursie wordt aangeprezen. De afvaart is 's ochtends en 's middags en duurt 4 uur.
Naar het nationale park: Tierra del Fuego Het nationale park Tierra del Fuego ligt 25 km ten westen van Ushuaia en is 630 km2 groot. De grote attracties zijn: Lago Roca en de baai van Lapataia. Daarheen worden ook boottrips vanuit Ushuaia georganiseerd. Bij Lago Roca is het eindpunt van Ruta 3, de langste autoweg van Argentinië en tevens de zuidelijkste eindhalte ter wereld. Deze eindigt met een bord waarop staat: 3063 km naar Buenos Aires! Behalve dit meest gefotografeerde onderwerp zijn er op natuurgebied heel mooie dingen
VU U RLAN D
te zien. Niet alleen een gevarieerd ongerept landschap van bergketens, hoogveen, gletsjers, meren en bossen. Maar ook voor de vogelliefhebber is hier een grote verscheidenheid aan soorten te zien. De meeste reisbureaus organiseren een dagtrip naar dit park. Je kunt ook met een minibusje, deze vertrekken vanaf 9 uur elk uur bij Av. Maipú en 25 de Mayo naar de ingang van het park en Lago Roca bij de camping en Bahia Lapataia. De laatste bus heen is om 20 uur en de laatste terug vanuit Lago Roca is om 21 uur. Er staan ook busjes aan de Av. Maipú bij het YPF tankstation, bij Juana G. Fadul (Empresas Eben Ezer en Passarela).
Wandelen door het nationale park Tierra del Fuego Bij het park aangekomen stopt de bus bij Lago Roca en Bahía Lapataia. Vanuit beide zijn prachtige wandeltochten te maken. ❶ Een wandeling die ik je aanbeveel is Senda Costera van bijna 7 km. Reken op een goede 3 uur wandelen. Het pad begint bij Bahía Ensenada, waar ook de boot aankomt en de bus stopt (2 km van het treinstation). Je wandelt grotendeels langs het Beagle-kanaal (het pad is goed gemarkeerd) door ruige bossen en open velden. Je bent op het meest zuidelijke deel van het vasteland, vlak bij de Chileense grens. Tijdens het wandelen heb je af en toe tussen de bomen door een schitterend zicht op de Cordillera Darwin (met zijn enorme gletsjers en sneeuwvelden) en het Beagle-kanaal met zijn eilandjes. ❷ Een andere mooie wandeltocht is langs Lago Roca, waar aan de overkant de Cerro Cóndor (840 m) opvallend boven alles uitsteekt. Deze wandelroute wordt Sendo Hito XXIV genoemd en loopt grotendeels langs het meer tot aan de Chileense grens (4 km). Op de terugweg is er vlak voor het riviertje een pad naar links naar de Cerro Guanaco (970 m) en dit is een mooie afsluiting van de wandeling. Je hebt op de berg, na de bossen, een spectaculair uitzicht over het meer en de omgeving. Bij helder weer kun je zelfs Ushuaia en het imponerende Cordillera Darwin zien. Ik hoop dat het droog weer is, want anders is dit pad moeilijk te bewandelen (veel modder en de veengrond is dan erg drassig). Totaal heen en terug 8 km en reken op 4 uur wandelen. De bomen in het park zijn voornamelijk lenga’s, ñire- en coihuebomen (alledrie van de beukenfamilie). Doordat het vrij vochtig is zijn ze vol van kleur. De valleien zijn goudkleurig en de bomen prachtig groen. Kom je in de herfst (eind maart) dan krijgen de bomen een kastanjerode kleur, gemengd met okergeel. Verscheidene bomen hebben grote knoesten, die ook wel Pan de Indio worden genoemd. Het is een soort verdedigingsactie tegen een parasiet, de paddenstoel llao llao. Zelfs als de parasiet verdwenen is blijft deze knoest vaak zitten. Souvenirwinkels in Ushuaia verkopen ‘bewerkte’ knoesten (niet echt mooi). Het lijkt wel alsof de aarde op Vuurland nog in staat van wording is. Bomen leven er niet lang. Ze bezwijken ’s winters onder de sneeuwlast of verrotten zomers in het smeltwater. De stronken liggen over en door elkaar. De regen en de straffe wind hebben dan vrij spel en de bomen ver-
531
532
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
gaan en verpulveren, raken begroeid met mos en vormen zo een humuslaag, waarop weer een nieuwe vegetatie ontstaat. En op deze manier vernieuwt het oerbos van Vuurland zich elke dertig jaar.
Gletsjer El Martial Deze gletsjer ligt zeven kilometer ten noorden van Ushuaia. Je kunt er naartoe wandelen, maar er gaat ook busjes vanuit het centrum. Als je gaat wandelen, neem dan Av. San Martín en volg deze straat zigzaggend naar boven (dat is de Karukinka Norte). Je komt dan uit op Av. Leonardo Alem. Ga linksaf tot aan Aldo Motter, deze volgen en de rest wijst zich vanzelf. Daar aangekomen kun je met skiliftjes (aerosilla) verder naar boven. Er is een aangename confitería en je kunt verder wandelen naar de gletsjer. Reken op een 2 uur, en je wandeling wordt beloond. Want eenmaal boven heb je een mooi zicht over Ushuaia en het Beagle-kanaal en ook de gletsjer. Op zich is de gletsjer niet zo spectaculair, maar hier wandelen met zo’n uitzicht maakt alles goed. Hoogstwaarschijnlijk zul je, in de zomermaanden, een witte bloem zien, de cardito (Nassauvia magelanica) met een opmerkelijke geur, want hij ruikt naar chocolade. Het weer rondom de gletsjer kan zeer verraderlijk zijn. Is het in Ushuaia zonnig, dan kan het hier goed koud zijn of regenen. Dus warme kleren en goede schoenen zijn belangrijk. Transporte Passarela en Lautaro allebei in Av. Maipú bij Fadúl gaan vrijwel elk uur vanaf 10 uur met een minibusje naar de skilift (aerosilla). De lift is open van 10-18 uur.
❸ NAAR RÍO GRANDE (Met een bezoek aan Lago Escondido en Lago Fagnano) Een andere dagtrip die ik je aanraad is naar de meren Escondido en Fagnano. Je gaat door een van de mooiste gedeeltes van Vuurland. Er zijn volop besneeuwde bergen, enorme bossen, kabelende beekjes en een en al rust.Deze trip kun je doen met een excursie, maar het beste is met een eigen (huur)auto of ‘s ochtends vertrekken met de stadsbus (zie hieronder). Je neemt de RN 3 richting Río Grande. Al na enkele kilometers bereik je de bergen met besneeuwde toppen en bossen. Niet lang erna passeer je de Río Olivia met rechts de Monte Olivia van bijna 1476 m. In dit kleine, wildstromende riviertje kun je de zalm en forel zo vangen. De zalm hier weegt ruim 2 kilo! Langs deze weg naar Lago Escondido kom je zeker vijf grote confitería’s tegen met alle comfort en luxe. Nu de wintersport zich snel ontwikkelt in dit gebied en ‘s zomers hier veel sportvissers komen, zie je de een naar de andere confitería of hostería geopend worden. Langzaam gaat de weg omhoog en op ruim 500 m hoogte ga je over de Garibaldi-pas met een schitterend uitzicht over de wijde omtrek. Rechts zie je de toppen van de hoogste berg op Vuurland: Monte Cornu (1490 m). Wat naar links Lago Escondido. Aan dit meer bevindt zich hostería Petrel, dat je al in de diepte ziet liggen. Het ligt in alle rust ingedamd tussen
VU U RLAN D
Aan de stand van de bomen kun je zien uit welke hoek de wind waait
beboste bergen. De hostería (60 km van Ushuaia) is net een Zwitsers chalet en ’s avonds kun je er zalm eten uit de eerdergenoemde Río Olivia. Nu ben je in een van de mooiste gedeelten van Vuurland, want rondom Lago Escondido is het heerlijk wandelen. Hostería Petrel (02901-433-569) heeft een goed restaurant en een schitterend uitzicht over het meer. Een 2-pers.kamer kost er E 45. De kamers zijn wel eenvoudig. Empresa Passarela en Eben Ezer vertrekken om 10,12 en 15 uur vanuit Ushuaia naar Hostería Petrel. Terug om 14, 15 en 17 uur. Vertrekpunt is Av. Maipú hoek J. Fadúl. Langzaam verandert het landschap, want de weg gaat naar beneden en het wordt vlakker en winderig. 30 km verder kom je langs Lago Fagnano. Je ziet lenga’s met gebogen stammen, takken en blaadjes, allemaal in dezelfde richting, zodat je altijd weet waar de wind vandaan komt. Enkele kilometers voor het meer staat een bord waarop thermale baden staan aangegeven, want er ontspringt daar een riviertje, de Río Valdez, met geneeskrachtig water. Er is nog geen goede accommodatie en niet veel te doen (wel zijn er plannen om het te gaan exploiteren met een hotel). Vervolgens zie je al in de verte aan de rand van de baai hostería El Kaikén, waar tevens een ACA servicestation is. Lago Fagnano is op drie na het grootste meer van Argentinië en een rustplaats voor vogels. Je ziet er albatrossen of gekuifde caracara’s. De Selk’nam-indianen gaven dit meer de naam khami, wat ‘groot water’ betekent. Een kleine 10 km verder ligt Tolhuin, een van de jongste dorpjes van Vuurland (1972 pas gebouwd). Er is een hostel, enkele confitería’s en wat restaurants. De bus naar Río Grande stopt in Tolhuin. Van hieruit is het nog zo’n 113 km naar Río Grande. Hostería Kaikén (02901-492-372) heeft goede faciliteiten en een restaurant met uitzicht over het meer. Een 2-pers.kamer kost E 40. www.hosteriakaiken.com. ar Er worden ook allerlei activiteiten georganiseerd. De bus van Ushuaia naar Río Grande stopt hier ook.
533
534
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
Vogels op Vuurland De bekendste vogels die je langs de kust of op een boottocht tegenkomt zijn: de dolfijnmeeuw (gaviota gris), de Patagonische kokmeeuw (gaviota cabercicafé) en aalschovers (cormorán). Verder van de kust zijn albatrossen en stormvogels te zien. In het nationale park zijn het de Magelhaenlijsters (zorzal patagónico), Je herkent ze aan de oranje snavel. Rondom de meren zie je veel watersnippen (becasina grande), die veel op onze Hollandse snippen lijken, of de Magelhaenganzen (cauquén), waarbij de mannetjes zwarte en de vrouwtjes oranjegele poten hebben. Als je geluk hebt kun je wel eens tijdens het wandelen een Magelhaenparkiet (cachaña) zien, maar horen zul je ze zeker.
VU U RLAN D
535
RÍO GRANDE Río Grande is een van de meest winderige steden die ik ben tegengekomen in Patagonië. Met haar 55.000 inwoners is het toch een redelijk grote stad. Ze ligt 190 km ten noordoosten van Ushuaia aan de Atlantische Oceaan en bijna 80 km van de Chileense grens. Ook dit is weer zo’n typische Patagonische stad waar niets te beleven valt. Toch voel ik me altijd wel thuis in dit soort steden; ze zijn rustgevend, de bewoners zijn aardig en behulpzaam en op een of andere manier heerst er nog een soort pioniersgeest. In de late namiddag is er altijd een geanimeerde sfeer rondom het centrale plein en de hoofdstraat Av. San Martín. De rust is dan verdwenen en iedereen komt de straat op om de laatste nieuwtjes uit te wisselen of gewoon een kop koffie met gebak te nemen in de grote confitería’s. Wanneer iedereen elkaar gezien en gesproken heeft, keert de rust terug. Tegen de avond als het zomerweer aangenaam is (het wordt pas na elven donker) gaan de meesten flaneren over de Paseo de la Luces langs het strand. Río Grande is een werkstad, want het is het economisch hart van Vuurland. Olie en gas zijn heel belangrijk, maar ook de wolindustrie is van grote betekenis. Economisch gaat het goed, als je bedenkt dat hier in 1966 nog maar 3800 mensen woonden.
Praktische informatie Río Grande (02964) De toeristeninformatie is in Rosales 350 aan Plaza Alte Brown. Maar ook op het vliegveld heb je een informatiecentrum. Open van 9-20 uur en zondags gesloten. Hotels • De beste keuze is Posada de los Sauces (432-895) in Elcano 839, heeft grote kamers en een goed restaurant. Je betaalt E 50 voor een 2pers.kamer. • Een gemoedelijke sfeer heeft Hotel Frederico Ibarra (430-071) aan het centrale plein, Rosales 357. Een 2-pers. kamer kost E 50. Er is een bar en restaurant. • B&B El Puesto (420-923) in Thorne 345 (net buiten het centrm) is een aardige bed and breakfast. E 25 met ontbijt.
i
Restaurants • Behalve de hiernaast genoemde restaurants bij de hotels is Nueva Colonial met goede pasta’s en pizza’s een uitstekende keuze. In Fagnano 669, vlak bij het plein. • La Rueda in Islas Malvinas 998 is een tenedor libre (eten voor één prijs). • Comodor de May in Elcano 839 (bij Posado de los Sauces) is een aanrader. Heerlijke visgerechten serveren ze. • Café Roca bij het centrale plein in Calle Espora 643 is een aardig café. Je kunt er ook eten. • Een goed café is Saratoga op de hoek van Perito Moreno en Av. Belgrano.
Vervoer Bussen De busterminal is tussen Elcano en Güemes aan de Av. Belgrano. Vrijwel
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
536
elk uur een bus naar Ushuaia. Elke dag 2 bussen naar Punta Arenas. Het is een verschrikkelijke saaie rit van ruim 8 uur, inclusief de overtocht. Naar Tolhuin 6 bussen per dag.
Vliegen Dagelijks één vlucht naar Buenos Aires, Río Gallegos en Ushuaia met Aerolineas. • Elke dag met TA een vlucht naar Ushuaia. • LADE vliegt 3x per week naar C. Rivadavia en Río Gallegos en 2x per week naar Ushuaia.
• Het kantoor van Aerolineas is te vinden op de hoek van Av. Belgrano en Av. San Martín. LADE is in Lassare 425.
Autohuur • Avis is op het vliegveld en in Alte Brown 1045. • Hertz in Libertad 714. • Een heel grote supermarkt is Anónima. Deze is op de hoek van Belgrano en Av. San Martín tegenover Aerolineas. • Of Chalp in Av. San Martin 381. • Postkantoor op de hoek van Piedrabuena en Ameghino.
In Río Grande ontmoette ik Daniel Paone een man uit het noordelijke Rosario. Daar is het altijd warm, druk en mooi weer. Hij had er geen werk en met geldelijke steun van de regering kon hij aan de andere kant van Argentinië (ruim 3600 km! Voor hem een soort strafkamp in Siberië) een bedrijfje starten. Nu na een paar jaar had hij een goedlopend bedrijf in gasinstallaties en wilde hij niet meer terug. Zijn zoontje was in Río Grande geboren en zal waarschijnlijk nooit kunnen wennen aan de klamme hitte en de drukte van Rosario. In 1893 werd hier een missiepost gesticht. Al gauw werd het een handelscentrum, want de post lag aan de monding van een baai en er waren in de wijde omtrek veel grote estancia’s met tienduizenden schapen (zie rondom Río Grande, want enkele zijn te bezoeken). Pas in 1921 werd er een stad gesticht, wat te zien is aan de moderne huizenbouw en brede straten. Ook de missiepost is nog steeds te bezoeken (zie rondom Río Grande). Interessant is ook Museo de la Ciudad, waar je goed de geschiedenis van de stad en ‘goldrush’ begin 20ste eeuw kunt volgen. Open van di. t/m vr. van 10-17 uur. Te vinden in Alberdi 555. Av. San Martín en Av. Belgrano zijn de belangrijkste straten en rondom Plaza Principal is het centrum van de stad.
RONDOM RÍO GRANDE La Misión Salesiana Zo’n 11 km ten noorden van Río Grande aan de RN 3 ligt de missiepost van de salesiaanse paters, de eerste nederzetting in deze streek. Met een interessant museum, Museo Salesiano Monseñor Fagnano. Aan het eind van de 19de eeuw, in 1893, stichtte Monsieur Fagnano deze missiepost. In typische Vuurlandse stijl gebouwd, geheel uit hout en golfplaat, wat hoekig van vorm, in wit met rode daken en groene vensters. Je kunt de kerk ook van binnen bezoeken, wat je zeker moet doen.
VU U RLAN D
Het museum heeft goede informatie over de Selk’namindianen en je ziet hoe de eerste immigranten hier geleefd hebben. Tegenover de missiepost aan de andere kant van de weg is nog de originele begraafplaats van de paters en de indianen. Deze missiepost was nog een van de laatste toevluchtsoorden voor de Selk’nam-indianen, voordat ze werden verdreven of gedood. Het museum vind je naast de school en is elke dag open van 1012 en van 15-19 uur. ‘s Zondags van 15-19 uur. Je kunt er komen met stadsbus Linea B (Misión) deze stopt op Av. San Martín.
La Misión Salesiana bij Río Grande
Estancia José Menéndez en Behety Er zijn twee grote estancia’s in de omtrek van Río Grande die een bezoek waard zijn. De eerste is estancia José Menéndez, een van de grootste en de oudste (1897) op Vuurland. Deze estancia wordt ook wel La Primiera Argentina genoemd. Ze ligt zo’n 16 km ten zuiden van Río Grande. Je neemt RN 3 richting het zuiden en na 14 km is er een afslag, Ruta B, met dan nog een kleine 2 km te gaan. Het is een enorm complex van boerderijen en kantoren bij elkaar met 15.000 schapen. Zij hebben zelfs een eigen spoorlijn naar Río Grande gehad voor het vervoer van wol en vlees. José Menéndez, de toenmalige eigenaar, behoorde in die tijd tot de rijkste mensen van Vuurland en Argentinië. Dat zie je nog goed aan zijn huis in Punta Arenas waar hij gestorven is. De tweede estancia is Behety, 17 km ten noorden van Río Grande. Je neemt weer de RN 3 noordwaarts en al na 2 km is de afslag Ruta C. Dan is het nog 15 km naar de estancia. Het is de op een na de oudste boerderij van Vuurland en ook opgezet door José Menéndez in 1898. Deze boerderij werd naar zijn vrouw Maria Behety genoemd. In het begin van de twintigste eeuw bedroeg de totale omvang 200.000 ha grond! Later is het landgoed verdeeld over vier boerderijen. Nu heeft Maria Behety nog zo’n 62.000 ha grond en permanent 31 mensen in dienst. Hier staat de grootste schapenschuur ter wereld! Dat is te zien als je aankomt: een enorm complex! Er is plaats voor 40 schapenscheerders, de Peones. Zij kunnen in 2 à 4 minuten een schaap scheren en dan te bedenken dat deze estancia 65.000 schapen heeft! Als je hier rondloopt is het net een klein dorp: kamers voor de peones, schuren, keukens, kantoren etc. Reisbureau Mariani Travel, Rosales 259, in Río Grande kan deze trip voor je regelen.
537
B EZI EN SWAARDI G HEDEN
De indianen van Vuurland Er hebben op Vuurland 4 indianenstammen gewoond: in het noordelijke gedeelte rondom Río Grande de Selk’nam of Onas. In het zuiden rond Ushuaia de Yámanas en op het oostelijke gedeelte, Península Mitre, de Haush-indianen. In het Zuid-Chileense gedeelte leefde de Alakalufstam. Zo’n 8.000 jaar geleden rond de laatste ijstijd staken de eerste indianen vanuit Patagonië de Straat van Magallanes over. Men denkt dat zij de primitiefste van de primitieve oerbevolking waren. Deze verstoten indianen werden steeds opgejaagd en kwamen ten slotte terecht op Vuurland. De Selk’nam waren jagers en leefden grotendeels van guanaco’s en de cierta, een klein soort knaagdier. De vacht van deze dieren gebruikten zij als kleding, vaak als een mantel. De Yámanas waren perfecte kanovaarders en jaagden op zeerobben, vissen en vogels. Zij waren kleiner dan de robuuste Onas, maar wel dikker. Ook liepen ze vrijwel naakt en sliepen ze op de kale grond in een eenvoudige hut van takken en zeehondenhuiden. Wel hadden ze overal vuurbronnen, zelfs in hun bootjes. De Haush-indianen waren een soort mengeling van deze twee stammen. De eerste beschrijvingen van de blanken was opmerkelijk. James Cook zag de Haush-indianen en schrok zich dood. Darwin vond dat deze mensen dichter bij de dieren stonden en hun taal een schor gehoest leek. Toch leefden deze stammen vreedzaam met elkaar. Een gemeenschap had zelfs geen echt stamhoofd. Voor de zwakken en bejaarden werd gezorgd. Alleen over vrouwen kreeg men ruzie en zij moesten de man dienen. Tijdens de jacht hadden vrouwen wel het gezag. Thomas Bridges, de eerste blanke die op goede voet met deze indianen leefde, ontdekte dat de taal van de Yámanas rijker aan woorden was dan het Spaans. Beroemd zijn de foto’s van de Duitse etnoloog en dominee Martin Gusinde. Tussen 1918 en 1924 bezocht hij viermaal Vuurland. Hij nam meer dan duizend foto’s en liet de wereld zien, dat hier geen ‘barbaren’ woonden, maar stammen met riten en prachtige mythen en dat het trotse mensen waren. Helaas, toen in 1884 de Argentijnse regering zich definitief op Vuurland vestigde was het tijdperk van deze indianen afgelopen. Schapenboeren, avonturiers, het leger, maar ook onze westerse ziektes hebben ertoe geleid dat in nog geen honderd jaar niet één indiaan op Vuurland overbleef. 50 jaar nadat de eerste blanke zich op Vuurland vestigde (dat was in 1869), leefden er nog maar 350 indianen, terwijl er eeuwenlang tienduizenden woonden. Alleen in Museo del Fin del Mundo en Museo Yámana, allebei in Ushuaia, en met fotoboeken kun je terugblikken naar deze verdwenen cultuur. De vuren van de indianen zijn definitief gedoofd.
Foto: Martín Gusinde
538
VU U RLAN D
Ushuaia, einde van de wereld. En een eigen stempel voor in je paspoort
539
540
ARG EN TI N I Ë
OPGENOMEN KAARTEN Kaart van Argentinië 10 Nationale parken 24 Indiaanse culturen 27 15 mooiste bestemmingen 84 De stad Buenos Aires 86-87 Rondom Plaza de Mayo 94-95 Avenida Corrientes 99 Van Florida naar Plaza San Martín 101 Van Plaza San Martin naar Recoleta 104 Rondom Plaza Recoleta 108 San Telmo 112 La Boca 119 9 de Julio 123 Puerto Madero 126 Palermo 129 Palermo Viejo 133 Buenos Aires en omstreken 156 La Plata 172 Salta en omstreken 175 De stad Salta 182 Vier trips vanuit Salta 190 De stad Jujuy 206 Ten noorden van Jujuy 209 Tucumán en omstreken 219 De stad Tucumán 225 Grand cañons van Argentinië 237 De grand cañons 248 De stad San Juan 251 Posadas en omstreken 261 Puerto Iguazú 272 De watervallen van Iguazú 274 Corrientes en omstreken 285
De stad Corrientes 290 Resistencia 295 Mendoza en omstreken 303 De stad Mendoza 314-315 Córdoba en omstreken 329 De stad Córdoba 337 Camino de Punilla 341 Camino del Historia 349 Traslasierra 352 Ten zuiden van Córdoba 355 Mar del Plata en omstreken 361 De stad Mar del Plata 364 Wandelen door het centrum 367 Noordelijk merengebied 383 San Martin de los Andes 387 Zuidelijk merengebied 413 Bariloche 426-427 Rondom Lago Nahuel Huapi 432-433 Puerto Madryn en omstreken 455 De stad Puerto Madryn 460 Península Valdés 462 Patagonische kust 475 Comodoro Rivadavia 478 De stad Río Gallegos 492 Rondom Calafate 495 De stad Calafate 499 Parque Nacional Los Glaciares 502 La Ruta 40 naar Perito Moreno 514 Vuurland 519 De stad Ushuaia 528
LITERATUURLIJST EN BRONVERMELDING • Argentina, la guía Pirelli. • Argentina, 2005. Christabella Diks, Footprint. • Nuevo Atlas de la Argentina, Clarin. • Walvissen in hun element, Zuid-Hollandse Uitgeversmaatschappij.
• Las Aves Argentinas. • Guía YPF. Argentina • Guía de Arquitectura-Buenos Aires-Municipalidad de Buenos Aires • Guía Patrimonio Cultural de Buenos Aires. • Landenreeks-Argentinië, KIT.
LIT E R AT U U R L I JST EN BRO N VERM E L DING
• Guias Visuales de la Argentina, Clarin • Agenda Turismo, Paginas Amarillos • Viaje por las Bodegas de Argentina • Image Nativa
Tijdschriften Ronda-Aerolineas Argentinas, Adventura, Todo es Historia, Merian, Lugares, Geo special Argentinien, Extremo Patagonia.
541
542
REGISTER
Abasto 134 Abra del Infiernillo 231 ACA 76 Accommodatie 76 Aconcagua 18, 320 Aconcagua, Provinciaal park 24, 321 Alfonsín, Raúl 39, 40 Alta Gracia 354 Altiplano 14, 174, 191, 201, 211 Amaichá del Valle 231 Ambassades 71 Angastaco 198 Apunamiento 211 Araucaniërs 26 Architectuur 59 Ascochinga 350, 351 Autohuur 75 Bajo Caracoles 514 Balcarce 376 Banken 76 Bariloche 414 Baritú, Nationaal park 15, 24 Beagle-kanaal 528, 531 Belgrano, Manuel 30, 32 Benzine 75 Bevolking 48 Borges, Jorge Luis 63 Bosque Petrificado 24 Bosque Petrificado La Leone 507 Bosque Petrificado Sarmiento 480 Bosques Petrificados 482 Bridges, Thomas 529 Buenos Aires 88 - Avenida 9 de Julio 122 - Avenida Corrientes 99 - Avenida de Mayo 94 - Cafés, bars en confitería’s 143 - Geschiedenis 90 - Hotels 135
- Restaurants 138 - Vervoer 148 Bus 74 Bustillo, Alejandro 385, 400, 414, 418 Cabo Vírgenes 493 Cachi 199 Cafayate 193, 196 Calilegua, Nationaal park 15, 24 Calle Flórida 101 Caminito 120 Camino de la Historia 349 Camino de la Punilla 341 Cañón del Atuel 325 Capilla del Monte 347 Caviahue 405 Cerro Catedral 432 Cerro Colorado 28 Cerro de los Siete Colores 211 Cerro Fitz Roy 494, 508, 511 Cerro Otto 431 Cerro Terro 510 Cerro Torre 508 Cerro Tronador 433 Chacarita, Begraafplaats 58, 134 Chaco, Nationaal park 24, 296 Ché Guevara, Ernesto 356 Chilecito 242 Cholila 444 Circuito Chico 428 Club Andino Bariloche 431 Club Andino Junin de los Andes 394 Club Andino Mendoza 312 Colonia Carlos Pellegrini 298 Colonia Suiza 430 Comechingones-indianen 342 Confluencia 398 Copahue 407 Córdoba, De stad 330
REG I STER
Coronel Moldes 192 Corrientes, De stad 286 Cosquin 343 Creditcards 76 Criminaliteit 78 Cuesta de Miranda 244 Cueva de las Manos 28, 515 Cultuur 56 Curanto 70, 431 Cuzqueño, De school 215 Darwin, Charles 32, 78, 518 De Copahue, Provinciaal park 405 Diaguitas-indianen 26 Difunta Correa 52, 254 Dinosaurussen 25, 409 Dique el Nihuil 325 Drinkwater 78 E-mailen 82 Eisteddfodfestival 54 El Bolsón 440 El Calafate 496 El Camino del Vino 317 El Chaltén 508 Eldorado 269 El Fogón de los Arrieros 292 El Maitén 453 El Mollar 229 El Pucará 214 El Rey, Nationaal park 24 El Soberbio 281 El Sosneado 325, 326 Empedrado 297 Epuyén 443 Esquel 445 Estancia Behety 537 Estancia José Menéndez 537 Estancia Santa Catalina 350 Estilo Tronco 385 Eten en drinken 67 Fangio, Juan Manuel 375 Feestdagen 78 Fiesta Nacional de la Vendimia 313 Fietsen 81
Gaiman 471 Gardel, Carlos 58 Garibaldi-pas 532 Gauchito Gil 298 Gaucho’s 54, 166 Geld 76 Gletsjer El Martial 532 Gletsjer Onelli 506 Gletsjer Perito Moreno 21, 503 Gletsjer Upsala 505 Godoy Cruz 317 Guaraní-indianen 50, 266, 267 Haush-indianen 26, 538 Het merengebied 19 Hospedajes 77 Hotel Edén 344 Hotel Llao Llao 429 Hotels 76 Humahuaca 52, 216 Iguazú, Nationaal park 273 Internet 82 Inti Huasi 26, 28 Iruya 217 Ischigualasto, Provinciaal park 18, 24, 246 Isla del Cerrito 295 Isla de los Lobos 528 Isla Martín García 160 Isla Victoria 435, 436 Itatí 52, 53 Jesús Maria 349 Jezuïeten 29, 55, 266, 267 Jujuy, De stad 203 Junin de los Andes 392 Kirchner, Cristina 44, 47 Kirchner, Néstor 44, 47 Kranten 79 La Boca 119 La Candonga 351 La Cumbre 346 La Cumbrecita 358 La Falda 344 Lago Argentino 502
543
544
ARG EN TI N I Ë
Lago Belgrano 515 Lago Cardiel 514 Lago Correntoso 398 Lago del Desierto 511 Lago Epuyén 443 Lago Escondido 532 Lago Fagnano 532 Lago Futalaufquen 447 Lago Hermoso 397 Lago Huechulafquen 394, 397 Lago Lácar 384, 391 Lago Mascardi 433 Lago Menéndez 447 Lago Nahuel Huapi 428, 437, 439 Lago Paimún 394, 397 Lago Puelo, Nationaal park 24, 443 Lago Roca 530 Lago San Roque 341 Lago Traful 398 Lago Tromen 396 Lago Viedma 508, 512 Lago Villarino 397 Laguna de la Niña Encantada 326 Laguna de los Pozuelos, Provincionaal park 24 La Misión Salesiana 536 Lanín, Nationaal park 24, 395 Lapataia, Baai van 530 La Rioja, De stad 238 Las Leñas 326 La Trochita 452 Literatuur 62 Los Alerces, Nationaal park 24, 447, 449 Los Arrayanes, Nationaal park 24, 401, 402, 435 Los Cardones, Nationaal park 14, 24, 199 Los Esteros del Iberá 16, 297, 300 Los esteros del iberá 297 Los Glaciares, Nationaal park 21, 24, 503 Los Terrones 349 Luján 52, 161 Magalhaen pinguïn 22, 473, 493 Magalhães, Fernando de 485, 518
Maipú 315 Mapuche-indianen 382, 394, 403, 410, 431 Mar del Plata 362 Mate 281 Mendoza, De stad 304 Menem, Carlos 41, 44, 46 Mercedes 297 Mesopotamia 15 Metro (subte) 148 Mina Clavero 352 Mirador Arrayán 391 Mirador Bandurrias 392 Mirador del Traful 399 Misiones 16, 260 Molinos 198 Montecarlo 268 Monte León, Nationaal park 487 Mora, Lola 61, 127, 221, 223 Moreno, Francisco Perito 23, 427, 503, 508 Museo Rocsen 353 Nahuel Huapi, Nationaal park 24, 437 Nationale parken 23, 24 Neuquén, De stad 403 Nono 354 Noordelijk merengebied 382 Oberá 54, 279 Ocampo, Victoria 64 Onas-indianen 26, 518 Ongamira, Natuurreservaat 349 Ostende 381 Pachamama 51, 231 Palermo 128 Palermo Chico 129 Palermo Viejo 133 Parque de los Menhires 27, 229 Patagonië 20, 26, 454, 462, 481, 493 Patagonië Express 452 Patagonische kust 474 Pato 66 Península Valdés 22, 462 Perito Moreno 517
REG I STER
Perito Moreno, Nationaal park 21, 24, 514 Perón, Evita 35, 36, 37 Perón, Juan 35, 36, 38 Piedrabuena 487 Pinamar 379 Plaza de la Recoleta 107 Plaza del Congreso 98 Plaza de Mayo 92 Plaza Huincul 25, 409 Posadas, De stad 262 Potrerillos 319 Provinciale parken 24 Puelches-indianen 26 Puente del Inca 319 Puerto Bandera 505 Puerto Blest 436 Puerto Deseado 481 Puerto Iguazú 269 Puerto Limonao 448 Puerto Madero 125 Puerto Madryn 454, 456 Puerto Pirámides 462 Puerto San Julián 485 Punta Delgada 466 Punta Tombo, Provincial reservaat 473 Purmamarca 211, 212 Quebrada de las Flechas 197 Quebrada del Condorito, Nationaal park 24, 352 Quechua-indianen 50, 216 Quilmes 27 Rada Tilly 479 Reducciónes 29, 267 Reisorganisaties 72 República de los Niños 173 Resistencia 291 Restaurants 80 Ría Deseado, Natuurreservaat 481, 483 Río de la Plata 157 Río Gallegos 488 Río Grande 535 Río Hondo 233 Roca, Julio 33, 45
Rosas, Juan Manuel de 32, 45 Rúa, Fernando de la 42, 46 Ruïnes van Quilmes 231 Ruïnes van San Ignacio Mini 266 Ruta 40 513 Ruta de los Siete Lagos 397 Salinas, Grandes 211 Salta, De stad 192, 198, 200 Samay Huasi 243 San Agustin del Valle Fértil 248 San Antonio de Areco 163 San Antonio de los Cobres 200 San Ignacio Mini 266 San Isidro 156 San Juan, De stad 249 San Lorenzo 183 San Luis, De stad 255 San Martín, José de 31, 32 San Martín de los Andes 384 San Miguel de Tucumán, De stad 28, 31, 220 San Rafael 323 San Salvador de Jujuy 203 Santa Ana 265 Santa Rosa de Tastil 200 San Telmo 111 Santiago del Estero, De stad 28, 233 Sarmiento, De stad 479 Sarmiento, Domingo 32, 45, 251 Schilderkunst 61 Selk’nam-indianen 533, 537 Sierra de las Quijadas, Nationaal park 24, 259 Sport 65 Storni, Alfonsina 64, 368 Straat van Magallanes 20, 520 Susques 211 Tafí del Valle 229 Talampaya, Nationaal park 18, 24, 244 Tango 56, 153 Tangobars 153 Tangolessen 154 Tangoshows 153 Teatro Colón 123
545
ARG EN TI N I Ë
546
Tehuelches-indianen 26, 485 Telefoneren 82 Termas de Reyes 209 Termas de Río Hondo 233 Termas de Villavicencio 322 Thays, Carlos 173 Tierra del Fuego, Nationaal park 23, 24, 530, 531 Tigre 157 Tilcara 213 Tolar Grande 200 Tolhuin 533 Traslasierra vallei 352 Treinen 75 Trelew 49, 54, 468 Tren a las Nubes 191 Tren de la Costa 157 Trevelin 450 Tucumán, De stad 31, 220 Tumbaya 210 Uquia 215 Ushuaia 520 Uspallata 319, 322 Valle de la Luna 246 Valle de Ongamira 349 Vervoer 74
Via Christi 393 Videla, Jorge Rafael 38 Villa Carlos Paz 341 Villa el Chocón 25, 409 Villa General Belgrano 54, 357 Villa Gesell 376 Villa la Angostura 400 Villa Nougués 228 Villa Traful 398 Villavicencio 322 Vliegen 71, 74 Vuurland 22, 26, 518 Walvissen 22, 464 Wanda 269 Watervallen van Iguazú 273 Watervallen van Moconá 280 Wegenwacht 76 Wijn 318 Yaghanes-indianen 26 Yámanas-indianen 518, 538 Yerba 281 Zeehonden 463, 467 Zeeleeuwen 464, 466 Zeeolifanten 464, 467 Zuidelijk merengebied 412
SPECIALIST IN INDIVIDUEEL MAATWERK TREKKINGS, AUTOHUUR, HOTELS EN AIRPASS MAAK GEBRUIK VAN ONZE KENNIS!!!
TERRAMUNDO
020-4201122 – WWW.TERRAMUNDO.NL
reisdagboek ZUID-AMERIKA
Beelden alleen zeggen niet genoeg. Geschreven ervaringen tijdens een reis staan je toe ook in de toekomst weer terug te keren naar een bijzondere ontmoeting, gebeurtenis of gedachte. Dit prachtig geïllustreerde reisdagboek ademt de sfeer van Zuid-Amerika en biedt volop ruimte voor het maken van aantekeningen. Met dit gebonden reisdagboek voorzien van spiraalband, elastiek en leeslint, blijft een herinnering aan het land van keuze levend. ISBN 978 90389 17634 Prijs E 14,50 160 pagina's 12,5 x 21 cm Ook leverbaar: Reisdagboek Afrika Reisdagboek Azië Reisdagboek China
EXPEDITIE CRUISES & LUXE PRIVÉ-REIZEN A N TA R C T I C A - D E A R C T I C SPITSBERGEN - NOORDPOOL - AMAZONE PA C I F I C - A R G E N T I N I Ë - C H I L I U R U G U AY - E C U A D O R / G A L Á PA G O S
De Royal Hansa brochure is verkrijgbaar via tel. 020-3989389 e-mail:
[email protected], website: www.royalhansa.nl
... Tico: dé specialist in maatwerk reizen naar Argentinië ●
PARMANTIGE PINGUÏNS
●
PUNTIGE PIEKEN
●
WEIDSE WIJNGAARDEN
●
GIGANTISCHE GLETSJERS
●
TIJDLOZE TANGOBARS
wij kennen de plekjes! www.tico.nl
[email protected] ● 020 788 77 77
De Argentinië specialist
www.southboundtravel.nl
[email protected] 020 77 366 48
BU EN O S AI RES
0/5%&,.&543$
,-&633*+,&